NL1035772C2 - Automatisch aanpassen stalverlichting. - Google Patents

Automatisch aanpassen stalverlichting. Download PDF

Info

Publication number
NL1035772C2
NL1035772C2 NL1035772A NL1035772A NL1035772C2 NL 1035772 C2 NL1035772 C2 NL 1035772C2 NL 1035772 A NL1035772 A NL 1035772A NL 1035772 A NL1035772 A NL 1035772A NL 1035772 C2 NL1035772 C2 NL 1035772C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
lighting
section
control system
access
sections
Prior art date
Application number
NL1035772A
Other languages
English (en)
Inventor
Marcel Van Leeuwen
Original Assignee
Lely Patent Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Family has litigation
First worldwide family litigation filed litigation Critical https://patents.darts-ip.com/?family=40290965&utm_source=google_patent&utm_medium=platform_link&utm_campaign=public_patent_search&patent=NL1035772(C2) "Global patent litigation dataset” by Darts-ip is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.
Application filed by Lely Patent Nv filed Critical Lely Patent Nv
Priority to NL1035772A priority Critical patent/NL1035772C2/nl
Priority to CA2673161A priority patent/CA2673161C/en
Priority to DK09075318.7T priority patent/DK2149296T3/da
Priority to EP09075318A priority patent/EP2149296B1/en
Priority to AT09075318T priority patent/ATE527877T1/de
Priority to US12/510,305 priority patent/US8232731B2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1035772C2 publication Critical patent/NL1035772C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K1/00Housing animals; Equipment therefor
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K29/00Other apparatus for animal husbandry
    • HELECTRICITY
    • H05ELECTRIC TECHNIQUES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • H05BELECTRIC HEATING; ELECTRIC LIGHT SOURCES NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; CIRCUIT ARRANGEMENTS FOR ELECTRIC LIGHT SOURCES, IN GENERAL
    • H05B47/00Circuit arrangements for operating light sources in general, i.e. where the type of light source is not relevant
    • H05B47/10Controlling the light source
    • H05B47/105Controlling the light source in response to determined parameters
    • H05B47/115Controlling the light source in response to determined parameters by determining the presence or movement of objects or living beings

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Circuit Arrangement For Electric Light Sources In General (AREA)
  • Housing For Livestock And Birds (AREA)
  • Feeding And Watering For Cattle Raising And Animal Husbandry (AREA)

Description

Automatisch aanpassen stalverlichting
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het automatisch aanpassen van verlichting in secties van een stalinrichting, zoals 5 een separatiezone. De uitvinding betreft tevens een besturingssysteem voor een stalinrichting met een aantal secties voor het verblijf van dieren zoals koeien, waarbij een sectie, zoals een separatiezone, voorzien is van een regelbare verlichting. De uitvinding heeft verder betrekking op een inrichting voor het houden van melkdieren met meerdere secties.
ίο Een stalinrichting, bijvoorbeeld met meerdere productie-eenheden, waarin lacterende melkdieren worden gehouden, is bekend. Een stalinrichting voor het houden van melkdieren kan voorzien van een aantal secties. Voorbeelden van dergelijke secties zijn eerste en een tweede productie-eenheden, alsmede een verzorgingseenheid met meerdere subeenheden. Een sectie kan ook een 15 onderdeel zijn van een productie-eenheid. Een voorbeeld van een sectie in een productie-eenheid is een productie-eenheid die voorzien kan zijn van ten minste een verblijfsruimte voor een productiegroep van zich in het lactatiestadium bevindende melkdieren. De productie-eenheid kan tevens voorzien zijn van een sectie met een melkinrichting voor het melken van de productiegroep. Ook kan de 20 stalinrichting voorzien zijn een separeerruimte. Ook dit is een sectie.
Een sectie kan ook een subeenheid van de verzorgingseenheid zijn, zoals een afkalfeenheid voor het apart huisvesten van melkdieren in een afkalfperiode of een melkinrichting voor het melken van pas afgekalfde melkdieren of een ziekeneenheid voor het apart huisvesten van zieke dieren. De verschillende 25 secties, eenheden of subeenheden kunnen met elkaar in verbinding staan. De verbinding is bij voorkeur een beloopbare verbinding, zoals een looppad. Het kan echter ook een gebouwverbinding betreffen.
De secties kunnen zijn voorzien van een toegang en/of uitgang, bij voorkeur een toegang/uitgang die een melkdier kan tegenhouden waardoor het 30 melkdier in de huidige sectie wordt gehouden of die een melkdier kan toestaan van sectie te wisselen. De toegang is bij voorkeur bestuurbaar. De toegang kan verbonden zijn met een besturing. De besturing is in staat om een signaal, hierna een toegangsignaal, te verzenden, waarop de toegang reageert en een dier toegang tot een bepaalde sectie kan verlenen. Hierdoor kan op gecontroleerde 35 wijze een dier toegang tot een bepaalde sectie krijgen of niet. In het bijzonder 1035772 .
2 werkt de toegang/uitgang samen met een sensor en een met de sensor waarneembaar identificatiemiddel van het melkdier. Een signaal kan van de toegang naar de besturing worden verstuurd. De besturing kan het identificatiesignaal verwerken en een toepasselijk toegangsignaal (terug) sturen 5 naar de toegang, die vervolgens het geïdentificeerde dier toegang verleent tot de door de besturing vastgestelde sectie. Het door de sensor nabij de toegang geïdentificeerde melkdier kan zodoende toegang worden verleend tot een bepaalde sectie in overeenstemming met een bepaalde gewenste behandeling. Een besturing is gekoppeld met de sensors (die op of nabij de toegang zijn o gepositioneerd) en de toegang/uitgang en is ingericht om de toegang van de dieren tot secties te besturen overeenkomstig bepaalde voorkeuren. Er kunnen besturingssignalen verzonden worden
Het is bekend dat de melkproductie van melkdieren wordt beïnvloed door de hoeveelheid licht waaraan het melkdier per dag wordt blootgesteld. In een 5 overdekte stalinrichting kan verlichting zijn aangebracht. De verlichting kan een aan/uit schakelaar hebben, waarmee de verlichting aan of uit te schakelen is. In een andere uitvoering is de verlichting verbonden met een stroomvoorziening. In de stroomtoevoer kan een regelbare schakelaar zijn opgenomen die de verbinding met de stroomvoorziening kan verbreken.
10 Het is bekend een sensor zoals een bewegingssensor te gebruiken voor het waarnemen van de aanwezigheid van een melkdier in een bepaalde sectie. Wanneer er met de sensor wordt vastgesteld dat er geen dier aanwezig is in een bepaalde sectie kan de verlichting worden uitgeschakeld. Doel van het uitschakelen is het besparen van energie.
25 WO 92/20959 beschrijft een besturing voor het schakelen van een lamp met behulp van bewegingssensoren.
Het aanbrengen van geschikte aanwezigheidssensoren in de verschillende sectie van een stal is kostbaar. Bovendien bestaat bij aanwezigheidssensoren de mogelijkheid dat de sensor een onjuiste waarneming 30 uitvoert.
Het is een doel van de onderhavige uitvinding om de kosten van een stalinrichting met een regelbare verlichting te verlagen.
Dit doel wordt bereikt volgens de uitvinding door het verschaffen van een werkwijze volgens conclusie 1, in het bijzonder door middel van een werkwijze 3 voor het automatisch aanpassen van verlichting in secties van een stalinrichting, zoals een separatiezone, omvattende het besturen van de verlichting, zoals het regelen van het vertichtingsniveau van een verlichtingarmatuur, bijvoorbeeld door het aanpassen of het in- en uitschakelen van de verlichting, in een bepaalde sectie 5 van de stal.
Volgens de uitvinding omvat de werkwijze verder het toestaan van toegang tot de bepaalde sectie van de stal. Hier wordt een toegangsignaal voor gebruikt. De toegang kan reageren op dit toegangsignaal. Het toegangsignaal kan door een besturing worden verschaft en verzonden en door de toegang worden 10 ontvangen. Volgens een uitvoeringsvorm zal afhankelijk van de toegestane toegang tot de bepaalde sectie de verlichting in die bepaalde sectie worden bestuurd in het bijzonder worden aangepast. Het toegangsignaal dat aangeeft tot welke sectie toegang wordt verleend wordt gebruikt voor dit besturen van de verlichting.
15 Volgens de uitvinding wordt het aanpassen van de verlichting direct afhankelijk gemaakt van de toegestane toegang tot de desbetreffende sectie. Doordat het besturen van de verlichting op ten minste een moment afhankelijk wordt gemaakt van de toegestane toegang, is het gebruik van sensoren voor het meten van de aanwezigheid van een melkdier in een bepaalde sectie niet meer 20 nodig. Het besturen van de verlichting kan worden ontkoppeld van aanwezigheidssensoren, die zodoende overbodig worden. Dit leidt ook tot een vereenvoudiging van de besturing van de verlichting alsmede een kostenbesparing. Uiteraard is het mogelijk dat het aanpassen van de verlichting afhankelijk is van nog meer factoren. Een belangrijke factor kan de tijd zijn. De 25 verlichting zal in veel gevallen 's nachts ten minste gedeeltelijk uitgeschakeld worden.
Voor het aan een melkdier toestaan van toegang tot een sectie wordt dat melkdier geïdentificeerd. Het melkdier kan voorzien zijn van een identificatie-tag. Deze kan worden gescand of kan op een andere manier worden 30 waargenomen of gemeten. Hierdoor is bekend welk melkdier toegang kan worden gegeven tot een sectie. Bij voorkeur vindt het toegang geven tot een sectie plaats op een locatie waarvandaan toegang tot secties kan worden gestuurd en waar de waarneming van het melkdier toch al noodzakelijk is, zoals bij de melkrobot. Een andere uitvoering omvat een opvangruimte waarin het melkdier wordt 4 opgevangen, en van waaruit toegang tot twee secties mogelijk is. Toegang tot een sectie wordt afgesloten.
In een uitvoeringsvorm kan de melkrobot de waarneemgegevens van een melkdier naar het besturingssysteem verzenden en kan instructies van het 5 besturingssysteem ontvangen om het melkdier vervolgens toegang te geven tot sectie. De waarneming van een melkdier is in dit geval de trigger die het besturingssysteem doet overgaan tot het veranderen van de toegang tot een sectie.
In een uitvoering wordt de verlichting verschaft in de vorm van 10 energie consumerende verlichting zoals lampen. In een andere uitvoering wordt verlichting verschaft door middel van zonlicht. Ook deze verlichting kan door middel van verduisterschermen stuurbaar zijn volgens de uitvinding. Hiermee wordt, bijvoorbeeld wanneer de schermen compleet geopend zijn en het zonlicht daardoor volledig geblokkeerd is, verdere opwarming van de desbetreffende 15 sectie onder invloed van zonlicht voorkomen.
Het besturen van de verlichting volgens de uitvinding kan het inschakelen van de verlichting omvatten, bij voorbeeld op het moment dat een melkdier toegang wordt verleend tot een sectie die tot op dat moment onverlicht was. De werkwijze kan daarnaast of ook het uitschakelen van een verlichting 20 omvatten, wanneer het laatst aanwezige melkdier in een sectie die sectie verlaat doordat toegang tot een volgende sectie wordt verleend. Het besturen of aanpassen van de verlichting kan verder het besturen van een verlichtingstoestand van de verlichting omvatten. Bij voorkeur omvat het besturen van de verlichting het dimmen van de verlichting.
25 Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat de werkwijze verder het op basis van de toegestane toegang vormen van een bezettingsgraad van de secties. De toegestane toegang kan worden gebruikt voor het vormen van een tabel met een bezettingsgraad van de secties. Het toestaan van toegang tot een bepaalde sectie leidt tot verhoging van de bezettingsgraad van deze nieuwe 30 sectie. De bezettingsgraad van de oude sectie neemt juist af. In het bijzonder voor een afscheidingsectie zal de bezettingsgraad of nul of één zijn en in het bijzonder voor die afscheidingssectie kan een kostenbesparing worden behaald doordat een bewegingssensor wordt bespaard en/of doordat verlichting direct na het verlaten van de sectie kan worden uitgeschakeld.
5
Bij voorkeur zal een bezettingsgraad van een sectie gelijk aan nul leiden tot het uitschakelen van de verlichting in die sectie. Zodra een bezettingsgraad van nul wordt bereikt kan de energievoorziening van de verlichting worden uitgeschakeld. Dit levert een energiebesparing op.
5 In een uitvoeringsvorm zal het aanpassen van de verlichting, en in het bijzonder het in- of uitschakelen plaatsvinden op basis van een voorwaarde, bijvoorbeeld na verloop van een tijdsverloop. Wanneer een melkdier toegang tot een volgende sectie wordt toegestaan, dan zal het dier nog enige tijd aanwezig zijn in de vorige sectie. Volgens deze uitvoering wordt het licht niet direct 10 aangepast of uitgeschakeld.
De uitvinding betreft tevens een besturingssysteem voor een stalinrichting. De stalinrichting heeft bij voorkeur een aantal secties voor het verblijf van dieren zoals koeien, waarbij ten minste één bepaalde sectie, zoals een separatiezone, voorzien is van een verlichting. De verlichting is bij voorkeur 15 regelbaar. Het besturingssysteem dat is ingericht om ten minste een van de doelen van de uitvinding te bereiken is verbindbaar, bij voorkeur verbonden, met de verlichting of een energievoorziening van de verlichting of een andere schakelaar, in het bijzonder een aan/uit schakelaar, van de verlichting, waarbij het besturingssysteem is ingericht om toegang tot de sectie toe te kennen aan een 20 dier en waarbij de verlichting van die bepaalde sectie met het besturingssysteem regelbaar is afhankelijk van de toegekende toegang. Er kan een besturingssignaal van het besturingssysteem naar de toegang worden verzonden. De toegang zal toegang verlenen tot een sectie overeenkomstig het toegangsignaal. Het toegangsignaal kan bijvoorbeeld de sectie waartoe toegang wordt verleend 25 identificeren.
In het bijzonder is de verlichtingstoestand van de verlichting in de sectie regelbaar. Het besturingssysteem is ingericht om de verlichting van die bepaalde sectie te regelen afhankelijk van de toegekende toegang en in het bijzonder afhankelijk van het toegangsignaal. Hiermee wordt een 30 besturingssysteem verkregen dat in staat is het inschakelen/uitschakelen/aanpassen van de verlichting te regelen zonder dat gebruik wordt gemaakt van sensoren voor het meten van de aanwezigheid van de dieren in de desbetreffende sectie. Dit levert een aanzienlijke kostenbesparing op. Het toegangsignaal krijgt volgens de uitvinding een dubbele functie: enerzijds 6 wordt hiermee fysieke toegang mogelijk gemaakt voor het dier tot een sectie, anderzijds wordt hetzelfde signaal gebruikt voor het aanpassen en sturen van de verlichting van die sectie.
Het besturingssysteem kan een computer zijn. De computer kan 5 ingericht zijn als managementsysteem voor de melkdieren, in het bijzonder voor het optimaliseren van de melkproductie van die melkdieren. Het managementsysteem kan onder bepaalde voorwaarde, bijvoorbeeld een ziek melkdier, separeren van de overige dieren, door dat dier toegang te verlenen tot een aparte sectie.
10 Bij voorkeur is het besturingssysteem koppelbaar, bij voorkeur gekoppeld, met een regelbare toegang van de sectie, en waarbij het besturingssysteem de regelbare toegang stuurt afhankelijk van de toegekende toegang. De gegevens van het besturingssysteem kunnen zodoende worden gebruikt voor het sturen van de verlichting in ten minste een van de secties van de 15 stalinrichting.
In een voorkeursuitvoeringsvorm is de verlichting ten minste schakelbaar tussen een ingeschakelde toestand en een uitgeschakelde toestand, en is het besturingssysteem ingericht om de verlichting te schakelen tussen die ingeschakelde en uitgeschakelde toestand. De uitvinding kan echter ook het 20 schakelen tussen twee verschillende verlichtingstoestanden omvatten.
In een voordelige uitvoeringsvorm heeft het besturingssysteem een geheugen, waarbij in het geheugen een bezettingsgraadbestand is opgenomen, waarbij in het bezettingsgraadbestand de toegestane toegang wordt bijgehouden. Hiermee kan een bezettingsgraad worden gevolgd. In een uitvoeringsvorm is het 25 besturingssysteem ingericht om de verlichting van een sectie uit te schakelen wanneer het bezettingsgraadbestand aangeeft dat die sectie leeg is.
In een voordelige uitvoering omvat het besturingssysteem een dimmer die koppelbaar is met de verlichting. De dimmer kan een apart onderdeel van het besturingssysteem zijn. Met de dimmer is het mogelijk tussenstappen te 30 creëren voor de toestanden van de verlichting. De dimmer kan een 50% verlichting toestaan. In een uitvoering voorziet het besturingssysteem de verlichting van energie en kan het besturingssysteem de mate van verlichting met de dimmer veranderen door een verhoging of verlaging van de energievoorziening met de dimmer te regelen.
7
In een uitvoeringsvorm is het besturingssysteem koppelbaar, bij voorkeur gekoppeld, met een regelbare dimmer die verbonden is met de verlichting, waarbij het besturingssysteem is ingericht om de dimmer te sturen. Hiermee kan het besturingssysteem de dimmer in een gewenste toestand sturen 5 met het effect dat de verlichting op het gewenste intensiteitniveau werkt.
De uitvinding betreft ook een stalinrichting omvattende een aantal secties voor het verblijf van dieren, zoals koeien, waarbij ten minste een bepaalde sectie, zoals de separatiesectie, een regelbare toegang en een regelbare verlichting heeft, waarbij de toegang en de verlichting verbonden zijn met het 10 besturingssysteem zoals hierboven beschreven. Hierdoor wordt een stal verkregen met sectie, waarvan de toegang en de verlichting door een besturingssysteem wordt geregeld afhankelijk van de toegestane toegang. Het is niet meer nodig om in elke sectie een aanwezigheidssensor te plaatsen voor het regelen van de verlichting in die sectie.
15 In een uitvoering heeft de regelbare toegang ten minste een toestand waarbij een dier toegang heeft tot de sectie en een toestand waarbij de toegang geblokkeerd is. Hiermee kan dier naar een door het besturingssysteem gewenste sectie worden geleid.
Bij voorkeur is het besturingssysteem tevens ingericht voor het 20 volgen van een huidige locatie van een dier en waarbij het besturingssysteem is gekoppeld met waameemeenheden. Die waameemeenheden kunnen bij een toegang tot een sectie zijn gemonteerd. Dit kan een waameemeenheid aan een melkbox zijn. Hierdoor kunnen bestaande waameemeenheden worden gebruikt voor de werkwijze en het systeem volgens de uitvinding.
25 In een voordelige uitvoering kan de toegang onderdeel zijn van een melkbox. Door te separeren melkdieren via een bestaande melkbox naar de separatiesectie te leiden is geen apart toegangspad vanuit de eerste melkbox naar de separatiesectie nodig. Dit spaart ruimte en hekwerk. Ook is het aldus mogelijk om vanuit meerdere melkboxen melkdieren naar een enkele separeerruimte te 30 geleiden.
In een voordelige uitvoering omvat de melkbox een melkrobot voor het automatisch aansluiten van melkbekers aan de spenen van een melkdier. Een dergelijke melkbox kan geheel automatisch werken en omvat een automatisch bedienbare in- en uitgangspoort. Voor het automatisch geleiden van een melkdier 8 naar een tweede melkbox kan daarom op voordelige wijze gebruik gemaakt worden van deze poorten.
Uiteraard blijft het mogelijk naast de werkwijze en het systeem volgens de uitvinding de verlichting tevens regelbaar te maken afhankelijk van de 5 huidige locatie van het dier, die wordt gemeten.
Met voordeel zijn de productie-eenheden en de verzorgingseenheid alle gehuisvest in een afzonderlijk gebouwdeel, met meer voordeel in afzonderlijke gebouwen. Met een gebouwdeel wordt bedoeld een deel van een gebouw dat aan drie zijden een buitenmuur omvat, zoals een vleugel, en met een afzonderlijk 10 gebouw een gebouw met aan vier zijden een buitenmuur. Eventuele verbindingsdelen, zoals al dan niet overdekte en/of gesloten corridors, die minder dan de helft van de betreffende zijde, en in het bijzonder minder dan een kwart van de zijde beslaan, worden hierbij niet beschouwd. Het voordeel van dergelijke afzonderlijke gebouwdelen of gebouwen is dat de, met name natuurlijke, ventilatie 15 van de binnenruimte voldoende kan worden gewaarborgd.
De verzorgingseenheid omvat zoals gezegd meerdere subeenheden/secties. Deze kunnen ook, met voordeel, zijn ondergebracht in afzonderlijke gebouwen of gebouwdelen, maar bij voorkeur tenminste in afzonderlijke ruimten. Met name indien de ziekeneenheid in een afzonderlijk 20 gebouw is ondergebracht vermindert eventueel besmettingsgevaar.
In een voordelige uitvoeringsvorm omvat ten minste een productie-eenheid ten minste twee secties met melkboxen, een van de verblijfsruimte afgescheiden schone toegangsruimte voor toegang tot de melkboxen, alsmede ten minste een van de productieruimte en de toegangsruimte afgescheiden 25 separeerruimte voor uit de productiegroep te separeren melkdieren. In het bijzonder, maar niet noodzakelijkerwijs, is het aantal melkboxen hierbij groter dan het aantal separeerruimtes, althans is voor ten minste een sectie/toegangsruimte het bijbehorende aantal melkboxen groter dan het aantal separeerruimtes, en is er dan daarbij tussen de melkboxen een bestuurbare doorgang verschaft, die is 30 ingericht om een te separeren melkdier vanuit een eerste melkbox via een tweede melkbox naar de separeerruimte te geleiden.
Elk van de genoemde ruimtes, melkboxen en eenheden kan een sectie volgens de uitvinding zijn. Een sectie heeft bij voorkeur een afsluitbare of regelbare toegang.
9
De uitvinding zal hierna worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin niet-beperkende uitvoeringsvoorbeelden zijn getoond, en waarin:
Figuur 1 schematisch een voorbeeld van een stalinrichting 1 toont volgens de 5 uitvinding, in bovenaanzicht;
Figuur 2 schematisch een voorbeeld besturingssysteem 30 met aansluitingen toont,
Figuur 3 een voorbeeld van een tabel voor de bezetting van secties toont.
10 Figuur 1 toont schematisch een voorbeeld van een inrichting 1 volgens de uitvinding, in bovenaanzicht. Hierin is 20 een productie-eenheid en 2 een verzorgingseenheid.
De verzorgingseenheid 2 kan een droogstandeenheid 3, een afkalfeenheid 4 en ziekeneenheid 7 omvatten. De droogstandeenheid 3 omvat niet 15 nader aangeduide boxen en voerinrichtingen voor de melkdieren. De afkalfeenheden 4 omvatten naast een algemene ruimte ook afkalfboxen 5, alsmede een melkbox 6a. De ziekeneenheden 7 omvatten bijvoorbeeld een ligbed 8 en eveneens een melkbox 6b. De productie-eenheid 20 omvat boxen 11, een afscheiding 12, een eerste en een tweede melkbox 13, 13', een eerste en een 20 tweede separeerruimte 14 en 14', alsmede een schone toegangsruimte 15. Toegang tot de schone ruimte is mogelijk via een niet weergegeven trap.
Merk op dat de droogstandeenheden 3 niet noodzakelijkerwijs deel uitmaken van de verzorgingseenheid 2. Immers hebben droogstaande melkdieren slechts zeer weinig verzorging nodig, in de praktijk nauwelijks meer dan, bij 25 voorkeur geautomatiseerd, voeren en af en toe een controlebezoek. Om die reden kunnen de droogstandeenheden 3 zelfs het verst van de rest van de verzorgingseenheid 2 verwijderd worden verschaft. Niettemin kan het ook voordelen bieden om de droogstandeenheid te verschaffen zoals in Figuur 1. De af te leggen weg blijft beperkt.
30 De afkalfeenheid 4 omvat afkalfboxen 5, voor pas afgekalfde dieren, alsmede een algemene ruimte voor dieren vlak vóór haar afkalven. De in de melkbox 6a verschafte melkinrichting dient om pas afgekalfde moederdieren te melken. Ten eerste kan hierbij biest worden opgevangen en toegevoerd aan de kalveren, en ten tweede kan door een gericht melkregime de melkproductie goed 10 op gang komen. Daarnaast hebbende dieren in de afkalfperiode extra aandacht en verzorging nodig.
De ziekeneenheden 7 omvatten gesepareerde melkdieren, bijvoorbeeld zieke dieren, gewonde dieren, te nerveuze dieren, of dieren die 5 anderszins extra aandacht nodig hebben, bijvoorbeeld melkdieren met een afwijkend aantal spenen, enzovoort. Op deze dieren toegespitste zorg kan zijn verschaft in de vorm van speciale ligbedden 8 enzovoort. Desgewenst kunnen geïsoleerde ruimtes zijn verschaft. De eveneens verschafte melkinrichting in de melkbox 6b zou bijvoorbeeld kunnen zijn voorzien van speciale, aanvullende of 10 gevoeliger meetapparatuur voor het bewaken van de gezondheid en/of melkkwaliteit.
De melkrobot 13,13’ is in staat op basis van gegevens met betrekking tot een melkdier, bijvoorbeeld temperatuur metingen aan de spenen, om vast te stellen of een melkdier bijvoorbeeld een ontstoken speen heeft. Ook 15 andere condities van het melkdier kunnen uit meetgegevens worden vastgesteld. Op basis van de gegevens kan een beslissing genomen worden om een melkdier niet te leiden naar de productie-eenheid 20, maar om deze apart te zetten.
In een uitvoering wordt een melkdier vanuit de melkrobot via een toegangspoort 70 geleid naar de separeerruimte 14,14’ en kan een boer de 20 beslissing nemen het dier verder af te zonderen, bijvoorbeeld in een ziekensectie 7. De boer kan het melkdier dan begeleiden naar die sectie. Het melkdier kan via een niet getoonde poort de separeerruimte verlaten en via de tussenruimtes weergegeven rondom de sectie 5 in de ziekensectie 7 via een poort worden binnengelaten. Op basis van gemeten gegevens, zoals melkgegevens, maar ook 25 op basis van ingevoerde gegevens, bij voorbeeld gegevens zoals ingevoerd door de gebruiker/boer, kan de melkrobot 13/13' en/of het daarmee gekoppelde besturingssysteem besluiten dat een melkdier toegang tot een droogstandsectie 3 moet verkrijgen. Ook dit kan via de separeerruimte 14,14’ plaatsvinden, waarbij de boer het melkdier kan begeleiden naar de sectie 3.
30 De productie-eenheid 20 herbergt grote aantallen melkdieren. Deze kunnen desgewenst in twee of meer subgroepen zijn onderverdeeld, zoals met behulp van slechts gedeeltelijk getoonde afscheiding 12. Uiteraard dient er voor elke subgroep ten minste een melkbox 13,13' met melkinrichting te zijn verschaft, en met voordeel ten minste twee, zodat melkdieren ook bij een storing althans een 11 kans op melken overhouden. Niet getoond zijn overige vanzelfsprekende onderdelen, zoals melkleidingen die de opgevangen melk geleiden naar opslagtanks. Ook voederinrichtingen, bij voorkeur automatische voederinrichtingen, zijn niet ingetekend.
5 De productie-eenheid 20 omvat twee melkboxen 13 met een melkinrichting, alsmede twee secties zoals separeerruimtes 14, bijvoorbeeld voor dieren die niet gemolken konden worden of waarvan de melk of hun gedrag bij melken aangeeft dat zij ziek zijn. Deze dieren kunnen vervolgens indien nodig worden overgebracht naar de ziekeneenheden 7. Ook kunnen andere aantallen 10 melkrobots zijn verschaft, zoals drie of vier per productie-eenheid. Elk van de onderdelen van de productie-eenheid 20, inclusief de melkbox 13 zelf, kan een sectie zijn in de zin van deze uitvinding. Volgens een aspect van de uitvinding is een sectie een ruimte waarvan de toegang kan worden geregeld.
De melkbox 13,13’ zijn telkens voorzien van waarneemmiddelen voor 15 het identificeren van het melkdier. Deze waarneming vindt plaats ten einde de melkgegevens te koppelen aan het dier. In een stalinrichting kan ook een andere eenheid aanwezig zijn, waarmee dieren worden geïdentificeerd. De identificatie kan op verschillende wijze plaatsvinden. De identificatiegegevens van de melkbox 13,13’ kunnen worden verzonden naar een besturingssysteem voor het managen 20 van de toegang van melkdieren tot bepaalde secties. Hierdoor kan het besturingssysteem in staat gesteld worden de toegang van de melkdieren te regelen.
In het getoonde voorbeeld is er per melkbox 13, 13' een respectieve separatiesectie 14, 14' verschaft. Hierdoor is het met een eenvoudig 25 besturingssysteem mogelijk om een te separeren melkdier niet terug naar de verblijfruimte maar naar de separeerruimte 14, 14' te geleiden. De melkbox 13,13’ is daartoe voorzien van een poort 70, schematisch weergegeven met een driehoek. De poort vormt de uitgang van de melkbox 13,13’ maar is als zodanig tevens de toegang tot een sectie. De poort is regelbaar en zodoende is de poort 30 een toegang tot een sectie die op afstand regelbaar is en waarmee een besturingssysteem in staat is melkdieren toegang tot een sectie toe te staan of niet toe te staan.
Het is van voordeel om de separeersectie te verschaffen aan een buitenzijde van de productie-eenheid. Niet alleen kan ingeval van een 12 besmettelijke ziekte zo het gevaar voor besmetting van gezonde dieren worden beperkt, maar is ook de af te leggen weg beperkt indien er verplaatsing naar een ziekeneenheid of dergelijke nodig is.
In een uitvoering worden melkdieren middels de toegangspoorten 5 70-72 direct toegang tot een sectie gegeven in overeenstemming met de beslissing van het managementsysteem. Via een drietal toegangspoorten 70-72,70’-72’ kan een in de melkbox 13,13' geïdentificeerd melkdier ofwel terug naar de productie-eenheid 20 worden geleid, ofwel naar de separeerruimte 14,14', ofwel naar een sectie met droogstandeenheden 3 en afkalfeenheden 4, ofwel naar 10 de ziekensectie 7 worden geleid. Vanaf de drie toegangspoorten zijn telkens open verbindingen gevormd naar de diverse secties. Corridoren 60,61 naar de secties 3,4,7 zijn in de getoonde uitvoering relatief lang. Aan het einde van de corridor, nabij de sectie kan een eenrichtingspoort 64,64’ aangebracht zijn zodat een melkdier niet terug de corridor 60,61 in kan vanuit de aparte sectie.
15 De toegangspoorten 70-72 zijn verbindbaar of verbonden met een besturingssysteem 30. De toegangspoorten kunnen een toegangsignaal ontvangen en zullen bij ontvangst van dat signaal een dier toegang geven tot een bepaalde sectie of een vervolgtraject. Een toegangspoort kan toegang geven aan een, twee, drie of een aantal secties.
20 Voorts is aangeduid een schone toegangsruimte 15, die toegang verschaft tot de melkrobots zonder dat er door de verblijfsruimte van de productie-eenheid moet worden gelopen. Deze kan voorts dienen als verdere afscheiding van de separeerruimte 14,14'.
De dieren kunnen voorzien zijn van een identificatiemiddel zoals een 25 barcode of een draadloos meetbare identificatiecode. Dit identificatiemiddel is waarneembaar. Een geschikte sensor kan hiervoor worden gebruikt. Een identificatiesignaal kan bij identificatie van een dier naar een besturingssysteem 30 worden verzonden. Hierdoor kan de toegang tot een separatiesectie 14 worden gestuurd overeenkomstig het programma van het besturingssysteem. Wanneer 30 een te separeren koe wordt herkend bij de melkbox 13,13’, kan de koe, na melken, worden afgescheiden doordat voorzien is in een aparte uitgang voor die koe, terwijl de 'normale' uitgang/toegang terug naar de productie-eenheid 20 gesloten blijft. Het besturingssysteem 30 kan in reactie op het identificatiesignaal een geschikt toegangsignaal naar een toegangspoort 70-72 verzenden.
13
Alhoewel in de getoonde uitvoering telkens de melkbox 13 wordt gebruikt voor het sturen van de separatie, is het mogelijk hier een andere inrichting voor te gebruiken. In een andere uitvoering wordt voorzien in een toegangspoort met voedsel voor het lokken van de dieren, zodat de poort alleen 5 geopend wordt voor een te separeren dier.
Wanneer een melkdier de melkrobots 6a of 6b betreedt, kan het managementsysteem, bijvoorbeeld op basis van meetgegevens gebaseerd op de melk(productie) van het melkdier of op basis van tijd of op basis van een extern ingevoerde parameter, beslissen dat een melkdier terug naar de productie-10 eenheid 20 kan. Hiervoor is voorzien in een bestuurbare poort die de dieren ofwel teruggeleid naar de desbetreffende sectie, of juist toegang geeft tot sectie 65 of 66, van waaruit een boer het herstelde dier kan terug geleiden naar de productie-eenheid.
In een uitvoering kan een melkdier vanuit separeerruimtes 14,14’ 15 naar de secties 3,5,7 geleid worden door de boer in plaats van via de corridoren.
In de diverse secties van de stalinrichting 1 is verlichting aanwezig, telkens aangeduid met een A. De verlichting kan een verlichtingsarmatuur omvatten. Het is voordelig elk van die verlichtingen, bijvoorbeeld lichtbakken, te kunnen schakelen tussen ten minste twee verlichtingsniveaus, bij voorkeur 20 meerdere niveaus. Hier kan een aparte schakelaar voor aanwezig zijn. De schakelaar kan onderdeel zijn van de verlichting. In een uitvoering omvat de verlichting een dimmer. In een uitvoering kan de totale verlichting worden gedempt door een of meer verlichtingen A uit te schakelen, waardoor het totale verlichtingsniveau wordt verminderd.
25 De besturingssysteem 30 kan een toegangsignaal verzenden waarmee een dier toegang tot een bepaalde sectie wordt verleend. De respectieve toegangspoort of poorten zullen die toegang mogelijk maken. Het toegangsignaal kan ook gebruikt worden om de verlichting in die sectie te besturen, in het bijzonder in te schakelen.
30 De schakelaar en/of de dimmer kunnen op afstand bestuurbaar zijn.
Daartoe kan een verbinding gemaakt worden met de dimmer of schakelaar. Dit kan een draadhebbende of een draadloze verbinding zijn. Via de verbinding kan de dimmer of schakelaar worden bestuurd en kan het verlichtingsniveau van de verlichting worden bestuurd. Hierdoor is het mogelijk het verlichtingsniveau in 14 secties van de stalinrichting aan te passen. Het wordt in het bijzonder mogelijk energie te besparen, bijvoorbeeld door de verlichting uit te schakelen wanneer er geen dieren aanwezig zijn in een bepaalde sectie.
De uitvinding voorziet in een besturingssysteem 30 waarvan een 5 uitvoeringsvorm is getoond in figuur 2. Het besturingssysteem is schematisch weergegeven. Het besturingssysteem 30 kan een computer zijn. De computer kan met in- en uitgangpoort verbonden zijn met externe eenheden zoals een toetsenboord 32 of een beeldscherm 31. Hiermee wordt het mogelijk een gebruikersuitwisseling te verschaffen, waardoor een gebruiker de huidige toestand 10 van het systeem kan volgen en of veranderde instellingen kan invoeren.
Door gebruik te maken van de noodzakelijkerwijs aanwezige sensoren op de melkrobots 13,13’, 6a en 6b, kan een melkdier worden geïdentificeerd. Deze identificatiegegevens kunnen naar het besturingssysteem 30 worden verzonden.
15 Het besturingssysteem 30 is in de getoonde uitvoering verbonden met drie schakelaars 34. De schakelaars 34 zijn opgenomen in de respectieve stroomkringen van drie verlichtingen 35, die telkens verbonden zijn met een energiebron 36. De verlichting 35 is schematisch weergegeven. Eén verlichting 35 kan meerdere lichtbronnen omvatten. De verlichting 35 kan een lichtbak zijn.
20 Het zal de vakman duidelijk zijn dat het aantal verbindingen volgens de uitvinding flexibel is. Ook kunnen verschillende schakelaars 34 worden gebruikt. Daarnaast is het mogelijk een dimmer in plaats van een schakelaar 34 te gebruiken. Ook is het mogelijk dat de schakelaar 34 onderdeel is van de verlichting. In nog een andere uitvoeringsvorm is de schakelaar 34 onderdeel van 25 de energievoorziening 36.
Volgens de uitvinding is het telkens mogelijk het lichtniveau van een of meer verlichtingen 35 in de stalinrichting 1 aan te passen door middel van het besturingssysteem 30.
Het besturingssysteem 30 is in de getoonde uitvoeringsvorm tevens 30 verbonden met de melkboxen 13,13’ en 6a,6b volgens de uitvoeringsvorm van figuur 1. Het zal de vakman duidelijk zijn dat ook andere verbindingen mogelijk zijn. Het besturingssysteem 30 is in het bijzonder verbonden met de uitgang van de meikbox, welke toegang kan geven tot twee of meer secties.
15
Wanneer een dier gemolken wordt in één van de melkrobots 13,6, wordt de identiteit vastgesteld. Het dier kan terug naar de productie-eenheid 20 worden geleid door middel van een signaal van het managementsysteem dat is opgenomen in het besturingssysteem 30 volgens de uitvoering. Ook kan het dier 5 met een gepast signaal worden gesepareerd. Het besturingssysteem kan volgen hoeveel dieren gesepareerd worden. Hiermee kan het besturingssysteem een bezettingsgraad voor een sectie bijhouden. Op basis van de bezettingsgraad kan een verlichting worden ingeschakeld of worden uitgeschakeld.
Volgens de uitvinding kan mede door het gebruik van de 10 toegangspoorten 70-72 het besturingssysteem de huidige locatie van een melkdier volgen. Hierdoor zijn geen aparte aanwezigheidsensoren in de desbetreffende secties noodzakelijk om te meten of dieren in die sectie aanwezig zijn om overeenkomstig de waarneming de verlichting in of uit te schakelen.
Een voorbeeld van een tabel voor de bezettingsgraad wordt getoond 15 in figuur 3. Voor een aantal koeien K1-K11 is aangegeven de locatie waar zij zich bevinden. Koe K2 bevindt zich in separatiesectie 14, terwijl koe K6 zich bevindt in separatiesectie 14’. Daarnaast bevindt koe K9 zich in de ziekeneenheid 7. De andere koeien bevinden zich in de productie-eenheid 20.
Figuur 3 toont een tabel. Het zal de vakman duidelijk zijn dat er 20 verschillende uitvoeringsvormen mogelijk zijn voor het bijhouden en volgen van de locatie van de dieren. De tabel toont in de eerste kolom de aanduiding voor het melkdier. In de bovenste rij van de tabel is een sectienummer (20,14,147,3) aangegeven. Een 'x' betekent dat dat melkdier in de sectie volgens die kolom aanwezig is. Er kunnen meer sectie gedefinieerd worden. In de tabel wordt de 25 sectie van afkalfeenheid en droogstandeenheid aangeduid met een enkel cijfer, namelijk 3.
In de beschreven uitvoeringsvorm kan de getoonde tabel worden weergegeven op het beeldscherm 31 die verbonden is met het besturingssysteem 30. De tabel vormt een weergave van een bezetting. Op basis van de bezetting 30 kan een bezettingsgraadtabel worden samengesteld. De op in figuur 3 gebaseerde bezettingsgraad tabel is als volgt:
Sectie Aantal 16 melkdieren ~2Ö 8 ~Ï4 ï _ - ~7 ï ~3Ï5 5
De bezettingsgraad kan als tabel worden bepaald door het besturingssysteem en kan zijn opgenomen in een bezettingsgraadbestand dat is opgeslagen in een niet apart getoond geheugen van het besturingssysteem 30.
5 Het bestand kan telkens na een verandering worden opgeslagen. Het bestand kan bij een bepaalde keuze van het managementsysteem worden bijgewerkt. De locatie van de koe kan worden gewijzigd. Wanneer koe K1 wordt gesepareerd naar separatiesectie 14, zal het kruisje bij K1 in Figuur 3 in de kolom van productie-eenheid 20 leeggemaakt worden en zal een kruisje worden getoond in 10 de kolom van separatiesectie 14. in de bezettingsgraadtabel volgens figuur 4 zal het aantal aanwezigen in 20 afnemen met één naar zeven en zal het aantal aanwezigen in 14 groeien naar twee. In een uitvoering heeft dit geen invloed op de instelling van de verlichting.
In het in de tabel volgens figuur 3 getoonde voorbeeld zijn geen 15 koeien aanwezig in de sectie van afkalfruimte 5/droogstandruimte 3. Volgens de uitvinding kan de verlichting op grond van deze bevinding worden uitgeschakeld. Het uitschakelen kan plaatsvinden direct na het verlaten van de ruimte van de laatste koe of een bepaalde periode daarna.
Door gebruik te maken van de selectie bij de melkboxen 13,13’ en 6 20 kan het besturingssysteem direct kennis nemen van de positie van een koe en kan het besturingssysteem de verlichting sturen. In het geval dat een boer een melkdier van de separeerruimte 14/14’ begeleidt naar de secties 3/5/7, dan kan de binnenkomst van het melkdier in de sectie worden geregistreerd middels een aanwezige sensor of worden aangemeld door de boer via een gebruikersinterface. 25 Ook wordt hiermee het verlaten van de vorige sectie geregistreerd en in de bezettingstabel gewijzigd.
Wanneer een koe toegang tot de afkalfruimte wordt gegeven, kan de verlichting worden ingeschakeld. Wanneer de laatst aanwezige koe K9 in 17 ziekeneenheid 7 met de melkbox 6b wordt gemolken en die koe vervolgens toegang wordt gegeven tot de productie-eenheid 20 in plaatst van terug te keren naar de afkalfruimte, kan de verlichting in de ziekeneenheid 7 worden uitgeschakeld, in een gunstige uitvoering wordt het licht al uitgeschakeld nadat de 5 koe K9 in de melkbox 6 is toegetreden.
Het zal de vakman duidelijk zijn dat de uitvinding toestaat een energie zuinige verlichting te verschaffen zonder de aanzienlijke kosten van bewegingsensoren in de desbetreffende secties van een stalinrichting. Binnen het kader van de uitvinding zijn verschillende uitvoeringen mogelijk. De 10 beschermingsomvang van het octrooi wordt slechts beperkt door de conclusies. Equivalente oplossingen, waarmee dezelfde voordelen of delen van de dezelfde voordelen gehaald worden, vallen onder de conclusies. Het is mogelijk een onderdeel van deze beschrijving te gebruiken voor een afsplitsing.
1035772

Claims (14)

1. Werkwijze voor het automatisch aanpassen van verlichting in secties (20,14,14’,3,7) van een stalinrichting (1), zoals een separatiezone, omvattende het 5 aanpassen van verlichting (A) in een bepaalde sectie (20,14,14’,3,7) van de stal (1), waarbij de werkwijze omvat het toestaan van toegang tot de bepaalde sectie (20,14,14’,3,7) van de stalinrichting (1) door het verzenden van een toegangsignaal en het afhankelijk van het toegangsignaal besturen van de verlichting (A) in die bepaalde sectie (20,14,14’,3,7). 10
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij het besturen van de verlichting (A) in de bepaalde sectie (20>14l14,l3,7) omvat het aanpassen van de verlichting, in het bijzonder het aanpassen van de verlichtingstoestand van de verlichting, en meer in het bijzonder het inschakelen van de verlichting (A) en/of 15 het uitschakelen van de verlichting (A).
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij de werkwijze omvat het op basis van de toegestane toegang bepalen van een bezettingsgraad van de secties (20,14,14’,3,7). 20
4. Werkwijze volgens conclusie 3, waarbij een bezettingsgraad van een sectie (20,14,14’,3,7) gelijk aan nul leidt tot het uitschakelen van de verlichting (A) in die sectie(20,14,14’,3,7).
5. Werkwijze volgens een van de conclusies 1-4, waarbij het afhankelijk schakelen van de verlichting (A) omvat het verschaffen van een voorwaarde en waarbij het schakelen plaatsvindt een bepaalde tijd nadat aan de voorwaarde is voldaan.
6. Besturingssysteem (30) voor een stalinrichting (1) met een aantal secties (20,14,14’,3,7) voor het verblijf van dieren zoals koeien, waarbij ten minste één bepaalde sectie (20,14,14’,3,7), zoals een separatiezone, voorzien is van een verlichting (A), waarbij het besturingssysteem (30) verbindbaar is met de verlichting (A), waarbij het besturingssysteem (30) is ingericht voor het verzenden 1035772 van een toegangsignaal om toegang tot de sectie (20,14,14’,3,7) toe te kennen aan een dier en waarbij de verlichting (A) van die bepaalde sectie (20,14,14’,3,7) met het besturingssysteem (30) regelbaar is afhankelijk van het toegangsignaal.
7. Besturingssysteem volgens conclusie 6, waarbij het besturingssysteem (30) tevens koppelbaar is met een regelbare toegang (16) van de sectie, en waarbij de regelbare toegang (16) bij ontvangst van het toegangsignaal het die toegang verleent tot de sectie.
8. Besturingssysteem volgens conclusie 6 of 7, waarbij de verlichting (A) schakelbaar is tussen een ingeschakelde toestand en een uitgeschakelde toestand, en waarbij het besturingssysteem (30) is ingericht om de verlichting (A) te schakelen tussen de ingeschakelde en uitgeschakelde toestand.
9. Besturingssysteem volgens een van de conclusies 6-8, waarbij het besturingssysteem (A) een geheugen heeft, en waarbij in het geheugen een bezettingsgraadbestand is opgenomen, waarbij in het bezettingsgraadbestand de toegestane toegang wordt bijgehouden, waarbij het besturingssysteem is ingericht om de verlichting van een sectie uit te schakelen wanneer het 20 bezettingsgraadbestand aangeeft dat die sectie leeg is.
10. Besturingssysteem volgens een van de conclusies 6-9, waarbij het besturingssysteem een dimmer omvat die koppelbaar is met de verlichting.
11. Besturingssysteem volgens een van de conclusie 6-9, waarbij het besturingssysteem koppelbaar is met een regelbare dimmer die verbonden is met de verlichting.
12. Besturingssysteem volgens een van de conclusies 6-11, waarbij het 30 besturingssysteem tevens is ingericht voor het volgen van een huidige locatie van een dier en waarbij het besturingssysteem is gekoppeld met waameemeenheden die in de stal, in het bijzonder in ten minste een van secties, zijn aangebracht, waarbij de waameemeenheden de aanwezigheid van een koe in een sectie kunnen waarnemen
13. Stalinrichting (1) omvattende een aantal secties (20,14,14’,3,7) voor het verblijf van dieren zoals koeien, waarbij ten minste één bepaalde sectie (20,14,14’,3,7), zoals een separatiezone, voorzien is van een verlichting (A), 5 waarbij de verlichting verbonden is met een besturingssysteem (30) volgens een van de conclusie 6-12.
14. Stalinrichting (1) volgens conclusie 13, waarbij de sectie (20,14,14’,3,7) een toegang (16) heeft, die regelbaar is, en die verbonden is met 10 het besturingssysteem (30). 1035772
NL1035772A 2008-07-28 2008-07-28 Automatisch aanpassen stalverlichting. NL1035772C2 (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1035772A NL1035772C2 (nl) 2008-07-28 2008-07-28 Automatisch aanpassen stalverlichting.
CA2673161A CA2673161C (en) 2008-07-28 2009-07-20 Automatic adaptation of shed lighting
DK09075318.7T DK2149296T3 (da) 2008-07-28 2009-07-20 Automatisk tilpasning af staldbelysning
EP09075318A EP2149296B1 (en) 2008-07-28 2009-07-20 Automatic adaptation of shed lighting
AT09075318T ATE527877T1 (de) 2008-07-28 2009-07-20 Automatische stallbeleuchtungsanpassung
US12/510,305 US8232731B2 (en) 2008-07-28 2009-07-28 Automatic adaptation of shed lighting

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1035772 2008-07-28
NL1035772A NL1035772C2 (nl) 2008-07-28 2008-07-28 Automatisch aanpassen stalverlichting.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1035772C2 true NL1035772C2 (nl) 2010-01-29

Family

ID=40290965

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1035772A NL1035772C2 (nl) 2008-07-28 2008-07-28 Automatisch aanpassen stalverlichting.

Country Status (6)

Country Link
US (1) US8232731B2 (nl)
EP (1) EP2149296B1 (nl)
AT (1) ATE527877T1 (nl)
CA (1) CA2673161C (nl)
DK (1) DK2149296T3 (nl)
NL (1) NL1035772C2 (nl)

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2008849C2 (en) 2012-05-22 2013-11-25 Robertus Gerardus Alferink Luminaire for long day-lighting.
GB2522020B (en) * 2014-01-08 2018-01-10 Greengage Lighting Ltd A method of livestock rearing and a livestock shed
DE102014107233A1 (de) * 2014-05-22 2015-11-26 Gea Farm Technologies Gmbh Vorrichtung zum gelenkten Tierverkehr
NL2015337B1 (nl) * 2015-08-24 2017-03-16 Lely Patent Nv Systeem en werkwijze voor het melken van een groep melkdieren.

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1992020959A1 (de) * 1991-05-22 1992-11-26 Walter Baenziger Verfahren zum betätigen einer raumbeleuchtung und vorrichtung zur durchführung des verfahrens
US5969637A (en) * 1996-04-24 1999-10-19 The Chamberlain Group, Inc. Garage door opener with light control
NL1021636C1 (nl) * 2002-10-11 2004-04-14 Michiel Beheer B V Traploos multidimbare stalverlichtingsinrichting met een zeer hoog energierendement ten gebruike in de moderne veehouderij.
WO2004075608A2 (de) * 2003-02-21 2004-09-02 Merten Gmbh & Co. Kg Elektro-hausinstallation steuersystem
WO2005112613A1 (en) * 2004-05-24 2005-12-01 Delaval Holding Ab Arrangement and methods for automatic milking of animals
GB2432028A (en) * 2005-11-03 2007-05-09 Steven Thomas Barson Controlling electrical devices on the basis of occupancy

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4058740A (en) * 1975-03-12 1977-11-15 Lok-A-Wat, Inc. Entry-controlled energy system
US4367455A (en) * 1981-02-12 1983-01-04 Morton Fried Powersaving room security system
US6097290A (en) * 1999-01-19 2000-08-01 Balfour; Gilbert A. Entrance actuated lighting activation system
US7397342B2 (en) * 2004-02-19 2008-07-08 Wayne-Dalton Corp. Operating system for a motorized barrier operator with a radio frequency energized light kit and/or switch and methods for programming the same

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1992020959A1 (de) * 1991-05-22 1992-11-26 Walter Baenziger Verfahren zum betätigen einer raumbeleuchtung und vorrichtung zur durchführung des verfahrens
US5969637A (en) * 1996-04-24 1999-10-19 The Chamberlain Group, Inc. Garage door opener with light control
NL1021636C1 (nl) * 2002-10-11 2004-04-14 Michiel Beheer B V Traploos multidimbare stalverlichtingsinrichting met een zeer hoog energierendement ten gebruike in de moderne veehouderij.
WO2004075608A2 (de) * 2003-02-21 2004-09-02 Merten Gmbh & Co. Kg Elektro-hausinstallation steuersystem
WO2005112613A1 (en) * 2004-05-24 2005-12-01 Delaval Holding Ab Arrangement and methods for automatic milking of animals
GB2432028A (en) * 2005-11-03 2007-05-09 Steven Thomas Barson Controlling electrical devices on the basis of occupancy

Also Published As

Publication number Publication date
ATE527877T1 (de) 2011-10-15
CA2673161C (en) 2017-04-04
EP2149296A2 (en) 2010-02-03
US20100019698A1 (en) 2010-01-28
US8232731B2 (en) 2012-07-31
EP2149296B1 (en) 2011-10-12
DK2149296T3 (da) 2011-11-21
EP2149296A3 (en) 2010-03-10
CA2673161A1 (en) 2010-01-28

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US10813191B2 (en) Method of livestock rearing and a livestock shed
KR101876003B1 (ko) 능동형 살균 및 치료기능을 갖는 애완동물 케이스
NL1035772C2 (nl) Automatisch aanpassen stalverlichting.
EP3148321B1 (en) Method and system for managing dairy animals
Kristensen et al. Modelling the dynamic activity of broiler chickens in response to step-wise changes in light intensity
KR102128680B1 (ko) 가금류 개체 중량 자동 측정 장치
KR102263100B1 (ko) 모돈과 자돈의 생장관리를 위한 축사 관리 시스템
US8087382B2 (en) Method and arrangement for animal management
EP3897111A1 (en) System and method for directing livestock animal
US11930795B2 (en) Larvae counter
KR102342756B1 (ko) IoT 센서 기반의 곤충 사육 방법
NL1034796C2 (nl) Inrichting voor het houden van melkdieren.
Dennis et al. The behaviour of commercial broilers in response to a mobile robot
WO2016032325A1 (en) System and method for managing dairy animals
NL2008005C2 (nl) Werkwijze en systeem voor het beheren van een groep melkdieren.
KR102217528B1 (ko) 가금류 개체 중량 자동 측정 장치
RU2423825C1 (ru) Способ и устройство идентификации коров
CN214155790U (zh) 一种宠物饲养装置
CN219923760U (zh) 一种牲畜分拣系统
NL1035848C (nl) Constructie met een melkbox-bezet-indicator.
US11903368B2 (en) System for feeding animals
CZ2011426A3 (cs) Zarízení pro zlepsení welfare pri dojení zvírat
CZ22961U1 (cs) Zařízení pro zlepšení welfare při dojení zvířat

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20140201