NL1035004C2 - Slide for mounting on vehicle i.e. tractor for moving e.g. soil, has central axis and two blades, where one end of each of blades swivels with respect to central axis - Google Patents
Slide for mounting on vehicle i.e. tractor for moving e.g. soil, has central axis and two blades, where one end of each of blades swivels with respect to central axis Download PDFInfo
- Publication number
- NL1035004C2 NL1035004C2 NL1035004A NL1035004A NL1035004C2 NL 1035004 C2 NL1035004 C2 NL 1035004C2 NL 1035004 A NL1035004 A NL 1035004A NL 1035004 A NL1035004 A NL 1035004A NL 1035004 C2 NL1035004 C2 NL 1035004C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- blades
- slide
- central axis
- vehicle
- tractor
- Prior art date
Links
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E02—HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
- E02F—DREDGING; SOIL-SHIFTING
- E02F3/00—Dredgers; Soil-shifting machines
- E02F3/04—Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven
- E02F3/76—Graders, bulldozers, or the like with scraper plates or ploughshare-like elements; Levelling scarifying devices
- E02F3/7609—Scraper blade mounted forwardly of the tractor on a pair of pivoting arms which are linked to the sides of the tractor, e.g. bulldozers
- E02F3/7613—Scraper blade mounted forwardly of the tractor on a pair of pivoting arms which are linked to the sides of the tractor, e.g. bulldozers with the scraper blade adjustable relative to the pivoting arms about a vertical axis, e.g. angle dozers
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E02—HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
- E02F—DREDGING; SOIL-SHIFTING
- E02F3/00—Dredgers; Soil-shifting machines
- E02F3/04—Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven
- E02F3/76—Graders, bulldozers, or the like with scraper plates or ploughshare-like elements; Levelling scarifying devices
- E02F3/7609—Scraper blade mounted forwardly of the tractor on a pair of pivoting arms which are linked to the sides of the tractor, e.g. bulldozers
- E02F3/7618—Scraper blade mounted forwardly of the tractor on a pair of pivoting arms which are linked to the sides of the tractor, e.g. bulldozers with the scraper blade adjustable relative to the pivoting arms about a horizontal axis
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E02—HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
- E02F—DREDGING; SOIL-SHIFTING
- E02F3/00—Dredgers; Soil-shifting machines
- E02F3/04—Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven
- E02F3/76—Graders, bulldozers, or the like with scraper plates or ploughshare-like elements; Levelling scarifying devices
- E02F3/80—Component parts
- E02F3/815—Blades; Levelling or scarifying tools
- E02F3/8155—Blades; Levelling or scarifying tools provided with movable parts, e.g. cutting discs, vibrating teeth or the like
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Mining & Mineral Resources (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Soil Working Implements (AREA)
Abstract
Description
Titel: Schuif, bestemd voor bevestiging aan een voertuig zoals een tractorTitle: Slide intended for attachment to a vehicle such as a tractor
De uitvinding heeft betrekking op een schuif, bestemd voor bevestiging aan een voertuig zoals een tractor, en bestemd om te worden toegepast voor het verplaatsen van grond, zand en dergelijke.The invention relates to a slide intended for attachment to a vehicle such as a tractor, and intended to be used for moving soil, sand and the like.
Een dergelijke schuif is in de praktijk bekend, en kent diverse 5 toepassingen. Zo kan de schuif bij grondverzetwerkzaamheden worden ingezet, maar kan bijvoorbeeld ook voor het verplaatsen van mest of voer, of sneeuw worden gebruikt. De bekende schuif omvat een enkel deel dat op een voorzijde van een voertuig wordt gemonteerd, en dan op een dusdanige hoogte wordt gebracht dat een onderrand van de 10 schuif over de ondergrond schraapt, bijvoorbeeld wanneer het de bedoeling is mest op te ruimen, of net in een bovenlaag van de ondergrond wordt gedrukt, bijvoorbeeld in het geval van grondverzetwerkzaamheden .Such a slide is known in practice, and has various applications. For example, the slider can be used for earthmoving work, but it can also be used, for example, for moving manure or feed or snow. The known slider comprises a single part that is mounted on a front of a vehicle, and then brought to a height such that a lower edge of the slider scrapes over the substrate, for instance when it is intended to clear up manure, or just is pressed into an upper layer of the substrate, for example in the case of earthmoving work.
De bekende schuif is goed in staat de gewenste functies te ver-15 vullen, maar er is toch behoefte aan een verbetering van de schuif, in het bijzonder een verbetering die er op gericht is de functionaliteit van de schuif verder uit te breiden. Met het oog daarop verschaft de uitvinding een schuif die een centrale as en twee bladen omvat, waarbij een uiteinde van elk van de bladen draaibaar om de 20 centrale as is aangebracht, en waarbij de bladen onafhankelijk van elkaar ten opzichte van de centrale as te draaien zijn.The known slide is well able to perform the desired functions, but there is nevertheless a need for an improvement of the slide, in particular an improvement aimed at further extending the functionality of the slide. In view of this, the invention provides a slider comprising a central axis and two blades, one end of each of the blades being rotatably arranged about the central axis, and wherein the blades rotate independently of each other relative to the central axis to be.
In tegenstelling tot de bekende schuif omvat de schuif volgens de uitvinding niet slechts één enkel deel om de daadwerkelijke schuiffunctie uit te oefenen, maar heeft deze twee delen, namelijk 25 twee bladen die op een centrale as zijn gemonteerd. De bladen zijn draaibaar ten opzichte van de centrale as, en kunnen onafhankelijk van elkaar bewegen, waardoor een groot scala aan configuraties van de schuif ingesteld kan worden. Hierdoor biedt de schuif volgens de uitvinding aanzienlijk meer mogelijkheden dan de bekende schuif, 30 waarbij het weliswaar mogelijk is de positie ten opzichte van een voertuig te variëren, maar waarvan de vorm verder niet veranderd kan worden.In contrast to the known slide, the slide according to the invention comprises not only a single part for performing the actual slide function, but has two parts, namely two blades mounted on a central axis. The blades are rotatable relative to the central axis, and can move independently of each other, allowing a wide range of slide configurations to be set. As a result, the slide according to the invention offers considerably more possibilities than the known slide, wherein it is indeed possible to vary the position relative to a vehicle, but the shape of which cannot be changed further.
In eerste instantie lijkt het niet goed mogelijk om een schuif met twee beweegbare delen te verschaffen, omdat de schuif toepasbaar 1035004 2 moet kunnen blijven voor grondverzetwerkzaamheden en het verplaatsen van mest en dergelijke. In het algemeen is er bij beweegbare delen het risico dat er in diverse standen van de delen ruimte tussen de delen is, die dan vervuild kunnen raken, hetgeen op termijn er toe 5 kan leiden dat de delen vast komen te zitten of slechts in beperkte mate kunnen worden bewogen. Bij de schuif is het vaak zo, dat zich aan een onderzijde een strook bevindt die zich onder een hoek die is gelegen tussen 90° en 180° ten opzichte van een daarop aansluitend gedeelte van de schuif uitstrekt. Wanneer nu de bladen van de schuif 10 volgens de uitvinding ook een dergelijke strook hebben, dan zijn verdere maatregelen nodig om te waarborgen dat er in alle mogelijke standen van de bladen een aansluiting van de bladen op de centrale as is, waarbij er geen ruimte tussen de bladen en de centrale as kan ontstaan. Volgens de uitvinding wordt dit bereikt door de bladen aan 15 het uiteinde waarmee ze met de centrale as verbonden zijn, een af-schuining te geven, en een stuk met een conusvormig oppervlak te verschaffen, dat dan ter hoogte van de strook op de centrale as is aangebracht. Het is dan mogelijk om ondanks het feit dat de strook zich niet parallel ten opzichte van de centrale as uitstrekt, in 20 elke mogelijke stand van de bladen ten opzichte van de centrale as een volledige aansluiting van de bladen op de centrale as te hebben, waarbij kiervorming vermeden wordt en de bladen optimale bewegingsvrijheid houden.In the first instance it does not seem possible to provide a slide with two movable parts, because the slide must be able to remain applicable for earthmoving work and for moving manure and the like. In general, with movable parts there is a risk that there is space between the parts in various positions of the parts, which can then become contaminated, which in time may lead to the parts becoming stuck or only to a limited extent. can be moved. In the case of the gate, it is often the case that there is a strip on an underside which extends at an angle between 90 ° and 180 ° with respect to a part of the gate connecting thereto. If now the blades of the slide 10 according to the invention also have such a strip, then further measures are needed to ensure that in all possible positions of the blades there is a connection of the blades to the central axis, with no space between them. the blades and the central axis can arise. According to the invention this is achieved by chamfering the blades at the end at which they are connected to the central axis, and by providing a piece with a conical surface which is then at the level of the strip on the central axis. is applied. It is then possible, in spite of the fact that the strip does not extend parallel to the central axis, to have a complete connection of the blades to the central axis in every possible position of the blades relative to the central axis, crack formation is avoided and the blades keep optimum freedom of movement.
De bladen kunnen tevens aan een bovenzijde zijn voorzien van 25 een strook zoals in het voorgaande beschreven. In dat geval is gunstig wanneer de centrale as ook over een hoogte van de bovenstrook van de bladen van een stuk met een conusvormig oppervlak is voorzien .The blades can also be provided on a top side with a strip as described above. In that case it is favorable if the central axis is also provided with a cone-shaped surface over a height of the upper strip of the blades.
Er zijn diverse praktische uitvoeringsvormen van de schuif vol-30 gens de uitvinding denkbaar. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk dat het uiteinde van de bladen dat draaibaar om de centrale as is aangebracht, vast is verbonden met ten minste één bus die draaibaar rond de as is aangebracht. Ook kan aan elk van de bladen, aan een zijde die bestemd is om in operationele toestand van de schuif een 35 achterzijde te zijn, een kokerprofiel zijn vastgemaakt om het blad te dragen.Various practical embodiments of the slide according to the invention are conceivable. For example, it is possible that the end of the blades which is rotatably arranged about the central axis is fixedly connected to at least one bush which is rotatably arranged around the axis. Also, on each of the blades, on a side which is intended to be a rear end in the operational state of the slide, a tubular profile may be attached to support the blade.
Voor het variëren van de stand van de bladen in een vlak haaks op een axiale richting van de centrale as, met andere woorden, een in hoofdzaak horizontaal vlak in operationele toestand van de schuif, 40 is het gunstig wanneer de schuif twee cilinders met een uitschuif- 3 baar opgestelde stang omvat, waarbij een uiteinde van de stang van elk van de cilinders aan één van de bladen is gekoppeld, en waarbij een richting waarin de stang verplaatsbaar is, in hoofdzaak haaks op de axiale richting van de centrale as is. Met behulp van de cilin-5 der-stang-combinaties kunnen de posities van de bladen traploos versteld worden. De cilinder kan een hydraulische cilinder zijn.For varying the position of the blades in a plane perpendicular to an axial direction of the central axis, in other words a substantially horizontal plane in the operational state of the slider, it is advantageous if the slider has two cylinders with a slider - comprises a bar which is arranged so as to be able to move, wherein one end of the rod of each of the cylinders is coupled to one of the blades, and wherein a direction in which the rod is displaceable is substantially perpendicular to the axial direction of the central axis. The positions of the blades can be continuously adjusted using the cylinder-5-bar combinations. The cylinder can be a hydraulic cylinder.
Wanneer de schuif is gemonteerd op een voertuig dat een hydraulische topstang heeft, zoals een tractor, dan kan voor het meer voorover of juist achterover laten hellen van de bladen van de 10 schuif ten opzichte van het voertuig gebruik gemaakt worden van deze stang. Door een geschikte verbinding tussen de topstang en de bladen door middel van stangen aan te leggen, kan met behulp van een in- of uitschuiven van de topstang een gewenste kanteling van de bladen worden bewerkstelligd. Dit is bijvoorbeeld in de context van grond-15 verzet interessant, omdat het hiermee mogelijk is om in meerdere werkgangen een te schuiven baan hol of bol te leggen.When the slide is mounted on a vehicle that has a hydraulic top link, such as a tractor, then this rod can be used to tilt the blades of the slide relative to the vehicle more or even backwards. By providing a suitable connection between the top rod and the blades by means of rods, a desired tilting of the blades can be achieved by means of sliding the top rod in or out. This is interesting, for example, in the context of earth-moving, because it makes it possible to lay a path to be slid or concave in several work passes.
Het is gunstig wanneer de bladen van de schuif verwisselbare delen omvatten. Zo kunnen zich op de bladen verwisselbare messen bevinden. Het is tevens mogelijk dat zich slijtstukken op de bladen 20 bevinden, of dat onderaan de bladen een rubber flap of dergelijke is aangebracht. Wanneer er de mogelijkheid is van tijd tot tijd delen die aan slijtage onderhevig zijn te verwisselen, kan de werking van de schuif optimaal blijven.It is advantageous if the blades of the slide comprise exchangeable parts. For example, interchangeable blades may be located on the blades. It is also possible that wear pieces are on the blades 20, or that a rubber flap or the like is arranged at the bottom of the blades. When there is the possibility of replacing parts subject to wear from time to time, the operation of the slider can remain optimal.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een voertuig zoals een 25 tractor, voorzien van een schuif met bladen zoals in het voorgaande beschreven. De schuif is dan op een voorzijde van het voertuig gemonteerd. Zoals al eerder is aangegeven, wordt in het geval dat het voertuig een hydraulische topstang heeft, een mogelijkheid tot kantelen van de bladen verkregen wanneer deze stang aan de bladen van 30 de schuif is gekoppeld.The invention also relates to a vehicle such as a tractor, provided with a slide with blades as described above. The slide is then mounted on a front of the vehicle. As previously indicated, in the case that the vehicle has a hydraulic top rod, a possibility of tilting the blades is obtained when this rod is coupled to the blades of the slider.
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de hiernavolgende beschrijving. Er zal hierbij worden verwezen naar de tekening, waarin gelijke verwijzingscijfers gelijke of vergelijkbare 35 onderdelen aanduiden, en waarin: figuur 1 schematisch een tractor met een daarop gemonteerde schuif volgens de uitvinding toont; figuren 2-7 eveneens schematisch een tractor met een daarop gemonteerde schuif volgens de' uitvinding tonen, om diverse configura-40 ties van de schuif te illustreren; 4 figuur 8 schematisch een bovenaanzicht van de schuif volgens de uitvinding toont; figuur 9 schematisch een vooraanzicht van de schuif volgens de uitvinding toont, waarbij een gedeelte van de schuif in doorsnede is 5 weergegeven; figuur 10 schematisch een zijaanzicht van de schuif volgens de uitvinding toont; en figuur 11 schematisch een zijaanzicht van een gedeelte van een tractor met een daarop gemonteerde schuif volgens de uitvinding toont.The invention will be further elucidated with reference to the description below. Reference will be made herein to the drawing, in which like reference numerals indicate like or comparable parts, and in which: figure 1 schematically shows a tractor with a slide according to the invention mounted thereon; figures 2-7 also schematically show a tractor with a slide mounted thereon according to the invention, to illustrate various configurations of the slide; Figure 8 schematically shows a top view of the slide according to the invention; Fig. 9 schematically shows a front view of the slider according to the invention, wherein a part of the slider is shown in section; Figure 10 schematically shows a side view of the slide according to the invention; and figure 11 schematically shows a side view of a part of a tractor with a slide according to the invention mounted thereon.
1010
Figuur 1 toont schematisch een tractor 1 met fronthef 2 en een daarop gemonteerde schuif 3 volgens de uitvinding. Een rijrichting van de tractor 1, dat wil zeggen een richting waarin de tractor 1 naar voren toe verrijdbaar is, is in de figuur aangeduid door middel 15 van een pijl r. Begrippen als onder en boven, links en rechts, en achter en voor zoals die hiernavolgend zullen worden toegepast, dienen te worden begrepen als zijnde gerelateerd aan een normale oriëntatie van de tractor 1, aan de rijrichting r, en aan een normale, werkzame oriëntatie van de schuif 3 in de op de tractor 1 gemonteer-20 de toestand.Figure 1 shows schematically a tractor 1 with front linkage 2 and a slide 3 according to the invention mounted thereon. A driving direction of the tractor 1, that is to say a direction in which the tractor 1 can be moved forward, is indicated in the figure by means of an arrow r. Terms such as below and above, left and right, and rear and front as they will be applied hereinafter, are to be understood as being related to a normal orientation of the tractor 1, to the direction of travel r, and to a normal, effective orientation of the slider 3 in the condition mounted on the tractor 1.
De schuif 3 omvat een centrale as 4 en twee bladen 5, 6, waarbij een uiteinde van elk van de bladen 5, 6 draaibaar met de centrale as 4 verbonden is. De bladen 5, 6 zijn onafhankelijk van elkaar beweegbaar. In het getoonde voorbeeld kan de stand van elk blad 5, 6 25 zijn gelegen tussen een stand die ten opzichte van de rijrichting r 45° naar achteren toe is en een stand die ten opzichte van de rijrichting r 45° naar voren toe is. Het bereik van standen heeft bijgevolg een grootte van 90°.The slider 3 comprises a central axis 4 and two blades 5, 6, one end of each of the blades 5, 6 being rotatably connected to the central axis 4. The blades 5, 6 are movable independently of each other. In the example shown, the position of each blade 5, 6 can be situated between a position which is 45 ° towards the rear with respect to the driving direction r and a position which is 45 ° towards the front with respect to the driving direction r. The range of positions therefore has a size of 90 °.
De schuif 3 kan voor diverse toepassingen worden ingezet. Een 30 belangrijke toepassing is grondverzet, en afhankelijk van de specifieke vereisten bij een specifiek project kan een geschikte configuratie van de bladen 5, 6 van de schuif 3 ingesteld worden. Figuur 1 toont een voorbeeld waarin de bladen 5, 6 van de schuif 3 zich in eikaars verlengde uitstrekken, en waarbij een blad 5 dat in de rij-35 richting r een linkerblad 5 is, zich ten opzichte van de rijrichting r onder een hoek van 45° naar voren toe uitstrekt, en een blad 6 dat in de rijrichting r een rechterblad is, zich ten opzichte van de rijrichting r onder een hoek van 45° naar achteren toe uitstrekt. Figuren 2-7 tonen een aantal andere mogelijke configuraties van de 40 schuif 3. Figuur 2 toont de schuif 3 in een V-vorm die naar voren 5 toe open is, waarbij beide bladen 5, 6 zich ten opzichte van de rijrichting r onder een hoek van 45° naar voren toe uitstrekken. Figuur 3 toont een configuratie van de schuif 3 waarin het linkerblad 5 zich ten opzichte van de rijrichting r onder een hoek van 45° naar 5 voren toe uitstrekt, en het rechterblad 6 zich ten opzichte van de rijrichting r onder een hoek van 90° uitstrekt. Figuur 4 toont een configuratie van de schuif 3 waarin het linkerblad 5 zich ten opzichte van de rijrichting r onder een hoek van 45° naar achteren toe uitstrekt, en het rechterblad 6 zich ten opzichte van de rijrichting 10 r onder een hoek van 90° uitstrekt. Figuur 5 toont een configuratie van de schuif 3 waarin de bladen 5, 6 zich in elkaar verlengde uitstrekken, waarbij het linkerblad 5 zich ten opzichte van de rijrichting r onder een hoek van 45° naar achteren toe uitstrekt, en het rechterblad 6 zich ten opzichte van de rijrichting r onder een 15 hoek van 45° naar voren toe uitstrekt. Figuur 6 toont eveneens een configuratie van de schuif 3 waarin de bladen 5, 6 zich in elkaar verlengde uitstrekken. In dit voorbeeld strekken beide bladen 5, 6 zich echter onder een hoek van 90° ten opzichte van de rijrichting r uit. Figuur 7 toont de schuif 3 in een V-vorm die naar achteren toe 20 open is, waarbij beide bladen 5, 6 zich ten opzichte van de rijrichting r onder een hoek van 45° naar achteren toe uitstrekken.The slide 3 can be used for various applications. An important application is earthmoving, and depending on the specific requirements of a specific project, a suitable configuration of the blades 5, 6 of the slider 3 can be set. Figure 1 shows an example in which the blades 5, 6 of the slider 3 extend in line with each other, and in which a blade 5 which is a left-hand blade 5 in the direction of travel r is at an angle of Extends forwards 45 °, and a blade 6 which is a right-hand blade in the direction of travel r extends backwards with respect to the direction of travel r at an angle of 45 °. Figures 2-7 show a number of other possible configurations of the slider 3. Figure 2 shows the slider 3 in a V-shape that is open towards the front 5, with both blades 5, 6 positioned below the direction of travel r 45 ° forward angle. Figure 3 shows a configuration of the slider 3 in which the left-hand blade 5 extends forwardly with respect to the direction of travel r at an angle of 45 °, and the right-hand blade 6 extends upwardly with respect to the direction of travel r at an angle of 90 ° . Figure 4 shows a configuration of the slider 3 in which the left-hand blade 5 extends rearwardly at an angle of 45 ° with respect to the driving direction r, and the right-hand blade 6 extends at an angle of 90 ° with respect to the driving direction r . Figure 5 shows a configuration of the slider 3 in which the blades 5, 6 extend in line with each other, with the left-hand blade 5 extending rearwardly with respect to the direction of travel r, and the right-hand blade 6 extending with respect to of the direction of travel r extends forward at an angle of 45 °. Figure 6 also shows a configuration of the slide 3 in which the blades 5, 6 extend in line with each other. In this example, however, both blades 5, 6 extend at an angle of 90 ° with respect to the direction of travel r. Figure 7 shows the slider 3 in a V-shape that is open towards the rear, with both blades 5, 6 extending rearwardly with respect to the direction of travel r at an angle of 45 °.
De uitvoering van een schuif 3 volgens de uitvinding, dat wil zeggen, de uitvoering van een schuif 3 met twee bladen 5, 6, heeft een belangrijk voordeel ten opzichte van een bekende uitvoering 25 waarin de schuif 3 uit een enkel deel bestaat, dat is gelegen in de mogelijkheid tot het aanpassen van de configuratie van de schuif.The embodiment of a slide 3 according to the invention, that is, the embodiment of a slide 3 with two blades 5, 6, has an important advantage over a known embodiment in which the slide 3 consists of a single part, that is located in the possibility to adjust the configuration of the slider.
Dit maakt dat de toepassing van de schuif 3 gericht op gewenste effecten kan worden afgestemd, waardoor deze effecten eerder en/of beter bereikt kunnen worden. Wanneer de schuif 3 wordt toegepast voor 30 grondverzetwerkzaamheden, dan kan de grond naar keuze van links naar rechts, van rechts naar links, recht vooruit, van buiten naar binnen, en van binnen naar buiten worden verplaatst.This means that the use of the slider 3 can be geared to desired effects, so that these effects can be achieved earlier and / or better. When the slider 3 is used for earthmoving work, the soil can be moved optionally from left to right, from right to left, straight ahead, from outside to inside, and from inside to outside.
Een nadere toelichting op de constructie van de schuif 3 zal nu aan de hand van figuren 8-11 gegeven worden.A further explanation of the construction of the slide 3 will now be given with reference to Figures 8-11.
35 In het getoonde voorbeeld is aan elk van de bladen 5, 5 een kokerprofiel 7, 8 vastgemaakt. Dit kokerprofiel 7, 8, dat geen essentieel onderdeel van de schuif 3 volgens de uitvinding is, draagt de bladen 5, 6 en geeft de constructie extra stevigheid. In figuur 8 is getoond dat ten behoeve van het verstellen van de positie van de 40 bladen 5, 6 rond de verticale as 4 twee cilinders 9, 10 met een uit- 6 schuifbaar opgestelde stang 11, 12 zijn voorzien, waarbij een uiteinde van de ene stang 11 aan het kokerprofiel 7 van één van de bladen 5, 6 is bevestigd, en waarbij een uiteinde van de andere stang 12 aan het kokerprofiel 8 van een ander van de bladen 5, 6 is be-5 vestigd. Wanneer de stang 11, 12 naar voren toe geschoven wordt, dan wordt het blad 5, 6 waarmee de stang 11, 12 via het kokerprofiel 7, 8 is verbonden, naar voren toe gedraaid, en wanneer de stang 11, 12 naar achteren toe geschoven wordt, dan wordt het blad 5, 6 waarmee de stang 11, 12 via het kokerprofiel 7, 8 is verbonden, naar achte-10 ren toe gedraaid.In the example shown, a box section 7, 8 is attached to each of the blades 5, 5. This box section 7, 8, which is not an essential part of the slide 3 according to the invention, carries the blades 5, 6 and gives the construction extra strength. Figure 8 shows that, for the purpose of adjusting the position of the 40 blades 5, 6 around the vertical axis 4, two cylinders 9, 10 are provided with a rod 11, 12 which can be slidably arranged, one end of the one rod 11 is attached to the sleeve profile 7 of one of the blades 5, 6, and one end of the other rod 12 is attached to the sleeve profile 8 of another of the blades 5, 6. When the rod 11, 12 is pushed forward, the blade 5, 6 to which the rod 11, 12 is connected via the box section 7, 8 is rotated forwards, and when the rod 11, 12 is pushed backwards When the blade 5, 6, to which the rod 11, 12 is connected via the tubular section 7, 8, is turned to the rear.
Bij de bladen 5, 6 zijn in het getoonde voorbeeld een strook 13, 14 die zich aan een onderzijde van de bladen 5, 6 uitstrekt en een strook 15, 16 die zich aan een bovenzijde van de bladen 5, 6 uitstrekt te onderscheiden. Zowel de onderstrook 13, 14 als de 15 bovenstrook 15, 16 strekt zich onder een hoek ten opzichte van een centraal gedeelte 17, 18 van het blad 5, 6 uit, waarbij de hoek aan een voorzijde van het blad 5, 6 ongeveer 45° is. Door de toepassing van de onderstrook 13, 14 en de bovenstrook 15, 16 wordt bereikt dat tijdens grondverzetwerkzaamheden de grond voor het centrale gedeelte 20 17, 18 van het blad 5, 6 gebracht wordt. De grondverzetwerkzaamheden kunnen effectiever worden uitgevoerd dan wanneer de bladen 5, 6 een vlakke voorzijde zouden hebben, doordat meer grond binnen het bereik van de bladen 5, 6 wordt gebracht en gehouden. Overigens kunnen de bladen 5, 6 uit elk geschikt materiaal zijn vervaardigd, en kunnen 25 bijvoorbeeld gezette stalen plaat van 10 mm dik omvatten.At the sheets 5, 6 a strip 13, 14 extending on a bottom side of the sheets 5, 6 and a strip 15, 16 extending on an upper side of the sheets 5, 6 can be distinguished in the example shown. Both the lower strip 13, 14 and the upper strip 15, 16 extend at an angle with respect to a central portion 17, 18 of the sheet 5, 6, the angle on a front side of the sheet 5, 6 being approximately 45 °. is. The use of the lower lane 13, 14 and the upper lane 15, 16 ensures that during earthmoving work the soil is brought before the central portion 17, 18 of the blade 5, 6. The earthmoving work can be carried out more effectively than if the blades 5, 6 were to have a flat front, because more soil is brought and kept within the reach of the blades 5, 6. Incidentally, the blades 5, 6 may be made of any suitable material, and may comprise, for example, set steel plates of 10 mm thick.
Ten behoeve van de draaibare opstelling van de bladen 5, 6 ten opzichte van de centrale as 4 wordt op een op zich bekende wijze gebruikgemaakt van bussen 19, 20, 21 die rond de as 4 kunnen draaien, zodat een op zich bekend scharnier dat functioneert als een deur-30 scharnier wordt verkregen, in het getoonde voorbeeld is het aantal bussen 19, 20, 21 drie, waarbij een centrale bus 20 door middel van een las 22 aan één van de bladen 5, 6 is gefixeerd, terwijl een onderste bus 19 en een bovenste bus 21 aan een ander van de bladen 5, 6 zijn gefixeerd, eveneens door middel van lassen 22. In het bij-35 zonder is de onderste bus 19 aan het kokerprofiel 7 van het desbetreffende blad 5 vastgemaakt.For the rotatable arrangement of the blades 5, 6 relative to the central axis 4 use is made in a manner known per se of bushes 19, 20, 21 which can rotate about the axis 4, so that a hinge known per se functions. if a door-30 hinge is obtained, in the example shown, the number of bushes 19, 20, 21 is three, with a central bushing 20 being fixed by means of a weld 22 to one of the blades 5, 6, while a lower bushing 19 and an upper sleeve 21 are fixed to another of the blades 5, 6, also by means of welding 22. In particular, the lower sleeve 19 is fixed to the box section 7 of the respective blade 5.
De bussen 19, 20, 21 van het scharnier bevinden zich alleen ter hoogte van het centrale gedeelte 17, 18 van de bladen 5, 6. Vanwege de afwijkende oriëntatie van de onderstrook 13, 14 en de bovenstrook 40 15, 16 is het niet mogelijk hier ook een bevestiging van de bladen 7 5, 6 aan de centrale as 4 te hebben. Om in alle mogelijke standen van de bladen 5, 6 ten opzichte van de centrale as 4 te waarborgen dat de bladen 5, 6 volledig op de as 4 aansluiten, en er ook ter plaatse van de onderstrook 13, 14 en de bovenstrook 15, 16 geen 5 kiervorming optreedt, is aan weerszijden van de as 4 een stuk 23, 24 met een conusvormig oppervlak 25 geplaatst. In het getoonde voorbeeld is het stuk 23, 24, dat hiernavolgend zal worden aangeduid als conusstuk 23, 24, gevormd als een halve afgeknotte conus. Het conusstuk 23, 24 kan een gietstuk zijn, en kan bijvoorbeeld met een bout 10 (niet getoond) aan de as 4 zijn bevestigd. In figuur 9 is duidelijk te zien dat het conusstrook 23, 24 zich ter hoogte van de onderstrook 13, 14 en de bovenstrook 15, 16 bevindt, en dat de onderstrook 13, 14 en de bovenstrook 15, 16 van de bladen 5, 6 zijn af geschuind om ruimte te laten voor het conusstuk 23, 24. Door onder 15 alle omstandigheden kiervorming tussen de bladen 5, 6 en de centrale as 4 te voorkomen, wordt voorkomen dat grond, zand of dergelijke zich tussen de bladen 5, 6 en de as 4 kan ophopen, waardoor de bewegingsvrijheid van de bladen 5, 6 ten opzichte van de as 4 belemmerd zou kunnen worden.The sleeves 19, 20, 21 of the hinge are only located at the level of the central portion 17, 18 of the blades 5, 6. Due to the different orientation of the lower strip 13, 14 and the upper strip 40, 16, it is not possible here also have a fastening of the blades 7, 5, 6 to the central axis 4. In order to ensure that in all possible positions of the blades 5, 6 relative to the central axis 4 the blades 5, 6 fully connect to the axis 4, and also there at the location of the lower strip 13, 14 and the upper strip 15, 16 If no cracking occurs, a piece 23, 24 with a conical surface 25 is placed on either side of the shaft 4. In the example shown, the piece 23, 24, which will hereinafter be referred to as cone piece 23, 24, is formed as a half-truncated cone. The cone piece 23, 24 can be a casting piece, and can for example be attached to the shaft 4 with a bolt 10 (not shown). Figure 9 clearly shows that the cone strip 23, 24 is located at the level of the bottom strip 13, 14 and the top strip 15, 16, and that the bottom strip 13, 14 and the top strip 15, 16 are of the blades 5, 6 skewed to leave room for the cone piece 23, 24. Preventing cracking between the blades 5, 6 and the central axis 4 under all circumstances prevents soil, sand or the like from occurring between the blades 5, 6 and the shaft 4 can accumulate, whereby the freedom of movement of the blades 5, 6 relative to the shaft 4 could be impeded.
20 Figuur 11 illustreert dat wanneer de schuif 3 op een tractor 1 is gemonteerd, de bladen 5, 6 tevens met een hydraulische topstang 26 zijn verbonden. Hierdoor wordt bereikt, dat het mogelijk is de bladen 5, 6 voorover of achterover te kantelen. Wanneer de topstang 26 ingetrokken wordt, dan zullen de bladen 5, 6 achterover kantelen, 25 en wanneer de topstang 26 uitgeschoven wordt, dan zullen de bladen 5, 6 voorover kantelen. Hierdoor wordt met name bereikt, dat een hoekstand van de onderstrook 13, 14 van de bladen 5, 6 ten opzichte van de ondergrond 27 wordt gevarieerd. Bij grondverzetwerkzaamheden is het dan mogelijk in meerdere werkgangen een baan een gewenst hol 30 of bol profiel te geven.Figure 11 illustrates that when the slide 3 is mounted on a tractor 1, the blades 5, 6 are also connected to a hydraulic top link 26. This ensures that it is possible to tilt the blades 5, 6 forwards or backwards. When the top rod 26 is retracted, the blades 5, 6 will tilt backwards, and when the top rod 26 is extended, the blades 5, 6 will tilt forward. In this way it is achieved in particular that an angular position of the lower strip 13, 14 of the blades 5, 6 relative to the substrate 27 is varied. During earthmoving work, it is then possible to give a web a desired hollow or convex profile in several work passes.
Het zal voor een deskundige duidelijk zijn dat de omvang van de uitvinding niet is beperkt tot de in het voorgaande besproken voorbeelden, maar dat diverse variaties en modificaties daarvan mogelijk 35 zijn zonder af te wijken van de omvang van de uitvinding zoals gedefinieerd in de aangehechte conclusies.It will be clear to a person skilled in the art that the scope of the invention is not limited to the examples discussed above, but that various variations and modifications thereof are possible without departing from the scope of the invention as defined in the appended claims. .
In het voorgaande is een schuif 3, bestemd voor bevestiging aan een voertuig zoals een tractor 1, en bestemd om te worden toegepast 40 voor het verplaatsen van grond, zand en dergelijke beschreven. De 8 schuif 3 omvat een centrale as 4 en twee bladen 5, 6 die rond de as 4 draaibaar zijn, en daarmee ten opzichte van elkaar scharnierbaar zijn. Zo kunnen diverse configuraties van de schuif 3 worden ingesteld, die bijvoorbeeld kunnen variëren van een V-vorm die naar 5 voren toe open is naar een V-vorm die naar achteren toe open is, waarbij hoeken van de bladen 5, 6 ten opzichte van een rijrichting r van het voertuig 1 verschillend kunnen zijn. Voor het variëren van de configuratie van de schuif 3 kan bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt van combinaties van cilinders 9, 10 en stangen 11, 12.In the foregoing, a slide 3, intended for attachment to a vehicle such as a tractor 1, and intended to be used for moving soil, sand and the like has been described. The slider 3 comprises a central axis 4 and two blades 5, 6 which are rotatable about the axis 4 and can therefore be pivoted relative to each other. For example, various configurations of the slider 3 can be set, which can vary, for example, from a V-shape that is open towards the front to a V-shape that is open towards the rear, with corners of the blades 5, 6 relative to a direction of travel r of the vehicle 1 can be different. For varying the configuration of the slide 3, use can for instance be made of combinations of cylinders 9, 10 and rods 11, 12.
10 Aan een bovenzijde en een onderzijde zijn de bladen 5, 6 voor zien van een strook 13, 14, 15, 16 die schuin ten opzichte van de centrale as 4 is georiënteerd, terwijl een centraal gedeelte 17, 18 van de bladen 5, 6 recht ten opzichte van de centrale as 4 is georiënteerd. De bladen 5, 6 zijn dan ook ter plaatse van het centrale 15 gedeelte 17, 18 met de as 4 verbonden. Ter hoogte van de stroken 13, 14, 15, 16 is een stuk 23, 24 met een conusvormig oppervlak 25 op de as 4 aangebracht, waardoor voor willekeurige standen van de bladen 5, 6 ten opzichte van de as 4 toch een volledige aansluiting van de bladen 5, 6 op de as 4 gewaarborgd kan zijn, en kiervorming tussen 20 de bladen 5, 6 en de as 4 voorkomen wordt. Zo blijft de schuif 3 vrij van vervuiling, en kan deze optimaal blijven functioneren.On a top side and a bottom side the blades 5, 6 are provided with a strip 13, 14, 15, 16 which is oriented obliquely with respect to the central axis 4, while a central part 17, 18 of the blades 5, 6 is oriented straight relative to the central axis 4. The blades 5, 6 are therefore connected to the shaft 4 at the location of the central portion 17, 18. At the level of the strips 13, 14, 15, 16 a piece 23, 24 with a conical surface 25 is arranged on the shaft 4, so that for any positions of the blades 5, 6 relative to the shaft 4 a complete connection of the blades 5, 6 on the shaft 4 can be guaranteed, and cracking between the blades 5, 6 and the shaft 4 is prevented. The slide 3 thus remains free of contamination and can continue to function optimally.
Het is gunstig wanneer de schuif 3 geschikt is om aan een hydraulische topstang 26 te worden gekoppeld, omdat deze stang 26 dan kan worden gebruikt om de bladen 5, 6 van de schuif 3 desgewenst ten 25 opzichte van het voertuig 1 voorover of achterover te doen hellen.It is advantageous if the slide 3 is suitable to be coupled to a hydraulic top link 26, because this link 26 can then be used to move the blades 5, 6 of the slide 3 forwards or backwards relative to the vehicle 1 if desired. slope.
Bij grondverzetwerkzaamheden kan dan worden bereikt, dat in meerdere werkgangen een holle of bolle baan kan worden gecreëerd. Doordat bovendien de stand van de bladen 5, 6 rond de centrale as 4 naar wens kan worden ingesteld, is een multifunctionele schuif 3 ver-30 kregen, waarmee op velerlei manieren grond, zand en dergelijke kan worden verplaatst.During earthmoving work, it can then be achieved that a hollow or convex track can be created in several work passes. Moreover, since the position of the blades 5, 6 around the central axis 4 can be adjusted as desired, a multifunctional slide 3 is obtained, with which soil, sand and the like can be displaced in many ways.
10350041035004
Claims (10)
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1035004A NL1035004C2 (en) | 2008-02-08 | 2008-02-08 | Slide for mounting on vehicle i.e. tractor for moving e.g. soil, has central axis and two blades, where one end of each of blades swivels with respect to central axis |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1035004 | 2008-02-08 | ||
NL1035004A NL1035004C2 (en) | 2008-02-08 | 2008-02-08 | Slide for mounting on vehicle i.e. tractor for moving e.g. soil, has central axis and two blades, where one end of each of blades swivels with respect to central axis |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1035004C2 true NL1035004C2 (en) | 2009-08-11 |
Family
ID=41161447
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1035004A NL1035004C2 (en) | 2008-02-08 | 2008-02-08 | Slide for mounting on vehicle i.e. tractor for moving e.g. soil, has central axis and two blades, where one end of each of blades swivels with respect to central axis |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL1035004C2 (en) |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
AT516272B1 (en) * | 2015-04-20 | 2016-04-15 | Hauer Franz | snow plow |
Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CH562374A5 (en) * | 1973-08-24 | 1975-05-30 | Mella Amedeo | Double blade snow plough - each blade pivoted into required position by piston at rear |
US4135583A (en) * | 1977-04-04 | 1979-01-23 | Becker Clarence A | Bulldozer blade |
US4384620A (en) * | 1980-01-29 | 1983-05-24 | Caterpillar Mitsubishi Ltd. | Multipurpose-type blade device for earth moving machine |
US20060123669A1 (en) * | 2004-11-30 | 2006-06-15 | Northern Star Industries, Inc. | Cutting edge for a V-blade snowplow |
-
2008
- 2008-02-08 NL NL1035004A patent/NL1035004C2/en not_active IP Right Cessation
Patent Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CH562374A5 (en) * | 1973-08-24 | 1975-05-30 | Mella Amedeo | Double blade snow plough - each blade pivoted into required position by piston at rear |
US4135583A (en) * | 1977-04-04 | 1979-01-23 | Becker Clarence A | Bulldozer blade |
US4384620A (en) * | 1980-01-29 | 1983-05-24 | Caterpillar Mitsubishi Ltd. | Multipurpose-type blade device for earth moving machine |
US20060123669A1 (en) * | 2004-11-30 | 2006-06-15 | Northern Star Industries, Inc. | Cutting edge for a V-blade snowplow |
Cited By (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
AT516272B1 (en) * | 2015-04-20 | 2016-04-15 | Hauer Franz | snow plow |
AT516272A4 (en) * | 2015-04-20 | 2016-04-15 | Hauer Franz | snow plow |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US8770386B2 (en) | Folding transport conveyor for a construction machine, automotive construction machine, as well as method for pivoting a transport conveyor | |
US6314666B1 (en) | Material moving blade | |
US20090282706A1 (en) | V-Blade Snow Plow With Improved Cutting Edge | |
CA2397309C (en) | Front-retracting plow | |
US20160137422A1 (en) | Cold Planer Folding Conveyor | |
US5048207A (en) | Adjustable discharge wing plow | |
CA2766435A1 (en) | Finger snow plow with extension | |
US20140054052A1 (en) | Support Apparatus For Securing A Wing Plow | |
NL1035004C2 (en) | Slide for mounting on vehicle i.e. tractor for moving e.g. soil, has central axis and two blades, where one end of each of blades swivels with respect to central axis | |
US5974702A (en) | Snow plow mounting assembly | |
US7540103B2 (en) | Blade attachment device | |
US20220389665A1 (en) | An Adjustable Screed Assembly | |
US2643472A (en) | Bulldozer | |
NL8303022A (en) | SNAIL SCREENING INSTALLATION. | |
NL1034660C2 (en) | Haymaking machine. | |
CA2850643A1 (en) | A support apparatus for securing a material moving wing plow relative to a vehicle | |
US20080072464A1 (en) | Snowplow formed of thermoplastic | |
RU2631467C1 (en) | Rear expandable angle blade | |
DK3085836T3 (en) | snowplow | |
US11708672B2 (en) | V-shaped snowplow blade with trip edge and pivotable snow shield | |
US11619016B2 (en) | Multi-position snowplow blade with translatable trip edge | |
US20200131727A1 (en) | Convertible snow plow | |
RU152034U1 (en) | SNOW-HARVEST SLIDING MACHINE | |
FR2975565A1 (en) | Agricultural machine e.g. loading wagon connected to tractor, has wheel that is pivoted between working and transport positions by tilting the pivot arm together with pivot axis relative to working unit and mounting bracket | |
US11697911B2 (en) | V-shaped snowplow blade having trip edges |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20110901 |