NL1032312C1 - Geperforeerde strip. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Geperforeerde strip.

De uitvinding heeft betrekking op een metalen strip, in de lengterichting geperforeerd met een aantal gaten op min of meer regelmatige afstand van elkaar, die aan ten minste één van de zijden is voorzien van een elastomeer-, kunststof- of rubberbekleding, welke 5 strip gebruikt wordt voor het bevestigen van een pijp aan een wand, plafond of andere ondersteuning. De strip kan op elke gewenste lengte worden afgesneden. Behalve pijpen kunnen ook andere zaken daarmee worden bevestigd, zoals kanalen, apparaten e.d.

Een dergelijke geperforeerde strip is bekend uit GB 1 173 913.

10 Bij een van de in die publicatie beschreven uitvoeringsvormen wordt er uitgegaan van het perforeren met gaten van de metalen strip, voordat de rubber, kunststof of elastomeer bekleding wordt aangebracht. Hoewel GB 1 173 913 ook de mogelijkheid openlaat om de bekleding aan te brengen op een niet geperforeerde strip en dat de 15 perforaties pas worden aangebracht, nadat de bekleding van rubber, kunststof of elastomeer is aangebracht, zal dit in de praktijk zelden worden toegepast, omdat het achteraf perforeren vrijwel altijd tot ongewenste beschadiging van de bekleding zal leiden wegens de grote druk, die nodig is om metaal te perforeren.

20 Bij de bekende strip wordt, na het aanbrengen van de bekleding, de bekleding in de middelste gaten, die dienen voor het doorlaten van een schroef, verwijderd door middel van perforeren, waardoor deze gaten toegankelijk gemaakt worden . Vervolgens wordt de strip op een gewenste lengte afgeknipt en bijvoorbeeld rond een buis gebogen. Het 25 van de buis afgekeerde einde van de strip wordt op enigerlei wijze bevestigd aan plafond of wand of andere ondergrond. Bij het einde, dat rond de buis wordt aangebracht, worden twee gaten tegenover elkaar geplaatst, waardoor een bevestigingsmiddel, bijvoorbeeld een schroef en een moer, gevoerd wordt dat de beide stukken strip bij 30 elkaar houdt. Hierdoor is de buis opgesloten binnen de tot lus gevormde strip.

De uitvinding beoogt een geperforeerde strip te verschaffen die eenvoudiger in gebruik is.

1032312 - 2 -

Dit oogmerk wordt volgens de uitvinding bereikt met een strip volgens conclusie 1.

Volgens de uitvinding is het genoemde materiaal in de gaten voorzien van een uitsparing voor het doorlaten van het mannelijke 5 bevestigingsorgaan waarbij de uitsparing kleiner is dan de diameter van de schacht van de schroef. De middelste gaten in de metalen strip worden niet volledig open gemaakt, waardoor het elastomeer-, kunststof-, of rubbermateriaal, dat zich in het gat bevindt, door een mannelijk bevestigingselement zoals een schroef weggedrukt wordt bij 10 het door het gat steken ervan. Het bekledingsmateriaal zal door haar flexibiliteit klemmend aangrijpen op het mannelijke bevestigingselement en dit vasthouden. Daardoor heeft de monteur de handen vrij om het montageband om een pijp of dergelijke aan te brengen, zodanig dat het mannelijke bevestigingselement in een gat in 15 het tegenover gelegen deel van de strip geplaatst kan worden. Het mannelijke bevestigingselement wordt vervolgens in het tweede gat gedrukt. Ook in dit gat zal de bekleding zich om het mannelijke bevestigingselement klemmen. Daardoor wordt het voor de monteur eenvoudig om het mannelijke bevestigingselement te zekeren aan het 20 band. Veelal wordt als mannelijk bevestigingselement een schroef gebruikt, die voorzien is van een mannelijke draadverbinding en wordt het vastzetten van de schroef aan het de strip gerealiseerd door het op de schroef draaien van een vrouwelijk bevestigingselement, bij voorbeeld een moer, waarvan de draad complementair is aan die van het 25 mannelijke bevestigingselement.

In een voorkeursuitvoeringsvorm wordt de bekleding ter plaatse van de bevestigingsgaten voorzien van twee elkaar kruisende, bij voorkeur zich haaks op elkaar uitstrekkende insnijdingen.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de 30 tekening, waarin:

Figuur 1 in perspectief de toepassing van een geperforeerde strip laat zien in de toepassing voor de ophanging van een buis,

Figuur 2 een perspectivisch aanzicht van een stuk geperforeerde strip in ongebogen toestand toont, 35 Figuur 3 een dwarsdoorsnede van de geperforeerde strip ter plaatse van een perforatie met daarin aangebracht een bevestigingsschroef toont, - 3 -

Figuur 4 een bovenaanzicht van een stuk geperforeerde strip in ongebogen toestand toont,

Figuur 5 eveneens een bovenaanzicht toont van een stuk geperforeerde metaalstrip, echter voordat de bekleding van elastomeer 5 materiaal, kunststof of rubber is aangebracht,

Figuur 6 in detail een gedeelte, in figuur 5 aangeduid met A, met een geperforeerd gat met ingesneden bekleding toont, en

Figuur 7 toont een doorsnede van de geperforeerde strip toont.

10 Figuur 1 toont hoe een geperforeerde strip 2 om een buis 1 wordt aangebracht met het doel deze buis te bevestigen aan een plafond of wand. Een het verste van de buis afgekeerde uiteinde 9 van de strip 2 wordt op een niet nader beschreven wijze verankerd met plafond of muur of een andere ondersteuning. Het andere uiteinde 10 15 van strip 2 wordt om de buis 1 heen gelegd op een zodanige wijze dat twee geperforeerde gaten 3 boven de buis 1 tegenover elkaar komen te liggen. Vervolgens kan een schroef 4 door beide gaten gestoken worden waarna een moer 8 op het eind van de schroef 4 geplaatst en aangedraaid kan worden. Hierdoor is de buis 1 opgesloten in de lus 20 van de geperforeerde strip 2. Zoals figuur 1 laat zien kan tussen de kop 11 van schroef 4 en de geperforeerde strip 2 ook een sluitring 7a worden aangebracht, maar dit is geen noodzaak. Ditzelfde geldt voor de sluitring 7B tussen de strip 2 en de moer 8.

Zoals te zien is in figuur 2 en figuur 7 wordt de metalen kern 25 13 van de geperforeerde strip 2 voorzien van een elastomeer-, kunststof- of rubberlaag 11. De metalen kern 13 kan vervaardigd zijn van bijvoorbeeld staal, al dan niet voorzien van een zinklaag of aluminium, maar ook andere metaalsoorten zijn mogelijk, zoals roestvrijstaal of iets dergelijks. De metalen kern kan volledig 30 ingebed zijn in de laag van elastomeer, kunststof of rubber , maar het is ook voorstelbaar dat de bekledingslaag zich slechts aan een zijde van de metalen kern 13 bevindt.

Uit GB 1 173 913 is bekend om deze elastomeer-, kunststof- of rubberlaag ter plaatse van de in de metalen kern door perforatie 35 verkregen gaten 5 in een nabewerking weer vrij te maken van elastomeer, kunststof of rubber, die tijdens het aanbrengproces in de gaten vloeit. Daardoor kan schroef 4 door het gat 3 gestoken worden. Bij deze bekende strip is de diameter van de vrijgemaakte gaten is - 4 - dan zodanig dat de schacht 14 van schroef 4 daardoor zonder weerstand kan passeren. In de praktijk is dit veelal een diameter van 6-8 mm, maar ook kleinere of grotere gaten zijn denkbaar.

In tegenstelling tot de uit GB 1 173 913 bekende strip beoogt 5 de onderhavige uitvinding dit gat niet geheel vrij te maken van het tijdens het bekledingsproces daarin gevloeide elastomeer, kunststof of rubber. In plaats daarvan wordt de elastomeer, kunststof of rubber, die in het gat gevloeid is, voorzien van een kruisvormige insnijding 6, zoals te zien is in figuur 6. Als nu schroef 4 in het 10 gat wordt aangebracht zullen de in hoofdzaak driehoekvormige delen 12, die grenzen aan de kruisvormige insnijding 6 ombuigen in de richting van het tegenover de schroefkop 4 gelegen schroefeinde, zoals in figuur 3 te zien is. De delen 12 klemmen zich rond de schacht 14 van de schroef. Hierdoor wordt de schroef 4 op zijn plaats 15 gehouden, waardoor de monteur de handen vrij heeft voor het vervolg van de bevestigingsprocedure. In de praktijk zal de monteur reeds een schroef 4 in een gat 3 in de buurt van het eind 10 van de afknipte geperforeerde strip aanbrengen. Eventueel wordt eerst op de schroef 4 de sluitring 7a geplaatst. De schroef 4 wordt door de delen 12 in het 20 gat 3 vastgehouden. De geperforeerde strip 2 kan nu om het te bevestigen onderdeel, bijvoorbeeld de buis 1, tezamen met de schroef 4 worden aangebracht, zodanig dat een tweede gat 3 tegenover het gat 3 met de reeds aangebrachte schroef 4 komt te liggen. Door de schroef 4 nu door dit tweede gat 3 te drukken zullen de delen 12 van dit 25 tweede gat 3 zich eveneens klemmen rond de schacht 14 van schroef 4. De schroef 4 zal nu ook in het tweede gat 3 blijven zitten. Daardoor heeft de monteur de handen vrij om de moer 8 en eventueel sluitring 7b aan te brengen. Door het aandraaien van de moer worden de twee delen van de strip 2 stevig met elkaar verbonden. Het moge duidelijk 30 zijn dat de kruisvorm van de insnijding slechts een voorkeursuitvoeringsvorm betreft en dat vele andere vormen van insnijding tot een zelfde resultaat leiden. Zelfs kan volstaan worden met een rond gat, dat wezenlijk kleiner is dan de diameter van schacht 14 van schroef 4. Van belang is dat de opening voldoende 35 groot is om de schroef 4 met enige kracht onder vervorming van het nog in het gat aanwezige bekledingsmateriaal door het gat te drukken, maar tevens voldoende klein is om zich met voldoende kracht rond de schacht 14 van schroef 4 te klemmen om deze vast te kunnen houden.

- 5 -

De afstand tussen de gaten 3, 5 in de strip vormt meestal een regelmatig patroon, maar dat is voor het gebruik niet echt nodig. De onderlinge afstand kan ook variëren. In het voorbeeld is dit 25 mm, doch een kleinere of grotere afstand is mogelijk. De keuze van de 5 onderlinge afstand wordt enerzijds bepaald door de gewenste treksterkte van de geperforeerde strip en anderzijds door het gewenste gebruiksgemak.

1 0323 12 '

Claims (3)

1. Een metalen strip die aan ten minste een zijde is voorzien van een laag uit elastomeer-, kunststof- of rubbermateriaal, waarbij de 5 metalen strip is voorzien van een patroon van gaten in de lengterichting van de strip voor het doorlaten van een mannelijk bevestigingsorgaan welke gaten in de metalen strip zijn opgevuld met het elastomeer-, kunststof- of rubbermateriaal, gekenmerkt doordat het genoemde materiaal in de gaten voorzien is van een 10 uitsparing voor het doorlaten van het mannelijke bevestigingsorgaan, waarbij de uitsparing kleiner is dan de diameter van de schacht van het mannelijke bevestigingsorgaan.

2. Een metalen strip volgens conclusie 1, waarbij de uitsparing de 15 vorm heeft van twee elkaar kruisende insnijdingen.

3. Een metalen strip volgens conclusie 2, waarbij de insnijdingen zich haaks ten opzichte van elkaar uitstrekken. 1 0 323 1 2