NL1036885C2

NL1036885C2 - SECURITY SYSTEM WITH VERTICAL SLATS.

Info

Publication number: NL1036885C2
Application number: NL1036885A
Authority: NL
Inventors: Henricus Marinus Cornelis Van Campenhout
Original assignee: Henricus Marinus Cornelis Van Campenhout
Priority date: 2009-04-21
Filing date: 2009-04-21
Publication date: 2010-10-22

Description

Titel: Beveiligingssysteem met verticale lamellenTitle: Security system with vertical slats

De uitvinding heeft betrekking op een systeem voor het beveiligen van gebouwen, bijvoorbeeld woningen, omvattende een gordijn met verticale lamellen.The invention relates to a system for securing buildings, for example homes, comprising a curtain with vertical slats.

Het gebruik van een gordijn van metalen lamellen als 5 raamdecoratie is algemeen bekend. Daarbij kan onderscheid worden gemaakt tussen horizontale lamellen en verticale lamellen. In beide gevallen is het mogelijk om het gorcijn te openen en te sluiten door een verplaatsing van de lamellen in een richting loodrecht cp hun lengteas, en de lamellen kunnen 10 worden gekanteld om hun lengteas om de hoeveelheid doorgelaten licht te reguleren. De onderhavige uitvinding heeft specifiek betrekking op verticale lamellen.The use of a curtain of metal slats as window decoration is generally known. A distinction can be made between horizontal slats and vertical slats. In both cases, it is possible to open and close the gorcine by moving the slats in a direction perpendicular to their longitudinal axis, and the slats can be tilted about their longitudinal axis to control the amount of light transmitted. The present invention relates specifically to vertical slats.

Behalve voor decoratie en zonwering kunnen dergelijke lamellen ook worden toegepast als beveiliging, bijvoorbeeld 15 tegen inbraak, of tegen het verspreiden van een brand door de toevoer van verse lucht af te sluiten. Bestaande gordijnen met verticale lamellen zijn daarvoor niet geschikt, omdat zij enerzijds niet stevig genoeg zijn en anderzijds omdat zij aan de onderzijde los hangen. De onderhavige uitvinding beoogt dit 20 bezwaar op te heffen.In addition to decoration and sun blinds, such slats can also be used as protection, for example against burglary, or against the spread of a fire by closing off the supply of fresh air. Existing curtains with vertical slats are not suitable for this because, on the one hand, they are not strong enough and, on the other hand, because they are hanging loosely at the bottom. The present invention has for its object to eliminate this drawback.

Bij bekende systemen met verticale lamellen zijn de naburige lamellen met elkaar gekoppeld door middel van een kabeltje, dat de functie heeft van een sleepkabel. Bij het openen en sluiten van een lamellengordijn zal derhalve de 25 onderlinge afstand tussen naburige lamellen niet voor alle lamellen gelijk zijn. De onderhavige uitvinding beoogt ook dit bezwaar op te heffen.In known systems with vertical slats, the adjacent slats are coupled to each other by means of a cable, which has the function of a towing cable. When opening and closing a slat curtain, therefore, the mutual distance between adjacent slats will not be the same for all slats. It is another object of the present invention to eliminate this drawback.

Bij een door de onderhavige uitvinding voorgesteld lamellengordijn zijn de lamellen dermate star, dat zij een 30 inbraakwerende functie hebben. Desalniettemin moet het in geval van nood voor de gebruiker mogelijk zijn om de betreffende woning te verlaten, ook indien her gordijn gesloren is en door een storing niet meer kan worden geopend.In a slat curtain proposed by the present invention, the slats are so rigid that they have a burglary-resistant function. Nevertheless, in the event of an emergency, it must be possible for the user to leave the relevant home, even if the curtain has been slipped and cannot be opened due to a malfunction.

1 0 3 * 8 8· 5 21 0 3 * 8 8 · 5 2

De onderhavige uitvinding beoogt in deze functionaliteit te voorzien.It is an object of the present invention to provide this functionality.

Deze en andere aspecten, kenmerken en voordelen van de 5 onderhavige uitvinding zullen nader worden verduidelijkt door de hiernavolgende beschrijving onder verwijzing naar de tekeningen, waarin gelijke verwijzingscijfers gelijke of vergelijkbare onderdelen aanduiden, waarin aanduidingen "onder/boven", "hoger/lager", "links/rechts" etc uitsluitend 10 betrekking hebben op de in de figuren weergegeven oriëntatie, en waarin: figuur 1 een schematisch aanzicht toont van een lamel volgens de onderhavige uitvinding; figuur 2 schemazisch een dwarsdoorsnede toont van één 15 lamelhelft; figuur 3 meer details van de lamel op grotere schaal illustreert; figuur 4 een koppelschaar voor het onderling koppelen van meerdere lamellen van een gordijn illustreert; 20 figuur 5 details illustreert van een veiligheidsmechanisme voor het loskoppelen van een lamel.These and other aspects, features and advantages of the present invention will be further elucidated by the following description with reference to the drawings, in which like reference numerals indicate like or similar parts, in which indications "below / above", "higher / lower", "left / right" etc relate solely to the orientation shown in the figures, and in which: figure 1 shows a schematic view of a slat according to the present invention; figure 2 schematically shows a cross section of one slat half; Figure 3 illustrates more details of the slat on a larger scale; Figure 4 illustrates a coupling shear for mutually coupling a plurality of slats of a curtain; Figure 5 illustrates details of a safety mechanism for disconnecting a slat.

Figuur 1 toont een schematisch aanzicht van een lamel 10 volgens de onderhavige uitvinding. De lamel 10 heeft een 25 langwerpige vorm, waarbij zijn lengterichting verticaal is gericht. Bij zijn bovenuiteinde is de lamel 10 voorzien van een draagblok 40, dat aan weerszijden is voorzien van twee wielen 41, 42 die kunnen rijden in respectieve ge_eidegroeven van een geleiderail. Op vergelijkbare wijze is de lamel 10 bij 30 zijn onderuiteinde voorzien var. een steunblok 50, dat aan weerszijden is voorzien van twee wielen 51, 52 die kunnen rijden in respectieve geleidegroeven van een geleiderail. De lamel 10 is met het draagblok 40 gekoppeld via een bovenste verticale koppelpen 12, en is met het szeunblok 50 gekoppeld 35 via een onderste verticale koppelpen 13. Zoals later uitqebreider zal worden uitgelegd, kan de lamel 10 om zijn verticale as roteren ten opzichte van de blokker. 40 en 50.Figure 1 shows a schematic view of a slat 10 according to the present invention. The slat 10 has an elongated shape, with its longitudinal direction directed vertically. At its upper end, the slat 10 is provided with a support block 40, which is provided on both sides with two wheels 41, 42 which can run in respective guide grooves of a guide rail. Similarly, the slat 10 is provided at its lower end at 30, e.g. a support block 50 which is provided on both sides with two wheels 51, 52 which can run in respective guide grooves of a guide rail. The slat 10 is coupled to the support block 40 via an upper vertical coupling pin 12, and is coupled to the pad block 50 via a lower vertical coupling pin 13. As will be explained later, the slat 10 can rotate about its vertical axis with respect to the blocker. 40 and 50.

De lamel 20 is opgebouwd uit twee lamelhelften die tegen elkaar zijn bevestigd. Figuur 2 toont schematisch een Λ Ο dwarsdoorsnede van één lamelhelft 14. Hoewel niet essentieel, heeft het de voorkeur dat de beide lamelhelften onderling identiek zijn. De lamelhelft 14 is in hoofdzaak massief, en kan gemaakt zijn van een metaal, bij voorkeur aluminium. De 5 lamelhelft 14 heeft in dit voorbeeld een convex buitenoppervlak 15 en een vlak binnenoppervlak 16, met daarin een centrale longitudinale kamer 17 en twee longitudinale verdiepingen 18 en 19 aan weerszijden daarvan. In elke verdieping 18, 19 kan een respectieve klemstrip 21, 22 worden 10 vastgeschroefd. Hierdoor kan elke lamelhelft 14 op vrij eenvoudige wijze worden voorzien van een decoratieve bekleding 23, waarvan de randen door de klemstrippen 21, 22 worden vastgeklemd in de verdiepingen 18, 19.The slat 20 is made up of two slat halves that are mounted against each other. Figure 2 shows schematically a Λ Ο cross-section of one slat half 14. Although not essential, it is preferred that the two slat halves are mutually identical. The slat half 14 is substantially solid, and can be made of a metal, preferably aluminum. The slat half 14 in this example has a convex outer surface 15 and a flat inner surface 16, containing a central longitudinal chamber 17 and two longitudinal recesses 18 and 19 on either side thereof. A respective clamping strip 21, 22 can be screwed into each floor 18, 19. As a result, each slat half 14 can be provided in a fairly simple manner with a decorative covering 23, the edges of which are clamped by the clamping strips 21, 22 in the recesses 18, 19.

De centrale longitudinale kamer 17 heeft hellende 15 zijwanden 24, 25 die een scherpe hoek maken met het vlakke binnenoppervlak 16. Om rwee lamelhelften aan elkaar te bevestigen, zie ook figuur 3, is in de kamer 17 een klemorgaan 26 geplaatst, dat twee ten opzichte van elkaar beweegbare klemblokken 27 en 28 omvat, die gemonteerd zijn op een 20 geleider 29. De klemolokken 27 en 28 hebben een V—vormig klemvlak 30, 31, dat past bij de hellende zijwanden 24, 25 van twee tegen elkaar geplaatste lamelhelften. De klemblokken 27 en 28 zijn voorzien van een van schroefdraad voorziene boring, waardoorheen een schroefstaaf 29 reikt. De schroefstaaf 29 is 25 voorzien van twee schroefdraadgedeelten met tegengestelde spoed. Door middel van een inbusbout of dergelijke kan de schroefstaaf gedraaid worden, en daarbij bewegen de klemblokken 27 en 28 van elkaar af om de twee lamelhelften vast te klemmen, of naar elkaar toe om. de lamelhelften los te 30 maken.The central longitudinal chamber 17 has sloping side walls 24, 25 which form an acute angle with the flat inner surface 16. To attach two slat halves to each other, see also Figure 3, a clamping member 26 is placed in the chamber 17, two comprises mutually movable clamping blocks 27 and 28 which are mounted on a conductor 29. The clamping locks 27 and 28 have a V-shaped clamping surface 30, 31, which matches the inclined side walls 24, 25 of two slat halves placed against each other. The clamping blocks 27 and 28 are provided with a threaded bore through which a screw rod 29 extends. The screw rod 29 is provided with two threaded sections with opposite pitch. The screw rod can be turned by means of a socket screw or the like, and the clamping blocks 27 and 28 move away from each other to clamp the two slat halves, or towards each other. release the slat halves.

Figuur 3 illustreert meer details van de lamel 10 op grotere schaal. In het midden van de figuur is een dwarsdoorsnede getoond var. de lamel 10. Duidelijk is 35 zichtbaar, dat deze bestaat uit twee lamelhelften zoals getoond in frguur 2, die aan elkaar geklemd zijn door het klemorgaan 26. Opgemerkt wordt, dat er meerdere klemorganen aanwezig kunnen zijn, verdeeld over de lengre van de lanel 10. Voorts is zichtbaar, dat de twee lamelhelften ten opzichte van 4 elkaar enigszins zijn verschoven. In plaats van dat de vlakke binnenoppervlakken 16 elkaar precies bedekken, steekt er van elke lamelhelft een deel 16A, 16B van het corresponderende binnenoppervlak 16 uit voorbij de andere lamelhelft. Wanneer 5 de lamellen geroteerd worden naar een gesloten stand, vormen deze vlakken 16A, 16B een aanslag waartegen de respectieve vlakken 16B en 16A van de naastgelegen lamel zullen aanliggen.Figure 3 illustrates more details of the slat 10 on a larger scale. A cross section is shown in the center of the figure. the slat 10. It is clearly visible that it consists of two slat halves as shown in figure 2, which are clamped together by the clamping member 26. It is noted that several clamping members may be present, distributed over the length of the lanel 10 Furthermore, it can be seen that the two slat halves are slightly offset relative to 4. Instead of the flat inner surfaces 16 covering each other exactly, a portion 16A, 16B of the corresponding inner surface 16 protrudes beyond the other slat half. When the slats are rotated to a closed position, these surfaces 16A, 16B form a stop against which the respective surfaces 16B and 16A of the adjacent slat will abut.

In figuur 3 zijn voorts in dwarsdoorsnede twee 10 geleiderails 71, 61 getoond, die onderling evenwijdig gemonteerd zijn aan of in een plafond respectievelijk aan of in een vloer van een te beveiligen gebouw. Elke rail 71, 61 heeft een doosvorm met in het onderoppervlak (rail 71) of in het bovenoppervlak (rail 81) een langwerpige opening voor het 15 doorlaten van de pen 12 respectievelijk 13. Elke rail 71, 81 heeft rijvlakken 72, 82 waarop de wielen 41, 42 en 51, 52 van respectievelijk het draagblok 40 en het steunblok 50 kunnen rijden.Figure 3 furthermore shows in cross-section two guide rails 71, 61, which are mounted mutually parallel on or in a ceiling or on or in a floor of a building to be protected. Each rail 71, 61 has a box shape with in the lower surface (rail 71) or in the upper surface (rail 81) an elongated opening for passage of the pin 12 and 13. Each rail 71, 81 has running surfaces 72, 82 on which the wheels 41, 42 and 51, 52 of the support block 40 and the support block 50, respectively, can travel.

20 De draagblokken 40 van bij elkaar horende lamellen zijn steeds met elkaar gekoppeld door een meervoudige schaar 90 van kruislings met elkaar verbonden stroken 91, 92, zoals in figuur 4 geïllustreerd en op zich bekend. Elke strook 91 is in het midden door eer. scharnierpen 93 scharnierbaar gekoppeld 25 met het midden van een bijbehorende strook 92. Elke strook 91 is bij zijn ene uiteinde door een scharnierpen 94 scharnierbaar gekoppeld mee een uiteinde van een volgende strook 92, en is bij zijn andere uiteinde door een scharnierpen 95 scharnierbaar gekoppeld met een uiteinde van 30 een vorige strook 92. In figuur 3 is de schaar 90, in dwarsdoorsnede, zichtbaar boven het draagblok 40 en onder net steunblok 50. Daarir. is tevens zichtbaar dat de centrale scharnierpen 93 is verbonden met het draagblok 40 respectievelijk het steunblok 50. Op deze manier is elke lamel 35 10 aan zijn bovenuiteinde en aan zijn onderuiteinde gekopoeld met de schaar 90. Het zal voor een deskundige duidelijk zijr. dat aldus wordt verzekerd, dat alle lamellen steeds onderling gelijke afstanden tot elkaar houden.The supporting blocks 40 of associated slats are always coupled to each other by a plurality of scissors 90 of cross-linked strips 91, 92, as illustrated in Figure 4 and known per se. Each strip 91 is in the middle by honor. hinge pin 93 pivotally coupled to the center of an associated strip 92. Each strip 91 is pivotally coupled at its one end by a pivot pin 94 to one end of a subsequent strip 92, and is pivotally coupled to its other end by a pivot pin 95 with one end of a previous strip 92. In Figure 3, the scissors 90 is visible, in cross-section, above the support block 40 and below the support block 50. Therein. It is also visible that the central hinge pin 93 is connected to the supporting block 40 and the supporting block 50, respectively. In this way, each slat 35 is cooled at its upper end and at its lower end with the shears 90. that it is thus ensured that all slats always maintain equal distances from each other.

55

Opgemerkt wordt, dat het ook mogelijk is dat de blokken 40, 50 worden gekoppeld met een scharnierpen 94 en met een scharnierpen 95.It is noted that it is also possible for the blocks 40, 50 to be coupled to a hinge pin 94 and to a hinge pin 95.

Voor het bedienen van de verplaatsing van de lamellen 5 (dwz: het openen en sluiven van het lamellengordijn) zijr: in de geleiderails 71 en 81 schroefstangen 101 respectievelijk 102 aangebracht, reikend door respectieve gaten in de blokken 40 respectievelijk 50. Voor alle lamellen met uitzondering van één geldt, dat deze gaten een grotere diameter hebben dan de 10 schroefstangen. Voor één lamel geldt, dat het gat is voorzien van een schroefdraad die pasr bij de schroefstang 101 respectievelijk 102. Wanneer de schroefstangen 101 en 102 worden geroteerd, hetgeen handmarig kan maar typisch wordt gedaan met een motor, zal deze ene lamel langs de geleiderails 15 71 en 81 worden verschoven in een richting die afhangt van de rotatierichting van de schroef stangen 101 en 102 en van de richting van de schroefdraad. Via de scharen 90 neemt deze ene lamel de andere lamellen mee.For controlling the movement of the slats 5 (ie: opening and closing of the slatted curtain) side: screw rods 101 and 102 respectively are provided in the guide rails 71 and 81, extending through respective holes in the blocks 40 and 50, respectively. For all slats with With the exception of one, these holes have a larger diameter than the 10 threaded rods. For one slat, it holds that the hole is provided with a thread that fits at the screw rod 101 and 102, respectively. When the screw rods 101 and 102 are rotated, which can be done manually but typically with a motor, this one slat will pass along the guide rails 15. 71 and 81 are shifted in a direction depending on the direction of rotation of the screw rods 101 and 102 and on the direction of the thread. Via the shears 90, this one slat carries the other slats with it.

Het bovenstaande geldt voor een uitvoeringsvorm waarbij 20 in de geopende toestand alle lamellen zich bevinden aan dezelfde kant van de kamer. Het is echter ook mogelijk dat een lamellengordijn bestaat uit twee helften, waarbij de lamellen bij het openen van elkaar weg bewegen en de lamellen in geopende toestand zich bevinden aan verschillende kanten van 25 de kamer. In dat geval zijn de schreefstangen 101 en 102 elk voorzien van twee schroefdraadgedeelten met onderling tegengestelde schroefrichting. Voor de lamellen die behoren bij één van die schroefdraadgedeelten geldt steeds, dat er één lamel via een schroefdraad is gekoppeld met dat schroefdraad-30 gedeelte en via een schaar is gekoppeld met de andere lamellen.The above applies to an embodiment in which in the opened state all the slats are on the same side of the chamber. However, it is also possible for a slat curtain to consist of two halves, the slats moving away from each other when they are opened and the slats in the open position are located on different sides of the chamber. In that case the write rods 101 and 102 are each provided with two threaded sections with mutually opposite screwing directions. For the slats that belong to one of those threaded sections, it always applies that one slat is coupled via a thread to that threaded portion and is coupled to the other slats via a pair of scissors.

Opgemerkt wordt, dat het mogelijk is dat een lamellengordijn is onderverdeeld in meerdere lamel_enpaketten, waarbij de schroef stangen zijn oncerverc.eeld in meerdere schroef drasd-35 gedeelten corresponderend met elk opeenvolgend lamellenpakket, waarbij opeenvolgende schroefdraadgedeelten steeds onderling tegengestelde schroefrichtingen hebben.It is noted that it is possible for a slat curtain to be subdivided into a plurality of slat packages, the screw rods being uncoded into a plurality of screw thread portions corresponding to each successive slat package, with successive thread portions always having opposite screw directions.

66

Voor het bedienen van de rotatiestand van de lamellen is met de bovenpen 12 een wormwiel 75 gekoppeld. In elk draagblok 40 is een horizontale boring aangebracht, waardoorheen een evenwijdig aan de geleiderail 71 opgestelde, geprofileerde 5 bedieningsstang 74 reikt. In een geschikte uitvoeringsvorm heeft de bedieningsstang 74 een zeskantprofiel, maar als alternatief kan heel goed bijvoorbeeld een vierkantprofiel worden toegepast. In het draagblok 40 is voorts een worm 74 opgesteld, in aangrijping met het wormwiel 75, en voorzien van 10 een gat met een profiel da~ past bij de bedieningsstang 74. Deze bedieningsstang 74 rei.<t, met enrge speling, door alle wormen van alle draagblokken. Wanneer de lamellen worden verschoven langs de geleicerails 71, 81, schuiven de wormen 74 over de bedieningsstang 74. Wanneer de bedieningsstang 74 15 wordt geroteerd, hetgeen bijvoorbeeld handmatig kan of met een niet weergegeven motor, draaien alle wormen met de stang 74 mee, zodat aldus alle wormwielen 75 en daarmee alle lamellen roteren over dezelfde hoek.For operating the rotational position of the slats, a worm wheel 75 is coupled to the upper pin 12. A horizontal bore is provided in each bearing block 40, through which a profiled control rod 74 is arranged parallel to the guide rail 71. In a suitable embodiment, the operating rod 74 has a hexagonal profile, but alternatively a square profile can for instance very well be used. A worm 74 is furthermore arranged in the bearing block 40, in engagement with the worm gear 75, and provided with a hole having a profile that fits with the operating rod 74. This operating rod 74, with some play, passes through all worms of all supporting blocks. When the slats are shifted along the guide rails 71, 81, the worms 74 slide over the operating rod 74. When the operating rod 74 is rotated, which can be done manually, for example, or with a motor not shown, all the worms rotate with the rod 74, so that thus all worm wheels 75 and thus all slats rotate through the same angle.

20 In een voorkeursuitvoeringsvorm zijn de lamellen voorzien van een (of meerdere) zonnepanelen. Deze zonnepanelen zijn ter wille van de eenvoud niet weergegeven. Voor het overdragen van de opgewekte spanning naar een accu of dergelijke zijn in de onderste rail 81 elektrische geleidende geleidestaven 83 en 84 25 aangebracht, evenwijdig aan de rail 81. In elk steunblok 50 zijn gaten aangebracht waar de geleidestaven doorheen reiken. Elk gat is voorzien van een corresponderend schuifcontact 85, 86, dat door een bijbehorende drukveer tegen de corresponderende geleidestaaf 83, 84 wordt gedrukt. Elk 30 schuifcontact 85, 86 is door middel van ter wille van de eenvoud niet weergegeven draden verbonden met een corresponderende pool (plus of min) van de zonnepanelen. Wanneer de lamellen worden verschoven langs de geleiderails 71, 81, schuiven de schuifcontacten 85, 86 langs de 35 corresponderende schuifcontacter. 85, 86, steeds in elektrisch conzact daarmee, zoals voor een ceskundige duidelijk zal zijn.In a preferred embodiment, the slats are provided with one (or more) solar panels. For the sake of simplicity, these solar panels are not shown. For transferring the generated voltage to a battery or the like, electrically conductive guide bars 83 and 84 are arranged in the lower rail 81, parallel to the rail 81. Holes are provided in each support block 50 through which the guide bars extend. Each hole is provided with a corresponding sliding contact 85, 86, which is pressed against the corresponding guide rod 83, 84 by an associated compression spring. Each sliding contact 85, 86 is connected by wires (not shown for the sake of simplicity) to a corresponding pole (plus or minus) of the solar panels. When the slats are shifted along the guide rails 71, 81, the sliding contacts 85, 86 slide along the corresponding sliding contact. 85, 86, always in electrical contact therewith, as will be clear to a clinician.

Bij een lamellengordijn zoals door de onderhavige uitvinding voorgesteld, worden de lamellen op positieve wijze 7 gepositioneerd langs de lengte van de geleiderails 71, 81. Zelfs als de lamellen geroteerd zijn naar een geopende stand, dat wil zeggen dat hun lichaamsvlakken ongeveer loodrecht staar, op de lengterichting van de geleiderails 71, 81, hebben 5 de lamellen nog steeds een beveiligende functie omdat het voor een indringer niet mogelijk zal zijn om tussen de lamellen door te glippen (de lamellen zullen typisch een breedte hebben van ongeveer 10 cm en dus een onderlinge afstand hebben van minder dan 10 cm), en omdat het voor een indringer niet 10 mogelijk zal zijn om de lamellen uit elkaar te bewegen.In a slat curtain as proposed by the present invention, the slats are positively positioned 7 along the length of the guide rails 71, 81. Even if the slats are rotated to an open position, that is, their body planes stare approximately perpendicularly to In the longitudinal direction of the guide rails 71, 81, the slats still have a protective function because it will not be possible for an intruder to slip through the slats (the slats will typically have a width of about 10 cm and hence a mutual distance of less than 10 cm), and because it will not be possible for an intruder to move the slats apart.

Omgekeerd kan het in geval van een calamiteit wenselijk zijn dat een bewoner de ruimte kan verlaten, ook als de spanning is uitgevallen en het lamellengordijn niet meer geopend kan worden. Ook hiervoor verschaft de onderhavige uitvinding een 15 oplossing.Conversely, in the event of an emergency, it may be desirable for a resident to be able to leave the room, even if the voltage has dropped out and the slatted curtain can no longer be opened. The present invention also provides a solution for this.

Figuur 5 toont het cnderuiteinde van de lamel 10 op grotere schaal. De pen 13 is axiaal verschuifbaar opgencmen in het onderuiteinde van de lamel 10, en wordt door een veer 111 omlaag gedrukt om uit de lamel naar buiten te steken en in te 20 grijpen in net steunblok 50. Aan de pen 13 is een uitstekende arm 112 bevestigd. In het lichaam van de lamel 10 is voorts een lift 120 aangebracht, met een onder de arm 112 reikende liftvinger 121. De lift 120 is roteerbaar met betrekking tot een horizontale rctatieas 122 die zich bevindt op een niveau 25 hoger dan de liftvinger 121. Tegenover de liftvinger 121 heeft de lift 120 een naar een zijrand 124 van de lamel 10 gericht achtervlak 123. Voorts is in de lamel 10 een horizontale schroef 125 geschroefd in een schroefgat 126 dat uitmondt bij genoemde zijrand 124, welke schroef 125 met zijn van de 30 zijrand 124 af gerichte uiteinde aanligt tegen het achtervlak 123 van de lift 120. De schroef 125 is voor bediening toegankelijk vanaf genoemde zijrand 124, bij voorbeeld met een inbussleutel. Hierdoor is het mogelijk om, door de schroef 125 naar binnen te schroeven, de lift 120 te laten roteren 35 (rechtsom in de figuur) zodat de liftvinger 121 de arm 112 optilt en alcus de pen 13 optilt tegen de drukkracht van de veer 111 in. Wanneer de pen 13 eenmaal los is van het steunblok 50, kan de lamel 10 opzij worden verplaatst.Figure 5 shows the lower end of the slat 10 on a larger scale. The pin 13 is axially slidably received in the lower end of the slat 10, and is pressed down by a spring 111 to protrude out of the slat and engage into the support block 50. The pin 13 has a protruding arm 112 confirmed. A lift 120 is further arranged in the body of the slat 10, with a lift finger 121 extending under the arm 112. The lift 120 is rotatable with respect to a horizontal axis of rotation 122 which is located at a level 25 higher than the lift finger 121. Opposite the lift finger 121, the lift 120 has a rear face 123 directed to a side edge 124 of the slat 10. Furthermore, a horizontal screw 125 is screwed into the slat 10 into a screw hole 126 which opens at said side edge 124, which screw 125 are of the 30 the end edge facing away from the side edge 124 abuts the rear surface 123 of the lift 120. The screw 125 is accessible for operation from said side edge 124, for example with an Allen key. This makes it possible, by screwing the screw 125 inwards, to have the lift 120 rotate (clockwise in the figure) so that the lift finger 121 lifts the arm 112 and alcus lifts the pin 13 against the compressive force of the spring 111 . Once the pin 13 is detached from the support block 50, the slat 10 can be moved sideways.

88

Onder normale omstandigheden is het gewenst dat de lamellen het onmogelijk maken dat onbevoegden naar binnen gaan terwijl zij moeten toestaan dat bewoners naar buiten gaan. Om deze reden bevindt de schroef 125 zich bij die zijrand 124 die 5 naar het inwendige van de te beschermen kamer wijst.Under normal circumstances it is desirable that the slats make it impossible for unauthorized persons to enter while they must allow residents to go outside. For this reason, the screw 125 is located at that side edge 124 which points to the interior of the chamber to be protected.

Het zal voor een deskundige duidelijk zijn dat de uitvinding niet is beperkt tot de in het voorgaande besproken uitvoeringsvoorbeelcen, maar dat diverse varianten en 10 modificaties mogelijk zijn binnen de bescherm!ngsomvang van de uitvinding zoals gedefinieerd in de aangehechte conclusies. Bijvoorbeeld zal het duidelijk zijn dat de elektrische geleiders ook in de bovengoot mogen liggen, of één boven en één beneden. Voorts is het mogelijk dat de wormconstructie 15 zich bevindt aan de onderzijde van de lamellen. Voorts is het mogelijk dat een lamel aan zijn bovenuiteinde is voorzien van een axiaal intrekbare spil, zoals onder verwijzing naar figuur 5 besproken voor een spil aan een onderuiteinde.It will be clear to a person skilled in the art that the invention is not limited to the exemplary embodiments discussed above, but that various variants and modifications are possible within the scope of the invention as defined in the appended claims. For example, it will be clear that the electrical conductors may also be in the upper channel, or one at the top and one at the bottom. Furthermore, it is possible that the worm construction 15 is located on the underside of the slats. Furthermore, it is possible for a slat at its upper end to be provided with an axially retractable spindle, as discussed with reference to Figure 5, for a spindle at a lower end.

Kenmerken die alleen zijn beschreven voor een bepaalde 20 uitvoeringsvorm, zijn ook toepasbaar bij andere beschreven uitvoeringsvormen. Kenmerken van verschillende uitvoeringsvormen kunnen gecombineerd worden om een andere uitvoeringsvorm te bereiken. Kenmerken die niet uitdrukkelijk zijn beschreven als zijnde essentieel, mogen ook worden weggelaten. 25 Waar in de tekst wordt vermeld dat twee onderdelen met elkaar gekoppeld zijn, kan er sprake zijn van een directe koppeling ir.aar ook van een indirecte koppeling, dus bij voorbeeld onder tussenkomst van een derde onderdeel of contactloos.Features that have only been described for a particular embodiment are also applicable to other described embodiments. Features of different embodiments can be combined to achieve a different embodiment. Features that are not explicitly described as being essential may also be omitted. Where it is stated in the text that two components are coupled to each other, there can be a direct coupling, but also an indirect coupling, so for example through the intervention of a third component or contactless.

De in de conclusies gebruikte verwijzingscijfers dienen 30 uitsluitend ter verduidelijking bij het begrijpen van de conclusies in het licht van de beschreven uitvoenngs-voorbeelden, en dienen op geen enkele wijze beperkend te worden geïnterpreteerd.The reference numerals used in the claims are for the purpose of clarification only when understanding the claims in the light of the exemplary embodiments described, and should not be interpreted in any way as being restrictive.

10368851036885

Claims

A slat curtain, comprising: two mutually parallel rails (71; 31) arranged one above the other and directed substantially horizontally; a system of mutually coupled vertical slats (1C), wherein each slat is coupled at its top end to a support block (40) which can be moved along the top rail (71) and is coupled at its top end to a along the bottom rail (81 ) mobile brick (50); wherein a rotatable threaded rod 10 (101; 102) is arranged in each rail (71; 81), each block (40; 50) of each slat having a hole for passage of the threaded rod (101; 102) and wherein one of said passage holes is in engagement, for example by means of a screw thread, with the threaded rod extending therethrough, so that rotation of said threaded rod leads to a displacement of said block; and wherein all the blanks are coupled together by means of a scissor coupling (90).

2. Slat curtain according to claim 1, wherein each screw rod is provided with at least two screw thread sections with mutually different screw directions.

Slat curtain according to claim 1, wherein each slat is rotatably coupled about a vertical axis to the support block 25 (40) and the support block (50) respectively.

Slat curtain according to claim 3, wherein each slat (10) is provided at its top end with an upper spindle (12) rotatably received in said support block (40) and at its lower end top end is provided with a rotatable in said support block (50) raised bottom spindle (13); wherein at least one of said spindles (12) is provided with a worm gear (75); Wherein the corresponding block (40) includes a worm (73) provided with a profiled axial hole; 1036885, wherein a rotatable operating rod (74) is arranged in the corresponding rail (71), with a profiling engaging all the worms (73) of all the slats (10) so that all the slats can simultaneously rotate through the same angle.

5. Slat curtain according to any of the preceding claims, wherein at least one spindle (13) of at least one slat is accommodated in the slat for axial displacement, wherein a spring member (111) is provided for exerting on the axially slidable spindle an axial biasing force which presses the spindle out of the slat, and wherein means (112, 120, 125) are provided for manually retracting the spindle against the spring force. 15

Slat curtain according to any of the preceding claims, wherein a slat (10) comprises two slat halves (14) clamped against each other.

Slat curtain according to claim 6, wherein a slat half comprises a flat inner surface (16) with clamping means (18, 21; 19, 22) arranged at the side edges for clamping an edge portion of a decorative covering (23). 25

Slat curtain according to claim 6 or 7, wherein a slat half comprises a flat inner surface (16) provided with at least one recess (17) with sloping walls (24, 25) that form an acute angle with the inner surface (16); 30 wherein the two floors (17) of two slat halves are aligned with each other; and wherein a clamping member (26) is arranged in the recesses aligned with each other, which clamp comprises two clamping blocks (27; 28) which are movable relative to each other, each having a V-shaped clamping surface (30, 31).

Slat curtain according to any of the preceding claims, wherein at least one slat is provided with a solar panel, at least one electrical conductor rod (83; 84) being arranged in at least one rail (81), and wherein the solar panel is provided by means of sliding contacts is electrically coupled to that conductor bar. 1036885