NL1029414C2 - Koppeling tussen twee lichamen, omvattende een elastisch deformeerbare snijring met een snijlippen vormende schroefdraad. - Google Patents

Koppeling tussen twee lichamen, omvattende een elastisch deformeerbare snijring met een snijlippen vormende schroefdraad. Download PDF

Info

Publication number
NL1029414C2
NL1029414C2 NL1029414A NL1029414A NL1029414C2 NL 1029414 C2 NL1029414 C2 NL 1029414C2 NL 1029414 A NL1029414 A NL 1029414A NL 1029414 A NL1029414 A NL 1029414A NL 1029414 C2 NL1029414 C2 NL 1029414C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
ring
sleeve
lips
coupling
end zone
Prior art date
Application number
NL1029414A
Other languages
English (en)
Inventor
Gerrit Jan De Wilde
Original Assignee
Widee Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Widee Bv filed Critical Widee Bv
Priority to NL1029414A priority Critical patent/NL1029414C2/nl
Priority to TW095124154A priority patent/TW200714829A/zh
Application granted granted Critical
Publication of NL1029414C2 publication Critical patent/NL1029414C2/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L37/00Couplings of the quick-acting type
    • F16L37/08Couplings of the quick-acting type in which the connection between abutting or axially overlapping ends is maintained by locking members
    • F16L37/084Couplings of the quick-acting type in which the connection between abutting or axially overlapping ends is maintained by locking members combined with automatic locking
    • F16L37/092Couplings of the quick-acting type in which the connection between abutting or axially overlapping ends is maintained by locking members combined with automatic locking by means of elements wedged between the pipe and the frusto-conical surface of the body of the connector
    • F16L37/0925Couplings of the quick-acting type in which the connection between abutting or axially overlapping ends is maintained by locking members combined with automatic locking by means of elements wedged between the pipe and the frusto-conical surface of the body of the connector with rings which bite into the wall of the pipe
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L19/00Joints in which sealing surfaces are pressed together by means of a member, e.g. a swivel nut, screwed on or into one of the joint parts
    • F16L19/06Joints in which sealing surfaces are pressed together by means of a member, e.g. a swivel nut, screwed on or into one of the joint parts in which radial clamping is obtained by wedging action on non-deformed pipe ends
    • F16L19/065Joints in which sealing surfaces are pressed together by means of a member, e.g. a swivel nut, screwed on or into one of the joint parts in which radial clamping is obtained by wedging action on non-deformed pipe ends the wedging action being effected by means of a ring
    • F16L19/0653Joints in which sealing surfaces are pressed together by means of a member, e.g. a swivel nut, screwed on or into one of the joint parts in which radial clamping is obtained by wedging action on non-deformed pipe ends the wedging action being effected by means of a ring the ring being rotatably connected to one of the connecting parts
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16LPIPES; JOINTS OR FITTINGS FOR PIPES; SUPPORTS FOR PIPES, CABLES OR PROTECTIVE TUBING; MEANS FOR THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16L37/00Couplings of the quick-acting type
    • F16L37/08Couplings of the quick-acting type in which the connection between abutting or axially overlapping ends is maintained by locking members
    • F16L37/084Couplings of the quick-acting type in which the connection between abutting or axially overlapping ends is maintained by locking members combined with automatic locking
    • F16L37/092Couplings of the quick-acting type in which the connection between abutting or axially overlapping ends is maintained by locking members combined with automatic locking by means of elements wedged between the pipe and the frusto-conical surface of the body of the connector
    • F16L37/0927Couplings of the quick-acting type in which the connection between abutting or axially overlapping ends is maintained by locking members combined with automatic locking by means of elements wedged between the pipe and the frusto-conical surface of the body of the connector the wedge element being axially displaceable for releasing the coupling

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Harvester Elements (AREA)
  • Mutual Connection Of Rods And Tubes (AREA)

Description

KOPPELING TUSSEN TWEE LICHAMEN, OMVATTENDE EEN ELASTISCH DEFORMEERBARE SNIJRING MET EEN SNIJLIPPEN VORMENDE
SCHROEFDRAAD
De uitvinding heeft betrekking op een koppeling tussen een eerste lichaam met een gat, bijvoorbeeld een cilindrisch gat met een hartlijn, en een daarin volgens een axiale inbrengrichting in te brengen cilindrische 5 eindzone van een tweede lichaam, in welk gat en/of aan het mantelvlak van welke eindzone zich een aantal met het betreffende lichaam verbonden, elastisch verplaatsbare lippen uitstrekken, de vrije eindranden van welke lippen ! in hoofdzaak op het omtreksvlak van een imaginair, in 10 hoofdzaak omwentelingssymmetrisch lichaam liggen, waarvan de diameter kleiner is dan de buitendiameter van de eindzone van het tweede lichaam, respectievelijk waarvan de diameter groter is dan de diameter van het gat, welke lippen bij het aanbrengen van de genoemde eindzone 15 elastisch vervormen en met hun vrije randen over het oppervlak daarvan schrapen, zodanig dat na het aanbrengen van de eindzone over enige afstand de beweging in terugwaartse richting ten opzichte van de inbrengrichting geblokkeerd is.
20 Een dergelijke koppeling is bekend uit EP-A-0 378 035, EP-A-0 212 883, EP-A-0 579 194, EP-A-0 294 948, EP-A-0 972 981 en DE-A-197 23 594. Ten opzichte van deze genoemde stand der techniek is het een doel van de uitvinding, een koppeling tussen twee lichamen zodanig 25 uit te voeren, dat hij zonder specifieke ontkoppelhandelingen en het gebruik van daartoe speciaal bestemd gereedschap zeer gemakkelijk kan worden losgemaakt, terwijl niettemin in gekoppelde toestand de lichamen zeer stevig en zelfs schijnbaar onverbrekelijk ï ύ 2 9 4 1 2 met elkaar gekoppeld zijn.
Deze en andere doelstellingen worden gerealiseerd met een koppeling van het in de aanhef omschreven type, die het kenmerk vertoont, dat de lippen 5 deel uitmaken van een ring; de lippen de windingen van een uitstekende helix zijn; de hoofdrichting van de lippen een substantiële component in de aanbrengrichting bezit; 10 de uitstekende eindranden van de lippen worden bepaald door de zijvlakken van die lippen, welke zijvlakken een scherpe hoek met elkaar insluiten; de ring samenwerkt met een mof, die met het eerste lichaam verbonden is en de axiale positie van de 15 ring bepaalt; de ring een onderbreking vertoont, waarbij de daaraan grenzende eindvlakken onder elastische vervorming van de ring ten opzichte van elkaar verplaatsbaar zijn; de helix een zodanige diameter vertoont, dat de 20 eindzone van het tweede lichaam zich tijdens het aanbrengen alleen onder elastische vervorming van de ring langs de helix kan verplaatsen en de eindranden van de lippen elastische drukkrachten op de eindzone van het tweede lichaam uitoefenen; 25 de ring door borgmiddelen tegen rotatie ten opzichte van het eerste lichaam geborgd is; en drukmiddelen aanwezig zijn die met het eerste lichaam verbonden zijn en additionele drukkrachten tussen de eindranden van de lippen en de eindzone van het tweede 30 lichaam veroorzaken in het geval waarin er een ten opzichte van de inbrengrichting tegengesteld gerichte kracht tussen de ring en het tweede lichaam wordt uitgeoefend; een en ander zodanig, dat bij een rotatie van 35 het tweede lichaam ten opzichte van het eerste lichaam rond de hartlijn de helix wordt gevolgd doordat de lippen in het oppervlak van de eindzone snijden, zodat tevens een axiale relatieve beweging optreedt en de genoemde i 3 eindzone van het tweede lichaam van het eerste lichaam kan worden verwijderd.
De ring bestaat uit een zodanig materiaal en is zodanig gemodelleerd, dat bij het tot stand komen van de 5 koppeling tussen de twee lichamen in de lippen een elastische vervorming optreedt, waarbij de vrije eindranden van de lippen schrapend langs het betreffende oppervlak van het tweede lichaam bewegen. De terugwaartse beweging is door de genoemde keuze van de hoofdrichting 10 van de lippen geblokkeerd. Niettemin kan de koppeling ongedaan worden gemaakt en wel door het uitoefenen van een rotatiekracht tussen beide lichamen, waardoor op de wijze van een schroef de lichamen van elkaar worden gescheiden door de plastisch vervormende of snijdende 15 werking van de door de helix gevormde lippen.
De ring kan uit elk geschikt materiaal bestaan. Voorwaarde is, dat het materiaal van de lippen een voldoend grote hardheid, in combinatie met een geschikte vorm, ten opzichte van het materiaal aan het betreffende 20 oppervlak van het tweede lichaam bezitten, dat de in het voorgaande beschreven werking volgens de uitvinding effectief kan worden gerealiseerd. Een terugwaartse verplaatsing door een zuivere translatie moet onmogelijk zijn. De terugwaartse beweging moet uitsluitend mogelijk 25 zijn door een rotatie, die op de wijze van een schroefbeweging gepaard gaat met een translatie.
In een bepaalde uitvoering vertoont de koppeling de bijzonderheid, dat de ring uit metaal, bijvoorbeeld staal of aluminium, bestaat.
30 In weer een andere uitvoering vertoont de koppeling de bijzonderheid, dat de ring uit kunststof, bijvoorbeeld ABS of POM, bestaat. In deze uitvoering kan de ring bijvoorbeeld door spuitgieten zijn vervaardigd.
Volgens een ander aspect van de uitvinding kan 35 de koppeling de bijzonderheid vertonen, dat althans de genoemde eindzone van het tweede lichaam bestaat uit kunststof, beton, hout of metaal, zoals ijzer, koper of aluminium. Het is van belang, dat het materiaal van de 4 lippen zodanig wordt gekozen, dat het op de boven beschreven wijze effectief kan samenwerken met het materiaal van het tweede lichaam.
Bij voorkeur wordt de koppeling zodanig 5 uitgevoerd, dat de drukmiddelen een van de mof deel uitmakend en met de ring samenwerkend, in hoofdzaak omwentelingssymmetrisch drukvlak met een in axiale richting monotoon variërende diameter, bijvoorbeeld ongeveer corresponderend met de vorm van een afgeknotte 10 kegel, omvat, welk drukvlak bij het uitoefenen van de genoemde ten opzichte van de inbrengrichting tegengesteld gerichte kracht tussen de ring en het tweede lichaam de ring zodanig elastisch vervormt, dat de door de ribben op het tweede lichaam uitgeoefende drukkrachten vergroot 15 worden.
Deze uitvoering heeft het grote voordeel, dat de werking, waarbij de lippen zich effectief schrap zetten tegen axiale verplaatsing van het tweede lichaam in terugwaartse richting wordt versterkt naar mate de 20 kracht in terugwaartse richting wordt vergroot.
De borgmiddelen kunnen op elke geschikte wijze zijn uitgevoerd. De voorkeur verdient een uitvoering waarin de borgmiddelen ten minste één uitsteeksel en een daarmee samenwerkende verdieping vertoont, waarvan de ene 25 aan de ring en de andere aan de mof aanwezig is.
Vaak is het nodig, dat de koppeling volgens de uitvinding voorziet in een afdichtende verbinding tussen de met elkaar te koppelen lichamen.
Tot dit doel kan een koppeling volgens de 30 uitvinding zijn voorzien van een door middel van koppelmiddelen met de mof koppelbare huls en een in de overgangszone tussen de mof en de huls aanwezige afdichtring, die de huls afdicht ten opzichte van de tweede buis.
35 Deze laatste uitvoering kan het kenmerk vertonen, dat de koppelmiddelen een aan de mof aanwezige schroefdraad en een daarmee samenwerkende aan de huls aanwezige schroefdraad omvatten.
5
In weer een andere variant kan deze koppeling de bijzonderheid vertonen, dat de koppelmiddelen snapmiddelen omvatten, omvattende ten minste één uitsteeksel en een daarmee samenwerkende verdieping, 5 waarvan de ene aan de mof en de andere aan de huls aanwezig is.
In een specifieke uitvoering vertoont de koppeling volgens de uitvinding de bijzonderheid, dat de huls een axiale aanslag omvat, die de uiterste axiale 10 positie van het eerste lichaam en/of van het tweede lichaam bepaalt. Met deze uitvoering kan op zeer eenvoudige wijze door het met enige axiale kracht inbrengen van de cilindrische eindzone van het tweede lichaam in het cilindrische gat in het eerste lichaam de 15 koppeling tot stand worden gebracht, waarbij de axiale inbrengafstand wordt bepaald door de genoemde axiale aanslag. Deze axiale aanslag kan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als een ringvormige schouder, waartegen de voorste rand van de eindzone van het tweede lichaam komt 20 aan te liggen.
Volgens een bepaald aspect van de uitvinding vertoont de koppeling de bijzonderheid, dat het eerste lichaam een buis of buisstomp is.
Bijvoorbeeld kan een koppeling volgens de 25 uitvinding worden toegepast voor de koppeling van twee buizen. Zo kan bijvoorbeeld een tweezijdige koppelmof aan zijn beide einden met respectieve buizen worden gekoppeld door middel van twee bijbehorende ringen. Een dergelijke mof kan naar keuze een buitenmof of een binnenmof zijn.
30 In het geval van een buitenmof kan de verbinding tussen de met elkaar te koppelen buizen zodanig worden gerealiseerd, dat deze buizen met hun vrije eindranden tegen elkaar komen te rusten. Door gebruikmaking van geschikte afdichtmiddelen, bijvoorbeeld aan het 35 binnenvlak van de buitenmof aanwezige afdichtringen, kan verder een volledig mediumdichte afdichting worden verzekerd.
De uitvinding is niet alleen geschikt voor het i 6 koppelen van buizen, maar in het algemeen voor het ! koppelen van een van een gat voorzien lichaam met een ander lichaam dat althans een cilindrische eindzone vertoont, bijvoorbeeld een massieve staaf. Zo kan de 5 koppeling volgens de uitvinding dienst doen voor het op een bijvoorbeeld houten paal plaatsen van een buitenbrievenbus. Ook tafelpoten kunnen met de koppeling volgens de uitvinding met een van gaten voorzien tafelblad worden verbonden. Ook kan een van een geschikt 10 gat voorziene hamerkop met de koppeling volgens de j uitvinding met een steel worden verbonden.
De gegeven voorbeelden zijn niet limitatief en dienen slechts als indicatie van mogelijke toepassingen van de uitvinding. Van belang is, dat een tot stand 15 gebrachte koppeling niet ongedaan kan worden gemaakt door j uitsluitend een axiale trekkracht op de beide lichamen uit te oefenen. De verbinding door middel van koppeling volgens de uitvinding kan uitsluitend ongedaan worden gemaakt door de lichamen op de hiervoor beschreven wijze 20 onderling te roteren.
De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van bijgaande tekeningen.
In de tekening tonen:
Fig. IA een ploftekening van een zijaanzicht 25 van een koppeling volgens de uitvinding in een eerste uitvoering;
Fig. 1B een met Fig. IA corresponderende dwarsdoorsnede;
Fig. 1C een met de Fig. IA en 1B overeenkomend 30 perspectivisch aanzicht;
Fig. 2A een ploftekening van een zijaanzicht van een koppeling volgens de uitvinding in een tweede uitvoering;
Fig. 2B een met Fig. 2A corresponderende 35 dwarsdoorsnede; en
Fig. 2C een met de Fig. 2A en 2B overeenkomend perspectivisch aanzicht.
De Fig. IA, 1B en 1C tonen in drie met elkaar 7 overeenkomende plofaanzichten een eerste uitvoering van de koppeling volgens de uitvinding.
De koppeling 1 omvat een eerste lichaam, uitgevoerd als een huls 5, een als buis 1 uitgevoerd 5 tweede lichaam, een mof 2, een snij ring 3 met lippen 8 en eerste afdichtring 4.
Voorafgaand aan het tot stand brengen van de koppeling tussen de buis 1 en de huls 5 wordt eerst de eerste afdichtring 4 in een daartoe bestemde ringvormige 10 verdieping 17 aangebracht. Vervolgens wordt de mof 2 snappend aan de huls 2 aangebracht onder opsluiting van de snij ring 3. De snapverbinding komt tot stand door de samenwerking van een ringvormige externe snaprand 14 op de huls 1 en een interne daarmee corresponderende 15 verdieping 15 in de mof 2.
De eerste afdichtring 4 vertoont een zodanige diameter, dat de buis 1 hem onder een zekere elastische vervorming kan passeren, waardoor een effectieve afdichting tot stand wordt gebracht.
20 Bij het in de vervormde eenheid 2, 3, 4, 5 steken van de buis 1 via de toegangsopening 18 van de mof 2 passeert de buis 1 de snij ring 3. Deze bezit een aantal aan de binnenzijde aangebrachte lippen 15, die zijn uitgevoerd als de windingen van een helix 7. Zoals in het 25 bijzonder Fig. 1B toont, bezit de hoofdrichting van de lippen een substantiële component in de aanbrengrichting.
De uitstekende eindranden van de lippen 8 worden bepaald door de zijvlakken van die lippen. Deze sluiten scherpe hoeken met elkaar in, in deze uitvoering hoeken met een 30 waarde in de orde van 60°. Door deze in de tekening naar rechts gerichte schuine stand van de lippen kan de plastisch door de lippen vervormbare buis 1 deze onder schrapend contact passeren. De snij ring 3 wordt dan gedwongen te expanderen. Dit is mogelijk door de 35 aanwezigheid van een onderbreking 9, die de ring 3 een zekere comprimeerbaarheid en expandeerbaarheid verleent.
Beide eigenschappen zijn van belang. Immers, bij het insteken in de snijring 3 moet de buis 1, die een grotere 8 diameter bezit dan de imaginaire cilinder die wordt bepaald door de toppen van de lippen 8, deze lippen uiteendrukken. De snij ring expandeert en de buis kan in de figuur naar rechts bewegend door de snij ring 3 worden 5 gestoken, waarbij de eindranden van de lippen 8 over het buitenvlak van de buis 1 schrapen. Deze verplaatsing moet over een geschikte afstand worden voortgezet, in ieder geval tot voorbij de eerste afdichtring 4.
De terugwaartse beweging is geblokkeerd door de 10 genoemde schuine stand van de lippen. Voor zover deze schrap zettende werking onder omstandigheden niet geheel toereikend zou zijn, wordt deze schrap zettende werking bevorderd door de samenwerking tussen het toelopende binnenvlak 12 van de mof 2 en het toelopende buitenvlak 15 13 van de snijring 3. Bij een poging tot terugwaartse verplaatsing zorgen de door het vlak 12 op de snijring uitgeoefende krachten ervoor, dat de snijring 3 een neiging tot compressie vertoont, waardoor de door de eindranden van de lippen 8 op de buis uitgeoefende 20 krachten toenemen en wel min of meer in evenredigheid met de uitgeoefende trekkracht.
Het zal hiermee duidelijk zijn, dat het onmogelijk is om de buis 1 door een axiale terugwaartse verplaatsing uit de combinatie 2, 3, 4, 5 te verwijderen. 25 De enige mogelijkheid daartoe is het relatief roteren van de buis ten opzichte van de genoemde combinatie, waardoor de lippen 8 als het ware een schroefdraad snijden in het buitenvlak van de buis 1, die daardoor weliswaar plastisch beschadigd raakt maar niet 30 verloren gaat. Een verwijderde buis 1 kan weer worden ingestoken, waarna de koppeling weer tot stand komt. Het is van belang, dat de eerste afdichtring 4 in de inbrengrichting stroomafwaarts ten opzichte van de snijring 3 is gelegen. Deze beschadigt immers het 35 buitenvlak van de buis 1 en dit beschadigde buitenvlak zou onder omstandigheden een niet-ideale afdichting met de eerste afdichtring kunnen vormen.
Het is van groot belang, dat wordt verzekerd, 9 dat de snij ring 3 niet kan roteren ten opzichte van de mof 2. Daartoe vertoont het binnenvlak 12 zich in axiale richting uitstrekkende ribben 10, die samenwerken met zich in axiale richting uitstrekkende uitsparingen 11 in 5 het buitenvlak van de ring 3. Op deze wijze is rotatie van de buis 1 ten opzichte van de snij ring 3 voorkomen.
De roterende krachten voor het verwijderen van de buis 1 dienen dan ook te worden uitgeoefend tussen deze buis 1 en de mof 2. Naar keuze kan een van beide geroteerd 10 worden.
In deze uitvoering, waarin de mof 2 en de huls 5 met de beschreven snap-verbinding met elkaar zijn verbonden, zou de mof 2 kunnen worden geroteerd en daartoe bijvoorbeeld aan de buitenzijde van een onronde 15 vorm zijn voorzien, zodat hij bijvoorbeeld met een geschikt gereedschap ten opzichte van de buis 1 kan worden geroteerd. Tijdens deze rotatie wordt de buis 1 geleidelijk naar buiten geplaatst, totdat hij buitenaangrijping van de lippen 8 verkeert.
20 In Fig. 1 is getoond, dat de huls 5 symmetrisch is uitgevoerd. Zo vertoont hij een tweede verdieping 19, waarin een tweede afdichtring 6 kan worden geaccomodeerd. Ter wille van de schaal van de tekening is niet getekend, dat ook aan de rechterzijde van de huls gebruik kan 25 worden gemaakt van een tweede snij ring, een tweede mof en een tweede buis. Deze structuur omvat derhalve effectief twee koppelingen van het type volgens de uitvinding.
De snij ring 3 kan bijvoorbeeld bestaan uit metaal, zoals aluminium of staal, of zijn uitgevoerd in 30 kunststof, bijvoorbeeld POM of ABS. De buis 1 kan bestaan uit PVC of een ander materiaal, dat op de beschreven wijze met de snij ring 3 kan samenwerken.
De aandacht wordt erop gevestigd, dat het uitvoeringsvoorbeeld volgens Fig. 1C ook in die zin zou 35 kunnen worden gemodificeerd, dat de huls 5 vast verbonden kan zijn of deel kan uitmaken van een buis, zodat slechts één koppeling van de uitvinding conform Fig. 1 vereist is. De koppeling volgens Fig. 1B is echter universeler en 10 maakt het mogelijk onbewerkte, voor zover nodig op lengte gebrachte buizen met elkaar te verbinden. :
Verder wordt de aandacht erop gevestigd, dat de met elkaar te koppelen buizen niet noodzakelijkerwijze 5 dezelfde diameters hoeven te bezitten. Zo kan de huls 5 zodanig zijn uitgevoerd, dat hij aan beide zijden buizen van verschillende diameters kan accomoderen. Natuurlijk zijn in dat geval de onvervormde diameter van de betreffende afdichtring 6, de betreffende snijring en de 10 betreffende mof overeenkomstig aangepast.
Fig. 2 toont een variant, waarin in afwijking de uitvoering van Fig. 1 een mof 20 met een huls 23 is verbonden door middel van in het inwendige van de mof aanwezige schroefdraad 21, die samenwerkt met aan de 15 buitenzijde van een huls 23 aanwezige uitwendige schroefdraad 25.
In deze uitvoering is de eerste afdichtring 4 niet, zoals in Fig. 1, geaccomodeerd in een verdieping, maar wordt opgesloten tussen de mondrand 26 van de buis 1 20 en een als axiale aanslag dienende ringvormige schouder 16 binnen de huls 23.
Een snijring 22 wordt op de in Fig. 2 getoonde wijze binnen in de mof 20 geplaatst, de eerste afdichtring 4 wordt tussen de huls 23 en de snijring 22 25 geplaatst, waarna de mof 20 op de huls 23 wordt geschroefd.
De snijring 22 vertoont, in afwijking van de snijring 3, een flensrand 24.
Opgemerkt wordt, dat in de uitvoering volgens 30 Fig. 2 geen gebruik wordt gemaakt van specifieke voorzieningen die de snijring 22 tegen rotatie borgen, anders dan door wrijving. In deze uitvoering wordt ervoor gezorgd, dat de op de snijring 22 uitgeoefende wrijvingskrachten voldoend groot zijn om ervoor te 35 zorgen, dat bij het door rotatie verwijderen van de buis 1 geen onbedoelde rotatie van de snijring 22 optreedt. In dit geval is het niet nodig, gebruik te maken van de ribben en corresponderende verdiepingen, zoals die in de 11 uitvoering volgens Fig. 1 zijn toegepast. Mocht bijvoorbeeld bij een specifieke materiaalkeuze tijdens onderzoek blijken, dat er een onbedoelde rotatie optreedt, waardoor de buis 1 moeilijk of niet verwijderd 5 kan worden conform de uitvinding, dan kan van de aan de hand van Fig. 1 beschreven rotatieborgingsmiddelen gebruik worden gemaakt. Ook kan desgewenst gebruik worden gemaakt van een lijmverbinding. In dat geval moet ervoor worden gezorgd, dat de volgens uitvinding vereiste 10 vervormbaarheid van de snij ring niet in essentie wordt aangetast.
De Fig. 2A, 2B en 2C tonen, evenals de Fig. IA, 1B en 1C, slechts een deel van een koppeling tussen twee buizen. Niet is getekend, dat zich aan de rechterzijde 15 van de huls 23 dezelfde structuur bevindt als aan de linkerkant is getekend, namelijk een afdichtring, een snij ring, een mof, en een tweede buis.
Zoals ook is opgemerkt met verwijzing naar het eerste uitvoeringsvoorbeeld, kan ook in deze uitvoering 20 de buis al zijn voorzien van een huls 23 met uitwendige schroefdraad 25.
Ook kan gebruik worden gemaakt van met elkaar te koppelen buizen met verschillende diameters.
Opgemerkt wordt, dat de twee getekende 25 Uitvoeringsvoorbeelden gebruik maken van een structuur, waarbij de snij ring van een inwendige helix is voorzien. De uitvinding richt zich echter tevens op een structuur, waarbij gebruik wordt gemaakt van een snij ring met een externe helix.
30 k k ★ k k 1 029 414

Claims (11)

1. Koppeling tussen een eerste lichaam met een gat, bijvoorbeeld een cilindrisch gat met een hartlijn, en een daarin volgens een axiale inbrengrichting in te brengen cilindrische eindzone van een tweede lichaam, in 5 welk gat en/of aan het mantelvlak van welke eindzone zich een aantal met het betreffende lichaam verbonden, elastisch verplaatsbare lippen uitstrekken, de vrije eindranden van welke lippen in hoofdzaak op het omtreksvlak van een imaginair, in hoofdzaak 10 omwentelingssymmetrisch lichaam liggen, waarvan de diameter kleiner is dan de buitendiameter van de eindzone van het tweede lichaam, respectievelijk waarvan de diameter groter is dan de diameter van het gat, welke lippen bij het aanbrengen van de genoemde eindzone 15 elastisch vervormen en met hun vrije randen over het oppervlak daarvan schrapen, zodanig dat na het aanbrengen van de eindzone over enige afstand de beweging in terugwaartse richting ten opzichte van de inbrengrichting geblokkeerd is, 20 met het kenmerk, dat de lippen deel uitmaken van een ring; de lippen de windingen van een uitstekende helix zijn; de hoofdrichting van de lippen een substantiële 25 component in de aanbrengrichting bezit; de uitstekende eindranden van de lippen worden bepaald door de zijvlakken van die lippen, welke zijvlakken een scherpe hoek met elkaar insluiten; de ring samenwerkt met een mof, die met het 30 eerste lichaam verbonden is en de axiale positie van de ring bepaalt; 1 029 414 de ring een onderbreking vertoont, waarbij de daaraan grenzende eindvlakken onder elastische vervorming van de ring ten opzichte van elkaar verplaatsbaar zijn; de helix een zodanige diameter vertoont, dat de 5 eindzone van het tweede lichaam zich tijdens het aanbrengen alleen onder elastische vervorming van de ring langs de helix kan verplaatsen en de eindranden van de lippen elastische drukkrachten op de eindzone van het tweede lichaam uitoefenen; 10 de ring door borgmiddelen tegen rotatie ten opzichte van het eerste lichaam geborgd is; en drukmiddelen aanwezig zijn die met het eerste lichaam verbonden zijn en additionele drukkrachten tussen de eindranden van de lippen en de eindzone van het tweede 15 lichaam veroorzaken in het geval waarin er een ten opzichte van de inbrengrichting tegengesteld gerichte kracht tussen de ring en het tweede lichaam wordt uitgeoefend; een en ander zodanig, dat bij een rotatie van 20 het tweede lichaam ten opzichte van het eerste lichaam rond de hartlijn de helix wordt gevolgd doordat de lippen in het oppervlak van de eindzone snijden, zodat tevens een axiale relatieve beweging optreedt en de genoemde eindzone van het tweede lichaam van het eerste lichaam 25 kan worden verwijderd.
2. Koppeling volgens conclusie 1, waarin de ring uit metaal, bijvoorbeeld staal of aluminium, bestaat. 30
3. Koppeling volgens conclusie 1, waarin de ring uit kunststof, bijvoorbeeld ABS of POM, bestaat.
4. Koppeling volgens een der voorgaande 35 conclusies, waarin althans de genoemde eindzone van het tweede lichaam bestaat uit kunststof, beton, hout of metaal, zoals ijzer, koper of aluminium. - ----------
5. Koppeling volgens een der voorgaande conclusies, waarin de drukmiddelen een van de mof deel uitmakend en met de ring samenwerkend, in hoofdzaak omwentelingssymmetrisch drukvlak met een in axiale 5 richting monotoon variërende diameter, bijvoorbeeld ongeveer corresponderend met de vorm van een afgeknotte kegel, omvat, welk drukvlak bij het uitoefenen van de genoemde ten opzichte van de inbrengrichting tegengesteld gerichte kracht tussen de ring en het tweede lichaam de 10 ring zodanig elastisch vervormt, dat de door de ribben op het tweede lichaam uitgeoefende drukkrachten vergroot worden.
6. Koppeling volgens een der voorgaande 15 conclusies, waarin de borgmiddelen ten minste één uitsteeksel en een daarmee samenwerkende verdieping vertoont, waarvan de ene aan de ring en de andere aan de mof aanwezig is.
7. Koppeling volgens een der voorgaande conclusies, omvattende een door middel van koppelmiddelen met de mof koppelbare huls en een in de overgangszone tussen de mof en de huls aanwezige afdichtring, die de huls afdicht ten opzichte van de tweede buis. 25
8. Koppeling volgens conclusie 7, waarin de koppelmiddelen een aan de mof aanwezige schroefdraad en een daarmee samenwerkende aan de huls aanwezige schroefdraad omvatten. 30
9. Koppeling volgens conclusie 7, waarin de koppelmiddelen snapmiddelen omvatten, omvattende ten minste één uitsteeksel en een daarmee samenwerkende verdieping, waarvan de ene aan de mof en de andere aan de 35 huls aanwezig is.
10. Koppeling volgens een der voorgaande conclusies, waarin de huls een axiale aanslag omvat, die de uiterste axiale positie van het eerste lichaam en/of van het tweede lichaam bepaalt.
11. Koppeling volgens een der voorgaande 5 conclusies, waarin het eerste lichaam een buis of buisstomp is. 1029414
NL1029414A 2005-07-03 2005-07-03 Koppeling tussen twee lichamen, omvattende een elastisch deformeerbare snijring met een snijlippen vormende schroefdraad. NL1029414C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1029414A NL1029414C2 (nl) 2005-07-03 2005-07-03 Koppeling tussen twee lichamen, omvattende een elastisch deformeerbare snijring met een snijlippen vormende schroefdraad.
TW095124154A TW200714829A (en) 2005-07-03 2006-07-03 Coupling between two bodies comprising an elastically deformable cutting ring with a screw thread forming cutting lips

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1029414A NL1029414C2 (nl) 2005-07-03 2005-07-03 Koppeling tussen twee lichamen, omvattende een elastisch deformeerbare snijring met een snijlippen vormende schroefdraad.
NL1029414 2005-07-03

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1029414C2 true NL1029414C2 (nl) 2007-01-19

Family

ID=36123065

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1029414A NL1029414C2 (nl) 2005-07-03 2005-07-03 Koppeling tussen twee lichamen, omvattende een elastisch deformeerbare snijring met een snijlippen vormende schroefdraad.

Country Status (2)

Country Link
NL (1) NL1029414C2 (nl)
TW (1) TW200714829A (nl)

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2804196A1 (fr) * 2000-01-26 2001-07-27 Novoplastic Sa Dispositif de connexion pour conduits
EP1308662A2 (fr) * 2001-10-31 2003-05-07 Comap Raccord instantané démontable pour au moins un tube
US20040070207A1 (en) * 2002-10-09 2004-04-15 Olson Mark H. Nut type raintight threadless couplings & connectors for electrical conduits

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2804196A1 (fr) * 2000-01-26 2001-07-27 Novoplastic Sa Dispositif de connexion pour conduits
EP1308662A2 (fr) * 2001-10-31 2003-05-07 Comap Raccord instantané démontable pour au moins un tube
US20040070207A1 (en) * 2002-10-09 2004-04-15 Olson Mark H. Nut type raintight threadless couplings & connectors for electrical conduits

Also Published As

Publication number Publication date
TW200714829A (en) 2007-04-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1029412C2 (nl) Koppeling tussen twee lichamen.
DE69308743T2 (de) Rohrverbindungen
DE3933591C1 (nl)
US3902384A (en) Internal pipe wrench
US10151411B2 (en) Interference securing mechanism
US5028078A (en) Tube fitting with variable tube insertion
EP0932789B1 (de) Steckverbindung für rohrleitungen
EP2113674A1 (en) Expandable device for a telescopic rod
US5125694A (en) Quick-connect and disconnect pipe-joint fitting
NL1029414C2 (nl) Koppeling tussen twee lichamen, omvattende een elastisch deformeerbare snijring met een snijlippen vormende schroefdraad.
US20080290660A1 (en) Coupling Between Two Bodies Comprising an Elastically Deformable Cutting Ring With a Screw Thread Forming Cutting Lips
GB2227802A (en) Concrete reinforcement bar couplings and apparatus for enlarging bar ends
NL1010726C2 (nl) Afdichtingsring en buisverbindingselement met een afdichtingsring.
NL1029413C2 (nl) Koppeling tussen twee buizen.
US20050253386A1 (en) Coupling of tubular members
US3550241A (en) Spring pin extraction means
DE19811500C2 (de) Klemmringverbindung
EP0576278A1 (en) Compression fittings for rods, tubes and pipes
CN101238315A (zh) 包括带有螺纹形成的切削缘的可弹性变形切断环的两个主体之间的联接
NL2000119C2 (nl) Koppeling tussen twee lichamen.
KR20080031331A (ko) 2개 몸체를 연결하면서 나사가 형성된 탄성변형 커팅링을구비한 커플링
US20090039646A1 (en) Coupling Between Two Tubes
DE20218418U1 (de) Vorrichtung zur Halterung und zum Durchführen von Kabeln, Leitungen, Rohren oder Schläuchen
DE19848489B4 (de) Lösbare Steckverbindung für den Anschluß von Rohrleitungen
EP4105499A1 (de) Dübel

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20140201