NL1032616C1 - Doseerinrichtingen. - Google Patents

Doseerinrichtingen. Download PDF

Info

Publication number
NL1032616C1
NL1032616C1 NL1032616A NL1032616A NL1032616C1 NL 1032616 C1 NL1032616 C1 NL 1032616C1 NL 1032616 A NL1032616 A NL 1032616A NL 1032616 A NL1032616 A NL 1032616A NL 1032616 C1 NL1032616 C1 NL 1032616C1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
reservoir
liquid
porous
wall
devices
Prior art date
Application number
NL1032616A
Other languages
English (en)
Inventor
Nicolette De Vries
Original Assignee
Nicolette De Vries
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Nicolette De Vries filed Critical Nicolette De Vries
Priority to NL1032616A priority Critical patent/NL1032616C1/nl
Priority to EP07075854A priority patent/EP1908886A3/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1032616C1 publication Critical patent/NL1032616C1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03DWATER-CLOSETS OR URINALS WITH FLUSHING DEVICES; FLUSHING VALVES THEREFOR
    • E03D9/00Sanitary or other accessories for lavatories ; Devices for cleaning or disinfecting the toilet room or the toilet bowl; Devices for eliminating smells
    • E03D9/007Devices for eliminating smells by diffusing deodorants in lavatories
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03DWATER-CLOSETS OR URINALS WITH FLUSHING DEVICES; FLUSHING VALVES THEREFOR
    • E03D9/00Sanitary or other accessories for lavatories ; Devices for cleaning or disinfecting the toilet room or the toilet bowl; Devices for eliminating smells
    • E03D9/02Devices adding a disinfecting, deodorising, or cleaning agent to the water while flushing
    • E03D9/03Devices adding a disinfecting, deodorising, or cleaning agent to the water while flushing consisting of a separate container with an outlet through which the agent is introduced into the flushing water, e.g. by suction ; Devices for agents in direct contact with flushing water
    • E03D9/032Devices connected to or dispensing into the bowl

Landscapes

  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Epidemiology (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Hydrology & Water Resources (AREA)
  • Water Supply & Treatment (AREA)
  • Bidet-Like Cleaning Device And Other Flush Toilet Accessories (AREA)
  • Detergent Compositions (AREA)

Description

Doseerinrichtingen 5 De uitvinding heeft betrekking op doseerinrichtingen voor vloeistoffen teneinde deze vloeistoffen gedoseerd te verspreiden in de lucht en/of in een waterig milieu. Meer in het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op doseerinrichtingen die geschikt zijn voor het afgeven van 10 vloeibare reinigingsmiddelen en parfum aan het spoelwater in een toiletpot of voor het verspreiden van parfum in de lucht.
Stand der techniek 15 In de techniek zijn veel verschillende doseerinrichtingen bekend voor de afgifte van vloeibare reinigingsmiddelen aan het spoelwater van een toilet en er is dan ook een grote hoeveelheid octrooiliteratuur waarin zulke inrichtingen worden beschreven. Doseerinrichtingen worden gebruikelijk in 20 de toiletpot gehangen, dicht onder de rand, met een beugel die om de rand van de toiletpot wordt bevestigd. Bij het doorspoelen van het toilet omstroomt het spoelwater de inrichting en neemt aldus een hoeveelheid reinigingsmiddel mee. Gebruikelijke doseerinrichtingen omvatten een gesloten 25 en verwisselbaar reservoir voor de reinigingsvloeistof die in een doseerinrichting wordt geplaatst. Deze doseerinrichtingen omvatten allerlei voorzieningen om enerzijds lekken te voorkomen en anderzijds een zo gelijkmatig mogelijke afgifte van het vloeibare reinigingsmiddel aan het spoelwater te 30 bewerkstelligen. Deze inrichtingen zijn constructief ingewikkeld, en daardoor duur. Voorbeelden van zulke inrichtingen zijn onder andere beschreven in WO 99/66139, WO 99/66140, WO 01/02653 en DE-A-100 20 090.
1 0 326 16^ 2
Eenvoudiger inrichtingen zijn beschreven in DE-G 84 15 681.3 (Henkel). Het betreft vloeistofreservoirs voorzien van een uitstroomopening voor het afgeven van de vloeistof aan het spoelwater. Deze uitstroomopening is afgesloten met een 5 capillair-actief materiaal, zoals bijvoorbeeld een spons of een poreuze plaat of folie. Het vloeibare reinigingsmiddel dringt door het capillair-actieve afsluitmateriaal en wordt bij het doorspoelen van het toilet aan de buitenzijde afgespoeld door het spoelwater.
10
Soortgelijke inrichtingen zijn beschreven in WO 2006/000917 (Quest International Services). Deze inrichtingen bestaan uit een vloeistofreservoir dat geheel of grotendeels is vervaardigd van poreuze kunststof. Deze worden met een beugel 15 of soortgelijk bevestigingsmiddel aangebracht onder de rand van de toiletpot. De vloeistof in het reservoir heeft een zodanige viscositeit dat zij onder invloed van capillaire krachten geleidelijk door de poriën van de kunststof uittreedt en wordt afgegeven aan het langs stromende 20 spoelwater.
Inrichtingen zoals beschreven in WO 2006/000917 kunnen ook zodanig worden vormgegeven dat zij kunnen dienstdoen als luchtverfrisser of ruimteparfumeringsinrichting. Voor dat 25 doel wordt het reservoir gevuld met een parfum. Deze verdampt vanuit de poriën van het reservoir en wordt door capillaire werking continu van binnenuit aangevuld.
Inrichtingen zoals boven beschreven hebben het nadeel dat de 30 afgifte van de vloeistof aan het spoelwater kan variëren. Enerzijds kan spoelwater binnendringen in het reservoir en daardoor de viscositeit van de vloeistof beïnvloeden. Zonder een sluitende verklaring voor dit verschijnsel te beogen, is het denkbaar dat het uittreden van de vloeistof leidt tot 35 onderdruk in het reservoir en daardoor tot een aanzuigende 3 werking op water dat door z'n lage viscositeit relatief gemakkelijk in het vloeistofreservoir binnendringt. Anderzijds kan de onderdruk in het reservoir er ook toe leiden dat de afgifte van vloeistof langzaam vermindert.
5 Houders zoals beschreven in WO 2006/000917 hebben een relatief groot poreus oppervlak omdat zij blijkens de tekeningen geheel of bijna geheel uit poreus materiaal bestaan. Dit bevordert enerzijds de vloeistofafgifte, maar ook de mogelijkheid van wateropname. Bovendien is poreus 10 materiaal relatief duur, vergeleken met gebruikelijke harde verpakkingsmaterialen zoals kunststof waar houders van toiletreinigings-vloeistoffen meestal van zijn gemaakt.
Samenvatting van de uitvinding 15
De onderhavige uitvinding biedt een oplossing voor het bovenstaande probleem door het aanbrengen van een luchtinlaatopening in het vloeistofreservoir. Dit zorgt ervoor dat er geen drukverschil is tussen binnenkant en de 20 omgeving van het vloeistofreservoir. Bij gebruik in een waterig milieu kan anderzijds deze opening zo worden geconstrueerd dat er geen water binnendringt in het vloeistofreservoir. De afwezigheid van drukverschil tussen binnen- en buitenzijde van het reservoir zorgt voor een 25 gelijkmatige afgifte van de vloeistof, echter zonder dat vloeistof verloren gaat door ongewenste lekkage.
De uitvinding omvat derhalve doseerinrichtingen voor actieve vloeistoffen teneinde deze vloeistoffen gedoseerd te 30 verspreiden in een waterig milieu of in de lucht, welke inrichtingen een houder of reservoir voor de te doseren vloeistof omvatten, met het kenmerk dat het reservoir tenminste gedeeltelijk is vervaardigd uit een poreus materiaal en is voorzien van een luchtinlaatopening 4
Gedetailleerde beschrijving van de uitvinding
De houder kan geheel of grotendeels gemaakt zijn van poreus 5 materiaal, zoals ook is beschreven in WO 2006/000917. Door de specifieke kenmerken van de inrichtingen volgens de uitvinding is dit echter niet noodzakelijk om een goede en gelijkmatige afgifte van de actieve vloeistof te verkrijgen. Poreuze wandmaterialen zijn in het algemeen duurder dan de 10 voor vloeistofhouders meer gebruikelijke wandmaterialen zoals glas, metaal (i.h.b. aluminium) of niet-poreuze kunststoffen. Tevens is het bij een houder die geheel of grotendeels uit poreus materiaal is vervaardigd gecompliceerder om die zodanig te verpakken dat wordt voorkomen dat een deel van de 15 vloeistof reeds vóór de ingebruikname van de inrichting naar buiten treedt.
De afgiftesnelheid van de actieve vloeistof wordt behalve door physische eigenschappen van de vloeistof ook bepaald 20 door de verhouding tussen poreus en niet-poreus wandoppervlak van het reservoir. Toch heeft het om de reeds genoemde redenen de voorkeur om de wand of wanden van het reservoir slechts voor een deel uit poreus materiaal te vervaardigen, omdat door de aanwezigheid van de luchtinlaatopening 25 voldoende vloeistofafgifte kan worden gewaarborgd. In het algemeen is het voldoende wanneer niet meer dan 50% of zelfs slechts 40% of minder van het totale wandoppervlak uit poreus materiaal bestaat. Voor de praktische toepassingen waarvoor deze inrichtingen in het bijzonder geschikt zijn is het in 30 het algemeen voldoende wanneer slechts 30% of minder van het totale wandoppervlak uit poreus materiaal bestaat.
Het poreuze materiaal kan een uniforme of gevarieerde poriëngrootte hebben, waarbij de variatie binnen nauwe of 35 wijde grenzen kan liggen. De keuze van de (gemiddelde) 5 poriëngrootte in combinatie met de viscositeit van de actieve vloeistof en de oppervlakte van de poreuze wand bepaalt de afgiftesnelheid van de vloeistof. In het algemeen verdient een poriëngrootte van tenminste lpm de voorkeur.
5
Geschikte poreuze wandmaterialen zijn bekend in de techniek en omvatten b.v. poreus glas of keramisch materiaal en in het bijzonder poreuze kunststoffen zoals polypropyleen en polyethyleen.
10
De grootte van de luchtinlaatopening is niet kritisch. Deze kan zowel in het poreuze als in het niet-poreuze deel van de wand van het reservoir zijn aangebracht. De opening is zodanig geconstrueerd dat onder gebruiksomstandigheden de 15 actieve vloeistof er niet doorheen kan vloeien. Het verdient aanbeveling om de opening op een zodanig plaats in het reservoir aan te brengen of te construeren dat onder gebruiksomstandigheden de actieve vloeistof er niet mee in aanraking komt. Een opening boven in het reservoir is om die 20 reden heel geschikt. De opening kan worden voorzien van een verwijderbare dop, kap, afdekfolie of dergelijke om deze af te sluiten tijdens transport en opslag.
Wanneer de inrichtingen volgens de uitvinding worden gebruikt 25 om de actieve vloeistof af te geven aan een waterig milieu, bv. spoelwater in een toiletpot, zal de opening zodanig worden geconstrueerd dat er tijdens gebruik geen water kan binnendringen. Dit kan bv. door de opening op een zodanig plaats in de wand van het reservoir aan te brengen, of het 30 reservoir en de opening zodanig te construeren dat de opening wordt beschermd tegen de kracht van de spoelwaterstroom en/of het water ter plaatse gemakkelijk van de wand van het reservoir afvalt. Zo kan men b.v. de opening afschermen met een afdekrand of een kap die de kracht van de waterstroom 35 opvangt. Ook is het mogelijk om een opening boven in het 6 reservoir te voorzien van een kapje dat in twee standen kan worden gezet: een geheel gesloten stand waarmee het uitlopen van vloeistof vóór ingebruikname wordt voorkomen en een open stand waarbij de luchtinlaat gewaarborgd is maar de kap 5 niettemin het instromen van spoelwater onmogelijk maakt. Het is voor de vakman duidelijk dat er nog vele andere methoden zijn om het binnendringen van water door de inlaatopening te voorkomen.
10 In het algemeen verdient het aanbeveling om de luchtinlaat-opening relatief klein te houden, bij voorkeur niet meer dan een totale oppervlakte van 10mm2. Wanneer de opening heel klein is, bv. 2 mm diameter of minder, kan het voldoende zijn om de wand van het reservoir in de directe omgeving van de 15 opening te vervaardigen van, of te behandelen met, een sterk waterafstotend materiaal zodat na de spoeling ter plaatse geen water aan de wand blijft hangen of kan binnen dringen.
Zowel de opening als de poreuze wand is vóór ingebruikname 20 bij voorkeur afgesloten met een verwijderbare en vloeistofdichte dop, kap, folie, plaat of iets dergelijks.
De houders kunnen in een veelheid van vormen en maten worden gemaakt zoals vierkante rechthoekige, ronde, platte 25 ringvormige, bolle en decoratieve en fantasievormen. Min of meer buisvormige, bv. cilindervormige vormen zijn met name zeer geschikt om onder de rand van een toiletpot te worden aangebracht. Het niet-poreuze wandmateriaal kan doorschijnend of transparant zijn, waardoor het eenvoudig is te zien 30 wanneer de actieve vloeistof is verbruikt, vooral wanneer de actieve vloeistof is gekleurd. Een gekleurde vloeistof kleurt ook het poreuze wandgedeelte zolang nog vloeistof in het reservoir aanwezig is.
7
Het reservoir kan verder voorzien zijn van een afsluitbare vulopening die wordt afgesloten met een dop, kap of dergelijke sluiting zoals een schroefdop of clickdop. De sluiting wordt na het vullen van het reservoir met de 5 vloeistof aangebracht om deze hetzij definitief af te sluiten, hetzij zodanig af te sluiten dat hij later eventueel weer kan worden geopend om vloeistof na te vullen
Aan het reservoir kan een voorziening worden aangebracht 10 waarmee de grootte van het poreuze oppervlak dat aan de lucht of het water wordt blootgesteld kan worden gevarieerd. Zo kan om een buisvormige houder bijvoorbeeld een draaibare of verschuifbare manchet worden aangebracht die meer of minder om het poreuze deel van de wand kan worden geschoven. In een 15 andere vorm kan voor het poreuze deel een schuif of draaibare ring worden gemonteerd die werkt als een diafragma.
Met de door de inrichtingen volgens de uitvinding te verspreiden "actieve vloeistof" wordt in het kader van deze 20 uitvinding bedoeld: een vloeistof die een beoogde werking heeft in het milieu waarin zij wordt verspreid. Bij vloeistoffen bestemd voor verspreiding in de lucht kan men daarbij denken aan middelen om een aangename geur te verspreiden of een onaangename geur te bestrijden, meer in 25 het bijzonder aan parfums, of aan insecticiden of insecten afstotende stoffen.
De inrichtingen volgens de uitvinding zijn speciaal geschikt om actieve vloeistoffen te verspreiden in een waterig milieu, 30 meer in het bijzonder in het spoelwater van een toilet.
Actieve vloeistoffen geschikt voor dergelijke toepassingen omvatten een scala aan op zichzelf in de techniek voor deze toepassingen bekende componenten, zoals reinigingsmiddelen (detergenten, bleekmiddelen, desinfectiemiddelen en 35 dergelijke) en parfums.
8
De actieve vloeistoffen hebben een relatief hoge viscositeit die zodanig is dat de vloeistof met de gewenste snelheid door het poreuze materiaal wordt doorgegeven. De gewenste 5 viscositeit is dus mede afhankelijk van de poriëngrootte van het gebruikte materiaal. In het algemeen is met de gebruikelijke poreuze wandmaterialen een viscositeit van tenminste 200mPas gewenst(gemeten met een Haake RS1™ viscometer met 60/1° geometrie bij lsec-1 en 20°C).
10 De gewenste viscositeit van de vloeistof kan worden bereikt door de toevoeging van gebruikelijke verdikkingsmiddelen.
Wanneer de te verspreiden actieve vloeistoffen componenten bevatten die onderling niet compatibel zijn is het natuurlijk 15 mogelijk om deze onder te brengen in afzonderlijke inrichtingen volgens de uitvinding. Echter is het veelal voordeliger om een vloeistofhouder volgens de uitvinding intern te verdelen in afzonderlijke compartimenten, bv met behulp van tussenschotten en deze compartimenten te vullen 20 met de afzonderlijke, niet-compatibele componenten. Deze compartimenten elk zijn voorzien van hun eigen poreuze wanddeel, waarvan de poriëngrootte eventueel kan worden gekozen in overeenstemming met de eigenschappen van de betreffende component. De compartimenten kunnen ook zo worden 25 geconstrueerd dat zij allen grenzen aan het gezamenlijke poreuze wanddeel. Hoewel in het laatste geval enig interactie kan optreden in het poreuze wanddeel ter plaatse waar de beide componenten elkaar raken, is dit in het algemeen niet of nauwelijks van invloed op de goede werking van de 30 inrichtingen volgens de uitvinding.
Afhankelijk van de toepassing van de inrichtingen volgens de uitvinding kunnen zij behalve het vloeistofreservoir nog andere elementen omvatten. Zo kunnen inrichtingen bestemd 35 voor het verspreiden van parfum in de lucht een voorziening 9 hebben om het vloeistofreservoir neer te zetten of op te hangen aan een muur. Inrichtingen bestemd voor het verspreiden van toiletreinigingsmiddelen zullen in het algemeen een haak, beugel of soortgelijke voorziening 5 omvatten waarmee het vloeistofreservoir onder de rand van de toiletpot kan worden aangebracht. Al dergelijke voorzieningen zijn zodanig geconstrueerd dat de vloeistof in contact blijft met het poreuze wandoppervlak tot hij is opgebruikt.
10 De uitvinding omvat mede doseerinrichtingen als boven omschreven waarvan het reservoir is gevuld met een actieve vloeistof met een viscositeit van tenminste 200mPas, gemeten als boven omschreven.
10
Voorbeelden
De uitvinding wordt geïllustreerd met de volgende, in de figuren 1-5 weergegeven uitvoeringsvoorbeelden van 5 inrichtingen volgens de uitvinding:
Fig. 1 laat een eenvoudig uitvoeringsvoorbeeld zien bestaande uit een cilindervormig reservoir dat aan de bovenzijde is voorzien van een luchtinlaatopening (1) en waarvan één 10 zijwand bestaat uit een poreuze plaat (2) die, bij voorbeeld d.m.v. een (niet weergegeven) schroef- of klikring of soortgelijk bevestigingsmiddel, tegen de rest van de cilinder wordt bevestigd. Het vloeistofniveau in de cilinder is aangeduid met (3) 15
In Fig. 2 is het reservoir voorzien van een pijpvormige voorziening die de luchtinlaatopening verbindt met het cilindervormige reservoir. Deze voorziening wordt aan de bovenzijde afgedekt met een kap die in twee standen kan 20 worden gezet: een gesloten stand vóór ingebruikname en een open stand bij gebruik. In de openstand kan lucht toestromen tot het reservoir maar is de instroom van spoelwater geblokkeerd door de kap. De pijpvormige voorziening met kap is aangeduid met (l)en de poreuze plaat met (2). Fig 2A geeft 25 een detailweergave van de pijpvormige voorziening en de kap, waarin de luchtinlaat is aangeduid met (3). Te zien is hoe de kap d.m.v. nokken die in uitsparingen in de wand van de pijp vallen in twee standen kan worden gezet: (4) voor open en (5) voor gesloten. Fig. 2B en 2C geven een detailweergave van de 30 poreuze plaat (2) en twee verschillende manieren waarop deze d.m.v. een ring (8) op het reservoir kan worden bevestigd en vóór ingebruikname kan worden afgedekt met een vloeistofdichte en verwijderbare afsluitfolie of plaat (7). De wand van het reservoir is aangeduid met (6). Een voorziening als 11 weergegeven in Fig. 2B of 2C is ook geschikt voor een reservoir als weergegeven in Fig. 1.
Fig. 3 laat een cilindervormig reservoir zien bestemd voor 5 het doseren van twee niet-compatibele vloeistoffen (A: zijaanzicht, B: vooraanzicht). Het reservoir is overlangs in twee compartimenten I en II verdeeld met een schot (9). De beide compartimenten delen de poreuze plaat (2) die ter plaatse van beide compartimenten is voorzien van 10 luchtinlaatopeningen (1).
Een alternatief reservoir voor niet-compatibele vloeistoffen is te zien in Fig. 4, waar het schot (9) overdwars is aangebracht en welke is voorzien van twee poreuze platen (2), 15 één voor elk compartiment. Elke poreuze plaat is bovenin voorzien van een luchtinlaatopening (1).
Fig. 5A en B illustreren twee uitvoeringen van de afsluiting van het reservoir volgens Fig. 4 met een poreuze plaat (2) 20 die is bevestigd op het cilindervormige reservoir met behulp van een sluitring (8). Tussen de poreuze plaat en de voorrand van de sluitring bevindt zich een afstandsring (10) zoals weergegeven in Fig. 5C (zijaanzicht). De luchtinlaatopening (1) in de poreuze plaat bevindt zich achter de voorrand van 25 de sluitring zodanig dat de afstandsring zorgt voor voldoende luchttoevoer tussen de sluitring en de poreuze plaat naar de luchtinlaatopening. De rand van de sluitring is zodanig geconstrueerd dat de luchtinlaatopening tegen de stroom van het spoelwater beschermd wordt. Een afsluiting volgens Fig.
30 5, met name 5B, is ook zeer geschikt voor een reservoir volgens Fig. 3, waarbij er zich twee in plaats van één luchtinlaatopening achter de sluitring bevinden.
12
Doseervoorbeeld
Een reservoir met een inhoud van 19,5ml was voorzien van 5 poreuze wand met een oppervlakte van 9,5cm2 vervaardigd van poreuze polyethyleen met een dikte van 2mm en een poriëngrootte van 20-50pm, in de handel gebracht door Porex Technologies GmbH in Singwitz, Duitsland. Het reservoir werd gevuld met een toiletreinigingsvloeistof in de handel 10 gebracht door Sara Lee als "Flush fresh selection Green
Fields"™. De tegen water beschermde luchtdoorlaatopening in de poreuze plaat had een diameter van lmm. Het reservoir werd bevestigd onder de rand van een in normaal gebruik zijnde toiletpot. De afname van de hoeveelheid reinigingsvloeistof 15 werd gevolgd in de tijd door het reservoir regelmatig te wegen. Het vloeistofverbruik is weergegeven in de grafiek van Fig. 6 waarin op de verticale as het gewichtsverlies in grammen is uitgezet en op de horizontale as de tijd in uren. Op het punt A in de grafiek was de vloeistof in het reservoir 20 volledig verbruikt.
25 1 0 3 2 6 16

Claims (6)

1. Doseerinrichting voor actieve vloeistoffen teneinde deze vloeistoffen gedoseerd te verspreiden in een waterig 5 milieu of in de lucht, welke inrichting een reservoir voor de te doseren vloeistof omvat, met het kenmerk dat het reservoir tenminste gedeeltelijk is vervaardigd uit een poreus materiaal en is voorzien van een luchtinlaatopening. 10
2. Doseerinrichting volgens conclusie 1 met het kenmerk dat de wand van het reservoir voor niet meer dan 50% uit poreus materiaal bevat.
3. Doseerinrichting volgens conclusie 1 of 2 met het kenmerk dat het poreuze materiaal een poreuze kunststof is.
4. Doseerinrichting volgens één der conclusies 1-3 met het 20 kenmerk dat de luchtinlaatopening zodanig is geconstrueerd dat er tijdens gebruik in een waterig milieu geen water in het reservoir kan binnendringen.
5. Doseerinrichting volgens conclusie 4 met het kenmerk dat 25 deze een voorziening omvat waarmee het vloeistofreservoir onder de rand van een toiletpot kan worden aangebracht.
6. Doseerinrichting volgens één der conclusies 1-5 met het 30 kenmerk dat het reservoir is gevuld met een actieve vloeistof met een viscositeit van tenminste 200mPas. 1032616
NL1032616A 2006-10-03 2006-10-03 Doseerinrichtingen. NL1032616C1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1032616A NL1032616C1 (nl) 2006-10-03 2006-10-03 Doseerinrichtingen.
EP07075854A EP1908886A3 (en) 2006-10-03 2007-10-02 Dispensing devices

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1032616A NL1032616C1 (nl) 2006-10-03 2006-10-03 Doseerinrichtingen.
NL1032616 2006-10-03

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1032616C1 true NL1032616C1 (nl) 2008-04-04

Family

ID=38857967

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1032616A NL1032616C1 (nl) 2006-10-03 2006-10-03 Doseerinrichtingen.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP1908886A3 (nl)
NL (1) NL1032616C1 (nl)

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB9110746D0 (en) * 1991-05-17 1991-07-10 Davies Raymond C Release device
DE29900759U1 (de) * 1999-01-18 1999-04-08 Georg Menshen Gmbh & Co Kg Vorrichtung zur Konditionierung von Spülflüssigkeit bei sanitären Einrichtungen
EP1203844A1 (en) * 2000-11-03 2002-05-08 Brian Slade Liquid dosing devices

Also Published As

Publication number Publication date
EP1908886A2 (en) 2008-04-09
EP1908886A3 (en) 2009-11-25

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US6178564B1 (en) Liquid dispensing toilet rim mounted toilet bowl cleaner
NL1001722C2 (nl) Reinigings- en verfrissingseenheid bestemd om te worden opgehangen aan een toiletpotrand.
AU2005262045B2 (en) W.C. dispenser with perfuming chamber
US20070204387A1 (en) Device for Dispensing a Fluid
RU2494197C2 (ru) Устройство для выделения, по меньшей мере, одного флюида активного вещества в промывочную воду унитаза, а также для ароматизации окружающей среды
KR20000071692A (ko) 변기의 테두리에 매달도록 의도된 세척 및 방향 유니트
WO2004097124A1 (en) Toilet rim mounted device for dispensing two liquids
JP4116432B2 (ja) 複数のトイレケア作用を有する装置
WO2006090184A1 (en) Dispenser for releasing treatment composition into a toilet bowl
DE102007011991A1 (de) Nachfülleinheit mit lösbarer Funktionskammer für ein WC-Wirkstoffabgabesystem
WO2001051720A1 (en) Dispenser for adding a cleaning and/or deodorising product to a toilet bowl
US20090064401A1 (en) Toilet Device With Improved Fragrance Delivery
US6691329B2 (en) Liquid delivery devices
US8177916B2 (en) Fragrance dissemination device
JP2004520498A (ja) 便器内で洗浄液中に活性物質流体を分配するための分配装置
NL1032616C1 (nl) Doseerinrichtingen.
WO2018224818A1 (en) In-the-bowl dispensing device
EP1761287A1 (en) Dispensing devices
JP2011515603A (ja) 分配ユニット
WO2021199698A1 (ja) 薬液供給装置
GB2552036A (en) Room fragrancer
MXPA06008323A (es) Dispositivo para diseñar un fluido

Legal Events

Date Code Title Description
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20100501