NL1035577C2

NL1035577C2 - Precast concrete floor slabs edges connecting method for e.g. building, involves providing two recesses in opposite edges of two adjacent precast concrete floor slabs, respectively, and filling recesses with adhesive

Info

Publication number: NL1035577C2
Application number: NL1035577A
Authority: NL
Inventors: Johannes Hooijer
Original assignee: Sirotec B V
Priority date: 2008-06-13
Filing date: 2008-06-13
Publication date: 2009-12-18

Abstract

The method involves providing two recesses in opposite edges (6a, 6b) of two adjacent precast concrete floor slabs (2), respectively, and filling the recesses with an adhesive. A solid object is placed in the recesses between the slabs for transferring lateral forces between the floor slabs.

Description

NL 1035577NL 1035577

Werkwijze voor het verbinden van betonplaten in een vloerMethod for joining concrete slabs in a floor

ACHTERGROND VAN DE UITVINDINGBACKGROUND OF THE INVENTION

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het verbinden van geprefabriceerde, voorgespannen-5 gewapend betonplaten in een vloer, in het bijzonder zogenaamde TT-vloerplaten, waaronder begrepen vergelijkbare liggers van voorgespannen gewapend beton die feitelijk functioneren als vloerplaten. De uitvinding heeft voorts betrekking op een gebouw voorzien van een daarmee gemaakte 10 vloer.The invention relates to a method for joining prefabricated, prestressed reinforced concrete slabs in a floor, in particular so-called TT floor slabs, including comparable beams of prestressed reinforced concrete that actually function as floor slabs. The invention furthermore relates to a building provided with a floor made therewith.

Geprefabriceerde vloerplaten van voorgespannen beton, zoals TT-vloerplaten, worden onder meer toegepast in berijdbare vloeren, zoals vloeren van parkeergarages en busplatforms. Er treden daarbij hoge verticale belastingen 15 op. De vloerplaten liggen met de langsranden naast elkaar, ter plaatse van een langsnaad. Om te voorkomen dat door verschil in doorbuiging tussen de beide vloerplaten aan weerszijden van de langsnaad een (dynamische) trede wordt gevormd worden de beide langsranden met elkaar verbonden. 20 Een dergelijke trede kan een gevaar vormen voor de over de vloerplaten rijdende voertuigen.Prefabricated floor slabs made of prestressed concrete, such as TT floor slabs, are used in areas such as drivable floors, such as floors of parking garages and bus platforms. High vertical loads occur thereby. The floor plates lie side by side with the longitudinal edges, at the location of a longitudinal seam. To prevent a (dynamic) step being formed due to the difference in the deflection between the two floor plates on either side of the longitudinal seam, the two longitudinal edges are connected to each other. Such a step can form a danger for the vehicles traveling over the floor plates.

In een bekende uitvoering zijn de langsranden van de vloerplaten op een aantal plaatsen langs hun lengte in de betonfabriek voorzien van lasogen, die aan elkaar worden 25 gelast. Daarna wordt de naad gevuld met specie om de verbinding te voltooien. Deze verbinding is slecht bestand tegen vermoeiing, waardoor op termijn werkzaamheden voor 1035577 2 reparatie nodig zijn, waarbij een nieuwe verbinding moet worden aangelegd.In a known embodiment, the longitudinal edges of the floor slabs are provided at a number of places along their length in the concrete factory with welding eyes, which are welded together. The seam is then filled with grout to complete the connection. This connection is poorly resistant to fatigue, which means that in the long term work requires repair work, whereby a new connection must be installed.

In een andere bekende uitvoering zijn de langsranden van de vloerplaten op een aantal plaatsen langs 5 hun lengte in de betonfabriek voorzien van uitsparingen, die in het werk tegenover elkaar komen te liggen en dan worden gevuld met krimpvrije mortel. De naad wordt daarna gevuld met specie om de verbinding te voltooien. Ook deze verbinding blijkt in de praktijk vaak niet bestand tegen de 10 optredende -wisselende- belastingen bij overgang van een voertuig over de naad. Door scheurvorming kan de plaatverbinding bezwijken, met als gevolg dat beton wordt losgedrukt en gevaar veroorzaakt en vorming van voornoemde trede.In another known embodiment, the longitudinal edges of the floor slabs are provided at a number of places along their length in the concrete factory with recesses, which in the work come to lie opposite each other and are then filled with shrink-free mortar. The seam is then filled with grout to complete the connection. This connection, too, often proves in practice not to withstand the occurring - changing - loads when a vehicle passes over the seam. Cracking can cause the plate joint to collapse, with the result that concrete is pressed loose and causes danger and formation of the above-mentioned step.

15 Voor reparatie worden doorgaans hoekstalen op de beide langsranden geplaatst, waarna daarop een stalen Τ’-profiel wordt gelast of vastgebout. In de praktijk blijkt ook een dergelijk gerepareerde verbinding te kunnen losraken.15 For repair, angled steels are usually placed on both longitudinal edges, after which a steel profiel 'profile is welded or bolted onto it. In practice it also appears that such a repaired connection can come loose.

2020

SAMENVATTING VAN DE UITVINDINGSUMMARY OF THE INVENTION

Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een werkwijze van de in de aanhef genoemde soort, waarmee 25 de vloerplaten op betrouwbare wijze kunnen worden verbonden.An object of the invention is to provide a method of the type mentioned in the preamble, with which the floor plates can be reliably connected.

Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een werkwijze van de in de aanhef genoemde soort, waarmee de vloerplaten op duurzame wijze met elkaar kunnen worden 3 0 verbonden.An object of the invention is to provide a method of the type mentioned in the preamble, with which the floorboards can be connected to each other in a sustainable manner.

Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een werkwijze van de in de aanhef genoemde soort, waarmee de verbinding eenvoudig kan worden gerealiseerd.An object of the invention is to provide a method of the type mentioned in the preamble, with which the connection can be easily realized.

Althans één van de ze doelen wordt volgens de 35 uitvinding, vanuit één aspect, bereikt met een werkwijze voor het verbinden van de bij elkaar gelegen randen van twee naast elkaar gelegen voorgespannen geprefabriceerde 3 betonnen vloerplaten, in het bijzonder TT-vloerplaten, waarbij in de beide randen op tegenover elkaar gelegen plaatsen respectievelijk een eerste en een tweede uitsparing is voorzien, waarbij een vormvast lichaam of 5 voorwerp dat is berekend op de overdracht van dwarskrachten tussen beide vloerplaten met speling geplaatst wordt in de eerste en tweede uitsparingen, zodanig dat dit zich in beide uitsparingen bevindt, en de ruimte in de beide uitsparingen om het lichaam heen wordt gevuld met een 10 eerste hechtmiddel dat berekend is op de overdracht van dwarskrachten tussen het lichaam en de aangrenzende vloerplaat, waarbij de eerste en/of de tweede uitsparing verticaal doorgaand is en ter plaatse van de onderzijde van de doorgaande uitsparing(en) een bekisting wordt 15 aangebracht.According to the invention, at least one of these objects is achieved, from one aspect, with a method for joining the adjacent edges of two adjacent pre-stressed prefabricated concrete floor slabs, in particular TT floor slabs, wherein in the both edges have a first and a second recess in opposite locations, respectively, wherein a form-retaining body or object that is calculated for the transfer of transverse forces between both floor plates with play is placed in the first and second recesses, such that this is located in both recesses, and the space in the two recesses around the body is filled with a first adhesive which is adapted to the transfer of transverse forces between the body and the adjacent floor plate, the first and / or the second recess continuing vertically and becomes a formwork at the bottom of the continuous recess (s) 15 applied.

Een dergelijke verbinding is eenvoudig te realiseren. Beschouwd in een verticaal vlak van projectie loodrecht op de naadrichting valt het lichaam binnen de randgebieden van beide vloerplaten. De bekisting houdt het 20 gebruikte, ingegoten hechtmiddel op zijn plaats tijdens harding daarvan. In verticale richting grijpt het eerste hechtmiddel over een aanzienlijke lengte aan op het lichaam. De optredende dwarskrachten worden van de ene vloerplaat, via het hechtmiddel, het lichaam, en weer het 25 hechtmiddel overgebracht op de naastgelegen vloerplaat. Het eerste hechtmiddel kan een sterkte bezitten die minimaal gelijk is aan het beton van de vloerplaten, zoals beton kwaliteit B65 of hoger. Het eerste hechtmiddel kan een gietbare kunsthars zijn, zoals epoxyhars. Het eerste 30 hechtmiddel zorgt voor het op zijn plaats blijven van het lichaam. Het lichaam kan vervaardigd zijn van staal (of een materiaal met vergelijkbare sterkte-eigenschappen), eventueel voorbehandeld met een kunststof primer, eventueel daarna bestrooid met minerale korrels voor vergroting van 35 het hechtoppervlak met het eerste hechtmiddel. Om dezelfde reden kan ook de wand van de eerste en tweede uitsparingen worden voorbehandeld met een primer en bestrooien met een 4 korrelvormig materiaal.Such a connection is easy to realize. Viewed in a vertical plane of projection perpendicular to the seam direction, the body falls within the edge areas of both floor slabs. The formwork holds the used cast-in adhesive in place during curing thereof. The first adhesive engages the body over a considerable length in the vertical direction. The occurring transverse forces are transferred from the one floor plate, via the adhesive, the body, and again the adhesive to the adjacent floor plate. The first adhesive may have a strength that is at least equal to the concrete of the floor slabs, such as concrete grade B65 or higher. The first adhesive may be a castable resin, such as epoxy resin. The first adhesive ensures that the body remains in place. The body can be made of steel (or a material with comparable strength properties), optionally pre-treated with a plastic primer, optionally then sprinkled with mineral grains for enlarging the adhesive surface with the first adhesive. For the same reason, the wall of the first and second recesses can also be pre-treated with a primer and sprinkled with a granular material.

In een uitvoering waarbij de hoogte van het lichaam de flensdikte benadert (bijvoorbeeld 80 mm tegen 90 mm) kan het lichaam op de bovenkant van de bekisting worden 5 geplaatst. Alternatief kan men, bijvoorbeeld indien de flensdikte bijvoorbeeld 30 mm groter is dan de benodigde hoogte van het gebruikte lichaam, voorafgaand aan het plaatsen van het lichaam een bodemlaag van vulmateriaal in de beide uitsparingen gieten, waarbij na verstijving of 10 verharding van het vulmateriaal het lichaam daarop wordt geplaatst. Daarmee wordt aan de onderzijde een afdichting verschaft waardoor het lichaam wordt afgeschermd tegen zicht en mogelijk nadelige invloeden.In an embodiment where the height of the body approaches the flange thickness (for example 80 mm against 90 mm), the body can be placed on the top of the formwork. Alternatively, for example if the flange thickness is, for example, 30 mm larger than the required height of the body used, it is possible to pour a bottom layer of filling material into the two recesses prior to placing the body, wherein after stiffening or hardening of the filling material the body is placed on it. A seal is hereby provided on the underside whereby the body is shielded from vision and possibly adverse influences.

Het vulmateriaal en het eerste hechtmiddel kunnen 15 gelijk zijn.The filler material and the first adhesive can be the same.

Het lichaam bezit bij voorkeur een hoogte die meer is dan de helft, bij voorkeur 2/3 of meer, van de dikte van de vloerplaat, in het bijzonder flenzen daarvan. Het lichaam wordt bij voorkeur zodanig geplaatst dat het 20 het horizontale vlak waarin de neutrale lijn (in dwarsrichting) van de vloerplaat ligt snijdt.The body preferably has a height that is more than half, preferably 2/3 or more, of the thickness of the floor plate, in particular flanges thereof. The body is preferably positioned such that it intersects the horizontal plane in which the neutral line (in transverse direction) of the floor plate lies.

De ruimte om het lichaam heen kan spieetvormig zijn, waardoor de hoeveelheid eerste hechtmiddel beperkt kan zijn en nagenoeg rondom het lichaam een constructieve 25 verbinding vormt tussen het lichaam en het beton van de vloerplaat.The space around the body can be spit-shaped, as a result of which the amount of first adhesive can be limited and forms a constructive connection between the body and the concrete of the floor plate substantially around the body.

De overdracht van krachten wordt bevorderd indien de vormen van de begrenzingswand van de gemaakte eerste en tweede uitsparingen en de zich in die uitsparingen 30 bevindende buitenzijde van het gebruikte lichaam in hoofdzaak met elkaar overeen komen.The transfer of forces is promoted if the shapes of the boundary wall of the first and second recesses made and the outside of the body used in said recesses 30 substantially correspond to each other.

Het gebruikte lichaam kan een hartlijn bezitten, waarbij de hartlijn dwars op het vloeroppervlak gericht wordt. Indien het gebruikte lichaam langs zijn hartlijn een 35 constante doorsnede bezit, bij voorkeur profieldeelvormig is, zal in het geval van verticaal geboorde eerste en tweede uitsparingen de afstand tussen vloerplaatrand en 5 lichaam over de hoogte van het lichaam gelijk zijn, hetgeen voordelig is voor de berekenbaarheid van de verbinding. Met profieldeelvormig wordt bedoeld een stuk van een profiel, zoals bijvoorbeeld een koker of buis of H-profiel.The body used may have a center line, the center line being directed transversely to the floor surface. If the body used has a constant cross-section along its axis, is preferably section-shaped, in the case of vertically drilled first and second recesses, the distance between floor plate edge and body over the height of the body will be equal, which is advantageous for the computability of the connection. By profile part-shaped is meant a piece of a profile, such as for instance a tube or tube or H-profile.

5 In een uitvoering is het gebruikte lichaam cilindervormig, waarbij de cilinderhartlijn dwars op het vloeroppervlak gericht wordt.In one embodiment, the body used is cylindrical, the cylinder axis being directed transversely to the floor surface.

Het gebruikte lichaam kan voorzien zijn van tenminste één holte die bij plaatsing in hoofdzaak 10 vertikaal gericht is. Deze holte kan verticaal doorgaand zijn. In een uitvoering daarvan is het gebruikte lichaam bus-, koker- of hulsvormig, in het bijzonder met een cirkelvormige dwarsdoorsnede. De holte kan worden gevuld met een tweede hechtmiddel, waarbij het oppervlak van de 15 holte een vergroting vormt van het totale hechtoppervlak van het lichaam. Het tweede hechtmiddel bezit eveneens bij voorkeur een sterkte die minimaal gelijk is aan die van het beton van de vloerplaten, zoals beton kwaliteit B65 of hoger. In een eenvoudige uitvoering is het eerste 20 hechtmiddel gelijk aan het tweede hechtmiddel.The used body can be provided with at least one cavity which is substantially vertical when placed. This cavity can be vertically continuous. In one embodiment thereof, the body used is bush, sleeve or sleeve-shaped, in particular with a circular cross-section. The cavity can be filled with a second adhesive, the surface of the cavity forming an enlargement of the total adhesive surface of the body. The second adhesive also preferably has a strength that is at least equal to that of the concrete of the floor slabs, such as concrete grade B65 or higher. In a simple embodiment, the first adhesive is the same as the second adhesive.

Het gebruikte lichaam kan een in horizontale doorsnede in hoofdzaak convex omtreksoppervlak bezitten, in het bijzonder een in hoofdzaak cirkelvormig buitenoppervlak bezitten. Deze vorm past het best bij een met behulp van 25 boren gemaakte eerste en tweede uitsparing, waarbij een regelmatige spleetruimte makkelijk verkregen kan worden.The body used may have a substantially convex circumferential surface in horizontal cross-section, in particular a substantially circular outer surface. This shape fits best with a first and second recess made with the aid of drills, wherein a regular gap space can easily be obtained.

Indien het gebruikte lichaam na plaatsing in de eerste en tweede uitsparing met de bovenkant op afstand beneden het bovenvlak van de vloerplaten blijft, kan na 30 harding van het eerste hechtmiddel en eventuele tweede hechtmiddel en eventuele vulmateriaal de ruimte van de eerste en tweede uitsparing boven het lichaam worden gevuld met afdichtingsmateriaal dat gelijk kan zijn aan het voornoemde eerste hechtmiddel, tweede hechtmiddel of 35 vulmateriaal.If, after placement in the first and second recess, the used body remains at a distance below the upper surface of the floor plates, after curing of the first adhesive and any second adhesive and any filling material, the space of the first and second recess can be above the body may be filled with sealing material which may be the same as the aforementioned first adhesive, second adhesive or filler material.

Langs de lengte van de randen kunnen op tussenafstanden paren eerste en tweede uitsparingen zijn of 6 worden gemaakt en aldaar vervolgens de beschreven verbindingen worden gemaakt, zodat, na aanvulling met specie van de rest van de naad, een als het ware monolitisch vloerplaatsamenstel wordt verkregen.Along the length of the edges, pairs of first and second recesses can be made or spaced apart at intervals, and then the described connections can be made there, so that, after addition with grout from the rest of the seam, a monolithic floor plate assembly is obtained.

5 De werkwijze volgens de uitvinding leent zich voor het volledig ter plaatse toepassen, waarbij de eerste en tweede uitsparingen in situ gemaakt worden. In het bijzonder kan dat plaatsvinden in bestaande bouw, bijvoorbeeld als vervanging van de hiervoor beschreven 10 bestaande soorten verbindingen nadat gebleken is dat die niet meer voldoen. De werkwijze volgens de uitvinding is echter ook toepasbaar op nieuwbouw.The method according to the invention lends itself to full application on site, wherein the first and second recesses are made in situ. In particular, this can take place in existing buildings, for example as a replacement for the existing types of connections described above after it has been found that they no longer suffice. However, the method according to the invention is also applicable to new construction.

Vanuit een verder aspect voorziet de uitvinding in een werkwijze voor het verbinden van de bij elkaar 15 gelegen randen van twee naast elkaar gelegen voorgespannen geprefabriceerde betonnen vloerplaten, in het bijzonder TT-vloerplaten, waarbij in de beide randen op tegenover elkaar gelegen plaatsen respectievelijk een eerste en een tweede uitsparing is voorzien, waarbij een vormvast lichaam of 20 voorwerp tussen beide vloerplaten geplaatst wordt in de eerste en tweede uitsparingen, zodanig dat dit zich in beide uitsparingen bevindt, en daarin wordt vastgelegd met een hechtmiddel voor overdracht van dwarskrachten tussen de vloerplaten, waarbij het lichaam zich over meer dan de 25 helft van de hoogte van de vloerplaten, in het bijzonder de flenzen, uitstrekt. Bij voorkeur wordt gebruik gemaakt van een lichaam dat een hartlijn bezit, waarbij de hartlijn dwars op het vloeroppervlak gericht wordt. Het gebruikte lichaam kan langs zijn hartlijn een constante doorsnede 30 bezitten, bij voorkeur profieldeelvormig zijn.From a further aspect the invention provides a method for joining the adjacent edges of two adjacent pre-stressed prefabricated concrete floor plates, in particular TT floor plates, wherein in the two edges at opposite locations respectively a first and a second recess is provided, wherein a form-retaining body or object is placed between both floor plates in the first and second recesses, such that it is located in both recesses, and is fixed therein with an adhesive for transferring transverse forces between the floor plates, the body extending over more than half the height of the floor plates, in particular the flanges. Use is preferably made of a body which has a center line, the center line being directed transversely to the floor surface. The body used may have a constant cross-section along its axis, preferably be section-shaped.

Vanuit een verder aspect verschaft de uitvinding in een gebouw voorzien van een vloer opgebouwd uit naast elkaar geplaatste voorgespannen geprefabriceerde betonnen vloerplaten, in het bijzonder TT-vloerplaten,waarbij de bij 35 elkaar gelegen randen van twee naast elkaar gelegen vloerplaten met elkaar verbonden zijn door middel van een verbinding vervaardigd volgens een werkwijze volgens de 7 uitvinding.From a further aspect the invention provides in a building provided with a floor built up of juxtaposed pre-stressed prefabricated concrete floor slabs, in particular TT floor slabs, wherein the adjacent edges of two adjacent floor slabs are connected to each other by means of of a compound manufactured according to a method according to the invention.

Opgemerkt wordt dat uit WO 01/36197 een reparatiemethode voor parkeerdekken bekend is, waarbij bij de overgang tussen twee T-platen op een aantal plaatsen met 5 een in een verticaal vlak gehouden cirkelzaagblad van boven af een verticale, spieetvormige verdieping met in een verticaal vlak cirkeldeelvormige bodem gemaakt wordt, waarna epoxyhars in de spleet wordt ingebracht, gevolgd door een plat inzetstuk van composiet materiaal voor 10 verbinding van de beide T-platen.It is noted that a repair method for parking decks is known from WO 01/36197, wherein at the transition between two T-plates at a number of places with a circular saw blade held in a vertical plane from above a vertical, wedge-shaped recess with in a vertical plane circle-shaped bottom is made, after which epoxy resin is introduced into the gap, followed by a flat insert of composite material for joining the two T-plates.

DE 37 37 131 toont een verbinding tussen twee betonplaten, waarbij ter plaatse van de overgang verdiepingen worden aangebracht voor opname van hoekijzers, die gelast worden aan wapeningstaven van de bovenwapening 15 van de platen. De hoekijzers zijn met de opstaande benen naar elkaar gekeerd, en op de liggende benen daarvan wordt een korte ring geplaatst. Na vulling van de uitsparingen met mortel zorgt deze opstelling voor overdracht van horizontale trekkrachten tussen beide platen.DE 37 37 131 shows a connection between two concrete slabs, recesses being provided at the location of the transition for receiving angle irons which are welded to reinforcement bars of the upper reinforcement 15 of the slabs. The angle irons face each other with their upright legs, and a short ring is placed on their legs. After filling the recesses with mortar, this arrangement ensures the transfer of horizontal tensile forces between the two plates.

20 US 4.563.850 betreft het verbinden van twee platen van een betonbaan, waarbij ter plaatse van een voeg of scheur een uitsparing wordt gemaakt. In de uitsparing wordt een laagje hars aangebracht, en vervolgens een samengesteld lichaam van twee stijve schalen, een 25 elastomeer tussendeel en een koppelring geplaatst. Door het elastomeer tussendeel is het samengesteld lichaam niet vormvast. Beoogd wordt verplaatsingen in horizontale richting mogelijk te maken.US 4,563,850 relates to the connection of two plates of a concrete slab, wherein a recess is made at the location of a joint or crack. A layer of resin is applied in the recess, and subsequently a composite body of two rigid shells, an elastomer intermediate part and a coupling ring is placed. Due to the elastomer intermediate part, the composite body is not form-retaining. The intention is to make movements in the horizontal direction possible.

De in deze beschrijving en conclusies van de 30 aanvrage beschreven en/of de in de tekeningen van deze aanvrage getoonde aspecten en maatregelen kunnen waar mogelijk ook afzonderlijk van elkaar worden toegepast. Die afzonderlijke aspecten kunnen onderwerp zijn van daarop gerichte afgesplitste octrooiaanvragen. Dit geldt in het 35 bijzonder voor de maatregelen en aspecten welke op zich zijn beschreven in de volgconclusies.The aspects and measures described in this description and claims of the application and / or shown in the drawings of this application can where possible also be applied separately from each other. These individual aspects can be the subject of split-off patent applications that are aimed at this. This applies in particular to the measures and aspects that are described per se in the subclaims.

88

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGENBRIEF DESCRIPTION OF THE DRAWINGS

De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand van een aantal in de bijgevoegde tekeningen weergegeven 5 voorbeelduitvoeringen. Getoond wordt in:The invention will be elucidated on the basis of a number of exemplary embodiments shown in the accompanying drawings. Shown is:

Figuren IA en 1B respectievelijk een dwarsdoorsnede en een bovenaanzicht op een vloer opgebouwd uit TT-vloerplaten;Figures 1A and 1B show a cross-section and a top view, respectively, on a floor made up of TT floor plates;

Figuren 2A en 2B respectievelijk details van de 10 figuren 1B en IA, waarin een eerste stap in een voorbeeld van een werkwijze volgens de uitvinding wordt getoond;Figures 2A and 2B show details of figures 1B and IA, respectively, in which a first step is shown in an example of a method according to the invention;

Figuren 2C-F opeenvolgende stappen na de stap van figuren 2A,B in het voorbeeld van een werkwijze volgens de uitvinding; en 15 Figuren 3A en 3B respectievelijk een verticale en een horizontale doorsnede door een verbinding voor TT-vloerplaten als resultaat van een alternatieve uitvoering van een werkwijze volgens de uitvinding.Figures 2C-F consecutive steps after the step of figures 2A, B in the example of a method according to the invention; and Figures 3A and 3B show a vertical and a horizontal section through a connection for TT floor plates, respectively, as a result of an alternative embodiment of a method according to the invention.

20 GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN20 DETAILED DESCRIPTION OF THE DRAWINGS

De in figuren IA en 1B weergegeven vloer 1 is een verdiepingsvloer van een parkeer- en opsteldek voor vrachtwagens/opleggers met rijrichtingen A en is opgebouwd 25 uit onder andere een reeks naast elkaar geplaatste, aan de uiteinden in een gevel opgelegde TT-vloerplaten 2, die geprefabriceerd zijn, van voorgespannen beton, kwaliteit B65. De lengte kan bijvoorbeeld 20 m zijn, de breedte 2,5 m. De vloerplaten 2 omvatten elk een schil 4, twee ribben 3 30 en twee flenzen 5a,5b. De flenzen 5a,5b vormen langsranden 6a,6b. In het voorbeeld zijn twee naast elkaar geplaatste TT-vloerplaten 2a,2b getoond, die met de respectieve langsranden 6a,6b tot vlak bij elkaar reiken, onder vrijlating van een kleine langsspleet 7.The floor 1 shown in figures 1A and 1B is a storey floor of a parking and parking deck for lorries / trailers with driving directions A and is composed of, inter alia, a series of side-by-side TT floor plates 2 placed on the ends in a facade, that are prefabricated, of prestressed concrete, quality B65. The length can for instance be 20 m, the width 2.5 m. The floor plates 2 each comprise a shell 4, two ribs 3 and two flanges 5a, 5b. The flanges 5a, 5b form longitudinal edges 6a, 6b. In the example, two adjacent TT floor plates 2a, 2b are shown, which extend with the respective longitudinal edges 6a, 6b to close together, leaving a small longitudinal gap 7 free.

35 Wanneer een oplegger in de richting A rijdt wordt eerst de vloerplaat 2a belast, zodat deze zal doorbuigen om een lijn loodrecht op de langsrichting van de vloerplaat.When a trailer drives in the direction A, the floor plate 2a is first loaded, so that it will bend about a line perpendicular to the longitudinal direction of the floor plate.

99

Hierdoor zou de langsrand 6b lager komen te liggen dan de daarbij gelegen langsrand 6a (verplaatsing B) , waardoor de langsrand 6a een drempel zou vormen. Om dat te voorkomen worden verbindingen of koppelingen gemaakt tussen beide 5 langsranden 6a,6b, waarvoor de uitvinding een werkwijze verschaft. Deze verbindingen worden op een aantal in langsrichting op afstand van elkaar gelegen locaties aangebracht, zie de overdreven groot weergegeven cirkels in figuur 1B.As a result, the longitudinal edge 6b would come to be lower than the longitudinal edge 6a (displacement B) thereby, so that the longitudinal edge 6a would form a threshold. To prevent this, connections or couplings are made between the two longitudinal edges 6a, 6b, for which the invention provides a method. These connections are made at a number of locations that are spaced apart in the longitudinal direction, see the overly represented circles in Figure 1B.

10 In het voorbeeld van een werkwijze volgens de uivinding wordt, zie figuren 2A en 2B, ter plaatse van een te maken verbinding met een holle boor, in het werk, een rechte cirkelcilinder beton 8 uitgeboord, waarbij uit flens 5a een halve cilinder 8a en uit flens 5b een halve cilinder 15 8b wordt verwijderd (richting C) . Er resteert dan een cilindervormige uitsparing 9 (figuur 2C) , opgebouwd uit eerste uitsparing 9a en tweede uitsparing 9b. De hartlijn S van de uitsparing is verticaal en ligt midden tussen de beide randen 6a,6b. Het oppervlak 12 van de uitsparingen 20 9a,9b wordt behandeld met een primer ter verbetering van het hechtend vermogen.In the example of a method according to the invention, see figures 2A and 2B, at the location of a connection to be made with a hollow drill, in the work, a straight circular cylinder of concrete 8 is drilled out, with half a cylinder 8a from flange 5a and a half cylinder 8b is removed from flange 5b (direction C). A cylindrical recess 9 (Figure 2C) then remains, composed of first recess 9a and second recess 9b. The center line S of the recess is vertical and lies midway between the two edges 6a, 6b. The surface 12 of the recesses 9a, 9b is treated with a primer to improve the adhesiveness.

Vervolgens wordt tegen het ondervlak 10 een houten bekistingsplaat 11 bevestigd. Met gebruikmaking van een afdichtingskit 30 tussen de plaat 11 en het ondervlak 25 10 en van afdichtingsproppen 31 (bijvoorbeeld van neopreen) ter plaatse van de overgang van de spleet 7 naar de uitsparing 9 wordt de uitsparing 9 naar alle zijden, behalve naar boven, af gedicht tegen lek van het nog in te gieten materiaal.Next, a wooden casing plate 11 is attached to the bottom surface 10. Using a sealing kit 30 between the plate 11 and the bottom surface 10 and of sealing plugs 31 (for example, of neoprene) at the transition from the gap 7 to the recess 9, the recess 9 is all sides except upwards sealed against leakage of the material still to be poured.

30 Indien de dikte van de flenzen 5a, 5b verhoudingsgewijs groot is kan eerst een vullaag gietbare kunsthars 13 worden gestort (figuur 2C, richting D) . Deze vormt na voltooiing van de verbinding een neerwaartse afsluiting en afscherming.If the thickness of the flanges 5a, 5b is relatively large, a filling layer of castable resin 13 can first be poured (figure 2C, direction D). After completion of the connection, this forms a downward closure and shielding.

35 Nadat de giethars voldoende is gehard plaatst menAfter the casting resin has hardened sufficiently, it is placed

een stalen (kwaliteit S235), recht cirkelcilindervormige ring 20 op de vullaag 13, concentrisch met de hartlijn Sa steel (quality S235), straight circular cylindrical ring 20 on the filling layer 13, concentric with the center line S

10 (figuur 2D, richting E), met rondom een speling ten opzichte van de gatwand 12. De ring 20 bezit een buitenoppervlak 21 en een binnenoppervlak 22 en is op alle oppervlakken gecoat met een primer 23 en bestrooid met zand 5 om zandkorrels 24 vast te leggen op de van kunststof primer voorziene oppervlakken om het hechtoppervlak daarvan te vergroten.10 (Fig. 2D, direction E), with a clearance around the hole wall 12. The ring 20 has an outer surface 21 and an inner surface 22 and is coated on all surfaces with a primer 23 and sprinkled with sand 5 around sand grains 24 fixed to lay on the surfaces provided with plastic primer to increase the bonding surface thereof.

De ring kan een uitwendige diameter van 135 mm, een wanddikte van 7 mm en een hoogte van 80 mm bezitten, 10 waarbij de flensdikte bijvoorbeeld 100 mm bedraagt. De diameter van de uitsparing 9 kan daarbij 145 mm bedragen, zodat rondom een ringspleet 14 met een dikte van 5 mm over blijft. Te zien is dat de ring 20 de neutrale lijn nl in dwarsrichting van de vloerplaten 2a,2b snijdt.The ring can have an external diameter of 135 mm, a wall thickness of 7 mm and a height of 80 mm, the flange thickness being, for example, 100 mm. The diameter of the recess 9 can be 145 mm, so that a ring gap 14 with a thickness of 5 mm remains around all around. It can be seen that the ring 20 intersects the neutral line nl in the transverse direction of the floor plates 2a, 2b.

15 Vervolgens giet men (figuur 2E, richtingen F en G) een gietbare kunsthars 17 in de spleet 14 en een gietbare kunsthars 18 in de door de ring 20 omsloten ruimte. Deze kunstharsen kunnen hetzelfde zijn, en ook hetzelfde als kunsthars 13, met een kwaliteit van minimaal 20 die van beton kwaliteitsklasse B65. De kunstharsen kunnen een epoxyhars zijn. Zij kunnen minimaal een hechtsterkte van 15-20 N/mm2, een druksterkte van 130 N/mm2 en een E-modulus van 18,5 kN/mm2, en een treksterkte van meer dan 4 N/mm2 bezitten. De kunstharsen 17 en 18 gaan een sterke 25 hechting aan met de vullaag 13, de oppervlakken 12 en de ringoppervlakken 21 en 22, waardoor ter plaatse van de gemaakte verbinding optredende dwarskrachten ook op de lange duur worden overgedragen van de ene langsrand 6a op de andere langsrand 6b en de optredende vervormingen in het 30 randgebied door het grotendeels door de kunsthars omgeven lichaam gevolgd kunnen worden.Subsequently (figure 2E, directions F and G) a castable resin 17 is poured into the gap 14 and a castable resin 18 into the space enclosed by the ring 20. These synthetic resins can be the same and also the same as synthetic resin 13, with a quality of at least 20 that of concrete grade B65. The synthetic resins can be an epoxy resin. They can have a minimum adhesive strength of 15-20 N / mm2, a compressive strength of 130 N / mm2 and an E-modulus of 18.5 kN / mm2, and a tensile strength of more than 4 N / mm2. The synthetic resins 17 and 18 have a strong bond with the filling layer 13, the surfaces 12 and the ring surfaces 21 and 22, whereby transverse forces occurring at the location of the connection made are also transferred in the long term from one longitudinal edge 6a to the other longitudinal edge 6b and the deformations occurring in the edge region can be followed by the body largely surrounded by the synthetic resin.

Nadat de epoxyharsen zijn gehard dekt men de gevulde uitsparing af met een afdichtingsmateriaal 33, zoals een gietbare kunsthars, (figuur 2F) en verwijdert men 35 de plaat 11.After the epoxy resins have hardened, the filled recess is covered with a sealing material 33, such as a castable resin, (Figure 2F) and the plate 11 is removed.

In de figuren 3A en 3B is een uitvoering zonder vullaag weergegeven, waarbij de flensdikte 90 mm bedraagt.Figures 3A and 3B show an embodiment without a filling layer, the flange thickness being 90 mm.

1111

De ring 120 heeft dezelfde afmetingen als ring 20. Vergelijkbare onderdelen hebben dezelfde cijfers, vermeerderd met 100.The ring 120 has the same dimensions as the ring 20. Similar parts have the same numerals, plus 100.

Opgemerkt wordt dat de uitsparingen niet in elke 5 toepassing doorgaand hoeven te zijn. Men kan de uitsparingen ook laten reiken tot enige cm boven het ondervlak van de flenzen, in welk geval de langsranden al een soort van bekisting vormen voor in te gieten materiaal.It is noted that the recesses need not be continuous in every application. The recesses can also be extended to a few cm above the bottom surface of the flanges, in which case the longitudinal edges already form a kind of formwork for material to be poured.

Opgemerkt wordt voorts dat in plaats van de ring 10 een ander profieldeel gebruikt kan worden, zoals een H-profieldeel dat met de beide flenzen respectievelijk in de eerste en de tweede uitsparing, waarbij een groot hechtoppervlak verkregen kan worden. Bij een cirkelcilindervormige uitsparing zal de speling om het H-15 lichaam dan aanzienlijk groter zijn.It is further noted that a different profile part can be used instead of the ring 10, such as an H-profile part, with the two flanges respectively in the first and the second recess, whereby a large adhesive surface can be obtained. With a circular cylindrical recess, the clearance around the H-15 body will then be considerably greater.

De afmetingen van het toe te passen vormvaste lichaam en diameter en diepte van het uitsparingen zullen op basis van een door een constructeur te maken sterkteberekening bepaald worden, evenals de keuze van de 20 kunstharsen.The dimensions of the shape-retaining body to be used and the diameter and depth of the recesses will be determined on the basis of a strength calculation to be made by a manufacturer, as well as the choice of the synthetic resins.

De bovenstaande beschrijving is opgenomen om de werking van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding te illustreren, en niet om de reikwijdte van de uitvinding te beperken. Uitgaande van de bovenstaande uiteenzetting 25 zullen voor een vakman vele variaties evident zijn die vallen onder de geest en de reikwijdte van de onderhavige uitvinding.The above description is included to illustrate the operation of preferred embodiments of the invention, and not to limit the scope of the invention. Starting from the above explanation, many variations will be evident to those skilled in the art that fall within the spirit and scope of the present invention.

10355771035577

Claims

1. Method for joining the adjacent edges of two adjacent pre-stressed prefabricated concrete floor plates, in particular TT floor plates, wherein a first and a second recess are provided in the two edges at opposite locations, respectively wherein a form-retaining body or object that is calculated on the transfer of transverse forces between both floor plates with play is placed in the first and second recesses, such that it is located in both recesses, and the space in the two recesses around the body becomes filled with a first adhesive calculated on the transfer of transverse forces between the body and the adjacent floor plate, the first and / or the second recess 15 being vertically continuous and becoming a formwork at the bottom of the continuous recess (s) applied.

Method according to claim 1, wherein the body is placed on the top of the formwork.

3. Method as claimed in claim 1, wherein a bottom layer of filling material is poured into the two recesses before the body is placed, the body being placed thereon after stiffening or hardening of the filling material.

The method of claim 3, wherein the filler material and the first adhesive are the same.

5. Method as claimed in any of the foregoing claims, wherein the body has a height that is more than half, preferably 2/3 or more, of the thickness of the floor plate, in particular the flanges thereof.

Method according to any of the preceding 1035577 claims, wherein the body is positioned such that it intersects the horizontal plane in which the neutral line lies transversely of the floor plate.

7. Method as claimed in any of the foregoing claims, wherein the space around the body is spit-shaped.

8. Method as claimed in any of the foregoing claims, wherein the shapes of the boundary wall of the first and second recesses made and the outer side of the body used in said recesses substantially correspond to each other.

9. Method as claimed in any of the foregoing claims, wherein use is made of a body which has a center line, wherein the center line is directed transversely to the floor surface.

Method according to claim 9, wherein the body used has a constant cross-section along its axis, preferably is sectional.

11. Method as claimed in claim 9 or 10, wherein the body used is cylindrical, wherein the cylinder axis is directed transversely to the floor surface.

12. Method as claimed in any of the foregoing claims, wherein the body used is provided with at least one cavity which when placed is substantially vertical.

The method of claim 12, wherein the cavity is vertically continuous.

The method of claim 13, wherein the body used is sleeve, sleeve or sleeve shape.

The method of claim 12, 13 or 14, wherein the cavity is filled with a second adhesive.

The method of claim 15, wherein the first adhesive is the same as the second adhesive.

17. Method as claimed in any of the foregoing claims, wherein the body used has a substantially convex circumferential surface in horizontal cross-section.

The method of claim 17, wherein the body used has an outer surface that is substantially circular in horizontal cross-section.

19. Method as claimed in any of the foregoing claims, wherein the body used after placement in the first and second recess with the top remains at a distance below the top surface of the floor plates, wherein after curing of the first adhesive and optionally second adhesive and optional filler material space of the first and second recess above the body is filled with sealing material, which may be the same as the aforementioned first adhesive, second adhesive or filling material.

20. Method as claimed in any of the foregoing claims, wherein pairs of first and second recesses are made along the length of the edges at intermediate distances and the described connection is subsequently made there.

21. Method as claimed in any of the foregoing claims, wherein the first and second recesses are made in situ.

A method according to any one of the preceding claims, wherein the body is made of steel.

23. Method as claimed in any of the foregoing claims, wherein the first adhesive, the second adhesive and / or the filling material is a synthetic resin, preferably an epoxy resin.

24. Method for joining the adjacent edges of two adjacent pre-stressed prefabricated concrete floor plates, in particular TT floor plates, wherein a first and a second recess are provided in the two edges at opposite locations, respectively wherein a form-retaining body or object is placed between the two floor plates in the first and second recesses, such that it is located in both recesses, and is fixed therein with an adhesive for transferring transverse forces between the floor plates, the body extending over more than extends half the height of the floor slabs, in particular the flanges, wherein use is made of a body having a center line, the center line being directed transversely to the floor surface, the used body along its center line having a constant cross-section is preferably section-shaped.

25. Method according to one of the preceding claims, implemented in new construction.

The method of any one of claims 1-24, implemented in existing construction.

27. Building provided with a floor built up of juxtaposed pre-stressed prefabricated concrete floor slabs, in particular TT floor slabs, wherein the adjacent edges of two adjacent floor slabs are connected to each other by means of a connection manufactured according to one of the claims 1-24.

28. Building provided with one or more of the characterizing measures described in the attached description and / or shown in the attached drawings.

29. Method provided with one or more of the characterizing measures described in the attached description and / or shown in the attached drawings. -o-o-o-o-o-o-o-AF / HZ 1035 * 77