NL1034492C2 - Mooring system for mooring a vessel to a mooring cable attached to an offshore structure. - Google Patents
Mooring system for mooring a vessel to a mooring cable attached to an offshore structure. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1034492C2 NL1034492C2 NL1034492A NL1034492A NL1034492C2 NL 1034492 C2 NL1034492 C2 NL 1034492C2 NL 1034492 A NL1034492 A NL 1034492A NL 1034492 A NL1034492 A NL 1034492A NL 1034492 C2 NL1034492 C2 NL 1034492C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- mooring
- arm
- mooring cable
- vessel
- cable
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
- B63B—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING
- B63B21/00—Tying-up; Shifting, towing, or pushing equipment; Anchoring
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B63—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; RELATED EQUIPMENT
- B63B—SHIPS OR OTHER WATERBORNE VESSELS; EQUIPMENT FOR SHIPPING
- B63B27/00—Arrangement of ship-based loading or unloading equipment for cargo or passengers
- B63B27/14—Arrangement of ship-based loading or unloading equipment for cargo or passengers of ramps, gangways or outboard ladders ; Pilot lifts
- B63B27/143—Ramps
Landscapes
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Ocean & Marine Engineering (AREA)
- Laying Of Electric Cables Or Lines Outside (AREA)
Description
f!f!
Korte aanduiding: Afmeersysteem voor het afmeren van een vaartuig aan een afmeerkabel die bevestigd is aan een offshore constructie.Short indication: Mooring system for mooring a vessel to a mooring cable that is attached to an offshore construction.
De uitvinding heeft betrekking op een afmeersysteem voor het afmeren van een vaartuig aan een offshore constructie.The invention relates to a mooring system for mooring a vessel to an offshore construction.
Uit WO 02/20343 is een systeem bekend voor het tot stand brengen van een flexibele loopbrug verbinding tussen een vaartuig en een offshore constructie. Hiertoe is het vaartuig 5 voorzien van een telescopisch uitschuifbare loopbrug die aan zijn ene einde rond twee assen beweegbaar op het vaartuig gemonteerd is. Aan het vrije einde van de loopbrug is een koppelinrichting voorzien die is ingericht om gekoppeld te worden met een in hoofdzaak verticaal gerichte grijpstang die vastzit aan de offshore constructie. Tijdens aanleggen wordt het vaartuig naar een geschikte uitgangspositie ten opzichte van de grijpstang 10 gemanoeuvreerd. Vervolgens wordt de loopbrug door een geschikte zwenkbeweging op het middelste gedeelte van de grijpstang gericht en wordt de loopbrug uitgeschoven totdat de koppelinrichting de grijpstang omsluit. Vervolgens worden twee hydraulisch bedienbare, vanuit een geopende stand naar elkaar toe zwenkbare koppelklauwen van de koppelinrichting gesloten. De sluiting is zodanig dat de koppelinrichting daarna nog de 15 vrijheid heeft om zich in de koppelfase langs de grijpstang omhoog te verplaatsen. Bij het bereiken van de gewenste koppelpositie vlak onder een bordes, worden de koppelklauwen verder naar elkaar toe bewogen teneinde de grijpstang aldaar stevig vast te klemmen en de positie daarop te fixeren. Tot slot worden een aantal vrijheidsgraden van de loopbrug vrijgegeven, te weten de beweegbaarheid rondom de twee assen en de telescopische 20 uitschuifbaarheid. Het vaartuig kan dan met behulp van draaibare schroeven en satellietnavigatie op zijn plaats worden gehouden zonder dat daarbij grote krachten op de loopbrug en /of de grijpstang worden uitgeoefend.From WO 02/20343 a system is known for establishing a flexible walkway connection between a vessel and an offshore construction. For this purpose the vessel 5 is provided with a telescopically extendable walkway which is mounted movably on the vessel at its one end about two axes. At the free end of the walkway, a coupling device is provided which is adapted to be coupled to a substantially vertically oriented gripping rod that is attached to the offshore construction. During mooring, the vessel is maneuvered to a suitable starting position with respect to the grab bar 10. The footbridge is then directed by a suitable pivotal movement at the middle part of the gripper bar and the walkway is extended until the coupling device encloses the gripper bar. Subsequently, two hydraulically operated coupling claws of the coupling device that are pivotable towards each other from an open position are closed. The closure is such that the coupling device then still has the freedom to move upwards along the gripping rod in the coupling phase. Upon reaching the desired coupling position just below a platform, the coupling claws are moved further towards each other in order to clamp the gripper rod there firmly and fix the position thereon. Finally, a number of degrees of freedom of the walkway are released, namely the movability around the two axes and the telescopic extendability. The vessel can then be held in place with the aid of rotating screws and satellite navigation, without great forces being exerted on the walkway and / or the grab bar.
Nadelig hierbij is dat het koppelen met name bij zwaar weer soms enigszins moeizaam verloopt. De krachten die optreden op het moment dat de arm de grijpstang raakt zijn in dat 25 soort omstandigheden moeilijk te beheersen. Dit als gevolg van het feit dat op het moment van raken zowel grote gewichten afgeremd moeten worden, als de betreffende aandrijvingen op hetzelfde moment onmiddellijk uitgeschakeld dienen te worden. Daarnaast dient er tijdens de koppelfase een nauwkeurige afstemming plaats te vinden van het sluiten van de koppelklauwen met het vrijgeven van overige vrijheidsgraden van de loopbrug, teneinde 30 beschadigingen aan het vaartuig te voorkomen. Verder is het nadelig dat de verticale grijpstang zich over een groot bereik dient uit te strekken, en daardoor relatief duur en 1034492 - 2 - moeilijk aan te brengen is. Verder is het bekende systeem ongeschikt gebleken voor kleinere schepen die niet zogenaamd 'dynamic positioned' zijn, dat wil zeggen die niet zijn uitgerust om zich middels draaibare schroeven en satellietnavigatie op positie te houden.A disadvantage here is that coupling is sometimes somewhat difficult, especially in heavy weather. The forces that occur at the moment that the arm hits the grip bar are difficult to control in such circumstances. This is due to the fact that at the moment of hitting both large weights must be braked, and the relevant drives must be switched off immediately at the same time. In addition, during the coupling phase, there must be accurate coordination of the closing of the coupling claws with the release of other degrees of freedom of the walkway, in order to prevent damage to the vessel. Furthermore, it is disadvantageous that the vertical gripping rod has to extend over a large range, and is therefore relatively expensive and difficult to fit. Furthermore, the known system has proved unsuitable for smaller ships that are not supposedly 'dynamic positioned', that is to say they are not equipped to hold their position by means of rotating screws and satellite navigation.
De onderhavige uitvinding heeft tot doel de bovengenoemde nadelen ten minste 5 gedeeltelijk te ondervangen, dan wel een bruikbaar alternatief te verschaffen. In het bijzonder heeft de uitvinding tot doel een gebruiksvriendelijke betrouwbare verankering tussen een vaartuig en een offshore constructie te verschaffen die ook bij zwaar weer een veilige toegang verschaft tot de offshore constructie.The present invention has for its object to at least partially obviate the above-mentioned disadvantages, or to provide a usable alternative. In particular, it is an object of the invention to provide a user-friendly reliable anchoring between a vessel and an offshore construction that provides safe access to the offshore construction even in heavy weather.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt door een afmeersysteem tussen een 10 vaartuig en een offshore constructie volgens conclusie 1. Het vaartuig is hierbij voorzien van een telescopisch uitschuifbare zwenkarm die om twee in hoofdzaak loodrecht op elkaar staande assen beweegbaar op het vaartuig is gemonteerd en die aan zijn vrije uiteinde een koppelinrichting draagt. Verder zijn er aandrijfmiddelen voorzien voor het zwenken van de zwenkarm rondom de genoemde assen alsmede voor het in- en uitschuiven van de 15 telescopisch in elkaar grijpende delen van de zwenkarm. Overeenkomstig de uitvinding is de offshore constructie uitgerust met een afmeerkabel die gespannen is tussen een boven- en ondergelegen deel daarvan. De koppelinrichting is ingericht voor het omgrijpen van de afmeerkabel. De afmeerkabel heeft het grote voordeel dat deze zeer gemakkelijk aan te brengen is op de offshore constructie. Een groot bereik, in het bijzonder van meer dan 3 20 meter kan eenvoudig worden overbrugd door de afmeerkabel, zonder dat de afmeerkabel daartoe extra ondersteund moet worden. Het aanbrengen van een dergelijke flexibele buigzame afmeerkabel blijft eenvoudig en goedkoop. Dit maakt het mogelijk om in een kort tijdbestek en tegen geringe kosten meerdere offshore constructies uit te rusten met een dergelijke afmeerkabel. De afmeting van de afmeerkabel en de specifieke positionering 25 daarvan kan eenvoudig worden aangepast aan specifieke omstandigheden, zoals te verwachten weersomstandigheden, stroming, en golfslag op een locatie waar een bepaalde offshore constructie zich bevindt. De afmeerkabel hangt bij voorkeur verticaal. Een lichte schuinstand is echter geen bezwaar. De flexibiliteit van de afmeerkabel heeft verder als voordeel dat er minder snel beschadigingen zullen optreden. De afmeerkabel is namelijk in 30 staat om optredende krachten, zowel tijdens het afmeerproces als nadat de koppeling tot stand is gekomen, in zekere mate op te vangen en te dempen. Aldus maakt het afmeersysteem een snel en betrouwbaar koppelen mogelijk, zonder daarbij tijdens de koppelfase het gevaar te lopen dat onderdelen van het vaartuig beschadigd raken, bijvoorbeeld door een te laat vrijgeven van één of meerdere vrijheidsgraden van de 35 zwenkarm.This object is achieved according to the invention by a mooring system between a vessel and an offshore construction as claimed in claim 1. The vessel is herein provided with a telescopically extendable pivot arm which is mounted on the vessel movably about two substantially perpendicular axes. carries a coupling device at its free end. Furthermore, drive means are provided for pivoting the pivotal arm about the said axes as well as for sliding in and out the telescopically interlocking parts of the pivotal arm. According to the invention, the offshore construction is equipped with a mooring cable that is tensioned between an upper and lower part thereof. The coupling device is arranged for gripping the mooring cable. The mooring cable has the great advantage that it is very easy to install on the offshore construction. A large range, in particular of more than 3 meters, can easily be bridged by the mooring cable, without the mooring cable having to be additionally supported for this. The installation of such a flexible flexible mooring cable remains simple and inexpensive. This makes it possible to equip several offshore structures with such a mooring cable in a short period of time and at low costs. The size of the mooring cable and the specific positioning thereof can easily be adapted to specific circumstances, such as expected weather conditions, currents, and waves at a location where a certain offshore construction is located. The mooring cable preferably hangs vertically. However, a slight tilt is no objection. The flexibility of the mooring cable also has the advantage that damage will occur less quickly. This is because the mooring cable is capable of absorbing and damping occurring forces, both during the mooring process and after the coupling has been established, to a certain extent. The mooring system thus enables quick and reliable coupling, without thereby running the risk of damage to parts of the vessel during the coupling phase, for example due to a late release of one or more degrees of freedom of the swivel arm.
Het afmeersysteem leent zich met name goed voor het aan de offshore constructie verankeren van (kleinere) schepen die niet 'dynamic positioned' zijn. De zwenkarm en de - 3 - afmeerkabel kunnen dan dienst doen als krachtoverdragend verankeringselement. Het afmeersysteem is echter ook toepasbaar voor toepassing in samenhang met (grotere) 'dynamic postioned' schepen.The mooring system is particularly suitable for anchoring (smaller) ships to the offshore construction that are not 'dynamic positioned'. The swivel arm and the - 3 - mooring cable can then serve as a force-transmitting anchoring element. However, the mooring system is also applicable for use in conjunction with (larger) 'dynamic postioned' ships.
In een bijzondere uitvoeringsvorm is de afmeerkabel verbonden met een veerorgaan.In a special embodiment, the mooring cable is connected to a spring member.
5 Deze kan bijvoorbeeld zijn voorzien in of bij het onder- en/of bovengelegen bevestigingspunt van de afmeerkabel met de offshore constructie. Het veerorgaan heeft het voordeel dat deze een extra buffering kan bieden voor krachten die op de afmeerkabel worden uitgeoefend door het vaartuig. Verder houdt het veerorgaan de afmeerkabel met voordeel op spanning, zodat deze mooi strak hangt. Dit vergemakkelijkt op zijn beurt het tot stand brengen van de 10 koppeling van de zwenkarm met de afmeerkabel.This can for instance be provided in or at the lower and / or upper fixing point of the mooring cable with the offshore construction. The spring member has the advantage that it can offer additional buffering for forces exerted on the mooring cable by the vessel. Furthermore, the spring member advantageously holds the mooring cable on tension, so that it hangs nicely. This in turn facilitates the establishment of the coupling of the swiveling arm with the mooring cable.
In een voordelige variant omvat de koppelinrichting een koppelhaak en een tussen een open en een gesloten stand beweegbaar grendelelement. De haakarm dient ertoe om tijdens de koppelfase, door een geschikt manoeuvreren van het vaartuig en de zwenkarm, hakend achter de afmeerkabel te grijpen. Het grendelelement is ingericht om, in de gesloten 15 stand, tezamen met de haakarm de afmeerkabel daartussen op te sluiten. Bij voorkeur is de omsluiting van het kabeldeel zodanig dat de koppelinrichting de vrijheid heeft om op en neer over de afmeerkabel te schuiven. De koppeling tussen de koppelinrichting en de afmeerkabel is met voordeel onafhankelijk van hydraulische systemen of andere bekrachtigingsystemen. Dit vergroot de veiligheid.In an advantageous variant the coupling device comprises a coupling hook and a locking element movable between an open and a closed position. During the coupling phase, the hook arm serves to grasp behind the mooring cable by suitable maneuvering of the vessel and the swivel arm. The locking element is adapted, in the closed position, to lock the mooring cable between them together with the hook arm. The enclosure of the cable part is preferably such that the coupling device has the freedom to slide up and down over the mooring cable. The coupling between the coupling device and the mooring cable is advantageously independent of hydraulic systems or other energizing systems. This increases safety.
20 Verdere voorkeur uitvoeringsvormen vanuit de uitvinding zijn vastgelegd in de onderconclusies.Further preferred embodiments from the invention are defined in the subclaims.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze volgens één van de conclusies 13-16.The invention also relates to a method according to one of the claims 13-16.
25 De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening, waarin: - fig. 1 een schematisch zijaanzicht is van een offshore constructie met afmeerkabel volgens de uitvinding; - fig. 2 een aanzicht is op vergrote schaal van het ondergelegen bevestigingspunt van de 30 afmeerkabel uit fig. 1; - fig. 3a t/m e schematisch de opeenvolgende stappen laten zien van het aanmeren van een vaartuig volgens de uitvinding bij de offshore constructie uit fig. 1; - fig. 4a t/m e schematisch de bovenaanzichten laat zien overkomend met de aanzichten uit fig. 3; 35 - fig. 5a en b een boven- resp. zijaanzicht laten zien van de zwenkarm uit fig. 3b; - fig. 6a en b een boven- resp. zijaanzicht laten zien van de zwenkarm uit fig. 3d; - fig. 7a en b een boven- resp. zijaanzicht laten zien van de zwenkarm uit fig. 3e; - 4 - - fig. 8 een bovenaanzicht laat zien van de koppelinrichting in de geopende stand; en - fig. 9 een aanzicht is overeenkomstig fig. 8 in de gekoppelde stand.The invention will be further elucidated with reference to the accompanying drawing, in which: - Fig. 1 is a schematic side view of an offshore construction with mooring cable according to the invention; Fig. 2 is an enlarged view of the lower fixing point of the mooring cable of Fig. 1; 3a to e schematically show the successive steps of mooring a vessel according to the invention with the offshore construction of fig. 1; 4a to e schematically show the top views corresponding to the views of fig. 3; 35 - Figs. 5a and b show a top and bottom line show a side view of the swivel arm of Fig. 3b; 6a and b show a top and bottom view, respectively. show a side view of the swivel arm from Fig. 3d; 7a and b show a top and bottom view, respectively. show a side view of the swivel arm from Fig. 3e; Fig. 8 shows a top view of the coupling device in the open position; and - Fig. 9 is a view corresponding to Fig. 8 in the coupled position.
In fig. 1 is een offshore constructie in zijn geheel aangeduid met het verwijzingscijfer 5 1. De offshore constructie 1 omvat meerdere draagkolommen 2 waarop een platform 3 rust. Tussen de draagkolommen 2 is een bordes 4 voorzien dat toegang verschaft tot de offshore constructie 1 vanaf een vaartuig. Vanaf het bordes 4 kan het personeel via een trappenhuis 5 bij het hoger gelegen platform 3 komen. Verder is de offshore constructie 1 voorzien van een stalen afmeerkabel 7 die zich uitstrekt tussen het platform 3 en het bordes 4.In Fig. 1, an offshore construction is indicated in its entirety by reference numeral 1. The offshore construction 1 comprises a plurality of supporting columns 2 on which a platform 3 rests. Between the support columns 2 a platform 4 is provided which provides access to the offshore structure 1 from a vessel. From the platform 4, the staff can access the higher platform 3 via a stairwell 5. Furthermore, the offshore construction 1 is provided with a steel mooring cable 7 that extends between the platform 3 and the landing platform 4.
10 De afmeerkabel 7 is met zijn ondereinde verbonden met een veerorgaan 10 (zie fig.The mooring cable 7 is connected at its lower end to a spring member 10 (see FIG.
2). Het veerorgaan 10 is hierbij gehuisvest in een sparing in het bordes 4, en is op zijn beurt aan zijn onderzijde verbonden met een begrenzingselement 11. Het begrenzingselement 11 zorgt er voor dat de afmeerkabel 7 en het veerorgaan 10 op trek kunnen worden belast zonder los te schieten van het bordes 4. Ter plaatse van het bevestigingspunt van de 15 afmeerkabel 7 met het bordes 4 is een steunpunt 14 met een bolvormig gedeelte 15 voorzien. De functie hiervan zal verderop nader worden toegelicht. Het steunpunt 14 is voorzien van een doorgaande uitsparing 16 voor de afmeerkabel 7 richting het veerorgaan 10. De afmetingen van de uitsparing 16 en de afmeerkabel 7 zijn zodanig dat de afmeerkabel 7 de vrijheid heeft om op en neer te bewegen in de uitsparing 16.2). The spring member 10 is herein housed in a recess in the landing 4, and is in turn connected at its lower side to a boundary element 11. The boundary element 11 ensures that the mooring cable 7 and the spring element 10 can be loaded without tension shooting of the landing 4. At the location of the attachment point of the mooring cable 7 with the landing 4, a supporting point 14 with a spherical portion 15 is provided. The function of this will be explained further below. The support point 14 is provided with a continuous recess 16 for the mooring cable 7 towards the spring member 10. The dimensions of the recess 16 and the mooring cable 7 are such that the mooring cable 7 has the freedom to move up and down in the recess 16.
20 Teneinde op willekeurige tijdstippen tussen laag en hoogtij, alsook bij ruw weer, een veilige overstap van het personeel vanaf een vaartuig 20 (zie fig. 3 en 4) naar het bordes 4 en omgekeerd te kunnen realiseren, wordt gebruik gemaakt van een telescopisch uitschuifbare zwenkarm 21 waaroverheen een eveneens telescopisch uitschuifbare loopbrug 22 kan worden aangebracht.In order to be able to realize a safe transfer of personnel from a vessel 20 (see Figs. 3 and 4) to landing stage 4 and vice versa at random times between low and high tide, as well as in rough weather, use is made of a telescopically extendable pivotal arm 21 over which a also telescopically extendable walkway 22 can be arranged.
25 De zwenkarm 21 is om een liggende as x scharnierbaar verbonden met een opstapplateau 25 op het boveneinde van een kolom 26, die door middel van een aandrijfbare draaikans om een staande as y draaibaar op het dek van het vaartuig 20 gemonteerd is. Tussen de draaikolom 26 en een punt aan de onderzijde van de zwenkarm 21 strekt zich een niet in detail getoonde hydraulische zuiger-cilinderinrichting uit, die een verstelling van de 30 hellingshoek van de zwenkbrug 21 rondom de as x kan bewerkstelligen. De telescopische delen van de zwenkarm 21 zijn in- en uitschuifbaar door middel van een eveneens niet in detail getoonde hydraulische zuiger-cilinderinrichting. In plaats van de bovengenoemde hydraulische zuiger-cilinderinrichtingen of in aanvulling daarop, kunnen ook andersoortige aandrijfmiddelen worden gebruikt, zoals een Herinrichting.The pivotal arm 21 is pivotally connected about a horizontal axis x to a stepping platform 25 on the upper end of a column 26, which is rotatably mounted on the deck of the vessel 20 by means of a drivable swivel. Extending between the pivot column 26 and a point on the underside of the pivot arm 21 is a hydraulic piston-cylinder device, not shown in detail, which can bring about an adjustment of the angle of inclination of the pivot bridge 21 around the axis x. The telescopic parts of the pivotal arm 21 are retractable and extendable by means of a hydraulic piston-cylinder device, which is also not shown in detail. Instead of the aforementioned hydraulic piston-cylinder devices or in addition thereto, other types of drive means can also be used, such as a Reconditioning device.
35 De zwenkarm 21 is aan zijn vrije einde voorzien van een koppelinrichting 30. De koppelinrichting 30 dient om een verbinding met de afmeerkabel 7 tot stand te brengen en aldus het vaartuig 20 af te meren aan de offshore constructie 1.The pivotal arm 21 is provided at its free end with a coupling device 30. The coupling device 30 serves to establish a connection with the mooring cable 7 and thus moor the vessel 20 to the offshore construction 1.
- 5 -- 5 -
Een uitvoeringsvorm van de koppelinrichting is getoond in fig. 8 en 9 en omvat een haakarm 31 die hier is opgebouwd uit twee rondom een verticale scharnieras 32 verdraaibaar met elkaar verbonden delen. In de gesloten stand, die in fig. 8 met onderbroken lijnen is 5 aangegeven en die tevens getoond is in fig. 9, definiëren de haakarmdelen 31a,b tezamen een U-vorm waartussen de afmeerkabel 7 past. Tussen de beide door de haakarmdelen 31a,b gevormde benen is een onder veerspanning staand grendelelement 34 voorzien. Het grendelelement 34 kan tegen de veerspanning van een veer 35 naar een open stand worden gedraaid onder inwerking van een kracht F. Het haakarmdeel 31a kan in zijn gesloten stand 10 worden vergrendeld door middel van een blokkeerpal 36. Het haakarmdeel 31a en de blokkeerpal 36 staan hierbij onder veerspanning van een veer 37.An embodiment of the coupling device is shown in Figs. 8 and 9 and comprises a hook arm 31 which here is built up of two parts rotatably connected to each other around a vertical pivot axis 32. In the closed position, which is indicated by broken lines in Fig. 8 and which is also shown in Fig. 9, the hook arm parts 31a, b together define a U-shape between which the mooring cable 7 fits. A locking element 34 under spring tension is provided between the two legs formed by the hook arm parts 31a, b. The locking element 34 can be turned against the spring tension of a spring 35 to an open position under the action of a force F. The hook arm part 31a can be locked in its closed position 10 by means of a locking pawl 36. The hook arm part 31a and the locking pawl 36 here under spring tension of a spring 37.
Door nu de haakarm 31 in de gesloten stand achter de afmeerkabel 7 te haken, zal de daarbij optredende kracht F tussen de afmeerkabel 7 en het grendelelement 34 er voor zorgen dat het grendelelement 34 naar zijn open stand wordt gedrukt. Als gevolg hiervan zal 15 de afmeerkabel 7 verder in de U-vorm van de haakarm 31 naar binnen bewegen, waarbij het grendelelement 34 weer terug naar zijn gesloten stand wordt gedrukt door de veer 35 zodra de afmeerkabel 7 gepasseerd is (fig. 9). Vervolgens zit de afmeerkabel 7 opgesloten in de koppelrichting 30, en kan zich eerst weer daaruit bewegen nadat het grendelelement 34 is vrijgegeven, of het haakarmdeel 31a naar zijn open stand is gebracht. Dit laatste gebeurt 20 door krachtuitoefening van de afmeerkabel 7 op het haakarmdeel 31a waardoor de blokkeerpal 36, tegen de veerkracht van de veer 37 in opengedrukt wordt indien de kracht tussen de afmeerkabel 7 en de koppelinrichting 30 een bepaalde grenswaarde overschrijdt, bijvoorbeeld indien het vaartuig 20 in een noodgeval weg moet varen. Het haakarmdeel 31a kan ook actief vrij worden gegeven om naar zijn open stand te bewegen door het wegtrekken 25 van de blokkeerpal 36 middels bediening van een lijn 38 (fig. 8).By now hooking the hook arm 31 in the closed position behind the mooring cable 7, the force F occurring between the mooring cable 7 and the locking element 34 will ensure that the locking element 34 is pressed to its open position. As a result, the mooring cable 7 will move further in the U-shape of the hook arm 31, the locking element 34 being pushed back to its closed position by the spring 35 once the mooring cable 7 has passed (Fig. 9). The mooring cable 7 is subsequently locked in the coupling direction 30, and can only move out again after the locking element 34 has been released, or the hook arm part 31a has been brought to its open position. The latter occurs by force exerting the mooring cable 7 on the hook arm part 31a, whereby the locking catch 36 is pressed open against the spring force of the spring 37 if the force between the mooring cable 7 and the coupling device 30 exceeds a certain limit value, for example if the vessel 20 have to sail away in an emergency. The hook arm part 31a can also be actively released to move to its open position by pulling away the blocking pawl 36 by operating a line 38 (Fig. 8).
Aan de hand van fig. 3 en 4 wordt nu een mogelijke wijze van koppelen beschreven: Het vaartuig 20 positioneert zich met zijn achterzijde naar een afmeerlocatie nabij het bordes 4 (fig. 3a, 4a). Vervolgens wordt de zwenkarm 21 naar buiten gezwenkt (fig. 3b, 4b) en al dan niet gelijktijdig telescopisch verlengd. Daarna wordt de zwenkarm 21 verder gezwenkt 30 en/of verlengd totdat deze zijdelings tegen de afmeerkabel 7 duwt (fig. 3c, 4c). Een zogenaamde constante spanningaandrijving op de zwenkbeweging van de zwenkarm 21 zorgt er hierbij voor dat de zwenkarm 21 tegen de afmeerkabel 7 aangedrukt blijft. De flexibiliteit van het kabeldeel 7 tezamen met het veerorgaan 10 zorgen er hierbij voor dat de schok die teweeg wordt gebracht op het moment dat de zwenkarm 21 de afmeerkabel 7 35 raakt, beperkt wordt. In een volgende actie komt de koppeling tot stand. Hiertoe kan de zwenkarm 21 terwijl deze aanligt tegen de afmeerkabel 7 telescopisch naar binnen worden getrokken totdat de afmeerkabel 7 in de haakarm 31 tot voorbij het grendelelement 34 is - 6 - getrokken (fig. 3d, 4d). In aanvulling hierop kan het vaartuig 20 van de afmeerkabel 7 worden weggevaren teneinde de koppelprocedure te bespoedigen. Daarna wordt de zwenkarm 21 net zover neergelaten totdat deze met zijn koppelinrichting 30 zodanig op het steunpunt 14 is komen te liggen dat de haakarm 31 rondom tegen het bolvormige gedeelte 15 daarvan rust.A possible coupling method is now described with reference to Figs. 3 and 4. The vessel 20 positions itself with its rear side to a mooring location near the landing 4 (Figs. 3a, 4a). The swiveling arm 21 is then swiveled outwards (Figs. 3b, 4b) and telescopically extended, whether or not simultaneously. The swiveling arm 21 is then further pivoted 30 and / or extended until it pushes sideways against the mooring cable 7 (Figs. 3c, 4c). A so-called constant voltage drive on the pivoting movement of the pivoting arm 21 ensures that the pivoting arm 21 remains pressed against the mooring cable 7. The flexibility of the cable part 7 together with the spring member 10 ensure that the shock that is produced at the moment that the pivotal arm 21 touches the mooring cable 7 is limited. The link is established in a subsequent action. To this end, the pivotal arm 21 can be pulled telescopically inwards while it rests against the mooring cable 7 until the mooring cable 7 in the hook arm 31 has been pulled beyond the locking element 34 (Figs. 3d, 4d). In addition to this, the vessel 20 can be sailed away from the mooring cable 7 in order to speed up the coupling procedure. The pivoting arm 21 is then lowered until it has come to lie with its coupling device 30 on the support point 14 such that the hook arm 31 rests against the spherical portion 15 thereof all around.
5 Tezamen vormen deze dan met voordeel een soort van bolscharnierverbinding. Tot slot wordt de loopbrug 22 over de zwenkarm 21 uitgerold en in deze verlengde positie vergrendeld met het vrije einde van de zwenkarm 21 (fig. 3e, 4e).Together, they then advantageously form a kind of ball-and-socket joint. Finally, the walkway 22 is rolled out over the swiveling arm 21 and locked in this extended position with the free end of the swiveling arm 21 (Fig. 3e, 4th).
Nadat de koppeling aldus tot stand is gebracht worden de bewegingen van de zwenkarm 21 rondom de horizontale en verticale as vrijgegeven door de respectieve 10 aandrijvingen daarvan uit te schakelen. Ook de telescopisch in elkaar grijpende delen van zowel de zwenkarm 21 alsook van de loopbrug 22 kunnen worden vrijgegeven door de respectieve aandrijvingen daarvan uit te schakelen. Met voordeel is echter tussen de beide telescopisch in elkaar grijpende delen van de zwenkarm 21 en/of van de loopbrug 22 een veermiddel voorzien voor het met een bepaalde voorspanning in en uit elkaar laten schuiven 15 van de zwenkarm 21 en de daarmee verbonden loopbrug 22. Dit veermiddel kan met voordeel deel uitmaken van of worden gevormd door de aandrijfmiddelen zoals de hydraulische zuiger-cilinderinrichting of de Herinrichting voor het verlengen van de zwenkarm 21 en/of loopbrug 22. Het veermiddel zorgt er tezamen met de flexibiliteit van de afmeerkabel 7 en het veerorgaan 10 voor dat na verankering, een zeker mate van flexibiliteit gewaarborgd 20 blijft, als gevolg waarvan het vaartuig 20 golfbewegingen kan volgen. De mate van flexibiliteit kan hierbij beïnvloed worden door aanpassing van de karakteristiek van het veerorgaan 10 en/of het veermiddel en/of de keuze van de afmeerkabel 7. De scharnierverbinding tussen de koppelinrichting 30 en het steunpunt 14 zorgt ervoor dat rotaties tussen de zwenkarm 21 en de offshore constructie 1 worden toegelaten.After the coupling has thus been established, the movements of the pivotal arm 21 about the horizontal and vertical axis are released by switching off their respective drives. The telescopically interlocking parts of both the swinging arm 21 and the walkway 22 can also be released by switching off their respective drives. Advantageously, however, a spring means is provided between the two telescopically interlocking parts of the swiveling arm 21 and / or of the walkway 22 for causing the swiveling arm 21 and the walkway 22 connected thereto to slide in and out of each other with a certain prestress. This spring means can advantageously form part of or be formed by the drive means such as the hydraulic piston-cylinder device or the Re-arrangement for extending the pivotal arm 21 and / or walkway 22. The spring means together with the flexibility of the mooring cable 7 and the spring member 10 which, after anchoring, a certain degree of flexibility remains guaranteed, as a result of which the vessel 20 can follow wave movements. The degree of flexibility can be influenced here by adjusting the characteristic of the spring member 10 and / or the spring means and / or the choice of the mooring cable 7. The hinge connection between the coupling device 30 and the support point 14 ensures that rotations between the swiveling arm 21 and the offshore construction 1 are allowed.
25 Naast de getoonde uitvoeringsvorm zijn vele varianten mogelijk. Zo kan de afmeerkabel in plaats van verticaal ook enigszins schuin worden opgehangen. Een afwijking van ±15° ten opzichte van de verticaal levert hierbij geen problemen op. In plaats van separaat kunnen de zwenkarm en de loopbrug ook tezamen telescopisch in en uitgeschoven worden. In weer een andere variant kunnen de loopbrug en de zwenkarm integraal zijn 30 uitgevoerd. De afmeerkabel kan ook uit een ander materiaal zijn vervaardigd, zoals een vezelversterkte kunststof, zolang deze maar een voldoende sterkte combineert met een gewenste flexibiliteit cq. buigzaamheid. In plaats van één afmeerkabel, kunnen er ook meerdere afmeerkabels op de offshore constructie worden voorzien opdat deze bij elke windrichting goed benaderd kan worden door het vaartuig.In addition to the embodiment shown, many variants are possible. In this way the mooring cable can also be hung somewhat diagonally instead of vertically. A deviation of ± 15 ° from the vertical does not cause any problems. Instead of separately, the swivel arm and the walkway can also be telescoped in and out together. In yet another variant, the walkway and the swinging arm can be integral. The mooring cable can also be made of a different material, such as a fiber-reinforced plastic, as long as it combines sufficient strength with a desired flexibility. flexibility. Instead of one mooring cable, several mooring cables can also be provided on the offshore construction so that it can be properly approached by the vessel in any wind direction.
35 Aldus is volgens de uitvinding een afmeersysteem verschaft dat eenvoudig kan worden toegepast op reeds bestaande offshore constructies, waarmee een vaartuig op flexibele wijze betrouwbaar verankerd kan worden aan de offshore constructie, en welk - 7 - systeem zich met name goed leent voor het verankeren van relatief kleine vaartuigen aan de offshore constructie.Thus, according to the invention, a mooring system is provided that can easily be applied to already existing offshore structures, with which a vessel can be reliably anchored to the offshore construction in a flexible manner, and which system is particularly suitable for anchoring relatively small vessels on the offshore construction.
10344921034492
Claims (16)
Priority Applications (3)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1034492A NL1034492C2 (en) | 2007-10-09 | 2007-10-09 | Mooring system for mooring a vessel to a mooring cable attached to an offshore structure. |
PCT/NL2008/000222 WO2009048323A1 (en) | 2007-10-09 | 2008-10-09 | Mooring system for mooring a first vessel to a mooring cable connected to an offshore construction or to a second vessel |
EP08836868A EP2195231A1 (en) | 2007-10-09 | 2008-10-09 | Mooring system for mooring a first vessel to a mooring cable connected to an offshore construction or to a second vessel |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1034492 | 2007-10-09 | ||
NL1034492A NL1034492C2 (en) | 2007-10-09 | 2007-10-09 | Mooring system for mooring a vessel to a mooring cable attached to an offshore structure. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1034492C2 true NL1034492C2 (en) | 2009-04-14 |
Family
ID=39673197
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1034492A NL1034492C2 (en) | 2007-10-09 | 2007-10-09 | Mooring system for mooring a vessel to a mooring cable attached to an offshore structure. |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP2195231A1 (en) |
NL (1) | NL1034492C2 (en) |
WO (1) | WO2009048323A1 (en) |
Families Citing this family (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
NO330279B1 (en) * | 2009-06-15 | 2011-03-21 | Brothers As | Arrangement and method for transferring crew and personnel between marine vessels and offshore structures |
NL2003728C2 (en) * | 2009-10-30 | 2011-05-03 | P & R Systems | METHOD FOR STABILIZING A FLOATING VESSEL AGAINST A STATIONARY OBJECT. |
WO2012007002A2 (en) * | 2010-07-12 | 2012-01-19 | Vestas Wind Systems A/S | Offshore unloading |
GB201108892D0 (en) * | 2011-05-26 | 2011-07-13 | Macdonald Robert | Improved access apparatus |
NL2008207C2 (en) | 2012-01-31 | 2013-08-01 | Sea Maester B V | A method of providing access between a floating vessel and a marine structure. |
CN103184985A (en) * | 2013-03-14 | 2013-07-03 | 江苏金风科技有限公司 | Landing device for offshore wind generating set |
CN108639256B (en) * | 2018-05-30 | 2024-07-12 | 西伯瀚(上海)海洋装备科技有限公司 | Ocean platform boarding device and ocean platform |
Citations (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS5591488A (en) * | 1978-12-30 | 1980-07-11 | Mitsui Eng & Shipbuild Co Ltd | Man-transferring system between marine construction |
US4590634A (en) * | 1984-12-20 | 1986-05-27 | The Boeing Company | Marine transfer device |
GB2175860A (en) * | 1985-05-28 | 1986-12-10 | Linkleters Patent Ship Fitting | Connection bridge to floating structure |
WO2002020343A1 (en) * | 2000-09-06 | 2002-03-14 | P & R Systems | A vessel, provided with a gang plank for coupling to an offshore pole structure |
NL1024196C2 (en) * | 2003-08-29 | 2004-11-09 | P & R Systems | Boat with telescopic gangway securable to offshore mast, has gangway secured to grip bar using hooked arm and locking device |
WO2005047097A1 (en) * | 2003-11-10 | 2005-05-26 | The Engineering Business Limited | Access method between marine structures and apparatus |
-
2007
- 2007-10-09 NL NL1034492A patent/NL1034492C2/en not_active IP Right Cessation
-
2008
- 2008-10-09 EP EP08836868A patent/EP2195231A1/en not_active Withdrawn
- 2008-10-09 WO PCT/NL2008/000222 patent/WO2009048323A1/en active Application Filing
Patent Citations (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS5591488A (en) * | 1978-12-30 | 1980-07-11 | Mitsui Eng & Shipbuild Co Ltd | Man-transferring system between marine construction |
US4590634A (en) * | 1984-12-20 | 1986-05-27 | The Boeing Company | Marine transfer device |
GB2175860A (en) * | 1985-05-28 | 1986-12-10 | Linkleters Patent Ship Fitting | Connection bridge to floating structure |
WO2002020343A1 (en) * | 2000-09-06 | 2002-03-14 | P & R Systems | A vessel, provided with a gang plank for coupling to an offshore pole structure |
NL1024196C2 (en) * | 2003-08-29 | 2004-11-09 | P & R Systems | Boat with telescopic gangway securable to offshore mast, has gangway secured to grip bar using hooked arm and locking device |
WO2005047097A1 (en) * | 2003-11-10 | 2005-05-26 | The Engineering Business Limited | Access method between marine structures and apparatus |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP2195231A1 (en) | 2010-06-16 |
WO2009048323A1 (en) | 2009-04-16 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1034492C2 (en) | Mooring system for mooring a vessel to a mooring cable attached to an offshore structure. | |
US6347424B1 (en) | Movement absorbing transferring system | |
WO2014109640A1 (en) | A vessel, a motion platform, a control system and a method for compensating motions of a vessel | |
SE524657C2 (en) | Blokeringsanordning | |
DK2516250T3 (en) | Crane on a ship | |
EP1758810B1 (en) | Lifting apparatus | |
NL2006605C2 (en) | Vessel comprising a crane. | |
NL1024196C2 (en) | Boat with telescopic gangway securable to offshore mast, has gangway secured to grip bar using hooked arm and locking device | |
US9546458B1 (en) | Device for resisting lifting of a gangway and gangway fitted with such device | |
NL2012069C2 (en) | A vessel, a motion platform, a control system, a method for compensating motions of a vessel and a computer program product. | |
CN109626241B (en) | Luffing jib crane with device for locking the jib in raised configuration | |
NL2015891B1 (en) | System and method for transfer of cargo and/or personnel. | |
KR101797473B1 (en) | Device in connection with a folding ship ramp | |
NL1043284B9 (en) | Developments and improvements from "Automatic unloading device when sailing away" to also automatic installation | |
EP3168132A1 (en) | Tiltable and retractable gangway for boats | |
CN113120776A (en) | Pitching cantilever tower crane equipped with adjustable wind load system | |
US20110011327A1 (en) | Adjustable pivoting hanger | |
WO2012036615A1 (en) | Device at a hoistable loading deck for a cargo ship | |
US7934283B2 (en) | Gangway latch | |
US20130037675A1 (en) | Supporting device for supporting a load to structure | |
US4234034A (en) | Container and cover arrangement | |
NL8103890A (en) | UNLOADING DEVICE FOR BULK GOODS. | |
GB1597957A (en) | Cover arrangement for a container | |
JPH07205878A (en) | System for mooring marine vessel and mooring/unmooring marine vessel alongside quay |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20130501 |