NL193060C - Truck with a cab consisting of at least two parts. - Google Patents
Truck with a cab consisting of at least two parts. Download PDFInfo
- Publication number
- NL193060C NL193060C NL8502676A NL8502676A NL193060C NL 193060 C NL193060 C NL 193060C NL 8502676 A NL8502676 A NL 8502676A NL 8502676 A NL8502676 A NL 8502676A NL 193060 C NL193060 C NL 193060C
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- cabin
- cabin part
- pivotable
- chassis
- parts
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62D—MOTOR VEHICLES; TRAILERS
- B62D33/00—Superstructures for load-carrying vehicles
- B62D33/06—Drivers' cabs
- B62D33/0612—Cabins with living accommodation, especially for long distance road vehicles, i.e. sleeping, cooking, or other facilities
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62D—MOTOR VEHICLES; TRAILERS
- B62D33/00—Superstructures for load-carrying vehicles
- B62D33/06—Drivers' cabs
- B62D33/063—Drivers' cabs movable from one position into at least one other position, e.g. tiltable, pivotable about a vertical axis, displaceable from one side of the vehicle to the other
- B62D33/067—Drivers' cabs movable from one position into at least one other position, e.g. tiltable, pivotable about a vertical axis, displaceable from one side of the vehicle to the other tiltable
- B62D33/07—Drivers' cabs movable from one position into at least one other position, e.g. tiltable, pivotable about a vertical axis, displaceable from one side of the vehicle to the other tiltable characterised by the device for locking the cab in the tilted or in the driving position
- B62D33/071—Locking devices for cabins in driving position; Shock and vibration absorbing devices therefor
Description
Vrachtwagen met een uit ten minste twee delen bestaande cabineTruck with a cab consisting of at least two parts
De uitvinding betreft een vrachtwagen, voorzien van althans twee achter elkaar op het chassis gedragen cabinedelen, waarvan er althans één gedragen wordt via ten minste één trillingsdemper, waarbij ten minste 5 één cabinedeel om een zich dwars ten opzichte van de rijrichting en horizontaal uitstrekkende as vanuit een op het chassis opliggende rijtoestand tot in een weggekiepte stand zwenkbaar is.The invention relates to a truck, provided with at least two cabin parts carried one behind the other on the chassis, at least one of which is carried via at least one vibration damper, at least one cabin part being arranged about a shaft extending transversely to the direction of travel and horizontally a driving position on the chassis can be pivoted into a tilted-away position.
Een dergelijke vrachtwagen is bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 4.351.554. Daarbij is zwenkbaar op het chassis de bestuurscabine bevestigd en is via trillingsdempers op het chassis bevestigingstechnisch en ook trillingstechnisch onafhankelijk van deze bestuurscabine hierachter en deels hierboven een verdere 10 cabine bevestigd.Such a truck is known from United States patent specification 4,351,554. The driver's cab is pivotally mounted on the chassis and a further driver's cab is mounted on the chassis via vibration dampers and also vibration-independent of this driver's cab, and partly further above.
Beide cabines vormen aldus de cabinedelen. Tussen de beide cabinedelen is een kleine door afdicht-ringen begrensde doorgang voor personeel. Deze bekende vrachtwagen is ingericht voor het trekken van opleggers. Doordat de cabines elk op zich een zelfstandig triliingssysteem vormen, kunnen moeilijkheden ontstaan in de verbinding en afdichting tussen de cabines.Both cabins thus form the cabin parts. Between the two cabin parts is a small passage for personnel bounded by sealing rings. This known truck is designed for towing semi-trailers. Because the cabins each form an independent vibration system in themselves, difficulties can arise in the connection and sealing between the cabins.
15 Aan de uitvinding ligt de doelstelling ten grondslag om beide cabinedelen tot een enkele cabine te kunnen integreren, zonder dat er verbindings- en afdichtingsproblemen ontstaan, maar met behoud van de eigenschap om slechts een deel van de cabine weg te kunnen kiepen voor toegang tot de motor.The invention is based on the aim of being able to integrate both cabin parts into a single cabin, without creating connection and sealing problems, but retaining the property of being able to tilt only a part of the cabin for access to the cabin. engine.
De doelstelling van de uitvinding wordt bereikt met het kenmerk, dat het om de dwarsas zwenkbare cabinedeel in de rijtoestand via een losmaakbare koppelinrichting in hoofdzaak star met het naburige 20 cabinedeel te verbinden is en elk van de cabinedelen via ten minste één trillingsdemper op het chassis wordt gedragen.The object of the invention is achieved in that the cab part pivotable about the transverse axis in the driving position is substantially rigidly connected to the neighboring cab part via a detachable coupling device and each of the cab parts is connected via at least one vibration damper on the chassis. behave.
Indien de trillingsdemper respectievelijk een van de trillingsdempers die dient respectievelijk dienen voor de ondersteuning van het zwenkbare cabinedeel op het chassis het leger voor de zwenkas van het zwenkbare cabinedeel vormt respectievelijk vormen, kan met drie oplegpunten voor de trillingsgedempte 25 legering van de cabine ten opzichte van het voertuigchassis worden volstaan.If the vibration damper or one of the vibration dampers serving or supporting the pivoting cabin part on the chassis respectively forms or forms the bearing for the pivoting axle of the pivoting cabin part, three bearing points for the vibration-damping alloy of the cabin can be the vehicle chassis will suffice.
Van voordeel is het verder ook, dat de trillingsdempers die dienen voor de ondersteuning van het naburige cabinedeel dat zich achter het zwenkbare cabinedeel bevindt, nabij het achtereinde van dit cabinedeel zijn aangebracht, welk achtereinde naar een nuttige opbouw is gekeerd en het zwenkbare cabinedeel via een nabij het scheidingsvlak tussen deze beide cabinedelen aangebrachte tweede trillings-30 dempers met het chassis verbonden is. Door deze gedefinieerde driepuntsafsteuning van de uit meerdere delen bestaande cabine wordt een als een geheel trillende eenheid verwezenlijkt en aldus worden relatieve bewegingen van de cabinedelen in het gebied van de overgangsplaatsen respectievelijk het scheidingsvlak en de daar aangebrachte afdichtingen vermeden. Daardoor wordt een goede afdichting tegen vocht en geluid gerealiseerd.It is also an advantage that the vibration dampers which serve to support the neighboring cabin part located behind the pivotable cabin part are arranged near the rear end of this cabin part, which rear end faces a useful construction and the pivotable cabin part via a second vibration dampers arranged near the interface between these two cabin parts is connected to the chassis. By this defined three-point support of the multi-part cabin, a unit vibrating as a whole is realized and thus relative movements of the cabin parts in the region of the transition points or the interface and the seals arranged there are avoided. This ensures a good seal against moisture and noise.
35 Bij voorkeur is het voertuig volgens de uitvinding zodanig uitgevoerd dat aan het chassis nabij het scheidingsvlak tussen het zwenkbare cabinedeel en het naburige cabinedeel een steun is bevestigd, die dient voor de oplegging van het naburige cabinedeel. Door de opstelling van de steun wordt gewaarborgd dat na het losmaken van de koppelingsinrichting tussen de beide cabinedelen de trillingsdempingsinrichting van het naburige cabinedeel niet door een te ver dalen of door relatieve bewegingen tussen chassis en het 40 cabinedeel in de voertuiglangsrichting kan worden beschadigd, en bovendien wordt bereikt dat na het terugzwenken van het zwenkbare cabinedeel tot in de rijtoestand een ingrijpen van de vergrendelings-elementen wordt verzekerd.The vehicle according to the invention is preferably designed in such a way that a support is attached to the chassis near the interface between the pivotable cabin part and the neighboring cabin part, which serves to support the adjacent cabin part. The arrangement of the bracket ensures that after the coupling device has been loosened between the two cabin parts, the vibration damper of the neighboring cabin part cannot be damaged by falling too far or by relative movements between the chassis and the cabin part 40 in the vehicle longitudinal direction, and moreover it is ensured that after the pivoting cab part is swung back into the driving position an intervention of the locking elements is ensured.
Verder is het ook voordelig, dat tussen het zwenkbare cabinedeel en het naburige cabinedeel op op zichzelf bekende wijze een afdichtingsinrichting aanwezig is, waarbij bij voorkeur één van de beide 45 cabinedelen een onder de afdichtingsinrichting omlopend, naar het andere cabinedeel gericht overgangsdeel heeft, dat ten minste over de wanddikte van het dag van het andere cabinedeel in de richting van de binnenruimte van het cabinedeel versprongen is en dat bij voorkeur het overgangsdeel een gootvormige verdieping vormt, waarvan het verloop aan de dwarsdoorsnedevorm van de cabinedelen is aangepast. Door de verspringing van het onder de afdichtingsinrichting van het dak van het cabinedeel aangebracht 50 overgangsdeel kan een doorgaand dakvlak worden gecreëerd, waardoor een gunstige luchtweerstand ook bij een gedeelde cabine wordt bereikt en een aanvullende geluidsontwikkeling door uitstekende cabinedelen wordt vermeden. Bovendien kan bij overeenkomstige uitvoering van het overgangsdeel condenswater of ingeval van stilstaand voertuig ingedrongen vocht zijdelings vanuit de cabine worden afgeleid.It is furthermore also advantageous that a sealing device is known between the pivotable cabin part and the neighboring cabin part, in which manner one of the two 45 cabin parts preferably has a transition part, which extends to the other cabin part and which extends around the other cabin part. at least about the wall thickness of the day of the other cabin part is offset in the direction of the interior of the cabin part and that the transition part preferably forms a channel-shaped recess, the course of which is adapted to the cross-sectional shape of the cabin parts. Due to the offset of the transition part arranged under the sealing device of the roof of the cabin part, a continuous roof surface can be created, whereby a favorable air resistance is also achieved with a shared cabin and an additional noise development due to protruding cabin parts is avoided. In addition, if the transition part is of the corresponding design, condensation water or moisture that has penetrated when the vehicle is stationary can be diverted laterally from the cabin.
Een verdere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding is zodanig ingericht, dat de koppelinrichting nabij elk 55 van de beide langszijwanden en het scheidingsvlak telkens een aan het dak van het zwenkbare cabinedeel aangebrachte centreertap omvat, die in hoofdzaak evenwijdig aan het dak en dwars ten opzichte van de voertuiglangsrichting verloopt en die bij een rijstand bevindend zwenkbaar cabinedeel in een opneemdeel grijpt, dat aan een aan het naburige cabinedeel om een evenwijdig aan de centreertap zich uitstrekkende as, bijvoorbeeld door middel van een veer in zwenkrichting van het verzwenkbare cabinedeel, verzwenkbare vasthoudinrichting is aangebracht, waarbij het opneemdeel een aan de omtrekvorm van de centreertap aangepaste conforme uitsparing heeft. Door deze uitvoering kan het verdere cabinedeel ook na het 5 wegzwenken van het voorste verzwenkbare cabinedeel op ongeveer hetzelfde niveau worden gehouden.A further embodiment according to the invention is arranged in such a way that the coupling device in each case near each 55 of the two longitudinal side walls and the interface comprises a centering pin arranged on the roof of the pivotable cabin part, which is substantially parallel to the roof and transverse to the vehicle longitudinal direction and which, in a driving position, pivots the cab part into a receiving part, which pivotable holding device is arranged on a shaft extending on the neighboring cabin part about a shaft parallel to the centering pin, for instance by means of a spring in the pivoting direction of the pivotable cabin part, the receiving part has a conformal recess adapted to the circumference of the centering pin. Due to this design, the further cabin part can also be kept at approximately the same level after the front pivotable cabin part has been swung away.
Binnen het raam van de uitvinding is het ook mogelijk dat de koppelinrichting een bij voorkeur nabij elk van de beide langszijwanden aan het zwenkbare cabinedeel aangebrachte bajonetsluiting omvat, die bij voorkeur één door middel van in zijn hoekgebied gelegerde rollen op een ten opzichte van de rijrichting schuin verlopende nokbaan geleide zwenkbare hoekhefboom omvat, waarbij aan het einde van een been 10 van deze hoekhefboom via een zwenkas een haak gelegerd is, waarbij een aan het naburige cabinedeel bevestigde draagtap behoort, en waarbij het andere been van de hoekhefboom een sluithefboom vormt, waarbij zich de as van de op de nokbaan geleide rol van de hoekhefboom bij in zijn eindstanden bevindende sluithefboom telkens aan één zijde naast een van de rechte lijnen bevindt, die de zwenkas en de mond van de haak verbindt en waarbij de hoekhefboom voorzien is van een aandrijving, die deze belast 15 met een kracht die werkt in de richting van de eindstanden die overeenkomen met de telkens optredende eindstanden van de sluithefboom. Door deze uitvoeringsvorm wordt een centrering van de beide cabine-delen ten opzichte van elkaar en aldus een ideaal functioneren van de in het gebied van het scheidingsvlak aangebrachte afdichtingsinrichtingen bereikt.Within the scope of the invention it is also possible for the coupling device to comprise a bayonet closure, preferably arranged near each of the two longitudinal side walls, on the pivotable cabin part, which one preferably by means of rollers alloyed in its corner region on an inclined relative to the direction of travel The pivoting cam track comprises a pivotable angle lever, wherein a hook is mounted at the end of a leg 10 of this angle lever via a pivot axis, to which a carrying pin attached to the adjacent cabin part belongs, and the other leg of the angle lever forms a locking lever, whereby the axis of the cam-track roller guided on the cam track with locking lever in its end positions is always on one side next to one of the straight lines, which connects the pivot axis and the mouth of the hook and wherein the angle lever is provided with a drive, which loads it 15 with a force acting in the direction of the end positions corresponding to d The end positions of the closing lever that occur every time. By this embodiment, a centering of the two cabin parts with respect to each other and thus an ideal functioning of the sealing devices arranged in the area of the interface, is achieved.
Daarbij is de slag van de haak groter dan de afstand tussen de onderzijde van het cabinedeel dat zich 20 naburig bevindt bij het verzwenkbare cabinedeel enerzijds en het aan het voertuigchassis bevestigde afsteunstuk anderzijds. Bij een dergelijke koppelingsinrichting wordt in beide eindstanden van de hoekhefboom van de bajonetsluiting een automatische eindstandfixering verkregen. Tegelijkertijd kan aldus de zich uit de veerweg van de afzonderlijke trillingsdempingsinrichting ontstane veerweg tussen de afzonderlijke cabinedelen voor het samenkoppelen worden overwonnen.The stroke of the hook is greater than the distance between the underside of the cabin part which is adjacent to the pivotable cabin part on the one hand and the support piece fixed to the vehicle chassis on the other. With such a coupling device, an automatic end position fixation is obtained in both end positions of the corner lever of the bayonet closure. At the same time, the spring travel between the individual cabin parts for coupling together resulting from the spring travel of the separate vibration damping device can thus be overcome.
2525
Voor het beter begrip van de uitvinding wordt deze in het volgende aan de hand van de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvoorbeelden verduidelijkt.For a better understanding of the invention, it will be elucidated hereinbelow on the basis of the exemplary embodiments shown in the drawings.
In de tekening tonen: figuur 1 een vrachtwagen met een gedeelde cabine als chauffeurscabine voor in diverse rijen achter 30 elkaar aangebrachte stoelen voor meerijders in zijaanzicht en gedeeltelijk in doorsnede; figuur 2 een kipbare en het andere cabinedeel in het gebied van het scheidingsvlak met de daarbij behorende koppelingsinrichting in zijaanzicht en doorsnede; figuur 3 de koppelinrichting in kopaanzicht en in doorsnede volgens de lijn Ill-Ill van figuur 2; figuur 4 een uitvoeringsvariant van een cabine die volgens de uitvinding uit meerdere delen bestaat en 35 het aanbrengen van de trillingsdempinrichting tussen deze cabine en het voertuigchassis in zijaanzicht en vereenvoudigde, schematische voorstelling; figuur 5 een andere uitvoeringsvorm van een uit meerdere delen bestaande cabine, eveneens in zijaanzicht en schematische voorstelling.In the drawing: figure 1 shows a truck with a shared cabin as a driver's cabin for side-by-side and partial cross-section seats for several drivers arranged in several rows behind each other; Fig. 2 shows a side view and a cross section of a tiltable and the other cabin part in the area of the interface with the associated coupling device; figure 3 shows the coupling device in top view and in section along the line Ill-Ill of figure 2; figure 4 shows an embodiment variant of a cabin consisting of several parts according to the invention and the arrangement of the vibration damping device between this cabin and the vehicle chassis in side view and a simplified, schematic representation; figure 5 shows another embodiment of a multi-part cabin, also in side view and schematic representation.
40 In figuur 1 is een vrachtwagen 1 met een als chauffeurscabine dienende cabine en een nuttige opbouw 3 weergegeven. De nuttige opbouw 3 is via bevestigingsinrichtingen 4 direct met het voertuigchassis 5 van de vrachtwagen 1 verbonden, terwijl de cabine via trillingsdempers 6 tot 8 ten opzichte van het voertuigchassis van de vrachtwagen 1 is afgesteund.40 Figure 1 shows a truck 1 with a cabin serving as a driver's cabin and a useful superstructure 3. The useful structure 3 is directly connected to the vehicle chassis 5 of the truck 1 via fastening devices 4, while the cabin is supported with respect to the vehicle chassis of the truck 1 via vibration dampers 6 to 8.
De cabine 2 is meerdelig en bestaat uit een kipbaar cabinedeel 9 en een achterste, in hoofdzaak vast 45 met het voertuigchassis verbonden cabinedeel 10. Het voorste cabinedeel 9 biedt plaats aan een rij 11 van zetels 12, terwijl in het achterste voertuigcabinedeel twee rijen, 13 en 14, van zetels 15 zijn aangebracht. De zetels 12 in de rij 11, in het bijzonder de chauffeursstoel, zijn via een deur 16 in een langszijwand 17 van het voorste cabinedeel 9 toegankelijk, dat verder een dak 18, een voorste kopwand 19 met een daarin aangebracht windscherm en een bodem 20 heeft. In het voorste cabinedeel 9 zijn een stuurinrichting 21, 50 een controleinrichting 22, bijvoorbeeld aanwijsinstrumenten of dergelijke, alsook een regelinrichting 23, zoals gaspedaal, rempedaal en schakelstangen aangebracht.The cab 2 is multi-part and consists of a tiltable cab part 9 and a rear cab part 10, which is substantially fixedly connected to the vehicle chassis 10. The front cab part 9 accommodates a row 11 of seats 12, while in the rear vehicle cab part two rows, 13 and 14, of seats 15 are provided. The seats 12 in the row 11, in particular the driver's seat, are accessible via a door 16 in a longitudinal side wall 17 of the front cabin part 9, which further has a roof 18, a front end wall 19 with a windshield arranged therein and a bottom 20 . In the front cabin part 9, a control device 21, 50, a control device 22, for example indicating instruments or the like, as well as a control device 23, such as accelerator pedal, brake pedal and shift rods are arranged.
Het kipbare cabinedeel 9 is nabij zijn kopwand 19 om een as 24 in langs- respectievelijk rijrichting -volgens pijl 25 - uit de met getrokken lijnen aangeduide stand tot in de met streeplijnen aangeduide stand zwenkbaar. De as 24 is op een torsiestaaf 26 van de trillingsdemper 6, die echter ook door een bladveer of 55 een andere trillingsdemper gevormd kan zijn, aangebracht, welke zelf op het voertuigchassis 5 is afge-steund. De as 24 strekt zich parallel aan de rijbaan van de wielen en dwars ten opzichte van de rijrichting -volgens pijl 25 - uit. Door het zwenken van het voorste cabinedeel 9 tot in de met streeppuntlijnen 3 193060 aangeduide stand, wordt de toegang tot de ongeveer in het midden van het voertuig onder het voorste cabinedeel 9 aangebrachte aandrijfmotor 27 vergemakkelijkt. In de met getrokken lijnen getoonde rijtoestand van het voorste cabinedeel 9 is deze nabij het scheidingsvlak 28 tussen het voorste cabinedeel 9 en het achterste cabinedeel 10 op een verdere trillingsdemper 8, die bijvoorbeeld door een via rubbermetaalveer-5 elementen aan het voertuigchassis trillingsdempend gelegerde drager gevormd is, ondergesteund. Op dezelfde wijze is het andere cabinedeel 10 nabij zijn achterwand 30 via de door een rubbermetaalveer-element 31 gevormde trillingsdemper 7 op het voertuigchassis ondergesteund. In de rijtoestand is het voorste cabinedeel 9 met het achterste cabinedeel 10 in het gebied van het scheidingsvlak 28 via een koppelinrichting 32 beweeglijk verbonden.The tiltable cabin part 9 is pivotable about an axis 24 in the longitudinal and driving direction - according to arrow 25 - near the end wall 19 from the position indicated by solid lines to the position indicated by dashed lines. The shaft 24 is mounted on a torsion bar 26 of the vibration damper 6, which may, however, also be formed by a leaf spring or another vibration damper, which is itself supported on the vehicle chassis 5. The shaft 24 extends parallel to the road of the wheels and transversely to the direction of travel, according to arrow 25. By pivoting the front cabin part 9 into the position indicated by dashed lines 3 193060, access to the drive motor 27 arranged approximately in the middle of the vehicle under the front cabin part 9 is facilitated. In the driving condition of the front cabin part 9, shown in full lines, it is near the interface 28 between the front cabin part 9 and the rear cabin part 10 on a further vibration damper 8, which is formed, for example, by a rubber-dampened bearing mounted on the vehicle chassis is supported. Likewise, the other cabin part 10 is supported on the vehicle chassis near its rear wall 30 via the vibration damper 7 formed by a rubber metal spring element 31. In the driving position, the front cabin part 9 is movably connected to the rear cabin part 10 in the region of the interface 28 via a coupling device 32.
10 Door de centrering van de beide cabinedelen 10 en 9 ten opzichte van elkaar en hun onderlinge fixering wordt een eenheid gevormd, die praktisch als één trillingslichaam werkt, dat via de trillingsdemper 6 tot 8 onafhankelijk van de nuttige opbouw 3 wat zijn trillingen betreft gedempt door het voertuigchassis 5 wordt gedragen.10 The centering of the two cabin parts 10 and 9 relative to each other and their mutual fixation forms a unit which functions practically as one vibration body, which is damped via the vibration damper 6 to 8 independently of the useful structure 3 in terms of its vibrations by the vehicle chassis 5 is carried.
In figuren 2 en 3 is de uitvoeringsvorm van de koppelinrichting 32 op grotere schaal weergegeven. Deze 15 omvat bij de naar elkaar toegekeerde einden van de daken 18 resp. 55 van de cabinedelen 9 resp. 10 nabij het scheidingsvlak 28 een centreertap 34 en een opneemdeel 35. Aanvullend hieraan omvat de koppelinrichting 32 een bajonetsluiting 36. Deze bestaat uit een kniehefboom 37, waarvan het been 38 via een zwenkas 39 van een daaraan gelegerde haak 40 is voorzien. Een ander been 41 van de kniehefboom 37 dient in zijn eindgebied als sluithefboom 42. In een hoekgebied van de kniehefboom 37 zijn op een as 43 20 rollen 44 gelegerd, die op een nokbaan 45 steunen. Deze nokbaan 45 strekt zich vanaf een laaggelegen achtereinde tot een hogergelegen vooreinde 47 uit.Figures 2 and 3 show the embodiment of the coupling device 32 on a larger scale. This 15 comprises at the ends of the roofs 18 facing each other. 55 of the cabin parts 9 resp. 10, near the interface 28, a centering pin 34 and a receiving part 35. In addition to this, the coupling device 32 comprises a bayonet closure 36. This consists of a toggle lever 37, the leg 38 of which is provided with a hook 40 mounted thereon via a pivot shaft 39. Another leg 41 of the toggle lever 37 serves in its end region as a locking lever 42. In a corner region of the toggle lever 37, rollers 44 are supported on a shaft 43 and are supported on a cam track 45. This cam track 45 extends from a low-lying rear end to a higher-lying front end 47.
De haak 40 kan haken aan een draagtap 48 die via een console 49 aan de bodem 50 van het achterste cabinedeel 10 is bevestigd. Het voorste cabinedeel 9 is via de aanvullend tussen de trillingsdemper 6 en 7 aangebrachte trillingsdemper 8, die rubbermetaalveerlementen 29 omvat op het voertuigchassis 5 van de 25 vrachtwagen 1 ondergesteund. Aan het voertuigchassis 5 zit verder een steun 51 bevestigd, om het achterste cabinedeel 10 na het omhoog kippen van het voorste cabinedeel 9 in de met streeppuntlijnen aangeduide stand te steunen. Door zwenken kan de sluithefboom 42 vanuit de met getrokken lijnen getekende stand, waarin de cabinedelen 9 en 10 beweeglijk verbonden zijn, tot in de met streeppuntlijnen aangeduide stand worden gezwenkt. Door van de sluithefboom 42 om de as van op de nokbaan 45 30 liggende rollen 44 beweegt de kniehefboom 47 vanuit de met getrokken lijnen aangeduide stand tot in de met streeppuntlijnen aangeduide stand en daarbij wordt de zwenkas 39 vanwege het hefboommechanisme in verbinding met de hellende uitvoering van de nokbaan 45 in de richting van de bodem 20 van het kipbare cabinedeel 9 naar beneden gezwenkt. Bij het naar beneden zwenken van de haak 40 wordt de draagtap 48 en aldus het achterste cabinedeel 10 eveneens naar beneden gezwenkt, tot de bodem 50 daarvan op de 35 afsteuninrichting 51 ligt. De kniehefboom 37 is met een aandrijving, bijvoorbeeld een trekveer, verbonden, die aan beide zijden van het dode punt - dat door een veronderstelde rechte lijn tussen de zwenkas 39 en de haak 40 gevormd is - een in de richting van de telkens aanwezige eindstand van de kniehefboom 37 gerichte vergrendelkracht uitoefent respectievelijk de vergrendelbeweging ondersteunt.The hook 40 can hook onto a carrying pin 48 which is attached via a console 49 to the bottom 50 of the rear cabin part 10. The front cabin part 9 is supported on the vehicle chassis 5 of the truck 1 via the additional vibration damper 8, which is provided between the vibration damper 6 and 7, and which comprises rubber metal spring elements 29. A support 51 is further attached to the vehicle chassis 5 to support the rear cabin part 10 after tilting the front cabin part 9 upwards into the position indicated by dashed lines. The locking lever 42 can be pivoted from the position drawn in solid lines, in which the cabin parts 9 and 10 are movably connected, to the position indicated by dashed lines by pivoting. The roll lever 44 moves from the closing lever 42 about the axis of the cam track 45 to the cam track 45 to the knee lever 47 from the position indicated by solid lines to the position indicated by dotted lines, thereby pivoting the pivot shaft 39 because of the lever mechanism in connection with the inclined design. of the cam track 45 pivoted downwards towards the bottom 20 of the tiltable cabin part 9. When the hook 40 is pivoted downwards, the carrying pin 48 and thus the rear cabin part 10 is also pivoted downwards, until the bottom 50 thereof lies on the support device 51. The toggle lever 37 is connected to a drive, for example a tension spring, which on both sides of the dead center - which is formed by an assumed straight line between the pivot shaft 39 and the hook 40 - in the direction of the respective end position of the knee lever 37 exerts a directed locking force or supports the locking movement.
Na het naar beneden brengen van de haak 40 tot in de met streeppuntlijnen aangeduide stand kan het 40 voorste cabinedeel 9 in de rijrichting naar voren gekipt worden, waarbij zich tijdens het opwaarts kippen daarvan de centreertap 34 uit het opneemdeel 35 van de via een veer 52 in de zwenkrichting van het voorste cabinedeel 9 beweeglijke koppeldeel 53 gezwenkt wordt. Door deze zwenking van het koppeldeel 53 wordt gewaarborgd, dat bij het terugkippen van het voorste cabinedeel 9 de centreertap 34 met zekerheid in het opneemdeel 35 grijpt en een storingvrije koppeling van de beide cabinedelen 9 en 10 en 45 aldus een veilige verankering en afdichting daarvan tijdens het rijden wordt bereikt.After lowering the hook 40 into the position indicated by dashed lines, the front cabin part 9 can be tipped forward in the direction of travel, the centering pin 34 of the receiving part 35 of the spring 52 being lifted upwards during the upward tilting thereof. movable coupling part 53 is pivoted in the swiveling direction of the front cabin part 9. This pivoting of the coupling part 53 ensures that, when the front cabin part 9 is tilted back, the centering spigot 34 engages securely in the receiving part 35 and a fault-free coupling of the two cabin parts 9 and 10 and 45 thus ensures a secure anchoring and sealing thereof during driving is achieved.
Zoals blijkt uit figuur 3, zijn zowel de bajonetsluiting 36 alsook het koppeldeel 53 alsook de centreertap 34 nabij de langszijwand 17 van de cabinedelen 9, 10 aangebracht. Uit figuur 3 blijkt verder, dat de trillingsdemper 8 door twee rubbermetaalveerelementen 29 is gevormd en op deze wijze twee op afstand van elkaar gelegen ondersteuningsplaatsen voor het cabinedeel 9 vormt. Eveneens kan de in figuur 1 50 getoonde trillingsdemper 7 voor het achterste cabinedeel 10 zo uitgevoerd zijn. Verder is in figuur 3 schematisch een zetel 15 aangeduid, die in de rij 13 is aangebracht. Deze bevindt zich in het achterste cabinedeel 10.As can be seen from figure 3, both the bayonet closure 36 and the coupling part 53 as well as the centering pin 34 are arranged near the longitudinal side wall 17 of the cabin parts 9, 10. Figure 3 further shows that the vibration damper 8 is formed by two rubber-metal spring elements 29 and thus forms two spaced-apart support locations for the cabin part 9. Likewise, the vibration damper 7 for the rear cabin part 10 shown in Fig. 150 can be so designed. Furthermore, in figure 3 a seat 15 is schematically indicated, which is arranged in the row 13. It is located in the rear cabin section 10.
Uit figuur 2 is verder de uitvoering van het overgangsgebied tussen het voorste en het achterste cabinedeel 9, 10 in het gebied van het scheidingsvlak 28 - streeptweepuntslijn - beter te zijn. Zo is het 55 achterste cabinedeel 10 met een in de richting van het voorste cabinedeel 9 gerichte overgangsdeel 54 uitgerust. Het gootvormig uitgevoerde overgangsdeel 54 wordt door het dak 18 van het voorste cabinedeel 9 overlapt. Dus waar de daken 18 resp. 55 van de cabinedelen 9 resp. 10 elkaar overlappen, is een 193060 η afdichtinrichting 56 aangebracht. Deze bestaat bijvoorbeeld uit twee omlopende afdichtstroken 57 en 58, die, zoals in voertuigbouw gebruikelijk is, door middel van klemprofielen op de overeenkomstige plaatdeien zijn geschoven. De tussenruimte tussen de cabinedelen 9 resp. 10 is aldus op de wijze van een labyrinthaf-dichting tegen vocht, tocht of geluid afgedicht.Also, from Figure 2, the embodiment of the transition region between the front and rear cab portion 9, 10 in the region of the interface 28 - dashed two-point line - is better. For example, the 55 rear cabin part 10 is equipped with a transition part 54 directed towards the front cabin part 9. The gutter-shaped transition part 54 is overlapped by the roof 18 of the front cabin part 9. So where the roofs 18 resp. 55 of the cabin parts 9 resp. 10 overlapping each other, a 193060 η sealing device 56 is provided. This consists, for example, of two circumferential sealing strips 57 and 58, which, as is customary in vehicle construction, are slid onto the corresponding plate parts by means of clamping profiles. The space between the cabin parts 9 resp. 10 is thus sealed in the manner of a labyrinth seal against moisture, draft or noise.
5 Zoals verder uit figuren 2 en 3 te zien is, hebben beide cabinedelen 9 en 10 bij het scheidingsvlak 28 dezelfde dwarsdoorsnedevorm, zodat het overgangsdeel 54 zowel bij het dak 18, de langszijwanden 17 en de bodem 20 resp. 50 omlopend kan zijn aangebracht. Daardoor wordt bij gesloten koppelinrichting 32 niet slechts een starre bewegingsverbinding tussen de afzonderlijke cabinedelen, maar bovendien ook een afdoende afdichting tegen klimatologische invloeden bereikt.As can further be seen from Figures 2 and 3, both cabin parts 9 and 10 have the same cross-sectional shape at the interface 28, so that the transition part 54 is both at the roof 18, the longitudinal side walls 17 and the bottom 20 and 20, respectively. 50 may be circled. In the case of a closed coupling device 32, this ensures that not only a rigid movement connection between the individual cabin parts, but also an adequate sealing against climatic influences.
10 Wanneer dit vanwege constructieve eisen noodzakelijk is, is het achterste cabinedeel 10 om een as kipbaar uit te voeren, zodat hetzij beide cabinedelen of een van de beide kipbaar is. Het is echter ook mogelijk, dat een voorste en een achterste kopzijdig cabinedeel kip- en respectievelijk zwenkbaar is en dat zich daartussen een aan het voertuigchassis vast verbonden cabinedeel bevindt.When this is necessary due to constructional requirements, the rear cabin part 10 is designed to be tiltable so that either both cabin parts or one of the two is tiltable. However, it is also possible that a front and a rear head-side cabin part can be pivoted and pivoted respectively, and that a cabin part fixedly connected to the vehicle chassis is located between them.
In plaats van de in figuren 1 tot 3 weergegeven koppelinrichtingen kunnen ook volautomatische 15 koppelinrichtingen onder toepassing van drukmiddelcilinders, spansluitingen of dergelijke toepassing vinden. Ook de uitvoering van het overgangsgebied tussen twee op dezelfde wijze zwenkbare respectievelijk een vaststaand en een zwenkbaar cabinedeel is te variëren. Zo is het mogelijk, dat één van de beide cabinedelen het andere via een groter langsgebied omhult of de verbinding tussen deze cabinedelen door een aanvullend aangebracht tussenstuk, dat bijvoorbeeld ook in de vorm van een overrolbeugel kan zijn 20 uitgevoerd, geschiedt. In plaats van de in het uitvoeringsvoorbeeld getoonde rubberveermiddelen voor de trillingsdemper kunnen torsieveren, bladveren, rubber veren en drukmiddel-bedienbare triilingsdemp-elementen, zoals bijvoorbeeld luchtveren of hydraulische veerelementen, of combinaties daarvan, die in de handel verkrijgbaar zijn, als dempelementen worden gebruikt.Instead of the coupling devices shown in Figures 1 to 3, fully automatic coupling devices using pressure medium cylinders, turnbuckles or the like can also be used. The design of the transition area between two likewise pivotable and a fixed and a pivotable cabin part, respectively, can be varied. It is thus possible for one of the two cabin parts to enclose the other via a larger longitudinal area, or for the connection between these cabin parts to be effected by an additionally arranged intermediate piece, which for instance can also be in the form of a roll-over bracket. Instead of the rubber dampers for the vibration damper shown in the exemplary embodiment, torsion springs, leaf springs, rubber springs and pressure medium-operable triangular damping elements, such as, for example, air springs or hydraulic spring elements, or combinations thereof, which are commercially available, can be used as damping elements.
In figuur 4 is een vrachtwagen 1 getoond, die een cabine 2 en een nuttige opbouw 3 heeft. De nuttige 25 opbouw 3 wordt door een kipbak gevormd, die vanuit de met getrokken lijnen getekende tot in de met streeplijnen getekende stand omhoog te zwenken is. De cabine 2 bestaat hier ook uit cabinedelen 59, 60, 61 waarvan elk via een eigen trillingsdemper 62 tot 64 op het voertuigchassis 5 is afgesteund. Zowel het cabinedeel 59 als cabinedeel 61 zijn om een as 65 resp. 66 vanuit de met getrokken lijnen getekende rijstand tot in de met streeplijnen getekende onderhoudsstand zwenkbaar. Daardoor wordt de toegang tot 30 een boven de voorste rijas 67 aangebrachte aandrijfmotor 68 vergemakkelijkt. Om een overeenkomstig stabiele legering van de cabinedelen 59 resp. 61 in de naar elkaar toegekeerde eindgebieden bijvoorbeeld ook voor het ruwe inzetbedrijf van een vrachtwagen met kipbakken mogelijk te maken, is in het onderhavige uitvoeringsvoorbeeld een derde cabinedeel 60 aanwezig, dat via een eigen trillingsdemper 63 op het voertuigchassis 5 zit. In de rijtoestand zijn de beide cabinedelen 59 en 61 door schematisch aangeduide 35 koppelinrichtingen 69 met dit middelste cabinedeel 60 verbonden. Tussen dit cabinedeel 60 en de cabinedelen 59 tot 61 zijn overeenkomstige afdichtinrichtingen aangebracht. Het middelste, vast het voertuigchassis 5 verbonden cabinedeel 60 kan ook een grotere langsmaat hebben en bijvoorbeeld een rij zetels voor passagiers dragen.In figure 4 a truck 1 is shown, which has a cabin 2 and a useful superstructure 3. The useful structure 3 is formed by a tipping body which can be pivoted upwards from the position drawn with solid lines to the position drawn with dashed lines. The cabin 2 here also consists of cabin parts 59, 60, 61, each of which is supported on the vehicle chassis 5 via its own vibration damper 62 to 64. Both the cabin part 59 and cabin part 61 are about an axis 65 resp. 66 can be pivoted from the driving position drawn with solid lines to the maintenance position drawn with dashed lines. This facilitates access to a drive motor 68 disposed above the front row shaft 67. To ensure a correspondingly stable alloy of the cabin parts 59 resp. In the end regions facing each other, for example, also to enable the rough deployment of a truck with tipping bodies, in the present exemplary embodiment a third cabin part 60 is present, which sits on the vehicle chassis 5 via its own vibration damper 63. In the driving state, the two cabin parts 59 and 61 are connected to this middle cabin part 60 by schematically indicated coupling devices 69. Corresponding sealing devices are arranged between this cabin part 60 and the cabin parts 59 to 61. The middle cabin part 60 fixedly connected to the vehicle chassis 5 can also have a larger longitudinal dimension and for instance carry a row of seats for passengers.
Verder is het ook mogelijk, dat alle of een enkele van de cabinedelen 59 tot 61 voor het opnemen van 40 uitrustingsvoorwerpen, reddingsapparaten, aggregaten of andere machines, in het bijzonder bij in te zetten voertuigen, zijn uitgevoerd, waarbij bijvoorbeeld in het cabinedeel 61 aangebrachte ruimten voor apparaten via een in figuur 4 schematisch weergegeven rolluik toegankelijk zijn. Er kunnen echter ook in een cabinedeel zetels voor meerijders en in een ander cabinedeel uitrustingsvoorwerpen en dergelijke aanwezig zijn.Furthermore, it is also possible that all or some of the cabin parts 59 to 61 are designed to receive 40 equipment objects, rescue equipment, aggregates or other machines, in particular for vehicles to be used, with for instance the cabin part 61 fitted rooms for appliances are accessible via a roller shutter schematically shown in figure 4. However, in one cabin part, seats for rider and in another cabin part may contain equipment and the like.
45 Bij de in figuur 5 weergegeven vrachtwagen 1 bestaat de cabine 2 uit twee cabinedelen 70 en 71, waarbij elk cabinedeel slechts via één enkele trillingsdemper 62, 64, die door een torsiestaaf respectievelijk een rubbermetaalveerelement gevormd kan zijn, op het voertuigschassis 5 kan zijn ondergesteund. Daarbij is het mogelijk, dat de trillingsdemper 63, die ook de as 65 voor het kippen van het achterste cabinedeel 70 legert, een afsteunpunt van de cabine vormt, terwijl de trillingsdemper 64 twee dwars ten opzichte van de 50 voertuiglangsrichting uit elkaar gelegen trillingsdempelementen heeft, die de twee andere afsteunpunten van de cabine 2 vormen, zodat een statisch bepaald oplegsysteem met drie oplegpunten wordt verschaft.45 In the truck 1 shown in figure 5, the cabin 2 consists of two cabin parts 70 and 71, each cabin part being supported on the vehicle chassis 5 only by a single vibration damper 62, 64, which can be formed by a torsion bar or a rubber metal spring element. . Thereby it is possible that the vibration damper 63, which also rests the axle 65 for tilting the rear cabin part 70, forms a support point of the cabin, while the vibration damper 64 has two vibration damper elements spaced transversely to the vehicle longitudinal direction, which form the two other support points of the cabin 2, so that a statically determined support system with three support points is provided.
Zoals verder schematisch is aangeduid, kan de koppelinrichting 72 door een drukmiddelcilinder 73 gevormd zijn, waarvan koppelhaken 74 in koppelogen 75, die in het voorste cabinedeel aangebracht zijn, grijpen, wanneer de drukmiddelcilinder 73 met drukmiddel bekrachtigd wordt. Voor het ontgrendelen van de 55 koppelinrichting 72 worden door tegengestelde bekrachtiging van de drukmiddelcilinders 73 de koppelhaken 74 in de richting van de voorste kopwand van het voorste cabinedeel 70 naar buiten gebracht.As further schematically indicated, the coupling device 72 may be formed by a pressure medium cylinder 73, of which coupling hooks 74 engage in coupling eyes 75 provided in the front cabin part when the pressure medium cylinder 73 is energized with pressure medium. To unlock the 55 coupling device 72, the coupling hooks 74 are brought out in the direction of the front end wall of the front cabin part 70 by opposing actuation of the pressure medium cylinders 73.
Het is bijvoorbeeld bij in te zetten voertuigen, bijvoorbeeld brandweervoertuigen, mogelijk de blus-,For example, for vehicles to be used, for example fire engines, it is possible to extinguish
Claims (7)
Applications Claiming Priority (2)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| AT343784 | 1984-10-30 | ||
| AT0343784A AT390233B (en) | 1984-10-30 | 1984-10-30 | TRUCKS WITH A CABIN CONTAINING AT LEAST TWO PARTS |
Publications (3)
| Publication Number | Publication Date |
|---|---|
| NL8502676A NL8502676A (en) | 1986-05-16 |
| NL193060B NL193060B (en) | 1998-05-06 |
| NL193060C true NL193060C (en) | 1998-09-08 |
Family
ID=3550506
Family Applications (1)
| Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
|---|---|---|---|
| NL8502676A NL193060C (en) | 1984-10-30 | 1985-09-30 | Truck with a cab consisting of at least two parts. |
Country Status (6)
| Country | Link |
|---|---|
| AT (1) | AT390233B (en) |
| BE (1) | BE903386A (en) |
| CH (1) | CH667053A5 (en) |
| DE (1) | DE3526766C2 (en) |
| GB (1) | GB2166094B (en) |
| NL (1) | NL193060C (en) |
Families Citing this family (15)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| DE4032823A1 (en) * | 1990-10-16 | 1992-04-23 | Man Nutzfahrzeuge Ag | Distribution vehicle for city traffic - has separate driving unit chassis and container chassis |
| US5310239A (en) * | 1993-02-22 | 1994-05-10 | Paccar Inc | Modular cab and sleeper structural assembly for a truck-tractor vehicle |
| US5560673A (en) * | 1994-02-04 | 1996-10-01 | Paccar Inc. | Truck cab and sleeper assembly |
| US5735568A (en) * | 1997-01-31 | 1998-04-07 | Western Star Trucks, Inc. | Cab-sleeper assembly |
| AT413205B (en) * | 2001-12-13 | 2005-12-15 | Rosenbauer Int Ag | FIRE VEHICLE |
| US6935679B2 (en) | 2003-09-03 | 2005-08-30 | Mack Trucks, Inc. | Modular cab, sleeper and roof structural assembly for a truck-tractor vehicle |
| DE202006003506U1 (en) * | 2006-03-07 | 2007-07-19 | Krauss-Maffei Wegmann Gmbh & Co. Kg | Military motor vehicle to the crew transport |
| DE102007041276A1 (en) * | 2007-08-31 | 2009-03-05 | MAN Nutzfahrzeuge Österreich AG | Truck with an armored cab of special design |
| BE1024958B1 (en) | 2016-06-02 | 2018-08-30 | Mercury Trading Bvba | Improved space connecting device for passenger transport means |
| AT519556B1 (en) * | 2017-07-04 | 2018-08-15 | MAN TRUCK & BUS OESTERREICH GesmbH | Pivoting device for a cab |
| CN108327807A (en) * | 2018-03-15 | 2018-07-27 | 中国第汽车股份有限公司 | Split type driver's cabin latch system |
| CN108327806A (en) * | 2018-03-15 | 2018-07-27 | 中国第汽车股份有限公司 | Driver's cabin |
| CN108313140B (en) * | 2018-03-15 | 2024-02-23 | 中国第一汽车股份有限公司 | Separable cab of flat-head heavy truck |
| CN108313139B (en) * | 2018-03-15 | 2023-09-22 | 中国第一汽车股份有限公司 | Truck cab suspension system |
| IT201900011445A1 (en) * | 2019-07-11 | 2021-01-11 | Nomec Srl | Integrated tipper vehicle |
Family Cites Families (8)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| GB326664A (en) * | 1928-07-17 | 1930-03-20 | Henry Garner | Improvements in the bodies of motor road vehicles |
| GB802178A (en) * | 1956-03-21 | 1958-10-01 | Vauxhall Motors Ltd | Improvements relating to truck cabs |
| GB807201A (en) * | 1956-06-22 | 1959-01-07 | Vauxhall Motors Ltd | Improvements relating to truck cabs |
| US4121684A (en) * | 1977-02-17 | 1978-10-24 | Paccar Inc. | Truck with tilting cab and non-tilting separated sleeping compartment |
| DE2744429C2 (en) * | 1977-10-03 | 1986-11-13 | Theodor Warneke Fahrzeugbau GmbH & Co KG, 3014 Laatzen | Truck with box body in Pullmann shape |
| US4222451A (en) * | 1978-10-23 | 1980-09-16 | Lamb Charles A | Tilting cab for vans |
| US4351554A (en) * | 1980-02-27 | 1982-09-28 | Livlab, Inc. | Motor vehicle sleeper unit |
| US4378856A (en) * | 1981-02-24 | 1983-04-05 | Double Eagle Industries, Inc. | Passageway for truck cab and sleeper unit |
-
1984
- 1984-10-30 AT AT0343784A patent/AT390233B/en not_active IP Right Cessation
-
1985
- 1985-07-26 DE DE19853526766 patent/DE3526766C2/en not_active Expired - Fee Related
- 1985-08-02 CH CH333885A patent/CH667053A5/en not_active IP Right Cessation
- 1985-08-09 GB GB08520109A patent/GB2166094B/en not_active Expired
- 1985-09-30 NL NL8502676A patent/NL193060C/en not_active IP Right Cessation
- 1985-10-08 BE BE1/011347A patent/BE903386A/en not_active IP Right Cessation
Also Published As
| Publication number | Publication date |
|---|---|
| GB2166094A (en) | 1986-04-30 |
| NL193060B (en) | 1998-05-06 |
| CH667053A5 (en) | 1988-09-15 |
| GB8520109D0 (en) | 1985-09-18 |
| DE3526766A1 (en) | 1986-05-07 |
| ATA343784A (en) | 1989-09-15 |
| AT390233B (en) | 1990-04-10 |
| BE903386A (en) | 1986-04-08 |
| DE3526766C2 (en) | 1996-02-01 |
| NL8502676A (en) | 1986-05-16 |
| GB2166094B (en) | 1988-10-19 |
Similar Documents
| Publication | Publication Date | Title |
|---|---|---|
| NL193060C (en) | Truck with a cab consisting of at least two parts. | |
| US3841430A (en) | Roll structure cab and seat arrangement for track-type tractors | |
| US10450006B2 (en) | Side-by-side all terrain vehicle | |
| EP1645494B1 (en) | Utility vehicle with suspended driver's cab | |
| US8607910B2 (en) | Vehicle suspension device for vehicle seats or vehicle cabs | |
| US9004532B1 (en) | Utility vehicle with ROPS and loading platform | |
| US9266452B2 (en) | Vehicle vibration device for vehicle seats or vehicle cabs | |
| US4351554A (en) | Motor vehicle sleeper unit | |
| GB1598639A (en) | Vehicle with a drivers cab | |
| GB2418183A (en) | Vehicle with tiltable cab mounted on chassis | |
| US6206461B1 (en) | Bottom structure for a self-supporting frame body of a motor vehicle | |
| US3618692A (en) | Vehicle cab suspension | |
| US5879122A (en) | Container moving vehicle | |
| EP0213098B1 (en) | Arrangement for suspending a forwardly tippable cab on a vehicle | |
| EP0941195B1 (en) | Stanchion for vehicle load platform | |
| US4915438A (en) | Vehicular seating apparatus | |
| CA2272265A1 (en) | Truck butterfly hood mount system | |
| US4275800A (en) | Vehicle with variable height control station | |
| JPS5911795Y2 (en) | car seat | |
| DE102004045157A1 (en) | Utility vehicle for e.g. garbage collection, has chassis longitudinal members, each comprising rear part parallel to road surface, middle part slanted downward to front, and front part parallel to road surface or slightly slanted | |
| ITRM930284A1 (en) | SOFA BED FOR VEHICLES. | |
| CA1238070A (en) | Spreader and dump truck | |
| JPH074978Y2 (en) | Industrial vehicle LPG cylinder support device | |
| JPS6322205Y2 (en) | ||
| JPH0428883Y2 (en) |
Legal Events
| Date | Code | Title | Description |
|---|---|---|---|
| CNR | Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection) |
Free format text: ROSENBAUER INTERNATIONAL GESELLSCHAFT M.B.H. |
|
| BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
| BB | A search report has been drawn up | ||
| BC | A request for examination has been filed | ||
| V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20020401 |
|
| V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20020401 |