NL1039493C2

NL1039493C2 - A SUPPORT SYSTEM FOR SUPPORTING EQUIPMENT, AND EQUIPMENT AND APPARATUS THEREFOR.

Info

Publication number: NL1039493C2
Application number: NL1039493A
Authority: NL
Inventors: Ronald Haandrikman
Original assignee: Medicarts Group B V
Priority date: 2012-03-26
Filing date: 2012-03-26
Publication date: 2013-09-30

Description

DRAAGSYSTEEM VOOR HET DRAGEN VAN APPARATUUR, ALSMEDE APPARATUUR EN INRICHTINGEN DAARVOORA SUPPORT SYSTEM FOR SUPPORTING EQUIPMENT, AND EQUIPMENT AND APPARATUS THEREFOR

De uitvinding heeft betrekking op een systeem voor 5 het dragen van apparatuur, in het bijzonder (medische) apparatuur.The invention relates to a system for carrying equipment, in particular (medical) equipment.

Verder heeft de uitvinding betrekking op apparatuur en inrichtingen daarvoor.The invention further relates to equipment and devices therefor.

Bekende draagsystemen voor het dragen van 10 apparatuur worden bijvoorbeeld toegepast in de medische wereld, waar zij apparatuur voor medisch onderzoek en/of kijkoperaties dragen. Deze draagsystemen zijn doorgaans verplaatsbaar, door ze uit te voeren als een verrijdbare kar of een hangend systeem, ook wel een pendelsysteem genoemd.Known carrying systems for carrying equipment are used, for example, in the medical world, where they carry equipment for medical research and / or viewing operations. These carrying systems are generally movable, by designing them as a mobile cart or a hanging system, also referred to as a pendulum system.

15 In de thans bekende draagsystemen wordt apparatuur door plateaus gedragen en met bekabeling met elkaar, alsmede met een vermogensbron verbonden. De plateaus die de apparatuur dragen worden vooraf op een gewenste hoogte aan het draagsysteem bevestigd.In the presently known carrying systems, equipment is carried by shelves and connected to each other as well as to a power source with cables. The trays carrying the equipment are fixed to the carrying system in advance at a desired height.

20 Nadelen van de thans bekende draagsystemen zijn het omvangrijke aantal elektrische bekabeling dat noodzakelijk is om de apparatuur met elkaar en met een vermogensbron te verbinden, die gemakkelijk tot een wirwar van bekabeling leidt. Daarnaast zijn de huidige 25 draagsystemen weinig flexibel met betrekking tot het achteraf aanpassen van de indeling van het draagsysteem.Disadvantages of the currently known support systems are the large number of electrical cabling that is necessary to connect the equipment to each other and to a power source, which easily leads to a tangle of cabling. In addition, the current support systems are not very flexible with regard to retrospectively adjusting the layout of the support system.

Wanneer de volgorde van aan het draagsysteem opgehangen elementen, zoals plateaus en ladeblokken, omgekeerd dient te worden, is het niet ongebruikelijk dat daarvoor het 30 draagsysteem althans gedeeltelijk gedemonteerd dient te worden, waarna de afzonderlijke elementen in de juiste volgorde opnieuw worden aangebracht.When the order of elements, such as trays and drawer blocks, suspended from the support system has to be reversed, it is not unusual for the support system to be dismantled for this, at least partially, after which the individual elements are reapplied in the correct order.

1 03 9 4 93 ’ 21 03 9 4 93 "2

De uitvinding heeft nu tot doel een draagsysteem van de hiervoor beschreven soort, alsmede daartoe behorende inrichtingen te verschaffen, waarbij de genoemde nadelen zich niet, of althans in mindere mate voordoen.The invention now has for its object to provide a support system of the above-described type, as well as associated devices, wherein the disadvantages mentioned do not occur, or at least to a lesser extent.

5 Het genoemde doel is bereikt met het systeem voor het dragen van apparatuur volgens de uitvinding, omvattende een in hoofdzaak staande geleiding, een in hoofdzaak staande stroomdoorvoergeleiding die zich ten minste over een deel van de hoogte van de geleiding uitstrekt, en een losmaakbaar 10 aan de geleiding bevestigbare draaginrichting die is ingericht voor het daarmee op een gewenste positie ten opzichte van de geleiding dragen van de apparatuur, de draaginrichting omvattende één of meer zich van de geleiding vandaan uitstrekkende draagarmen die zijn ingericht voor het 15 daarmee dragen van de apparatuur.Said object has been achieved with the system for carrying equipment according to the invention, comprising a substantially upright guide, a substantially upright current transit guide which extends at least over a part of the height of the guide, and a detachable at the guide mountable support device which is adapted to carry the equipment with it at a desired position relative to the guide, the support device comprising one or more support arms extending away from the guide and adapted to support the equipment therewith.

Doordat de draaginrichting losmaakbaar aan de geleiding bevestigbaar is, kan het draagsysteem volgens de uitvinding achteraf naar wens worden aangepast/uitgebreid met nieuwe elementen. De draaginrichting omvat zich vanaf de 20 geleiding uitstrekkende draagarmen, waarmee de apparatuur gedragen wordt en die een hoge mate van flexibiliteit aan het systeem verschaft, zoals in het onderstaande nog nader zal worden toegelicht.Because the carrying device is releasably attachable to the guide, the carrying system according to the invention can be subsequently adjusted as desired / expanded with new elements. The carrying device comprises carrying arms extending from the guide, with which the equipment is carried and which provides a high degree of flexibility to the system, as will be explained in more detail below.

Overigens wordt opgemerkt dat de 25 stroomdoorvoergeleiding en de geleiding waaraan de draaginrichting bevestigbaar is met elkaar geïntegreerd kunnen zijn.Incidentally, it is noted that the current feed-through guide and the guide to which the carrying device can be attached can be integrated with each other.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding, omvat de stroomdoorvoerleiding ten minste: 30 - een elektrische geleider voor de faseverbinding; en - een elektrische geleider voor de neutraalverbinding.According to a preferred embodiment of the invention, the current lead-through line comprises at least: an electrical conductor for the phase connection; and - an electrical conductor for the neutral connection.

33

Door gebruik te maken van een stroomdoorvoerleiding met elektrische geleiders voor de fase-, en de neutraalverbiding, wordt een stroomdoorvoerleiding verschaft die ten minste over een deel 5 van de geleiding waaraan de draaginrichting bevestigbaar is beschikbaar is voor het daarop aansluiten van apparatuur die door de draaginrichting wordt gedragen. De stroomdoorvoergeleiding maakt het aldus mogelijk dat de draaginrichting op elke willekeurige hoogte aan de geleiding 10 bevestigbaar is, terwijl de apparatuur rechtstreeks op de stroomdoorvoergeleiding aankoppelbaar is.By using a current lead with electrical conductors for the phase and neutral connection, a current lead is provided that is available at least over a part of the lead to which the carrying device can be attached for connecting equipment supplied by the carrying device is being carried. The current feed-through guide thus makes it possible for the support device to be attachable to the guide 10 at any desired height, while the equipment can be connected directly to the current feed-through guide.

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de stroomdoorvoergeleiding verder een elektrische geleider voor een aardeverbinding en/of een 15 aardpotentiaalvereffeningsverbinding.According to a further preferred embodiment, the current feed-through conductor further comprises an electrical conductor for an earth connection and / or an earth potential equalization connection.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de draaginrichting verder omzetmiddelen die een omzetting verschaffen tussen een universele dataconnector en één of meer conventionele dataconnectoren. Door een 20 universele dataconnector toe te passen, kan het daarop aansluiten van een apparaat worden vereenvoudigd.According to a still further preferred embodiment, the carrying device further comprises converting means which provide a conversion between a universal data connector and one or more conventional data connector. By applying a universal data connector, connecting a device thereto can be simplified.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn de omzetmiddelen opgenomen in een doorverbindingsdeel dat in of aan een achterwand van het draagsysteem is 25 aangebracht, en waarbij de universele dataconnector zich aan de zijde bevindt waarvandaan de één of meer draagarmen zich uitstrekken. De universele dataconnector bevindt zich aldus aan de zijde waar het apparaat door de draagarmen van de draaginrichting wordt gedragen, waardoor een apparaat met 30 een hiermee samenwerkende universele dataconnector kan worden aangewend. Dit vereenvoudigt het in het draagsysteem aanbrengen van apparatuur, doordat nu slechts één enkele dataverbinding volstaat.According to a still further preferred embodiment the conversion means are accommodated in a connecting part which is arranged in or on a rear wall of the support system, and wherein the universal data connector is located on the side from which the one or more support arms extend. The universal data connector is thus located on the side where the device is supported by the carrier arms of the carrier device, whereby a device with a universal data connector cooperating therewith can be used. This simplifies the installation of equipment in the carrying system, since now only a single data connection is sufficient.

44

Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat het draagsysteem verder een hulpdraaginrichting die omvat: - een plateaudeel voor het daarop dragen van een apparaat; en 5 - een verbindingsdeel dat is ingericht om op samenwerkende wijze met de draagarmen van de draaginrichting aan te grijpen.According to a further preferred embodiment, the carrying system further comprises an auxiliary carrying device which comprises: - a platform part for carrying an apparatus thereon; and a connecting part which is adapted to engage cooperatively with the carrying arms of the carrying device.

Met een dergelijke hulpdraaginrichting is het mogelijk om, bijvoorbeeld in een overgangsfase, 10 conventionele apparatuur op het draagsysteem volgens de uitvinding aan te sluiten. De hulpdraaginrichting omvat een plateaudeel voor het daarop dragen van een apparaat, dat bijvoorbeeld een conventioneel apparaat kan zijn.With such an auxiliary carrier device, it is possible, for example in a transition phase, to connect conventional equipment to the carrier system according to the invention. The auxiliary carrying device comprises a platform part for supporting a device thereon, which may, for example, be a conventional device.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm 15 omvat het verbindingsdeel een de draagarmen ten minste gedeeltelijk omhullend orgaan. Dit kan bijvoorbeeld een kokerdeel of een sleufvormig orgaan zijn.According to a still further preferred embodiment, the connecting part comprises a member at least partially enveloping the carrying arms. This can for instance be a sleeve part or a slot-shaped member.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat het verbindingsdeel een in het plateaudeel 20 aangebrachte sleufvormige uitsparing.According to a still further preferred embodiment, the connecting part comprises a slot-shaped recess arranged in the platform part 20.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de hulp-draaginrichting verder voorzien van een stroomconnector die aangrijpbaar is met de stroomdoorvoergeleiding.According to a still further preferred embodiment, the auxiliary carrying device is further provided with a current connector which can be engaged with the current lead-through conductor.

25 Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de hulpdraaginrichting verder een achterwand met ten minste een universele dataconnector die is ingericht om een elektrische verbinding met de universele dataconnector van de draaginrichting te verschaffen.According to a still further preferred embodiment, the auxiliary carrier device further comprises a rear wall with at least one universal data connector which is adapted to provide an electrical connection to the universal data connector of the carrier device.

30 Een dergelijke hulpdraaginrichting kan worden voorzien van een apparaat met conventionele aansluitingen, die met een universele dataconnector in de achterwand van de hulpdraaginrichting worden verbonden. Daarna is de 5 hulpdraaginrichting tezamen met het conventionele apparaat daar reeds op gemonteerd met behulp van de universele dataconnector van de hulpdraaginrichting koppelbaar met een universele connector in een draaginrichting die aan de 5 geleiding van het draagsysteem is aangebracht.Such an auxiliary carrier device can be provided with an apparatus with conventional connections which are connected to a universal data connector in the rear wall of the auxiliary carrier device. Thereafter, the auxiliary carrier device, together with the conventional apparatus, is already mounted on it by means of the universal data connector of the auxiliary carrier device, can be coupled to a universal connector in a carrier device which is arranged on the guide of the carrier system.

De draaginrichting omvat daartoe een achterwand met een opening, waar doorheen de stroomconnector van de hulp-draaginrichting aangrijpbaar met de stroomdoorvoergeleiding is.To this end, the support device comprises a rear wall with an opening through which the current connector of the auxiliary support device can be engaged with the current lead-through conductor.

10 Op deze wijze vindt een directe doorkoppeling plaats, waardoor elektrische bekabeling overbodig wordt.In this way a direct coupling takes place, as a result of which electrical cabling becomes superfluous.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de draaginrichting verder een plateaudeel voor het daarmee ondersteunen van een apparaat. Hierdoor is het 15 desgewenst mogelijk om apparatuur toe te passen die een geschikte uitsparing voor samenwerking met de draagarmen van de draaginrichting ontbeert.According to a still further preferred embodiment, the carrying device further comprises a platform part for supporting a device therewith. This makes it possible, if desired, to use equipment which lacks a suitable recess for cooperation with the carrying arms of the carrying device.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is een stroomadapter voorzien, waarmee de connector 20 verbindbaar is en waarbij de stroomadapter ten minste een conventionele stroomconnector omvat, die desgewenst uitvoerbaar is met een aan/uit- schakelaar. Door een dergelijke stroomadapter toe te passen, kan apparatuur met een universele stroomconnector geschikt worden gemaakt voor 25 stroomvoorziening met een conventionele stroomkabel, bijvoorbeeld voor draagsystemen die een stroomdoorvoergeleiding ontberen.According to a still further preferred embodiment, a power adapter is provided, with which the connector 20 can be connected and wherein the power adapter comprises at least one conventional power connector, which is optionally executable with an on / off switch. By using such a power adapter, equipment with a universal power connector can be made suitable for power supply with a conventional power cable, for example for carrier systems that lack a current-through conductor.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de draaginrichting een onafhankelijke draaginrichting, 30 waarbij de stroomadapter op een achterwand van onafhankelijke draaginrichting is aangebracht. Met een dergelijke onafhankelijke draaginrichting kan apparatuur die ontwikkeld is om samen te werken met een draaginrichting met 6 armen volgens de uitvinding, worden aangewend op een draagsysteem met conventionele aansluitingen.According to a still further preferred embodiment, the carrier device is an independent carrier device, wherein the power adapter is arranged on a rear wall of an independent carrier device. With such an independent carrying device, equipment developed to cooperate with a carrying device with 6 arms according to the invention can be used on a carrying system with conventional connections.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de in hoofdzaak staande geleiding een doorlopende 5 geleiding waarmee de draaginrichting op een traploos te selecteren positie verbindbaar is. Hierdoor is het draagsysteem volledig naar wens instelbaar.According to a still further preferred embodiment, the substantially upright guide is a continuous guide with which the carrying device can be connected at a continuously selectable position. This makes the carrying system fully customizable.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de stroomdoorvoergeleiding een doorlopende geleiding 10 waarmee een stroomconnector op een traploos te selecteren positie verbindbaar is. Een apparaat met een universele stroomconnector kan hierdoor worden gedragen door de draaginrichting die op een gewenste hoogtepositie met de in hoofdzaak staande geleiding is verbonden, terwijl de 15 universele stroomconnector op deze gewenste hoogtepositie koppelbaar is met de stroomdoorvoergeleiding.According to a still further preferred embodiment, the current feed-through conductor is a continuous conductor 10 with which a current connector can be connected at a continuously selectable position. A device with a universal current connector can hereby be supported by the support device which is connected to the substantially upright guide at a desired height position, while the universal current connector can be coupled to the current transit guide at this desired height position.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de in hoofdzaak staande geleiding een C-vormige dwarsdoorsnede met voorste randen en een zich daartussen 20 bevindende uitsparing en is een vergrendelinrichting voorzien die is ingericht om in een ontgrendelde stand door de uitsparing heen te reiken tot achter de voorste randen en is de vergrendelinrichting ingericht om in een geroteerde vergrendelde stand met vleugeldelen achter de voorste randen 25 aangrijpbaar te zijn.According to a still further preferred embodiment, the substantially upright guide comprises a C-shaped cross-section with front edges and a recess situated between them and a locking device is provided which is arranged to extend through the recess beyond the front edges in an unlocked position. and the locking device is adapted to be engaged behind the front edges in a rotated locked position with wing parts.

De in hoofdzaak staande geleiding met C-vormige dwarsdoorsnede wordt verkregen door in een profiel een T-vormige uitsparing aan te brengen. Hierdoor ontstaat een C-vorm met voorste randen.The substantially upright guide with C-shaped cross section is obtained by providing a T-shaped recess in a profile. This creates a C-shape with front edges.

30 Met een dergelijke vergrendelinrichting is de draaginrichting achteraf op een gewenste plaats tussen reeds aangebrachte draaginrichtingen, ladeblokken of andere elementen in aanbrengbaar aan de in hoofdzaak staande 7 geleiding van het draagsysteem. Bovendien is de draaginrichting traploos langs de geleiding plaatsbaar, hetgeen het mogelijk maakt om het draagsysteem volgens de uitvinding volledig naar wens in te richten.With such a locking device, the carrying device can be retrofitted at a desired location between already arranged carrying devices, drawer blocks or other elements to the substantially standing guide of the carrying system. Moreover, the carrying device can be placed steplessly along the guide, which makes it possible to arrange the carrying system according to the invention completely as desired.

5 Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de vergrendelinrichting een roteerbaar deel dat één of meer radiaal uitstrekkende vleugeldelen omvat die in omtreksrichting een dikteverloop hebben. Door het dikteverloop wordt de aangrijping met de rails geleidelijk 10 aanbrengbaar.According to a still further preferred embodiment, the locking device comprises a rotatable part which comprises one or more radially extending wing parts which have a thickness variation in the circumferential direction. Due to the thickness profile, the engagement with the rails becomes gradually applicable.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm neemt de dikte van de één of meer vleugeldelen in omtreksrichting af in de rotatierichting van de ontgrendelde stand naar de vergrendelde stand. Wanneer de 15 vergrendelinrichting van de ontgrendelde naar de vergrendelde stand wordt bewogen, zal eerst het dunste deel van het vleugeldeel zich achter de voorste rand van de rails uitstrekken, waarna geleidelijk de dikte van het vleugeldeel toeneemt zodra het vleugeldeel verder met een groter deel 20 achter de rand bewogen wordt.According to a still further preferred embodiment, the thickness of the one or more wing parts decreases in the circumferential direction in the direction of rotation from the unlocked position to the locked position. When the locking device is moved from the unlocked to the locked position, first the thinnest part of the wing part will extend behind the front edge of the rails, whereafter the thickness of the wing part gradually increases as soon as the wing part further with a larger part behind. the edge is moved.

Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de achterwand van de C-vormige geleiding van een aantal op enige afstand van elkaar aangebrachte uitsparingen voorzien, en is de rotatieas van het roteerbaar deel van de 25 vergrendelinrichting voorzien van een uitstekend deel dat aangrijpbaar is in een gewenste uitsparing. Wanneer een draaginrichting aan meer dan één geleiding bevestigd wordt, kunnen dergelijke op enige afstand van elkaar in de geleidingen aangebrachte uitsparingen garanderen dat de 30 draaginrichting in beide geleidingen op dezelfde hoogtepositie wordt bevestigd, waardoor scheefstand voorkomen wordt.According to a still further preferred embodiment, the rear wall of the C-shaped guide is provided with a number of recesses arranged at some distance from each other, and the rotation axis of the rotatable part of the locking device is provided with a protruding part which can be engaged in a desired recess . When a support device is attached to more than one guide, such recesses arranged in the guides at some distance from each other can guarantee that the support device in both guides is fixed at the same height position, thereby preventing skew.

88

De uitvinding heeft verder betrekking op een vergrendelinrichting en/of draaginrichting en/of hulp-draaginrichting zoals in het bovenstaande omschreven.The invention further relates to a locking device and / or carrying device and / or auxiliary carrying device as described above.

De uitvinding heeft verder betrekking op een 5 apparaat, omvattende een behuizing, een in de behuizing aangebrachte uitsparing die is ingericht om een draagarm van een draaginrichting te ontvangen, en waarbij de uitsparing zich ten minste in de langsrichting van de behuizing uitstrekt.The invention further relates to an apparatus, comprising a housing, a recess arranged in the housing and adapted to receive a supporting arm from a supporting device, and wherein the recess extends at least in the longitudinal direction of the housing.

10 Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm omvat het apparaat verder een universele dataconnector.According to a preferred embodiment, the device further comprises a universal data connector.

In de navolgende beschrijving worden voorkeursuitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding aan de hand van de tekening verder verklaard, waarin toont: 15 Figuur 1: een perspectivische weergave van een draaginrichting volgens de stand der techniek;In the following description, preferred embodiments of the present invention are further explained with reference to the drawing, in which: Figure 1 shows a perspective view of a carrying device according to the prior art;

Figuur 2: een perspectivisch vooraanzicht van een draaginrichting volgens de uitvinding;Figure 2: a front perspective view of a carrying device according to the invention;

Figuur 3: een perspectivisch achteraanzicht van de 20 in figuur 2 getoonde draaginrichting;Figure 3: a rear perspective view of the carrying device shown in Figure 2;

Figuur 4: een perspectivische weergave van een stroomdoorvoergeleiding volgens de uitvinding;Figure 4: a perspective view of a current feed-through guide according to the invention;

Figuur 5: een bovenaanzicht van de in figuur 4 getoonde stroomdoorvoergeleiding; 25 Figuur 5: een perspectivische weergave van een apparaat volgens de uitvinding;Figure 5: a top view of the current feed-through guide shown in Figure 4; Figure 5: a perspective view of an apparatus according to the invention;

Figuur 7: een uiteengetrokken weergave van het draagsysteem volgens de uitvinding;Figure 7: an exploded view of the carrying system according to the invention;

Figuur 8: een verdere weergave van het in figuur 7 30 getoonde draagsysteem;Figure 8: a further representation of the carrying system shown in Figure 7;

Figuur 9: een nog verdere weergave van het in figuren 7 en 8 getoonde draagsysteem; 9Figure 9: a still further representation of the carrying system shown in Figures 7 and 8; 9

Figuur 10: een perspectivische weergave van een hulp-draaginrichting volgens de uitvinding;Figure 10: a perspective view of an auxiliary carrying device according to the invention;

Figuur 11: een perspectivische weergave van de in figuur 10 getoonde hulp-draaginrichting met conventionele 5 apparatuur;Figure 11: a perspective view of the auxiliary carrying device shown in Figure 10 with conventional equipment;

Figuur 12: een perspectivische weergave van een onafhankelijke draaginrichting volgens de uitvinding;Figure 12: a perspective view of an independent carrying device according to the invention;

Figuur 13: een perspectivische weergave van de in figuur 10 getoonde onafhankelijk draaginrichting met 10 apparatuur volgens de uitvinding;Figure 13: a perspective view of the independent carrying device with equipment according to the invention shown in Figure 10;

Figuur 14A: een boven- en vooraanzicht van de vergrendelinrichting in een eerste, uitgenomen toestand;Figure 14A: a top and front view of the locking device in a first, removed state;

Figuur 14B: een boven- en vooraanzicht van de vergrendelinrichting in een tweede, in de geleidingsrail 15 opgenomen ontgrendelde toestand;Figure 14B: a top and front view of the locking device in a second unlocked condition, included in the guide rail 15;

Figuur 14C: een boven- en vooraanzicht van de vergrendelinrichting in een derde, in de geleidingsrail opgenomen en deels vergrendelde toestand;Figure 14C: a top and front view of the locking device in a third state, included in the guide rail and partly locked,;

Figuur 14D: een boven- en vooraanzicht van de 20 vergrendelinrichting in een vierde, in de geleidingsrail opgenomen en volledig vergrendelde toestand;Figure 14D: a top and front view of the locking device in a fourth state received in the guide rail and fully locked;

Figuur 15: een gedetailleerd bovenaanzicht van de in figuur 14B getoonde toestand;Figure 15: a detailed plan view of the state shown in Figure 14B;

Figuur 16: een gedetailleerd bovenaanzicht van de 25 in figuur 14D getoonde toestand;Figure 16: a detailed plan view of the state shown in Figure 14D;

Figuur 17A en 17B: perspectivische weergaven van de vergrendelinrichting volgens de uitvinding;17A and 17B: perspective views of the locking device according to the invention;

Figuur 18A: een achteraanzicht van de in figuren 17A-17B getoonde vergrendelinrichting,-30 Figuur 18B: een zijaanzicht van de in figuren 17A- 17B getoonde vergrendelinrichting;Figure 18A: a rear view of the locking device shown in Figures 17A-17B; Figure 18B: A side view of the locking device shown in Figures 17A-17B;

Figuur 18C: een vooraanzicht van de in figuren 17A-17B getoonde vergrendelinrichting; 10Figure 18C: a front view of the locking device shown in Figures 17A-17B; 10

Figuur 18D: een bovenaanzicht van de in figuren 17A-17B getoonde vergrendelinrichting; enFigure 18D: A top view of the locking device shown in Figures 17A-17B; and

Figuur 19: een doorsnede aanzicht van de in figuur 18C getoonde doorsnede vergrendelinrichting.Figure 19: a sectional view of the sectional locking device shown in Figure 18C.

5 Het in Figuur 1 getoonde draagsysteem is een kar met een op wielen verrijdbaar gestel, waarbij het gestel een staande geleiding 2 omvat waaraan plateaus 4 zijn aangebracht. Op deze plateaus 4 staat conventionele medische apparatuur. Verder zijn met draagarmen 10 twee beeldschermen 10 12 aan het draagsysteem bevestigd.The carrying system shown in Figure 1 is a cart with a frame that can be moved on wheels, the frame comprising a standing guide 2 to which trays 4 are arranged. Conventional medical equipment is located on these trays 4. Furthermore, with carrying arms 10 two screens 10 12 are attached to the carrying system.

De in Figuren 2 en 3 getoonde draaginrichting 14 is op losmaakbare wijze bevestigbaar aan de geleiding 2. De draaginrichting 14 omvat een achterwand 16 en zijwanden 18. Aan de zijwanden 18 zijn draagarmen 20 bevestigd die zijn 15 ingericht voor het daarmee op een gewenste positie ten opzichte van de geleiding 2 dragen van apparatuur 6.The carrying device 14 shown in Figures 2 and 3 is releasably attachable to the guide 2. The carrying device 14 comprises a rear wall 16 and side walls 18. Attached to the side walls 18 are carrying arms 20 which are adapted to thereby be positioned at a desired position. bearing equipment 6 relative to the guide 2.

De draaginrichting 14 is met behulp van één of meer vergrendeldelen 36 vergrendelbaar met de geleiding 2 van de draaginrichting 14, zoals in het navolgende onder 20 verwijzing naar de Figuren 14-19 in meer detail zal worden toegelicht.The carrying device 14 can be locked with the guide 2 of the carrying device 14 with the aid of one or more locking parts 36, as will be explained in more detail below with reference to Figures 14-19.

In de achterwand 16 van de draaginrichting 14 is een stroomdoorvoeruitsparing 22 aangebracht. Verder is in de achterwand 16 een doorverbindingsdeel 26 opgenomen, dat een 25 omzetting verschaft tussen een universele dataconnector 28 en één of meer conventionele dataconnectoren 30, 32. Doordat de universele dataconnector 28 zich aan de zijde bevindt waar de draagarmen 20 een apparaat 6 dragen, kan een dergelijk apparaat 6 met een vergelijkbare universele 30 dataconnector 29 zijn voorzien. Wanneer een dergelijk apparaat 6 met een universele connector 29 in dragende aangrijping met de draagarmen 20 wordt gebracht, volstaat het derhalve om slechts één verbinding tussen de universele 11 dataconnector 28 van de draaginrichting 14 en de universele dataconnector 29 van het apparaat 6 tot stand te brengen. De gewenste data wordt door de universele dataconnectoren 28, 28 doorgevoerd, en is vervolgens met behulp van de 5 connectoren 30, 32, die zich aan de achterzijde van het doorverbindingsdeel 26 bevinden, doorkoppelbaar naar andere apparatuur, zoals bijvoorbeeld een beeldscherm 12.A current feed-through recess 22 is provided in the rear wall 16 of the support device 14. Furthermore, a connecting part 26 is included in the rear wall 16, which provides a conversion between a universal data connector 28 and one or more conventional data connector 30, 32. Because the universal data connector 28 is located on the side where the carrying arms 20 carry an apparatus 6, such a device 6 can be provided with a comparable universal data connector 29. When such a device 6 with a universal connector 29 is brought into load-bearing engagement with the carrier arms 20, it is therefore sufficient to establish only one connection between the universal 11 data connector 28 of the carrier device 14 and the universal data connector 29 of the device 6 . The desired data is fed through the universal data connector 28, 28, and can then be connected to other equipment, such as for example a screen 12, by means of the connectors 30, 32, which are located at the rear of the connecting part 26.

De draaginrichting 14 is op een nog nader te omschrijven wijze met de vergrendelinrichting 36 en de 10 draaiknop 34 vergrendelbaar met de geleiding 2.The carrying device 14 can be locked with the guide 2 in a manner to be described in more detail with the locking device 36 and the rotary knob 34.

Het is tevens denkbaar dat een met de vergrendelinrichting 36 overeenkomstige vergrendelinrichting 40 (Figuur 7) aan de voorzijde van de draaginrichting 14 is aangebracht, die bedienbaar is via een draaiknop 38. Met 15 vergrendelinrichting 40 kan dan een vergrendeling worden bewerkstelligd tussen de draaginrichting 14 en een apparaat 6 met daartoe aangepaste behuizing.It is also conceivable that a locking device 40 (Figure 7) corresponding to the locking device 36 is provided on the front side of the carrying device 14, which can be operated via a rotary knob 38. With locking device 40 a locking can then be effected between the carrying device 14 and a device 6 with an adapted housing.

Opgemerkt wordt dat aan de in Figuur 3 getoonde achterzijde van de achterwand 16 een met de draaiknop 34 20 overeenkomstige draaiknop 38 is voorzien die een van schroefdraad voorziene as 39 bedient, die aangrijpbaar is met een (niet getoonde) van schroefdraad voorziene uitsparing in de achterzijde van de behuizing van het apparaat 6.It is noted that on the rear side of the rear wall 16 shown in Figure 3 there is provided a rotary knob 38 corresponding to the rotary knob 34 which operates a threaded shaft 39, which can be engaged with a threaded recess (not shown) in the rear side of the housing of the device 6.

25 De in Figuren 4 en 5 getoonde stroomdoorvoergeleiding 42 omvat een behuizing 44 die als elektrische isolator de elektrisch geleidende strippen 46 van elkaar scheidt. Verder is een beschermingsstrook 48 voorzien die als veiligheids- en vuilafdichting van het 30 stroomdoorvoerende deel fungeert. Wanneer de universele stroomconnector 50 in de behuizing 44 van de stroomdoorvoergeleiding 42 wordt geklikt, maken de geleidende pennen 52 van de universele stroomconnector 50 12 elektrische verbinding met de elektrisch geleidende strippen 46 van de stroomdoorvoergeleiding 42. Deze elektrisch geleidende strippen 46 zijn afzonderlijke elektrische geleiders voor de fase-, de neutraal-, de aarde- en de 5 equipotentiaalverbindingen. De stroomdoorvoergeleiding 42 is een doorlopende geleiding, waarmee op elke willekeurige positie een universele stroomconnector 50 kan worden verbonden. Hierdoor is de draaginrichting 14 met een traploze instelling op elke willekeurige positie aan de 10 geleiding 2 te bevestigen.The current lead-through conductor 42 shown in Figures 4 and 5 comprises a housing 44 which separates the electrically conductive strips 46 from each other as an electrical insulator. A protective strip 48 is furthermore provided which functions as a safety and dirt seal for the current-carrying part. When the universal current connector 50 is snapped into the housing 44 of the current lead-through conductor 42, the conductive pins 52 of the universal current connector 50 make an electrical connection to the electrically conductive strips 46 of the current lead-through conductor 42. These electrically conductive strips 46 are separate electrical conductors for the phase, neutral, earth and 5 potential connections. The current lead-through conductor 42 is a continuous lead with which a universal current connector 50 can be connected at any arbitrary position. As a result, the carrying device 14 can be attached to the guide 2 at any desired position with a stepless adjustment.

Figuur 6 toont een apparaat 6 waarvan de behuizing is voorzien van een universele dataconnector 29 en een universele stroomconnector 50, zoals deze aan de hand van Figuren 4 en 5 is toegelicht. Door in de behuizing van het 15 apparaat 6 een sleufvormige uitsparing 54 op te nemen, is de behuizing 6 op dragende wijze aangrijpbaar met de draagarmen 20 van de draaginrichting 14. In de uiteengetrokken weergave van Figuur 7 zijn de geleidingen 2 los van de draaginrichting 14 en zijn de vergrendeldelen 36 te zien die 20 in de in Figuur 8 getoonde geassembleerde toestand zich achter de naar binnen uitstrekkende voorste rand 3 van de C-vormige geleiding 2 bevinden. In Figuur 8 bevindt tevens de stroomdoorvoergeleiding 42 zich achter de in de achterwand 16 van de draaginrichting 14 aangebrachte uitsparing 22, 25 opdat de universele connector 50 die aan de behuizing van het apparaat 6 vastzit door de uitsparing 22 heen met de stroomdoorvoergeleiding 42 verbinding kan maken.Figure 6 shows an apparatus 6 whose housing is provided with a universal data connector 29 and a universal power connector 50, as explained with reference to Figures 4 and 5. By accommodating a slot-shaped recess 54 in the housing of the device 6, the housing 6 can be engaged in a supporting manner with the bearing arms 20 of the bearing device 14. In the exploded view of Figure 7, the guides 2 are separate from the bearing device 14 and the locking parts 36 can be seen which, in the assembled state shown in Figure 8, are located behind the inwardly extending front edge 3 of the C-shaped guide 2. In Figure 8, the current feed-through conductor 42 is also located behind the recess 22 arranged in the rear wall 16 of the support device 14 so that the universal connector 50 which is attached to the housing of the device 6 can connect through the recess 22 to the current feed-through conductor 42 .

Figuur 9 toont de toestand waarbij de draaginrichting 14 op een gewenste positie ten opzichte van 30 de geleiding 2 is vergrendeld en waarbij de draagarmen 20 aangrijpen op een sleufvormige uitsparing 54 in de behuizing van een apparaat 6.Figure 9 shows the situation in which the carrying device 14 is locked in a desired position relative to the guide 2 and wherein the carrying arms 20 engage on a slot-shaped recess 54 in the housing of an apparatus 6.

1313

Opgemerkt wordt dat het apparaat 6 aan de zijkant koelopeningen 7 omvat en dat dergelijke koelopeningen volgens onderhavige uitvinding tevens aan de onderzijde van de behuizing van het apparaat 6 kunnen worden aangebracht, 5 omdat de toepassing van de draagarmen 20 een zich geheel over de onderzijde van het apparaat 6 uitstrekkend vlak overbodig maakt. Aldus kan een betere koeling voor de apparatuur worden gewaarborgd. Eventueel kan dit resulteren in een compactere bouwwijze van de apparatuur 6.It is noted that the device 6 comprises cooling openings 7 on the side and that such cooling openings according to the present invention can also be arranged on the underside of the housing of the device 6, because the use of the carrying arms 20 extends entirely over the underside of the device. makes device 6 superfluous. A better cooling for the equipment can thus be guaranteed. This can possibly result in a more compact design of the equipment 6.

10 Hoewel het de voorkeur heeft om apparatuur 6 te gebruiken die een behuizing omvat die met sleufvormige uitsparingen 54 speciaal is toegerust op samenwerking met de draagarmen 20 van het draagstel 14, is het denkbaar dat in een overgangsfase tevens reeds beschikbaar zijnde apparatuur 15 met conventionele aansluitingen voor de stroom- en dataverbindingen wordt toegepast. Daartoe is het draagsysteem 1 volgens de uitvinding te voorzien van een hulp-draaginrichting 56 die een plateaudeel 62 omvat voor het daarop dragen van een apparaat met een conventioneel 20 apparaat. In de in Figuren 10 en 11 getoonde uitvoeringsvorm is in het plateaudeel 62 een sleufvormige uitsparing 64 aangebracht. De achterwand 58 is voorzien van een universele dataconnector 66 en een universele stroomconnector 50, welke respectievelijk via een conventionele datakabel verbonden 25 zijn met conventionele connectoren 68, 72 en 70. Met deze conventionele connectoren 68, 72, 70 kan een conventioneel apparaat 6 worden verbonden met de universele connectoren 66, 50 die tezamen met de hulp-draaginrichting 56 aankoppelbaar zijn op een draaginrichting 14 zoals hierboven 30 reeds uitvoerig is beschreven. De hulp-draaginrichting 56 maakt het aldus mogelijk om conventionele apparatuur in het vernieuwde draagsysteem op te nemen.Although it is preferable to use equipment 6 which comprises a housing which is specially equipped with slot-shaped recesses 54 for cooperation with the carrier arms 20 of the carrier set 14, it is conceivable that equipment 15 with conventional connections also already available in a transition phase for the power and data connections. To that end, the carrying system 1 according to the invention can be provided with an auxiliary carrying device 56 which comprises a platform part 62 for carrying thereon an apparatus with a conventional apparatus. In the embodiment shown in Figures 10 and 11, a slot-shaped recess 64 is provided in the platform part 62. The rear wall 58 is provided with a universal data connector 66 and a universal power connector 50, which are connected via a conventional data cable respectively to conventional connectors 68, 72 and 70. A conventional device 6 can be connected to these conventional connectors 68, 72, 70 with the universal connectors 66, 50 which together with the auxiliary support device 56 can be connected to a support device 14 as already described in detail above. The auxiliary carrying device 56 thus makes it possible to incorporate conventional equipment into the updated carrying system.

1414

Wanneer een draagsysteera 1 wordt toegepast dat een stroomdoorvoergeleiding 42 zoals hierboven beschreven aan de hand van met name de Figuren 4 en 5 ontbeert, is het mogelijk om een onafhankelijke draaginrichting 74 aan te 5 wenden die grote overeenkomst met de draaginrichting 14 heeft. Zo heeft de onafhankelijke draaginrichting 74 een achterwand 76, zijwanden 78 en daaraan verbonden draagarmen 80. Een onderscheidend kenmerk is het plateaudeel 82 dat zich vanaf de achterwand 76 voorwaarts uitstrekt. Aan de 10 achterwand 76 is een stroomadapter 90 aangebracht die de omzetting verschaft van de universele stroomconnector 50 naar een conventionele stroomconnector 92. Desgewenst is een optionele aan/uitschakelaar voorzien.When a carrier system 1 is used which lacks a current feed-through conductor 42 as described above, in particular with reference to Figures 4 and 5, it is possible to use an independent carrier device 74 which has great similarity with the carrier device 14. The independent carrying device 74 thus has a rear wall 76, side walls 78 and carrying arms 80 connected thereto. A distinctive feature is the platform part 82 which extends forward from the rear wall 76. A power adapter 90 is provided on the rear wall 76, which provides for the conversion of the universal power connector 50 to a conventional power connector 92. If desired, an optional on / off switch is provided.

Opgemerkt wordt dat het tevens denkbaar is dat een 15 draaginrichting 14 wordt toegepast waarbij een losse stroomadapter 90 achterop de universele stroomconnector 50 wordt gekoppeld.It is noted that it is also conceivable that a carrying device 14 is used in which a separate power adapter 90 is coupled on the back of the universal power connector 50.

Aan de hand van de Figuren 14-19 wordt de werking van de vergrendeldelen 36 en 40 toegelicht. Hoewel met name 20 verwezen wordt naar het vergrendelinrichting 36, wordt opgemerkt dat vergrendelinrichting 40 op overeenkomstige wijze werkt.The operation of the locking members 36 and 40 is explained with reference to Figures 14-19. Although in particular reference is made to the locking device 36, it is noted that locking device 40 operates in a similar manner.

De Figuren 14A tot en met 14D tonen boven- en vooraanzichten van de vergrendelinrichting in een eerste, 25 uitgenomen toestand (Figuur 14A), een tweede, in de geleidingsrail opgenomen ontgrendelde toestand (Figuur 14B), een derde, in de geleidingsrail opgenomen en deels vergrendelde toestand (Figuur 14C) en ten slotte een vierde, in de geleidingsrail opgenomen en volledig vergrendelde 30 toestand (Figuur 14D). Zoals in de vooraanzichten vanFigures 14A to 14D show top and front views of the locking device in a first, removed state (Figure 14A), a second unlocked state included in the guide rail (Figure 14B), a third, incorporated in the guide rail and partially locked state (Figure 14C) and finally a fourth state included in the guide rail and fully locked (Figure 14D). Like in the front views of

Figuren 14A en 14B wordt getoond, is de vergrendelinrichting 36 in de in Figuren 14A en 14B getoonde toestand smal genoeg om tussen de uitsparing 68 tussen de voorste randen 3 van de 15 C-vormige rails 2 door te worden gestoken tot tegen de achterwand 96 van deze C-vormige geleiding 2. Wanneer de vergrendelinrichting 36 vervolgens wordt geroteerd, zoals getoond wordt in de Figuren 14C en 14D, zullen de 5 vleugeldelen 104 van de vergrendelinrichting 36 achter de voorste randen 3 van de geleiding 2 haken. Doordat het vleugeldeel 104 in omtreksrichting een dikteverloop heeft dat afneemt in de omtreksrichting die overeenkomt met de rotatierichting van de ontgrendelde stand naar de Figuren 10 14A en 14B naar de vergrendelde stand (Figuur 14D), worden de vleugeldelen 104 in de volledig vergrendelde toestand van Figuur 14D op klemmende wijze bevestigd aan de geleiding 2 van draagsysteem 1.Figures 14A and 14B are shown, the locking device 36 in the state shown in Figures 14A and 14B is narrow enough to be inserted through the recess 68 between the front edges 3 of the C-shaped rails 2 until against the rear wall 96 of this C-shaped guide 2. When the locking device 36 is subsequently rotated, as shown in Figures 14C and 14D, the wing parts 104 of the locking device 36 will hook behind the front edges 3 of the guide 2. Because the wing member 104 has a thickness gradient in the circumferential direction that decreases in the circumferential direction corresponding to the direction of rotation from the unlocked position to Figures 14A and 14B to the locked position (Figure 14D), the wing members 104 become the fully locked state of Figure 14D attached in a clamping manner to the guide 2 of support system 1.

Figuur 15 toont een bovenaanzicht van de in Figuur 15 14B getoonde toestand waarbij de vergrendelinrichting 36 in de geleidingsrail 2 is opgenomen, doch nog ontgrendeld is. Wanneer de vergrendelinrichting 36 naar de in Figuur 14D en Figuur 16 getoonde vergrendeltoestand wordt geroteerd, verplaatst het vleugeldeel 104 zich verder achter de voorste 20 rand 3 van de C-vormige geleider 2 en zal de afgeronde rand 106 via de binnenzijde van de voorste rand 3 geleidelijk een klemmend contact tussen de vleugeldelen 104 en de voorste rand 3 en de achterwand 96 van de geleiding 2 opbouwen. Daarbij wordt een compressibele bevestigingsrand 110 in 25 aangrijping gebracht met ribbels 100 die in de achterwand 96 van de C-vormige geleiding 2 zijn aangebracht. Als alternatief voor de ribbels 100 kan een enigszins compressibel materiaal, zoals een nylon strip, worden toegepast.Figure 15 shows a top view of the situation shown in Figure 15B, wherein the locking device 36 is included in the guide rail 2, but is still unlocked. When the locking device 36 is rotated to the locking state shown in Figs. 14D and Fig. 16, the wing member 104 moves further behind the front edge 3 of the C-shaped guide 2 and the rounded edge 106 will pass through the inside of the front edge 3. gradually establish a clamping contact between the wing members 104 and the front edge 3 and the rear wall 96 of the guide 2. A compressible fastening edge 110 is thereby brought into engagement with ridges 100 which are arranged in the rear wall 96 of the C-shaped guide 2. As an alternative to the ridges 100, a somewhat compressible material, such as a nylon strip, may be used.

30 Figuren 17A en 17B, alsmede Figuren 18A tot en met 18D en het doorsnede aanzicht van Figuur 19 tonen in meer detail hoe de vergrendeldelen 36, 40 zijn opgebouwd. De vergrendeldelen 36, 40 omvatten een cilindervormige basis 16 102 en zich radiaal daarvandaan uitstrekkende vleugeldelen 104 met een dikteverloop. Voorste rand 106 vergemakkelijkt het achter een voorste rand 3 van een geleiding 2 bewegen van de vleugeldelen 104. Opgemerkt wordt dat verder een 5 aanslagdeel 108 is voorzien, waarmee de rotatiehoek van de vergrendeldelen 36, 40 begrensbaar is.Figures 17A and 17B, as well as Figures 18A to 18D and the sectional view of Figure 19 show in more detail how the locking parts 36, 40 are constructed. The locking parts 36, 40 comprise a cylindrical base 16 102 and wing parts 104 extending radially therefrom with a thickness variation. Front edge 106 facilitates movement of the wing parts 104 behind a front edge 3 of a guide 2. It is noted that a stop part 108 is furthermore provided, with which the angle of rotation of the locking parts 36, 40 can be limited.

De hierboven beschreven uitvoeringsvormen zijn, hoewel ze voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding tonen, enkel bedoeld om de onderhavige uitvinding te 10 illustreren en niet om op enigerlei wijze de omschrijving van de uitvinding te beperken. Zo is de getoonde uitvoeringsvorm getekend met een verrijdbare kar, terwijl het tevens denkbaar is dat een hangend pendelsysteem wordt toegepast. In het bijzonder wordt opgemerkt dat de vakman 15 technische maatregelen van de verschillende uitvoeringsvormen kan combineren. De beschreven rechten worden bepaald door de navolgende conclusies in de strekking waarvan vele modificaties denkbaar zijn.The embodiments described above, although showing preferred embodiments of the invention, are only intended to illustrate the present invention and not to limit the description of the invention in any way. The embodiment shown is thus drawn with a mobile cart, while it is also conceivable that a hanging pendulum system is used. In particular, it is noted that the person skilled in the art can combine technical measures of the different embodiments. The rights described are defined by the following claims in the scope of which many modifications are conceivable.

10394931039493

Claims

A system (1) for supporting equipment (6), in particular (medical) equipment, comprising: 5. a substantially upright guide (2); - a substantially standing current feed-through guide (42) that extends at least over a part of the height of the guide (2); and - a carrying device (14) which can be detachably attached to the guide and which is adapted to carry the equipment with it at a desired position relative to the guide (2), the carrying device (14) comprising one or more of the guide ( 2) supporting arms (20) extending from it and adapted to carry the equipment therewith.

2. Support system as claimed in claim 1, wherein the current feed-through conductor (42) comprises at least: - an electrical conductor for a phase connection; and - an electrical conductor for a neutral connection.

3. Carrying system according to claim 2, wherein the current feed-through conductor (42) further comprises: - an electrical conductor for an earth connection and / or an earth potential equalization connection.

4. Carrying system as claimed in any of the foregoing claims, wherein the carrying device further comprises converting means which provide a conversion between a universal data connector (28) and one or more conventional data connector (30, 32). 1 03 9493

5. Carrying system as claimed in claim 4, wherein the converting means are accommodated in a connecting part (26) which is arranged in or on a rear wall (16) of the carrying system, and wherein the universal data connector (28) is situated on the side from which the one or more carrying arms (20) extend.

6. Carrying system according to one of the preceding claims, further comprising an auxiliary carrying device (56) comprising: - a platform part (62) for carrying an apparatus thereon; and - a connecting part which is adapted to engage cooperatively with the carrying arms (20) of the carrying device (14).

7. Carrying system as claimed in claim 6, wherein the connecting part comprises a member partially enclosing the carrying arms (20).

8. Carrying system according to claim 6 or 7, wherein the connecting part comprises a slot-shaped recess (64) arranged in the platform part (62). 25

9. Carrying system as claimed in any of the claims 6-8, the auxiliary carrying device (56) further comprising a rear wall (58) with at least one universal data connector (66) adapted to make an electrical connection to the universal data connector (28) of the carrying device (14).

A support system according to any of claims 6-9, wherein the auxiliary support device (56) further comprises a power connector (50) engageable with the power lead-through conductor (42). 5

11. Support system according to claim 10, wherein the support device (14) comprises a rear wall (16) with an opening (22), through which the current connector (50) of the auxiliary support device (56) can be engaged with the current feed-through guide (42).

The carrying system of claim 1, further comprising a tray part (82) for supporting a device (6) therewith. 15

A carrying system according to any one of the preceding claims, wherein the substantially upright guide (2) is a continuous guide with which the carrying device (14) can be connected at a continuously selectable position. 20

A carrying system according to any one of the preceding claims, wherein the current lead-through conductor (42) is a continuous lead with which a current connector (50) can be connected at a continuously selectable position. 25

15. Carrying system according to one of the preceding claims, wherein the substantially upright guide (2) comprises a C-shaped cross-section with front edges (3) and a recess (98) located between them, and wherein a locking device (36) is provided that is adapted to extend through the recess (98) beyond the front edges (3) in an unlocked position and is engageable in a rotated locked position with wing members (104) behind the front edges (3).

16. Carrying system as claimed in claim 15, wherein the locking device (36) comprises a rotatable part which comprises one or more radially extending wing parts (104) which have a thickness variation in the circumferential direction.

17. Carrying system according to claim 16, wherein the thickness of the one or more wing parts (104) decreases in circumferential direction in the direction of rotation from the unlocked position to the locked position.

18. Carrying system according to one of claims 15-17, wherein the rear wall of the C-shaped guide (2) is provided with a number of recesses arranged at some distance from each other, and wherein the axis of rotation is of the rotatable part of the locking device provided with a protruding part that can be engaged in a desired recess.

19. Locking device as claimed in any of the claims 15-18.

20. Carrying device (14, 74) and / or auxiliary carrying device (56) according to one of the preceding claims.

An apparatus (6), comprising: 30. a housing; - a recess (58) arranged in the housing and adapted to receive a support arm of a support device of a support system according to one of claims 1-18; - wherein the recess (58) extends at least in the longitudinal direction of the housing of the device (6).

The apparatus of claim 21, further comprising a universal data connector (29). 1039493