NL1039433C2

NL1039433C2 - Ijsjeshouder.

Info

Publication number: NL1039433C2
Application number: NL1039433A
Authority: NL
Inventors: Paul Boeren
Original assignee: Mccall & Smith
Priority date: 2012-03-05
Filing date: 2012-03-05
Publication date: 2013-09-09
Also published as: EP2636346A1

Description

IJSJESHOUDER

AARD VAN DE UITVINDING

5 De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een grijpbare houder voor een ijsproduct op een drager, waarbij de houder voorzien is van bekervormige bakjes voor het opvangen van het druppende voedingsmiddel.

STAND DER TECHNIEK

10

Typisch, als een bevroren voedingsmiddel zoals ijs, bevroren yoghurt, ijshoorntjes en/of bevroren snoepgoed wordt geconsumeerd, smelt het voedingsmiddel, wat zorgt voor een druppen. Soms wordt het bevroren voedsel verbruikt in een kom, waarbij het druppen geen probleem stelt. Vaker echter worden deze ingevroren 15 voedingsmiddelen of bevroren snoepgoed bovenop een eetbare kegel of op een stokje aangebracht, zodat het druppen tijdens consumptie wel een probleem vormt. Zowel voor kinderen als volwassenen creëert dit druppen of drup een overlast, doordat het gemorste voedingsmiddel landt op hun kleding, huid en dergelijke.

20 Pogingen om drup bij het smelten van bevroren voedingsmiddelen aan te pakken zijn gemaakt in de stand der techniek. Een drup opvangende plaat is bekendgemaakt in US2321519, waarbij de plaat is voorzien voor het ontvangen van een ijshoorntje. Deze uitvinding is niet een vrijstaande uitvinding, waardoor overlast ontstaat voor een consument doordat de optie niet is voorzien om het item tijdelijk op een tafel te 25 plaatsen indien nodig. Bovendien, de drup opvangende plaat is niet grijpbaar door een gebruiker.

US2162224 beschrijft een drupbakje voor een ijsje met een tweede bakje binnenin. Het ijsje kan handmatig worden verhoogd door een koord. Het koord is mogelijk 30 omslachtig en moeilijk te bedienen en ook deze uitvinding staat niet toe dat een consument het drupbakje laat rusten op een tafel indien nodig. Ook is er geen houder voorzien voor de kegel en een aparte houder voor het opnemen van een ijsstokje. Mogelijk zijn de kosten belemmerend voor de productie van dit drupbakje.

35 US5224646 beschrijft een drupvrije ijsjeshouder in Fig. 6 en 7, waaronder een houder voor een ijshoorntje voorzien van een drupplaat met openingen waardoor gesmolten ijs kan druppelen tot de bodem van de houder. Ook is een geplooide interne schijf 1039433 2 voorzien die is uitgewerkt tot de vorm van het hoorntje en die het hoorntje kan vasthouden. De onderhavige uitvinding verschaft een structuur om drup op te vangen in een bekervormig bakje en voorkomt dat gesmolten ijs kan druppen naar het grijpbare gedeelte van de houder. Bovendien gebruikt de huidige uitvinding geen 5 geplooide schijf om het ijsje vast te houden, wat goedkoper is om te produceren.

US6202970 beschrijft een houder voor een druppend object. Afzonderlijke objectondersteunende structuren kunnen in of uit een holle schachtgedeelte gebracht worden, om objecten die moeten worden geconsumeerd vast te houden. In vergelijking met de huidige uitvinding, zou de houder uit het '970 octrooi aanzienlijk 10 duurder zijn om te produceren, vergt dit de montage vóór gebruik en is de kans dat onderdelen verloren gaan door jongere gebruikers aanzienlijk. Ook is er geen mogelijkheid om ijsstokjes in te brengen met verschillende stokbreedte en/of stoklengte. Ijsstokjes met een rond stokje zijn tevens niet inbrengbaar.

15 De huidige uitvinding beoogt een oplossing te vinden voor tenminste enkele van bovenvermelde problemen.

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING

20 De uitvinding betreft een inrichting voor het tijdelijk vastklemmen van een ijsproduct op een drager, omvattende een centrale holle, grijpbare schacht en een eerste en een tweede open houder voorzien van zijwanden die zich weg van de schacht uitstrekken, waarbij elk einde van de schacht is voorzien van een houder, waarbij elke houder voorzien is van een opening voor het opnemen van de drager van het ijsproduct, 25 waarbij elke opneemopening geschikt is voor het opnemen van dragers van verschillende dimensies.

Dit heeft als voordeel dat dragers van verschillende dimensies en vormen kunnen worden opgenomen met eenzelfde houder. Dit biedt een economisch voordeel. De 30 zich weg van de schacht uitstrekkende zijwanden voorzien de inrichting van een opvangbakje welke het mogelijk maakt smeltend en/of druppend ijsproduct op te vangen. Zo gaat dit smeltend en/of druppend ijsproduct niet verloren en bevuilt deze niet ongewenste plaatsen zoals de grond, tafel, kledij, handen, enz. De schacht voorziet de inrichting van een praktischer en steviger houvast voor een gebruiker van 35 het ijsproduct dan de voorziene smalle drager. Dit vermindert de kans op laten vallen of verliezen van het ijsproduct door de stevige inrichting. Het opvangbakje voorkomt het verliezen van afvallende stukjes van het ijsproduct.

3

In een tweede aspect betreft de uitvinding een systeem welke een inrichting volgens onderhavige uitvinding en een voedingsmiddel op een drager, waarbij de drager is ingeklemd in een opneemopening van de genoemde inrichting, omvat.

5

BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN

Figuur 1 toont een driedimensionale voorstelling in vogelperspectief van een inrichting volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding, samen met een 10 ijsje op een breed stokje.

Figuur 2 toont een voorstelling in bovenaanzicht van een inrichting volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding.

15 Figuur 3 toont een voorstelling van een doorsnede van een inrichting volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding.

Figuur 4 toont een voorstelling van een doorsnede van een inrichting volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding.

20

Figuur 5 toont een driedimensionale voorstelling in vogelperspectief van een inrichting volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding, samen met een ijsje op een small stokje.

25 Figuur 6 toont een driedimensionale voorstelling in vogelperspectief van een inrichting volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding, samen met een ijsje op een rond stokje.

Figuur 7 toont een driedimensionale voorstelling in vogelperspectief van een 30 inrichting volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding, samen met een ijshoorntje.

Figuur 8 toont een vorm van een opneemopening in bovenaanzicht volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding.

35 4

Figuur 9 toont een vorm van een opneemopening in bovenaanzicht volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding.

Figuur 10 toont een vorm van een opneemopening in bovenaanzicht volgens een 5 voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding.

Figuur 11 toont een vorm van een opneemopening in bovenaanzicht volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding.

10 GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING

Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die gebruikt worden in de beschrijving van de uitvinding, ook technisch en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals ze algemeen begrepen worden door de vakman in het technisch veld van de uitvinding. 15 Voor een betere beoordeling van de beschrijving van de uitvinding, worden de volgende termen expliciet uitgelegd.

"Een", "de" en "het" refereren in dit document naar zowel het enkelvoud als het meervoud tenzij de context duidelijk anders veronderstelt. Bijvoorbeeld, "een segment" betekent een of meer dan een segment.

20 Wanneer "ongeveer" of "rond" in dit document gebruikt wordt bij een meetbare grootheid, een parameter, een tijdsduur of moment, en dergelijke, dan worden variaties bedoeld van +/-20% of minder, bij voorkeur +/-10% of minder, meer bij voorkeur +/-5% of minder, nog meer bij voorkeur +/-1% of minder, en zelfs nog meer bij voorkeur +/-0.1% of minder dan en van de geciteerde waarde, voor zoverre 25 zulke variaties van toepassing zijn in de beschreven uitvinding. Hier moet echter wel onder verstaan worden dat de waarde van de grootheid waarbij de term "ongeveer" of "rond" gebruikt wordt, zelf specifiek wordt bekendgemaakt.

De termen "omvatten", "omvattende", "bestaan uit", "bestaande uit", "voorzien van", "bevatten", "bevattende", "behelzen", "behelzende", "inhouden", "inhoudende" zijn 30 synoniemen en zijn inclusieve of open termen die de aanwezigheid van wat volgt aanduiden, en die de aanwezigheid niet uitsluiten of beletten van andere componenten, kenmerken, elementen, leden, stappen, gekend uit of beschreven in de stand der techniek.

Het citeren van numerieke intervallen door de eindpunten omvat alle gehele getallen, 35 breuken en/of reële getallen tussen de eindpunten, deze eindpunten inbegrepen.

5

In een eerste aspect betreft de uitvinding een inrichting 1 voor het tijdelijk vastklemmen van een ijsproduct 10 op een drager 11, waarbij de inrichting een centrale holle, grijpbare schacht 2 en een eerste en een tweede open houder 3 voorzien van zijwanden 5 die zich weg van de schacht 2 uitstrekken, waarbij elk 5 einde van de schacht 2 is voorzien van een houder, waarbij elke houder voorzien is van een opening 4 voor het opnemen van de drager van het ijsproduct, waarbij elke opneemopening 4 geschikt is voor het opnemen van dragers van verschillende dimensies, omvat.

10 Dit heeft als voordeel dat verschillende dimensies van dragers 11 mogelijk zijn om opgenomen te worden door één enkele inrichting 1. Dit biedt een economisch voordeel. De zich weg van de schacht 2 uitstrekkende zijwanden voorzien de inrichting 1 van een opvangbakje 7 welke het mogelijk maakt smeltend en/of druppend ijsproduct op te vangen. Zo gaat dit smeltend en/of druppend ijsproduct 10 15 niet verloren en bevuilt deze niet ongewenste plaatsen zoals de grond, tafel, kledij, handen, enz. De schacht 2 voorziet de inrichting 1 van een praktischer en steviger houvast voor een gebruiker van het ijsproduct 10 dan de voorziene smalle drager 11. Dit vermindert de kans op laten vallen of verliezen van het ijsproduct 10 door de stevige inrichting 1. Het opvangbakje 7 voorkomt het verliezen van afvallende stukjes 20 van het ijsproduct 10.

Met de term "drager" wordt in onderhavige uitvinding een lichaam bedoeld, welke geschikt is een ijsproduct 10 vast te houden en welke geschikt is het ijsje omvattende de drager 11 en het ijsproduct 10 door een gebruiker vast te houden. Voorbeelden 25 van een drager 11 zijn ondermeer een stokje of een hoorntje.

In een geprefereerde voorkeursvorm van de uitvinding is het volume, welke is begrensd door het onderste gedeelte van de eerste houder en de zijwanden van de genoemde houder, verschillend van het volume begrensd door het onderste gedeelte 30 van de tweede houder en de zijwanden van deze genoemde tweede houder.

In een geprefereerde voorkeursvorm van de uitvinding is de bovenrand 8 van de voorziene opneemopening 4 van een open houder 3 minder ver uitgestrekt van de schacht dan de bovenrand 9 van de open houder 3.

In een meer geprefereerde voorkeursvorm van de uitvinding is de afstand volgens de lengterichting van de schacht 2 tussen de bovenrand 8 van de voorziene opneemopening 4 van de open houder 3 en de bovenrand 9 van de open houder 3 35 6 minimaal.

In een andere meer geprefereerde voorkeursvorm van de uitvinding is de afstand van de bovenrand 9 van de open houder 3 tot de as van de schacht 2 ongeveer dubbel de 5 afstand van de bovenrand 8 van de voorziene opneemopening 4 van de open houder 3 tot de as van de schacht 2.

In een voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding betreft de vorm van een opneemopening 4 een kruis gesuperponeerd op een cirkel, waarbij de diameter 10 van de genoemde cirkel kleiner is dan de kortste arm van het genoemde kruis.

Dit heeft als voordeel dat zowel dragers 11 met een ronde doorsnede als rechthoekige doorsnede opneembaar zijn in de inrichting 1. De vorm van de opneemopening bevordert tevens het gemak van insteken van een drager 11 met 15 rechthoekige doorsnede. Er zijn namelijk twee mogelijke insteekgroeven. Dit vermindert de kans op hinder bij het insteken van de drager in de opneemopening en een daaruit volgend (om)vallen van het ijsje.

In een voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding heeft de kruisvorm 20 van de genoemde opneemopening 4 ongelijke armen.

Dit heeft als voordeel dat dragers 11 met een rechthoekige doorsnede van verschillende breedtes kunnen worden opgenomen worden.

25 In een voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding is de opneemopening 4 stervormig, waarbij deze opneemopening 4 bestaat uit drie of meerdere elkaar snijdende insteekgroeven.

Dit heeft als voordeel dat het gemak van insteken van drager 11 in de 30 opneemopening 4 wordt bevorderd. Dit vermindert de kans op hinder of blijven vasthaken bij het insteken van de drager 11 in de opneemopening 4 en een daaruit volgend (om)vallen van het ijsje. Een vlottere insteek wordt mogelijk gemaakt.

In een geprefereerde voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding zijn 35 de afmetingen van de insteekgroeves van een opneemopening 4 ongeveer gelijk aan de doorsnede van een drager 11.

7

In een voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding zijn de genoemde insteekgroeven even lang.

Dit heeft als voordeel dat het gemak van insteken van een drager 11 in de 5 opneemopening 4 wordt bevorderd. Dit vermindert de kans op hinder of blijven vasthaken bij het insteken van de drager 11 in de opneemopening 4 en een daaruit volgend (om)vallen van het ijsje. Een vlottere insteek wordt mogelijk gemaakt.

In een voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding bestaat de vorm van 10 een opneemopening 4 uit een afgeronde combinatie van elkaar snijdende insteekg roeven.

Dit heeft als voordeel dat het gemak van insteken van een drager 11 in de opneemopening 4 wordt bevorderd. Dit vermindert de kans op hinder of blijven 15 vasthaken bij het insteken van de drager 11 in de opneemopening 4 en een daaruit volgend (om)vallen van het ijsje. Een vlottere insteek wordt mogelijk gemaakt.

In een voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding is een open houder 3 voorzien van een buisvormig gedeelte 6, dat zich uitstrekt weg van de schacht 2 en 20 waarbij een opneemopening 4 is voorzien aan het uiteinde van het genoemde buisvormig gedeelte 6 weg van de genoemde schacht 2.

Dit heeft als voordeel dat het buisvormig gedeelte 6 een drager 11 kan opnemen en behoedt van omvallen. Tevens biedt dit een steviger vastklemmen.

25

In een voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding hebben de eerste en tweede open houder 3 elk een grotere dwarsdoorsnede dan een grootste dwarsdoorsnede van de schacht 2.

30 Dit heeft als voordeel dat het opvangbakje 7 dat gevormd is een groot oppervlak onder het ijsproduct 10 beslaat. Bijgevolg is er minder kans op verlies van ijsproduct 10 dat naast de zijwanden 5 valt.

In een voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding biedt een van de eerste en tweede open houder 3 ondersteuning aan de inrichting, als een van deze 35 genoemde open houders 3 is geplaatst op een vlakke ondergrond.

Dit heeft als voordeel dat de consumptie van het ijsproduct op een veiligere, stabielere manier kan gebeuren. Dit biedt de mogelijkheid voor een gebruiker het ijsproduct 10 tevens te consumeren al zittend, bijvoorbeeld met een tafel als vlakke 8 ondergrond.

In een voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding is een opneemopening 4 cirkelvormig in doorsnede.

5

Dit heeft als voordeel dat tevens ijshoorntjes kunnen worden opgenomen in de inrichting 1.

In een voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding is de buitenkant van 10 de schacht 2 en/of de zijwanden 5 van de eerste en tweede houder voorzien van een antislip-laag.

Met de term " antislip-laag" wordt in onderhavige uitvinding een laag bedoeld voorzien van een ruw oppervlak zoals bijvoorbeeld een 'textured surface'.

15

Dit heeft als voordeel dat de kans op het uit de handen glijden van de schacht 2 drastisch vermindert. Tevens biedt dit een stabielere houvast bij consumptie of verplaatsen.

20 In een voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding zijn de genoemde grijpbare schacht 2 en de genoemde eerste en tweede open houders 3 vervaardigd uit een materiaal met een vooraf bepaalde dikte, waarbij het genoemde buisvormig gedeelte 6 zijwanden 5 heeft van deze vooraf bepaalde dikte.

25 In een geprefereerde voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding is de inrichting 1 vervaardigd uit plastics, rubber, karton of bordpapier. In een meer geprefereerde voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding is de inrichting 1 vervaardigd uit "food grade" polypropyleen. In een meer geprefereerde voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding is de inrichting 1 30 vervaardigd uit "food grade" polypropyleen.

In een voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding zijn de genoemde grijpbare schacht 2 en de genoemde eerste en tweede open houders 3 vervaardigd uit een materiaal met een eerste vooraf bepaalde dikte, waarbij het onderste gedeelte 35 van een open houder 3 vervaardigd is van een materiaal met een tweede vooraf bepaalde dikte, welke tweede vooraf bepaalde dikte groter is dan genoemde eerste vooraf bepaalde dikte.

9

Dit heeft als voordeel dat bij het vastklemmen van de drager 11 in de opneemopening 4 een groter gewicht van ijsproduct 10 en/of drager 11 kan gedragen worden door het buisvormig gedeelte 6.

5 In een voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding heeft het buisvormige gedeelte 6 zijwanden 5 van een derde vooraf bepaalde dikte, met het kenmerk dat deze derde vooraf bepaalde dikte groter is dan de genoemde eerste vooraf bepaalde dikte.

10 Dit heeft als voordeel dat de inrichting 1 beter bestand is tegen omvallen of vallen op harde ondergrond door stevigere zijwanden 5 aan de houders 3. Dit geeft een sterkere en meer robuuste inrichting 1.

In een voorkeursvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding strekt het genoemde 15 buisvormig gedeelte 6 zich uit tot het genoemd materiaal met een tweede vooraf bepaalde dikte.

Dit heeft als voordeel dat bij het vastklemmen van de drager 11 in de opneemopening 4 een groter gewicht van ijsproduct 10 en/of drager 11 kan 20 gedragen worden door het buisvormig gedeelte 6.

In een tweede aspect betreft de uitvinding een systeem welke een inrichting 1 en een ijsproduct 10 op een drager 11 omvat, waarbij de drager 11 is ingeklemd in een opneemopening 4 van de genoemde inrichting 1.

25

In wat volgt, wordt de uitvinding beschreven a.d.h.v. niet-limiterende voorbeelden die de uitvinding illustreren, en die niet bedoeld zijn of geïnterpreteerd mogen worden om de omvang van de uitvinding te limiteren.

30 VOORBEELDEN

VOORBEELD 1:

Figuur 1 toont een driedimensionale voorstelling in vogelperspectief van een inrichting 35 1 volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding samen met een ijsje, welke een ijsproduct 10 op een breed stokje 11 omvat. De inrichting 1 is voorzien van een schacht 2, welke is voorzien van twee open houders 3. De zijwand 5 van de bovenste open houder 3 strekt zich weg van de schacht 2 en vormt op die 10 manier een opvang- of drupbakje 7 voor smeltend ijs. De open houder is voorzien van een buisvormig gedeelte 6 met aan het uiteinde een opneemopening 4. De vorm van deze opening 4 betreft een kruis met ongelijke armen gesuperponeerd op een cirkelvorm. De figuur illustreert de opname van een ijsje met een breed stokje 11 5 door de inrichting 1.

Figuur 2 toont een voorstelling in bovenaanzicht van een open houder van de inrichting 1 volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding. De dwarsdoorsnede van de open houder is cirkelvormig. De open houder 3 is voorzien 10 van een kruisvormige opneemopening 4. Een drupbakje is gelegen tussen de opneemopening 4 e n de zijwand 5.

Figuur 3 toont een voorstelling van een doorsnede van de inrichting 1 in Figuur 1 volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding. Het vlak van de 15 doorsnede is gelegen volgens de korte arm van de kruisvorm van de opneemopening 4. Per open houder 3 is de rand 8 van de voorziene opneemopening 4 minder ver uitgestrekt van de schacht dan de rand 9 van de open houder 3.

Figuur 4 toont een voorstelling van een doorsnede van de inrichting 1 in Figuur 1 20 volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding. Het vlak van de doorsnede is gelegen volgens de lange arm van de kruisvorm van de opneemopening 4. Per open houder 3 is de rand 8 van de voorziene opneemopening 4 minder ver uitgestrekt van de schacht dan de rand 9 van de open houder 3.

25 Figuur 5 illustreert de opname door een inrichting 1, van een ijsje dat is gedragen door een minder breed stokje 11 dan het stokje 11 zoals getoond in Figuur 1.

Figuur 6 illustreert de opname van een ijsje door een inrichting 1 waarbij het ijsje is gedragen door een rond stokje 11.

30

Figuur 7 toont een driedimensionale voorstelling in vogelperspectief van een inrichting 1 volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding samen met een ijshoorntje, welke een ijsproduct 10 op een hoorntje 11 omvat. De inrichting 1 is voorzien van een schacht 2, welke is voorzien van twee open houders 3. De zijwand 35 5 van de bovenste open houder 3 strekt zich weg van de schacht 2 en vormt op die manier een opvang- of drupbakje 7 voor smeltend ijs. De open houder is voorzien van een cirkelvormige opneemopening 4. De figuur illustreert de opname 11

Figuur 8 toont een stervormige opneemopening 4 in bovenaanzicht volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding. De opneemopening 4 betreft drie snijdende, even lange insteekgroeven.

5 Figuur 9 toont een stervormige opneemopening 4 in bovenaanzicht volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding. De opneemopening 4 betreft drie snijdende, niet even lange insteekg roeven.

Figuur 10 toont een stervormige opneemopening 4 in bovenaanzicht volgens een 10 voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding. De opneemopening 4 betreft vier snijdende, even lange insteekgroeven.

Figuur 11 toont een stervormige opneemopening 4 in bovenaanzicht volgens een voorkeursvorm van de onderhavige uitvinding. De opneemopening 4 betreft vier 15 snijdende, even lange insteekgroeven, waarbij de rand 8 van deze groeven afgerond is.

Het is verondersteld dat de huidige uitvinding niet beperkt is tot de uitvoeringsvormen die hierboven beschreven zijn en dat enkele aanpassingen of veranderingen aan de 20 beschreven voorbeelden kunnen toegevoegd worden zonder de toegevoegde conclusies te herwaarderen.

1039433

Claims

1. Inrichting (1) voor het tijdelijk vastklemmen van een ijsproduct (10) op een drager (11), welke inrichting omvat: 5. een centrale holle, grijpbare schacht (2); • een eerste en een tweede open houder (3) voorzien van zijwanden (5) die zich weg van de schacht (2) uitstrekken, waarbij elk einde van de schacht (2) is voorzien van een houder, waarbij elke houder voorzien is van een opening (4) voor het opnemen van de drager van het 10 ijsproduct, met het kenmerk, dat elke opneemopening (4) geschikt is voor het opnemen van dragers van verschillende dimensies.

2. Inrichting (1) volgens voorgaande conclusie 1, met het kenmerk, dat de vorm van een opneemopening (4) een kruis betreft gesuperponeerd op een 15 cirkel, waarbij de diameter van de genoemde cirkel kleiner is dan de kortste arm van het genoemde kruis.

3. Inrichting (1) volgens voorgaande conclusie 2, met het kenmerk, dat de kruisvorm van de genoemde opneemopening (4) ongelijke armen heeft. 20

4. Inrichting (1) volgens voorgaande conclusie 1, met het kenmerk, dat de opneemopening (4) stervormig is, waarbij deze opneemopening (4) bestaat uit drie of meerdere elkaar snijdende insteekgroeven.

5. Inrichting (1) volgens voorgaande conclusie 4, met het kenmerk, dat de genoemde insteekgroeven even lang zijn.

6. Inrichting (1) volgens één der voorgaande conclusies 1 tot 5, met het kenmerk, dat de vorm van een opneemopening (4) bestaat uit een afgeronde 30 combinatie van elkaar snijdende insteekgroeven.

7. Inrichting (1) volgens één der voorgaande conclusies 1 tot 6, met het kenmerk, dat een open houder (3) is voorzien van een buisvormig gedeelte (6), dat zich uitstrekt weg van de schacht (2) en waarbij een opneemopening 35 (4) is voorzien aan het uiteinde van het genoemde buisvormig gedeelte (6) weg van de genoemde schacht (2). 1039433

8. Inrichting (1) volgens één der voorgaande conclusies 1 tot 7, met het kenmerk, dat de eerste en tweede open houder (3) elk een grotere dwarsdoorsnede hebben dan een grootste dwarsdoorsnede van de schacht (2).

9. Inrichting (1) volgens één der voorgaande conclusies 1 tot 8, met het kenmerk, dat een van de eerste en tweede open houder (3) ondersteuning biedt aan de inrichting, als een van deze genoemde open houders (3) is geplaatst op een vlakke ondergrond.

10. Inrichting (1) volgens één der voorgaande conclusies 1 tot 9, met het kenmerk, dat een opneemopening (4) cirkelvormig is in doorsnede.

11. Inrichting (1) volgens één der voorgaande conclusies 1 tot 10, met het kenmerk, dat de buitenkant van de schacht (2) en/of de zijwanden (5) van 15 de eerste en tweede houder is voorzien van een antislip-laag.

12. Inrichting (1) volgens één der voorgaande conclusies 1 tot 11, met het kenmerk, dat de genoemde grijpbare schacht (2) en de genoemde eerste en tweede open houders (3) zijn vervaardigd uit een materiaal met een vooraf 20 bepaalde dikte, waarbij het genoemde buisvormig gedeelte (6) zijwanden (5) heeft van deze vooraf bepaalde dikte.

13. Inrichting (1) volgens één der voorgaande conclusies 1 tot 12, met het kenmerk, dat de genoemde grijpbare schacht (2) en de genoemde eerste en 25 tweede open houders (3) zijn vervaardigd uit een materiaal met een eerste vooraf bepaalde dikte, waarbij het onderste gedeelte van een open houder (3) vervaardigd is van een materiaal met een tweede vooraf bepaalde dikte, welke tweede vooraf bepaalde dikte groter is dan genoemde eerste vooraf bepaalde dikte. 30

14. Inrichting (1) volgens één der voorgaande conclusies 1 tot 13, met het kenmerk, dat het buisvormige gedeelte (6) zijwanden (5) heeft van een derde vooraf bepaalde dikte, met het kenmerk dat deze derde vooraf bepaalde dikte groter is dan de genoemde eerste vooraf bepaalde dikte. 35

15. Inrichting (1) volgens één der voorgaande conclusies 1 tot 14, met het kenmerk, dat het genoemde buisvormig gedeelte (6) zich uitstrekt tot het genoemd materiaal met een tweede vooraf bepaalde dikte.

16. Systeem welke omvat: • een inrichting (1) volgens één der voorgaande conclusies 1 tot 15; • een ijsproduct (10) op een drager (11), waarbij de drager (11) is 5 ingeklemd in een opneemopening (4) van de genoemde inrichting (1). 1039*33