NL2000478C2 - Opvouwbare houder en zak-in-houder combinatie en werkwijze voor het hergebruiken van de houder. - Google Patents

Description

NL 9604-vH/vw

Opvouwbare houder en zak-in-houder combinatie en werkwijze voor het hergebruiken van de houder

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een opvouwbare houder voor een met vloeibaar materiaal vulbare zak, welke houder een opgevouwen en een uitgevouwen toestand kent, en zodanig is uitgevoerd, dat in de uitgevouwen toestand een 5 ruimte aan de binnenzijde van de houder wordt omhuld door een zijwand daarvan die is voorzien van een aantal met velvormig materiaal bedekte verstevigingselementen die de omtreksvorm van de zijwand aan de binnenzijde van de houder beschrijven.

Een dergelijke opvouwbare houder is bekend uit de 10 Turkse octrooiaanvrage TR 2002 01100 A2. De daarin geopenbaarde houder staat in combinatie met een vulbare zak bekend als een bag-in-box, ofwel zak-in-houder combinatie en wordt in de praktijk gebruikt voor het vervoer van vloeibare producten.

Bij het vullen van de zak zal deze de vorm van de binnenzijde 15 van de houder aannemen. De in de bovengenoemde octrooiaanvrage geopenbaarde houder is voorzien van verstevigingselementen die tenminste aan de binnenzijde van de houder bedekt zijn met een velvormig materiaal. De verstevigingselementen beschrijven aan de binnenzijde van deze bekende houder een achtzijdige om-20 treksvorm. De buitenzijde van de houder heeft een rechthoekige vorm die ook wordt gedefinieerd door verstevigingselementen.

Het nadeel van de bekende houder is dat na het uitvouwen daarvan extra handelingen verricht moeten worden om de zijwand ter plaatse van de binnenzijde van de houder van ontbrekende ver-25 stevigingselementen te voorzien. Na gebruik van de bekende houder moeten ook weer extra handelingen verricht worden om de houder op te kunnen vouwen.

Het doel van de uitvinding is het verschaffen van een opvouwbare houder waarmee het opvouwen en uitvouwen op een 30 snelle en eenvoudige wijze kan plaatsvinden.

Dit doel wordt bereikt met de houder volgens de uitvinding die het kenmerk heeft, dat de in omtreksrichting van 2 de zijwand naast elkaar gelegen verstevigingselementen scharnierend met elkaar zijn verbonden.

Door dit kenmerk kan de opvouwbare houder op een gemakkelijke wijze worden opgevouwen en uitgevouwen, zonder de 5 noodzaak tot het uitvoeren van extra handelingen om een zijwand te verkrijgen die rondom is voorzien van verstevigingselementen teneinde de omtreksvorm aan de binnenzijde van de houder te beschrijven.

Het velvormige materiaal kan velerlei materialen om-10 vatten, zoals geweven of niet-geweven materiaal, kunststof, folie, doek, enz.

Bij voorkeur is de zijwand voorzien van meer dan vier in omtreksrichting naast elkaar gelegen verstevigingselementen die elk althans ongeveer een vlakke vorm hebben, waarbij in de 15 uitgevouwen toestand de in omtreksrichting naast elkaar gelegen verstevigingselementen een hoek met elkaar maken. Het voordeel van deze uitvoeringsvorm is, dat voor dezelfde inhoud van de houder de breedte van elk verstevigingselement smaller is dan bij vier verstevigingselementen. Dit betekent, dat de 20 in buitenwaarts gerichte kracht op een verstevigingselement als gevolg van een gevulde zak in de houder een kortere arm ten opzichte van de rand van een verstevigingselement in de omtreksrichting heeft, zodat een verstevigingselement een verminderde neiging tot uitbuiging heeft. Daardoor kunnen de 25 verstevigingselementen lichter worden uitgevoerd.

Wanneer de zijwand bovendien is voorzien van acht in omtreksrichting naast elkaar gelegen verstevigingselementen kan een eenvoudige manier van opvouwen worden toegepast, waarbij twee tegenover elkaar gelegen ribben van de achtzijdige 30 houder naar binnen kunnen worden bewogen, waarna de dan ontstane tegenover elkaar gelegen zijwanddelen, die niet aan de genoemde ribben grenzen, naar elkaar kunnen worden bewogen. Hierdoor ontstaat een compacte vorm in de opgevouwen conditie. Eventueel kunnen de verstevingselementen een rechthoekige vorm 35 en elk dezelfde afmetingen hebben, zodat de productiekosten geminimaliseerd worden.

In een de voorkeur genietende uitvoeringsvorm zijn de verstevigingselementen volledig omhuld door velvormig materi- 3 aal, dat bij voorkeur uit recyclebaar wegwerpmateriaal is gemaakt. Na gebruik kan het velvormige materiaal worden verwijderd en worden weggegooid of ge-recycled. De verstevi-gingselementen kunnen vervolgens worden hergebruikt door ze 5 met nieuw velvormig materiaal te omhullen, zodat weer een schone houder wordt verkregen. Een geschikt materiaal is bijvoorbeeld polypropyleen dat afgedekt is met polyethyleen. Dit is stevig materiaal, sluit goed af en is recyclebaar.

De verstevigingselementen kunnen in omtreksrichting 10 van de zijwand op afstand van elkaar zijn geplaatst, waarbij het velvormige materiaal zich zodanig tussen de verstevigingselementen bevindt dat deze ten opzichte van elkaar scharnierbaar zijn. Hierdoor wordt het velvormige materiaal niet alleen gebruikt voor het omhullen van de verstevigings-15 elementen, maar ook als eenvoudige scharnieren. De verstevigingselementen kunnen in de praktijk bijvoorbeeld in een soort zakvormige segmenten van het velvormige materiaal zijn ingebracht, waarbij de zakvormige segmenten zijn ingenaaid en met afsluitmiddelen zoals bijvoorbeeld klitteband 20 afsluitbaar zijn na het inbrengen van de verstevigingselementen.

Het verstevigingselement kan een metalen frame omvatten, dat bij voorkeur voorzien is van aan elkaar gelaste staafvormige elementen. Dit kan relatief licht worden uitge-25 voerd, terwijl het na gebruik makkelijk kan worden rechtgebogen indien het is gedeformeerd. Bij voorkeur zijn de staven uit massief materiaal gevormd, omdat buisvormige staven na deformatie moeilijker in de oorspronkelijke vorm zijn terug te brengen dan uit massief materiaal gemaakte staven. Ook is 30 het mogelijk om de verstevigingselementen uit kunststof of andere materialen te maken. Men kan bijvoorbeeld denken aan kunststof panelen.

De houder kan zijn voorzien van een vormhoudorgaan, dat zodanig is uitgevoerd en met de zijwand is verbonden, dat 35 na het uitvouwen van de houder de posities van de verstevigingselementen ten opzichte van elkaar in de omtreksvorm worden behouden. Het voordeel hiervan is dat de gewenste vorm gemakkelijk kan worden gehandhaafd. Bij het uitvouwen blijkt 4 deze maatregel het uitvouwproces bovendien verrassend te ver-gemakkelij ken.

Het vormhoudorgaan kan een flexibele bodemwand omvatten, die met de zijwand is verbonden en in de uitgevouwen 5 toestand althans ongeveer strak staat. Dit kan bijvoorbeeld een bodemdoek zijn die de onderzijde van de houder volledig afsluit, hoewel volledige afsluiting niet noodzakelijk is. Bij voorkeur wordt de bodemwand van hetzelfde velvormige materiaal als dat van de zijwand gemaakt en nabij de onderzijde van de 10 houder aan de zijwand vastgemaakt.

Het vormhoudorgaan kan ook een flexibele bovenwand omvatten, die met de zijwand is verbonden en in de uitgevouwen toestand tenminste gedeeltelijk althans ongeveer strak staat. Eventueel is zowel een bodemwand als bovenwand bij de houder 15 aangebracht. Het blijkt, dat door een vaste verbinding van de bovenwand en de bodemwand met de zijwand van de houder een stabiele houder wordt verkregen. In een praktische uitvoeringsvorm is de bodemwand en de bovenwand evenals de zijwand van velvormig materiaal voorzien en zijn beide aan de zijwand 20 vastgenaaid. Ook andere manieren van vastmaken zijn overigens mogelij k.

In een voordelige uitvoeringsvorm is de bovenwand voorzien van een opening voor het daardoorheen aanbrengen van een vulbare zak in de houder, welke opening bij voorkeur af-25 sluitbaar is. Dit kan bijvoorbeeld door middel van een ritssluiting zijn, maar andere uitvoeringsvormen zijn ook denkbaar.

De uitvinding heeft ook betrekking op een zak-in-houder combinatie, waarbij de bovengenoemde houder is voorzien 30 van een vulbare zak in de ruimte aan de binnenzijde van de houder.

De uitvinding heeft ook betrekking op een werkwijze voor het hergebruiken van de bovengenoemde opvouwbare houder, waarbij na gebruik van de houder het velvormige materiaal en 35 de verstevigingselementen van elkaar worden losgemaakt en de verstevigingselementen met een ander velvormig materiaal worden bedekt. Het voordeel van deze werkwijze is dat na gebruik van de houder deze niet als geheel hoeft te worden weggegooid, 5 maar dat de verstevigingselementen kunnen worden gebruikt in een nieuw of schoongemaakt velvormig materiaal.

De uitvinding zal hierna verder worden toegelicht aan de hand van zeer schematische tekeningen, die een uitvoerings-5 voorbeeld van de uitvinding weergeven.

Fig. 1 is een zeer schematisch en gedeeltelijk opengewerkt perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvorm van de opvouwbare houder volgens de uitvinding.

Fig. 2 is een zeer schematisch bovenaanzicht van de 10 houder volgens Fig. 1 op afwijkende schaal, waarbij een wijze van opvouwen van de houder wordt geïllustreerd.

Fig. 3 is een dwarsdoorsnede-aanzicht van de houder volgens Fig. 1 op afwijkende schaal, waarbij de opgevouwen conditie wordt geïllustreerd.

15 Fig. 1 toont een uitvoeringsvorm van een opvouwbare houder 1 volgens de uitvinding. De houder 1 wordt in de praktijk gebruikt voor het daarin opnemen van een met vloeibaar materiaal vulbare zak (niet getoond). Dit type houder 1 in combinatie met een daarin opgenomen zak staat bekend als bag-20 in-box, ofwel zak-in-houder combinatie. De houder 1 kan in verschillende afmetingen zijn gemaakt en is bijvoorbeeld geschikt voor volumes in de ordegrootte van 1000 liter.

In de praktijk worden zak-in-houder combinaties gebruikt voor het vervoer van vloeibare producten, waarbij het 25 vloeibare product in de zich in de houder 1 bevindende zak is opgeslagen. Na het legen van de zak wordt deze vaak weggegooid, omdat hergebruik daarvan onwenselijk is, bijvoorbeeld in verband met hygiëne in het geval van voedingsmiddelen, terwijl de kosten van een nieuwe zak in het algemeen niet opwegen 30 tegen de kosten van het reinigen daarvan.

Momenteel is het in de industrie ook steeds minder gewenst om de houder te hergebruiken, omdat deze vaak vies wordt tijdens bijvoorbeeld transport, opslag, vullen of legen. De houder is vanwege de stevigheidseisen die daaraan zijn ge-35 steld echter een duur product, dat bij voorkeur na gebruik niet weggegooid wordt. In de in Fig. 1 getoonde uitvoeringsvorm van de houder 1 is deze voorzien van verstevigingselementen 2 die volledig omhuld zijn door velvor- 6 mig materiaal 3. Dit kan allerlei soorten dun en flexibel plaatachtig materiaal zijn, zoals niet-geweven of geweven materiaal, kunststof, folie, doek, enz. Na gebruik van de houder 1, kan deze worden opgevouwen en naar een recycle-centrum wor-5 den getransporteerd. Daar kan het velvormige materiaal 3 worden verwijderd, de verstevigingselementen 2 eventueel worden schoongemaakt en indien nodig gerepareerd, waarna een nieuw velvormig materiaal 3 op de verstevigingselementen 2 kan worden aangebracht. De kosten voor hergebruik van de houder 10 zijn dus beperkt tot het aanbrengen van een nieuw velvormig materiaal 3. Bij voorkeur is vanwege het milieu-aspect het velvormige materiaal 3 recyclebaar wegwerpmateriaal.

De uitvoeringsvorm van de houder 1 kent een uitgevouwen toestand, zoals getoond in Fig. 1 en een opgevouwen 15 toestand, zoals getoond in Fig. 3. In de uitgevouwen toestand wordt een ruimte aan de binnenzijde van de houder 1 omhuld door een zijwand 4 die is voorzien van de verstevigingselementen 3. Deze zijn in het velvormige materiaal 3 in dubbelwandige zakvormige segmenten ingebracht. De zakvormige 20 segmenten worden aan de bovenzijde afgesloten door een klepje (niet getoond) van hetzelfde velvormige materiaal 3 met behulp van klitteband, zodat de verstevigingselementen na gebruik van de houder gemakkelijk uit de zakvormige segmenten kunnen worden verwijderd. Uiteraard zijn vele andere uitvoeringsvormen 25 met betrekking tot het aanbrengen van de verstevigingselementen 2 bij het velvormige materiaal 3 denkbaar.

De in het velvormige materiaal 3 aangebrachte verste-vigingselementen 2 beschrijven de omtreksvorm van de zijwand 4 aan de binnenzijde van de houder 1. In de getoonde uitvoe-30 ringsvorm is de omtreksvorm aan de binnenzijde van de houder 1 een achtzijde met althans ongeveer even lange zijden in de om-treksrichting van de zijwand 4. De verstevigingselementen 2 hebben elk althans ongeveer een vlakke vorm en naast elkaar gelegen verstevigingselementen 2 maken een hoek met elkaar en 35 zijn scharnierend met elkaar verbonden.

Het is mogelijk om een ander aantal verstevigingselementen 2 dan acht in de omtreksrichting van de zijwand 4 aan te brengen. Drie vlakke elementen 2 zouden tot een ongunstige 7 omtreksvorm leiden, omdat de dwarsdoorsnede van de houder 1 een relatief klein oppervlak zou vormen. Voor een rechthoekige omtreksvorm met vier elementen 2 moeten relatief zwaar uitgevoerde elementen 2 worden toegepast, omdat de elementen dan 5 breed zijn en snel de neiging hebben tot uitbuigen in het geval van een gevulde zak in de houder 1. Bovendien is het dan niet mogelijk om de houder 1 op een compacte wijze op te vouwen. Meer dan vier elementen 2 heeft het voordeel, dat de elementen 2 lichter kunnen worden uitgevoerd, maar een groter 10 aantal elementen 2 leidt ook tot een benadering van een cirkelvormige omtreksvorm, waardoor het dwarsdoorsnede oppervlak binnen de omtreksvorm wordt verkleind indien de maximale diameter van de omtreksvorm gelijk blijft aan de maximale afstand tussen twee tegenover elkaar gelegen zijden van de veelhoek.

15 De houder 1 met de achtzijdige vorm heeft de voor keur. Het voordeel van de compacte opvouwmethode daarvan wordt geïllustreerd in Fig. 2 en 3. Fig. 2 toont hoe twee tegenover elkaar gelegen ribben van de houder 1 naar elkaar toe kunnen worden bewogen, waarna de vier niet naar binnen geklapte ele-20 menten 2 paarsgewijs naar elkaar toe kunnen worden bewogen, zodat uiteindelijk de vorm volgens Fig. 3 in opgevouwen toestand wordt verkregen.

Overigens worden bij deze uitvoeringsvorm de verste-vigingselementen 2 relatief licht uitgevoerd, omdat de houder 25 1 niet gestapeld hoeft te worden.

In de uitvoeringsvorm zijn de verstevigingselementen 2 scharnierbaar ten opzichte van elkaar, doordat de verstevigingselementen 2 in omtreksrichting van de zijwand 4 op afstand van elkaar zijn geplaatst en het velvormige materiaal 30 3 tussen de elementen 2 als scharnier fungeert.

Het verstevigingselement 2 omvat een metalen frame, dat is opgebouwd uit aan elkaar gelaste staafvormige elementen, zoals getoond in het opengewerkte aanzicht volgens Fig.

1. De staafvormige elementen zijn bij voorkeur gemaakt uit een 35 massief materiaal, omdat dit gemakkelijker is recht te buigen dan bijvoorbeeld buisvormige staven na deformatie daarvan.

De uitvoeringsvorm van de houder 1 is ook voorzien van een vormhoudorgaan, dat in dit geval is uitgevoerd als een 8 flexibele bodemwand 5 en een flexibele bovenwand 6 van de houder 1. Het heeft vanuit productie-oogpunt gezien de voorkeur om de bodemwand 5 en de bovenwand 6 van hetzelfde velvormige materiaal 3 te maken als dat van de zijwand 4. Zowel de bodem-5 wand 5 en de bovenwand 6 zijn met de zijwand 4 verbonden, bijvoorbeeld door ze aan elkaar vast te naaien. Door de bodemwand 5 en de bovenwand 6 een zodanige vorm en zodanige afmetingen te geven, dat na het uitvouwen van de houder 1 de bodemwand 5 en de bovenwand 6 althans ongeveer strak staan, 10 worden de verstevigingselementen 2 ten opzichte van elkaar in de omtreksvorm behouden. Bovendien blijkt het uitvouwen hierdoor verrassend gemakkelijk te kunnen plaatsvinden. Door de flexibiliteit en de vouwbaarheid van het velvormige materiaal 3 vormen de bovenwand 6 en bodemwand 5 geen nadelige obstruc-15 tie bij het opvouwen van de houder 1.

De bovenwand 6 is voorzien van een opening voor het daardoorheen aanbrengen van een vulbare zak in de houder 1. De opening is in deze uitvoeringsvorm afsluitbaar door middel van een klep 7. Klep 7 is in dit geval een gedeelte van de boven-20 wand 6, dat via een ritssluiting 9 met de zijwand 4 verbonden kan worden. Uiteraard zijn talrijke alternatieven mogelijk voor een afsluitbare opening in dé bovenwand 6. Ook is het niet noodzakelijk om de opening in de bovenwand 6 nabij de zijwand 4 te plaatsen. Het heeft vanwege de stevigheid wel de 25 voorkeur om de grootte van de opening relatief gering te houden, bijvoorbeeld kleiner dan de helft van de dwarsdoorsnede van de houder 1.

In Fig. 1 is ook te zien, dat de houder 1 is voorzien van banden 10, die zich aan de buitenzijde van de houder 1 in 30 de omtreksrichting van de zijwand 4 uitstrekken. In deze uitvoeringsvorm zijn de banden 10 aan de zijwand 4 vastgemaakt ter plaatse van de ribben 11. De banden 10 dienen voor extra versteviging en zijn bovendien handig bij het uitvouwen van de houder 1 om de verstevigingselementen 2 in buitenwaartse rich-35 ting van de houder 1 te trekken.

Uit het voorgaande zal duidelijk zijn dat met de opvouwbare houder volgens de uitvinding het opvouwen en uitvouwen daarvan op een snelle en eenvoudige wijze kan 9 plaatsvinden. Bovendien wordt een houder verschaft die grotendeels kan worden hergebruikt, zodanig dat na gebruik op eenvoudige wijze met beperkte kosten weer een schone houder kan worden vervaardigd.

5 De uitvinding is niet beperkt tot het in de tekenin gen weergegeven uitvoeringsvoorbeeld dat op verschillende manieren binnen het kader van de uitvinding kan worden gevarieerd. Het is bijvoorbeeld denkbaar, dat de verstevigingselementen scharnierend met elkaar verbonden delen 10 zijn, waaromheen als geheel een omhulsel is aangebracht in plaats van om elk verstevigingselement.

Claims (13)

1. Opvouwbare houder (1) voor een met vloeibaar materiaal vulbare zak, welke houder (1) een opgevouwen en een uitgevouwen toestand kent, en zodanig is uitgevoerd, dat in de uitgevouwen toestand een ruimte aan de binnenzijde van de hou- 5 der (1) wordt omhuld door een zijwand (4) daarvan die is voorzien van een aantal met velvormig materiaal bedekte ver-stevigingselementen (2) die de omtreksvorm van de zijwand (4) aan tenminste de binnenzijde van de houder (1) beschrijven, met het kenmerk, dat de in omtreksrichting van de zijwand (4) 10 naast elkaar gelegen verstevigingselementen (2) scharnierend met elkaar zijn verbonden.

2. Opvouwbare houder (1) volgens conclusie 1, waarbij de zijwand (4) is voorzien van meer dan vier in omtreksrichting naast elkaar gelegen verstevigingselementen (2) die elk 15 althans ongeveer een vlakke vorm hebben, waarbij in de uitgevouwen toestand de in omtreksrichting naast elkaar gelegen verstevigingselementen (2) een hoek met elkaar maken.

3. Opvouwbare houder (1) volgens conclusie 2, waarbij de zijwand (4) is voorzien van acht in omtreksrichting naast 20 elkaar gelegen verstevigingselementen (2).

4. Opvouwbare houder (1) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij alle verstevigingselementen (2) volledig omhuld zijn door velvormig materiaal (3), dat bij voorkeur uit recyclebaar wegwerpmateriaal is gemaakt.

5. Opvouwbare houder (1) volgens conclusie 4, waarbij de verstevigingselementen (2) in omtreksrichting van de zijwand (4) op afstand van elkaar zijn geplaatst, waarbij het velvormige materiaal (3) zich zodanig tussen de verstevigingselementen (2) bevindt dat deze ten opzichte van elkaar 30 scharnierbaar zijn.

6. Opvouwbare houder (1) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het verstevigingselement (2) een metalen frame omvat, dat bij voorkeur voorzien is van aan elkaar gelaste staafvormige elementen.

7. Opvouwbare houder (1) volgens één van de voorgaan de conclusies, waarbij de houder (1) is voorzien van een vormhoudorgaan (5, 6), dat zodanig is uitgevoerd en met de zijwand (4) is verbonden, dat na het uitvouwen van de houder (1) de posities van de verstevigingselementen (2) ten opzichte van elkaar in de omtreksvorm worden behouden.

8. Opvouwbare houder (1) volgens conclusie 7, waarbij het vormhoudorgaan een flexibele bodemwand (5) omvat, die met de zijwand (4) is verbonden en in de uitgevouwen toestand althans ongeveer strak staat.

9. Opvouwbare houder (1) volgens conclusie 7, waarbij 10 het vormhoudorgaan een flexibele bovenwand (6) omvat, die met de zijwand (4) is verbonden en in de uitgevouwen toestand tenminste gedeeltelijk althans ongeveer strak staat.

10. Opvouwbare houder (1) volgens conclusies 8 en 9.

11. Opvouwbare houder (1) volgens conclusie 9 of 10, 15 waarbij de bovenwand is voorzien van een opening voor het daardoorheen aanbrengen van een vulbare zak in de houder (1), welke opening bij voorkeur afsluitbaar is.

12. Zak-in-houder combinatie, waarbij de houder (1) volgens één van de voorgaande conclusies is voorzien van een 20 vulbare zak in de ruimte aan de binnenzijde van de houder (1).

13. Werkwijze voor het hergebruiken van een opvouwbare houder volgens één van de conclusies 1-11, waarbij na gebruik van de houder (1) het velvormige materiaal (3) en de verstevigingselementen (2) van elkaar worden losgemaakt en de 25 verstevigingselementen (2) met een ander velvormig materiaal (3) worden bedekt.