NL1038123C2

NL1038123C2 - HOLDER, AND COMPOSITION OF HOLDER AND WAIST-ON ELEMENT.

Info

Publication number: NL1038123C2
Application number: NL1038123A
Authority: NL
Inventors: Gerbrand Roeland Reedijk; Freek Johan Adriaan Laverman
Original assignee: Gerbrand Roeland Reedijk; Freek Johan Adriaan Laverman
Priority date: 2010-07-23
Filing date: 2010-07-23
Publication date: 2012-01-24

Description

Houder, en samenstel van houder en uitstrijkelementHolder, and assembly of holder and scraper element

Eenmaal een octrooiaanvraag ingediend mag er niets meer aan toegevoegd worden. Aangezien er nog een constructievorm toegevoegd moet worden aan de ingediende octrooiaanvraag nr 1037720—16 februari 2010 met beroep op voorrang nr 2005003—30 juni 5 2010 volgt hier nog een octrooiaanvraag. De houder met uitstrijkelement welke toegevoegd wordt, verschilt op de manier waarop de houder geopend en gesloten wordt ( bekend van doppen op onder andere bepaalde sportdrankjes) inclusief een andere vorm dop die het uitstrijkelement afschermt van zijn omgeving. De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een houder voor het opnemen van een viskeus materiaal, omvattende een uitstroomopening 10 voor het naar buiten laten stromen van een viskeus materiaal vanuit de houder en uitdrijfmiddelen voor het door de uitstroomopening naar buiten uitdrijven van een zich in de houder bevindend viskeus materiaal.Once a patent application has been filed, nothing may be added. As a construction form still needs to be added to the filed patent application no. 1037720—16 February 2010, with reference to priority no. 2005003—30 June 5, 2010 a patent application follows here. The holder with the scraper element that is added differs in the way the holder is opened and closed (known from caps on, among other things, certain sports drinks), including another form of cap that shields the scraper element from its environment. The present invention relates to a holder for receiving a viscous material, comprising an outflow opening 10 for flowing out a viscous material from the holder and expulsion means for forcing out a container present in the holder through the outflow opening viscous material.

Een dergelijke houder is bekend, bijvoorbeeld een tube tandpasta of een flacon braadboter. Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een houder met een additionele functie.Such a holder is known, for example a tube of toothpaste or a bottle of roasting butter. An object of the invention is to provide a holder with an additional function.

15 Dit doel wordt bereikt met de houder volgens de uitvinding, welke is voorzien van een uitstrijkelement voor het uitstrijken van een viskeus materiaal uit de houder, welk uitstrijkelement een uitsteeksel van de houder vormt waarvan een distaai eindgedeelte op afstand van de uitstroomopening is gelegen.This object is achieved with the holder according to the invention, which is provided with a spreading element for spreading a viscous material from the holder, which spreading element forms a protrusion of the holder, a distal end portion of which is situated at a distance from the outflow opening.

De houder volgens de uitvinding biedt de mogelijkheid om zowel het viskeuze materiaal aan te 20 voeren als uit te strijken op een oppervlak. Voor het uitstrijken dient een gedeelte van de houder zelf als handvat voor het uitstrijkelement.The holder according to the invention offers the possibility of both supplying the viscous material and spreading it on a surface. Before spreading, a part of the holder itself serves as a handle for the spreading element.

Vele viskeuze materialen en toepassingen zijn denkbaar, zoals boter, eetbare of niet-eetbare pasta, flexibele kit of lijm. Bij eetbare pasta's kan gedacht worden aan smeerkaas, leverpastei, pindakaas, chocopasta, stroop en dergelijke. Ook kan gedacht worden aan 25 plamuurmiddel als viskeus materiaal, waarbij het uitstrijkelement de vorm van een plamuurmes kan hebben. In het algemeen kan bij viskeuze materialen worden gedacht aan halfvloeibare stoffen.Een distaai eindgedeelte wil zeggen dat het een eindgedeelte van het uitstekende uitstrijkelement is, dat verder in buitenwaartse richting van de houder is gelegen dan een daartegenover gelegen proximaal eindgedeelte van het uitstrijkelement.Many viscous materials and applications are conceivable, such as butter, edible or non-edible pasta, flexible sealant or glue. In the case of edible pastes, one can think of processed cheese, liver pate, peanut butter, chocolate spread, syrup and the like. It is also possible to use filler as a viscous material, the spread element being in the form of a filler knife. In the case of viscous materials, it is generally possible to envisage semi-liquid substances.

30 Hoewel het distale eindgedeelte van het uitstrijkelement op afstand van de uitstroomopening is gelegen, kan een proximaal eindgedeelte van het uitstrijkelement eventueel ter plaatse van de uitstroomopening zijn gelegen. In dat geval kan het uitstrijkelement zodanig ten opzichte van de uitstroom opening zijn gepositioneerd, dat het 1 03 8123 2 viskeuze materiaal na uitdrijving uit de houder direct op het uitstrijkelement terechtkomt.Although the distal end portion of the discharge element is located at a distance from the discharge opening, a proximal end portion of the discharge element can optionally be situated at the location of the discharge opening. In that case the scraper element can be positioned relative to the outflow opening such that the viscous material lands directly on the scraper element after being expelled from the holder.

Het uitstrijkelement kan een langwerpige vorm hebben. Het is bij voorkeur langer dan 30% van de lengte van de houder, en bij hogere voorkeur langer dan 4 cm.The spread element can have an elongated shape. It is preferably longer than 30% of the length of the container, and more preferably longer than 4 cm.

In een praktische uitvoeringsvorm is het uitstrijkelement flexibel en tenminste 5 buigzaam. Dit vergemakkelijkt het uitsmeren van het viskeuze materiaal. Het uitstrijkelement kan een geheel platte of een gebogen zijde hebben.In a practical embodiment, the scraper element is flexible and at least flexible. This facilitates smearing of the viscous material. The spreading element can have a completely flat or curved side.

Het uitstrijkelement kan bijvoorbeeld een C-vormige dwarsdoorsnede hebben. Verder is het mogelijk dat de dwarsdoorsnede over de lengterichting van het uitstrijkelement verandert.The spreading element can for instance have a C-shaped cross section. Furthermore, it is possible for the cross-section to change over the longitudinal direction of the spreading element.

In een voorkeursuitvoeringsvorm worden de uitdrijfmiddelen gevormd door de 10 vervormbaarheid van de houder teneinde het volume in de houder te kunnen verkleinen. In de praktijk kan de houder een tube zijn. De tube kan zodanige eigenschappen hebben dat na het samenknijpen en uitdrijven van het viskeuze materiaal de oorspronkelijke vorm daarvan weer terugkeert, zodat de handvatvorm van de houder voor de smeerbeweging gehandhaafd blijft.In a preferred embodiment the expulsion means are formed by the deformability of the container in order to be able to reduce the volume in the container. In practice, the holder can be a tube. The tube can have properties such that after the squeezing and expulsion of the viscous material the original shape thereof returns, so that the handle shape of the lubrication movement holder is maintained.

Een afsluitdop kan losmaakbaar op de houder zijn gemonteerd. De afsluitdop kan 15 zodanig zijn uitgevoerd, dat deze in gemonteerde toestand het uitstrijkelement van de omgeving afscheidt.De uitvoeringsvorm zal hierna verder worden toegelicht aan de hand van tekeningen, welke schematisch zijn weergegeven.A closure cap can be releasably mounted on the holder. The closing cap can be designed in such a way that, when mounted, it separates the spreading element from the surroundings. The embodiment will be further explained below with reference to drawings, which are schematically shown.

Fig. 1 is een zijaanzicht van een uitvoeringsvorm van de houder met uitstrijkelement volgens de uitvinding, in gesloten toestand.FIG. 1 is a side view of an embodiment of the holder with spreading element according to the invention, in the closed state.

20 Fig. 2 is een zijaanzicht van de uitvoeringsvorm volgens fig. 1.FIG. 2 is a side view of the embodiment of FIG. 1.

Fig. 3 is een doorsnedenaanzicht van de dop in gesloten toestand, waarbij het uitstrijkelement is weggelaten.FIG. 3 is a cross-sectional view of the cap in the closed state, with the scraper element omitted.

Fig. 4 toont de positionering van het uitstrijkelement ten opzichte van de uitstroomopening.FIG. 4 shows the positioning of the scattering element relative to the outflow opening.

25 Fig. 5 is een doorsnedenaanzicht van de dop waarbij het schuifbare deel is uitgetrokken, in de tekening geheel naar links geschoven en het uitstrijkelement is weggelaten.FIG. 5 is a cross-sectional view of the cap with the slidable part pulled out, slid all the way to the left in the drawing, and the scattering element omitted.

Fig. 6 is een doorsnedenaanzicht van de dop waarbij het schuifbare deel, met daaraan vast het uitstrijkelement, is weggelaten.FIG. 6 is a cross-sectional view of the cap with the slidable part, with the scattering element fixed to it, omitted.

Fig. 7 is een frontaal aanzicht van de dop zonder schuifbare deel, zoals weergegeven 30 in fig.6.FIG. 7 is a front view of the cap without slidable part, as shown in FIG.

Fig. 8 is een doorsnedenaanzicht van een afsluitdop voor de houder volgens fig.l.FIG. 8 is a sectional view of a closure cap for the container of FIG.

In fig. 1 wordt een uitvoeringsvorm van een houder 1 volgens de uitvinding getoond. De houder 1 bevat een viskeus materiaal 2 zoals boter, chocopasta of een vergelijkbare substantie. Door het schuifbare deel 8 uit te trekken,(geheel naar links te schuiven) wordt de 35 houder geopend. De houder 1 omvat een uitstroomopening 3 (niet zichtbaar) waardoor het 3 viskeuze materiaal 2 vanuit de houder 1 naar buiten kan stromen. In deze uitvoeringsvorm is de houder 1 een tube. Door het samen knijpen van de tube 1 kan het viskeuze materiaal 2 uit de tube 1 worden gedreven. In dit geval vormt daarom de tube 1 zelf de uitdrijfmiddelen voor het door de uitstroomopening 3 naar buiten uitdrijven van het viskeuze materiaal 2. De tube 1 5 is verder voorzien van een uitstrijkelement 4 voor het uitstrijken van het uit de tube 1 uitgedreven viskeuze materiaal 2.Fig. 1 shows an embodiment of a holder 1 according to the invention. The container 1 contains a viscous material 2 such as butter, chocolate spread or a similar substance. The holder is opened by pulling out the slidable part 8 (sliding it all the way to the left). The holder 1 comprises an outflow opening 3 (not visible) through which the viscous material 2 can flow out of the holder 1. In this embodiment, the holder 1 is a tube. By squeezing the tube 1 together, the viscous material 2 can be driven out of the tube 1. In this case, therefore, the tube 1 itself forms the expulsion means for expelling the viscous material 2 outwardly through the outflow opening 3. The tube 1 is further provided with a scraper element 4 for spreading out the viscous material 2 expelled from the tube 1 .

Fig. 1 toont dat het uitstrijkelement 4 een uitsteeksel van de tube 1 vormt. Het uitstrijkelement 4 heeft een proximaal eindgedeelte 5 en een distaai eindgedeelte 6. Het distale eindgedeelte 6 ligt in buitenwaartse richting van de tube 1 gezien verder weg dan het daartegenover gelegen 10 proximale eindgedeelte 5 van het uitstrijkelement 4. Verder is in de in fig. 1 getoonde uitvoeringsvorm het distale eindgedeelte 6 op afstand van de uitstroomopening 3 gelegen, terwijl het proximale eindgedeelte 5 ter plaatse van de uitstroomopening 3 is gelegen.FIG. 1 shows that the scraper element 4 forms a protrusion of the tube 1. The scraper element 4 has a proximal end portion 5 and a distal end portion 6. The distal end portion 6, viewed in the outward direction of the tube 1, is further away than the opposite proximal end portion 5 of the scraper element 4. Further, in the embodiment shown in FIG. In the embodiment shown, the distal end portion 6 is spaced from the outflow opening 3, while the proximal end portion 5 is located at the outflow opening 3.

In de uitvoering weergegeven in fig. 1 is schroefdraad 10 getekend maar kan ook uit één stuk zijn gemaakt.Het gedeelte van de tube 1 waarin zich het viskeuze materiaal 2 bevindt 15 heeft een langwerpige vorm en versmalt vanaf het op afstand van de uitstroomopening 3 gelegen uiteinde van de tube 1 naar het nabij de uitstroomopening 3 gelegen gedeelte van de tube 1. De grootte en de vorm van de tube 1 kan heel verschillend zijn.In the embodiment shown in Fig. 1, screw thread 10 is drawn but can also be made in one piece. The part of the tube 1 in which the viscous material 2 is situated has an elongated shape and narrows from the distance from the outflow opening 3. end of the tube 1 to the portion of the tube 1 located near the outflow opening 3. The size and shape of the tube 1 can be very different.

De lengte en doorsnede van de tube 1 zijn bij voorkeur zodanig dat deze goed hanteerbaar is, dus zowel in het licht van het uitduwen van het viskeuze materiaal 2 als in het licht van het 20 uitsmeren. Dus ook als de tube bijna leeg is, is het gewenst dat de grootte en vorm van de tube nog steeds zodanig is dat nog goed gesmeerd kan worden, omdat de tube 1 zelf als handvat voor het uitstrijkelement 4 fungeert. Het is eventueel mogelijk om de tube 1 een zodanige vorm te geven, dat deze ergonomisch goed in de hand licht.The length and diameter of the tube 1 are preferably such that it is easy to handle, i.e. both in the light of pushing out the viscous material 2 and in the light of smearing. So even when the tube is almost empty, it is desirable that the size and shape of the tube is still such that it is still possible to lubricate properly, because the tube 1 itself acts as a handle for the spreading element 4. It is possibly possible to shape the tube 1 in such a way that it is ergonomically good in the hand.

Het uitstrijkelement 4 heeft ook een langwerpige vorm. De lengte richting van het 25 uitstrijkelement 4 komt overeen met de lengterichting van de tube 1. Het uitstrijkelement 4 heeft in deze uitvoeringsvorm een smeerkant 7, die in de lengterichting van het uitstrijkelement 4 onder een hoek met de hartlijn van de tube 1 staat. Hierdoor kan bij het smeren op een horizontaal vlak de tube onder een hoek met het horizontale vlak worden gehouden. De vorm van het uitstrijkelement 4 kan ook een lepel vorm hebben, of meer 30 algemeen een C-vormige dwarsdoorsnede. Het uitstrijkelement 4 kan ook een gekromd vlak hebben, dat in buitenwaartse richting overgaat ineen althans ongeveer plat vlak. De lengte van het uitstrijkelement 4 kan afhankelijk van de lengte van de tube 1 zijn, maar dat is niet noodzakelijk. Een praktische lengte om boter op een boterham te smeren, is bijvoorbeeld 4-5 cm, maar voor andere toepassingen zijn andere lengtes mogelijk. Om het uitsmeren van het 35 viskeuze materiaal 2 verder te vergemakkelijken, is het uitstrijkelement 4 buigzaam, zoals 4 bijvoorbeeld ook het geval is bij kunststof bestek.The scraper element 4 also has an elongated shape. The longitudinal direction of the scraper element 4 corresponds to the longitudinal direction of the tube 1. In this embodiment, the scraper element 4 has a lubricating edge 7 which, in the longitudinal direction of the scraper element 4, is at an angle to the axis of the tube 1. As a result, when lubricating on a horizontal surface, the tube can be kept at an angle with the horizontal surface. The shape of the smearing element 4 can also have a spoon shape, or more generally a C-shaped cross-section. The spreading element 4 can also have a curved surface, which merges in an outward direction into an at least approximately flat surface. The length of the scraper element 4 can be dependent on the length of the tube 1, but that is not necessary. For example, a practical length to spread butter on a sandwich is 4-5 cm, but other lengths are possible for other applications. In order to further facilitate the smearing of the viscous material 2, the spreading element 4 is flexible, as is also the case with plastic cutlery, for example.

De positionering van het uitstrijkelement 4 ten opzichte van de uitstroomopening 3 is te zien in fig.4, de uitstroomopening 3 ligt ter plaatse van de hartlijn van de tube 1 en het uitstrijkelement 4 strekt zich aan de buitenzijde van de uitstroomopening 3 uit. Er zijn nog vele 5 andere posities ten opzichte van de uitstroomopening 3 mogelijk. De uitstroomopening 3 kan bijvoorbeeld ook op afstand van de hartlijn van de tube 1 zijn gelegen, terwijl het uitstrijkelement 4 ter plaatse van de hartlijn van de tube 1 is gelegen. In dat geval kan de tube 1 zodanig worden vastgehouden, dat bij het samenknijpen daarvan het viskeuze materiaal 2 direct op een zijde van het uitstrijkelement 4 komt. Daardoor kan het viskeuze materiaal 2 op 10 het uitstrijkelement 4 direct worden uitgesmeerd.The positioning of the discharge element 4 relative to the discharge opening 3 can be seen in Fig. 4, the discharge opening 3 is situated at the center line of the tube 1 and the discharge element 4 extends on the outside of the discharge opening 3. Many other positions with respect to the outflow opening 3 are also possible. The outflow opening 3 can for instance also be situated at a distance from the axis of the tube 1, while the outflow element 4 is located at the axis of the tube 1. In that case the tube 1 can be held in such a way that when squeezed together, the viscous material 2 comes directly onto one side of the spreading element 4. As a result, the viscous material 2 on the spreading element 4 can be directly smeared.

Fig. 8 toont een afsluitdop 14, die na gebruik op de houder 1 kan worden bevestigd. Daartoe is de afsluitdop 14 en de houder 1 voorzien van een bajonetkoppeling 9. In plaats van de bajonetkoppeling 9 zijn allerlei andere verbindingsvormen mogelijk zoals schroefdraad of een klikverbinding. Bij voorkeur is de schroefdraad of bajonetverbinding 9 zodanig dat de 15 afsluitdop 14 aan de tube 1 vastgemaakt kan worden met minder dan één omwenteling, zodat het op en afschroeven snel kan gebeuren.FIG. 8 shows a closure cap 14 which can be attached to the holder 1 after use. To this end, the closing cap 14 and the holder 1 are provided with a bayonet coupling 9. Instead of the bayonet coupling 9, all kinds of other connection forms are possible, such as screw thread or a snap connection. The thread or bayonet connection 9 is preferably such that the sealing cap 14 can be fixed to the tube 1 with less than one revolution, so that it can be screwed on and unscrewed quickly.

De bovenzijde van de afsluitdop 14 is althans ongeveer vlak, zodat de tube 1 met de afsluitdop 14 naar beneden gericht op een plat vlak stabiel kan blijven staan. Dit heeft als voordeel dat in ongebruikte toestand de viskeuze massa 2 in de richting van de 20 uitstroomopening 3 zakt en voor gebruik direct ter plaatse van de uitstroomopening 3 aanwezig is om de tube 1 uitgeduwd te worden.The top side of the sealing cap 14 is at least approximately flat, so that the tube 1 with the sealing cap 14 facing downwards can remain stable on a flat surface. This has the advantage that, in the unused condition, the viscous mass 2 sinks in the direction of the outflow opening 3 and is present immediately prior to use at the location of the outflow opening 3 in order to be pushed out of the tube 1.

Het uitstrijkelement 4 vormt één geheel met het schuifbare gedeelte 8, waarmee de houder 1 geopend en afgesloten wordt. Wanneer het schuifbare gedeelte 8 ingedrukt is, geheel naar rechts is geschoven volgens fig.l, is de houder afgesloten door het pinvormige deel 12, in gat 25 3, zie fig.3.Door het schuifbare gedeelte 8 uit te trekken, geheel naar links te schuiven volgens fig.5, komt de opening 3 vrij welke pin 12 afsloot.Na gebruik wordt het schuifbare gedeelte 8 weer naar rechts geschoven en is de houder 1 weer afjgesloten. Het uitstrijkelement 4 kan nu eventueel onder de kraan worden afgewassen.Om het uitstrijkelement 4 af te scheiden van zijn omgeving wordt dop 14 op de houder aangebracht, zoals eerder genoemd, door middel 30 van een bajonetsluiting 9 of schroefdraad of klikverbinding.Het aantal ribben 13 waar langs de inhoud uit de houder stroomt zijn er minimaal twee maar kunnen er ook veel meer zijn. In fig 7 zijn er 8 getekend.The scraper element 4 forms one whole with the slidable part 8, with which the holder 1 is opened and closed. When the slidable portion 8 is depressed, slid all the way to the right according to FIG. 1, the holder is closed by the pin-shaped portion 12, in hole 3, see FIG. 3. By pulling the slidable portion 8 all the way to the left 5, the aperture 3 is released which closed off the pin 12. After use, the slidable portion 8 is again shifted to the right and the holder 1 is closed again. The scraper element 4 can now optionally be washed under the tap. To separate the scraper element 4 from its surroundings, cap 14 is mounted on the holder, as mentioned earlier, by means of a bayonet closure 9 or screw thread or snap connection. The number of ribs 13 where the content flows out of the container there are at least two, but there can also be many more. 8 are shown in FIG.

De constructievorm weergegeven in fig 1 kan één geheel vormen met de houder 1 maar kan ook uitgevoerd worden met bijvoorbeeld een schroefdraadverbinding 10 zoals schematisch is 35 weergegeven.Daardoor is het eventueel mogelijk om dop 14 in fig .8 en dop 11, inclusief 5 uitstrijkelement 4, op een nieuwe houder 1 te bevestigen waarvan dan eerst de dop en een afsluitfolie verwijderd moeten worden.The construction form shown in Fig. 1 can form one whole with the holder 1, but can also be embodied, for example, with a threaded connection 10 as schematically shown. As a result, it is possibly possible to use cap 14 in Fig. 8 and cap 11, including spreading element 4. to be attached to a new holder 1, the cap and a sealing foil of which must first be removed.

Het uitstrijkelement 4 en ook de tube 1 kunnen zijn gemaakt van een kunststof, maar metaal is ook denkbaar.The spread element 4 and also the tube 1 can be made of a plastic, but metal is also conceivable.

5 De uitvinding is niet beperkt tot de in de tekeningen weergegeven en hierboven beschreven uitvoeringsvoorbeelden die op verschillende manieren binnen het kader van de uitvinding kunnen worden gevarieerd. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat de tube cilindervormig is in plaats van taps zoals in de getoonde figuren. Verder zijn alternatieve uitdrijfmiddelen denkbaar om het viskeuze materiaal de houder uit te drijven.The invention is not limited to the exemplary embodiments represented in the drawings and described above, which can be varied in various ways within the scope of the invention. For example, it is possible that the tube is cylindrical instead of tapered as in the figures shown. Furthermore, alternative expulsion means are conceivable for expelling the viscous material from the container.

10 Voordeel van deze toegevoegde uitvoeringsvorm:Advantage of this added embodiment:

In gesloten toestand is deze uitvoeringsvorm goed afgesloten, zowel met dop 11 als met dop 14 en kan in gesloten toestand, dus wanneer het schuifbare deel 8 inclusief smeerelement 4, is ingedrukt eventueel afgewassen worden onder de kraan.In the closed state this embodiment is well closed, both with cap 11 and with cap 14 and can be washed off under the tap in closed condition, i.e. when the slidable part 8 including the lubricating element 4 is pressed.

15 20 25 1 03 8 1 2315 20 25 1 03 8 1 23

Claims

Holder (1) for receiving a viscous material (2), comprising a cap (11), integral with holder (1) or screw-on and unscrewing by means of screw connection (10), with outlet opening (3) therein for flowing out a viscous material (2) from the holder (1) and expelling means for forcing out a viscous material (2) located in the holder (1) through the outflow opening (3), wherein cap (11) is provided with a slidable part (8), with which holder (1) is opened and closed and forms a whole with scraper element (4) for the discharge of a viscous material (2) from the holder (1), which discharge element (4) forms a protrusion of the holder (1) of which a distal end portion (6) is situated at a distance from the outlet opening (3).

Holder (1) according to claim 1, wherein a proximal end portion (5) of the discharge element (4) is located at the location of the discharge opening (3).

3. holder (1) according to claim 1 or 2, wherein the scattering element (4) has an elongated shape, as seen from the holder (1).

Holder (1) according to one of the preceding claims, wherein the scraper element (4) is flexible and at least flexible.

Holder (1) according to one of the preceding claims, wherein the scraper element (4) is longer than 30% of the length of the holder (1), and is preferably longer than 4 cm.

Holder (1) according to one of the preceding claims, wherein the scraper element (4) has a flat side.

7. Holder (1) according to one of the preceding claims, wherein the spreading element (4) has a curved side.

8. Container (1) as claimed in any of the foregoing claims, wherein the spread-out element (4) has a C-shaped cross-section.

Container (1) according to one of the preceding claims, wherein the expulsion means are formed by the deformability of the container (1) in order to be able to reduce the volume in the container (1).

10. Container (1) according to one of the preceding claims, wherein the container is a tube (1).

Container (1) according to one of the preceding claims, wherein a closure cap (14) is detachably mounted on the container (1), which separates the spreading element (4) from the environment. 1 03 8 1 23