NL192693C

NL192693C - Heating installation.

Info

Publication number: NL192693C
Application number: NL9101765A
Authority: NL
Inventors: Joachim Berg; Peter Goebel; Paul Heimbach; Donald Hellmann; Juergen Dr Tenhumberg
Original assignee: Vaillant Bv
Priority date: 1990-10-19
Filing date: 1991-10-22
Publication date: 1997-12-02
Also published as: NL192693B; DE9112866U1; DE4134230A1; BE1004826A6; DE4134230C2; CH685067A5; NL9101765A

Description

1 1926931 192693

VerwarmingsinstallatieHeating installation

De uitvinding heeft betrekking op een verwarmingsinstallatie met een brander en een verzamelkast voor afgewerkt gas, vanaf de bodem waarvan een verbrandingsgasleiding en een condensaatafloop verlopen, 5 waarbij de laatstgenoemde naar onderen van de verzamelkast voor afgewerkt gas wegloopt en voorzien is van een stuwinrichting, voorzien van een inrichting voor het in stand houden van een bepaalde minimum stuwhoogte, met een van een ontluchtingsklep voorziene warmtewisselaar, bij welke verwarmingsinstallatie de condensaatafloop door een sifon wordt gevormd.The invention relates to a heating installation with a burner and a collector for waste gas, from the bottom of which a combustion gas pipe and a condensate drain run, the latter running downwards from the waste gas collector and provided with a propulsion device, provided with a device for maintaining a certain minimum accumulation height, with a heat exchanger provided with a vent valve, in which heating installation the condensate drain is formed by a siphon.

Bij bekende dergelijke installaties, die meestal voorzien zijn van een valbrander, die zijn vlammen naar 10 beneden tegen een warmtewisselaar richt, geschiedt de afvoer van het condensaat via een eenvoudige pijpleiding naar buiten of in een reservoir. Zo is de installatie volgens Nederlandse octrooiaanvrage 8701257 voorzien van een inrichting voor het in stand houden van een bepaalde minimum stuwhoogte, b.v. door middel sifon, voorzien van een kleplichaam op klepzitting met tegendrukveer. Daarbij is geen voorziening getroffen voor het regelen van de vulstand door besturing van de condensaatvorming.In known installations of this type, which are usually provided with a fall burner, which directs its flames downwards against a heat exchanger, the condensate is discharged via a simple pipeline to the outside or into a reservoir. For example, the installation according to Dutch patent application 8701257 is provided with a device for maintaining a certain minimum stowage height, e.g. by means of a siphon, fitted with a valve body on valve seat with counter-compression spring. No provision has been made for controlling the filling level by controlling the formation of condensate.

15 Anderzijds beschrijft Brits octrooischrift 2.146.157 een systeem voor het opsporen van een geblokkeerde afvoer in een verbrandingsinstallatie, waarbij door middel van sensoren, die verbonden zijn met het brandersysteem zodanig, de brander automatisch wordt uitgezet als de leiding door condensaat geblokkeerd wordt.On the other hand, British patent 2,146,157 describes a system for detecting a blocked discharge in a combustion installation, in which the burner is automatically switched off when sensors are connected to the burner system when condensate is blocked by condensate.

Volgens de uitvinding is nu gevonden dat er voor gezorgd kan worden, dat er een besturing is, die met 20 een in het sifonachtige gedeelte van de condensaatafloop geplaatste peilsensor verbonden is en bij dalen van de vulstand in dat gedeelte de brander in een gebruik met gedeeltelijke belasting duurt, die een condensaatvorming mogelijk maakt.According to the invention it has now been found that it can be ensured that there is a control which is connected to a level sensor placed in the siphon-like part of the condensate drain and, when the filling level in that part drops, the burner in use with partial load that allows condensation to form.

De verwarmingsinstallatie volgens de uitvinding is daartoe gekenmerkt, doordat een ontluchtingsklep aan de warmtewisselaar is aangebracht en dat op de ontluchtingsklep een in de sifon van de condensaatafloop 25 uitmondende leiding is aangesloten.To this end, the heating installation according to the invention is characterized in that a vent valve is arranged on the heat exchanger and that a pipe opening into the siphon of the condensate drain is connected to the vent valve.

Door deze maatregel wordt het voordeel verkregen, dat de brander slechts dan in een condensaatvorming mogelijk makende gedeeltelijke belasting werkt, als de vulstand van het condensaat in het sifonachtige gedeelte gedaald is beneden een bepaalde waarde. Deze gebruikstoestand wordt daarbij zo lang in stand gehouden, tot de vulstand weer een overeenkomstige hoogte heeft bereikt.This measure provides the advantage that the burner operates only in a partial load which allows condensation to form, if the fill level of the condensate in the siphon-like part has fallen below a certain value. This operating condition is maintained until the filling level has reached a corresponding height again.

3030

De uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de tekening.The invention will now be explained in more detail with reference to the drawing.

Daarbij toont de figuur schematisch een uitvoeringsvorm van een verwarmingsinstallatie volgens de uitvinding.The figure schematically shows an embodiment of a heating installation according to the invention.

Bij de uitvoeringsvorm volgens de figuur is de als aangejaagde brander 31' uitgevoerde brander 31 naar 35 onderen tegen de bodem van verwarmingsruimte 33 gericht, waarin een warmtewisselaar 34 is opgesteld. Warmtewisselaar 34 is verbonden met de terugloop RL, waarin een circulatiepomp 41 is opgesteld, en de voorloop VL, waarbij in laatstgenoemde op een verhoogd gelegen plaats een ontluchtingsklep 42 is aangebracht.In the embodiment according to the figure, the burner 31, which is designed as a supercharged burner 31, is directed downwards against the bottom of heating space 33, in which a heat exchanger 34 is arranged. Heat exchanger 34 is connected to the return flow RL, in which a circulation pump 41 is arranged, and the flow advance VL, the vent valve 42 being arranged in an elevated position in the latter.

In het onderste gebied van de verwarmingsruimte 33 is een begin van een rookgasafvoer 35 aange-40 bracht. Verder is in het diepste punt van de in hoofdzaak trechtervormige bodem 32 een condensaatafloop 36 opgesteld, die voorzien is van een sifon 37, die is gevuld met water.A start of a flue gas outlet 35 is arranged in the bottom area of the heating space 33. Furthermore, in the deepest point of the substantially funnel-shaped bottom 32, a condensate drain 36 is arranged, which is provided with a siphon 37, which is filled with water.

Aan de ontluchtingsklep 42 is een flexibele leiding 43 aangesloten, die uitmondt in sifon 37. Bij het ontluchten van warmtewisselaar 34 door middel van ontluchtingsklep 42 komt het uit ontluchtingsklep 42 uitstromende water-lucht mengsel via leiding 43 in de sifon en vult deze bij. Daar het ontluchten van 45 warmtewisselaar 34 meestal voor de eerste in gebruik stelling na een langdurige gebruikspauze plaats vindt, wordt op deze wijze ook gewaarborgd, dat de sifon wordt gevuld en derhalve bij de ingebruik stelling geen verbrandingsgassen via de condensaatafloop in de opstellingsruimte van de verwarmingsinstallatie kan komen.A flexible pipe 43 is connected to vent valve 42, which opens into siphon 37. When venting heat exchanger 34 by means of vent valve 42, the water-air mixture emerging from vent valve 42 enters the siphon via pipe 43 and replenishes it. Since the venting of heat exchanger 34 usually takes place before the first start-up after a long period of use, this also ensures that the siphon is filled and therefore no combustion gases via the condensate drain in the installation room of the heating system during start-up. can come.

Stroomafwaarts van sifon 37 is in condensaatafloop 36 een temperatuursensor 38 opgesteld, die is 50 verbonden met een temperatuurschakelaar 39. Deze schakelt bij overschrijden van een bepaalde temperatuur de brander 31 uit door blokkeren van de olie- of gastoevoerleiding 40' door middel van een magneet-klep 40. Dit is dan het geval, als het water in sifon 37 verdampt is en derhalve rookgas door condensaatafloop 36 naar buiten kan komen. In dat geval neemt de temperatuur aan temperatuursensor 38 toe, waardoor dit storingsgeval gemakkelijk kan worden onderkend.Downstream of siphon 37, a temperature sensor 38 is arranged in condensate drain 36, which is connected to a temperature switch 39. This switches off the burner 31 when a certain temperature is exceeded by blocking the oil or gas supply line 40 'by means of a magnetic valve 40. This is then the case if the water in siphon 37 has evaporated and therefore flue gas can escape through condensate drain 36. In that case, the temperature at temperature sensor 38 increases, so that this failure case can easily be recognized.

55 Daarbij kan er verder voor zijn gezorgd, dat in een dergelijk geval ontluchtingsklep 42 automatisch gedurende korte tijd wordt geopend om sifon 37 bij te vullen. Daarvoor is alleen maar nodig, de ontluchtingsklep 42 uit te voeren als magneetklep en te zorgen voor een tijdorgaan.55 In addition, it can further be ensured that in such a case, vent valve 42 is automatically opened for a short time to refill siphon 37. For this it is only necessary to design the vent valve 42 as a solenoid valve and to provide a timer.

Claims

192693 2

1. Heating installation with a burner and a waste gas collection box, from the bottom of which a combustion gas pipe and a condensate drain run, the latter running down to the bottom of the waste gas collection box and provided with a propulsion device, provided with a device for maintaining a certain minimum stowage height, with a heat exchanger fitted with a vent valve, in which heating installation the condensate drain is formed by a siphon, characterized in that a vent valve (32) is fitted on the heat exchanger (34) and that on the vent valve (42) is connected to a pipe (43) opening into the siphon (37) of the condensate drain (36).

Heating installation according to Claim 1, characterized in that the pipe (43) is designed as a flexible pipe. Hereby 1 sheet drawing