NL1039400C2 - Verpakking voor een visceuze vloeistof en werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke verpakking. - Google Patents

Description

Titel: Verpakking voor een visceuze vloeistof en werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke verpakking

De uitvinding heeft betrekking op een verpakking voor een visceuze vloeistof, omvattende een samenstel van een emmer met een open zijde, die bestemd is voor het in zich houden van de visceuze vloeistof, en een deksel voor het afsluiten van de open zijde van de emmer. De uitvinding heeft voorts betrekking op een verpakking 5 met daarin een visceuze vloeistof, omvattende het genoemde samenstel van de emmer en het deksel, waarbij het deksel op de emmer is geplaatst, en waarbij de visceuze vloeistof zich in de emmer bevindt.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een verpakking voor een visceuze vloeistof, waarbij door middel van spuitgieten 10 een plastic emmer met een open zijde voor het in zich houden van de visceuze vloeistof wordt vervaardigd, waarbij tevens door middel van spuitgieten een plastic deksel voor het afsluiten van de open zijde van de emmer wordt vervaardigd. De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een verpakking met daarin een visceuze vloeistof, waarbij door middel van spuitgieten de genoemde 15 plastic emmer en het genoemde plastic deksel worden vervaardigd, waarbij de emmer wordt gevuld met de visceuze vloeistof, en waarbij het deksel op de emmer wordt geplaatst.

Een verpakking voor een visceuze vloeistof, omvattende een samenstel van 20 een emmer en een deksel, is algemeen bekend. De emmer dient om de vloeistof in zich te houden, en heeft daartoe doorgaans een bodemplaat en een opstaande zijwand die op de bodemplaat aansluit en zich vanaf de bodemplaat naar boven toe uitstrekt, waarbij de richtingaanduiding "naar boven toe" refereert aan een normale oriëntatie van de emmer, waarbij de bodemplaat zich onderaan bevindt en zich in het 25 horizontale vlak uitstrekt. De bodemplaat en de zijwand zijn doorgaans als één geheel gevormd. De emmer kan bijvoorbeeld uit plastic zijn vervaardigd, door middel van spuitgieten. Teneinde het oppakken van de emmer te vergemakkelijken, kan 1039400 2 deze zijn voorzien van een hengsel, dat bij voorkeur scharnierbaar met de emmer is verbonden.

Er zijn diverse varianten bekend voor de vorm van de bodemplaat en de zijwand. Volgens een eerste bekende mogelijkheid heeft de bodemplaat een cirkel-5 ronde omtrek, waarbij de zijwand eveneens een cirkelronde omtrek heeft, en eventueel naar boven toe taps uitloopt. Volgens een tweede bekende mogelijkheid heeft de bodemplaat een rechthoekige omtrek, waarbij de zijwand eveneens een rechthoekige omtrek heeft, en waarbij hoeken van de rechthoekige omtrek afgerond kunnen zijn.

10 Op basis van de hierboven beschreven vormgeving met een bodemplaat en een opstaande zijwand is de emmer geschikt om een vloeistof in zich te houden. De vloeistof wordt ingebracht via een open zijde van de emmer, die aanwezig is ter plaatse van een rand van de opstaande wand die in de normale oriëntatie van de emmer een bovenrand is. Om de emmer af te sluiten zolang er geen behoefte is om 15 er vloeistof uit te halen, wordt gebruik gemaakt van een deksel dat is ingericht om op de genoemde bovenrand van de zijwand van de emmer aan te sluiten. Net als de emmer kan het deksel door middel van spuitgieten uit plastic zijn vervaardigd. Het deksel heeft niet alleen een functie in het afsluiten van de emmer, maar maakt het bijvoorbeeld ook mogelijk dat meerdere emmers op elkaar kunnen worden ge-20 stapeld, waarbij de bodemplaat van de ene emmer steunt op het deksel van een onderliggende emmer.

Een bekende toepassing van het samenstel van emmer en deksel is een toepassing als verpakking voor latexverf. Een probleem met latexverf is echter, dat er altijd een tussenruimte is tussen het deksel en het bovenoppervlak van de latexverf 25 in de emmer, en dat tijdens transport/verplaatsing van de emmer met het deksel de latexverf tegen het deksel aan komt. Als gevolg hiervan blijven kleine hoeveelheden latexverf aan het deksel zitten, die vervolgens indrogen. Wanneer uiteindelijk het deksel van de emmer af wordt gehaald om toegang te verkrijgen tot de latexverf, dan is het onvermijdelijk dat ingedroogde stukjes latexverf van het deksel springen en in 30 de latexverf in de emmer terechtkomen. Dit is hoogst onwenselijk, aangezien de stukjes niet in de latexverf kunnen oplossen, en het is daarom een opgave van de uitvinding om een oplossing te verschaffen waarmee dit verschijnsel wordt voorkomen.

3

Volgens de uitvinding wordt een verpakking met een samenstel van een emmer en een deksel verschaft, waarbij zich op een zijde van het deksel die bestemd is om naar de emmer gericht te zijn, een vochtabsorberend element bevindt. Als gevolg van de toepassing van het vochtabsorberende element is het mogelijk om 5 ter plaatse van het deksel een vochtige omgeving te hebben, waardoor het ontstaan van ingedroogde stukjes niet kan voorkomen. Wanneer latexverf met het vochtabsorberende element in aanraking komt, dan wordt het door het vochtabsorberende element opgenomen in het geval dat dit element niet al met vocht verzadigd is, en het kan zelfs zo zijn dat latexverf op dit element blijft zitten. Het is echter onder geen 10 enkele omstandigheid mogelijk dat de latexverf op het element indroogt. Het is gunstig wanneer het vochtabsorberende element een aanzienlijk deel van het deksel beslaat, zodat nergens op het deksel een gebied hoeft te zijn waar indrogen van de latexverf mogelijk is.

Voor de volledigheid wordt opgemerkt, dat de uitvinding weliswaar wordt be-15 schreven in de context van latexverf, maar dat dat niet betekent, dat de uitvinding tot die context beperkt is. Bij een andere visceuze vloeistof, waaronder een ander type verf, of een visceuze vloeistof in de categorie voedingsmiddelen zoals een saus, kan namelijk net zo goed het probleem met ingedroogde stukjes aan het deksel spelen.

Bij voorkeur is het vochtabsorberende element bevochtigd, bijvoorbeeld met 20 water. Het vochtabsorberende element kan dan verder geen vocht meer opnemen, en de noodzakelijke vochtige omstandigheden op basis waarvan wordt voorkomen dat ingedroogde stukjes latexverf worden verkregen, zijn zeker aanwezig op die manier.

Het vochtabsorberende element kan ten minste één vel omvatten, bijvoor-25 beeld een vel dat op zich bekend is uit het vakgebied van het verpakken van vlees, waarbij een dergelijk vel vaak onderin de verpakking wordt gelegd om vleesvocht te absorberen. Een voordeel van het toepassen van een vel is dat het nauwelijks ruimte inneemt, terwijl het goed geschikt is om een oppervlak af te dekken. Het vochtabsorberende element kan echter ook in een andere vorm dan in de vorm van een 30 vel worden verschaft.

In het voorgaande is al aangegeven, dat het deksel plastic materiaal kan omvatten. Voor het vochtabsorberende element geldt hetzelfde, waarbij het mogelijk is dat het aan het deksel is vastgelast onder uitoefening van een op zich bekende techniek voor het lassen van plastic. Het vochtabsorberende element kan bijvoorbeeld 4 polypropyleen omvatten, dat uitstekende vochtabsorberende eigenschappen heeft, en dat goed recyclebaar is.

Volgens de uitvinding wordt een vochtabsorberend element op het deksel toegepast. Daarnaast is het mogelijk om de emmer van een vochtabsorberend element 5 te voorzien. Een geschikte plaats voor het element is op een binnenoppervlak van de emmer, nabij de bovenrand van de zijwand van de emmer. Het element kan daarbij ringvormig zijn, om zich over de gehele omtrek van de emmer uit te strekken. Dat neemt niet weg, dat binnen het kader van de uitvinding vorm, positie en grootte van het vochtabsorberend element in de emmer vrij gekozen kunnen worden. Net zoals 10 dat bij het deksel het geval is, kunnen meerdere elementen in de emmer worden bevestigd. Waar in deze tekst wordt aangegeven dat zich op het deksel of in de emmer een vochtabsorberend element bevindt, wordt de mogelijkheid van meerdere elementen niet uitgesloten. Anders gezegd, wanneer de uitvinding wordt toegepast, wordt ten minste één vochtabsorberend element aangebracht in een verpakking, in 15 ieder geval op het deksel dat deel uitmaakt van de verpakking, en eventueel dus ook op het binnenoppervlak van de emmer.

Het vervaardigen van de verpakking volgens de uitvinding kan de volgende stappen omvatten, waarbij er van uit wordt gegaan dat plastic als materiaal voor de emmer, het deksel en het vochtabsorberende element wordt gebruikt: het vervaar-20 digen van de emmer door middel van spuitgieten, het vervaardigen van het deksel door middel van spuitgieten, en het verschaffen van het vochtabsorberende element en het vastlassen van het element aan het deksel. Alternatieven voor het bevestigen van het element aan het deksel zijn mogelijk binnen het kader van de uitvinding. Er kan bijvoorbeeld gedacht worden aan lijmen of vastklikken. Lijmen kan plaatsvinden 25 onder toepassing van hotmelt-lijm waarvan een druppeltje op het deksel wordt aangebracht, waarna het vochtabsorberende element er tegenaan wordt gedrukt. Desgewenst kan het vochtaborberende element kort na het aanbrengen ervan al met vocht, bijvoorbeeld water, in aanraking worden gebracht, om een situatie te creëren waarin het element verzadigd raakt en direct in staat is het ontstaan van een vochti-30 ge omgeving waarin indrogen van kleine hoeveelheden van een visceuze vloeistof niet mogelijk is, te waarborgen.

De uitvinding verschaft een effectieve oplossing voor het probleem dat latexverf gemakkelijk tegen het deksel aankomt en er daardoor ingedroogde stukjes latexverf op het deksel komen te zitten, die vervolgens van het deksel losspringen 5 wanneer het deksel door een gebruiker van de emmer wordt getrokken, en in de latexverf in de emmer terechtkomen. De oplossing is gelegen in het toepassen van een vochtabsorberend element op het deksel, op een zijde van het deksel die bestemd is om naar de emmer gericht te zijn. Deze oplossing is goed in het vervaardi-5 gingsproces van het samenstel van de emmer en het deksel te implementeren, onder toepassing van op zich bekende technieken, doet niet noemenswaardig iets af aan het beschikbare volume van het samenstel, en brengt weinig extra kosten met zich mee.

10 De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de hiernavolgende beschrijving van een verpakking met latexverf. Er zal hierbij worden verwezen naar de tekening, waarin gelijke verwijzingscijfers gelijke of vergelijkbare onderdelen aanduiden, en waarin: figuur 1 een perspectivisch aanzicht toont van de verpakking; 15 figuur 2 schematisch een aanzicht toont van een langsdoorsnede van de verpakking; figuur 3 een detail A toont van figuur 2; en figuur 4 schematisch een onderaanzicht toont van een deksel dat deel uitmaakt van de verpakking.

20 Figuur 1 toont een verpakking 1 volgens de uitvinding, die geschikt is om te worden toegepast voor het in zich houden van een visceuze vloeistof, en die een samenstel van een emmer 2 en een deksel 3 omvat. In het hiernavolgende wordt als voorbeeld van de visceuze vloeistof, latexverf beschreven. In verband met de weergave van de verpakking 1 in figuur 1 wordt opgemerkt, dat de verpakking 1 in een 25 normale oriëntatie is getoond, met de emmer 2 onder en het deksel 3 boven.

Voor het overgrote deel wijkt de verpakking 1 volgens de uitvinding niet af van verpakkingen die al in de praktijk bekend zijn. De emmer 2 heeft een bodemplaat 21 en een opstaande zijwand 22, die in het getoonde voorbeeld een cirkelronde omtrek hebben. De zijwand 22 loopt naar boven toe taps uit. Vormgeving en afmetingen van 30 een bovenrand 23 van de zijwand 22 van de emmer 2 zijn afgestemd op vormgeving en afmetingen van een onderrand 31 van het deksel 3, zodat deze in aangrijping met elkaar komen wanneer het deksel 3 in een juiste positie op de emmer 2 wordt geplaatst, dat wil zeggen, in een positie waarin het deksel 3 een open zijde van de emmer 2 volledig afsluit.

6

In het getoonde voorbeeld is het deksel 3 middels ten minste één breekstukje 32 vast verbonden met de emmer 2, als een borging van een goede en blijvende afsluiting van de open zijde van de emmer 2. Wanneer een gebruiker het deksel 3 voor de eerste keer van de emmer 2 wil nemen, kan dat alleen wanneer het breek-5 stukje 32 losgebroken wordt.

Aan de bovenzijde heeft het deksel 3 een opstaand omtreksgedeelte 33. Hierdoor is het deksel 3 geschikt om een onderste gedeelte van de emmer 2 op te nemen en te voorkomen dat de emmer 2 in zijdelingse richting ten opzichte van het deksel 3 kan verschuiven. Dit is gunstig met het oog op de mogelijkheid om ver-10 pakkingen 1 op elkaar te stapelen.

De emmer 2 is voorzien van een hengsel 4 waaraan de emmer 2, al dan niet voorzien van het deksel 3, kan worden opgetild. Het hengsel 4 is scharnierbaar met de emmer 2 verbonden en kan daardoor volledig uit het bereik van de open zijde van de emmer 2 worden gedraaid, zodat het mogelijk is om het deksel 3 ongehinderd op 15 de emmer 2 te plaatsen of van de emmer 2 af te nemen, en zodat het mogelijk is om de inhoud van de emmer 2 ongehinderd te bereiken wanneer het deksel 3 van de emmer 2 af is genomen.

Figuur 2 toont een langsdoorsnede van de verpakking 1, zoals deze maximaal gevuld kan zijn met latexverf 5. Een bovenoppervlak van de latexverf 5 is aangeduid 20 door middel van verwijzingscijfer 51.

Een detail A van figuur 2 is getoond in figuur 3. Hierin is duidelijk te zien dat het bovenoppervlak 51 van de latexverf 5 zich op afstand bevindt van een onder-oppervlak 34 van het deksel 3. Wat de verpakking 1 volgens de uitvinding onderscheidt van bekende verpakkingen 1, is dat tegen het onderoppervlak 34 van het 25 deksel 3 een vochtabsorberend vel 35 is aangebracht. Dit vel 35 is eveneens te zien in figuur 4, waarin een onderaanzicht van het deksel 3 wordt getoond.

Op basis van de aanwezigheid van het vochtabsorberende vel 35 wordt voorkomen dat kleine beetjes latexverf 5 ter plaatse van het deksel 3 kunnen indrogen.

De genoemde kleine beetje latexverf 5 worden verkregen wanneer de verf 5 bij een 30 beweging van de verpakking 1 vanuit de normale oriëntatie tegen het deksel 3 aan komt. Het voorkomen dat ter plaatse van het deksel 3 ingedroogde stukjes latexverf 5 ontstaan, is gunstig, omdat dergelijke stukjes in de latexverf 5 in de emmer 2 zouden kunnen vallen waneer het deksel 3 van de emmer 2 afwordt genomen. Bij voorkeur is het vochtabsorberende vel 35 al bevochtigd wanneer het deksel 3 voor de 7 eerste keer op een met latexverf 5 gevulde emmer 2 wordt geplaatst, zodat direct het effect wordt verkregen dat de luchtvochtigheid in de ruimte tussen het deksel 3 en het bovenoppervlak 51 van de latexverf 5 dusdanig hoog is, dat er van indroging van verf 5 geen sprake kan zijn.

5 In een praktische uitvoeringsvorm zijn de emmer 2 en het deksel 3, inclusief het vochtabsorberende vel 35, van plastic gemaakt. Het vochtabsorberende vel 35 kan polypropyleen omvatten, maar ook een ander type plastic dat een goed vocht-absorberend vermogen heeft. Zowel de emmer 2 als het deksel 3 kunnen door middel van een spuitgietproces worden vervaardigd. Het vochtabsorberende vel 35 kan 10 op een willekeurige geschikte manier aan het deksel 3 worden verbonden, bijvoorbeeld door middel van lassen, lijmen of vastklikken.

Met de toepassing van het vochtabsorberende vel 35 op het deksel 3 wordt bereikt dat het bekende probleem van droge stukjes verf 5 die bij het verwijderen van het deksel 3 van de emmer 2 loskomen en in de verf 5 in de emmer 2 vallen, is op-15 gelost, zonder dat de basisconstructie van de verpakking 1 hoeft te worden aangepast, en zonder dat er veel extra kosten moeten worden gemaakt.

Het is binnen het kader van de uitvinding mogelijk dat niet alleen het deksel 3 van een vochtabsorberend vel 35 is voorzien, maar ook de emmer 2. In dat geval is een binnenoppervlak 24 van de emmer 2 ten minste voor een deel bedekt. Het in-20 drogen van beetjes verf op het binnenoppervlak 24 van de emmer 2 wordt als gevolg van de aanwezigheid van het vochtabsorberende vel 35 voorkomen, op dezelfde manier waarop het indrogen van beetjes verf op het deksel 3 wordt voorkomen, namelijk doordat het vochtabsorberende vel 35 in bevochtigde toestand een dusdanig hoge luchtvochtigheid in de directe omgeving ervan waarborgt, dat er geen 25 mogelijkheid voor de verf 5 is om in te drogen. Een bovenste gedeelte van het binnenoppervlak 24 van de emmer 2 is sowieso een gedeelte waar anders het indrogen van de verf 5 kan plaatsvinden, omdat hier geen verf 5 aanwezig is, ook bij maximale vulling van de emmer 2. Het is daarom gunstig wanneer ten minste dit gedeelte, dat ook kan worden aangeduid als een gedeelte nabij de bovenrand 23 30 van de zijwand 22 van de emmer, van een vochtabsorberend element 35 is voorzien.

Het zal voor een deskundige duidelijk zijn dat de omvang van de uitvinding niet is beperkt tot de in het voorgaande besproken voorbeelden, maar dat diverse 8 variaties en modificaties daarvan mogelijk zijn zonder af te wijken van de omvang van de uitvinding zoals gedefinieerd in de aangehechte conclusies.

De uitvinding kan als volgt worden samengevat. Een verpakking 1 voor een 5 visceuze vloeistof 5 omvat een samenstel van een emmer 2 met een open zijde, die bestemd is voor het in zich houden van de visceuze vloeistof 5, en een deksel 3 voor het afsluiten van de open zijde van de emmer 2. Op een zijde van het deksel 3 die bestemd is om naar de emmer 2 gericht te zijn, bevindt zich een vochtabsorberend element 35. Doordat een dergelijk element 35 in staat is om een hoge luchtvochtig-10 heid in de directe omgeving ervan te realiseren, op basis van het feit dat een dergelijk element 35 is ingericht om vocht op te nemen en vast te houden, wordt bereikt, dat de visceuze vloeistof 5 niet tegen het deksel 3 kan indrogen. Hierdoor wordt voorkomen dat ingedroogde stukjes aan het deksel 3 worden verkregen die anders bij het verwijderen van het deksel 3 in de visceuze vloeistof in de emmer 2 kunnen 15 vallen.

1 03 9 4 0 a

Claims (20)

1. Verpakking (1) voor een visceuze vloeistof (5), omvattende een samenstel van een emmer (2) met een open zijde, die bestemd is voor het in zich houden van de visceuze vloeistof (5), en een deksel (3) voor het afsluiten van de open zijde van de emmer (2), waarbij zich op een zijde van het deksel (3) die bestemd is om naar 5 de emmer (2) gericht te zijn, een vochtabsorberend element (35) bevindt.

2. Verpakking (1) volgens conclusie 1, waarbij het vochtabsorberende element (35) bevochtigd is.

3. Verpakking (1) volgens conclusie 1 of 2, waarbij het vochtabsorberende ele ment (35) ten minste één vel omvat.

4. Verpakking (1) volgens een willekeurige der conclusies 1-3, waarbij zowel het deksel (3) als het vochtabsorberende element (35) plastic materiaal omvat, en waar- 15 bij het vochtabsorberende element (35) aan het deksel (3) is vastgelast.

5. Verpakking (1) volgens een willekeurige der conclusies 1-4, waarbij het vochtabsorberende element (35) polypropyleen omvat.

6. Verpakking (1) volgens een willekeurige der conclusies 1-5, waarbij zich te vens een vochtabsorberend element (35) in de emmer (2) bevindt, op een binnen-oppervlak (24) van de emmer (2).

7. Verpakking (1) met daarin een visceuze vloeistof (5), omvattende een samen-25 stel van een emmer (2) met een open zijde en een op de emmer (2) geplaatst deksel (3) voor het afsluiten van de open zijde van de emmer (2), waarbij de visceuze vloeistof (5) zich in de emmer (2) bevindt, en waarbij zich op een zijde van het deksel (3) die naar de emmer (2) gericht is, een vochtabsorberend element (35) bevindt.

8. Verpakking (1) volgens conclusie 7, waarbij het vochtabsorberende element (35) bevochtigd is. 1039400

9. Verpakking (1) volgens conclusie 7 of 8, waarbij het vochtabsorberende element (35) ten minste één vel omvat.

10. Verpakking (1) volgens een willekeurige der conclusies 7-9, waarbij zowel het 5 deksel (3) als het vochtabsorberende element (35) plastic materiaal omvat, en waarbij het vochtabsorberende element (35) aan het deksel (3) is vastgelast.

11. Verpakking (1) volgens een willekeurige der conclusies 7-10, waarbij het vochtabsorberende element (35) polypropyleen omvat.

12. Verpakking (1) volgens een willekeurige der conclusies 7-11, waarbij zich tevens een vochtabsorberend element (35) in de emmer (2) bevindt, op een binnen-oppervlak (24) van de emmer (2).

13. Werkwijze voor het vervaardigen van een verpakking (1) voor een visceuze vloeistof (5), waarbij door middel van spuitgieten een plastic emmer (2) met een open zijde voor het in zich houden van de visceuze vloeistof (5) wordt vervaardigd, waarbij tevens door middel van spuitgieten een plastic deksel (3) voor het afsluiten van de open zijde van de emmer (2) wordt vervaardigd, en waarbij op een zijde van 20 het deksel (3) die bestemd is om naar de emmer (2) gericht te zijn, een vochtabsorberend element (35) wordt aangebracht.

14. Werkwijze volgens conclusie 13, waarbij het vochtabsorberende element (35) bevochtigd wordt. 25

15. Werkwijze volgens conclusie 13 of 14, waarbij het vochtabsorberende element (35) plastic materiaal omvat, en waarbij het vochtabsorberende element (35) aan het deksel (3) wordt vastgelast.

16. Werkwijze volgens een willekeurige der conclusies 13-15, waarbij een vocht absorberend element (35) in de emmer (2) wordt aangebracht, op een binnen-oppervlak (24) van de emmer (2).

17. Werkwijze voor het vervaardigen van een verpakking (1) met daarin een vis- ceuze vloeistof (5), waarbij door middel van spuitgieten een plastic emmer (2) met een open zijde wordt vervaardigd, waarbij tevens door middel van spuitgieten een plastic deksel (3) voor het afsluiten van de open zijde van de emmer (2) wordt ver-5 vaardigd, waarbij op een zijde van het deksel (3) die bestemd is om naar de emmer (2) gericht te zijn, een vochtabsorberend element (35) wordt aangebracht, waarbij de emmer (2) wordt gevuld met de visceuze vloeistof (5), en waarbij het deksel (3) op de emmer (2) wordt geplaatst. 10

18 Werkwijze volgens conclusie 17, waarbij voorafgaand aan het plaatsen van het deksel (3) op de emmer (2), het vochtabsorberende element (35) bevochtigd wordt.

19. Werkwijze volgens conclusie 17 of 18, waarbij het vochtabsorberende ele- 15 ment (35) plastic materiaal omvat, en waarbij het vochtabsorberende element (35) aan het deksel (3) wordt vastgelast.

20. Werkwijze volgens een willekeurige der conclusies 17-19, waarbij voorafgaand aan het vullen van de emmer (2) met de visceuze vloeistof en het plaatsen 20 van het deksel (3) op de emmer (2), een vochtabsorberend element (35) in de emmer (2) wordt aangebracht, op een binnenoppervlak (24) van de emmer (2). 1039400