NL1035251C2

NL1035251C2 - Systeem, gebruikerseenheid en centrale verwerkingsinrichting voor het verschaffen van een spelactiviteit ten behoeve van ten minste één gebruiker.

Info

Publication number: NL1035251C2
Application number: NL1035251A
Authority: NL
Inventors: Jan-Auke Ferwerda; Joost Cornelis Van Uden
Original assignee: Outdoor Game Console B V
Priority date: 2008-04-03
Filing date: 2008-04-03
Publication date: 2009-10-06
Also published as: WO2009123440A1

Description

Korte aanduiding: Systeem, gebruikerseenheid en centrale verwerkingsinrichting voor het verschaffen van een spelactiviteit ten behoeve van ten minste één gebruiker.

5 BESCHRIJVING

Gebied van de uitvinding

De uitvinding heeft betrekking op een systeem voor het verschaffen van een spelactiviteit ten behoeve van ten minste één gebruiker, omvattende ten 10 minste één voor de ten minste ene gebruiker draagbare gebruikerseenheid, en verwerkingsmiddelen. De uitvinding is voorts gericht op een gebruikerseenheid, en op een centrale verwerkingsinrichting, beide voor gebruik in een systeem zoals hierboven is beschreven.

15 Achtergrond van de uitvinding

Mede door de populariteit van de (spel) computer staat buitenspelen en sporten niet meer boven aan het prioriteitenlijstje van kinderen. Buitenspelen, rennen, klimmen en klauteren geven echter wel de dagelijkse beweging die kinderen nodig hebben. In delen van grote steden ontbreekt het vaak 20 aan omgevingsstimuli (ruimte en faciliteiten) om kinderen actief met elkaar buiten te laten spelen. Kinderen verdrijven hun tijd daarom met alternatieve bezigheden. Laagdrempelige activiteiten zoals computeren en televisie kijken zijn gemakkelijk toegankelijk en bovendien verslavend. Het buiten spelen, zoals balletjes trappen op straat, verstoppertje, en dergelijke, legt het daardoor vaak af tegen bovengenoemde 25 binnenactiviteiten.

Doordat deze kinderen daardoor beweging tekort komen, verslechtert de gezondheid, en problemen zoals overgewicht liggen op de loer. Er zijn aanwijzingen dat overgewicht een relatief groot maatschappelijk probleem in de toekomst zal zijn.

30

Samenvatting van de uitvinding

Ten einde de maatschappij te behoeden voor maatschappelijk problemen zoals vroegtijdige sterfte, verminderde arbeidskracht, en een groter deel van het bruto nationaal inkomen dat wordt besteed aan ziektekosten, lijkt het nemen 10352 5 1 2 van actie onder de jeugd noodzakelijk te zijn. Het is daarom een doel van de onderhavige uitvinding een systeem te verschaffen dat kinderen stimuleert om buiten te spelen, en dat voldoende laagdrempelig en boeiend is om grote populariteit te kunnen genieten onder de jeugd.

5 De uitvinding verschaft daartoe een systeem voor het verschaffen van een spelactiviteit ten behoeve van ten minste één gebruiker, omvattende ten minste één voor de ten minste ene gebruiker draagbare gebruikerseenheid, verwerkingsmiddelen, en positiebepalingsmiddelen voor het bepalen van een positie van de ten minste ene gebruikerseenheid, waarbij het systeem is ingericht 10 voor het verschaffen van de positie van de ten minste ene gebruikerseenheid aan de verwerkingsmiddelen, verder omvattende geheugenmiddelen voor het opslaan van spelbegeleidingsinformatie en ingericht voor het verschaffen van de spel-begeleidingsinformatie aan de verwerkingsmiddelen, waarin de verwerkingsmiddelen zijn ingericht voor het sturen van de spelactiviteit middels het aan de ten 15 minste ene gebruikerseenheid verschaffen van stuuropdrachten in afhankelijkheid van de spelbegeleidingsinformatie en in afhankelijkheid van de positie van de ten minste ene gebruikerseenheid, en waarin de ten minste ene gebruikerseenheid is ingericht voor het verschaffen van indicatiesignalen aan de ten minste ene gebruiker in afhankelijkheid van de stuuropdrachten.

20 Doordat de positiebepalingsmiddelen de positie van de ten minste ene gebruikerseenheid doorgeven aan de verwerkingsmiddelen, zijn de verwerkingsmiddelen in staat om op grond van de positie van de ten minste ene gebruikerseenheid en de spelbegeleidingsinformatie het spelverloop van de spelactiviteit te sturen. Met spelbegeleidingsinformatie wordt informatie bedoeld op 25 grond waarvan spelbegeleiding kan plaatsvinden, dus met name bijvoorbeeld spelregels. Het sturen van het spelverloop vindt plaats middels het verschaffen van indicatiesignalen aan de ten minste ene gebruiker. Deze indicatie-signalen worden aan de gebruiker kenbaar gemaakt via de gebruikerseenheid. Bij voorkeur omvatten deze indicatiesignalen niet alleen indicatiesignalen die slechts worden ontvangen 30 door de gebruiker die de gebruikerseenheid draagt, maar worden de indicatiesignalen zodanig door de gebruikerseenheid verschaft dat deze voor alle andere gebruikers/deelnemers aan de spelactiviteit herkenbaar zijn. In een spel met twee teams, een blauw team en een groen team, kunnen bijvoorbeeld gebruikers van het blauwe team een gebruikerseenheid dragen welke blauw licht verschaft 3 gedurende het spelverloop. Wanneer bijvoorbeeld een speler van het blauwe team, bijvoorbeeld op grond van een spelregel, af is of buiten spel wordt gezet, kan de blauwe verlichting van de gebruikerseenheid bijvoorbeeld wijzigen in rode verlichting welke voor alle andere gebruikers zichtbaar is. Alle deelnemers aan het spel weten 5 dan dat de desbetreffende deelnemer op dat moment niet met het spel meedoet.

Niet alleen het verschaffen van lichtsignalen behoort tot de mogelijkheden, overeenkomstig een uitvoeringsvorm is het tevens mogelijk andere indicatiesignalen te verschaffen, bijvoorbeeld indicatiesignalen welke zijn gekozen uit een groep omvattende verlichtingsmiddelen voor het verschaffen van licht-10 signalen van één of meer kleuren, geluidvoortbrengingsmiddelen voor het vóórtbrengen van geluidssignalen, middelen voor het voortbrengen van tactiele signalen, zoals vibratie-eenheden, of eenheden voor het uitoefenen van krachten op het lichaam van de ten minste ene gebruiker, weergavemiddelen voor het weergeven van informatie aan de ten minste ene gebruiker.

15 Een spelsysteem overeenkomstig de uitvinding kan bijvoorbeeld buitenshuis worden gebruikt, maar tevens is het mogelijk een dergelijk spelsysteem te gebruiken in een gebouw, bijvoorbeeld in een sporthal of in een andere geschikte ruimte. Meerdere alternatieven uitvoeringsvormen van het spelsysteem behoren tot de mogelijkheden. Overeenkomstig een uitvoeringsvorm bestaat het spelsysteem 20 overeenkomstig de uitvinding bijvoorbeeld uit een centrale verwerkingsinrichting welke is ingericht voor het verschaffen van de stuuropdrachten aan de ten minste ene gebruikerseenheid, bijvoorbeeld via draadloze communicatiemiddelen. Positiebepaling van de ten minste ene gebruikerseenheid wordt verschaft door de postiebepalingsmiddelen, welke kunnen zijn opgenomen in de centrale verwerkings-25 inrichting, of in één of meer van de verwerkingsinrichtingen in de gebruikers-eenheden. Tevens kunnen de positiebepalingsmiddelen zich extern aan de verwerkingsmiddelen of de gebruikerseenheden bevinden.

Positiebepaling kan op verschillende wijzen plaatsvinden. De positiebepaling dient voldoende nauwkeurig te zijn om de gebruikerseenheden met 30 een nauwkeurigheid van maximaal 0,5 tot 1 meter mogelijk te maken. Zou dit niet het geval zijn dan dient het speelveld te groot te zijn, en kan positiebepaling van de gebruikerseenheden onvoldoende nauwkeurig plaatsvinden om de spelregels van de spelactiviteit te kunnen handhaven. Positiebepaling kan bijvoorbeeld gebaseerd zijn op een technologie gekozen uit een groep omvattende ultra wide band (UWB), 4 global positioning system (GPS), Galileo, radionavigatie, radarnavigatie, triangulering van signalen uitgezonden door de ten minste ene gebruikerseenheid en ander positionerings- en navigatietechnologieën. Voor de onderhavige toepassing blijkt ultra wide band (UWB) een uiterst geschikte positie-5 bepalingstechniek te zijn. Verder wordt opgemerkt dat hoewel commercieel toegepaste GPS een nauwkeurigheid heeft van ongeveer 5 meter, de GPS technologie van nature veel nauwkeuriger is, en zich daardoor toch kan lenen voor toepassing in een systeem overeenkomstig de uitvinding.

De techniek die wordt gebruikt voor communicatie tussen de 10 verwerkingsmiddelen en de ten minste ene gebruikerseenheid dient ten minste over een afstand van enkele tientallen meters effectieve communicatie mogelijk te maken. Gedacht kan bijvoorbeeld worden aan ultra wide band (UWB), bluetooth, radio gebaseerde communicatietechnieken etcetera.

Overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm bestaat een systeem-15 configuratie overeenkomstig de uitvinding uit een systeem van ten minste een gebruikerseenheid, en zijn de verwerkingsmiddelen verwerkt in de ten minste ene gebruikerseenheid. De ten minste ene gebruikerseenheid houdt daardoor zelf het spelverloop bij, en verschaft de benodigde indicatiesignalen aan de gebruiker. Wanneer de ten minste ene gebruikerseenheid op deze wijze bijvoorbeeld 20 deelneemt aan een spelactiviteit die binnen een groep van gebruikerseenheden wordt georganiseerd, is het bijvoorbeeld mogelijk dat één of meer van de deelnemende gebruikerseenheden verwerkingsmiddelen omvatten voor het bijhouden van het spelverloop en het sturen van het spelverloop stuuropdrachten. Tevens is het natuurlijk mogelijk dat iedere gebruikerseenheid het spelverloop 25 zelfstandig bijhoudt, en dat er zo mogelijk onderlinge communicatie plaatsvindt voor het uitwisselen van informatie en het synchroniseren van de verschillende gebruikerseenheden.

De geheugenmiddelen voor het opslaan van de spelbegeleidings-informatie kunnen bijvoorbeeld worden gevormd door insteekmodules welke 30 verbonden kunnen worden met de verwerkingsmiddelen. Gedacht kan tevens worden aan universal serial bus (USB) geheugen stick, geheugenkaartjes, magnetische geheugenmiddelen, geheugenmiddelen welke met behulp van bluetooth communiceren met de verwerkingsmiddelen, of interne geheugenmiddelen verbonden met de verwerkingsmiddelen. De spelbegeleidingsinformatie 5 die kan worden opgeslagen in de geheugenmiddelen verschaft de mogelijkheid om verschillende speltypen en varianten te kunnen begeleiden, zodat de uitvinding een spelsysteem verschaft waarmee vele verschillende spellen gespeeld kunnen worden.

5 De ten minste ene gebruikerseenheid kan op vele verschillende manieren zijn uitgevoerd, maar is zodanig uitgevoerd dat deze door een gebruiker gedragen kan worden. De gebruikerseenheid kan bijvoorbeeld een eenheid zijn welke door de gebruiker bij zich gedragen kan worden, bijvoorbeeld in een broekzak, maar kan tevens zijn ingericht voor het losneembaar bevestigen van de 10 gebruikerseenheid aan het lichaam, of een lichaamsdeel, of de kleding van een gebruiker. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een armband, een polsband, een handschoen, een hoofdband, een tuigje, zoals een schouderholster, een heupriem, een beenband, een hoofddeksel, een hoofdtelefoon, schoeisel, een broek of een vest of een gebruikerseenheid voorzien van klem- of bevestigingsmiddelen.

15 De uitvinding is overeenkomstig een verder aspect gericht op een werkwijze voor het verschaffen van een spelactiviteit ten behoeve van ten minste één gebruiker, met behulp van een systeem overeenkomstig één der voorgaande conclusies, het systeem omvattende ten minste één voor de ten minste ene gebruiker draagbare gebruikerseenheid, verwerkingsmiddelen, geheugenmiddelen 20 voor het opslaan van spelbegeleidingsinformatie, en positiebepalingsmiddelen, de werkwijze omvattende de stappen van: het bepalen van een positie van de ten minste ene gebruikerseenheid met behulp van de positiebepalingsmiddelen; het verschaffen van de positie van de ten minste ene gebruikerseenheid aan de verwerkingsmiddelen; het verschaffen van de spelbegeleidingsinformatie aan de 25 verwerkingsmiddelen; het sturen van de spelactiviteit met behulp van de verwerkingsmiddelen middels het aan de ten minste ene gebruikerseenheid verschaffen van stuuropdrachten in afhankelijkheid van de spelbegeleidingsinformatie en in afhankelijkheid van de positie van de ten minste ene gebruikerseenheid; en het door de ten minste ene gebruikerseenheid 30 verschaffen van indicatiesignalen aan de ten minste ene gebruiker in afhankelijkheid van de stuuropdrachten. Deze werkwijze kan zijn geïmplementeerd middels een computerprogrammaproduct, dat tevens deel uitmaakt van de uitvinding.

6

Beknopte omschrijving van de tekeningen

De uitvinding zal in het navolgende worden toegelicht aan de hand van enkele niet als beperkend bedoelde uitvoeringsvormen daarvan, onder verwijzing naar de bijgevoegde tekeningen, waarin: 5 figuur 1 een eerste uitvoeringsvorm van een systeem overeenkomstig de uitvinding toont; figuur 2 een tweede uitvoeringsvorm van een systeem overeenkomstig de uitvinding toont; figuur 3 een gebruikerseenheid toont voor gebruik in een systeem 10 overeenkomstig de onderhavige uitvinding, bevestigd aan de arm van een gebruiker.

Gedetailleerde beschrijving van de voorkeursuitvoerinasvormen

Figuur 1 toont een systeem overeenkomstig een uitvoeringsvorm van de uitvinding. In figuur 1 is een denkbeeldig speelveld 1 met een stippellijn 15 aangegeven. In dit speelveld bevinden zich een aantal spelers welke deelnemen aan een spelactiviteit. Elk van de spelers draagt een gebruikerseenheid, zoals gebruikerseenheid 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9 en 10. De gebruikerseenheid kan bijvoorbeeld worden gedragen bevestigd aan een ledemaat of aan de kleding van een gebruiker. De deelnemers aan de spelactiviteit zijn in het voorbeeld van figuur 1 in twee 20 groepen verdeeld: groep A en groep B. De gebruikerseenheden behorend bij een deelnemer van groep A zijn aangegeven met “A”, zoals gebruikerseenheden 3, 4, 5, en 6. De gebruikers-eenheden behorend bij deelnemers van groep B zijn aangeduid met een “B”, zoals gebruikerseenheden 7, 8, 9 en 10. Voorts bevindt zich in het speelveld een centrale eenheid 13, bijvoorbeeld in de vorm van een ‘buut-vrij"-paal 25 welke een rol vervult in de spelactiviteit. Het verdelen van deelnemers in groepen wordt uiteraard bepaald door de te spelen spelactiviteit - er kan ook worden gewerkt met individuele deelnemers.

Elk van de gebruikerseenheden 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9 en 10 is voorzien van een antenne-eenheid, zoals bijvoorbeeld antenne-eenheid 14 van 30 gebruikerseenheid 8. De buut-vrijpaal 13 is eveneens voorzien van een antenne-eenheid 16. Via deze antenne-eenheden kunnen de gebruikerseenheden 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9 en 10, alsmede de buut-vrijpaal 13, onderling en met een centrale-eenheid 20 welke de spelactiviteit begeleidt communiceren. Een verdere functie van de antenne-eenheden van de gebruikerseenheden 3-10 is dat deze positiebepaling van 7 de gebruikers-eenheden in het speelveld 1 mogelijk maken.

De centrale eenheid 20 omvat een microverwerkingseenheid 24 en communicatiemiddelen 21. De communicatiemiddelen 21 zijn verbonden met antenne-eenheid 19 voor het doorgeven van signalen, zoals bijvoorbeeld gegevens-5 verkeer, aan de gebruikerseenheden 3-10 en/of de buut-vrijpaal 13. Voorts omvat centrale verwerkingseenheid 20 een positiebepalingseenheid 25, welke via de communicatiemiddelen 21 en de antenne-eenheid 19, bijvoorbeeld met behulp van ultra wideband (UWB) de positie kan bepalen van elk van de gebruikerseenheden 3-10 en buut-vrijpaal 13 in het speelveld 1. De actuele positie, zoals bepaald door de 10 positiebepalingsmiddelen 25 kan worden doorgegeven aan de microverwerkingseenheid 24 voor het begeleiden van de spelactiviteit. De microverwerkingseenheid 24 weet op basis van de gegevens ontvangen van de positiebepalingsmiddelen 25, waar de gebruikerseenheden 3-10 zich op dat moment in het speelveld 1 bevinden.

De microverwerkingseenheid 24 kan met behulp van geschikte 15 software, op grond van spelbegeleidingsinformatie zoals spelregels, bijvoorbeeld een puntentelling voor groepen A en B, bijhouden en kan tevens bepalen of de spelers met gebruikers-eenheden 3-10 zich aan de spelregels houden. Op grond van de spelregels kan de microverwerkingseenheid 24 bijvoorbeeld vaststellen dat een gebruiker zich buiten het speelveld 1 bevind. De microverwerkingseenheid 24 20 kan, aan de hand van de actuele posities van de gebruikerseenheden 3-10, en de spelbegeleidingsinformatie, stuuropdrachten voortbrengen. Via de communicatiemiddelen 21 en de antenne-eenheid 19 kunnen deze stuuropdrachten worden verzonden aan de gebruikerseenheden 3-10. Het is zo mogelijk een stuuropdracht te verzenden aan antenne-eenheid 14 van gebruikerseenheid 8 25 wanneer deze, bijvoorbeeld op grond van het overtreden van een spelregel of het voldoen aan bepaalde voorwaarden, tijdelijk van deelname aan het spel dient te worden uitgeschakeld. Tevens kan desgewenst score-informatie worden doorgegeven aan de gebruikerseenheden. De gebruikers-eenheid 8, welke een stuuropdracht ontvangt dat deze tijdelijk van deelname aan het spel is uitgesloten, 30 zal via indicatiemiddelen (niet getoond) op de gebruikerseenheid 8, aan de deelnemer welke de gebruikerseenheid 8 draagt kenbaar maken dat deze tijdelijk van deelname is uitgesloten. Een voorbeeld hiervan is dat de gebruikerseenheid bijvoorbeeld is uitgevoerd als armband, en dat de gebruikerseenheid 8 fel rood wordt verlicht om aan de deelnemer welke gebruikerseenheid 8 draagt, alsmede aan 8 de andere deelnemers van het spel, aan te geven dat deze deelnemer tijdelijk van deelname is uitgesloten.

De buut-vrijpaal 13 kan een andere rol in het spel vervullen. Zo is het mogelijk dat de uitgesloten deelnemer behorend bij gebruikers-eenheid 8 zich zo 5 spoedig mogelijk naar de buut-vrijpaal 13 dient te begeven, en dat hij bij aankomst bij de buut-vrijpaal 13 (of binnen een bepaalde afstand daarvan) automatisch weer door de centrale verwerkingseenheid 20 wordt geactiveerd middels het ontvangen van door de microverwerkingseenheid 24 gestuurde stuuropdrachten. De deelnemer behorend bij gebruikerseenheid 8 kan dan weer deelnemen aan het spel. De 10 antenne-eenheid 16 van buut-vrijpaal 13 dient in dit geval als middel om de positie van de buut-vrijpaal 13 in het speelveld vast te stellen. Tevens is het mogelijk dat de buut-vrijpaal 13 een bijzondere rol in het spel vervult, en dat de antenne-eenheid 16 van buut-vrijpaal 13 eveneens stuuropdrachten ontvangt van de centrale eenheid 20, en in reactie op de ontvangen stuuropdracht een bepaalde indicatie aan de 15 deelnemers van het spel verschaft door bijvoorbeeld kleur te veranderen of een score weer te geven. De gebruikerseenheden 3-10, alsmede de buut-vrijpaal 13, kunnen informatie aan de deelnemers op verscheidene wijzen verschaffen, bijvoorbeeld via lichtsignalen, geluidssignalen, trillingen en andere tactiele signalen.

De centrale verwerkingseenheid 20 omvat voorts een ingangs-20 uitgangspoort 26 waarop een insteekmodule 29 is aangesloten. De ingangs-uitgangspoort 26 kan bijvoorbeeld een reguliere universele seriële bus (USB) aansluiting zijn, voor het insteken van een geheugenkaart. De insteekmodule 29 omvat een geheugen 30 waarop de spelbegeleidingsinformatie is opgeslagen. De microverwerkingseenheid 24 kan deze informatie uit het geheugen 30 van de 25 insteekmodule 29 uitlezen, en eventueel kan ook informatie vanaf de microverwerkingseenheid 24 worden geschreven naar de geheugeneenheid 30. Zo is het mogelijk om alle positie-informatie ontvangen van de positiebepalings-middelen 25 tevens weg te schrijven naar het geheugen 30 van insteekmodule 29, zodat het spelverloop na afloop van het spel via een beeldscherm nogmaals zichtbaar 30 gemaakt kan worden (ten behoeve van analyse van het spel, of gewoon ter entertainment).Natuurlijk kunnen ook spelscores, deelnemerslijsten, en andere spelgerelateerde gegevens naar het geheugen 30 geschreven worden.

In de uitvoeringsvorm van figuur 1 is het geheugen 30 omvattende de spelinformatie uitgevoerd als insteekmodule 29 via USB-poort. De vakman zal 9 begrijpen dat dit geheugen ook op andere wijzen in de centrale verwerkingseenheid 20 van figuur 1 verwerkt kan zijn, bijvoorbeeld via een vast geheugen. Tevens is het mogelijk de spelinformatie via een liveverbinding en telecommunicatienetwerk (niet getoond) op te halen vanaf bijvoorbeeld een centrale server. Andere oplossingen 5 voor het verschaffen van de spelbegeleidingsinformatie aan de micro-verwerkingseenheid 24 zullen voor de vakman duidelijk zijn.

Figuur 2 toont een verdere uitvoeringsvorm van het systeem overeenkomstig de uitvinding, waarin een veelheid gebruikerseenheden 36, 37, 38, 39, 40, 41, 42 en 43 zich op een speelveld 35 bevinden. Elke gebruikerseenheid, 10 zoals gebruikerseenheid 36, is voorzien van een microverwerkingseenheid 46, communicatiemiddelen 47, positiebepalingsmiddelen 45 en een communicatie-antenne 49. Voorts kunnen de gebruikerseenheden zijn voorzien van een geheugen 48 waarin spelbegeleidings-informatie kan worden opgeslagen. Geheugen 48 kan zijn uitgevoerd als vast geheugen dat deel uitmaakt van een gebruikerseenheid, 15 maar kan tevens zijn voorzien als insteekmodule in de gebruikerseenheid. De positiebepalingsmiddelen 45 werken samen met de communicatiemiddelen 47 en antenne 49 voor het bepalen van de positie van de andere gebruikerseenheden in de nabijheid. Indien dit van belang is, kan de omvang van het speelveld 35 door de positiebepalingsmiddelen 45 worden vastgesteld aan de hand van een in het 20 systeem opgenomen (maar niet getoonde) vaste referentie. Deze vaste referentie kan bijvoorbeeld worden gevormd door de ‘buut-vrij’-paal zoals getoond in figuur 1, maar kan tevens een andere vast referentiepunt zijn, zoals bijvoorbeeld een speciaal daarvoor ingericht referentiepunt, of bijvoorbeeld antenne van een zendontvangst-station van een mobiel telecommunicatienetwerk. Voor 25 spelactiviteiten waarvoor geen vast omlijnd speelveld nodig is, bijvoorbeeld ‘tikkertje’, zijn vaste referentiepunten niet noodzakelijk, en is het slechts van belang dat de positiebepalingsmiddelen 45 van elk van de gebruikerseenheden in staat zijn de posities van de eigen en andere gebruikerseenheden te bepalen.

Als alternatief op de uitvoeringsvorm getoond in figuur 2 is het 30 tevens mogelijk dat slecht één of enkele van de gebruikerseenheden welke meedoen aan de spelactiviteit, zijn voorzien van de positiebepalingsmiddelen 45, en dat de posities van de andere deelnemende gebruikerseenheden onderling worden doorgegeven. Voorts is het mogelijk om, in een tussenvorm van de uitvoeringsvormen overeenkomstig figuur 1 en overeenkomstig figuur 2, een 10 gebruikerseenheid te verschaffen welke geavanceerder is dan de andere gebruikerseenheden in het systeem, waarin de geavanceerde gebruikerseenheid dienst doet als centrale verwerkingseenheid.

Elk van de gebruikerseenheden is indicatiemiddelen 50, 5 bijvoorbeeld uitgevoerd als verlichtingseenheid, voor het attenderen van de deelnemers aan de spelactiviteit op het optreden van bepaalde spelsituaties. In het in figuur 2 getoonde voorbeeld wordt bijvoorbeeld de deelnemer welke gebruikerseenheid 42 draagt, door indicatiemiddelen 51 opmerkzaam gemaakt van een gebeurtenis welke op deze deelnemer betrekking heeft.

10 In figuur 3 is schematisch een voorbeeld van een gebruikers eenheid getoond, gevormd door een armband 54 welke aan de arm 53 van de deelnemer verzet kan worden. De armband 54 omvat indicatormiddelen 55, bijvoorbeeld een luidspreker of verlichtingseenheid, of een trilalarm, en is voorts voorzien van een module 57 waarin zich de verwerkingsmlddelen en de positie-15 bepalingsmiddelen kunnen bevinden. De module 57 is verbonden met een antenne 56 voor communicatie met andere gebruikerseenheden en/of de centrale verwerkingseenheid.

Het spelsysteem overeenkomstig de uitvinding voorziet in een computergestuurde omgeving waarmee groepsspelen in kleine en grote ruimten 20 (sportzaal) of in de buitenlucht gespeeld kunnen worden. Het verschaft de aantrekkelijkheid en veelzijdigheid van een spelcomputer, en combineert dit met de voordelen van spelactiviteiten die over grotere speelvelden/ruimten plaatsvinden. Hierdoor wordt het deelnemen aan groepsspelen en dergelijke spelactiviteiten aantrekkelijker gemaakt, waardoor beweging wordt gestimuleerd.

25 In het bovenstaande zijn de positiebepalingsmiddelen en communicatiemiddelen omwille van het begrip van de uitvinding functioneel los van elkaar vermeld. De vakman zal echter begrijpen dat deze functionaliteiten kunnen zijn geïntegreerd in een enkele eenheid, of als losse eenheden kunnen zijn voorzien. Ultra Wide Band communicatie kan bijvoorbeeld zowel (gegevens)communicatie als 30 positiebepaling mogelijk maken via een enkel systeem. Daarentegen kan ook zijn voorzien in een losse communicatie-eenheid en bijvoorbeeld een GPS (of andere) module.

De vakman zal begrijpen dat de hier bovenbeschreven en in de figuren getoonde uitvoeringsvormen anders kunnen worden uitgevoerd, of kunnen 11 worden gewijzigd, bijvoorbeeld afhankelijk van de specifieke situatie waarin deze wordt toegepast. Dergelijke wijziging of modificatie is mogelijk zonder afbreuk te doen aan de in de navolgende conclusies uiteengezette beschermingsomvang van de uitvinding.

5 1035251

Claims

1. Systeem voor het verschaffen van een spelactiviteit ten behoeve van ten minste één gebruiker, omvattende ten minste één voor de ten minste ene 5 gebruiker draagbare gebruikerseenheid, verwerkingsmiddelen, en positiebepalings-middelen voor het bepalen van een positie van de ten minste ene gebruikerseenheid, waarbij het systeem is ingericht voor het verschaffen van de positie van de ten minste ene gebruikerseenheid aan de verwerkingsmiddelen, verder omvattende geheugenmiddelen voor het opslaan van spelbegeleidingsinformatie en ingericht 10 voor het verschaffen van de spelbegeleidingsinformatie aan de verwerkingsmiddelen, waarin de verwerkingsmiddelen zijn ingericht voor het sturen van de spelactiviteit middels het aan de ten minste ene gebruikerseenheid verschaffen van stuuropdrachten in afhankelijkheid van de spelbegeleidingsinformatie en in afhankelijkheid van de positie van de ten minste ene gebruikerseenheid, en waarin 15 de ten minste ene gebruikerseenheid is ingericht voor het verschaffen van indicatiesignalen aan de ten minste ene gebruiker in afhankelijkheid van de stuuropdrachten.

2. Systeem volgens conclusie 1, verder omvattende communicatiemiddelen voor het vrijgeven van communicatie tussen de verwerkingsmiddelen en 20 de ten minste ene gebruikerseenheid.

3. Systeem volgens conclusie 2, waarin de communicatiemiddelen draadloze communicatiemiddelen omvatten.

4. Systeem volgens conclusie 3, waarin de communicatiemiddelen zijn gekozen uit een groep omvattende ultra wide band (UWB) gebaseerde 25 communicatiesystemen, bluetooth, radiocommunicatie.

5. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, waarin de verwerkingsmiddelen zijn opgenomen in een centrale verwerkingsinrichting.

6. Systeem volgens conclusie 5, en ten minste één der conclusies 2-4, waarbij de centrale verwerkingsinrichting is ingericht voor het communiceren met de 30 ten minste ene gebruikerseenheid middels de communicatiemiddelen.

7. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, waarin de verwerkingsmiddelen één of meer verwerkingseenheden omvatten, waarbij ten minste één leidende gebruikerseenheid van de ten minste ene gebruikerseenheid is voorzien van ten minste één van de verwerkingseenheden. 1035251

8. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, waarin de positiebepalingsmiddelen één of meer positiebepalingseenheden omvatten, waarbij ten minste één positiebepalende gebruikerseenheid van de ten minste ene gebruikerseenheid is voorzien van ten minste één van de positiebepalingseenheden. 5

9. Systeem volgens conclusies 7 en 8, waarin een positiebepalende leidende gebruikerseenheid van de ten minste ene gebruikerseenheid is voorzien van de ten minste ene verwerkingseenheid en de ten minste ene positie-bepalingseenheid.

10. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, waarin de 10 positiebepalingsmiddelen zijn ingericht voor het verschaffen van positiebepaling op basis van ten minste één technologie gekozen uit een groep van technologiën omvattende ultra wide band (UWB), global positioning system (GPS), Galileo, radio-navigatie, radar-navigatie, triangulering van signalen uitgezonden door de ten minste ene gebruikerseenheid, en andere positionerings- en navigatietechnologiën. 15

11. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, waarin de gebruikerseenheid is ingericht voor het losneembaar bevestigen daarvan aan het lichaam van een gebruiker.

12. Systeem volgens conclusie 11, waarin de gebruikerseenheid is gekozen uit een groep omvattende een armband, een polsband, een handschoen, 20 een hoofdband, een tuigje, zoals een schouderholster, een heupriem, een beenband, een hoofddeksel, een hoofdtelefoon, schoeisel, een broek of een vest.

13. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, waarin de ten minste ene gebruikerseenheid voor het verschaffen van de indicatiesignalen ten minste één element omvat gekozen uit een groep omvattende verlichtingsmiddelen 25 voor het verschaffen van lichtsignalen van één of meer kleuren, geluid- voortbrengingsmiddelen voor het voortbrengen van geluidssignalen, middelen voor het voortbrengen van tactiele signalen, zoals vibratie-eenheden, of eenheden voor het uitoefenen van krachten op het lichaam van de ten minste ene gebruiker, weergavemiddelen voor het weergeven van informatie aan de ten minste ene 30 gebruiker.

14. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, waarin de geheugenmiddelen ten minste één element omvatten gekozen uit een groep omvattende een werkzaam met de verwerkingsmiddelen verbindbare insteekmodule, zoals een geheugenkaart, een geheugenmodule ingericht voor draadloze communicatie, een vast met de verwerkingsmiddelen verbonden geheugen, magnetische of optische gegevensopslagmiddelen, zoals compactdisk of diskette.

15. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, verder 5 omvattende weergavemiddelen voor het aan elke gebruiker weergeven van speltoestandsinformatie.

16. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, verder omvattende invoermiddelen voor het door de gebruiker verschaffen van gebruikersinvoer betreffende de spelactiviteit aan het systeem.

17. Gebruikerseenheid voor gebruik in een systeem volgens één der conclusies 1-16.

18. Werkwijze voor het verschaffen van een spelactiviteit ten behoeve van ten minste één gebruiker, met behulp van een systeem overeenkomstig één der voorgaande conclusies, het systeem omvattende ten minste één voor de ten minste ene gebruiker draagbare gebruikerseenheid, verwerkingsmiddelen, geheugenmiddelen voor het opslaan van spelbegeleidingsinformatie, en 20 positiebepalingsmiddelen, de werkwijze omvattende de stappen van: het bepalen van een positie van de ten minste ene gebruikerseenheid met behulp van de positiebepalingsmiddelen; het verschaffen van de positie van de ten minste ene gebruikerseenheid aan de verwerkingsmiddelen; 25 het verschaffen van de spelbegeleidingsinformatie aan de verwerkingsmiddelen; het sturen van de spelactiviteit met behulp van de verwerkingsmiddelen middels het aan de ten minste ene gebruikerseenheid verschaffen van stuuropdrachten in afhankelijkheid van de 30 spelbegeleidingsinformatie en in afhankelijkheid van de positie van de ten minste ene gebruikerseenheid; en het door de ten minste ene gebruikerseenheid verschaffen van indicatiesignalen aan de ten minste ene gebruiker in afhankelijkheid van de stuuropdrachten.

18. Centrale verwerkingsinrichting voor gebruik in een systeem volgens één der conclusies 1-16, voorzover afhankelijk van ten minste één der conclusies 5 of 6.

19. Computerprogrammaproduct voor het uitvoeren van een werkwijze overeenkomstig conclusie 18, met behulp van een systeem volgens één der conclusies 1-17. 5 103525 1