NL1029235C1 - Verpakking, in het bijzonder voor korrel- of poedervormige stoffen of vloeistoffen. - Google Patents

Description

Verpakking, in het bijzonder voor korrel- of poedervormige stoffen of vloeistoffen BESCHRIJVING: 5

Gebied van de uitvinding.

De uitvinding heeft betrekking op een verpakking, in het bijzonder voor korrel- of poedervormige stoffen of vloeistoffen, omvattende een houder voorzien van een 10 afsluitbare opening en een in- en uitklapbare schenktuit die in ingeklapte stand de opening afsluit en in uitgeklapte stand een schenktuit vormt, met het kenmerk, dat de schenktuit bij het uit- of inklappen vanuit de in- of uitgeklapte stand voorbij een tussenpositie, waarin de schenktuit onder spanning staat, gebracht wordt en daarna vanzelf naar de andere stand klapt. Bij korrel- en poedervormige stoffen kan hierbij gedacht worden aan hagelslag, 15 cornflakes, kattenkorrels, kunstmest, muizengif, paneermeel etc.

Stand van de techniek.

Een dergelijke verpakking is algemeen bekend, onder andere in de vorm van 20 een pak melk of vla. Voor het openen van de bekende verpakking en het uitklappen van de schenktuit, dienen eerste twee met elkaar verbonden randen van dubbelwandige plaatdelen van elkaar los gescheurd te worden, vervolgens de plaatdelen naar achteren gebogen te worden en daarna naar voren getrokken te worden, zodanig dat aan de bovenrand met elkaar verbonden platen van de dubbelwandige plaatdelen los van elkaar gescheurd worden. 25 De verpakking kan daarna gesloten worden door de bovenranden van de platen tegen elkaar te brengen en vervolgens de randen van de zo verkregen dubbelwandige plaatdelen tegen elkaar te brengen.

Samenvatting van de uitvinding.

Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een verpakking van de in de aanhef omschreven soort die eenvoudiger en beter te openen en sluiten is dan de bekende 30 1029235 2 verpakking en waarbij de schenktuit eveneens eenvoudiger in- en uitgeklapt kan worden. Hiertoe is de verpakking volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat de schenktuit bij het , uit- of inklappen vanuit de in- of uitgeklapte stand voorbij een tussenpositie, waarin de ' r ' ' ; schenktuit onder spanning staat, gebracht wordt en daarna vanzelf naar de andere stand i ; 5 klapt

Een uitvoeringsvorm van de verpakking volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat de houder een boven- en een onderzijde heeft, alsmede een aantal zijwanden, waarbij de bovenzijde is voorzien van een uitsparing en ten minste één aan de uitsparing grenzende zijwand is voorzien van een verdere uitsparing die aansluit op de 10 uitsparing in de bovenzijde, welke uitsparingen zijn afgesloten door ten minste twee wanddelen die deel uitmaken van de schenktuit en die met eerste randen in contact zijn met de begrenzingsranden van de uitsparing in de bovenzijde en die met tweede randen schamierbaar aan begrenzingsranden van de verdere uitsparing in de zijwand zijn bevestigd en die met een derde rand schamierbaar aan elkaar of aan een tussenliggende verder 15 wanddeel zijn bevestigd, waarbij in uitgeklapte stand van de schenktuit de eerste randen van de wanddelen begrenzingsranden van de schenktuit vormen. De eerste randen zijn bij voorkeur losneembaar met de begrenzingsranden van de uitsparing in de bovenzijde verbonden. Bij het voor de eerste keer openen van de verpakking dienen deze randen dan van de begrenzingsranden van de uitsparing losgescheurd te worden. Bij het daarna sluiten 20 van de opening zijn deze eerste randen onder een aandrukkracht in contact met de begrenzingsranden van de uitsparing. Bij voorkeur zijn de uitsparingen ten minste in hoofdzaak V-vormig en zijn de wanddelen ten minste in hoofdzaak driehoekig.

Om de schenktuit beter vast te kunnen pakken, is een verdere uitvoeringsvorm van de verpakking volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat de 25 schenktuit een lip omvat die schamierbaar met de beide met elkaar verbonden wanddelen of met het verder wanddeel is verbonden en die zich naar buiten toe uitstrekt. Door de lip vast te pakken kan de schenktuit gemakkelijk in- en uitgeklapt worden.

Om bij nog niet eerder geopende verpakking de kans te verkleinen dat de verpakking ongewenst open raakt, is nog een verdere uitvoeringsvorm van de verpakking 30 volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat de verpakking een, al dan niet uitscheurbare of uitbreekbare, flap omvat, die in de uitsparing aanwezig is en met de randen van de uitsparing is verbonden. Om de lip goed vast te kunnen pakken, kan deze flap eerst uit het 1029235 3 eerste wanddeel worden gescheurd.

Om na gebruik duidelijk waar te kunnen nemen dat de verpakking goed : ; gesloten wordt, omvat de verpakking bij voorkeur middelen die een klikgeluid produceren 1 ' t als de schenktuit van de uitgeklapte naar de mgeklapte stand verplaatst wordt.

;; 5

Beknopte omschrijving van de tekeningen.

Hieronder zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeelden van de verpakking volgens de uitvinding. 10 Hierbij toont:

Figuur 1 een eerste uitvoeringsvorm van de verpakking volgens de uitvinding in gesloten toestand;

Figuur 2 de in figuur 1 weergegeven verpakking met uitgescheurde flap; Figuur 3 de in figuur 2 weergegeven verpakking in geopende stand van de 15 schenktuit;

Figuur 4 een opengeslagen plaat waaruit de in figuren 1-3 weergegeven verpakking is gevormd;

Figuur 5 een tweede uitvoeringsvorm van de verpakking volgens de uitvinding in geopende toestand; 20 Figuur 6 een derde uitvoeringsvorm van de verpakking volgens de uitvinding in geopende toestand;

Figuur 7 een vierde uitvoeringsvorm van de verpakking volgens de uitvinding in gesloten toestand;

Figuur 8 de in figuur 7 weergegeven verpakking met uitgescheurde flap; 25 Figuur 9 de in figuur 8 weergegeven verpakking in geopende stand van de schenktuit; en

Figuur 10 een opengeslagen plaat waaruit de in figuren 7-9 weergegeven verpakking is gevormd.

30 Gedetailleerde omschrijving van de tekeningen.

In de figuren 1, 2 en 3 is een eerste uitvoeringsvorm van de verpakking 1029235 4 volgens de uitvinding weergegeven, respectievelijk in gesloten toestand, met uitgescheurde flap en in geopende stand van de schenktuit. De verpakking 1 heeft een houder 3 met een afsluitbare opening 5 en een in- en uitklapbare schenktuit 7. De houder 3 is gevormd door een uit een plaat gevormde rechthoekige doos met een bovenzijde 9, die is voorzien van een 5 V-vormige uitsparing 11, en een zijwand 13, die haaks op de bovenzijde staat en die is voorzien van de schenktuit. De schenktuit 7 bestaat uit twee uit het vlak van de zijwand 13 stekende driehoekige wanddelen 15, die elk met een eerste rand 17 (zie figuur 2) losneembaar zijn verbonden met de bovenzijde 9, met een tweede rand 19 schamierbaar zijn bevestigd aan de zijwand 13 en met een derde rand 21 schamierbaar met elkaar zijn 10 verbonden.

In ingeklapte stand van de schenktuit,zie figuur 2, zijn de wanddelen 15 met de eerste rand 17 tegen begrenzingsranden 22 (zie figuur 3) van de uitsparing 11 aanwezig en in uitgeklapte stand, zie figuur 3, vormen de eerste randen 17 van de wanddelen 15 begrenzingsranden van de schenktuit 7. Bij het in- of uitklappen van de schenktuit vanuit 15 een van de standen naar de andere stand, wordt een tussenpositie, waarin de schenktuit onder spanning staat, gepasseerd waarbij voorbij dit punt de schenktuit 7 vanzelf naar de andere stand klapt. Deze instabiele tussenpositie is aanwezig doordat de lengten van de eerste randen 17 van de schenktuit 7 tezamen langer zijn dan de afstand tussen de scharnierpunten 23 van de wanddelen in de bovenzijde. De tussenpositie wordt gevormd 20 door die positie van de schenktuit 7 waarbij de wanddelen in één lijn liggen tussen de genoemde scharnierpunten 23. De zijwanden 25 van de houder 3 zijn in deze positie van de schenktuit noodzakelijkerwijs naar buiten gebogen. Het materiaal van de verpakking dient dus enigszins elastisch te zijn, bijvoorbeeld plastic of karton.

Om de schenktuit 7 beter vast te kunnen pakken, heeft deze een lip 27, die 25 schamierbaar met de beide wanddelen 15 is verbonden ter plaatse van de derde rand 21 en die zich buiten de houder uitstrekt. Voorts heeft de verpakking 1 een langs een perforatie-lijn 29 (zie figuur 1) uitscheurbare flap 31, om de kans, dat een nog niet eerder geopende verpakking ongewenst open raakt, te verkleinen. De uitscheurbare flap 31 is in ongeopende situatie in de uitsparing 11 aanwezig en met de randen 22 van de uitsparing 11 verbonden. 30 De verpakking kan uit één vlakke plaat gevormd worden. In figuur 4 is een opengeslagen plaat 33 waaruit de verpakking is gevormd weergegeven. Met onderbroken lijnen 35 zijn vouwlijnen aangegeven en met de getrokken lijnen 37 snijlijnen.

1 029235 5

In de figuren 5 en 6 zijntwee verdere uitvoeringsvormen van de verpakking volgens de uitvinding in geopende toestand weergegeven. De onderdelen die gelijk zijn aan ' die van de eerste uitvoeringsvorm of eenzelfde functie hebben, zijn met dezelfde . 1 ' f ; verwijzingscijfers aangegeven. Bij deze verpakkingen 41,51 is de schenktuit 43,53 telkens ' 5 anders uitgevoerd. Tussen de wanddelen 45,55 bevindt zich een verder wanddeel 47, 57 waardoor de vorm van de schenktuit in beide uitvoeringsvormen iets anders is dan in de eerste uitvoeringsvorm.

In de figuren 7, 8 en 9 is een vierde uitvoeringsvorm van de verpakking volgens de uitvinding weergegeven, respectievelijk in gesloten toestand, met uitgescheurde 10 flap en in geopende stand van de schenktuit. De verpakking 101 heeft ook weer een houder 103 met een afsluitbare opening 105 en een in- en uitklapbare schenktuit 107. De houder 103 is ook weer gevormd door een uit een plaat gevormde rechthoekige doos met een bovenzijde 109, die is voorzien van een V-vormige uitsparing 111, en een schenktuit 107 die nu echter niet ter plaatse van één zijwand 113 maar ter plaatse van twee zijwanden 113 15 en 114 aanwezig is. De schenktuit 107 bestaat uit twee uit de zijwanden 113 en 114 stekende driehoekige wanddelen 115, die elk weer met een eerste rand 117 (zie figuur 8) losneembaar zijn verbonden met de bovenzijde 109, met een tweede rand 119 schamierbaar zijn bevestigd aan de zijwanden 113 en 114 en met een derde rand 121 schamierbaar met elkaar zijn verbonden.

20 In ingeklapte stand van de schenktuit, zie figuur 8, zijn de wanddelen 115 weer met de eerste rand 117 tegen begrenzingsranden 122 (zie figuur 9) van de uitsparing 111 aanwezig en in uitgeklapte stand, zie figuur 9, vormen de eerste randen 117 van de wanddelen 115 weer begrenzingsranden van de schenktuit 107. Ook hierbij wordt bij het in- of uitklappen van de schenktuit vanuit een van de standen naar de andere stand, een 25 tussenpositie, waarin de schenktuit onder spanning staat, gepasseerd waarbij voorbij dit punt de schenktuit 107 vanzelf naar de andere stand klapt.

De schenktuit 107 heeft ook weer een lip 127 om beter vastgepakt te kunnen worden, en een langs een perforatie-lijn 129 (zie figuur 7) uitscheurbare flap 131.

Ook deze verpakking 101 kan uit één vlakke plaat gevormd worden. In 30 figuur 10 is een opengeslagen plaat 133 waaruit de verpakking is gevormd weergegeven. Met onderbroken lijnen 135 zijn vouwlijnen aangegeven.

Hoewel in het voorgaande de uitvinding is toegelicht aan de hand van de 1 029235 6 tekeningen, dient te worden vastgesteld dat de uitvinding geenszins tot de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvormen is beperkt. De uitvinding strekt zich mede uit tot alle van de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvormen afwijkende uitvoeringsvormen binnen het door de conclusies gedefinieerde kader.

1 029235

Claims (7)

1. Verpakking, in het bijzonder voor korrel- of poedervormige stoffen of vloeistoffen, omvattende een houder voorzien van een afsluitbare opening en een in- en 1 . , , uitklapbare schenktuit die in ingeklapte stand de opening afsluit en in uitgeklapte stand een 5 schenktuit vormt, met het kenmerk, dat de schenktuit bij het uit- of inklappen vanuit de in- of uitgeklapte stand voorbij een tussenpositie, waarin de schenktuit onder spanning staat, gebracht wordt en daarna vanzelf naar de andere stand klapt.

2. Verpakking volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de houder een bovenen een onderzijde heeft, alsmede een aantal zijwanden, waarbij de bovenzijde is voorzien 10 van een uitsparing en ten minste één aan de uitsparing grenzende zijwand is voorzien van een verdere uitsparing die aansluit op de uitsparing in de bovenzijde, welke uitsparingen zijn afgesloten door ten minste twee wanddelen die deel uitmaken van de schenktuit en die met eerste randen in contact zijn met de begrenzingsranden van de uitsparing in de bovenzijde en die met tweede randen schamierbaar aan begrenzingsranden van de verdere 15 uitsparing in de zijwand zijn bevestigd en die met een derde rand schamierbaar aan elkaar of aan een tussenliggende verder wanddeel zijn bevestigd, waarbij in uitgeklapte stand van de schenktuit de eerste randen van de wanddelen begrenzingsranden van de schenktuit vormen.

3. Verpakking volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de wanddelen met de 20 eerste randen losneembaar met de begrenzingsranden van de uitsparing zijn verbonden.

4. Verpakking volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat de uitsparingen ten minste in hoofdzaak V-vormig zijn en de wanddelen ten minste in hoofdzaak driehoekig zijn.

5. Verpakking volgens conclusie 2,3 of 4, met het kenmerk, dat de schenktuit 25 een lip omvat die schamierbaar met de beide met elkaar verbonden wanddelen of met het verder wanddeel is verbonden en die zich naar buiten toe uitstrekt.

6. Verpakking volgens conclusie 2, 3, 4 of 5, met het kenmerk, dat de verpakking een, al dan niet uitscheurbare of uitbreekbare, flap omvat, die in de uitsparing aanwezig is en met de randen van de uitsparing is verbonden.

7. Verpakking volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de verpakking middelen omvat die een klikgeluid produceren als de schenktuit van de uitgeklapte naar de ingeklapte stand verplaatst wordt. 1029235