NL1022907C1 - Verbeterd verstelbare stiftverbinding voor deurkrukken. - Google Patents

Description

- 1 -

VERBETERD VERSTELBARE STIFTVERBINDING VOOR DEURKRUKKEN

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor 5 het openen en sluiten van veelal deuren, in de praktijk aangeduid als deurkruk- of deurklinksysteem, waarbij aan weerszijden van het deurblad een deurkruk aanwezig kan zijn en waarbij de deurkruk voorzien is van een gatdeel en waarbij ter verbinding van de gatdelen en ter besturing van 10 het deurslot een stiftdeel met voorzieningen voor het afstellen op de deurdikte zijn aangebracht, waarbij het bij genoemde voorzieningen gaat om een voorinstelling en een fijnafstelling, waarbij de fijnafstelling met een sleuf en axiale instelschroef en opsluitbaar is met een borgschroef 15 met pen in genoemde sleuf.

In de praktijk zijn deurkrukken bekend met verstelbare-en niet verstelbare vierkante stiftdelen, waarbij vooral de deurkrukken met verstelbare vierkante stiftdelen aan de orde zijn. Het genoemde vierkante stiftdeel wordt in het 20 gatdeel van de deurkruk gestoken en dan vervolgens vergrendeld. Bij de verstelbare vierkante stiftdelen zijn gewoonlijk bij het ene uiteinde op regelmatige afstanden voor de zogenaamde voorinstelling een serie door en door boringen aangebracht om het stiftdeel eenmaal op de ruw 25 ingeschatte dikte van de deur ingebracht in het gatdeel van de deurknop middels een schroefstift of tapse pen of stift te borgen. Het stiftdeel met de vierkante dwarsdoorsnede heeft veelal zijden van circa 8 mm. Het gat of de doorgaande boring van de schroefstift in het stiftdeel zal 30 veelal een diameter hebben van circa 2 mm en derhalve vormen de doorgaande boringen, welke buiten de deurkruk uitsteken een zeer aanzienlijke verzwakking van het stiftdeel vooral tegen torsie of wringing. Tevens heeft de deurafhanger of timmerman gereedschap nodig (schroeven- 1 fi O O fi n -» H draaier en/of hamer en tang). Het andere uiteinde van het stiftdeel heeft een sleuf of sleufgat met aan het uiteinde een boring met inwendige schroefdraad en een instelschroef met vierkante kop voor fijnafstelling op de deurdikte, 5 waarbij genoemde sleuf of sleufgat ruim binnen het I desbetreffende gatdeel van de deurkruk blijft, zodat van I wringings-verzwakking van het stiftdeel aan deze zijde niet of nauwelijks sprake is. De fijnafstelling van het I stiftdeel aan het andere uiteinde ten opzichte van de 10 deurdikte levert derhalve nauwelijks problemen op door mechanische verzwakking ten aanzien van torsie, terwijl aan het andere uiteinde, zoals aangegeven, op regelmatige afstanden doorgaande boringen zijn aangebracht, welke door I de mogelijkheid van de voorinstelling van stiftdeel zeer H 15 aanzienlijk verzwakken met het oog op torsiecapaciteit. Dat I wil zeggen verschil tussen vierkante doorsnede en twee I minder dan de helft van de vierkante doorsnede, waardoor het stiftdeel bij ruwe behandeling van de deurknop afbreekt, hetgeen derhalve een groot bezwaar is van de I 20 bekende voorinstelling van het stiftdeel op de deurdikte.

Verder is een bezwaar dat de deurafhanger gereedschap bij I zich moet hebben. Men heeft dus gereedschap nodig om I wijzigingen in de voorinstelling tot stand te brengen.

I De doelstelling van de onderhavige uitvinding is de I 25 vorengenoemde bezwaren op te heffen.

I Daartoe is een inrichting overeenkomstig de uitvinding I uitgevoerd als verbeterd verstelbare stiftverbinding voor deurknoppen e.d. op zeer verrassender wijze ten opzichte I van de stand van de techniek verder ontwikkeld, gekenmerkt I 30 doordat genoemd stiftdeel met vierkante massieve doorsnede I met zijdelengte Al aan het ene uiteinde voor genoemde I voorinstelling enkel op de hoeken van de dwarsdoorsnede over een lengte LI voorzien is van buitenschroefdraad met -3 - diameter Mx voor axiaal schroeven in het gatdeel met diepte LI, dat eveneens voorzien is van binnenschroefdraad Mx, waarbij genoemd gatdeel van de deurkruk een totale diepte LI + L2 heeft, waarbij over de diepte L2 een vierkante 5 sparing met zijdelengte A2 is aangebracht voor het opnemen van een vierkante overschuifhuls met zijdelengten A2 en axiale lengte L2, welke passend geschoven is op genoemd stiftdeel voor borging van het tegen verdraaiing van genoemd stiftdeel ten opzichte van de deurkruk, waarbij aan 10 het andere uiteinde het stiftdeel op de gebruikelijke wijze van fijnafstelling en borging is voorzien, waarbij het materiaal van genoemd stiftdeel een hoge wringstijfheid heeft en het materiaal van de deurkruk voldoende buigvast is.

15 Het voordeel is een nagenoeg niet verzwakt stiftdeel voor de bediening van het deurslot en is het instellen of het voorinstellen op de deurdikte op zeer eenvoudige wijze zonder gereedschap door de deurafhanger mogelijk, hetgeen de tijdsduur van het afhangen van een deur verkort.

20 Voorts is de inrichting overeenkomstig de uitvinding zodanig verder ontwikkeld, dat genoemde zijdelengte Al bij voorkeur veelal circa 8 mm is en dat genoemde diameter Mx van de schroefdraden overmaats circa M10 is, zodat genoemde vierkante huls met zijden A met de binnenzijde tegen de 25 zijden Al van het vierkante stiftdeel aanliggen, waarbij de zijden A2 circa 10 mm zijn, en dat genoemde inschroeflengte LI varieert van 10 tot 50 mm, bij voorkeur circa 30 mm en voorzien is van M10 draad en de inschuiflengte L2 van de vierkante huls varieert van 5 tot 40 mm, bij voorkeur circa 30 15 mm.

De voordelen zijn, dat geschikt inbouwbare maten zijn verkregen, welke in bestaande typen deurkrukken zijn in te bouwen c.q. te frezen, draadsnijden e.d.

1 022907 Η Η Dan is de inrichting overeenkomstig de uitvinding H zodanig verder ontwikkeld, dat het materiaal van de deurkruk een metaal is, zoals bijvoorbeeld aluminium.

Het voordeel is een gemakkelijk te bewerken materiaal 5 voor de deurkruk om de onderhavige uitvinding te realiseren.

De uitvinding is hieronder nader toegelicht aan de hand van een de voorkeur genietende uitvoeringsvorm, weergegeven I in de tekening.

I 10 Hierbij toont:

Fig. l een aanzicht in scheve projectie en gedeeltelijk opengewerkt van een bekend niet voorinstelbaar I deurkruk- of deurklinksysteem;

Fig. 2 een aanzicht in scheve projectie en gedeeltelijk 15 opengewerkt van een bekend voorinstelbaar deurkruk- of deurklinksysteem; I Fig. 3 een gedeeltelijk in lengterichting doorgesneden I deurkurk- of doorklinksysteem met specifieke I voorinstelling overeenkomstig een voorkeursuit- I 20 voeringsvorm van de uitvinding, waarbij het systeem I of samenstel is opengewerkt; I Fig. 4 een scheve projectie van de vierkante overschuifhuls overeenkomstig een voorkeursuitvoeringsvorm van de I uitvinding; I 25 Fig. 5 een opengewerkt aanzicht in scheve projectie van 'het I deurkruk- of deurklinksysteem met specifieke I voorinstelling overeenkomstig een voorkeursuit- I voeringsvorm van de uitvinding; en I Fig. 6 een gedeeltelijk gemonteerd en verder opengewerkt 30 aanzicht in scheve projectie van het deurkruk- of I deurklinksysteem met specifieke voorinstelling I overeenkomstig een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding.

I 1022907 -5 -

In figuur 1 is een aanzicht in scheve projectie en daarbij voor een deel als exploded view een bekend volgens de stand van de techniek niet verstelbaar deurkruksysteem 1 weergegeven. Het stiftdeel 2 met een vierkante 5 dwarsdoorsnede is geschoven in de gatdelen 3, 4 van de deurkrukken 5, 6, waarbij deze enerzijds geborgd is met de borgpennen 7 en 8. De fijninstelling voor een bepaalde deurdikte heeft plaats middels een sleufgat 9 en stelschroef 10 met vierkante kop 11.

10 In figuur 2 is een aanzicht in scheve projectie en wederom gedeeltelijk opengewerkt of als exploded view een bekend verstelbaar deurkruksysteem 12 weergegeven. In dit aanzicht zijn identieke onderdelen als in figuur 1 met hetzelfde nummer aangegeven. De fijninstelling rechts 15 geschiedt op dezelfde wijze als in figuur 1 alleen is hier een stelschroef met pen 13 gebruikt om de stiftpen 2 in het gatdeel 4 te borgen. Een voorinstelling voor het afstellen op de deurdikte kan aan de linkerzijde plaatsvinden met een stelschroef met pen 14 en daarbij zijn in het stiftdeel 2 20 op equidistante afstanden boringen 15 in het stiftdeel 2 aangebracht. Deze boringen 15 gaan dwars door het stiftdeel 2 heen en derhalve wordt de wringende dwarsdoorsnede meer dan gehalveerd, waardoor het op te nemen torsiekoppel zeer sterk wordt verminderd. Dit is ook het bezwaar tegen de 25 bekende volgens de stand van de techniek uitgevoerde verstel- of instelbare stiftdelen 2 om het een en ander aan de verschillende deurdikten aan te passen. Voorts is gereedschap nodig om een en ander in te stellen en zal door proberen meer tijd kosten, hetgeen minder economisch 30 verantwoord werken inhoudt.

In figuur 3 is globaal in lengtedoorsnede het deurkruksysteem 16 met voorinstelling overeenkomstig een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding weergegeven. Aan 1 022 90 7 H de rechter zijde van het stiftdeel 17 bevindt zich de fijninstelling, welke globaal hetzelfde is als in de figuren 1 en 2. Dus met sleufgat 9 en stelschroef 10 met vierkante kop 11 is dit uitgevoerd en het geheel wordt 5 geborgd met een stelschroef met pen of schroefpen 13. De diepte van het gatdeel 18 is LI + L2 en groter dan de I lengte van het sleufgat 9 met ver uitgedraaide stelschroef 10. Aan de linkerzijde van het stiftdeel 17 bevindt zich de voorinstelling waartoe het uiteinde van het vierkante 10 stiftdeel 17 met zijdelengte van circa 8 mm over een lengte I LI van M10 uitwendige draad overmaats op de hoeken van de I vierkante dwarsdoorsnede met zijdelengte van circa 8 mm.

I Het gatdeel 19 is over de diepte LI eveneens van M10 I inwendige draad voorzien. Over het stiftdeel 17 kan ter 15 opsluiting of borging een vierkante overschuifhuls 20 I geschoven worden en kan verplaatst worden over het stiftdeel 17 in het gatdeel 19 tot zijn lengte L2, zodat de I deurkruk 21 niet meer kan verdraaien ten opzichte van het I stiftdeel 17, zodat het torsiemoment van de deurkruk zonder I 20 verzwakking op het stiftdeel 17 kan worden overgebracht.

Men kan dus borgen zonder de doorsnede van het stiftdeel 17 I te verzwakken en zonder dat men gereedschap nodig heeft.

I In figuur 4 is de vierkante overschuifhuls 20 in scheve I projectie nogmaals in detail weergegeven.

I 25 In figuur 5 en 6 is in scheve projectie het I deurkruksysteem 16 overeenkomstig een voorkeursuitvoering I van de uitvinding in te monteren toestand weergegeven, waaruit blijkt hoe vooral de voorinstelling plaatsheeft.

I Dezelfde onderdelen zijn met dezelfde positienummers I 30 aangegeven.

I Tenslotte dient nadrukkelijk vermeld te worden, dat I hiervoor een voorkeursuitvoeringsvorm is beschreven en dat 4 __ -7 - verdere modificaties mogelijk zijn zonder dat de beschermingsomvang van dit octrooischrift wordt verlaten.

1 022 9Q7

Claims (6)

1. 2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat genoemde zijdelengte Al bij voorkeur veelal circa 8 mm is 5 en dat genoemde diameter Mx van de schroefdraden overmaats circa M10 is, zodat genoemde vierkante huls (20) met zijden A met de binnenzijde tegen de zijden Al van het vierkante stiftdeel (17) aanliggen, waarbij de zijden A2 circa 10 mm zi jn.
2. 3. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat genoemde inschroeflengte LI varieert van 10 tot 50 mm, bij voorkeur circa 30 mm en voorzien is van M10 draad en de inschuiflengte L2 van de vierkante huls (20) varieert van 5 tot 40 mm, bij voorkeur circa 15 mm.
3. 4. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat genoemde fijnafstelling aan het andere uiteinde van het stiftdeel (17) in het gatdeel (18) van de deurkruk (22) bestaat uit een centrische axiale boring met sleufgat (9) met schroefdraad veelal M5 met stelschroef (10) met 20 vierkante kop (11) tegen verdraaiing in genoemd gatdeel (18) en vastzetbaar is met een conische pen of draadstift (13) .
4. 5. Inrichting volgens conclusies 1-4, met het kenmerk, dat genoemd materiaal van het stiftdeel (17) een 25 gebruikelijke staalsoort is, zoals S235.
5. 6. Inrichting volgens conclusies 1-4, met het kenmerk, dat het materiaal van de deurkruk (21, 22) een metaal is, zoals bijvoorbeeld aluminium.
6. 7. Inrichting volgens conclusies 1-4, met het kenmerk, 30 dat het materiaal van de deurkruk (21, 22) een kunststof is, zoals bijvoorbeeld nylon. 0^ tf"'/T\ . . Η 8. Inrichting volgens conclusies 1-4, met het kenmerk, dat het materiaal van de deurkruk (21, 22) een houtsoort I is, zoals bijvoorbeeld eikenhout.