NL1024418C2 - Elektronisch opslag- en toegangssysteem en werkwijze voor de werking daarvan. - Google Patents

Elektronisch opslag- en toegangssysteem en werkwijze voor de werking daarvan. Download PDF

Info

Publication number
NL1024418C2
NL1024418C2 NL1024418A NL1024418A NL1024418C2 NL 1024418 C2 NL1024418 C2 NL 1024418C2 NL 1024418 A NL1024418 A NL 1024418A NL 1024418 A NL1024418 A NL 1024418A NL 1024418 C2 NL1024418 C2 NL 1024418C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
entity
key
type
data
relationship
Prior art date
Application number
NL1024418A
Other languages
English (en)
Inventor
Robert Bosman
Original Assignee
Re Base Group
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Re Base Group filed Critical Re Base Group
Priority to NL1024418A priority Critical patent/NL1024418C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1024418C2 publication Critical patent/NL1024418C2/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06FELECTRIC DIGITAL DATA PROCESSING
    • G06F16/00Information retrieval; Database structures therefor; File system structures therefor
    • G06F16/20Information retrieval; Database structures therefor; File system structures therefor of structured data, e.g. relational data
    • G06F16/28Databases characterised by their database models, e.g. relational or object models
    • G06F16/284Relational databases
    • G06F16/288Entity relationship models

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Databases & Information Systems (AREA)
  • Theoretical Computer Science (AREA)
  • Data Mining & Analysis (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Information Retrieval, Db Structures And Fs Structures Therefor (AREA)

Description

ELEKTRONISCH OPSLAG- EN TOEGANGSSYSTEEM EN MERKWIJZE VOOR DE
WERKING DAARVAN
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een 5 elektronisch opslag- en toegangssysteem en werkwijze voor de werking daarvan.
Elektronische opslag- en toegangssystemen zijn in velerlei varianten en uitvoeringen bekend. Bekend zijn onder meer ERP-systemen, systemen voor het bijhouden van benodigde 10 materialen voor het produceren complexe samengestelde producten en systemen voor het bijhouden van relaties. Bij dergelijke systemen geldt over het algemeen dat de relaties tussen verschillende entiteiten worden bepaald door de gegevensbankstructuur. Hierdoor vereist eventueel toevoegen 15 van een nieuwe relatie of een nieuw relatietype of nieuwe attributen van een relatie aan een bestaand systeem het aanpassen van deze gegevensbankstructuur.
In de praktijk worden bij dergelijke wijzigingen tabellen qua definitie aangepast of worden gehele tabellen 20 toegevoegd. Het wijzigen van de gegevensbankstructuur heeft derhalve volgens de stand van de techniek een belangrijke impact op de reeds bestaande relaties, waardoor het wijzigen van relaties bij voorkeur door experts wordt uitgevoerd.
Voorts zijn min of meer flexibele systemen ontwikkeld 25 waarin eindgebruikers zelfstandig relatiewijzigingen in een gegevensbankstructuur konden aanbrengen. In dergelijke systemen ontstond echter een onoverzichtelijke gegevensbankstructuur waarbij dergelijke systemen onoverzichtelijk werden.
30 Teneinde een beheersbaar systeem te verkrijgen waarin op eindgebruikersniveau vrijelijk relaties kunnen worden gelegd en worden ontwikkeld, verschaft de onderhavige uitvinding een elektronisch opslag- en toegangssysteem voor 1024418
data omvattende geheugenmiddelen en een met de I
geheugenmiddelen verbonden verwerkingseenheid, het systeem I
omvattende: I
- invoermiddelen voor het invoeren van entiteitendata I
5 of relationele data die een relaties tussen entiteiten I
bepaalt, I
- opslagmiddelen voor het opslaan van de entiteitendata of relationele data in de geheugenmiddelen,
- een verwerkingseenheid voor het ontsluiten van I
10 informatie uit de opgeslagen entiteitendata en relationele I
data op basis van een zoekbewerking in de entiteitendata en
de relationele data; I
- waarbij de entiteitendata worden opgeslagen in een I
eerste deel van het geheugen, de relationele data worden I
15 opgeslagen in een tweede deel van het geheugen; en
- waarbij een relatie, die wordt omvat door de I
relationele data, betrekking heeft op twee entiteiten en de I
relatie een directe relatie is van een entiteit naar een
andere entiteit of dezelfde entiteit. H
20 Doordat elke relatie een directe relatie is, kunnen I
relaties worden gelegd tussen twee entiteiten onderling, I
tussen een entiteit en zichzelf, en tussen groepen van I
entiteiten die worden gevormd door een relatie tussen een I
veelheid van entiteiten en één specifieke entiteit die door I
25 deze relaties een groep definieert. Hierdoor kunnen op I
flexibele wijze deze groepen van entiteiten worden bepaald I
door het leggen van veel dezelfde relaties van verschillende I
entiteiten naar de groepentiteit. Voorts kunnen relaties I
tussen deze groepen en andere entiteiten worden gelegd. Door I
30 middel van de entiteitendata en de relationele data kan in I
deze vorm een complex systeem omvattende onderdelen en I
deelsystemen worden opgeslagen. Hierbij kan worden gedacht I
aan bijvoorbeeld de opbouw van een vliegtuig uit onderdelen, I
1024418 I
3 een relatiesysteem van personen en bedrijven, als wel een opbouw van een biologische biotoop.
In een uitvoeringsvorm is een aantal entiteiten middels een keten van directe relaties verbonden. De 5 onderlinge relatie tussen twee willekeurige entiteiten kan middels deze uitvoeringsvorm worden bepaald door het nagaan van een of mogelijk meerdere ketens van tussenliggende relaties en entiteiten. Hierdoor wordt het bijvoorbeeld mogelijk uit het systeem terug te halen dat een 10 vliegtuigmotor middels een relatie tot een vleugel die een relatie heeft tot de romp van een vliegtuig deel uitmaakt van het vliegtuig als geheel, of bijvoorbeeld dat de vliegtuigmotor een relatie heeft met het besturingssysteem van het vliegtuig, zonder dat de directe relatie tussen de 15 motor en het besturingssysteem is opgeslagen. Voorts is het met een dergelijk systeem mogelijk bijvoorbeeld terug te halen dat een kleinzoon via de relatie met zijn ouders die weer een relatie hebben met hun ouders een kleinzoon is van zijn grootouders. Op deze wijze wordt een ongelimiteerde 20 opslag van entiteiten met onderlinge relaties mogelijk.
In een verdere uitvoeringsvorm omvat het systeem middelen voor het verkrijgen van toegang tot de opgeslagen entiteitendata en de relationele data op basis van data die betrekking hebben op een keten van deze relaties waarmee 25 entiteiten verbonden zijn en de door deze relaties verbonden entiteiten. Het elektronisch opslag- en toegangssysteem is hiertoe bij voorkeur op geschikte wijze voorzien van geprogrammeerde hulpmiddelen zoals software of toegewijde hardware voor het uitvoeren van een werkwijze voor het 30 verkrijgen van toegang tot opgeslagen data en het opbouwen van de relatiestructuur.
In een verdere uitvoeringsvorm omvat het systeem middelen voor het creëren van additionele relationele data op 1 02441. 8
I 4 I
basis van de ingevoerde entiteitendata of relationele data. I
I Bij het invoeren van een nieuwe entiteit wordt volgens deze I
I uitvoeringsvorm op automatische of voorgeprogrammeerde wijze I
I een nieuwe relatie ingevoerd in het systeem. Indien I
I 5 bijvoorbeeld in een personenrelatiesysteem een persoon is I
I geautoriseerd een nieuwe entiteit ofwel persoon waarmee hij I
I een relatie heeft in te voeren, kan het systeem op basis van I
I de geprogrammeerde procedures automatisch een relatie I
I toevoegen tussen de persoon die de nieuwe entiteit invoert en I
I 10 de nieuwe entiteit. Een voorbeeld van een dergelijke I
I standaardrelatie is dat de invoerende persoon opdrachtgever I
I is van de entiteit. Een dergelijke automatisch gegenereerde I
I relatie is in een dergelijk systeem ingevoerd ten behoeve van I
I de beheersbaarheid van het elektronisch opslag- en I
I 15 toegangssysteem in toepassingen van een relatiebeheersysteem. I
I In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat het I
I systeem een gegevensbankstructuur omvattende tabellen voor: I
I - entiteiten waarbij de tabeldefinitie velden omvat I
voor een sleutel, zoals een nummer, en voor een codering van I
I 20 entiteittypen, I
I - relaties waarbij de tabeldefinitie velden omvat I
I voor een sleutel, zoals een nummer, een eerste entiteit, een I
I tweede entiteit en voor een codering van relatietypen. I
I De velden voor het eerste en tweede entiteit dienen I
I 25 voor het relateren van de beide entiteiten middels de I
I relatie, hierin worden bij voorkeur sleutelwaarden van de I
I entiteitentabel ingevuld. Teneinde de gewenste flexibiliteit I
I van het systeem zoals in het voorgaande is omschreven te I
I behouden, worden de entiteiten in tabelvorm opgeslagen met I
I 30 een voor de specifieke toepassing minimumhoeveelheid I
I gegevens. Additionele velden voor dergelijke tabellen zijn I
I denkbaar afhankelijk van het toepassingsgebied van het I
I elektronisch opslag- en toegangssysteem. De codering voor I
I 1024418 I
5 relatietypen geeft in een record het type van de relatie aan zoals in het navolgende zal worden verduidelijkt.
Bij voorkeur omvat de gegevensbankstructuur zoals hierboven is omschreven tabellen voor: 5 - relatietypen waarbij de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, zoals een nummer, en het relatietype, - relatietype-attributen waarbij de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, zoals een nummer, het relatietype en voor een codering van attributen van een 10 relatietype, - attribuutwaarden waarbij de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, omvattende velden overeenkomstig met de sleutel van de relatietabel en de sleutel van de relatietype-atribuuttabel, en mogelijke waarden van het 15 relatieatribuut.
Een dergelijke aanvulling van de gegevensbankstructuur biedt de mogelijkheid om zeer vrijelijk relatietypen, attributen van relatietypen en rollen omvattende de waarden voor de relatietype-attributen vast te 20 leggen. Hierdoor kan een eindgebruiker, indien hij een nieuw relatietype wenst toe te voegen aan de gegevensbankstructuur, op eenvoudige wijze een relatietype invoeren, waarna deze wordt toegevoegd aan de relatietypetabel. Attributen die bij een dergelijk relatietype horen, kunnen worden toegevoegd aan 25 de relatietype-attribuuttabel die middels een sleutel wordt gekoppeld aan de relatietypetabel, waarbij deze sleutel overeenkomt met de sleutel van de relatietypetabel. Doordat de attribuutwaardentabel een gecombineerde sleutel van de relatietypetabel en de relatietype-attribuuttabel omvat, kan 30 aan elke relatie een zeer grote hoeveelheid van relatietype-attributen en daarbij behorende waarden worden gekoppeld.
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat het systeem een soortgelijke tabelstructuur voor entiteittypen, 1024418
6 I
entiteittypenattributen en attribuutwaarden. Hierdoor wordt I
een zeer vrij aantal soorten van entiteiten met daarbij I
behorende gegevens mogelijk. I
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat een I
5 systeem een tabel voor entiteittypen omvattende een sleutel, I
zoals een nummer, en een codering voor het entiteit type I
alsmede een tabel voor elk specifiek entiteittype waarbij de I
tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, zoals de I
entiteitsleutel en een codering voor attributen van de I
10 entiteit. Hiernaast kan de tabel een vooraf bepaalde I
hoeveelheid basisgegevens voor het entiteitstype omvatten. I
Een voordeel van een dergelijk systeem is dat het aantal I
entiteitstypen beperkt is tot het aantal tabellen, hetgeen I
echter in combinatie met de hierboven beschreven vrijheid van I
15 relaties een zeer ruime relateringsvrijheid biedt met een I
overzichtelijke hoeveelheid entiteitstypen. Het aantal I
entiteiten in de tabellen voor de entiteitstypen blijft I
daarbij vrijwel onbegrensd. Voor bijvoorbeeld een toepassing I
als een relatiebeheersysteem is het aantal entiteitstypen I
20 zoals entiteiten of groepen van entiteiten dat in de praktijk I
gewenst is niet zeer groot; de vrijheid voor het definiëren I
van relaties hiertussen echter volgens de onderhavige
uitvinding, is in deze mogelijke uitvoeringsvorm zeer I
waardevol. I
25 In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is het I
entiteitstype een persoon en is een verder entiteitstype een I
organisatie omvattende een veelheid van personen. In een I
systeem met een dergelijke definitie van entiteitstypen kan I
een onbeperkt aantal mogelijke relaties tussen personen en I
30 organisaties worden gelegd, waarbij de personen deel kunnen I
uitmaken van een of meer organisaties of suborganisaties van I
organisaties. Elke persoon die deel uitmaakt van een I
organisatie kan relaties tussen hem/haar en andere personen I
1024418 I
7 of organisaties inclusief zijn/haar eigen organisatie toevoegen. Hierbij heeft het de voorkeur zoals in het voorgaande kort is aangeduid dat indien een persoon een nieuwe persoon toevoegt, hij de verantwoordelijke is voor het 5 opslaan van informatie over deze persoon. Ditzelfde geldt voor relaties. Indien een persoon of relatie dient te worden gewijzigd dan wel toegevoegd, heeft het de voorkeur dat dit slechts kan worden uitgevoerd door de "eigenaar" ofwel verantwoordelijke voor de gegevens met betrekking tot die 10 entiteit of relatie.
Een verder aspect van de uitvinding betreft een werkwijze voor het door een systeem volgens een of meer van de conclusies 1-11 opslaan van data in een gegevensbankstructuur waarbij entiteiten middels directe 15 relaties koppelbaar zijn aan een andere entiteit of dezelfde entiteit en de relatiedata wordt opgeslagen in een eerste deel van het geheugen en de entiteitendata in een tweede deel van het geheugen.
In een verdere uitvoeringsvorm worden gegevens met 20 betrekking tot entiteiten ontsloten door middel van profielen waarbij profielen zoekdefinities omvatten voor het via de directe relaties selecteren van middels de relaties gekoppelde entiteiten en het op middels de profielen geselecteerde gerelateerde entiteiten uitvoeren van verdere 25 zoekacties via de geselecteerde entiteiten waarbij het zoeken stopt zodra er geen entiteiten of relaties meer voldoen aan het profiel. Een voordeel hiervan is dat op basis van relaties door de gehele gegevensbank kan worden gezocht.
30 Verdere voordelen, kenmerken en details van de onderhavige uitvinding zullen duidelijk worden bij lezing van de volgende beschrijving die refereert aan de figuren, waarbij: 1024418
- figuur 1 een blokschema is van een eerste I
uitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding; I
- figuur 2 een blokschema is van een tweede I
uitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding; I
5 - figuur 3 een blokschema is van een derde
uitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding; I
- figuur 4 een blokschema is van een vierde
uitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding; I
- figuur 5 een stroomschema is van een I
10 uitvoeringsvorm van een werkwijze volgens de onderhavige I
uitvinding; I
- figuur 6® een stroomschema is van een I
uitvoeringsvorm van een werkwijze volgens de onderhavige I
uitvinding. I
15 In een eerste uitvoeringsvorm (fig. 1) volgens de I
onderhavige uitvinding is een entiteit 1 verbonden met een I
relatie 2. Deze relatie 2 is van het type 3 en kan zijn I
voorzien van relatietype-attributen 4. Middels relatie- I
attributen 5 kan de relatie zijn voorzien van bepaalde I
20 specifieke waarden die behoren bij zowel het relatietype als het relatietype-attribuut. Een wijze om de gegevens hiervan
op te slaan in een elektronisch opslag- en toegangssysteem is I
middels gegevensbanktabellen die worden opgeslagen in eerste, I
tweede en verdere delen van een geheugen. Een praktische I
25 wijze om de hierboven beschreven gegevens op te slaan is in 5 I
bij de hierboven beschreven datavormen passende tabellen. I
Hierbij wordt in een uitvoeringsvorm gebruik gemaakt I
van een tabel met betrekking tot de entiteit 1, waarbij de I
tabel ten minste de velden sleutel en type omvat. Een I
30 praktische aanvulling van deze tabel is het veld "eigenaar", I
die voor het onderhoud van het elektronisch opslag- en I
toegangssysteem aanduidt welke persoon, die eveneens in het I
10244/8 I
9 systeem is opgenomen, gegevens met betrekking tot deze entiteiten mag wijzigen.
Een verdere tabel voor het opslaan van gegevens is de tabel entiteitstype. Deze tabel omvat ten minste twee velden 5 zijnde een sleutelveld en een coderings- of omschrijvingsveld. Het sleutelveld komt overeen met het type veld van de tabel entiteit. Hierdoor zijn deze beide tabellen onderling verbindbaar en kan de omschrijving van het type van de entiteit worden gevonden.
10 Een verdere tabel kan de entiteitstype-attribuuttabel zijn. Deze omvat ten minste drie velden, zijnde een sleutelveld, een entiteitstypeveld en een coderings- of omschrijvingsveld. Het entiteitstypeveld komt overeen met de sleutel van de entiteitstypetabel. Hierdoor zijn deze beide 15 tabellen onderling met elkaar verbindbaar.
Een verdere tabel volgens deze uitvoeringsvorm is de entiteitsattribuuttabel omvattende een dubbele sleutel omvattende de entiteitssleutel zoals in de entiteitstabel en de entiteitstype-attribuutsleutel zoals in de tabel 20 entiteitstype-attribuut. Voorts omvat deze tabel ten minste een veld voor waarden van de entiteitsattributen. Middels deze entiteitsattributentabel kan aan een entiteit een bepaalde waarde worden gegeven, zoals bijvoorbeeld een bouwjaar of een materiaaltype of een oprichtingsjaar. In een 25 meer specifieke uitvoeringsvorm worden de relatietype- attribuuttabel en de daarmee verbonden relatie-attribuuttabel vervangen door specifieke tabellen waarin van een groep van entiteiten gegevens worden opgeslagen middels een tabel. Een voorbeeld hiervan is een persoontabel waarin middels de 30 entiteitssleutel bijvoorbeeld een naam van een persoon kan worden opgeslagen. Deze tabel kan worden uitgebreid met allerlei toepassingsgerichte velden voor het omschrijven van specifieke attributen van personen.
1 0244 J8
10 I
Een dergelijke verdere specifieke tabel is I
bijvoorbeeld een organisatietabel ofwel groepentabel waarin I
attributen worden opgeslagen van groepen van personen die I
bijvoorbeeld een organisatie kunnen vormen. Deze tabel omvat I
5 ten minste de entiteitssleutel, aangezien een groep ofwel
organisatie eveneens een entiteit is alsmede bijvoorbeeld een I
naamveld, een oprichtingsdatumveld en allerlei I
toepassingsgerichte mogelijke velden. I
Naast de tabellen die zijn gericht op entiteiten 1 I
10 zijn er tabellen gericht op relaties 2. De structuur hiervan I
is soortgelijk aan die van de structuur van de tabellen met I
betrekking tot de entiteiten. Er is derhalve een relatietabel I
met ten minste de velden, de sleutel en type. Voorts is het I
bij relaties van belang tussen welke beide entiteiten de
15 relatie bestaat. Hiertoe zijn velden voorzien zoals een "van" I
veld, waarmee in de relatietabel kan worden vastgelegd van I
welke entiteit naar welke entiteit de relatie loopt, in deze I
velden worden bij voorkeur de sleutels uit de entiteitstabel I
ingevuld. Voorts omvat de relatietabel bij voorkeur eveneens I
20 een "eigenaar" veld, waarmee in een praktische uitvoering van I
het elektronisch opslag- en toegangssysteem een wijzigings-
ofwel verwijderingsrecht van een specifieke entiteit kan I
worden vastgelegd ten behoeve van duidelijke I
verantwoordelijkheden bij het onderhoud van het elektronisch I
25 opslag- en toegangssysteem. I
Een verdere tabel in het systeem is een "relatietype" I
tabel met ten minste een sleutelveld en een
veldomschrijvings- ofwel coderingsveld. De werking hiervan is I
naar analogie van de entiteitstypetabelomschrijving als in I
30 het voorgaande. Voorts omvat het systeem bij voorkeur een I
relatietype-attribuuttabel met ten minste een sleutelveld en I
een relatietypeveld dat overeenkomt met het sleutelveld van I
de relatietypetabel alsmede een coderings- of I
1024418 I
11 oraschrijvingsveld waarin de naam van het relatietype-attribuut kan worden opgeslagen.
Voorts omvat het systeem bij voorkeur een relatie-attribuuttabel met een gecombineerde sleutel waarmee deze 5 tabel koppelbaar met de sleutelvelden van de relatietabel en de relatietype-attribuuttabel. In deze tabel is er verder ten minste een waardeveld voor het invoeren van attributen van de relatie. Deze waarden zijn middels de gecombineerde sleutel verbonden met de relatie waardoor onder gebruikmaking van de 10 attributen een bepaalde filtering in de relaties kan worden uitgevoerd. Een dergelijke filtering is op soortgelijke wijze mogelijk met de attributen van de entiteitsattribuuttabel of de specifieke entiteitstypetabellen, zoals deze betrekking hebben op entiteiten.
15 In figuur 2 is een schema van een deel van de hierboven beschreven tabellen weergegeven. Hierbij representeert 21 een entiteit of entiteitstabel. 22 representeert een relatietabel die is gekoppeld middels de velden "van" en "naar" met de entiteitentabel 21. De 20 relatietabel omvat voorts bijvoorbeeld de velden begindatum, einddatum, privé en eigenaar. Met de velden begindatum en einddatum wordt aangegeven wanneer de relatie is begonnen en wanneer de relatie is beëindigd. In de praktijk zal een groot deel van de relaties nog geen ingevulde einddatum hebben, 25 omdat de relatie nog voortduurt. Het gebruik van een begindatum en einddatum biedt de bijzondere mogelijkheid dat bij het beëindigen van een relatie deze in het systeem opgeslagen kan blijven waardoor gegevens met betrekking tot deze relatie indien gewenst kunnen worden teruggehaald. Een 30 voordeel van het voeren van een veld "privé" is dat een eigenaar, zoals in het voorgaande is omschreven, van een relatie kan aangeven of andere entiteiten ofwel mogelijke 1 0244 J8
12 I
gebruikers van het systeem toegang kunnen krijgen tot I
gegevens met betrekking tot deze relatie. I
Aan de entiteitstabel 21 is een entiteitstypetabel 24 I
gekoppeld, zoals in het voorgaande is omschreven. Aan de I
5 relatietabel is, zoals in het voorgaande is ontschreven, een I
relatietypetabel gekoppeld.
In £ig. 3 is een conceptueel schema weergegeven van I
een verdere uitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding. In dit conceptuele schema representeert 31 een 10 enkele entiteit ofwel een persoon. Voorts representeert 33
een gecombineerde entiteit ofwel een groep van entiteiten. I
Een dergelijke groep van entiteiten wordt gevormd doordat een I
aantal personen een zelfde relatie heeft met een entiteit van I
een groepstype, zoals bijvoorbeeld een organisatie. In dit I
15 uitvoeringsvoorbeeld zijn twee entiteitstypes weergegeven, I
namelijk het entiteitstype persoon 31 en het entiteitstype I
groep 33. Een persoon kan een relatie 34 hebben met een I
andere persoon of eventueel met zichzelf. Een groep 33 kan I
een relatie 35 hebben met een andere groep of met zichzelf. I
20 voorts kan een persoon 31 een relatie 32 hebben met een groep I
33. I
De wijze van het weergeven van entiteiten en relaties I
volgens deze uitvoeringsvorm biedt het inzicht dat middels I
één-op-één relaties elke persoon of groep die is opgenomen in I
25 deze structuur op de een of andere wijze via een of een keten I
van relaties verbindbaar is met een andere groep of persoon. I
Door op een hierboven beschreven wijze een veelheid van I
relatietypes 32, 34, 35 toe te staan, zijn alle gegevens met I
betrekking tot de entiteiten middels de relaties ontsluitbaar I
30 en wordt het mogelijk gemaakt dat op flexibele wijze velerlei I
soorten relaties kunnen worden toegevoegd, waardoor een I
complex en in de loop van de tijd veranderlijk systeem van I
entiteiten en relaties kan worden vastgelegd in het
1024418 I
13 elektronisch opslag- en toegangssysteem. Hierbij vervalt de noodzaak tot het definiëren van relaties in datastructuren of tabelstructuren.
Volgens uitvoeringsvormen zoals in het bovenstaande 5 zijn omschreven, kunnen aan relaties en entiteiten op flexibele wijze attributen worden toegevoegd via type-attributen. Dit kan evenals het toevoegen van de relatietypes eveneens door gebruikers van een systeem volgens de onderhavige uitvinding worden uitgevoerd, waardoor een grote 10 flexibiliteit in het toevoegen van attributen mogelijk wordt. Bij bijvoorbeeld een technische beschrijving van een vliegtuig kan aan een verbeterd onderdeel waarvan een verhoogde smelttemperatuur relevant is, maar waarbij geen veld aanwezig is voor het opslaan van een dergelijke 15 verhoogde smelttemperatuur, dit attribuut op eenvoudige wijze worden gedefinieerd en de waarde hiervan voor het specifieke onderdeel worden opgeslagen. Dit toevoegen van een dergelijk nieuw attribuutveld is zeer controleerbaar door enerzijds een beheerder van het systeem of een eindgebruiker door eenvoudig 20 te kijken welk nieuwe record is toegevoegd aan de relatietype-attribuuttabel. In systemen volgens de stand van de techniek zou voor een dergelijke toevoeging van een attribuutveld de tabeldefinitie dienen te worden gewijzigd, hetgeen een fundamentele wijziging van de gegevensstructuur 25 vereist.
Terughalen van informatie uit het elektronisch opslag- en toegangssysteem is door middel van de attributen mogelijk.
In fig. 4 is een blokschema weergegeven van een 30 uitvoeringsvorm van een elektronisch opslag- en toegangssysteem volgens de onderhavige uitvinding. Een centraal werkstation 43 omvat een centrale verwerkingseenheid 40, een eerste opslaggeheugen 41 zoals een RAM-geheugen en I 0244 I 8
14 I
een tweede opslaggeheugen 42 zoals een harde schijfgeheugen. I
Een dergelijk systeem kan voorts op bekende wijze zij I
voorzien van invoermiddelen als een muis, een toetsenbord en I
een monitor alsmede andere gebruikelijke onderdelen voor de I
5 werking van een computer met een algemeen toepassingsgebied. I
Dit werkstation 43 dient voor het centraal opslaan en I
verwerken van data zoals entiteitsdata en relatiedata zoals I
in het voorgaande is beschreven. De centrale I
verwerkingseenheid maakt hierbij gebruik van de snelle en I
10 trage opslagmogelijkheden van de verscheidene soorten I
geheugen. In alternatieve uitvoeringsvormen is het zeker I
denkbaar dat in plaats van een centrale verwerkingseenheid op I
een werkstation gebruik wordt gemaakt van een gedistribueerd I
verwerkingssysteem zoals dit in gegevensopslagsystemen I
15 volgens de stand van de techniek eveneens toepasbaar is. Een I
dergelijke inrichting van het systeem heeft bijvoorbeeld I
voordelen op het gebied van verminderd dataverkeer tussen een I
centrale verwerkingseenheid en een eindgebruiker. I
Het werkstation 43 is rechtstreeks verbonden met I
20 werkstation 44, hetgeen bijvoorbeeld een PC van een I
eindgebruiker is. Een dergelijke eindgebruiker kan middels de I
rechtstreekse verbinding gegevens invoeren en terughalen uit I
het centrale verwerkingsstation. Het is eveneens mogelijk dat I
het centrale werkstation 43 middels een of meer netwerken 47, I
25 zoals een Local Area NetWork (LAN), het internet, een vast of I
mobiel geschakeld telecommunicatienetwerk en dergelijke wordt I
verbonden met gebruikersstations 45 en 46. Hierbij is I
gebruikersstation 46 bijvoorbeeld een handcomputer of mobiele I
telefoon en is station 46 bijvoorbeeld een PC of laptop. I
30 Verbinding met het centrale werkstation 43 kan worden gezocht I
middels een veelheid van zogenoemde cliëntstations via een I
veelheid van netwerksoorten. Bij dergelijk dataverkeer wordt I
10244I8 I
15 bijvoorbeeld gebruik gemaakt van standaarden als HTML, XML en dergelijke.
Een uitvoeringsvorm van een werkwijze volgens de onderhavige uitvinding (fig. 5) betreft het creëren of 5 toevoegen van gegevens met betrekking tot een relatie.
Hierbij wordt in deze uitvoeringsvorm een aantal stappen doorlopen. In stap 93 wordt een bron-entiteit geselecteerd middels een daartoe geschikte gebruikersinterface, bij voorkeur een grafische gebruikersinterface. Vervolgens wordt 10 in stap 94 een bestemmingsentiteit geselecteerd. De relatie zal een koppeling representeren tussen deze beide entiteiten. De bronentiteit en de bestemmingsentiteit kunnen middels de gebruikersinterface worden opgezocht in de entiteitstabel.
Bij het opzoeken kan gebruik worden gemaakt van filters op 15 attributen indien de persoon die een relatie toevoegt in het systeem niet bekend is met de entiteiten.
De volgende stap 95 is het selecteren van een relatietype. Dit kan op soortgelijke wijze via een gebruikersinterface waarmee een keuze kan worden gemaakt uit 20 reeds bestaande relatietypen of, indien de uitvoeringsvorm het toelaat, een nieuw relatietype dat met deze stap wordt gecreëerd. In stap 96 worden waarden voor het relatie-attribuut geselecteerd of ingevuld. Verschillende gebruikersinterfacehulpmiddelen voor het invoeren van 25 relatieattribuutwaarden zijn mogelijk. Indien het bijvoorbeeld een datum betreft, kan middels een pop-up window dat een kalender weergeeft een datum worden aangeklikt. Een datum kan vanzelfsprekend ook rechtstreeks worden ingevoerd, eventueel met behulp van een masker. Indien de waarde een 30 keuze uit een vooraf gedefinieerde reeks van waarden betreft, kan de reeks van waarden worden weergegeven, waarna de geschikte waarde kan worden gekozen.
1 0244 j 8
16 I
In stap 97 wordt dan op basis van ingevoerde gegevens uit de voorgaande stappen de relatie gecreëerd door de
centrale verwerkingseenheid van het elektronisch opslag- en I
toegangssysteem. In stap 98 worden de gegevens opgeslagen in I
5 de geheugenmiddelen. I
De werkwijze volgens fig. 6 heeft betrekking op het I
terughalen van gegevens uit het systeem. Hierbij wordt I
gebruik gemaakt van profielen. Een profiel volgens de I
onderhavige uitvinding wordt gedefinieerd als een 10 hiërarchische verzameling sets en profielen waaruit een groep
van entiteiten kan worden bepaald ten opzichte van een I
specifieke entiteit (bronentiteit). Een dergelijke groep I
wordt een set genoemd. In een profiel kan derhalve een set I
van directe relaties worden opgegeven waaraan de relatie en I
15 de resulterende entiteit moet voldoen om als resultaat te
worden beschouwd. I
Doordat, zoals in het voorgaande is omschreven, alle I
entiteiten onderling een verbinding hebben middels relaties, I
is het mogelijk een zoekopdracht op te stellen op basis I
20 waarvan informatie met betrekking tot relaties en entiteiten I
die aan deze zoekopdracht voldoen terug te halen uit het I
systeem. Eenvoudige voorbeelden hiervan zijn op bladzijde 2 I
weergegeven. Kenmerken van profielen zijn dat meerdere
niveaus van relaties kunnen worden doorgrond. Voorts kunnen I
25 impliciete relaties worden gelegd. Dat wil zeggen dat
relaties die niet vooraf in het systeem zijn gedefinieerd of I
niet zijn gedefinieerd in de datastructuur kunnen worden I
samengesteld uit een aantal of een pad van deelrelaties die I
onderling verbindbaar zijn via entiteiten.
30 Een profiel kan recursief worden toegepast, waardoor I
het systeem ofwel de middelen voor het terughalen van I
informatie op grond van een zoekdefinitie deze herhaaldelijk I
kan uitvoeren, waardoor lange ketens van directe relaties I
1024418 I
17 kunnen worden gebruikt voor het terughalen van data met betrekking tot entiteiten. Een dergelijke lange keten kan worden geanalyseerd teneinde te begrijpen hoe bij het zoekresultaat is gekomen. Dit wordt ook wel pad-analyse 5 genoemd.
Aan een profiel ofwel zoekopdracht kan een diepteregeling worden toegevoegd, waardoor het zoeken naar relaties in ketens over alle of in specifieke ketens wordt beperkt tot een bepaalde hoeveelheid relaties. Hierdoor wordt 10 voorkomen dat in zeer complexe systemen een zoekopdracht onnodig lang in beslag zal nemen of een onnodig grote hoeveelheid informatie terughaalt.
In stap 80 wordt een entiteit van waaruit een zoekopdracht of profielzoekopdracht dient te worden 15 uitgevoerd geselecteerd. Dit kan middels een hiertoe geschikte (grafische) gebruikersinterface worden uitgevoerd. Vervolgens wordt een zoekprofiel geselecteerd of gecreëerd indien er geen voor het actuele doel geschikt profiel voorhanden is in stap 81. In stap 82 worden vervolgens 20 attribuutfilters ingesteld of toegevoegd. Een profiel omvat een of meer profielitems die achtereenvolgens worden uitgevoerd. Bij het uitvoeren van profielitems worden sets van data gevormd die de basis vormen waarop met de filters worden toegepast teneinde de gewenste data terug te halen.
25 Indien een zoekopdracht bijvoorbeeld betrekking heeft op een bepaald type vliegtuigmotor van een entiteit vliegtuig, kan bijvoorbeeld een filter worden gesteld op motoren van een bepaald vermogensbereik. In een alternatief van een profiel waarin wordt gezocht op kleinkinderen van een 30 grootvader kan bijvoorbeeld een filter worden gezet met betrekking tot de eerste echtgenote van de zonen van de grootvader of bijvoorbeeld op de leeftijd van de kleinzonen.
1024 4 f 8 I 18 I Dergelijke attribuutfilters kunnen eveneens worden ingesteld middels een daartoe geschikte gebruikersinterface.
I Een profiel bestaat uit ten minste één profielitem, dat wil zeggen een verwijzing naar een ander profiel of een I 5 set op basis waarvan entiteiten bepaald kunnen worden, en I eventueel een of meer filters, een set wordt bepaald door van de van een entiteit uitgaande relaties te bepalen of de gerelateerde entiteiten voldoen aan het profiel. Indien een profiel uit meerdere profielitems bestaat, worden deze I 10 achtereenvolgens afgehandeld. Ten slotte wordt in stap 82 de I zoekopdracht op basis van het profiel gestart en wordt een eerste profielitem afgewerkt.
Vervolgens wordt in stap 83 gecontroleerd of het eerst af te werken profielitem verwijst naar een profiel of 15 een set. Deze stap is in de praktijk de eerste keer een I formaliteit. Indien middels het eerst af te werken I profielitem wordt verwezen naar een profiel, wordt dit I profiel afgewerkt in stap 85. Met de mogelijkheid dat een I profielitem verwijst naar een profiel kunnen verschillende I 20 profielen worden genest. Indien middels het eerst af te I werken profielitem wordt verwezen naar een set worden in stap I 86 de setitems bepaald. Dit geschiedt door van de actieve I entiteit alle relaties af te lopen en daarmee te bepalen of I middels de relatie of de entiteit wordt voldaan aan het I 25 profiel.
I Vervolgens wordt in stap 87 bepaald of er nog meer I setitems in het profielitem aanwezig zijn. Indien dit het geval is (Y) worden in stap 88 relaties voor het setitem I geselecteerd, in stap 88 wordt een set-item- I 30 relatieattribuutfilter toegepast op de set items die zijn I gevonden teneinde de relevante set te verkrijgen op basis van I de relatie (het attribuut filter op de entiteiten wordt 1024 4i £ 19 gebruikt in stap 91). In stap 90 wordt een set-item-entiteitsattribuutfilter toegepast.
Wanneer de zoekopdracht op basis van het profiel is beëindigd wordt het attributenfilter dat in stap 82 is 5 ingesteld toegepast op de sets. Indien bijvoorbeeld in 82 bij het zoeken naar de kleinzonen een leeftijdsfilter van 5 tot 10 jaar is toegepast en bij het uitvoeren van het eerste profielitem alle kleinzonen zijn gevonden, wordt middels stap 91 de gevonden verzameling kleinzonen teruggebracht tot 10 alleen de kleinzonen in de leeftijdsgroep van 5 tot 10 jaar. In stap 92 worden de gevonden entiteitrecords aangevoerd naar het werkstation en/of de gebruikersinterface van de gebruiker die de zoekopdracht middels een profiel uitvoert.
15 Indien in stap 83 wordt bepaald dat meer profielitems dienen te worden afgewerkt, wordt in stap 84 bepaald of het profielitem gelijk is aan het profiel. Indien dit het geval is, wordt in stap 85 het profiel uitgevoerd voor het resultaat tot op dat moment. Hierna vervolgt de werkwijze 20 weer in stap 83. Indien in stap 84 het logische antwoord nee is, wordt in stap 86 de verzameling items bepaald.
In het navolgende worden enkele concrete voorbeelden van het gebruik van profielen beschreven. Stel dat er een profiele nodig is dat alle medewerkers van een bedrijf 25 oplevert. Er moet dan worden gekeken naar alle entiteiten die een relatie "is medewerker van" met het bedrijf hebben. Schematisch wordt dit weergegeven als:
Profiel "Medewerker" 30 - Set medewerker*
Set medewerker:
Relatietype Richting Attributen 10244J8 20
Is medewerker van van entiteit naar bron
Entiteittype Attributen 5 Bovenaan is de naam van het profiel "medewerker" weergegeven. Vervolgens is een boomstructuur (in dit geval met 1 tak) met daarin het profiel weergegeven. De ene tak I beschrijft dat de set medewerker in het resultaat wordt opgenomen (door het * symbool achter de set). Onder het 10 profiel wordt van elk van de sets aangegeven welke I relatietypes bij het resultaat genomen moeten worden en I waaraan de entiteiten moeten voldoen.
In het vorige geval werd er niet op relatie- I attributen of op entiteittype gefilterd. Een voorbeeld waarin I 15 dat wel gebeurt is het volgende: I Profiel: "Vrouwelijke medewerker in dienst sinds 1-1-2002" I - Set medewerker* I 20 Set medewerker: I .Relatie type Richting Attributen I Is medewerker van van entiteit naar Datum in dienst I >= 1-1-2002
Entiteittype Attributen I 25 Persoon Geslacht=v I Een andere uitbreiding zou kunnen zijn dat niet de I medewerkers het resultaat moeten vormen, maar eventuele I 30 partners van de medewerkers. Er moet dus op basis van het I tussenresultaat medewerkers weer een resultaat worden I bepaald. Schematisch ziet dit er als volgt uit: 1 0244 i 8 21
Profiel "Partners van medewerkers" - Set medewerker
Set partner* 5 Set medewerker:
Relatietype Richting Attributen
Is medewerker van van entiteit naar bron
Entiteittype Attributen 10
Set partner:
Relatietype Richting Attributen
Is partner van van entiteit naar bron
Entiteittype Attributen 15 -
Voor elk van de entiteiten die de relatie "is medewerker van" met de startentiteit hebben, worden de identies bepaald die met deze "medewerker" een relatie hebben 20 van het type "is partner van". Doordat geen * achter de set medewerkers is weergegeven is aangegeven dat de medewerkers zelf niet meedoen in het resultaat. Het is ook mogelijk meerdere sets als resultaat te hebben. Een voorbeeld: 25 Profiel "volgend voorbeeld" - Set medewerker + Set partner* + Set kind 30 + Set buurvrouw* + Set kind*
Set medewerker: 10244 j8
I 22 I
I Relatietype Richting Attributen I
I Is medewerker van Van entiteit naar bron - I
I Identiteittype Attributen I
I 5 Set partner: I
I Relatietype Richting Attributen I
I Is partner van Van entiteit naar bron - I
I Identiteittype Attributen I
H mm I
I 10 Set kind: I
I Relatietype Richting Attributen I
I Is kind van Van entiteit naar bron - I
I Identiteittype Attributen I
I 15 Set buurvrouw: I
I Relatietype Richting Attributen I
I Is buur van Van entiteit naar bron - I
I Identiteittype Attributen I
I Persoon Geslacht=V - I
I 20 I
I Dit profiel levert van alle medewerkers de partners, I
I de buurvrouwen van de kinderen van de medewerkers en de I
I kinderen van de buurvrouwen van de kinderen van de I
I medewerkers. I
I 25 Het is voorts mogelijk profielen binnen profielen te I
I gebruiken. Met behulp van het profiel kinderen is het profiel I
I kleinkinderen te maken: I
Profiel "Kinderen" I
30 - Set kind* I
Set kind: I
Relatietype Richting Attributen I
7024473 I
23
Is kind van van entiteit naar bron
Identiteittype Attributen 5 Profiel "Kleinkinderen" - Profiel kinderen + Profiel kinderen* 1024418

Claims (19)

1. Elektronisch opslag- en toegangssysteem, I omvattende geheugenmiddelen en een met de geheugenmiddelen I 5 verbonden verwerkingseenheid, voor data het systeem I omvattende: I - invoermiddelen voor het invoeren van entiteitendata I of relationele data die een relaties tussen entiteiten I bepaalt, 10. opslagmiddelen voor het opslaan van de entiteitendata of relationele data in de geheugenmiddelen, I - een verwerkingseenheid voor het ontsluiten van I informatie uit de opgeslagen entiteitendata en relationele I data op basis van een zoekbewerking in de entiteitendata en I 15 de relationele data; I - waarbij de entiteitendata worden opgeslagen in een eerste deel van het geheugen, de relationele data worden opgeslagen in een tweede deel van het geheugen; en I - waarbij een relatie, die wordt omvat door de I 20 relationele data, betrekking heeft op twee entiteiten en de I relatie een directe relatie is van een entiteit naar een I andere entiteit of dezelfde entiteit.
2. Systeem volgens conclusie 1 waarbij een aantal eerste entiteiten een soortgelijke relatie hebben met een I 25 tweede entiteit waarbij de tweede entiteit een groep van de eerste entiteiten representeert. I
3. Systeem volgens conclusie 1 of 2 waarbij een I aantal entiteiten middels een keten van directe relaties is I verbonden. I
4. Systeem volgens een of meer van de voorgaande I conclusies, omvattende ontsluitingsmiddelen voor het I verkrijgen van toegang tot de opgeslagen entiteitendata en de I relationele data op basis van data die betrekking heeft op I 1024418 een keten van relaties waarmee entiteiten verbonden zijn en de door deze relaties verbonden entiteiten.
5. Systeem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, omvattende middelen voor het creëren van 5 additionele relationele data op basis van de ingevoerde entiteitendata of relationele data.
6. Systeem volgens een of meer van de voorgaande conclusies, omvattende een gegevensbankstructuur omvattende tabellen voor: 10. entiteiten waarbij de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, zoals een nummer, en voor een codering van entiteittypen, - relaties waarbij de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, zoals een nummer, een eerste entiteit, een 15 tweede entiteit en voor een codering van relatietypen.
7. Systeem volgens conclusie 6 waarbij de gegevensbankstructuur tabellen omvat voor: - relatietypen waarbij de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, zoals een nummer, en het relatietype, 20. relatietypeattributen waarbij de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, zoals een nummer, het relatietype en voor een codering van attributen van een relatietype, - attribuutwaarden waarbij de tabeldefinitie velden 25 omvat voor een sleutel, omvattende velden overeenkomstig met de sleutel van de relatietabel en de sleutel van de relatietypeatribuuttabel, en mogelijke waarden van het relatieatribuut.
8. Systeem volgens conclusie 6 of 7 waarbij de 30 gegevensbankstructuur tabellen omvat voor: - entiteittypen waarbij de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, zoals een nummer, en het entiteittype, 1024418 I 26 I I - entiteittypeattributen waarbij de tabeldefinitie I velden omvat voor een sleutel, zoals een nummer, het I I entitiettype en voor een codering van attributen van een I I entiteittype, I I 5 attribuutwaarden waarbij de tabeldefinitie velden I I omvat voor een sleutel, omvattende velden overeenkomstig met I I de sleutel van de entiteittabel en de sleutel van de I I entiteittypeatribuuttabel, en mogelijke waarden van het I I entiteitatribuut. I I 10
9. Systeem volgens conclusie 6 of 7 omvattende: I I - een tabel voor entiteittypen omvattende een I I sleutel, zoals een nummer, en een codering voor het entiteit I I type, I I - een tabel voor elk specifiek entiteittype waarbij I I 15 de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, zoals de I I entiteitsleutel en een codering voor attributen van de I I entiteit. I
10. Systeem volgens conclusie 9 waarbij het I I entiteittype een persoon is. I I 20
11. Systeem volgens conclusie 9 waarbij het I I entiteittype een organisatie is. I
12. Werkwijze voor het door een systeem volgens een I I of meer van de conclusies 1-11 opslaan van data in een I I gegevensbankstructuur waarbij entiteiten middels directe I I 25 relaties koppelbaar zijn aan een andere entiteit of dezelfde I I entiteit en de relatiedata wordt opgeslagen in een eerste I I deel van het geheugen en de entiteitendata in een tweede deel I I van het geheugen. I
13. Werkwijze volgens conclusie 12 waarbij de data I 30 wordt opgeslagen in tabellen voor: I - entiteiten waarbij de tabeldefinitie velden omvat I voor een sleutel, zoals een nummer, en voor een codering van I entiteittypen, I 1024418 I - relaties waarbij de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, zoals een nummer, een eerste entiteit en een tweede entiteit en voor een codering van relatietypen.
14. Werkwijze volgens conclusie 12 of 13 waarbij de 5 data wordt opgeslagen in tabellen voor; - relatietypen waarbij de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, zoals een nummer, en het relatietype, - relatietypeattributen waarbij de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, zoals een nummer, het 10 relatietype en voor een codering van attributen van een relatietype, - attribuutwaarden waarbij de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, omvattende velden overeenkomstig met de sleutel van de relatietabel en de sleutel van de 15 relatietypeatribuuttabel, en mogelijke waarden van het relatieatribuut.
15. Werkwijze volgens conclusie 12, 13 of 14 waarbij de data wordt opgeslagen in tabellen voor: - entiteittypen waarbij de tabeldefinitie velden 20 omvat voor een sleutel, zoals een nummer, en het entiteittype, - entiteittypeattributen waarbij de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, zoals een nummer, het entitiettype en voor een codering van attributen van een 25 entiteittype, - attribuutwaarden waarbij de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, omvattende velden overeenkomstig met de sleutel van de entiteittabel en de sleutel van de entiteittypeatribuuttabel, en mogelijke waarden van het 30 entiteitatribuut.
16. Werkwijze volgens en of meer van de conclusies 12-15 waarbij de data wordt opgeslagen in tabellen voor: 1024418 I 28 I I - een tabel voor entiteittypen omvattende een I I sleutel, zoals een nummer, en een codering voor het entiteit I I type, I I - een tabel voor elk specifiek entiteittype waarbij I I 5 de tabeldefinitie velden omvat voor een sleutel, zoals de I I entiteitsleutel en een codering voor attributen van de I I entiteit. I
17. Werkwijze volgens conclusie 16 waarbij het I I entiteittype een persoon is. I I 10
18. Werkwijze volgens conclusie 16 waarbij het I I entiteittype een organisatie is. I
19. Werkwijze volgens een of meer van de conclusies I I 12-18 waarin gegevens met betrekking tot entiteiten worden I I ontsloten door middel van profielen waarbij profielen I I 15 zoekdefinities omvatten voor het via de directe relaties I I selecteren van middels de relaties gekoppelde entiteiten en I I het op middels de profielen geselecteerde gerelateerde I I entiteiten uitvoeren van verdere zoekacties via de I I geselecteerde entiteiten waarbij het zoeken stopt zodra er I I 20 geen entiteiten of relaties meer voldoen aan het profiel. I I 1 0244 j g I
NL1024418A 2003-10-01 2003-10-01 Elektronisch opslag- en toegangssysteem en werkwijze voor de werking daarvan. NL1024418C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1024418A NL1024418C2 (nl) 2003-10-01 2003-10-01 Elektronisch opslag- en toegangssysteem en werkwijze voor de werking daarvan.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1024418A NL1024418C2 (nl) 2003-10-01 2003-10-01 Elektronisch opslag- en toegangssysteem en werkwijze voor de werking daarvan.
NL1024418 2003-10-01

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1024418C2 true NL1024418C2 (nl) 2005-04-05

Family

ID=34617546

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1024418A NL1024418C2 (nl) 2003-10-01 2003-10-01 Elektronisch opslag- en toegangssysteem en werkwijze voor de werking daarvan.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1024418C2 (nl)

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1997015015A2 (de) * 1995-10-13 1997-04-24 Brueckner Annette Informationssystem und verfahren zur speicherung von daten in einem informationssystem
WO2001077904A1 (en) * 2000-04-11 2001-10-18 Revelink, Inc. Framework for creation, update, query, and view navigation of data objects and textual annotations of relations between data objects
WO2002063502A1 (en) * 2001-02-07 2002-08-15 Marcelinus Wilhelmus De Regt Organic dictionary method for storage and unlocking data

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1997015015A2 (de) * 1995-10-13 1997-04-24 Brueckner Annette Informationssystem und verfahren zur speicherung von daten in einem informationssystem
WO2001077904A1 (en) * 2000-04-11 2001-10-18 Revelink, Inc. Framework for creation, update, query, and view navigation of data objects and textual annotations of relations between data objects
WO2002063502A1 (en) * 2001-02-07 2002-08-15 Marcelinus Wilhelmus De Regt Organic dictionary method for storage and unlocking data

Non-Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
DOLK D R ET AL: "A RELATIONAL INFORMATION RESOURCE DICTIONARY SYSTEM", COMMUNICATIONS OF THE ASSOCIATION FOR COMPUTING MACHINERY. NEW YORK, US, vol. 30, no. 1, 1987, pages 48 - 61, XP000046815, ISSN: 0001-0782 *

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US9959350B1 (en) Ontology models for identifying connectivity between entities in a social graph
Moya-Anegón et al. A new technique for building maps of large scientific domains based on the cocitation of classes and categories
Hahn et al. A framework of knowledge management systems: issues and challenges for theory and practice
Darnell et al. Repeat visits to attractions: a preliminary economic analysis
CN102243647B (zh) 从结构化数据中提取高阶知识
US9704128B2 (en) Method and apparatus for iterative computer-mediated collaborative synthesis and analysis
CN101283353B (zh) 通过分析标签找到相关文档的系统和方法
US20080059500A1 (en) System and method for collaborative data sharing and analysis
Ioannidis et al. Digital library information-technology infrastructures
Weed Research synthesis in sport management: Dealing with “chaos in the brickyard”
US11650073B2 (en) Knowledge space analytics
Lynch Personalization and recommender systems in the larger context: New directions and research questions
Savage et al. DAAHL—The digital archaeological atlas of the holy land: A model for Mediterranean and world archaeology
Sadath Data mining in E-commerce: a CRM platform
NL1024418C2 (nl) Elektronisch opslag- en toegangssysteem en werkwijze voor de werking daarvan.
Jiang et al. From social community to spatio-temporal information: A new method for mobile data exploration
Vaghela et al. Students' Admission Prediction using GRBST with Distributed Data Mining
Pister et al. ComBiNet: Visual Query and Comparison of Bipartite Multivariate Dynamic Social Networks
Ordoñez et al. Collaborative Evaluation to Build Closed Repositories on Business Process Models
Phillips et al. The importance of metadata engines in spatial data infrastructures
Yan et al. A study of bidding-oriented collaborative product conceptualization
Muthu et al. Knowledge management in libraries
Tsai et al. Development of an XML-based structural product retrieval system for virtual enterprises
JP2004302694A (ja) 事業機会発見支援方法、事業機会発見支援プログラムおよび事業機会発見支援装置
Stefanakis NET‐DBSCAN: clustering the nodes of a dynamic linear network

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
SD Assignments of patents

Owner name: RB HOLDING BV

Effective date: 20060621

V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20110501