NL1033968C2 - Houder. - Google Patents
Houder. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1033968C2 NL1033968C2 NL1033968A NL1033968A NL1033968C2 NL 1033968 C2 NL1033968 C2 NL 1033968C2 NL 1033968 A NL1033968 A NL 1033968A NL 1033968 A NL1033968 A NL 1033968A NL 1033968 C2 NL1033968 C2 NL 1033968C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- connection
- wall part
- container
- fluid
- liftable
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65D—CONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
- B65D85/00—Containers, packaging elements or packages, specially adapted for particular articles or materials
- B65D85/70—Containers, packaging elements or packages, specially adapted for particular articles or materials for materials not otherwise provided for
- B65D85/804—Disposable containers or packages with contents which are mixed, infused or dissolved in situ, i.e. without having been previously removed from the package
- B65D85/8043—Packages adapted to allow liquid to pass through the contents
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65D—CONTAINERS FOR STORAGE OR TRANSPORT OF ARTICLES OR MATERIALS, e.g. BAGS, BARRELS, BOTTLES, BOXES, CANS, CARTONS, CRATES, DRUMS, JARS, TANKS, HOPPERS, FORWARDING CONTAINERS; ACCESSORIES, CLOSURES, OR FITTINGS THEREFOR; PACKAGING ELEMENTS; PACKAGES
- B65D81/00—Containers, packaging elements, or packages, for contents presenting particular transport or storage problems, or adapted to be used for non-packaging purposes after removal of contents
- B65D81/32—Containers, packaging elements, or packages, for contents presenting particular transport or storage problems, or adapted to be used for non-packaging purposes after removal of contents for packaging two or more different materials which must be maintained separate prior to use in admixture
- B65D81/3261—Flexible containers having several compartments
- B65D81/3266—Flexible containers having several compartments separated by a common rupturable seal, a clip or other removable fastening device
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A47—FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
- A47J—KITCHEN EQUIPMENT; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; APPARATUS FOR MAKING BEVERAGES
- A47J31/00—Apparatus for making beverages
- A47J31/005—Portable or compact beverage making apparatus, e.g. for travelling, for use in automotive vehicles
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A47—FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
- A47J—KITCHEN EQUIPMENT; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; APPARATUS FOR MAKING BEVERAGES
- A47J31/00—Apparatus for making beverages
- A47J31/40—Beverage-making apparatus with dispensing means for adding a measured quantity of ingredients, e.g. coffee, water, sugar, cocoa, milk, tea
- A47J31/407—Beverage-making apparatus with dispensing means for adding a measured quantity of ingredients, e.g. coffee, water, sugar, cocoa, milk, tea with ingredient-containing cartridges; Cartridge-perforating means
Description
Titel: Houder
De uitvinding heeft betrekking op een houder van een gesloten type, welke houder in het bijzonder is ingericht om verwisselbaar te worden verbonden met een apparaat voor het bereiden van een voor menselijke consumptie geschikte drank. Dergelijke houders zijn doorgaans voor een 5 niet onbelangrijk deel gevormd als opslagruimte en beschikken veelal over een door fluidumdruk ophefbare, een opening bepalende afsluiting.
Een dergelijke houder is bekend uit het Nederlandse octrooi NL 184501. Bij deze bekende houder wordt soms als nadeel ervaren dat de ophefbare afsluiting, in de vorm van een scheurbaar vlies in een wanddeel 10 van de opslagruimte, geen verbinding tot stand brengt met een fluïdumaansluiting. Daardoor kan de fluïdumstroom na opheffing van de afsluiting niet gecontroleerd worden verder geleid. Bij weer een andere houder, die gevormd is als een blister-verpakking uit twee aan elkaar verbonden wanddelen, heeft men dit probleem willen verhelpen door de 15 houder, behalve van een opslagruimte, ook van een fluïdumaansluiting te voorzien. De ophefbare afsluiting wordt daarbij tussen de opslagruimte en de fluïdumaansluiting gevormd door een verzwakt deel van de verbinding tussen de twee wanddelen. Deze verzwakte verbinding, ook wel “peel seal” genoemd, kan bijvoorbeeld worden verkregen door voorafgaand aan het 20 verbinden van de twee wanddelen ter plaatse van de gewenste ophefbare afsluiting, of peel seal, een laag van een specifieke lak op ten minste een van de twee wanddelen aan te brengen. Omdat er nogal wat variatie zit in welke positie de twee wanddelen van de houder exact op elkaar komen te liggen, moet het oppervlak van deze laklaag groter worden gekozen dan de 25 uiteindelijke afmeting van het verzwakte verbindingsgedeelte. Een gevolg hiervan kan zijn, dat de verkregen peel seal zich in sommige gevallen ongewenst dicht op de rand, of naar andere in de houder gevormde ruimten E 0 o 3 9 68 .
2 toe, uitstrekt. Dit is ongewenst omdat bij het openspringen van de afsluiting door fluïdumdruk ook andere delen van de houder beschadigd kunnen raken en fluïdum kan wegstromen in andere dan de bedoelde richting of fluïdumaansluiting.
5 Daarmee in overeenstemming is het een doel van de onderhavige uitvinding om minstens één van de nadelen van de stand van de techniek te elimineren of te verbeteren. Het is ook een doel van de onderhavige uitvinding om alternatieve constructies te verschaffen die in vervaardiging en gebruik gemakkelijker zijn en die bovendien verhoudingsgewijs voordelig 10 gemaakt kunnen worden. Alternatief is het een doel van de uitvinding om het publiek een op zijn minst nuttige keuzemogelijkheid te verschaffen.
Hiertoe voorziet de uitvinding in een gesloten houder die voorzien is van een eerste wanddeel en een tweede wanddeel, waarbij het eerste en het tweede wanddeel zodanig met elkaar zijn verbonden, dat daartussen ten 15 minste een eerste opslagruimte, ten minste een eerste fluïdumaansluiting en ten minste een eerste door fluïdumdruk ophefbare, een opening bepalende afsluiting zijn gevormd, waarbij de ten minste eerste ophefbare afsluiting met de eerste opslagruimte in verbinding staat en een verbinding afsluit naar, of van, de ten minste eerste fluïdumaansluiting, waarbij de 20 ophefbare afsluiting is gevormd door een deel van de verbinding van het eerste met het tweede wanddeel en waarbij in nabijheid van de ophefbare afsluiting een extra verbinding van het eerste wanddeel met het tweede wanddeel is aangebracht.
De uitvinding voorziet ook in een werkwijze voor het vormen van 25 een houder voorzien van een eerste en een tweede wanddeel, waarbij het eerste en het tweede wanddeel zodanig met elkaar worden verbonden, dat daartussen ten minste een eerste opslagruimte, ten minste een eerste fluïdumaansluiting en een ten minste eerste door fluïdumdruk ophefbare, een opening bepalende afsluiting zijn gevormd, waarbij de ten minste eerste 30 ophefbare afsluiting met de eerste opslagruimte in verbinding staat en een 3 verbinding afsluit naar, of van, de ten minste eerste fluïdumaansluiting, waarbij voorafgaand aan het vormen van de verbinding van de eerste en tweede wanddelen, op een van de eerste en tweede wanddelen plaatselijk een lak wordt aangebracht, die na het verbinden in een gecontroleerd 5 verminderde hechting resulteert voor het verkrijgen van de ten minste eerste ophefbare afsluiting en waarbij in nabijheid van de ophefbare afsluiting een extra verbinding van het eerste wanddeel met het tweede wanddeel wordt aangebracht. In de praktijk is de plaats waar de verbinding tussen de twee wanddelen tot stand komt veel nauwkeuriger te bepalen, 10 dan de exacte locatie van een van de wanddelen met een op een gedeelte daarvan aangebrachte laklaag. De uitvinding maakt gebruik van dit inzicht door moeilijke extra inspanningen, om het gebied van de laklaag, of de wanddelen beter te positioneren, te vermijden door de eenvoudige extra maatregel volgens de uitvinding.
15 Verder kan het voordelig zijn om bij de werkwijze volgens de uitvinding de extra verbinding te vormen door de lak in een bereik waar deze niet mag openspringen zodanig additioneel te verwarmen dat de verzwakkende werking, althans in dat gedeelte, teniet wordt gedaan.
Volgens een ander aspect van de werkwijze volgens de uitvinding is 20 het voordelig om tijdens het additioneel verwarmen ook extra druk op de plaats van de extra verbinding uit te oefenen. De uitvinding voorziet verder nog in een uitvinding, waarbij de druk met een vorm element wordt uitgeoefend.
De uitvinding zal nu nader worden besproken aan de hand van de 25 bijbehorende tekeningen, waarin:
Figuur 1, in bovenaanzicht, een houder laat zien van een bekende soort;
Figuur 2 toont een langsdoorsnede van de houder volgens de lijn II-II in Figuur 1; 4
Figuur 3 is een bovenaanzicht van een houder volgens een gewijzigd model;
Figuur 4 is een aanzicht, zoals Figuur 3, van een houder volgens een nog verder gewijzigd model; en 5 Figuur 5 is een gereedschap voor het vormen van de gewijzigde houder volgens Figuur 4.
In de figuren 1 en 2 is een eerste uitvoeringsvorm getoond van een houder volgens de uitvinding. De houder 1 is gevormd als een blister container met een eerste wanddeel 3 en een tweede wanddeel 5. In het 10 eerste wanddeel 3 zijn blisterkamers 7,9 gevormd. De blisterkamer 7 is hier een eerste opslagruimte terwijl de blisterkamer 9 een mengkamer vormt. Verder is als blisterkamer in het eerste wanddeel 3 een eerste fiuïdumaansluiting 11 gevormd.
Tussen de eerste opslagruimte 7 en de eerste fiuïdumaansluiting 15 11 bevindt zich een eerste ophefbare afsluiting 13. De eerste ophefbare afsluiting 13 maakt deel uit van een gemeenschappelijk verbindingsvlak 15 van de eerste en tweede wanddelen 3, 5 en is gevormd als een verzwakt gedeelte hiervan. De wanddelen 3,5 van de houder 1 kunnen aan de binnenzijde gevormd zijn uit polyethyleen folies van verschillende diktes en 20 kunnen door warmlassen aan elkaar verbonden zijn langs het gemeenschappelijke verbindingsvlak 15. Het tweede wanddeel 5 strekt zich in hoofdzaak in een enkel vlak uit en kan uit een dunnere folie bestaan dan het eerste wanddeel 3 waarin door dieptrekken de blisterkamers zijn gevormd. Eventueel kunnen de folies voor de eerste en tweede wanddelen 25 aan de binnenzijde ook uit polipropyleen zijn gevormd. Bovendien kan voor de warmlasverbinding ook gebruik worden gemaakt van een bepaalde lijm die eerst op één of beide van de naar elkaar toegekeerde zijden van de eerste en/of tweede wanddelen wordt aangebracht en vervolgens door verwarming aan elkaar kan worden gehecht. Voor het vormen van een ophefbare 30 afsluiting of zogenaamde “peel seal” in een deel van het gemeenschappelijke 5 verbindingsvlak 15 wordt, voorafgaand aan het warmlassen, een laag specifieke lak 17 aangebracht die de lasbaarheid van die specifieke verbindingsplaats gecontroleerd verminderd. Deze techniek wordt al op ruime schaal toegepast en er kan worden volstaan met een verwijzing naar 5 de firma Amcor Flexibles (Hattingvej 10, DK-8700 Horsens, Denmark) die een ruim aanbod aan materialen en verbindingstechnieken hiervoor tot haar specialisatie heeft gemaakt.
Verder is in figuur 1 te zien dat het oppervlaktedeel, waarop de lak 17 is aangebracht, zich over een beduidend groter oppervlak uitstrekt dan 10 het oppervlak van het verzwakte gedeelte dat de ophefbare afsluiting 13 vormt. Dit heeft ermee te maken dat de laklaag 17 bij voorkeur wordt aangebracht op het vlakke tweede wanddeel 5 en dat de uiteindelijke positie van het tweede wanddeel 5 op het eerste wanddeel 3 slechts binnen een ruime tolerantie kan worden uitgevoerd. De benodigde toeslag om onder alle 15 omstandigheden zeker te stellen dat de laklaag gaat samenvallen met de gewenste plaats voor de ophefbare afsluiting, kan wel tot rondom 2.5 mm bedragen. Het gevaar is daarmee niet denkbeeldig dat, met een onvoordelige plaatsing van de laklaag 17 ten opzichte van de omtreksrand 19 van de houder, de ophefbare afsluiting onbedoeld de eerste opslagruimte 7 in open 20 verbinding brengt met de buitenwereld. Dit is bij de uitvinding doeltreffend ondervangen door het aanbrengen van een barrière in de vorm van een eerste extra verbinding 21. De extra verbinding 21 ontstaat door de rand van de houder waar de peel seal 13 zeker niet mag openspringen extra te verwarmen, zodat de eventueel op die plaatsen aanwezige delen van de 25 laklaag 17 alsnog hun verzwakkende werking wordt ontnomen. Hierdoor kan met zekerheid worden bewerkstelligd dat het opheffen van de peel seal 13 alleen resulteert in een opening tussen de opslagruimte 7 en de extra fluïdumaansluiting 11.
Doordat de opslagruimte 7 een voor de bereiding van een drank 30 nuttig concentraat in de vorm van een fluïdum bevat, kan de eerste 6 ophefbare afsluiting 13 bijvoorbeeld worden geopend door de opslagruimte 7 mechanisch samen te drukken, waardoor de fluïdumdruk oploopt en de ophefbare afsluiting 13 opent. Daarop kan het fluïdum via de eerste fluïdumaansluiting 11 uitstromen naar de mengkamer 9 alwaar het zich 5 vermengd met een vanuit een fluïdumafgiftekamer 23 toestromend basisfluïdum. Vervolgens kan de bereide drank de houder verlaten middels de uitstroomopeningen 25A, 25B. De in de figuren getoonde uitvoering met twee uitstroomopeningen kan in de praktijk ook worden vervangen door een uitvoering met slechts een enkele uitstroomopening. In de omschreven 10 uitvoeringsvorm volgens figuur 1 en 2 wordt het concentraat in de opslagruimte 7 niet door volumevermindering van de opslagruimte uitgedreven maar door een ander fluïdum, zoals lucht, dat onder druk aan de opslagruimte wordt toe gevoerd. Hiertoe is voorzien in een tweede fluïdumaansluiting 26 en een tweede ophefbare afsluiting of peel seal 27 15 tussen de tweede fluïdumaansluiting 26 en de opslagruimte 7. Ook hier is weer een laklaag 29 aangebracht om de gewenste plaatselijke verzwakking van het verbindingsvlak 15 te bereiken. Ook is te zien dat de contouren van deze laklaag in een bereik 31 liggen dat in een ongunstig geval kan samenvallen met zowel de omtreksrand 19 van de houder 1, als ook met de 20 fluïdumafgiftekamer 23. Om aan dit bezwaar tegemoet te komen zijn barrières gecreëerd door tweede en derde extra verbindingen 33 en 35 aan te brengen zoals de eerder beschreven eerste extra verbinding 21.
Bij een houder van de beschreven soort is het niet ongebruikelijk om deze tijdens het gebruik in een drankbereidingsapparaat te 25 ondersteunen langs de met het verbindingsvlak 15 parallel lopende oppervlaktedelen van het eerste wanddeel 3. Voor het verkrijgen van betrouwbare fluïdumverbindingen met het drankbereidingsapparaat kan een nauwkeurige maatvoering gewenst zijn. De toevoer van fluïda aan de houder komt doorgaans tot stand door naalden die één van de eerste of 30 tweede wanddelen doorprikken en een goede afdichting kan daarna slechts 7 worden gewaarborgd door een nauwkeurig voorspelbare maatvoering van de verwisselbare houder. Het kan daarom onder bepaalde omstandigheden onwenselijk zijn om in een ondersteuningsbereik dat zich bevindt tussen twee doorprikbare zones, zoals de fluïdum afgiftekamer 23 en de tweede 5 fluïdumaansluiting 26 een extra verbinding 35 aan te brengen. De derde extra verbinding 35 zou de maatvoering in dit kritische bereik nadelig kunnen beïnvloeden. Het omtreksbereik 19 van de houder 1 is in algemene zin minder kritisch, zodat het een voorkeur zou kunnen hebben om de plaatsen van de extra verbindingen zoveel mogelijk met de buitenomtrek 19 10 te laten samenvallen.
Daartoe is in figuur 3 een gewijzigd model houder voorgesteld. De verwijzingscijfers zijn hier grotendeels in overeenstemming met figuur 1 en 2 gekozen, maar telkens een vol honderdtal hoger.
De houder 101 in figuur 3 beschikt over een tweede 15 fluïdumaansluiting 126, die via een kanaal 126A in verbinding staat met een fluïdumtoevoerkamer 126B. De fluïdumtoevoerkamer 126B strekt zich zoveel mogelijk parallel aan de nabij liggende omtreksrand 119 uit.
Daarmee wordt bereikt dat de uiterste grens 131 van de laklaag 129 alleen maar een extra verbinding 133 nodig maakt in het niet-kritische gebied aan 20 de omtreksrand 119. Voor het overige verschilt de houder 101 uit figuur 3 niet van die uit de figuren 1 en 2. Een uitgebreide beschrijving van de eerste ophefbare afsluiting 113, het eerste lakvlak 117 en de eerste extra verbinding 121 is daarmee overbodig.
De figuren 4 en 5 hebben betrekking op een alternatieve 25 uitvoeringsvorm van de eerste en tweede extra verbindingen. Deze zijn in figuur 4 aangegeven met 221 voor de eerste extra verbinding en met 233 voor de tweede extra verbinding. De overige verwijzingscijfers zijn geheel in overeenstemming met figuur 3 en zijn daarmee als identiek te beschouwen.
De eerste en tweede extra verbindingen 221,233 verschillen van de 30 tot nu toe beschreven uitvoeringsvormen doordat met een vormgereedschap 8 250 (zie figuur 5) tijdens het additioneel verwarmen voor het verkrijgen van de extra verbindingen 221 en 233, extra nog een enkele rillijn of een veelvoud rillijnen wordt aangebracht. Het vormgereedschap 250 is daartoe voorzien van een aambeeld 252 en een stempel 254. Het aanbeeld 252 heeft 5 in dit voorbeeld een tweetal rilvormige uitsparingen 256A, 256B waarin een daarmee corresponderend tweetal ruggen 258A, 258B van het stempel 254 kan worden opgenomen. Bij voorkeur, kunnen het stempel 254 en/of het aambeeld 252 worden verwarmd of maken zij deel uit van een ultrasone of inductieve lasinrichting. Tijdens het additioneel verwarmen voor het 10 vormen van de extra verbindingen 221, 233 wordt het aambeeld 252 onder het eerste wanddeel 3 van de houder geplaatst en het stempel aangedrukt tegen het tweede wanddeel 5. Door de uitgeoefende druk en warmte worden rillen gevormd ter plaatse van de eerste en tweede extra verbindingen 221 en 233. Dit vergroot in belangrijke mate de sterkte van de extra 15 verbindingen en laat toe te bereiken dat de temperatuur en druk tijdens het vormen van de extra verbindingen minder kritisch zijn. Omdat het omtreksbereik 119 voor de afdichting in een drankbereidingsapparaat minder kritisch is, kan deze verbindingstechniek met succes worden toegepast.
20 De beschreven houders kunnen als volgt worden gebruikt in een drankbereidingsapparaat.
De houder wordt verbonden met een apparaat dat is ingericht om met de houder samen te werken tijdens het verbinden van de houder 1, 101 met het apparaat of, desgewenst, na activering van het apparaat worden de 25 fluïdumafgiftekamer 23, respectievelijk 123, en de tweede fluïdumafgiftekamer 26, respectievelijk 126, doorboord en aangesloten op fluïdumafgifte-inrichtingen van het apparaat. Na activering van het apparaat zal een besturingsinrichting er voor zorgen dat lucht onder druk wordt toegevoerd aan de tweede fluïdumaansluiting 26,126. Hiermee wordt 30 druk, bijvoorbeeld minimaal 0,5 bar, uitgeoefend op de tweede ophefbare 9 afsluiting 27,127 die daardoor zal openen. Peel seals die bij een lagere druk openen zijn in beginsel mogelijk, maar stellen zwaardere eisen aan de voorzichtigheid bij het transport en het plaatsen van de houders in het drankbereidings apparaat. Vervolgens plant de uitgeoefende druk zich voort 5 hetzij via het concentraat in de opslagruimte 7, 107; hetzij rechtstreeks over het vloeistofniveau van het concentraat heen en opent de eerste ophefbare afsluiting 13, 113. Daarna wordt met behulp van de onder druk toegevoerde lucht het concentraat in de mengkamer 9, 109 gedoseerd. Aan dezelfde mengkamer 9, 109 stroomt eerder of gelijktijdig via de fluïdumafgiftekamer 10 23,123 het basisfluïdum voor de te bereiden drank naar de mengkamer 9, 109 en kan de bereide drank via de uitstroom openingen 25A, 25B, respectievelijk 125A, 125B de houder verlaten.
Er wordt nog opgemerkt dat de omschreven houder hier is uitgevoerd met een enkele opslagruimte. Het is echter ook mogelijk om de 15 houder ten opzichte van de mengkamer gespiegeld uit te voeren zodat een tweede opslagruimte wordt verkregen die op dezelfde wijze met de mengkamer gekoppeld kan zijn en waarin een voor de drankbereiding dienstig tweede concentraat kan zijn opgenomen, dat op soortgelijke wijze kan worden gedoseerd.
20 Verondersteld wordt dat de werking en de constructie van de onderhavige uitvinding uit de voorafgaande beschrijving duidelijk zullen blijken. De uitvinding is niet beperkt tot om het even welke hierin beschreven uitvoeringsvorm en, binnen het vermogen van de vakman, zijn wijzigingen mogelijk die binnen de omvang van de bescherming geacht 25 moeten worden te liggen. Eveneens moeten alle kinematische omkeringen binnen de beschermingsomvang van de onderhavige uitvinding worden geacht te zijn begrepen. Uitdrukkingen, zoals “bestaande uit”, wanneer gebruikt in deze beschrijving of de bijgaande conclusies, moeten niet in een exclusieve of uitsluitende betekenis, maar eerder in een inclusieve 30 betekenis, worden opgevat. Uitdrukkingen zoals: "middel voor...", moeten 10 worden gelezen als: "component gevormd voor..." of "element geconstrueerd om..." en dienen te worden opgevat alle equivalenten voor de beschreven constructies mede te omvatten. Het gebruik van uitdrukkingen als: "kritisch", "voordelig", "gewenst" enz., is niet bedoeld om de uitvinding te 5 beperken. Bovendien kunnen ook eigenschappen die niet specifiek of uitdrukkelijk worden beschreven of geëist in de constructie volgens de onderhavige uitvinding worden omvat zonder dat wordt afgeweken van de beschermingsomvang.
1033968
Claims (22)
1. Gesloten houder voorzien van een eerste wanddeel en een tweede wanddeel, waarbij het eerste en het tweede wanddeel zodanig met elkaar zijn verbonden, dat daartussen ten minste een eerste opslagruimte, ten minste een eerste fluïdumaansluiting en ten minste een eerste door 5 fluïdumdruk ophefbare, een opening bepalende afsluiting zijn gevormd, waarbij de ten minste eerste ophefbare afsluiting met de eerste opslagruimte in verbinding staat en een verbinding afsluit naar, of van, de ten minste eerste fluïdumaansluiting, waarbij de ophefbare afsluiting is gevormd door een deel van de verbinding van het eerste met het tweede 10 wanddeel en waarbij in nabijheid van de ophefbare afsluiting een extra verbinding van het eerste wanddeel met het tweede wanddeel is aangebracht.
2. Houder volgens conclusie 1, waarbij het tweede wanddeel zich in 15 hoofdzaak in een enkel vlak uitstrekt.
3. Houder volgens conclusie 1 of 2, waarbij het eerste en het tweede wanddeel door een lasverbinding met elkaar verbonden zijn.
4. Houder volgens conclusie 2, waarbij de ten minste eerste door fluïdumdruk ophefbare afsluiting gevormd wordt door een verzwakt gedeelte van de lasverbinding.
5. Houder volgens conclusie 4, waarbij het verzwakte gedeelte van de 25 lasverbinding verkregen is door een, op een vooraf bepaalde verbindingsplaats, vooraf in een laag aangebrachte lak die de lasbaarheid 1033968 van de eerste en tweede wanddelen op de vooraf bepaalde verbindingsplaats gecontroleerd verminderd wordt.
6. Houder volgens conclusie 5, waarbij de vooraf bepaalde 5 verbindingsplaats in lengte en breedte is afgestemd om onder invloed van een voora fbepaalde fluïdumdruk een opening te vormen.
7. Houder volgens conclusie 5 of 6, waarbij de laklaag in een nauwkeurig gecontroleerde dikte is aangebracht. 10
8. Houder volgens conclusie 5, 6 of 7, waarbij de receptuur van de laklaag is afgestemd op de voor de vooraf bepaalde fluïdumdruk benodigde verminderde hechting.
9. Houder volgens een van de conclusies 5, 6, 7 of 8, waarbij de vooraf aangebrachte laklaag een oppervlakte beslaat met een afmeting die een toeslag groter is dan de vooraf bepaalde verbindingsplaats ter plaatse van de ophefbare afsluiting.
10. Houder volgens conclusie 9, waarbij de toeslag overeenkomt met een grootste onnauwkeurigheid die kan optreden bij het plaatsen van het tweede wanddeel op het eerste wanddeel tijdens het vormingsproces van de houder.
11. Houder volgens conclusie 10, waarbij de toeslag rondom tot 2,5 mm bedraagt.
12. Houder volgens conclusie 1, waarbij de extra verbinding zich in belangrijke mate uitstrekt langs een omtrek van het ten minste eerste 30 fluïdumaansluiting.
13. Houder volgens een van de voorafgaande conclusies, waarbij een tweede door fluïdumdruk ophefbare opening is aangebracht.
14. Houder volgens conclusie 13, waarbij de eerste ophefbare opening is aangebracht als afvoer van de eerste opslagruimte.
15. Houder volgens conclusie 13 of 14, waarbij de tweede ophefbare opening is aangebracht als toevoer naar de eerste opslagruimte. 10
16. Houder volgens conclusie 13, 14 of 15, waarbij in nabijheid van de ophefbare afsluiting een extra verbinding van het eerste wanddeel met het tweede wanddeel is aangebracht.
17. Houder volgens een van de voorafgaande conclusies, waarbij de houder verder voorzien is van een mengkamer en waarbij de eerste ophefbare opening een fluïdumverbinding tot stand kan brengen van de ten minste eerste opslagruimte naar de mengkamer, via het ten minste eerste fluïdumaansluiting. 20
18. Houder volgens een van de conclusies 13, 14, 15 of 16, waarbij de houder verder voorzien is van een tweede fluïdumaansluiting en waarbij de tweede ophefbare opening een fluïdumverbinding tot stand kan brengen tussen de tweede fluïdumaansluiting en de ten minste eerste opslagruimte. 25
19. Werkwijze voor het vormen van een houder voorzien van een eerste en een tweede wanddeel, waarbij het eerste en het tweede wanddeel zodanig met elkaar worden verbonden, dat daartussen ten minste een eerste opslagruimte, ten minste een eerste fluïdumaansluiting en een ten minste 30 eerste door fluïdumdruk ophefbare, een opening bepalende afsluiting zijn gevormd, waarbij de ten minste eerste ophefbare afsluiting met de eerste opslagruimte in verbinding staat en een verbinding afsluit naar, of van, de ten minste eerste fluïdumaansluiting, waarbij voorafgaand aan het vormen van de verbinding van de eerste en tweede wanddelen, op een van de eerste 5 en tweede wanddelen plaatselijk een lak wordt aangebracht, die na het verbinden in een gecontroleerd verminderde hechting resulteert voor het verkrijgen van de ten minste eerste ophefbare afsluiting en waarbij in nabijheid van de ophefbare afsluiting een extra verbinding van het eerste wanddeel met het tweede wanddeel wordt aangebracht. 10
20. Werkwijze volgens conclusie 19, waarbij de extra verbinding gevormd wordt door de lak in een bereik waar deze niet mag openspringen zodanig additioneel te verwarmen dat de verzwakkende werking, althans in dat gedeelte, teniet wordt gedaan. 15
21. Werkwijze volgens conclusie 20, waarbij tijdens het additioneel verwarmen ook druk op de plaats van de extra verbinding wordt uitgeoefend.
22. Werkwijze volgens conclusie 21, waarbij de druk met een vorm element wordt uitgeoefend. 1033968
Priority Applications (8)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1033968A NL1033968C2 (nl) | 2007-06-11 | 2007-06-11 | Houder. |
EP08766788.7A EP2164777B1 (en) | 2007-06-11 | 2008-06-11 | Holder |
US12/663,827 US9027465B2 (en) | 2007-06-11 | 2008-06-11 | Holder |
BRPI0812871A BRPI0812871A8 (pt) | 2007-06-11 | 2008-06-11 | Recipiente, e, método para formar o mesmo |
DK08766788.7T DK2164777T3 (da) | 2007-06-11 | 2008-06-11 | Beholder |
ES08766788T ES2419240T3 (es) | 2007-06-11 | 2008-06-11 | Recipiente |
PL08766788T PL2164777T3 (pl) | 2007-06-11 | 2008-06-11 | Pojemnik |
PCT/NL2008/050365 WO2008153383A1 (en) | 2007-06-11 | 2008-06-11 | Holder |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1033968A NL1033968C2 (nl) | 2007-06-11 | 2007-06-11 | Houder. |
NL1033968 | 2007-06-11 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1033968C2 true NL1033968C2 (nl) | 2008-12-12 |
Family
ID=38930482
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1033968A NL1033968C2 (nl) | 2007-06-11 | 2007-06-11 | Houder. |
Country Status (8)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US9027465B2 (nl) |
EP (1) | EP2164777B1 (nl) |
BR (1) | BRPI0812871A8 (nl) |
DK (1) | DK2164777T3 (nl) |
ES (1) | ES2419240T3 (nl) |
NL (1) | NL1033968C2 (nl) |
PL (1) | PL2164777T3 (nl) |
WO (1) | WO2008153383A1 (nl) |
Cited By (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US9783361B2 (en) | 2013-03-14 | 2017-10-10 | Starbucks Corporation | Stretchable beverage cartridges and methods |
US9877495B2 (en) | 2015-01-09 | 2018-01-30 | Starbucks Corporation | Method of making a sweetened soluble beverage product |
US10442610B2 (en) | 2014-03-11 | 2019-10-15 | Starbucks Corporation | Pod-based restrictors and methods |
Families Citing this family (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CN102647929B (zh) | 2009-10-08 | 2016-03-30 | 雀巢产品技术援助有限公司 | 用于制备营养产品的成份系统 |
US20140318378A1 (en) * | 2013-04-26 | 2014-10-30 | Sunbeam Products, Inc. | Content cartridge |
WO2016130608A1 (en) * | 2015-02-13 | 2016-08-18 | Sunbeam Products, Inc. | Content cartridge |
Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0920849A2 (en) * | 1997-12-09 | 1999-06-09 | Hosokawa Yoko Co., Ltd | Bag for infusion solution and method of manufacturing same |
WO2001046037A1 (de) * | 1999-12-22 | 2001-06-28 | 3M Espe Ag | Vorrichtung zum lagern und ausbringen einer fliessfähigen substanz |
DE202005004135U1 (de) * | 2005-03-11 | 2005-05-19 | Klocke Verpackungs-Service Gmbh | Mehrkomponentenverpackung mit Applikator |
WO2005077811A2 (en) * | 2004-02-18 | 2005-08-25 | Mds Global Holding Ltd. | Dispensing of a substance |
Family Cites Families (13)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US5615801A (en) * | 1990-06-06 | 1997-04-01 | The Coca-Cola Company | Juice concentrate package for postmix dispenser |
EP1783066A3 (fr) * | 1990-10-31 | 2007-06-27 | Monodor S.A. | Procédé de préparation d'un produit liquide et dispositif pour sa mise en oeuvre |
CA2150067A1 (fr) * | 1995-05-24 | 1996-11-25 | Gilles Degongre | Dispositif pour produire une mousse |
GB0003355D0 (en) * | 2000-02-14 | 2000-04-05 | Kraft Jacobs Suchard Limited | Cartridge and method for the preparation of whipped beverages |
US6419166B1 (en) * | 2000-04-28 | 2002-07-16 | Stan F. Brzezinski | Dispenser to liquid stream |
WO2004013047A2 (en) * | 2002-08-02 | 2004-02-12 | Eggs In The Pipeline, Llc. | System for adding consumable enhancing additives to drinking water |
US7328651B2 (en) * | 2003-01-24 | 2008-02-12 | Kraft Foods R & D, Inc. | Cartridge for the preparation of beverages |
US7640843B2 (en) * | 2003-01-24 | 2010-01-05 | Kraft Foods R & D, Inc. | Cartridge and method for the preparation of beverages |
US7007824B2 (en) * | 2003-01-24 | 2006-03-07 | Baxter International Inc. | Liquid dispenser and flexible bag therefor |
DK1462042T3 (da) * | 2003-03-24 | 2007-06-04 | Nestec Sa | Engangsemballage til fordeling af en væske, der kan pumpes med en venturi-indretning |
EP1716068B1 (en) * | 2004-01-21 | 2007-10-31 | Imi Vision Limited | Beverage dispenser |
AU2005262036B2 (en) * | 2004-07-09 | 2011-11-03 | Smixin Sa | System and device for preparing and delivering food products from a mixture made up of a food liquid and a diluent |
US7650830B1 (en) * | 2004-08-19 | 2010-01-26 | Miracle Spring LLC | Beneficiated water system |
-
2007
- 2007-06-11 NL NL1033968A patent/NL1033968C2/nl not_active IP Right Cessation
-
2008
- 2008-06-11 EP EP08766788.7A patent/EP2164777B1/en not_active Not-in-force
- 2008-06-11 PL PL08766788T patent/PL2164777T3/pl unknown
- 2008-06-11 WO PCT/NL2008/050365 patent/WO2008153383A1/en active Application Filing
- 2008-06-11 ES ES08766788T patent/ES2419240T3/es active Active
- 2008-06-11 US US12/663,827 patent/US9027465B2/en not_active Expired - Fee Related
- 2008-06-11 DK DK08766788.7T patent/DK2164777T3/da active
- 2008-06-11 BR BRPI0812871A patent/BRPI0812871A8/pt not_active Application Discontinuation
Patent Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0920849A2 (en) * | 1997-12-09 | 1999-06-09 | Hosokawa Yoko Co., Ltd | Bag for infusion solution and method of manufacturing same |
WO2001046037A1 (de) * | 1999-12-22 | 2001-06-28 | 3M Espe Ag | Vorrichtung zum lagern und ausbringen einer fliessfähigen substanz |
WO2005077811A2 (en) * | 2004-02-18 | 2005-08-25 | Mds Global Holding Ltd. | Dispensing of a substance |
DE202005004135U1 (de) * | 2005-03-11 | 2005-05-19 | Klocke Verpackungs-Service Gmbh | Mehrkomponentenverpackung mit Applikator |
Cited By (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US9783361B2 (en) | 2013-03-14 | 2017-10-10 | Starbucks Corporation | Stretchable beverage cartridges and methods |
US10442610B2 (en) | 2014-03-11 | 2019-10-15 | Starbucks Corporation | Pod-based restrictors and methods |
US9877495B2 (en) | 2015-01-09 | 2018-01-30 | Starbucks Corporation | Method of making a sweetened soluble beverage product |
US10820607B2 (en) | 2015-01-09 | 2020-11-03 | Starbucks Corporation | Soluble beverages with enhanced flavors and aromas |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP2164777B1 (en) | 2013-04-10 |
DK2164777T3 (da) | 2013-07-01 |
US20100163440A1 (en) | 2010-07-01 |
WO2008153383A1 (en) | 2008-12-18 |
BRPI0812871A8 (pt) | 2016-01-05 |
US9027465B2 (en) | 2015-05-12 |
EP2164777A1 (en) | 2010-03-24 |
ES2419240T3 (es) | 2013-08-20 |
PL2164777T3 (pl) | 2013-09-30 |
BRPI0812871A2 (pt) | 2014-12-09 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1033968C2 (nl) | Houder. | |
US9511904B2 (en) | Package bag, package body using the same, and method of manufacturing said package bag | |
US20080073347A1 (en) | Container closure system | |
BR112015020043B1 (pt) | Conjunto de recipiente para o produto nutricional em pó, embalagem compreendendo um conjunto e método de fabricação de uma embalagem de material em pó | |
US20160137378A1 (en) | Side-gusset bag and method of making a side-gusset bag | |
JP2008536769A (ja) | 外部包装材を有する包装バッグ | |
CN108471847A (zh) | 卡扣带、袋体及袋体的制造方法 | |
US9957148B2 (en) | Pouch with a tube spout fitment | |
US11524828B2 (en) | Tamper evident bag | |
NL1025183C2 (nl) | Kunststof mediumdoorvoeronderdeel. | |
US8745836B2 (en) | Pouch with a tube spout fitment | |
JP2006193173A (ja) | 包装袋及びその製造方法 | |
US20170253402A1 (en) | Flexible pouch for holding liquids | |
JPH0146382B2 (nl) | ||
JP2020114663A (ja) | スパウト付きパウチ容器を製造するための方法および装置 | |
EP3085255A1 (en) | Pouch for tobacco with an improved zipper closure | |
JP2008273530A5 (nl) | ||
US2664237A (en) | Paper container | |
JP2021130509A (ja) | 再封可能な開封器およびそのような開封器を備えたパッケージ | |
TW201441117A (zh) | 袋體及使用該袋體的流體吐出方法 | |
WO2022031837A1 (en) | Pouch enclosure with filling | |
EP3102386B1 (en) | Method for producing a flexible container having a closure device | |
JP7285672B2 (ja) | 包装容器 | |
US20050224528A1 (en) | Reclosable pouring element | |
DK3177546T3 (en) | CONTAINER FOR FLUIDS |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
SD | Assignments of patents |
Effective date: 20120725 |
|
MM | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20180701 |