NL1041003B1 - Gebruik van een computer en een met behulp van de computer uitvoerbaar computerprogramma voor het behandelen van een storing met betrekking tot een infrastructuur van kabels en/of leidingen in een gebied; alsmede een dergelijk computerprogramma. - Google Patents

Abstract

Gebruik van een computer en een met behulp van de computer uitvoerbaar computerprogramma voor het behandelen van een storing met betrekking tot een infrastructuur van kabels en/of leidingen in een gebied, de storing omvattende een waargenomen beschadiging van de infrastruktuur en/of een althans ten dele niet voldoende goed of in het geheel niet functionerende infrastructuur van kabels en/of leidingen in het gebied, waarbij het programma is ingericht de computer de volgende stappen te laten doorlopen: - het bepalen van de aanvangstijd van de storing met behulp van data in het NESTOR-storingsregistratiesysteem of een vergelijkbaar door een netbeheerder gehanteerd storingsregistratiesysteem voor de infrastructuur; - het bepalen van de positie van het betreffende gebied; - het met behulp van de bepaalde positie en een aan een Geo Informatie Systeem (GIS) gerelateerde database van een of meerdere netbeheerders van de infrastructuur bepalen van een of meerdere objekten die de storing teweeg brengen.

Description

Gebruik van een computer en een met behulp van de computer uitvoerbaar computerprogramma voor het behandelen van een storing met betrekking tot een infrastructuur van kabels en/of leidingen in een gebied; alsmede een dergelijk computerprogramma

De uitvinding is gerelateerd aan een gebruik van een computer en een met behulp van de computer uitvoerbaar computerprogramma voor het behandelen van een storing met betrekking tot een infrastructuur van kabels en/of leidingen in een gebied. De uitvinding is tevens gerelateerd aan een dergelijk computer programma.

Onder een storing wordt in dit verband verstaan een waargenomen beschadiging die wel of niet al tot een minder goed functioneren van de infrastruktuur heeft geleid, als ook een althans ten dele niet voldoede goed of in het geheel niet functionerende infrastruktuur van kabels en/of leidingen.

Bij het bij een infrastruktuurbeheerder (ookwel netwerk- of netbeheerder genoemd) binnenkomen van een melding van een storing met betrekking tot een infrastuctuur van kabels en/of leidingen in een gebied, spelen twee conflicterende belangen een rol bij het afwikkelen van de storing. Enerzijds betreft dit het zo snel als mogelijk verhelpen van de storing ten behoeve van het (herstel of behoud van het) optimale gebruik van de infrastructuur en (door regulerende wet- en regelgeving gestuurd) behoud van de prijs die voor het aangesloten zijn op en/of het voor een overeengekomen gebruik van de infrastruktuur beschikbaar stellen daarvan kan worden gerekend (de benedenwaartse bijstelling van de prijs wordt hierna ook wel de kosten per storingsminuut voor de netbeheerder genoemd). Anderzijds betreft dit het grondig vastleggen van gegevens op basis waarvan de oorzaak en de mogelijke veroorzaker van de storing kan worden bepaald, bijvoorbeeld om reparatiekosten en eventuele verdere opgelopen schade op die veroorzaker te kunnen verhalen.

Voor een goed begrip van de uitvinding, wordt opgemerkt dat een schade verhaald kan worden op een derde wanneer de storing aantoonbaar werd veroorzaakt door die derde. Een causaal verband tussen oorzaak en de opgelopen schade dient daarbij te worden aangetoond.

Aangezien het aantal minuten van het niet naar behoren functioneren van de infrastructuur invloed heeft op de prijs voor het aangesloten zijn op en/of het voor het beschikbaar stellen van de infrastruktuur voor een overeengekomen gebruik, ligt de prioriteit voor een netbeheerder bij functieherstel en krijgt het grondig vastleggen van gegevens op basis waarvan de oorzaak en de mogelijke veroorzaker van de storing kan worden bepaald, soms niet voldoende aandacht. Dit leidt ertoe dat in sommige gevallen door onvoldoende vastlegging van de gegevens een eigenlijke schade toch wordt geboekt als een "onverhaalbare" storing. Dit kan gebeuren wanneer er sprake is van een schade die niet verhaald kan worden op de veroorzaker wegens onvoldoende beschikbaarheid van bruikbare gegevens. Een mogelijk gevolg kan zijn dat de veroorzaker relatief weinig risico heeft om verantwoordelijk en/of aansprakelijk te worden gesteld. Dit kan tot onzorgvuldig werken leiden bij uitvoerders van werkzaamheden die mogelijkerwijs in een schade aan infrastructuur resulteren. Dit op zich vergroot de kans op meer storingen, en mogelijk ook daarmee een verlaging van de prijs voor het aangesloten zijn op en/of het voor het beschikbaar stellen van van de infrastruktuur een overeengekomen gebruik.

Bij het wel grondig vastleggen van gegevens op basis waarvan de oorzaak en de mogelijke veroorzaker van de storing kunnen worden bepaald, kunnen kostbare minuten voor het verhelpen van de storing verloren gaan, waardoor wellicht de schade verhaald kan worden, maar de prijs voor het aangesloten zijn op en/of het voor het beschikbaar stellen van de infrastruktuur voor een overeengekomen gebruik wellicht niet kan worden gehandhaafd.

Het is een doel van de uitvinding een oplossing te bieden voor het niet tegelijkertijd kunnen behartigen van beide bovengenoemde belangen bij het afwikkelen van een storing.

Dit doel wordt bereikt door de uitvinding die een gebruik van een computer en een met behulp van de computer uitvoerbaar computerprogramma voorstelt voor het behandelen van een storing met betrekking tot een infrastructuur van kabels en/of leidingen in een gebied, waarbij de storing een ter plaatse waargenomen beschadiging omvat en/of althans een ten dele niet voldoende goed of in het geheel niet functionerende infrastructuur van kabels en/of leidingen in het gebied omvat. Het programma is ingericht om de computer de volgende stappen te laten doorlopen: het bepalen van de aanvangstijd van de storing met behulp van data in het NESTOR-storingsregistratiesysteem of een vergelijkbaar door een netbeheerder gehanteerd storingsregistratiesysteem voor de infrastructuur; het bepalen van de positie van het betreffende gebied; het met behulp van de bepaalde positie en een aan een Geo Informatie Systeem (GIS) gerelateerde database van een of meerdere netbeheerders van de infrastructuur bepalen van een of meerdere objekten die de storing teweeg brengen; het bepalen van een of meerdere waarschijnlijke oorzaken van de storing met behulp van de positie en een database die voor het betreffende gebied en een bepaalbare tijd voorafgaand aan de storing Kabels- en Leidingen- Informatie Centrum (K1IC)meldingen of soortgelijke meldingen omvat; en het op basis van de een of meerdere waarschijnlijke oorzaken selecteren van de waarschijnlijkste oorzaak van de storing, bij voorkeur op basis van de positie van de storing en de aanvangstijd daarvan, en de tijd en positie van de K1IC meldingen.

Een aan een Geo Informatie Systeem (GIS) gerelateerde database van een of meerdere netbeheerders van de infrastructuur omvat een gedetaileerde situatie met tekeningen van de infrastuktuur zoals die bovengronds en/of ondergronds is aangebracht. De tekeningen beschrijven de liging van de kabels en leidingen van de betreffende netbeheerder. Een netbeheerder met infrastructuur voor gas, elektra an glasvezel heeft dus GIS-data over gasleidingen, elektrische leidingen (kabels) en optische kables. Deze database omvat mede informatie met betrekking tot de hoeveelheid afnemers van gespecificeerde delen van de infrastructuur.

Een database die voor het betreffende gebied en een bepaalbare tijd voorafgaand aan de storing Kabels- en Leidingen- Informatie Centrum (K1IC)meldingen of soortgelijke meldingen omvat, is doorgaans up-to-date daar elke partij die werkzaamheden wil gaan uitvoeren met een kans op een beïnvloeding van de infrastuktuur, een melding dient te maken van die voorgenomen werkzaamheden. Veelal resulteert deze melding in het aan de uitvoerder vrijgeven van de betreffende gedetailleerde tekeningen die aangeven waar welke kabel en/of leiding ligt.

Het realtime bepalen betekent in dit verband bijvoorbeeld het bij het bepalen van de positie "online", en bij voorkeur onmiddelijk en automatisch, raadplegen van een aan een Geo Informatie Systeem (GIS) gerelateerde database van een of meerdere netbeheerders en bijvoorbeeld het "online", en bij voorkeur onmiddelijk en automatisch, raadplegen van een database die voor het betreffende gebied en een bepaalbare tijd voorafgaand aan de storing Kabels- en Leidingeninformatie Centrum (K1IC)meldingen of soortgelijke meldingen omvat.

Deze voorgeprogrammeerde, en bij voorkeur automatische, uitvoering van stappen en het op basis van de een of meerdere waarschijnlijke oorzaken selecteren van de waarschijnlijkste oorzaak van de storing, komt ten goede aan zowel het snel verhelpen van de storing als het kunnen verhalen van de schade op een mogelijke veroorzaker. De informatie die relevant is voor het snel verhelpen van de storing is ook de informatie die relevant is voor het verantwoordelijk en/of aansprakelijk stellen van de mogelijke veroorzaker.

In een uitvoeringsvorm vindt het bepalen van de positie van het betreffende gebied plaats door het invoeren van plaatsbepalingen, bij voorkeur in het gebied met behulp van een GPS systeem. De gegevens kunnen dus handmatig ingevoerd worden, analoog aan het instellen van een adres bij een in een auto geinstaleerde navigator die op basis van GPS werkt, maar ook worden ingevoerd door het GPS systeem, waarbij de gebruiker alleen maar hoeft in te geven dat zijn positie de plaats van belang bepaalt.

Voor een verdere uitvoeringsvorm geldt dat het programma ook is ingericht om de volgende stap uit te laten voeren: het op basis van de waarschijnlijkste oorzaak bepalen van een meest waarschijnlijke veroorzaker.

Dit biedt gelegenheid om die veroorzaker ook direct en bij voorkeur ook automatisch in te lichten en bijvoorbeeld te informeren dat opheffing van de storing ook in het belang van die veroorzaker direct wordt opgelost. Zoals hieronder nader zal worden toegelicht, hangt de prijs voor het aangesloten zijn op en/of het voor het beschikbaar stellen van de infrastruktuur voor een overeengekomen gebruik, doorgaans af van het aantal storingsminuten per tijdseenheid, soms in samenhang met de frequentie van storingen. Mocht een mogelijke veroorzaker na inlichting over de storing een snelle afhandeling van de storing en met name het verhelpen van de storing in de weg staan, dan kan ook die langer durende storing dus prijserosie opleveren voor de net beheerder. Ook deze prijs-erosie-schade kan dan verhaald worden op de veroorzaker.

In een uitvoeringsvorm is het programma ook ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: het bepalen van manuren en/of benodigde materialen met betrekking tot de reparatie ten behoeve van het verhelpen van de storing.

Dit draagt wederom bij aan het versneld af kunnen werken van zowel de storing als de schade, waardoor een kosteneffectief beheren van de infrastuktuur mogeljk blijft. Dit bepalen van manuren en/of benodigde materialen kan uiteraard achteraf, na de feitelijke reparatie, maar kan ook vooraf plaatsvinden waardoor er ook een aansturende werking ten behoeve van de reparatie ontstaat, met enige druk op de reparatie-uitvoerende partij.

Voor een verdere uitvoeringsvorm geldt dat het programma ook is ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: bij het bepalen van de gebruikte manuren, het tevens bepalen van het bijbehorend uurtarief en/of bij bepalen van benodigde materialen, het tevens bepalen van de bijbehorende prijsgegevens voor die materialen (al dan niet op basis van een via een centraal aangestuurde database).

Op deze manier vindt ook een efficient management van de reparatiekosten ( en eventueel de schade) plaats, geheel in lijn met het doel afwikkeling van de storing en schade zo veel als mogelijk hand in hand te laten verlopen.

In een nadere uitvoeringsvorm is het programma ook ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: het aanleggen van een of meerdere beeldgegevens die een schade-afhandeling ondersteunen.

Deze uitvoeringsvorm is vooral van nut wanneer een afhandeling van de storing gepaard gaat met een bezoek aan het gebied waar de storing aan de infrastruktuur plaatsvindt.

Voorts kan het programma ook ingericht zijn om de volgende stap te laten uitvoeren: het registreren van een tijd waarop de storing is verholpen, ten behoeve van het vastleggen van de storingsduur. Dit is een belangrijk gegeven voor het bepalen van de prijs die zou mogen gelden voor het aangesloten zijn op en/of het voor het beschikbaar stellen van van de infrastruktuur een overeengekomen gebruik. Bij vele storingsminuten en/of een hoge frequentie van storingen zal de prijs onder druk staan en bijvoorbeeld volgens een vooraf bepaalde formule moeten zakken. Echter andersom kan ook: bij zeer weining storingsminuten en/of een zeer lage frequentie van storingen kan de infrastruktuur als kwalitatief hoogwaardig worden beschouwd waarmee ook een hogere prijs kan worden gerechtvaardigd,een en ander op basis van een door regulerende wet- en regelgeving bepaalde formule.

Bij voorkeur is het programma ook ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: het real-time melden van het tijdstip van verhelpen van de storing voor real-time updating van data in het NESTOR-storingsregistratiesysteem of een vergelijkbaar door een netbeheerder gehanteerd storingsregistratiesysteem voor de infrastructuur.

Bij een nadere uitvoeringsvorm is het programma bij voorkeur ook ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: het real-time melden van de door reparatie doorgevoerde aanpassing in de infrastructuur, ten behoeve van aanpassing van de aan een Geo Informatie Systeem (GIS) gerelateerde database van de betreffende netbeheerder van de infrastructuur.

Dit draagt ertoe bij dat de database zo snel mogelijk up-to-date is, hetgeen bij eventuele nieuwe aankondigingen van werkzaamheden aan de infrastructuur (en aan de hand daarvan aan die partij(en) terbeschikking stellen van de informatie omtrent de infrastructuur, al dan niet via KLIC) voorkomt dat opnieuw storingen in hetzelfde gebied kunnen plaats vinden omdat in geval van die nieuwe aankondiging de gerevideerde data nog niet zijn verwerkt in het GIS-datasysteem.

In een voorkeursuitvoeringsvorm, is het programma ook ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: het genereren van een schadeformulier voor het overzichtelijk vastleggen van gegevens over de schade. Hiermee kan ook de afwikkeling van de schade voortvarend plaastsvinden.

De uitvinding en bijzondere uitvoeringsvormen daarvan worden nu in meer detail beschreven aan de hand van een voorbeeld.

Bij het binnenkomen van een storingsmelding wordt deze vastgelegd in het zogenaamde NESTOR- storingsregistratiesysteem of een vergelijkbaar door een netbeheerder gehanteerd storingsregistratiesysteem voor een infrastructuur van kabels en/of leidingen. De storing kan een waargenomen beschadiging van de infrastruktuur omvatten, bijvoorbeeld een ondergrondse kabel waarvan een deel van de isolerende mantel is weggeschraapt door graafwerkzaamheden.

Een invloed op het functioneren van de betreffende infrastruktuur hoeft nog niet waarneembaar te zijn. De storing kan ook een niet voldoende goed of in het geheel niet functionerende infrastructuur van kabels en/of leidingen in een betreffend gebied omvatten. Een opdracht voor het afhandelen van de storing wordt gegeven aan een medewerker van bijvoorbeeld een netbeheerder of een organisatie die belast is met het afwikkelen van de storing.

De medewerker maakt gebruik van een computer en een met behulp van de computer uitvoerbaar computerprogramma voor het behandelen van een storing met betrekking tot een infrastructuur van kabels en/of leidingen in een gebied. Het programma is ingericht om de computer de aanvangstijd van de storing met behulp van data in het NESTOR-storingsregistratiesysteem of een vergelijkbaar door een netbeheerder gehanteerd storingsregistratiesysteem voor de infrastructuur te bepalen. Op basis daarvan kan een klok die het aantal storingsminuten telt, de inmiddels verstreken tijd tellen, die tijd als startpunt voor de verdere telling nemen, en dus vanaf dat moment real time verder lopen. Het programma zorgt er tevens voor dat de positie van het betreffende gebied, door invoering of door GPS bepaling, wordt vastgelegd.

Op basis van de bepaalde positie draagt het programma er zorg voor dat de computer online bij voorkeur automatisch contact maakt met een aan een Geo Informatie Systeem (GIS) gerelateerde database van een of meerdere netbeheerders van de infrastructuur. Een aan een Geo Informatie Systeem (GIS) gerelateerde database van een of meerdere netbeheerders van de infrastructuur omvat een gedetaileerde situatie met tekeningen van de infrastuktuur zoals die bovengronds en/of ondergronds is aangebracht. De tekeningen beschrijven de liging van de kabels en leidingen van de betreffende netbeheerder. Een netbeheerder met infrastructuur voor gas, elektra an glasvezel heeft dus GIS-data over gasleidingen, elektrische leidingen (kabels) en optische kabels. Op basis van de opgevraagde en ontvangen GIS-Data voor het betreffende gebied kan worden bepaald welk object of welke objecten (mogelijkerwijs of met zekerheid)de storing teweeg brengen.

De medewerker kan bijvoorbeeld de optie worden geboden zelfstandig een keuze te maken en de objecten te selecteren die naar zijn of haar inschatting, bijvoorbeeld op basis van de gemelde storing, de storing te weeg brengen. Echter het is ook mogelijk dat een subprogramma deze objekten bepaalt aan de hand van ingevoerde antwoorden op vragen. Een "vragenboom" kan door een vakman speciaal daarvoor zijn ontworpen.

Vervolgens komt de vraag aan de orde welke oorzaak of oorzaken mogelijkerwijs tot de storing hebben geleidt. Voor dit doel is het programma ingericht om de computer contact te laten zoeken met een database die die voor het betreffende gebied en een bepaalbare tijd voorafgaand aan de storing Kabels- en Leidingen- Informatie Centrum (KLIC)-meldingen of soortgelijke meldingen omvat. Dit zijn meldingen van voorgenomen werkzaamheden die een kans op een beïnvloeding van de infrastruktuur in een bepaald gebied behelzen. Een melding resulteert doorgaans in het vrijgeven van GIS data zodat een uitvoerder van de voorgemonen werkzaamheden met voorkennis van de lokale (ondergrondse) situatie, aan de slag kan gaan en kan verzoeken de kans op het toedienen van schade aan de infrastruktuur te minimaliseren. De in de database opgenomen laatste K1IC melding voorafgaand aan de aanvang van de storing biedt inzicht in de werkzaamheden die een mogelijke oorzaak van de storing zijn. Zo is het mogelijk om een of meerdere waarschijnlijke oorzaken van de storing met behulp van de positie, de relevante tijdstippen en de relevante KLIC-meldingen (of soortgelijke meldingen) de waarschijnlijke oorzaken weer te geven.

Op basis van de een of meerdere waarschijnlijke oorzaken kan de waarschijnlijkste oorzaak van de storing worden geselecteerd, bijvoorbeeld door een door de medewerker in te voeren selectie, of bijvoorbeeld door een subprogramma dat daartoe ontworpen is en in het programma is ingebouwd. Hierbij kan kansberekening bijvoorbeeld op basis van ervaringsfeiten, weersomstandigheden etc. onderdeel van het subprogramma zijn.

Het programma kan zijn ingericht om direct of later op basis van de waarschijnlijkste oorzaak ook de meest waarschijnlijke veroorzaker te bepalen. Deze veroorzaker kan eventueel (automatisch) op de hoogte worden gesteld van de storing, de afhandeling daarvan en het de relatie met de uitgevoerde werkzaamheden die als oorzaak zijn aangeduid.

Ten behoeve van de reparatie of het anderszins verhelpen van de storing kan het programma de manuren en benodigde materialen bepalen. Dit kan vooraf, bijvoorbeeld op basis van een database die over ervaringsfeiten beschikt en aan kan geven op basis van GIS data of andere invoerbare gevevens, ligging, diepte etc, hoeveel tijd daarmee gepaard zou moeten gaan en welke materialen (lengte, type etc)daarvoor nodig zouden moeten zijn. Echer dit kan ook achteraf, bijvoorbeeld door invoering na vaststelling van wat nodig was.

Bij het bepalen van de gebruikte manuren, kan ook het bepalen van het bijbehorend uurtarief plaatsvinden. Bij het bepalen van benodigde materialen, kunnen ook de bijbehorende prijsgegevens worden opgevraagd, bijvoorbeeld realtime (online), en bij voorkeur automatisch om op die manier de meest aktuele en bijvoorbeeld gunstigste werkwijze ten behoeve van het verhelpen van de storing vast te leggen.

Het programma kan ook ingericht zijn om een of meerdere beeldgegevens die een schade-afhandeling ondersteunen, vast te leggen, bijvoorbeeld met een in de computer opgenomen of daarmee verbonden digitale camera.

Vervolgens kan ook het registreren van een tijd waarop de storing is verholpen, ten behoeve van het vastleggen van de storingsduur, worden vastgelegd. Het programma kan op verschillende wijzen zijn ingericht. Zo is het denkbaar dat een einde van de storingsduur kan zijn gedefinieerd als de aanvang van het wederom naar behoren kunnen functioneren van de infrastruktuur. Echter het is ook denkbaar dat deze kan zijn gedefinieerd als het moment waarop zowel de infrastruktuur naar behoren functioneert en een waargenomen scahde is hersteld. Voorts is het niet onmogelijk dat een einde van de storingsduur is gedefinieerd als het moment waarop ook (al dan niet volledig onderbouwd) vastgelegd wordt of de storing door een derde is veroorzaakt of bijvoorbeeld een gevolg is van een onverwachte overlasting van de infrastruktuur (bijvoorbeeld door een overstroming, te intensief gebruik van de infrastruktuur etc).

Bij voorkeur wordt door het programma ook real-time melding gemaakt van het tijdstip van verhelpen van de storing voor real-time updating van data in het NESTOR-storingsregistratiesysteem of een vergelijkbaar door een netbeheerder gehanteerd storingsregistratiesysteem voor de infrastructuur.

Zo is het ook mogelijk dat het programma is ingericht om op basis van de aanvangstijd van de storing real-time de storingsduur te registeren en te melden bij voorafbepaalde databases die voor het juist weergeven van informatie afhankelijk zijn van dergelijke meldingen.

In dit kader past ook het real-time melden van de aanpassing van de aan een Geo Informatie Systeem (GIS) gerelateerde database van de betreffende netbeheerder van de infrastructuur.

Eveneens het op basis van de beschikbare data genereren van een schadeformulier voor het overzichtelijk vastleggen van gegevens over de schade kan een standaardstap in het programma zijn.

In een geavanceerde variant wordt op basis van de beschikbare data, waaronder data over het aanvangstijdstip van de storing, het eindtijdstip van de storing, de aan een Geo Informatie Systeem (GIS) gerelateerde database waarin tevens zijn opgenomen de hoeveelheid afnemers behorend bij de beschadigde infrastructuur, de totale hoeveelheid storingsminuten en het percentage schades op het totaal aantal storingen berekend, eventueel met behulp van vaste variabelen zoals ingevoerd in het systeem. Op deze wijze kunnen de kosten per storingsminuut voor de netbeheerder worden berekend.

Het programma kan veder bijvoorbeeld ook zijn ingericht om dergelijke kosten per storingsminuut als schadepost door te berekenen aan de oorzaker van de storing.

Verdere analyes en berekeningen zijn denkbaar, zoals bijvoorbeeld het weergeven van het aantal schadegevallen ten opzichte van het totaal aantal storingen. Hiermee kan bijvoorbeeld een succes van de uitvinding worden gekwantificeerd.

De uitvinding beperkt zich niet tot de bovengenoemde mogelijkheden en varianten. Vele aanpassingen en nadere uitwerkingen zij denkbaar en vallen eveneens binnen het raamwerk van de uitvinding zoals gedefinieerd door de conclusies.

Claims (11)

1 Gebruik van een computer en een met behulp van de computer uitvoerbaar computerprogramma voor het behandelen van een storing met betrekking tot een infrastructuur van kabels en/of leidingen in een gebied, de storing omvattende een waargenomen beschadiging van de infrastruktuur en/of een althans ten dele niet voldoende goed of in het geheel niet functionerende infrastructuur van kabels en/of leidingen in het gebied, waarbij het programma is ingericht de computer de volgende stappen te laten doorlopen: het bepalen van de aanvangstijd van de storing met behulp van data in het NESTOR-storingsregistratiesysteem of een vergelijkbaar door een netbeheerder gehanteerd storingsregistratiesysteem voor de infrastructuur; het bepalen van de positie van het betreffende gebied; het met behulp van de bepaalde positie en een aan een Geo Informatie Systeem (GIS) gerelateerde database van een of meerdere netbeheerders van de infrastructuur bepalen van een of meerdere objekten die de storing teweeg brengen; het bepalen van een of meerdere waarschijnlijke oorzaken van de storing met behulp van de positie en een database die voor het betreffende gebied en een bepaalbare tijd voorafgaand aan de storing Kabels- en Leidingen- Informatie Centrum (KLIC)-meldingen of soortgelijke meldingen omvat; en het op basis van de een of meerdere waarschijnlijke oorzaken selecteren van de waarschijnlijkste oorzaak van de storing, bij voorkeur op basis van de positie van de storing en de aanvangstijd daarvan, en de tijd en positie van de KLIC-meldingen.

2 Gebruik volgens conclusie 1, waarbij het bepalen van de positie van het betreffende gebied plaatsvindt met behulp van een GPS-systeem.

3 Gebruik volgens conclusie 1 of 2, waarbij het programma ook is ingericht om de volgende stap uit te laten voeren: het op basis van de waarschijnlijkste oorzaak bepalen van een meest waarschijnlijke veroorzaker.

4 Gebruik volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij het programma ook is ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: het bepalen van manuren en benodigde materialen met betrekking tot de reparatie ten behoeve van het verhelpen van de storing.

5 Gebruik volgens een der conclusies 1-4, waarbij het programma ook is ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: bij het bepalen van de gebruikte manuren, het bepalen van het bijbehorend uurtarief en/of bij het bepalen van benodigde materialen, het bepalen van de bijbehorende prijsgegevens ten behoeve van het verhelpen van de storing 6 Gebruik volgens een der conclusies 1-5, waarbij het programma ook is ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: het aanleggen van een of meerdere beeldgegevens die een schade-afhandeling ondersteunen.

7 Gebruik volgens een der conclusies 1-6, waarbij het programma ook is ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: het registreren van een tijd waarop de storing is verholpen, ten behoeve van het vastleggen van de storingsduur.

8 Gebruik volgens een der conclusies 1-7, waarbij het programma ook is ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: het real-time melden van het tijdstip van verhelpen van de storing voor real-time updating van data in het NESTOR-storingsregistratiesysteem of een vergelijkbaar door een netbeheerder gehanteerd storingsregistratiesysteem voor de infrastructuur.

9 Gebruik volgens een der conclusies 1-8, waarbij het programma ook is ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: het op basis van de aanvangstijd van de storing registreren van de real-time storingsduur en het het melden van de duur van de storing.

10 Gebruik volgens een der conclusies 1-9, waarbij het programma ook is ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: het real-time melden van de aanpassing van de aan een Geo Informatie Systeem (GIS) gerelateerde database van de betreffende netbeheerder van de infrastructuur.

11 Gebruik volgens een der conclusies 1-10, waarbij het programma ook is ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: het op basis van de beschikbare data genereren van een schadeformulier voor het overzichtelijk vastleggen van gegevens over de schade.

12 Gebruik volgens een der conclusies 1-11, waarbij het programma ook is ingericht om de volgende stap te laten uitvoeren: het op basis van de beschikbare data, waaronder dat a over het aanvangstijdstip van de storing, het eindtijdstip van de storing, de aan een Geo Informatie Systeem (GIS) gerelateerde database waarin tevens zijn opgenomen de hoeveelheid afnemers behorend bij de beschadigde infrastructuur, de totale hoeveelheid storingsminuten en het percentage schades op het totaal aantal storingen en vaste variabelen zoals ingevoerd in het systeem, berekenen van de kosten per storingsminuut voor de netbeheerder.