NL2000926C2

NL2000926C2 - Licht- en geluidszuil.

Info

Publication number: NL2000926C2
Application number: NL2000926A
Authority: NL
Inventors: Raymond Steffann
Original assignee: Jan Jonquiere; Raymond Steffann
Priority date: 2007-10-12
Filing date: 2007-10-12
Publication date: 2009-04-15
Also published as: WO2009048333A1

Description

LICHT- EN GELUIDSZUIL

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het gelijktijdig aansturen van geluidsapparatuur en verlichtingsapparatuur, omvattende een geheugen voor 5 opslag van geluidsdata en verlichtingsdata; een bedieningseenheid voor het weergeven van ten minste een deel van de opgeslagen geluidsdata, waaruit een gebruiker een selectie kan maken door het ingeven van bedieningscommando’s; aanstuurmiddelen voor geluidsapparatuur; aanstuurmiddelen voor verlichtingsapparatuur; en een processor, die in verbinding staat met de 10 bedieningseenheid, het geheugen en beide aanstuurmiddelen, welke processor is ingericht voor het op basis van de bedieningscommando’s, geluidsdata en verlichtingsdata middels de respectieve aanstuurmiddelen aansturen van aan te sluiten geluidsapparatuur en verlichtingsapparatuur.

De inrichting volgens de uitvinding is speciaal ontwikkeld voor toepassing in 15 sportscholen. Groepslessen bij sportscholen worden vrijwel altijd begeleid door muziek. Vaak wordt er met behulp van een CD-speler een muziek CD afgespeeld, die speciaal op de betreffende les is afgestemd.

De uitvinding heeft als doel om hiervoor een alternatief te verschaffen.

De inrichting volgens de uitvinding biedt het voordeel dat de geselecteerde 2 0 muziek wordt afgespeeld onder automatische begeleiding van een passend verlichtingsprogramma.

In een eerste voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de verlichtingsdata verlichtingsinformatie over de verlichtingsapparatuur en is de processor verder ingericht voor het op basis van de geselecteerde geluidsdata en de in het geheugen 25 aanwezige verlichtingsinformatie real-time aansturen van de verlichtingsapparatuur. Deze gegenereerde aansturing is optimaal afgestemd op de op locatie aanwezige verlichtingsapparatuur.

In een alternatieve voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de verlichtingsdata een aantal verlichtingsprogramma's en is de processor verder ingericht voor het op 30 basis van de geselecteerde geluidsdata automatisch selecteren van één van de verlichtingsprogramma's voor het aansturen van de verlichtingsapparatuur. Deze voorgeprogrammeerde aansturing van de verlichtingsapparatuur vindt volledig automatisch plaats.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de inrichting voorzien van een 35 Digital MultipleXed-controller (DMX) voor het aansturen van de 2 verlichtingsapparatuur. DMX is een veelgebruikt standaardprotocol in de lichttechniek waarvoor vele componenten beschikbaar zijn.

In weer een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de inrichting voorzien van een digitale signaalprocessor (vaak afgekort tot DSP) voor het aansturen van de 5 geluidsapparatuur. DSP is een microprocessor die speciaal ontworpen is voor het bewerken van (continue) digitale signalen.

In een praktische uitvoeringsvorm omvat de inrichting volgens de uitvinding verder een ontvanger voor ten minste één microfoon, die in verbinding staat met de digitale signaal processor, waarin de digitale signaal processor is ingericht voor het 10 doorgeven van audiosignalen afkomstig van de ontvanger aan de geluidsapparatuur. De instructeur kan dan tijdens de les uitleg en instructies geven zonder dat de muziek behoeft te worden stopgezet.

In een gebruiksvriendelijke uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is de bedieningseenheid een aanraakscherm.

15 In een elegante uitvoeringsvorm heeft de inrichting volgens de uitvinding een zuilvormige behuizing.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een stelsel van één of meer inrichtingen volgens de uitvinding en ten minste één managercomputer, die middels een netwerk met elkaar in verbinding staan, waarin het stelsel is ingericht voor het 2 0 synchroniseren van de geluidsdata en/of de verlichtingsdata in het geheugen van de één of meer inrichtingen. Het stelsel biedt de mogelijkheid om de geluidsdata en/of de verlichtingsdata van meerdere inrichtingen volgens de uitvinding vanuit de managercomputer te beheren. Het stelsel is daarmee bijzonder tijdbesparend voor sportcentra met meerdere inrichtingen volgens de uitvinding. Bij voorkeur is de 25 managercomputer een personal computer.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van het stelsel volgens de uitvinding omvat het synchroniseren de volgende stappen: a) het starten van de synchronisatie door versturing van een bericht over het netwerk door een cliënt, gevormd door één van de inrichtingen of één van de managercomputers; b) het geven van een reactie op 30 het bericht door alle servers, die zijn gevormd door alle overige aangesloten inrichtingen en managercomputers; c) het opbouwen van een lijst door de cliënt van aanwezige servers in een bepaalde volgorde; d) het maken van een verbinding door de cliënt met de eerstvolgende server op de lijst; e) het geven van informatie door de server aan de cliënt over de op de server aanwezige versies van de geluidsdata 35 en/of verlichtingsdata; f) het vergelijken door de cliënt van de versies van de server 3 met de versies van de cliënt; g) het uitwisselen van de nieuwste data tussen de client en de server; h) het uitvoeren van stap d) t/m g) voor elke aanwezige server op de lijst in de in stap c) bepaalde volgorde; i) het uitvoeren van stap d) t/m g) voor elke aanwezige server op de lijst in de omgekeerde volgorde. Dankzij de 5 automatische synchronisatie bevat elke inrichting altijd de meest recente versie van de geluidsdata en/of verlichtingsdata.

De uitvinding betreft eveneens software ingericht voor het uitvoeren van de synchronisatie stappen zoals beschreven als onderdeel van het stelsel volgens de uitvinding.

10

De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van bijgaande tekeningen van enkele uitvoeringsvoorbeelden, waartoe de uitvinding zich niet beperkt. In de figuren tonen: 15 Figuur 1 een schematisch aanzicht van een voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding;

Figuur 2 een schema van de koppeling tussen de onderdelen van de inrichting volgens figuur 1; en

Figuur 3 een netwerk van meerdere inrichtingen volgens figuur 1 en een 2 0 managercomputer.

Figuur 1 toont schematisch een voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting 10 volgens de uitvinding.

In de getoonde voorkeursuitvoeringsvorm is inrichting 10 een zuil. Zuil 10 25 heeft een behuizing 11, die een bedieningseenheid omvat in de vorm van een aanraakscherm (touchscreen) 12. De zuil 10 omvat tevens een ontvanger 13 voor een microfoon (eventueel als onderdeel van een headset) en een versterker 14. Er is verder een processor 15 voorzien alsmede een geheugen 16. Deze kunnen onderdeel uitmaken van een personal computer 17. Daarnaast is er een printplaat 30 18 voorzien van een controller die functioneert volgens een protocol voor lichttechniek, zoals Digital Multiplexed (DMX). Verder is er printplaat 19 voorzien van een digitale signaalprocessor (vaak afgekort tot DSP), een microprocessor die speciaal ontworpen is voor het bewerken van (continue) digitale signalen. Beide printplaten hebben een eigen voeding 25. De personal computer 17 heeft ook een 35 eigen voeding 27.

4

In figuur 2 is schematisch de koppeling getoond tussen de onderdelen van de zuil 10. Een gebruiker van zuil 10 geeft bedieningscommando’s in door aanraking van het aanraakscherm 12. Voor het beoogde gebruik op een sportschool zal het aanraakscherm een deel van de aanwezige geluidsdata tonen in de vorm 5 van complete lessen met muziekbestanden. De gebruiker dient zelf het bij de les behorende programma te kiezen. Dit bedieningscommando wordt verwerkt door de processor 15 van de personal computer 17.

De bij het gekozen lesprogramma behorende geluidsdata (muziekbestanden) worden opgehaald uit het geheugen 16. De bijbehorende instellingsparameters voor 10 de geluidsapparatuur kunnen zowel statisch als dynamisch worden gegenereerd en worden doorgestuurd naar de DSP-printplaat 19. Deze DSP-printplaat 19 ontvangt ook audiosignalen van de ontvanger 13. Optioneel kunnen additionele audiobronnen 23 en 24 worden aangesloten op de DSP-printplaat 19. Enkele, niet-beperkende voorbeelden hiervan zijn: een extra headset, een iPod, of een discman. 15 DSP-printplaat 19 stuurt vervolgens de aan te sluiten geluidsapparatuur aan, zoals luidsprekers 20. Tussen de DSP-printplaat 19 en de luidsprekers 20 is optioneel een eind versterker 21 geschakeld.

De verlichtingsdata omvatten bij voorkeur verlichtingsinformatie over de aanwezige verlichtingsapparatuur, bijvoorbeeld het aantal en soort lampen en de 2 0 functies ervan. Op basis van op basis van de geselecteerde geluidsdata en deze verlichtingsinformatie genereert de processor dynamisch (real-time) een verlichtingsprogramma, omvattende instellingsparameters voor de verlichtingsapparatuur. Hierbij wordt het genre behorende bij de geselecteerde geluidsdata in acht genomen. Bij voorkeur vindt de generatie willekeurig (random) 25 plaats, zodat de aansturing van de verlichtingsapparatuur bij een geselecteerde les toch steeds anders is. Het gegenereerde verlichtingsprogramma wordt doorgestuurd naar de DMX-printplaat 18. DMX-printplaat 18 stuurt via de DMX-controller de verlichtingsapparatuur aan, zoals lampen 30.

In een alternatieve uitvoeringsvorm omvatten de verlichtingsdata een aantal 30 statisch gegenereerde (voorgeprogrammeerde) verlichtingsprogramma’s, omvattende instellingsparameters voor de verlichtingsapparatuur, die elk aan een genre zijn gekoppeld. Op basis van de geselecteerde geluidsdata selecteert de processor automatisch een verlichtingsprogramma uit het geheugen 16 met hetzelfde genre voor het aansturen van de aan te sluiten verlichtingsapparatuur. Het 35 geselecteerde verlichtingsprogramma wordt opgehaald uit het geheugen 16 en 5 doorgestuurd naar de DMX-printplaat 18. DMX-printplaat 18 stuurt via de DMX-controller de verlichtingsapparatuur aan, zoals lampen 30.

Figuur 3 toont een stelsel 1 van meerdere zuilen 10 volgens de uitvinding en een managercomputer in de vorm van een personal computer 40, die middels een 5 netwerk met elkaar in verbinding staan. De managercomputer 40 is voorzien van middelen 41 voor het uitlezen van een digitaal opslagmedium, zoals een compact disc (CD), geheugenkaart en andere (toekomstige) geschikte, bijvoorbeeld optische, opslag media. In de beschreven en getoonde voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de middelen 41 een CD-medium.

10 De managercomputer 40 kan via internet 50 verbinding maken zowel met een private compact disc database (CDDB) 51 als met een publieke CDDB 52. De CDDB’s omvatten informatie over muziek CD’s, zoals titel, aantal tracks, duur van de tracks, titel van de tracks et cetera. De managercomputer 40 is ingericht voor databeheer en haalt voor elke muziek CD, die in medium 41 is ingebracht en wordt 15 uitgelezen, alle bij de muziek CD behorende informatie, die aanwezig is op de CDDB 51 en 52, automatisch op. Indien er geen informatie beschikbaar is, dient deze door de gebruiker te worden ingevoerd in de managercomputer 40. Aan de muziek CD wordt vervolgens een genre gekoppeld uit een beschikbare lijst. Enkele, niet-beperkende voorbeelden van genres zijn: disco, soul, rock en house. De 2 0 managercomputer 40 voegt de data van de muziek CD en de CD-informatie samen tot geluidsdata, bijvoorbeeld in de vorm van groepslessen met muziekbestanden, en slaat deze op voor gebruik in het netwerk.

De managercomputer 40 kan optioneel verlichtingsdata omvatten in de vorm van diverse voorgeprogrammeerde verlichtingsprogramma’s met daaraan gekoppeld 2 5 een genre uit de lijst.

In de voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de zuilen 10 echter verlichtingsinformatie met betrekking tot de op locatie aanwezige verlichtingsapparatuur. Deze verlichtingsinformatie dient eenmalig op locatie te worden ingevoerd en bevat bijvoorbeeld het aantal en de soort aanwezige lampen 30 en de functies cq. mogelijkheden ervan.

Het stelsel 1 is ingericht voor de synchronisatie van de zuilen 10 in het netwerk. Doel van de synchronisatie is het zodanig bijwerken (updaten) van de geluidsdata, dat op elke zuil 10 de meest recente versies geïnstalleerd worden. De synchronisatie omvat de volgende stappen: 35 6 STAP 1 Eén van de inrichtingen of de managercomputer start de synchronisatie door een bericht (broadcast) over het netwerk te sturen. De afzender van het bericht wordt in het volgende aangeduid als cliënt en alle overige aangesloten inrichtingen, 5 waaronder de managercomputer, indien dat niet de client is, worden in het volgende aangeduid als server. De servers luisteren naar dit bericht en geven een reactie aan de cliënt dat ze aanwezig zijn.

STAP 2

De cliënt bouwt een lijst met aanwezige servers en bepaalt een volgorde 10 voor de afhandeling van elke server.

STAP3

De dient maakt een verbinding met de eerst gevonden server.

STAP4

Er wordt uitgewisseld welke versies van de geluidsdata de server heeft.

15 STAP5

De cliënt vergelijkt de versies van de server met de versies die de cliënt zelf heeft.

STAP6

De nieuwste data worden uitgewisseld tussen de dient en de server. Deze 2 0 nieuwe data worden op de server en de cliënt verwerkt.

STAP7

Vervolgens worden de stappen 3, 4, 5 en 6 uitgevoerd voor elke aanwezige server op de lijst in de volgorde zoals bepaald in stap 2.

STAP 8 2 5 Wanneer alle servers afgehandeld zijn worden dezelfde servers in omgekeerde volgorde nog een keer gesynchroniseerd om ervoor te zorgen dat de nieuwste data op alle servers komen. Dit betekent dat de stappen 3, 4, 5 en 6 worden uitgevoerd voor elke aanwezige server op de lijst in de omgekeerde volgorde bepaald in stap 2 30

Optioneel kan de synchronistie ook betrekking hebben op de verlichtingsdata. In stap 4 dient dan in plaats van “geluidsdata” “geluidsdata en/of verlichtingsdata” te worden gelezen.

De synchronisatiestappen zijn bij voorkeur volledig in software 35 geïmplementeerd. De software is bestemd voor installatie op de managercomputer 7 40 en de zuilen 10 in het netwerk.

Elke zuil 10 biedt de gebruiker de keuze uit de in het geheugen aanwezige geluidsdata. De beschikbare geluidsdata worden weergegeven op de bedieningseenheid 12, bijvoorbeeld in de vorm van lessen met muziekbestanden.

5 Na selectie van geluidsdata, bijvoorbeeld een les, wordt er automatisch een bijpassend verlichtingsprogramma gegenereerd. De zuil 10 is ingericht voor het gelijktijdig aansturen van de aangesloten geluidsapparatuur op basis van de geselecteerde geluidsdata en het aansturen van de aangesloten verlichtingsapparatuur op basis van het gegenereerde verlichtingsprogramma.

10 Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat de uitvinding vanzelfsprekend niet is beperkt tot de beschreven en getoonde voorkeursuitvoeringsvormen, maar zich uitstrekt tot elke uitvoeringsvorm die valt binnen de reikwijdte van de beschermingsomvang zoals gedefinieerd in de conclusies bezien in het licht van de voorgaande beschrijving en bijbehorende tekeningen.

15

Claims

1. Inrichting voor het gelijktijdig aansturen van geluidsapparatuur en verlichtingsapparatuur, omvattende 5. een geheugen voor opslag van geluidsdata en verlichtingsdata; een bedieningseenheid voor het weergeven van ten minste een deel van de opgeslagen geluidsdata, waaruit een gebruiker een selectie kan maken door het ingeven van bedieningscommando’s; aanstuurmiddelen voor geluidsapparatuur; 10. aanstuurmiddelen voor verlichtingsapparatuur; en een processor, die in verbinding staat met de bedieningseenheid, het geheugen en beide aanstuurmiddelen, welke processor is ingericht voor het op basis van de bedieningscommando’s, geluidsdata en verlichtingsdata middels de respectieve aanstuurmiddelen aansturen van aan te sluiten geluidsapparatuur en 15 verlichtingsapparatuur.

2. Inrichting volgens conclusie 1, waarin de verlichtingsdata verlichtingsinformatie omvatten over de verlichtingsapparatuur en waarin de 2. processor verder is ingericht voor het op basis van de geselecteerde geluidsdata en de in het geheugen aanwezige verlichtingsinformatie real-time aansturen van de verlichtingsapparatuur.

3. Inrichting volgens conclusie 1, waarin de verlichtingsdata een aantal 25 verlichtingsprogramma's omvatten en waarin de processor verder is ingericht voor het op basis van de geselecteerde geluidsdata automatisch selecteren van één van de verlichtingsprogramma's voor het aansturen van de verlichtingsapparatuur.

4. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarin de 30 aanstuurmiddelen voor verlichtingsapparatuur een printplaat omvatten voorzien van een controller die functioneert volgens een protocol voor lichttechniek, zoals Digital Multiplexed (DMX).

5. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarin de 35 aanstuurmiddelen voor geluidsapparatuur een digitale signaal processor (DSP) omvatten.

6. Inrichting volgens conclusie 5, verder omvattende een ontvanger voor ten minste één microfoon, die in verbinding staat met de digitale signaal processor, 5 waarin de digitale signaal processor is ingericht voor het doorgeven van audiosignalen afkomstig van de ontvanger aan de geluidsapparatuur.

7. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarin de bedieningseenheid een aanraakscherm is. 10

8. Inrichtingen volgens één der voorgaande conclusies, waarin de inrichting een zuilvormige behuizing heeft.

9. Stelsel van één of meer inrichtingen volgens één der voorgaande conclusies 15 en ten minste één managercomputer, die middels een netwerk met elkaar in verbinding staan, waarin het stelsel is ingericht voor het synchroniseren van de geluidsdata en/of de verlichtingsdata in het geheugen van de één of meer inrichtingen. 2 0

10. Stelsel volgens conclusie 9, waarin de managercomputer een personal computer is.

11. Stelsel volgens conclusie 9 of 10, waarin het synchroniseren de volgende stappen omvat: 25 a) het starten van de synchronisatie door versturing van een bericht over het netwerk door een cliënt, gevormd door één van de inrichtingen of één van de managercomputers; b) het geven van een reactie op het bericht door alle servers, die zijn gevormd door alle overige aangesloten inrichtingen en managercomputers; 30 c) het opbouwen van een lijst door de cliënt van aanwezige servers in een bepaalde volgorde; d) het maken van een verbinding door de cliënt met de eerstvolgende server op de lijst; e) het geven van informatie door de server aan de cliënt over de op de server 35 aanwezige versies van de geluidsdata en/of verlichtingsdata; f) het vergelijken door de cliënt van de versies van de server met de versies van de cliënt; g) het uitwisselen van de nieuwste data tussen de cliënt en de server; h) het uitvoeren van stap d) t/m g) voor elke aanwezige server op de lijst in de in 5 stap c) bepaalde volgorde; i) het uitvoeren van stap d) t/m g) voor elke aanwezige server op de lijst in de omgekeerde volgorde.

12. Software ingericht voor het uitvoeren van de synchronisatie stappen zoals 10 beschreven als onderdeel van het stelsel volgens conclusie 11.