NL2000528C2 - Inrichting geschikt voor het nauwkeurig en reproduceerbaar terugplaatsen van een bevruchte eicel (embryo) in de baarmoeder. - Google Patents

Description

NL 47.220-KP/rm

Inrichting geschikt voor het nauwkeurig en reproduceerbaar terugplaatsen van een bevruchte eicel (embryo) in de baarmoeder

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting geschikt voor het nauwkeurig en reproduceerbaar terugplaatsen van een buiten de baarmoeder bevruchte eicel (embryo) in de baarmoeder (uterus).

5 Bekend is dat een groot aantal vrouwen niet zwanger kunnen raken. De oorzaak hiervoor kan zowel bij de man als bij de vrouw liggen.

Bij een groot aantal van deze vrouwen is een sterke kinderwens aanwezig en zij nemen hun toevlucht tot kunstmati-10 ge bevruchtingstechnieken zoals in vitro fertilisatie (IVF) en intracytoplasmatische sperma injectie (ICSI).

De behandeling IVF/ICSI omvat een aantal fasen. De eerste fase betreft de stimulatie, waarbij de patiënt hormonen toegediend krijgt, waardoor er meerdere eicellen tot rij-15 ping komen. Dit gebeurt gecontroleerd onder echoscopische controle.

In een tweede fase volgt de punctie waarbij de diverse eiblaasjes worden aangeprikt met behulp van een vaginale echoprobe, en dan vervolgens leeg kunnen worden gezogen.

2.0 De opgezogen vloeistof wordt vervolgens ter beschikking gesteld aan de embryoloog, die eerst vaststelt of er eicellen in de vloeistof aanwezig zijn. Indien er eicellen aanwezig zijn, wordt in vitro semen aan de eicellen toegevoegd om bevruchting tot stand te brengen. Na 2-3 dagen worden de eicel-25 len gecontroleerd of er celdeling plaatsvindt, waarbij verschillende bevruchte eicellen, ook wel embryo's genoemd, aanwezig kunnen zijn.

In fase drie worden de verkregen bevruchte eicellen, embryo's, teruggeplaatst in de baarmoeder.

30 Volgens de stand der techniek vindt deze terug plaatsing plaats met behulp van een op een katheter geplaatste injectiespuit. Hierbij worden de embryo's met de injectiespuit in een vloeistof opgezogen en onder echogeleiding teruggeplaatst in de baarmoeder. De vrouw kan bepalen of er één 2 of twee embryo's in de baarmoeder worden teruggeplaatst met de kans op één of twee kinderen. Hierbij maakt men gebruik van een normaal commercieel verkrijgbaar 1 ml spuitje. De katheter bestaat uit een dun, flexibel plastic buisje, waarin 5 de embryo's worden opgesloten tussen twee luchtbellen.

In een poging de bekende methode te verbeteren is aandacht besteed aan verbeteren van stimulatieprotocollen ter verhoging van de kans op een zwangerschap, en veel minder aan het verbeteren van de embryo transfer techniek.

10 Uit diverse studies is echter gebleken dat juist de positie van de teruggeplaatste embryo's ten opzichte van de fundus van de baarmoeder een belangrijke invloed heeft op de kans op zwangerschap bij IVF/ICSI. Aangetoond is dat de kans op zwangerschap het grootst is wanneer de afstand van de te-15 ruggeplaatste embryo's tot de fundus tussen 1-2 cm is (zie bijvoorbeeld M. Lambers et al. The position of the transfer air bubbles after embryo transfer is related to pregnancy rates, geaccepteerd voor publicatie in Fertility and Sterility 2006).

2.0 De volgens de stand van de techniek bekende techniek is echter onnauwkeurig en niet reproduceerbaar, zodat de plaats waar het embryo wordt teruggeplaatst niet goed bepaald kan worden. De onnauwkeurigheid en onreproduceerbaarheid wordt veroorzaakt door een aantal factoren zoals het spuitje zelf, 25 de weerstand van de zuiger, de druk die wordt uitgeoefend op de zuiger door de arts en mogelijke intra-uteriene weerstand, ten dele te wijten aan baarmoedercontracties. Met name de variërende drukken voor het uitdrijven van het embryo uit de katheter dragen in belangrijke mate bij tot de genoemde on-30 nauwkeurigheid en onreproduceerbaarheid.

Bovendien kunnen door een te grote uitdrijfdruk de embryo's zelfs beschadigen.

De onderhavige uitvinding beoogt thans een inrichting te verschaffen, die de hierboven genoemde nadelen op 35 doeltreffende wijze opheft en de kans op zwangerschap bij een IVF behandeling aanzienlijk kan doen toenemen.

Hiertoe verschaft de onderhavige uitvinding een inrichting geschikt voor het nauwkeurig en reproduceerbaar terugplaatsen van een buiten de baarmoeder bevruchte eicel (em- 3 bryo) in de baarmoeder, welke inrichting is gekenmerkt doordat deze is voorzien van een pomp, een flexibele buis, een motor, regelelektronica, een stroomvoorziening en een katheter.

5 Verrassenderwijze is gebleken dat door toepassing van de inrichting volgens de uitvinding de nadelen van de stand der techniek op doeltreffende wijze zijn opgeheven. Bijzonder is dat de elektrische embryo transfer pomp zowel in staat is een zeer geringe hoeveelheid vloeistof (circa 30 mi-10 croliter) in een exact tijdsbestek op te zuigen als deze kleine hoeveelheid op een reproduceerbare wijze in te spuiten .

De desbetreffende persoon, gewoonlijk een arts, die het embryo moet terugplaatsen in de baarmoeder kan dit met 15 behulp van de onderhavige inrichting nauwkeurig en reproduceerbaar uitvoeren, zodanig dat het embryo in de baarmoeder terechtkomt op een optimaal gebleken afstand, bij voorkeur op 1-2. cm vanaf de fundus.

Volgens de onderhavige inrichting wordt in de kathe-20 ter eerst een hoeveelheid IVF-kweekmedium opgezogen, vervolgens een luchtbel, en dan weer een hoeveelheid IVF-kweekmedium met embryo('s) erin, dan weer een luchtbel en ten slotte weer een hoeveelheid kweekmedium. Hierbij zijn de embryo's als het ware in de katheter opgesloten tussen de twee 25 luchtbellen.

De behandelende arts brengt dan de katheter in de baarmoeder met behulp van echogeleiding en zorgt ervoor dat de positionering van het eindpunt van de katheter zodanig is, dat deze zich bevindt op de gewenste plaats, bij voorkeur op 30 1-2 cm van de fundus van de baarmoeder. Dan wordt de pomp aangezet en worden de embryo's langzaam en gelijkmatig uit de katheter gedreven.

Na afgifte van de embryo's in de baarmoeder op de gewenste afstand van de fundus wordt de katheter uit de baar-35 moeder verwijderd.

De zuig- en duwkracht van de inrichting volgens de uitvinding kunnen nauwkeurig worden ingesteld met behulp van de regelelektronica in de inrichting. Met behulp van de inrichting volgens de uitvinding is het mogelijk dat de kans op 4 zwangerschap vergeleken met het bekende spuitje aanzienlijk te vergroten is.

Een belangrijk voordeel van de onderhavige inrichting is voorts dat het door diverse artsen kan worden ge-5 bruikt met dezelfde nauwkeurigheid en reproduceerbaarheid, hetgeen niet mogelijk is bij het spuitje, omdat de druk bij het uitdrijven van de embryo's uit de katheter met de pomp constant is. Dit is anders dan bij toepassing van een spuitje, waarbij de uitdrijfdruk kan variëren afhankelijk van de-10 gene, die het spuitje bedient.

De uitvinding wordt thans nader toegelicht aan de hand van de begeleidende Figuren 1-3. De uitvinding is niet beperkt tot de door Figuren 1 en 2 voorgestelde uitvoeringsvormen.

15 Figuur 1 toont de inrichting volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont de katheter volgens de uitvinding, en

Figuur 3 toont de inrichting volgens de stand der techniek.

Figuur 1 toont de inrichting (1) volgens de uitvin-20 ding, die is voorzien van een pomp (3), een flexibele buis (4), een motor (5), regelelektronica (6), een stroomvoorziening (7) en katheter (8). Als stroomvoorziening kan gewoonlijk een batterij dienen, maar ook het elektrisch net in welk geval de inrichting is voorzien van een snoertje met stekker. 25 Bij voorkeur zijn de pomp (3), flexibele buis (4), motor (5), regelelektronica (6) en stroomvoorziening (7) opgenomen in een huis (2) voor het gemakkelijk hanteren van de inrichting (1) en ter bescherming van de diverse onderdelen van de inrichting (1).

30 De embryoloog zal met behulp van de inrichting eerst via de katheter in vitro een kleine hoeveelheid kweekmedium opzuigen, vervolgens een luchtbel, dan een hoeveelheid kweekmedium met daarin één of twee embryo's, afhankelijk van de wens van de patiënt, dan weer lucht en ten slotte wederom een 35 hoeveelheid kweekmedium. De totale hoeveelheid ingebrachte vloeistof bedraagt slechts 30 microliter.

Vervolgens zal de behandelende arts, doorgaans een gynaecoloog, de inrichting meenemen naar de behandelkamer waar het terugplaatsen van de embryo's plaatsvindt.

5

Daarbij zal de behandelende arts de katheter onder echogeleiding zodanig in de baarmoeder inbrengen dat het uiteinde ervan zich bevindt op een afstand van 1-2 cm van de fundus. Dan wordt de inhoud van de katheter met behulp van de 5 onderhavige inrichting geleidelijk met bepaalde regelmatige druk uit de katheter gedreven zodanig dat de luchtbellen en dus de embryo's terechtkomen op een afstand van 1-2 cm vanaf de fundus van de baarmoeder. Deze handeling kan door elke willekeurige arts gelijkmatig en reproduceerbaar worden uit-10 gevoerd met als gevolg een mogelijk aanzienlijk grotere kans op zwangerschap bij de aldus behandelde vrouw.

In de inrichting (1) volgens de uitvinding zorgt de stroomvoorziening (7) voor het aandrijven van de motor (5), die de pompwerking van de pomp (3) bewerkstelligt. In plaats 15 van batterijen kan men gebruikmaken van een andere stroombron, bijvoorbeeld het elektrisch net in welk geval batterijen overbodig zijn. De door de pomp (3) opgewekte zuig- en uitdrijfdruk wordt doorgegeven via katheter (8), die door middel van de flexibele buis (4) verbonden is met de pomp 20 (3). Bij voorkeur is de katheter losneembaar verbonden met de flexibele buis (4).

Figuur 2 toont katheter (9), die aan één uiteinde is voorzien van een aansluiteinde (10) voor het aansluiten op het uiteinde van de flexibele buis (4).

25 In Figuur 2 is de hoeveelheid kweekmedium aangegeven door verwijzingscijfer (11), de luchtbellen door verwijzings-cijfer (12), en het (de) embryo('s) door verwijzingscijfer (13) .

De inrichting volgens de stand der techniek is weer-30 gegeven door Figuur 3. In Figuur 3 is de katheter (15) verbonden met een spuitje (14) door middel van aansluiting (16).

Deze inrichting is inferieur aan de inrichting volgens de uitvinding wat betreft nauwkeurigheid en reproduceerbaarheid met het gevolg dat de kans op zwangerschap bij toe-35 passing van een dergelijke inrichting aanzienlijk kleiner is dan bij toepassing van de onderhavige inrichting.

Opgemerkt zij dat de onderhavige uitvinding niet is beperkt tot de uitvoeringsvormen volgens Figuren 1 en 2 van de onderhavige uitvinding.

Claims (3)

1. Inrichting (1) geschikt voor het nauwkeurig en reproduceerbaar terugplaatsen van een buiten de baarmoeder bevruchte eicel (embryo) in de baarmoeder, welke inrichting (1) is voorzien van een pomp (3), een flexibele buis (4), een 5 motor (5), regelelektronica (6), een stroomvoorziening (7) en een katheter (8), met het kenmerk, dat de pomp (3), de flexibele buis (4), de motor (5), de regelelektronica (6), en de stroomvoorziening (7) zijn opgenomen in een huis (2).

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, 10 dat de stroomvoorziening een batterij is.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de katheter (8) losneembaar is bevestigd aan de flexibele buis (4). 2000528