NL1022833C2 - Dredging device for dredging soil from earth stratum covered by upper soil layer that has to remain in situ, has pipe set having discharge unit which discharges soil, eroded by water discharged by nozzle, through pipe set - Google Patents

Dredging device for dredging soil from earth stratum covered by upper soil layer that has to remain in situ, has pipe set having discharge unit which discharges soil, eroded by water discharged by nozzle, through pipe set Download PDF

Info

Publication number
NL1022833C2
NL1022833C2 NL1022833A NL1022833A NL1022833C2 NL 1022833 C2 NL1022833 C2 NL 1022833C2 NL 1022833 A NL1022833 A NL 1022833A NL 1022833 A NL1022833 A NL 1022833A NL 1022833 C2 NL1022833 C2 NL 1022833C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
tube
dredging device
assembly
blades
soil
Prior art date
Application number
NL1022833A
Other languages
Dutch (nl)
Inventor
Dirk Albertus Bodegom
Willem Floris Rosenbrand
Arnold Johannes Nobel
Original Assignee
Bos & Kalis Baggermaatsch
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Bos & Kalis Baggermaatsch filed Critical Bos & Kalis Baggermaatsch
Priority to NL1022833A priority Critical patent/NL1022833C2/en
Priority to PCT/NL2004/000130 priority patent/WO2004074586A1/en
Priority to EP04713269A priority patent/EP1597439A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1022833C2 publication Critical patent/NL1022833C2/en

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E02HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
    • E02FDREDGING; SOIL-SHIFTING
    • E02F3/00Dredgers; Soil-shifting machines
    • E02F3/04Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven
    • E02F3/88Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven with arrangements acting by a sucking or forcing effect, e.g. suction dredgers
    • E02F3/90Component parts, e.g. arrangement or adaptation of pumps
    • E02F3/92Digging elements, e.g. suction heads
    • E02F3/9243Passive suction heads with no mechanical cutting means
    • E02F3/925Passive suction heads with no mechanical cutting means with jets
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E02HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
    • E02FDREDGING; SOIL-SHIFTING
    • E02F3/00Dredgers; Soil-shifting machines
    • E02F3/04Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven
    • E02F3/88Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven with arrangements acting by a sucking or forcing effect, e.g. suction dredgers
    • E02F3/8816Mobile land installations
    • E02F3/8825Mobile land installations wherein at least a part of the soil-shifting equipment is mounted on a dipper-arm, backhoes or the like
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E21EARTH OR ROCK DRILLING; MINING
    • E21BEARTH OR ROCK DRILLING; OBTAINING OIL, GAS, WATER, SOLUBLE OR MELTABLE MATERIALS OR A SLURRY OF MINERALS FROM WELLS
    • E21B21/00Methods or apparatus for flushing boreholes, e.g. by use of exhaust air from motor
    • E21B21/12Methods or apparatus for flushing boreholes, e.g. by use of exhaust air from motor using drilling pipes with plural fluid passages, e.g. closed circulation systems

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Mining & Mineral Resources (AREA)
  • Geology (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Fluid Mechanics (AREA)
  • Environmental & Geological Engineering (AREA)
  • General Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Geochemistry & Mineralogy (AREA)
  • Earth Drilling (AREA)

Abstract

The dredging device includes a pipe set having a discharge unit which discharges soil, eroded by the water discharged by a nozzle, through the pipe set. The nozzle is provided at the lowermost portion of the pipe of the pipe set. An independent claim is also included for a method for removing soil material, such as sand, from an earth stratum situated underneath an upper layer.

Description

*" " ......11 L'l,>fg^!!^IWW^rT*~**TJ^prTroinn]pwijM* "" ...... 11 L'l,> fg ^ !! ^ IWW ^ rT * ~ ** TJ ^ prTroinn] pwijM

I Baggerinrichting en -werkwijze.I Dredging device and method.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting en een werkwijze voor het baggeren van bodemmateriaal uit een bodemlaag, in het bijzonder uit een bodemlaag die afgedekt is door een bovenlaag materiaal dat ter plaatse 5 moet blijven.The invention relates to a device and a method for dredging bottom material from a bottom layer, in particular from a bottom layer that is covered by an upper layer of material that must remain in place.

Beheerders van meren en vaarwegen zijn verantwoordelijk voor het op diepte houden van hun wateren. Als deze waterwegen moeten worden verdiept, vormt de bovenlaag een probleem. Deze kan bestaan uit enkele meters (ver-10 vuild) slib, veen en/of zachte klei. Daaronder zit veelal een zandlaag. Anderzijds kan de bovenlaag waardevolle flora en fauna, zoals schelpdieren, bevatten.Lakes and waterway managers are responsible for keeping their waters at a depth. If these waterways have to be deepened, the top layer is a problem. This can consist of a few meters (contaminated) sludge, peat and / or soft clay. There is often a layer of sand underneath. On the other hand, the top layer may contain valuable flora and fauna, such as shellfish.

Bij traditionele methoden wordt (eerst) de bovenlaag gebaggerd. De berging van de vrijkomende grond 15 vergt een groot ruimtebeslag. Als deze grond bovendien verontreinigd is, vormt dit een ernstige beperking voor hergebruik. De totale projectkosten worden hierdoor aanzienlijk beïnvloed. Indien de bovenlaag daarentegen flora en fauna herbergt gaat deze met het verwijderen van die 20 bovenlaag verloren.With traditional methods, the top layer is (first) dredged. The storage of the released soil 15 requires a large amount of space. Moreover, if this soil is contaminated, it constitutes a serious restriction for reuse. The total project costs are considerably affected by this. If, on the other hand, the upper layer accommodates flora and fauna, it is lost with the removal of that upper layer.

De bovenlaag raakt tijdens het baggeren in grote mate geroerd, hetgeen een belasting voor het milieu of het bruikbare zand kan betekenen danwel schade toebrengt aan leven in de omgeving. Ook het verkrijgen van vergunningen voor dit soort werkzaamheden stuit niet zelden op grote weerstand en/of lange procedures.During the dredging process, the top layer is stirred to a large extent, which can mean a burden on the environment or the usable sand or damage the environment. Obtaining permits for this type of work also often encounters great resistance and / or long procedures.

Het winnen van zand vanonder bijvoorbeeld veen-of kleilagen is op zich bekend, in het bijzonder voor het 5 winnen van zand met relatief hoge producties, zoals met een profielzuiger. Tijdens dit proces wordt de bovenlaag verstoord en deels opgezogen.The extraction of sand from, for example, peat or clay layers is known per se, in particular for the extraction of sand with relatively high productions, such as with a profile piston. During this process, the top layer is disrupted and partially sucked up.

II Uit de Nederlandse octrooiaanvrage 89.02028 is een baggerinstallatie bekend, met een dubbel buis- 10 samenstel, waarvan een buitenbuis heen en weer roteerbaar is en aan het ondereind voorzien is van een openklapbare boorkop en de binnenbuis gebruikt wordt voor afvoer van H bodemmateriaal. Tijdens het door een bovenlaag van niet- bruikbare grond en door een gedeelte van de te winnen laag H 15 heenvoeren van het buissamenstel wordt de boorkop gesloten H gehouden en wordt de buitenbuis heen en weer gedraaid.II From the Dutch patent application 89.02028 a dredging installation is known, with a double tube assembly, an outer tube of which is rotatable to and fro and is provided at the lower end with an openable drill chuck and the inner tube is used for removal of H bottom material. During the pipe assembly passing through an upper layer of non-usable soil and through a portion of the layer H 15 to be recovered, the drill bit is kept closed H and the outer tube is rotated back and forth.

H Tegelijkertijd wordt spoelwater onder druk door openingen in de boorkop in het boorkopbereik ingebracht. Het spoel- water met losgemaakt materiaal ontwijkt langs de buiten- 20 buis naar boven. Hierbij treedt een aanzienlijk verstoring H op van de bodem.H Simultaneously, rinsing water under pressure is introduced through openings in the drill bit in the drill bit area. The rinsing water with loosened material escapes upwards along the outer tube. This causes a considerable disturbance H of the soil.

H Een doel van de uitvinding is een inrichting en een werkwijze van de in de aanhef genoemde soort te ver- schaffen waarmee de bovenlaag zo min mogelijk geroerd 25 wordt danwel zoveel mogelijk intact blijft.An object of the invention is to provide a device and a method of the type mentioned in the preamble with which the top layer is stirred as little as possible or remains intact as much as possible.

Een verder doel van de uitvinding is een inrich- ting en een werkwijze van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, waarmee op een beheerste en gecontroleerde wijze een waterbodem verlaagd kan worden door onttrekking I 30 van bodemmateriaal uit een daaronder gelegen bodemlaag.A further object of the invention is to provide a device and a method of the type mentioned in the preamble with which a water bottom can be lowered in a controlled and controlled manner by extraction of soil material from an underlying soil layer.

Vanuit een aspect voorziet de uitvinding hiertoe in een baggerinrichting omvattend een met een verticale I richtingcomponent, bij voorkeur in hoofdzaak verticaal op te stellen buissamenstel met aan het ondereind grondont- 35 gravingsmiddelen en middelen voor het door het buissam- enstel omhoog afvoeren van de met de ontgravingsmiddelen I ontgraven grond, waarbij het buissamenstel een eerste, I 3 I binnenste buis en een tweede, coaxiaal om de eerste buis I geplaatste tweede buis omvat, waarbij de baggerinrichting I voorts voorzien is van middelen voor het ten opzichte van I elkaar in axiaal richting verstellen van de onderlinge I 5 positie van beide buizen. Hierbij kan men op eenvoudige I wijze -door axiale verschuiving van de buizen-bepaalde, I aan het ondereind voorziene onderdelen met bepaalde func- I ties, in de juiste positie brengen, wanneer gewenst.From one aspect the invention provides for this purpose a dredging device comprising a pipe assembly to be arranged with a vertical directional component, preferably substantially vertically, with soil excavating means at the lower end and means for discharging the material upwards through the pipe assembly. excavating means I excavated soil, wherein the tube assembly comprises a first tube, I3 I, inner tube and a second tube placed coaxially around the first tube I, wherein the dredging device I is furthermore provided with means for axially relative to each other adjusting the mutual position of both tubes. Hereby, it is possible in a simple manner - by axial displacement of the tube-determined parts with certain functions provided at the lower end, to be brought into the correct position, if desired.

I Bij voorkeur zijn de verstelmiddelen ingericht I 10 voor het relatief verplaatsen van het ondereind van de I eerste buis tussen een eerste, in het ondereind van de I tweede buis ingevoerde stand en tenminste een tweede, uit I het ondereind van de tweede buis uitgevoerde stand. Op I voordelige wijze omvatten daarbij de ontgravingsmiddelen I 15 eerste, bij voorkeur mechanisch werkende ontgravers, die I aangebracht zijn aan het ondereind van de eerste buis om I in de tweede stand buiten het ondereind van de tweede buis I te reiken. Deze stand is gunstig bij het door het door de I bovenlaag neerlaten van het ondereind van het buissamen- I 20 stel.Preferably, the adjusting means are adapted to relatively move the lower end of the first tube between a first position introduced into the lower end of the second tube and at least a second position executed from the lower end of the second tube. . Advantageously, the excavating means herein comprise first, preferably mechanically acting, excavators arranged at the lower end of the first tube to reach I in the second position outside the lower end of the second tube. This position is favorable when the lower end of the tube assembly is lowered by the upper layer.

I Bij voorkeur is de tweede buis aan het ondereind voorzien van spoelgaten voor het in de eerste stand afge- ven van spoelwater in het gebied beneden de ontgraver en I bij voorkeur binnen het ondereind van de tweede buis. De - I 25 gefluidiseerde- grond in het kamervormige gebied beneden de ontgraver kan dan vrijwel direct worden afgevoerd met I behulp van de ontgraver. Zoals hieronder nog besproken zal worden kan hiermee onder voorwaarden het buissamenstel op I een caissonwijze (een bekende mogelijkheid van het laten 30 zakken van caissons) verder neergelaten worden in de I bovenlaag en/of in de bodemlaag, tot op een gewenste H diepte, waarbij de omgevingsgrond zo min mogelijk geroerd wordt. Daarmee kan een (strakke) aanligging van bovenlaag- materiaal of bodemmateriaal, zoals zand, tegen de buiten- I 35 zijde van het buissamenstel gerealiseerd worden.The second tube is preferably provided with flush holes at the lower end for dispensing flushing water in the first position in the area below the excavator and preferably within the lower end of the second tube. The fluidized soil in the chamber-shaped area below the excavator can then be discharged almost immediately with the aid of the excavator. As will be discussed below, the tube assembly can be lowered further under certain conditions in a caisson manner (a known possibility of lowering caissons) in the top layer and / or in the bottom layer, to a desired H depth, wherein the surrounding soil is stirred as little as possible. A (tight) abutment of top layer material or bottom material, such as sand, can hereby be realized against the outside of the tube assembly.

Bij voorkeur is de tweede buis dubbelwandig en vormt deze een zich in buisrichting uitstrekkende doorgang Η ^R voor spoelwater naar de spoelgaten.The second tube is preferably double-walled and forms a passage Η ^ R for flushing water to the flushing holes extending in the tube direction.

^R Bij voorkeur zijn de verstelmiddelen ingericht voor het uitoefenen van een indringkracht op de tweede ^R buis, waarbij de verstelmiddelen zijn ingericht voor het ^R 5 in absolute zin verplaatsen van de tweede buis voor het ^R ten opzichte daarvan verplaatsen van het ondereind van de IR eerste buis tussen een primaire eerste, in het ondereind van de tweede buis ingebrachte stand voor het vormen van II de spoelkamer, en tenminste een secundaire eerste, verder 10 in het ondereind ingebrachte stand. De zakking kan aldus ^R worden aangevuld door de buitenbuis neerwaarts te drukken ^R en daarna de binnenbuis van de secundaire in de primaire eerste stand te brengen, door afvoer van het materiaal in H de aanvankelijk vergrote spoelkamer. De spoelkamer kan 15 hierbij steeds blijven bestaan.The adjusting means are preferably adapted to exert a penetration force on the second R tube, the adjusting means being adapted to move the second tube in absolute sense for moving the lower end relative thereto. of the IR first tube between a primary first position introduced into the lower end of the second tube to form the flushing chamber, and at least a secondary first position further introduced into the lower end. The sag can thus be supplemented by pressing down the outer tube and then bringing the inner tube from the secondary to the primary first position, by discharging the material into the initially enlarged flushing chamber. The flushing chamber can always remain in this case.

H Bij voorkeur zijn de verstelmiddelen ingericht H voor het relatief verplaatsen van het ondereind van de H eerste buis tussen de eerste en/of tweede stand, en een H derde, uit het ondereind van de tweede buis uitgevoerde H 20 stand, waarin een verdere functie kan worden uitgeoefend.The adjusting means are preferably adapted to move the lower end of the H first tube relatively between the first and / or second position, and an H third H position, executed from the lower end of the second tube, in which a further function can be exercised.

H Daartoe is in de baggerinrichting volgens de H uitvinding de eerste buis bij voorkeur aan het ondereind H voorts voorzien van tweede ontgravers in de vorm van een of meer mondstukken voor het afgeven van fluïdum onder 25 druk voor het eroderen van de grond, alsmede van middelen voor het om de buisas laten roteren van de mondstukken, H waarbij de mondstukken aangebracht zijn om in de derde stand beneden het ondereind van de tweede buis te reiken.To this end, in the dredging device according to the H invention, the first tube is preferably provided at the lower end H with second excavators in the form of one or more nozzles for releasing fluid under pressure for eroding the soil, and with means for rotating the nozzles about the tube axis, H with the nozzles arranged to extend in the third position below the lower end of the second tube.

Hiermee kan op de gewenste diepte een omgevingsgebied 30 losgemaakt worden, waaruit een mengsel van bodemmateriaal en water afgevoerd kan worden via het buissamenstel.De mondstukken zijn bij voorkeur gericht met een ten opzichte van het buissamenstel radiaal buitenwaartse component.Herewith a surrounding area 30 can be detached at the desired depth, from which a mixture of bottom material and water can be discharged via the tube assembly. The nozzles are preferably oriented with a component radially outward relative to the tube assembly.

Het fluïdum kan lucht (samendrukbaar) of water zijn, maar 35 bijvoorbeeld ook een mengsel, zoals zand/water-mengsel.The fluid can be air (compressible) or water, but also, for example, a mixture, such as a sand / water mixture.

Bij voorkeur zijn dan de spoelgaten aangebracht I om in de derde stand in open verbinding te staan met het 5 gebied naast het ondereind van het buissamenstel. Indien de doorgang in de tweede buis een boveneind bezit dat in verbinding te brengen is met de omgeving boven het bovenoppervlak van de grond, zodat een drukaflaatdoorgang ge-5 vormd wordt tussen het ontgravingsgebied en het gebied boven de bovenlaag, zullen ongewenste drukverschillen over de laag of lagen boven het ontgravingsgebied voorkomen worden.The flushing holes are then preferably arranged to be in open connection in the third position with the area next to the lower end of the tube assembly. If the passage in the second tube has an upper end that can be connected to the environment above the upper surface of the soil, so that a pressure release passage is formed between the excavation area and the area above the upper layer, undesirable pressure differences over the layer or layers above the excavation area are prevented.

Bij voorkeur omvatten de verstelmiddelen een 10 cilindersamenstel, dat in hoofdzaak in buisasrichting reikt.The adjusting means preferably comprise a cylinder assembly that extends substantially in the tube axis direction.

De baggerinrichting volgens de uitvinding kan verder een houder omvatten, zoals een makelaar, voor het buissamenstel en eerste en tweede grendelmiddelen voor het 15 in positie ten opzichte van de houder vastleggen van respectievelijk de eerste en de tweede buis. De houder verschaft een houd- en geleidmiddel voor het buissamenstel en kan op zich -op bekende wijze- weer gehouden zijn door een werktuig of werkschip, al naar gelang de locatie van 20 de te verwijderen laag en de (eventuele) waterstand.The dredging device according to the invention can further comprise a holder, such as a broker, for the tube assembly and first and second locking means for fixing the first and the second tube respectively in position relative to the holder. The holder provides a holding and guiding means for the tube assembly and may be held back in a known manner by a tool or work ship, depending on the location of the layer to be removed and the (optional) water level.

Bij voorkeur zijn de eerste en tweede grendelmiddelen onafhankelijk van elkaar bedienbaar, waardoor men de ene buis kan vastleggen en dan door bediening van de verstelmiddelen de andere buis relatief (ten opzichte van 2 5 de ene buis) en absoluut (ten opzichte van de makelaar of iets dergelijks) kan verplaatsen.The first and second locking means are preferably operable independently of each other, so that one tube can be fixed and then the other tube can be fixed by operating the adjusting means relative (relative to the one tube) and absolute (relative to the broker or something like that).

De verstelmiddelen kunnen eventueel, zonodig, benut worden voor het in de grond drukken van het buissamenstel of een van de buizen daarvan, waarbij de 30 vergrendeling van een van de buizen met de houder een vast afzetpunt vormt. Dit kan bijvoorbeeld benut worden indien de grondeigenschappen een louter op voornoemde caisson-wijze laten zakken van het buissamenstel bemoeilijken, zoals hierboven reeds uiteengezet.The adjusting means can optionally, if necessary, be used for pressing the tube assembly or one of the tubes thereof into the ground, wherein the locking of one of the tubes with the holder forms a fixed point of deposit. This can be utilized, for example, if the ground properties make it difficult to lower the tube assembly purely in the aforementioned caisson manner, as already explained above.

35 De voornoemde eerste ontgraver kan op voordelige wijze een aantal schoepen of iets dergelijks omvatten, die met de eerste buis draaibaar zijn om een buisas van het Η buissamenstel. Bij voorkeur is de baggerinrichting daarbij voorzien van middelen voor het selectief in twee tegenge-stelde rotatierichtingen aandrijven van de schoepen en dergelijke, waarbij de schoepen en dergelijke gevormd zijn 5 om in de ene richting ontgravend en in de tegengestelde richting verdringend werkzaam te zijn.The aforementioned first excavator can advantageously comprise a number of blades or the like, which are rotatable with the first tube about a tube axis of the tube assembly. The dredging device is herein preferably provided with means for selectively driving the vanes and the like in two opposite directions of rotation, the vanes and the like being formed to be excavating in one direction and displacing in the opposite direction.

Volgens een verder aspect verschaft de uitvin-ding een baggerinrichting omvattend een met een verticale richtingcomponent, bij voorkeur in hoofdzaak verticaal op H 10 te stellen buissamenstel met aan het ondereind een grond- H ontgraver en middelen voor door het buissamenstel omhoog H afvoeren van de met de ontgraver ontgraven grond, waarbij H de ontgraver een aantal schoepen, messen en dergelijke H omvat, die draaibaar zijn om een buisas van het buissa- 15 menstel, alsmede middelen voor het selectief in twee H tegengestelde rotatierichtingen aandrijven van de schoe- pen, waarbij de schoepen en dergelijke gevormd zijn om in de ene richting ontgravend en in de tegengestelde richting H verdringend werkzaam te zijn.According to a further aspect, the invention provides a dredging device comprising a tube assembly to be set with a vertical directional component, preferably substantially vertically on H 10, with a bottom H digger at its lower end and means for discharging the the excavator excavated soil, wherein H the excavator comprises a number of blades, knives and the like H, which are rotatable about a tube axis of the tube assembly, as well as means for selectively driving the scoops in two H opposite directions of rotation, the blades and the like are formed to be excavating in one direction and displacing in the opposite direction H.

H 20 Aldus is het mogelijk om de ontgraver tijdens het door de bovenlaag laten zakken van de baggerinrichting laten draaien in een grondverdringende richting. Hierdoor kan een goede aansluiting van de grond van de bovenlaag met het buitenoppervlak van het buissamenstel worden 25 gerealiseerd. Dit is in het bijzonder het geval bij een I bovenlaag van korrelvormig materiaal. Verspreiding van I materiaal van de bovenlaag wordt tegengegaan, aangezien een lekweg naar boven voorkomen wordt.It is thus possible for the excavator to rotate in a soil displacing direction during the upper layer lowering of the dredging device. A good connection of the ground of the upper layer with the outer surface of the pipe assembly can hereby be realized. This is in particular the case with an upper layer of granular material. Spreading of I material from the top layer is prevented, since a leakage path upwards is prevented.

I De aanligging tegen de buitenzijde van het I 30 buissamenstel wordt nog versterkt, indien het buissamen- I stel daarbij een buisprofiel bepaalt waarbinnen de schoe- pen en dergelijke roteren.The abutment against the outside of the tube assembly is further strengthened if the tube assembly thereby defines a tube profile within which the scoops and the like rotate.

I Bij voorkeur zijn de schoepen en dergelijke I gelegen direct beneden een eindwand, waarin een doorgang I 35 gevormd is voor doorvoer van door de schoepen en dergelij- I ke ontgraven grond, waarbij bij voorkeur middelen aanwezig I zijn voor het afgeven van spoelwater aan het gebied direct I 7 I beneden de schoepen en dergelijke. De -gefluïdiseerde- I grond in het gebied beneden en bij de schoepen en derge- I lijke , die nu tegengesteld geroteerd kunnen worden, kan I dan vrijwel direct worden afgevoerd. Zoals hierboven I 5 besproken is kan hiermee onder voorwaarden het buissa- I menstel op een caissonwij ze verder neergelaten worden in I de bodemlaag, tot op een gewenste diepte, waarbij de I omgevingsgrond zo min mogelijk geroerd wordt. Ook daarmee I kan een (strakke) aanligging van -ditmaal- bodemmateriaal, I 10 zoals zand, tegen de buitenzijde van het buissamenstel I gerealiseerd worden.The vanes and the like are preferably situated directly below an end wall, in which a passage is formed for the passage of soil excavated through the vanes and the like, whereby preferably means are present for supplying flushing water to the area directly I 7 I below the blades and the like. The fluidized soil in the area below and at the vanes and the like, which can now be rotated in the opposite direction, can then be discharged almost immediately. As discussed above, this allows the pipe assembly to be lowered further in a caisson manner in the bottom layer to a desired depth, whereby the surrounding soil is stirred as little as possible. A (tight) contact of -this times-bottom material, such as sand, against the outside of the tube assembly I can also be realized with this.

I Bij voorkeur is op de onderrand van de schoepen I en dergelijke, die in hoofdzaak in neerwaartse richting I kunnen uitsteken, een dwarsplaat bevestigd, die voorzien I 15 is van een snij rand. Deze plaat verstevigd de uitstekende I schoepen en kan een schilmes vormen, waarmee bijvoorbeeld I in sterk cohesieve grond kan worden gesneden.Preferably, a transverse plate is provided on the lower edge of the blades I and the like, which can protrude substantially in downward direction I, which plate is provided with a cutting edge. This plate reinforces the protruding blades and can form a peeling knife with which, for example, I can cut into highly cohesive soil.

I Voor het eigenlijke proces van het verwijderen I van het bodemmateriaal kan het buissamenstel aan het I 20 ondereind voorts weer voorzien zijn van mondstukken voor I het af geven van fluïdum onder druk voor het eroderen van I de omgevingsgrond, alsmede van middelen voor het om de buisas roteren van de mondstukken, waarbij de mondstukken bij voorkeur gericht zijn met een ten opzichte van het I 25 buissamenstel radiaal buitenwaartse component.For the actual process of removing the bottom material, the tube assembly can further be provided at the bottom end with nozzles for releasing fluid under pressure for eroding the surrounding soil, as well as with means for tube axis rotation of the nozzles, the nozzles preferably being oriented with a component radially outward relative to the tube assembly.

I Bij voorkeur omvat het buissamenstel een eerste I buis waarop de ontgraver, zoals de schoepen en dergelijke, aangebracht is, in het bijzonder op een eindplaat daarvan, I en die roteerbaar is om een centrale buishartlijn.The tube assembly preferably comprises a first tube on which the excavator, such as the blades and the like, is arranged, in particular on an end plate thereof, and which is rotatable about a central tube axis.

I 30 Ook de andere ontgravingsmiddelen, de voornoemde I mondstukken, kunnen aangebracht zijn op de eerste buis I voor co-rotatie daarmee en /of waarbij de afvoermiddelen I aangebracht zijn in de eerste buis en daarmee roteerbaar I zijn. Hetzelfde geldt voor de afvoermiddelen, die bij H 35 voorkeur een in het ondereind van het buissamenstel ge- I plaatste pomp, in het bijzonder (slanke) ejecteurpomp, omvatten, met een toevoerleiding voor ejecteurwater en een parallelle afvoerleiding.The other excavation means, the aforementioned I nozzles, can also be arranged on the first tube I for co-rotation therewith and / or wherein the discharge means I are arranged in the first tube and can be rotated therewith. The same applies to the discharge means, which preferably comprise a pump placed in the lower end of the tube assembly, in particular (slender) ejector pump, with a supply pipe for ejector water and a parallel discharge pipe.

De genoemde verschillende leidingen en onderdeel len kunnen aldus op afgeschermde wijze worden opgenomen in de eerste buis en daarmee op eenvoudige wijze in rotatie 5 gebracht worden.Said different lines and components can thus be received in a protected manner in the first tube and thereby be brought into rotation in a simple manner.

Het heeft daarbij om redenen van eenvoud van constructie de voorkeur dat de afvoermiddelen een bovenaan het buissamenstel geplaatste pomp omvatten, die stationair opgesteld is, waarbij in de leiding naar de pomp toe een 10 draaiverbinding opgenomen is, bij voorkeur boven het boveneind van de eerste buis. Het gewicht van de pomp kan hierbij benut worden voor het neerlaatproces van het H buissamenstel.For reasons of simplicity of construction, it is preferred here that the discharge means comprise a pump placed at the top of the pipe assembly, which pump is arranged stationary, wherein a rotation connection is included in the pipe to the pump, preferably above the upper end of the first pipe . The weight of the pump can be used for the lowering process of the H pipe assembly.

H In een verdere ontwikkeling van de baggerinrich- H 15 ting volgens de uitvinding omvat het buissamenstel een H eerste, binnenste buis en een tweede, coaxiaal om de H eerste buis geplaatste tweede buis, waarbij de baggerin- richting voorts voorzien is van middelen voor het ten opzichte van elkaar in axiaal richting verstellen van de H 20 onderlinge positie van beide buizen. Ook in dit geval kan men op eenvoudige wijze -door axiale verschuiving van de buizen-bepaalde, aan het ondereind voorziene onderdelen met bepaalde functies, in de juiste positie brengen, wanneer gewenst.In a further development of the dredging device according to the invention, the tube assembly comprises an H first, inner tube and a second tube placed coaxially around the H first tube, wherein the dredging device is furthermore provided with means for relative to each other in axial direction adjusting the H-mutual position of both tubes. In this case too, it is possible in a simple manner, by axial displacement of the tube-determined parts with certain functions provided at the lower end, to be brought into the correct position, if desired.

25 Bij voorkeur zijn de verstelmiddelen ingericht voor het relatief verplaatsen van het ondereind van de I eerste buis tussen een eerste, in het ondereind van de tweede buis ingebrachte stand en tenminste een tweede, althans deels uit het ondereind van de tweede buis uitge- I 30 brachte stand. Op voordelige wijze zijn daarbij de I schoepen aangebracht aan het ondereind van de eerste buis om in de tweede stand buiten het ondereind van de tweede I buis te reiken. Deze stand is gunstig bij het door de bovenlaag neerlaten van het ondereind van het buis- I 35 samenstel. De buitenbuis kan tegen rotatie worden vastge- houden, waardoor op de omgevingsgrond geen wrijvingskrach- ten in omtreksrichting worden uitgeoefend.Preferably, the adjusting means are adapted to relatively move the lower end of the first tube between a first position introduced into the lower end of the second tube and at least a second, at least partly out of the lower end of the second tube. brought about. Advantageously, the blades are thereby arranged at the lower end of the first tube in order to reach outside the lower end of the second tube in the second position. This position is favorable when the lower end of the tube assembly is lowered through the top layer. The outer tube can be retained against rotation, so that no circumferential frictional forces are exerted on the surrounding ground.

99

Bij voorkeur is de tweede buis aan het ondereind voorzien van spoelgaten voor het in de eerste stand afgeven van spoelwater in het gebied beneden de schoepen en bij voorkeur binnen het ondereind van de tweede buis.The second tube is preferably provided with flushing holes at the lower end for discharging flushing water in the first position in the area below the blades and preferably within the lower end of the second tube.

5 Hiermee kan de voornoemde caissonwerking bevorderd worden. In de uitvoering met roterende eerste buis en stationaire tweede buis blijven hiermee ook de spoelgaten stationair, waardoor het fluïdiseren en verwijderen van bodemmateriaal beheerst kan plaatsvinden en de verstoring van de omlig-10 gende bodem beperkt kan blijven.5 With this, the aforementioned caisson effect can be promoted. In the embodiment with rotating first tube and stationary second tube, the flushing holes hereby also remain stationary, as a result of which fluidization and removal of bottom material can take place in a controlled manner and the disturbance of the surrounding bottom can be limited.

Voor een eenvoudige toevoer van spoelwater kan de tweede buis dubbelwandig zijn en een zich in buisrich-ting uitstrekkende doorgang vormen voor spoelwater naar de spoelgaten.For a simple supply of rinsing water, the second tube can be double-walled and form a passage extending in tube direction for rinsing water to the rinsing holes.

15 De verstelmiddelen zijn bij voorkeur ingericht voor het verplaatsen van het ondereind van de tweede buis ten opzichte van het ondereind van de eerste buis tussen de eerste en/of tweede stand, en een derde, uit het ondereind van de tweede buis uitgevoerde stand.The adjusting means are preferably adapted to move the lower end of the second tube relative to the lower end of the first tube between the first and / or second position, and a third position, which is made out of the lower end of the second tube.

20 Bij voorkeur zijn de mondstukken aangebracht om in de derde stand beneden het ondereind van de tweede buis te reiken, zodat een optimaal radiaal bereik behaald kan worden.The nozzles are preferably arranged to extend below the lower end of the second tube in the third position, so that an optimum radial range can be achieved.

Indien de spoelgaten aangebracht zijn om in de 25 derde stand in open verbinding te staan met het gebied naast het ondereind van het buissamenstel kunnen deze gaten benut worden voor drukvereffening. Daartoe heeft het verder de voorkeur dat de doorgang in de tweede buis een boveneind bezit dat in verbinding te brengen is met de 30 omgeving boven het bovenoppervlak van de grond. Aldus kunnen drukverschillen over de bovenlaag, die zouden kunnen leiden tot instabiliteit daarvan, worden vereffend.If the flushing holes are arranged to be in open connection in the third position with the area next to the lower end of the tube assembly, these holes can be utilized for pressure equalization. To that end, it is further preferred that the passage in the second tube has an upper end that can be brought into communication with the environment above the upper surface of the ground. Thus pressure differences over the top layer, which could lead to instability thereof, can be compensated.

In een eenvoudige uitvoering omvatten de verstelmiddelen een cilindersamenstel, dat in hoofdzaak in 35 buisasrichting reikt.In a simple embodiment, the adjusting means comprise a cylinder assembly that extends substantially in the tube axis direction.

Ook nu kunnen de verstelmiddelen ingericht zijn voor het relatief verplaatsen van het ondereind van de eerste buis tussen een eerste, in het ondereind van de tweede buis ingevoerde stand en tenminste een tweede, uit het ondereind van de tweede buis uitgevoerde stand.The adjusting means can now also be arranged for relatively moving the lower end of the first tube between a first position introduced into the lower end of the second tube and at least a second position executed from the lower end of the second tube.

De schoepen en dergelijke kunnen aangebracht 5 zijn aan het ondereind van de eerste buis om in de tweede stand buiten het ondereind van de tweede buis te reiken.The vanes and the like can be arranged at the lower end of the first tube in order to reach outside the lower end of the second tube in the second position.

^B De tweede buis kan aan het ondereind voorzien zijn van spoelgaten voor het in de eerste stand afgeven ^B van spoelwater in het gebied beneden de ontgraver en bij 10 voorkeur binnen het ondereind van de tweede buis.The second tube may be provided with flush holes at the lower end for dispensing flush water in the area below the excavator and preferably within the lower end of the second tube.

De tweede buis kan dubbelwandig zijn en een zich H in buisrichting uitstrekkende doorgang vormen voor spoel- H water naar de spoelgaten.The second tube can be double-walled and form a passage extending in the direction of the pipe for flushing H water to the flushing holes.

H De verstelmiddelen kunnen ingericht zijn voor H 15 het relatief verplaatsen van het ondereind van de eerste buis tussen de eerste en/of tweede stand, en een derde, H uit het ondereind van de tweede buis uitgevoerde stand.The adjusting means can be arranged for relatively displacing the lower end of the first tube between the first and / or second position, and a third position H executed from the lower end of the second tube.

De eerste buis kan aan het ondereind voorts H voorzien zijn van mondstukken voor het af geven van flui- 20 dum, in het bijzonder water, onder druk voor het eroderen van de grond, alsmede van middelen voor het om de buisas roteren van de mondstukken, waarbij de mondstukken aange- H bracht zijn om in de derde stand beneden het ondereind van de tweede buis te reiken.The first tube may furthermore be provided at the lower end H with nozzles for dispensing fluid, in particular water, under pressure for eroding the soil, as well as with means for rotating the nozzles about the tube axis, wherein the nozzles are arranged to extend in the third position below the lower end of the second tube.

25 De spoelgaten kunnen aangebracht zijn om in de derde stand in open verbinding te staan met het gebied naast het ondereind van het buissamenstel. De doorgang in de tweede buis kan daarbij een boveneind bezitten dat in I verbinding te brengen is met de omgeving boven het I 30 bovenoppervlak van de grond.The flushing holes can be arranged to be in open connection in the third position with the area next to the lower end of the tube assembly. The passage in the second tube can then have an upper end that can be brought into connection with the environment above the upper surface of the ground.

De verstelmiddelen kunnen een -bij voorkeur I hydraulisch- cilindersamenstel omvatten, dat in hoofdzaak I in buisasrichting reikt.The adjusting means may comprise a - preferably I hydraulic - cylinder assembly that extends substantially I in the tube axis direction.

Bij voorkeur omvat de baggerinrichting een H 35 houder, zoals een makelaar, voor het buissamenstel en eerste en tweede grendelmiddelen voor het in positie ten I opzichte van de houder vastleggen van respectievelijk de 11 I eerste en de tweede buis, waarbij op voordelige wijze de I eerste en tweede grendelmiddelen onafhankelijk van elkaar I bedienbaar zijn.The dredging device preferably comprises an H-holder, such as a broker, for the tube assembly and first and second locking means for fixing the first and the second tube in position relative to the holder respectively, wherein the I first and second locking means can be operated independently of each other.

I Vanuit een verder aspect voorziet de uitvinding I 5 in een werkwi j ze voor het uit een onder een bovenlaag I gelegen bodemlaag verwijderen van bodemmateriaal, zoals I zand, waarbij een buissamenstel met aan het ondereind een I stel in een eerste rotatierichting ontgravende schoepen, I messen en dergelijke door de bovenlaag wordt neergelaten, I 10 in het bijzonder onder invloed van het eigen gewicht van I het buissamenstel, terwijl de schoepen en dergelijke in I een aan de eerste rotatierichting tegengestelde, grondver- I dringende rotatierichting geroteerd worden. Het neerlaten I van het buisstelsel vindt hierbij plaats met een minimum I 15 aan beroering van de bovenlaag, doordat de grond zonder I toevoeging van water eenvoudig ter plaatse over korte I afstand wordt verdrongen en niet wordt afgevoerd. De I verdrongen grond zorgt voor afdichting langs de buiswand.From a further aspect, the invention provides a method for removing soil material, such as sand, from a bottom layer located below an upper layer I, wherein a tube assembly with blades set excavating in a first direction of rotation at the lower end, I knives and the like are lowered by the top layer, in particular under the influence of the own weight of the tube assembly, while the blades and the like are rotated in a rotation direction opposed to the first direction of rotation and ground-urging. The lowering of the tubular system takes place here with a minimum agitation of the upper layer, because the soil is simply displaced over a short distance at that location without the addition of water and is not discharged. The I displaced soil provides a seal along the pipe wall.

I Bij voorkeur voert men nadat het ondereind I 20 aangekomen is aan de bovenzijde van de bodemlaag spoel- water aan naar het ondereind van het buissamenstel om het I gebied daaronder te fluïdiseren en de schoepen in de I eerste rotatierichting aandrijft, waarbij het gefluï- I diseerde materiaal wordt afgevoerd door de schoepen en I 25 verder door in het buissamenstel opgenomen afvoermiddelen, waarbij men het buissamenstel laat zakken, in het bij- I zonder onder invloed van het eigen gewicht daarvan. In het I bijzonder is het voordelig indien men daarbij aan het I ondereind van het buissamenstel een radiaal buitenwaarts I 30 afgeschermde ruimte creëert, die direct beneden de schoepen gelegen is. Hiermee kunnen op effectieve wij ze de I hierboven genoemde caisson-omstandigheden gerealiseerd I worden. Men kan tijdens het neerlaten het bodemmateriaal afvoeren onder gebruikmaking van een pomp die opgesteld is I 35 in het ondereind van het buissamenstel.Preferably, after the lower end I has arrived at the top of the bottom layer, rinsing water is supplied to the lower end of the tube assembly to fluidize the area below and drive the vanes in the first direction of rotation, the fluid being driven. disinfected material is discharged by the blades and further by discharge means included in the tube assembly, the tube assembly being lowered, in particular under the influence of its own weight. In particular, it is advantageous if a radially outwardly shielded space is created at the lower end of the tube assembly, which space is located directly below the vanes. With this, the caisson conditions mentioned above can be realized in an effective manner. The bottom material can be discharged during lowering using a pump arranged in the lower end of the tube assembly.

I Men kan aldus het ondereind van het buis- samenstel laten zakken tot bijvoorbeeld een onderste ^R gebied van de te winnen bodemlaag, om deze daarna op ^R hetzelfde niveau te houden voor het eigenlijke proces van ^R verwijdering van het bodemmateriaal. In een verdere ^R ontwikkeling van de werkwijze volgens de uitvinding houdt ^R 5 men het ondereind van het buissamenstel op een plaats IR beneden de bovenzijde van de bodemlaag met behulp van een IR of meer, aan het ondereind van het buissamenstel vootc- ^R ziene, en in rotatie aangedreven spuitmondstukken water met kracht in radiale buitenwaartse richting water spuit 10 voor het eroderen van de omgeving, waarbij men het ^R geërodeerde bodemmateriaal afvoert door het buissamenstel H heen.It is thus possible to lower the lower end of the tube assembly to, for example, a lower region of the bottom layer to be recovered, and then to keep it at the same level for the actual process of removal of the bottom material. In a further development of the method according to the invention, the lower end of the tube assembly is held at a location IR below the top of the bottom layer with the aid of an IR or more at the lower end of the tube assembly. seen and rotationally driven spray nozzles spray water forcefully in a radial outward direction to erode the environment, draining the eroded soil material through the pipe assembly H.

^R Indien men het debiet aan aangevoerd water en H het debiet aan afgevoerd mengsel in hoofdzaak gelijk H 15 houdt, kan de bovenlaag tijdelijk ondersteund blijven en H zal deze tijdens het winningsproces niet bezwijken.If the flow rate of supplied water and H are kept the flow rate of discharged mixture substantially equal to H, the top layer can remain temporarily supported and H will not collapse during the extraction process.

H Bij voorkeur onttrekt men bodemmateriaal totdat H de verwijderde hoeveelheid bodemmateriaal overeenstemt met H een gewenste hoeveelheid, eventueel met een beoogde ver- H 20 1aging van de bovenlaag.H Preferably, bottom material is withdrawn until H corresponds to the amount of bottom material removed corresponding to H a desired amount, optionally with an intended lowering of the top layer.

H Vanuit een ander aspect kan men de bovenlaag H stabiliseren door via het buissamenstel materiaal, zoals gips, toe te voeren naar het gebied waar men het bodem- H materiaal uit verwijdert ter vervanging van dat bodemmate- 25 riaal.H From another aspect, the top layer H can be stabilized by supplying material, such as plaster, via the pipe assembly to the area from which the bottom H material is removed to replace that bottom material.

Bij voorkeur onttrekt men nadat, de gewenste hoeveelheid bodemmateriaal is verwijderd, op gecontroleerde wijze via het buissamenstel water om de bovenlaag te laten zakken.Preferably, after the desired amount of soil material has been removed, water is withdrawn in a controlled manner via the tube assembly to lower the upper layer.

I 30 De voornoemde baggerinrichting volgens de uit- R vinding is in het bijzonder geschikt voor het uitvoeren I van de werkwijze volgens de uitvinding.The aforementioned dredging device according to the invention is particularly suitable for carrying out the method according to the invention.

Met de baggerwerkwijze volgens de uitvinding wordt bruikbare grond, zoals fysisch en chemisch schoon H 35 zand, direct van onder een bovenlaag, selectief gewonnen.With the dredging method according to the invention, usable soil, such as physically and chemically clean sand, directly from underneath an upper layer, is selectively extracted.

Deze bovenlaag wordt daarbij minimaal geroerd en er treedt I een minimum aan vermenging op met het zand.This top layer is thereby minimally stirred and a minimum of mixing with the sand occurs.

1313

Als gevolg van deze baggermethode treedt er een bodemdaling op, waarbij de bovenliggende laag achterblijft. Deze bodemdaling kent bijkomende doelen zoals: betere navigeerbaarheid, -watertransportcapaciteit, 5 -doorstroombaarheid ten behoeve van de waterkwaliteit.As a result of this dredging method, a soil subsidence occurs, leaving the upper layer behind. This subsidence has additional goals such as: better navigability, water transport capacity, 5 permeability for water quality.

De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand van een in de bijgevoegde tekeningen weergegeven voor-beelduitvoering. Getoond wordt in:The invention will be elucidated on the basis of an exemplary embodiment shown in the accompanying drawings. Shown is:

Figuur 1 een schematisch verticaal aanzicht, 10 gedeeltelijk in doorsnede, op een belangrijk deel van een voorbeelduitvoering van een baggerinrichting volgens de uitvinding.Figure 1 shows a schematic vertical view, partly in section, of an important part of an exemplary embodiment of a dredging device according to the invention.

Figuur IA en 1B respectievelijk het bovenste gedeelte en het onderste gedeelte van figuur 1 in vergrote 15 weergave;Figures 1A and 1B show the upper part and the lower part of figure 1 respectively in enlarged view;

Figuren 2A, 2B, 2C en 2D het ondereind van de inrichting volgens figuur 1, in diverse, opeenvolgende gebruiksstadia;Figures 2A, 2B, 2C and 2D show the lower end of the device according to Figure 1, in various, successive stages of use;

Figuren 3A-D doorsneden volgens respectievelijk 20 III A-D in figuur 1B en figuur 2C;Figures 3A-D show sections according to III A-D in figure 1B and figure 2C, respectively;

Figuur 4 de inrichting volgens figuur 1, bij aanvang van een werk;Figure 4 shows the device according to Figure 1 at the start of a work;

Figuur 5 de inrichting volgens figuur 4, tijdens het doordringen van een bovenlaag; 25 Figuur 6 de inrichting volgens figuur 4, tijdens het doordringen van een bovenste laag bruikbaar zand;Figure 5 shows the device according to Figure 4, during the penetration of an upper layer; Figure 6 shows the device according to Figure 4, during the penetration of an upper layer of usable sand;

Figuur 7 de inrichting van figuur 4, tijdens het gedurende langere tijd verwijderen van het zand uit een zandlaag.Figure 7 shows the device of figure 4, during removal of the sand from a sand layer for a longer period of time.

30 Figuren 8A en 8B respectievelijk een bovenaan zicht op een werkflow van het proces volgens figuur 7 en een verticale doorsnede door een deel van figuur 8A.Figures 8A and 8B show respectively a top view of a workflow of the process according to figure 7 and a vertical section through a part of figure 8A.

De inrichting 1 weergegeven omvat een buissa-menstel 5, met een buitenbuis 20 en een binnenbuis 30, die 35 nog nader besproken zullen worden. De inrichting 4 omvat een console 6, waarop de onderdelen van het boveneind van de inrichting 4 vast bevestigd zijn, en die een verticaal H beweegbaar geheel vormt met de binnenbuis 30. Een en ander is nader weergegeven in figuur IA.The device 1 shown comprises a tube assembly 5, with an outer tube 20 and an inner tube 30, which will be further discussed. The device 4 comprises a console 6, to which the parts of the upper end of the device 4 are fixedly attached, and which forms a vertically movable whole with the inner tube 30. All this is further shown in Figure 1A.

De buitenbuis 20 vormt een vast (beweegbaar) geheel met console 9. Tussen de consoles 6 en 9 strekt 5 zich een hydraulische cilinder 11 uit, die ter plaatse van 7 scharnierbaar bevestigd is aan de console 6 en ter H plaatse van 8 scharnierbaar bevestigd is aan console 9.The outer tube 20 forms a fixed (movable) unit with console 9. Between the brackets 6 and 9 a hydraulic cylinder 11 extends, which is pivotally attached to the console 6 at the location of 7 and is pivotally mounted at the location of the 8 on console 9.

H Door bediening van cilinder 11 kan de relatieve verticale H positie tussen de binnenbuis 20 en de buitenbuis 30 gewij- 10 zigd worden. In figuur 1 is de cilinder 11 geheel in- getrokken en bevindt zich de buitenbuis 30 in de hoogste stand ten opzichte van de binnenbuis 20. Met de cilinder 11 kan de configuratie van het ondereind 89 van het buizensamenstel 5 gewijzigd worden, vergelijk de figuren I 15 2A-C.H By operating cylinder 11, the relative vertical H position between the inner tube 20 and the outer tube 30 can be changed. In Figure 1, the cylinder 11 is fully retracted and the outer tube 30 is in the highest position with respect to the inner tube 20. With the cylinder 11, the configuration of the lower end 89 of the tube assembly 5 can be changed, compare figures I 2A-C.

H Voor het vastleggen van de verticale positie van inrichting 4 ten opzichte van de makelaar 2 en ook de onderlinge verticale positie van de delen verbonden met de binnenbuis 20 en de delen verbonden met de buitenbuis 30 2 0 zijn de consoles 10 en 6 respectievelijk voorzien van een in een verticaal vlak verdraaibare pallen 15a, 15b, die scharnierbaar zijn om scharnierpunten 16a, 16b en voor bediening aangegrepen worden ter plaatse van scharnieren 14a, 14b door aparte bedienbare hydraulische cilinders 25 13a, 13b die scharnierbaar bevestigd zijn ter plaatse van 12a, 12b aan respectievelijk de consoles 10 en 6. De pallen 15a, 15b zijn voorzien van grendeleinden 18a, 18b, die in kunnen grijpen in grendel openingen 17, die op I regelmatige wijze verdeeld zijn aangebracht langs de I 30 hoogte van de makelaar 2.For fixing the vertical position of device 4 relative to the broker 2 and also the mutual vertical position of the parts connected to the inner tube 20 and the parts connected to the outer tube 30, the brackets 10 and 6 are respectively provided with pawls 15a, 15b pivotable in a vertical plane and pivotable about pivot points 16a, 16b and engaged for operation at hinges 14a, 14b by separate operable hydraulic cylinders 13a, 13b pivotally mounted at 12a, 12b to the brackets 10 and 6 respectively. The pawls 15a, 15b are provided with locking ends 18a, 18b, which can engage in locking openings 17, which are arranged in a regular manner distributed along the height of the broker 2.

I Verwijzend naar figuur IA, is te zien dat de I binnenbuis 30 bovenaan met flens 30a bevestigd is aan I onderplaat 64 van een met niet nader weergegeven I aandrijfmiddelen aan te drijven worm/draaikrans 65, waarin I 35 een ringkamer 66 bepaald is, die radiaal in binnenwaartse I richting begrensd wordt door cirkelwand 69. In de I onderplaat 64 zijn twee gaten 67a,b aangebracht, waarop 15 buisstompen 62a,b bevestigd zijn, die door middel van afsluiters 61a,b respectievelijk aangesloten zijn op boveneinden 33a,b van een in de boring 32 van de buis 30 opgenomen toevoerleiding 33 voor de nog nader te bespreken 5 ejecteurpomp 37 en het boveneind van een toevoerleiding 39 voor erosiejets 42 (figuur 2A) . De ringkamer 66 is naar boven begrensd door bovenplaat 66a, waarin een ringvormige reeks openingen 68 aangebracht is, die in verbinding staat met ringkamer 70, die radiaal binnenwaarts begrensd wordt 10 door cirkelwand 72 en radiaal buitenwaarts begrensd wordt door ringwand 71, die op een locatie voorzien is van een radiale opening 73, waarop door middel van aansluitstuk 74 het eind 75 van een toevoerbuis 76, die voorzien is van een aansluitflens 77 op een verder niet weergegeven aan- 15 voerleiding van water onder druk, aangesloten is. Door middel van de aansluitbuis 76 en door geschikte bediening van de regelbare afsluiters 60 en 61 kan water voor ofwel de ejecteurpomp 37 ofwel de erosiejet 42, ofwel beide aangevoerd worden in de richting M, en onderdrukstromen 20 volgens de pijlen weergegeven in figuur IA.Referring to Figure 1A, it can be seen that the inner tube 30 at the top with flange 30a is attached to the bottom plate 64 of a worm / turntable 65 to be driven with I drive means (not shown), wherein an annular chamber 66 is defined, is radially bounded inwardly in the I direction by circle wall 69. Two holes 67a, b are provided in the I bottom plate 64, to which tube stubs 62a, b are mounted, which are connected by means of valves 61a, b to upper ends 33a, b of a supply line 33 received in the bore 32 of the tube 30 for the ejector pump 37 to be discussed later and the upper end of a supply line 39 for erosion jets 42 (Fig. 2A). The annular chamber 66 is delimited upwards by top plate 66a, in which an annular series of openings 68 is arranged, which is connected to annular chamber 70, which is radially inwardly delimited by circle wall 72 and radially outwardly delimited by ring wall 71, which is located at a location is provided with a radial opening 73, to which the end 75 of a supply pipe 76, which is provided with a connecting flange 77, is connected to a feed pipe of pressurized water, not further shown, by means of connecting piece 74. By means of the connection tube 76 and by suitable operation of the controllable valves 60 and 61, water for either the ejector pump 37 or the erosion jet 42, or both, can be supplied in the direction M, and underpressure flows 20 according to the arrows shown in Fig. IA.

Zoals te zien is in figuur IA is in de boring 32 binnen de binnenbuis 30 ook een mengselafvoerbuis 38 geplaatst, die met flens 38a ook bevestigd is aan de onderplaat 64, maar verder aansluit op buis 80, die co-25 axiaal ligt met de verticale hartlijn S van de binnenbuis 30 en stationair is ten opzichte van de binnenbuis 3 8 en de draaikrans 65. De buis 80 is daarbij draaibaar binnen Cirkelwand 72. De doorgang 73, aansluiting 74 en 75 zijn daarbij ook stationair ten opzichte van de binnenbuis 30 30 en de draaikrans 65.As can be seen in Figure 1A, a mixture discharge tube 38 is also placed inside the inner tube 30, which mixture flange 38a is also attached to the bottom plate 64, but further connects to tube 80, which is co-axial with the vertical center line S of the inner tube 30 and is stationary with respect to the inner tube 3 and the turntable 65. The tube 80 is thereby rotatable within Circle wall 72. The passage 73, connections 74 and 75 are thereby also stationary with respect to the inner tube 30 and the turntable 65.

De buis 80 loopt door naar boven om aan te sluiten op inlaat 81 van een cent rif ugaalpomp 82, die met neerwaarts gebogen uitgang 83 een mengsel kan afgeven in de richting N aan een neerwaartse afvoerbuis 84, die 135 voorzien is van een onderopening 85, die aangesloten kan worden op een verder niet weergegeven afvoerleiding voor ΗThe tube 80 extends upwards to connect to inlet 81 of a centrifugal pump 82, which with downwardly curved outlet 83 can deliver a mixture in the direction N to a downward discharge tube 84, which 135 is provided with a bottom opening 85, that can be connected to a drain pipe for Η that is not further shown

De centrifugaalpomp 82 is opgenomen in een kast 90, waarin hydraulische aandrijving 92 voor de pomp opge-nomen is. Een en ander is toegankelijk voor reparatiedoel-einden via opening 91.The centrifugal pump 82 is accommodated in a box 90 in which hydraulic drive 92 for the pump is included. All this is accessible for repair purposes via opening 91.

5 Voor het verrichten van de reparatiewerkzaamhe- H den en het realiseren van aansluitingen op verdere leidin- H gen is de inrichting 1 voorts voorzien van een bordes 95 met hek 96 (figuur 4).In order to carry out the repair work and to make connections to further lines, the device 1 is furthermore provided with a platform 95 with fence 96 (Figure 4).

H De pomp 82, de aandrijving 91, de aan- en af- H 10 voerleidingen 76, 84, etcetera zijn afgesteund op de bin- nenbuis 30.H The pump 82, the drive 91, the supply and discharge lines 76, 84, etc. are supported on the inner tube 30.

Meer naar beneden, zoals weergegeven in figuur Η 1B reikt de binnenbuis 30 in de buitenbuis 20. Ter plaatse H van het ondereind van console 9 is op de buitenbuis 20 een 15 buisstomp 27 aangesloten, met een afsluiter 23 en een H aansluitstuk 24. Zoals te zien is in figuur 3D, strekt zich daarnaast een tweede buisstomp 28 uit, voorzien van een (niet getekende) afsluiter 29. Zoals te zien is in figuur 1B wordt de buitenbuis 20 aldaar dubbelwandig, met 20 een extra buitenwand 22, waarmee met de wand van de buitenbuis 20 een verticale doorgaande ringvormige ruimte 21 wordt bepaald.More downwards, as shown in figure 1B, the inner tube 30 extends into the outer tube 20. At the location H of the lower end of the console 9, a tube stub 27 is connected to the outer tube 20, with a valve 23 and an H connecting piece 24. As can be seen in figure 3D, a second tube stub 28 also extends, provided with a valve 29 (not shown). As can be seen in figure 1B, the outer tube 20 becomes double-walled there, with an additional outer wall 22, with which wall of the outer tube 20, a vertical continuous annular space 21 is determined.

Boven aan het figuur 1B en in figuur 3D is tevens weergegeven een buis 57 met afsluiter 58, die ter H 25 plaatse van 59 uitmondt in aansluitstuk 24 en met het andere eind opent in de ringvormige ruimte 31 die gevormd wordt tussen de binnenbuis 30 en de buitenbuis 20.At the top of Fig. 1B and in Fig. 3D is also shown a tube 57 with valve 58, which opens at the location of 59 into connecting piece 24 and opens with the other end into the annular space 31 formed between the inner tube 30 and the outer tube 20.

Teneinde de binnenbuis 30 gecentreerd te houden binnen de buitenbuis 20 zijn op de binnenbuis 30 een I 30 aantal centreerringen 23a-c voorzien, die met de binnen- I buis 30 meeroteerbaar zijn.In order to keep the inner tube 30 centered within the outer tube 20, a number of centering rings 23a-c are provided on the inner tube 30, which rings can be rotated with the inner tube 30.

I Zoals eerder opgemerkt en ook te zien is in de doorsnede van figuur 3A en in figuur 1 zijn in de binnen- I buis 30, en daarmee roteerbaar, twee wateraanvoerleidingen I 35 33, 39 en een afvoerleiding 38 geplaatst. De toevoer- I leiding 33 voor water voor de ejecteurpomp 37 gaat via I vernauwing 34 over in 180-graden bocht stuk 35, dat met 17 verticaal gerichte uitmonding 36 gelegen is in de invoer-vernauwing 37a van de ejecteurpomp 37. Ejecteurpomp 37 is verder voorzien van een cilindervormig gedeelte 37b en met verwijd uitganggedeelte 37c, dat aansluit op de mengselaf-5 voerbuis 38, die verticaal naar boven reikt.As previously noted and can also be seen in the cross-section of Fig. 3A and in Fig. 1, two water supply lines 33, 39 and a discharge line 38 are placed in the inner tube 30, and thereby rotatable. The water supply line 33 for the ejector pump 37 passes via I narrowing 34 into 180-degree bend piece 35, which is located with 17 vertically directed mouth 36 in the feed narrowing 37a of the ejector pump 37. Ejector pump 37 is furthermore provided with a cylindrical portion 37b and with widened output portion 37c, which connects to the mixture discharge tube 38, which extends vertically upwards.

De invoer 37a van de ejecteurpomp 37 is geplaatst in lijn boven een gat 51, waar beneden zich een door omtrekswand 53, die voorzien is van roostervormige gaten 54, omgeven ruimte gelegen is, die neerwaarts 10 begrensd wordt door een plaat 55, waarin een in lijn met de opening 51 gelegen mengseldoorvoeropening 55a aangebracht is (zie figuren 3B en C) . Aan de onderzijde van de plaat 55 zijn schoepen 56 aangebracht, waarvan de vorm nader weergegeven is in de doorsnede volgens figuur 3C, 15 waarin ook schematisch is aangegeven dat er een plaat 55b aan de eindranden van de schoepen bevestigd kan zijn, voor versteviging en/of voor het vormen van een schilmes.The inlet 37a of the ejector pump 37 is placed in line above a hole 51, below which is a space surrounded by peripheral wall 53, which is provided with grid-shaped holes 54, which is downwardly bounded by a plate 55, in which a mixture feed opening 55a located in line with opening 51 (see Figures 3B and C). Blades 56 are provided on the underside of the plate 55, the shape of which is further shown in the section according to Fig. 3C, wherein it is also diagrammatically indicated that a plate 55b can be attached to the end edges of the blades, for reinforcement and / or reinforcement. or for forming a peeling knife.

Vlak boven de dwarsplaat 50 is het ondereind van de binnenbuis 30 voorzien van een centreerring 23a, die 20 passend opgenomen kan worden in de ringruimte 31.Just above the transverse plate 50, the lower end of the inner tube 30 is provided with a centering ring 23a, which can be suitably received in the ring space 31.

Zoals weergegeven in figuur 1B is het ondereind van de buitenbuis 20 gevormd met een aan de binnenzijde schuin gevormde toelopende rand 24, die eindigt in zoekrand 25. Vlak daarboven is in de wand 20 een aantal 25 gaten 26 gevormd, die radiaal binnenwaarts openen en een verbinding vormen tussen de ringruimte 21 en de ringruimte 31. Boven de gaten 26 bevinden zich gaten 10 (zie ook figuur 2D), die eenzelfde verbinding vormen.As shown in Figure 1B, the lower end of the outer tube 20 is formed with a tapering edge 24 which is obliquely formed on the inside and which ends in locating edge 25. Just above it, a number of holes 26 are formed in the wall 20 which open radially inwardly and form a connection between the ring space 21 and the ring space 31. Above the holes 26 there are holes 10 (see also figure 2D), which form the same connection.

Zoals ook weergegeven in figuren 2A en 3A be-30 vindt zich naast de toevoerbuis 33 de toevoerbuis 39, die via een vernauwing 40 overgaat in mondstuk 41, met jetopening 42, en die radiaal buitenwaarts van de binnenbuis 30 gericht is.As also shown in figures 2A and 3A, in addition to the supply tube 33, there is the supply tube 39, which via a narrowing 40 merges into nozzle 41, with jet opening 42, and which is directed radially outward from inner tube 30.

De inrichting 1 is in het bijzonder geschikt 35 voor het verwi jderen/baggeren van een laag bruikbare grond, zoals bijvoorbeeld zand, zonder een boven- of toplaag onbruikbare grond, bijvoorbeeld in het geval datThe device 1 is particularly suitable for removing / dredging a layer of usable soil, such as, for example, sand, without a top or top layer of unusable soil, for example in the case that

! A O rs O O! A O rs O O

Η het niveau van de bovenlaag verlaagd moet worden, bijvoor-H beeld bij gewenste verdieping van een vaarweg of een vaargeul. De onbruikbare bodemlaag blijft daarbij achter en is bij het verwijderen bij de wel bruikbare ondergrond 5 minimaal geroerd.Η the level of the upper layer must be lowered, for example H for the desired deepening of a waterway or channel. The unusable bottom layer is thereby left behind and is minimally stirred upon removal at the usable substrate.

Voor een vergelijkbare situatie aan (al dan niet H tijdelijk drooggelegd) land is het gebruik van de hiervoor beschreven inrichting weergegeven in de figuren 4-7. H Daarbij is een hydraulische kraan 100 op het maaiveld 105 H 10 geplaatst, welke kraan voorzien is van een motor/bedie- H ningsgedeelte 101 en ondersteund wordt op rupsbanden 102.For a comparable situation on (whether or not H temporarily drained) land, the use of the device described above is shown in figures 4-7. H A hydraulic crane 100 is then placed on the ground level 105 H 10, which crane is provided with a motor / operating section 101 and is supported on tracks 102.

H De kraan is voorzien van een arm 103, aan het uiteinde H waarvan een parallelverbinding 104 aanwezig is waaraan de H bevestigingsplaat 3 van de inrichting 1 bevestigd is, H 15 zodanig dat een makelaar 2 steeds verticaal gehouden wordt.H The crane is provided with an arm 103, at the end H of which a parallel connection 104 is present to which the H fixing plate 3 of the device 1 is attached, H 15 such that a broker 2 is always held vertically.

Het maaiveld 105 vormt de bovenkant van een laag 106 van veen en/of klei, die bijvoorbeeld verontreinigd is. Beneden de bovenlaag 106 bevindt zich een bruikbare 20 zandlaag 107, die tot op enige diepte reikt.Ground level 105 forms the top of a layer 106 of peat and / or clay, which is, for example, contaminated. Below the upper layer 106 there is a usable sand layer 107, which extends to some depth.

Bij aanvang van het werk zorgt men ervoor dat het buizensamenstel 5, in het bijzonder het ondereind 89 daarvan, zich in de toestand zoals weergegeven in figuur 2A bevindt. De cilinder 11 is hierbij ongeveer halfweg I 25 uitgezet, waardoor de buitenbuis 20 enigszins neerwaarts bewogen is ten opzichte van de binnenbuis 30. De centreer- ring 32a sluit de onderste opening van de ringruimte 30a.At the start of the work, it is ensured that the tube assembly 5, in particular the lower end 89 thereof, is in the condition as shown in Figure 2A. The cylinder 11 is expanded about halfway through here, whereby the outer tube 20 has been moved slightly downwards relative to the inner tube 30. The centering ring 32a closes the lower opening of the ring space 30a.

H De onderplaat 55 ligt ongeveer op gelijke hoogte met de I zoek- of steekrand 25 van de buitenbuis 20. De waaiervor- 30 mige schoepen 56 reiken daardoor tot onder de steekrand 25.The bottom plate 55 is approximately at the same level as the locating or inserting edge 25 of the outer tube 20. The fan-shaped vanes 56 thereby extend below the inserting edge 25.

Met de schoepen 56 in het maaiveld 105 stekend, I en de grendelpallen 15a, 15b buiten aangrijping met de I grendelopeningen 17, brengt men nu de binnenbuis 30, samen 35 met de daarin opgenomen onderdelen, in rotatierichting B.With the blades 56 protruding into ground level 105, I and the locking pawls 15a, 15b out of engagement with the I locking openings 17, the inner tube 30, together with the parts received therein, is now brought in rotation direction B.

I De schoepen 56 zullen de grond naar buiten dringen, waar- bij, mede onder invloed van het volledige gewicht van , w.1 ., ,πιρ·· m.i.w*g^s 19 inrichting 4, het buizensamenstel 5 op een wijze vergelijkbaar met die van een boor, neerwaarts beweegt door de bovenlaag 106. Het door de schoepen 56 buitenwaarts richting L gedwongen grondmateriaal wordt echter niet, zoals 5 wel bij een gebruikelijke boor, naar boven toe afgevoerd maar wordt als het ware radiaal buitenwaarts aangedrukt, in het gemaakte boorgat. Als gevolg hiervan ontstaat een radiaal binnenwaartse ringspanning in het boorgat, die nog vergroot wordt doordat de diameter van de buitenbuis 20 10 groter is dan de diameter van de schoepen 56. Als gevolg hiervan zal de grond strak aanliggen tegen het buitenoppervlak van de buitenbuis 20, zodat een lekweg daarlangs voorkomen wordt.The vanes 56 will penetrate the ground, whereby, partly under the influence of the full weight of the device 4, the tube assembly 5, the tube assembly 5 in a manner comparable to that of a drill moves downwards through the upper layer 106. However, the ground material forced outwardly by the vanes 56 towards L is not discharged upwards, as is the case with a conventional drill, but is pressed radially outward, as it were, into the made borehole. As a result, a radially inward ring tension arises in the borehole, which is further increased in that the diameter of the outer tube 20 is larger than the diameter of the blades 56. As a result, the soil will lie tightly against the outer surface of the outer tube 20, so that a leakage path along it is prevented.

Tijdens het doordringen door de bovenlaag 106 15 worden de pompen voor wateraanvoer nog niet bediend, waardoor de verstoring van de bovenlaag tot een minimum beperkt kan blijven. Eenmaal aangekomen bij de bovenzijde van de zandlaag 107 bedient men cilinder 13a om de pal 15a met grendeluiteinde 18a in een grendelopening 17 te bren-20 gen en zo de verticale positie van de buitenbuis 20 vast te leggen en bedient men dan de cilinder 11 weer om de binnenbuis 30 relatief in te trekken, tot in de toestand van figuur 2B. Men start vervolgens de centrifugaalpomp 82 en voert tevens via de toevoerbuis 76, de ringkamer 70, de 25 ringkamer 66, de open afsluiter 61a en de toevoerbuis 33 water onder druk toe in de richting M, G, totdat deze uitstroomt in de richting H uit mondstuk 36 in de ejec-teurpomp 37. Wanneer het water in de verticale buis 38, de pomp 82 bereikt, zal een mengselstroom K op gang komen.During penetration through the upper layer 106, the pumps for water supply are not yet operated, so that the disturbance of the upper layer can be kept to a minimum. Once arrived at the top of the sand layer 107, cylinder 13a is operated to bring the pawl 15a with locking end 18a into a locking opening 17 and thus fix the vertical position of the outer tube 20 and then operate the cylinder 11 again. relatively retracting the inner tube 30 into the state of Figure 2B. The centrifugal pump 82 is then started and, via the feed tube 76, the ring chamber 70, the ring chamber 66, the open valve 61a and the feed tube 33, water is also supplied under pressure in the direction M, G, until it flows out in the direction H nozzle 36 in the ejector pump 37. When the water in the vertical tube 38 reaches the pump 82, a mixture flow K will start.

30 Dan voert men (met gesloten afsluiter 2 9 voor buisstomp 28) via buis 27 water onder druk in de richting D aan, dat neerwaarts stroomt in de richting E door de ringruimte 21, om dan aan het ondereind van de buitenbuis 2 0 uit te stromen in radiaal binnenwaartse richting F door de gaten 35 26. De gaten 10 zijn nu afgesloten door de ring 23a. Het zand dat zich in de kamer gevormd door de plaat 55 en de wand van de buitenbuis 20 zal in suspensie komen, en 1 Λ Λ λ _ - Η kunnen worden opgenomen in de mengsel stroom, in de richel ting I, door gaten 55a en 51, door de ejecteurpomp 37 heen, in de richting K door de afvoerbuis 38, nu zuigbuis. Dan wordt de pal 15b weer ingetrokken, zodat het volle 5 gewicht van de binnenbuis 30 in de daarop steunende ondermi delen vrijkomt. Op een wijze vergelijkbaar met het neerga laten van een caisson zal het buissamenstel 5 nu zakken H door de zandlaag 107, waarbij het zand dat buiten de baan H van de buitenbuis 20 gelegen is in hoge mate ongeroerd zal H 10 blijven en dicht zal kunnen aanliggen tegen het buitenop- H pervlak van de buitenbuis 20, zodat een lekstroom langs de H buitenbuis 20 op vergaande wijze voorkomen wordt. De H steekrand 25 bevordert hierbij het inzakproces.Then (with the valve 9 closed for the pipe stub 28), water is supplied under pressure in the direction D, which flows downwards in the direction E through the annular space 21, and then discharged at the lower end of the outer tube 20. flows in the radially inward direction F through the holes 26. The holes 10 are now closed by the ring 23a. The sand that forms in the chamber formed by the plate 55 and the wall of the outer tube 20 will be suspended, and 1 Η Λ λ _ - Η can be absorbed in the mixture stream, in the direction I, through holes 55a and 51, through the ejector pump 37, in the direction K through the discharge tube 38, now suction tube. Then the pawl 15b is retracted again, so that the full weight of the inner tube 30 is released in the lower parts supported thereon. In a manner comparable to the lowering of a caisson, the tube assembly 5 will now lower H through the sand layer 107, whereby the sand that lies outside the path H of the outer tube 20 will remain largely untouched and be able to abut close to H 10 against the outer surface of the outer tube 20, so that a leakage current along the H outer tube 20 is largely prevented. The H insert 25 promotes the collapse process.

H Ter bevordering van dit proces kan men de bin- 15 nenbuis 20 roteren, nu in tegengestelde richting C, waar- bij de schoepen 56 dan werkzaam zullen zijn voor het bevorderen van de zandmengselstroom door de opening 55a.To promote this process, the inner tube 20 can be rotated, now in the opposite direction C, whereby the blades 56 will then be effective for promoting the sand mixture flow through the opening 55a.

Opgemerkt wordt dat men de nu beschreven cais- sonmethode ook kan toepassen voor het doordringen in de 20 bovenlaag, wanneer de grond daarvan niet sterk cohesief is. De schoepen en dergelijke worden dan echter in de ontgravende richting C geroteerd.It is noted that the caisson method now described can also be used for penetration into the upper layer when the soil thereof is not highly cohesive. However, the blades and the like are then rotated in the excavating direction C.

Opgemerkt wordt verder dat men de buitenbuis 20 en binnenbuis 30 tijdens het neerlaten door de bodem ook 25 kan verplaatsen tussen de standen weergegeven in de figuren 2B en 2D, wanneer de grond te grote weerstand biedt tegen het zakken van het buissamenstel 5. men drukt dan, vanuit de stand van figuur 2B, de buitenbuis 20 met kracht neerwaarts (cilinder 11) , maar laat de binnenbuis 30 30 staan, zodat de stand in figuur 2D bereikt wordt, waarin de spoelkamer vergroot is. Spoelwater blijft worden aangevoerd, en gefluïdiseerd materiaal wordt afgevoerd via de binnenbuis 30, die dan als vanzelf kan zakken naar de in figuur 2B weergegeven stand. Het is ook mogelijk om de 35 binnenbuis neerwaarts te dwingen door gebruik te maken van de cilinder 11 (intrekken) en geschikte manipulatie van de grendels 15.It is further noted that during lowering through the bottom, the outer tube 20 and inner tube 30 can also be moved between the positions shown in figures 2B and 2D, when the ground offers too great resistance to the lowering of the tube assembly 5. one then presses from the position of figure 2B, the outer tube 20 is forced downwardly (cylinder 11), but leaves the inner tube 30 so that the position in figure 2D is reached, in which the flushing chamber is enlarged. Rinsing water continues to be supplied, and fluidized material is discharged via the inner tube 30, which can then automatically fall to the position shown in Figure 2B. It is also possible to force down the inner tube by making use of the cylinder 11 (retraction) and suitable manipulation of the latches 15.

2121

Wanneer het ondereind 89 eenmaal op de gewenste diepte in de zandlaag 107 aangekomen is, in het bijzonder in het onderste gebied daarvan, stopt men de toevoer van het spoelwater via de buis 27 en daarmee door de gaten 26.Once the lower end 89 has arrived at the desired depth in the sand layer 107, in particular in its lower region, the supply of the rinsing water is stopped via the tube 27 and thus through the holes 26.

5 Dat water wordt nu naar de toevoerbuis 3 9 gevoerd, om met kracht radiaal uit het mondstuk 42 te stromen in de richting O (figuur 7) , waarbij de binnenbuis 3 0 met inhoud geroteerd wordt in de richting C. De buitenbuis 20 is direct daaraan voorafgaand door bediening van de cilinder 10 11 (waarbij eerst de pal 15b weer is uitgezet in een gren- delopening 17) opgetrokken naar de in figuur 1B en figuur 2C weergegeven stand ten opzichte van de binnenbuis 30.That water is now fed to the supply pipe 3 to flow with force radially out of the nozzle 42 in the direction O (Figure 7), the inner pipe 30 with its contents being rotated in the direction C. The outer pipe 20 is direct prior to this by actuating the cylinder 11 (wherein first the pawl 15b is again expanded in a locking opening 17) raised to the position shown in Figure 1B and Figure 2C with respect to the inner tube 30.

De op de binnenruimte 3 0a aangesloten buis 57 kan gebruikt worden om, bij open afsluiter 58, de binnen-15 ruimte 30a op een bepaalde waterdruk te houden, groter dan de omgevingsdruk, om te voorkomen dat zand langs centreer-ringen 23a-c binnentreedt.The tube 57 connected to the inner space 30a can be used to, when the valve 58 is open, to keep the inner space 30a at a certain water pressure, greater than the ambient pressure, to prevent sand entering along centering rings 23a-c .

Het mondstuk 42 spuit water in de richting O, van onder de steekrand 25, waardoor het zand in de omge-20 ving aldaar geërodeerd wordt. De ejecteurpomp 37, met toevoerwater door de buis 33, en de baggerpomp 80 blijven bediend, waardoor een mengselstroom ontstaat naar de zuigopeningen 54 in omtrekswand 53, waarna het mengsel door opening 51 en in de ejecteurpomp 37 stroomt.The nozzle 42 sprays water in the direction O from below the stab edge 25, thereby eroding the sand in the environment there. The ejector pump 37, with supply water through the tube 33, and the dredging pump 80 remain operated, creating a mixture flow to the suction openings 54 in circumferential wall 53, whereafter the mixture flows through opening 51 and into the ejector pump 37.

25 Als gevolg van de opwaartse verschuiving van de buitenbuis 20 is ook de onderopening 30a van de ringruimte 31 vrijgekomen. Via de openingen 26 en 10 en de ringruimte 21 en de buis 28, kan bij opengezette afsluiter 29, een drukvereffeningskanaal gecreëerd worden voor het vereffe-30 nen van drukverschillen tussen het gebied bij het ondereind 89 van het buissamenstel 5 waar het zand geërodeerd en afgevoerd wordt, en het bovenwater en/of de atmosfeer. Hierdoor worden drukverschillen over de bovenzijde van het ontgraven gebied voorkomen, zodat de holte aldaar niet kan 35 bezwijken.As a result of the upward shift of the outer tube 20, the lower opening 30a of the annular space 31 has also become free. Via the openings 26 and 10 and the annular space 21 and the tube 28, with the valve 29 open, a pressure equalizing channel can be created for equalizing pressure differences between the area at the lower end 89 of the tube assembly 5 where the sand is eroded and discharged. and the upper water and / or the atmosphere. This prevents pressure differences over the top of the excavated area, so that the cavity cannot collapse there.

De holte kan worden gemaakt op de in figuren 8A en 8B weergegeven wijze. In radiale richting 0 wordt 1 n o on Η Η vanuit een aanvankelijk stilgehouden mondstuk 42 met kracht water uitgespoten in radiale, hoofdzakelijk hori-zontale richting. Het fluïdum kan met constante, wisselen-de of instelbare puls gejet worden. Op steeds grotere H 5 radiale afstand wordt bodemmateriaal geërodeerd, langs de H bovenzijde van de bres, dan neerwaarts (V), en dan radiaal H binnenwaarts stroomt langs de onderzijde van de bres, naar H de afvoergaten 54, om via pomp 37 naar boven afgevoerd te H worden. Nadat bijvoorbeeld een tunnelvormige bres met een H 10 lengte T van bijvoorbeeld 4 m is gemaakt, start men met H langzaam roteren van de binnenbuis in de richting C, zie H figuur 8B. De zijde 108 van de bres wordt dan geërodeerd door de in radiale richting uittredende waterstraal. De H snelheid van rotatie kiest men in afstemming op de bodem- 15 gesteldheid. Men kan ook kiezen voor het verwijderen van de hele in figuur 8B aangegeven schijf en daarboven gelegen winbaar bodemmateriaal in een omwenteling, die dan bijvoorbeeld vele minuten, bijvoorbeeld in het bereik 10- H 60 minuten, kan duren, in een continue rotatie. Men kan de 20 rotatie echter ook discontinu laten plaatsvinden.The cavity can be made in the manner shown in Figures 8A and 8B. In radial direction 0, 1 n o Η Η is forcefully ejected from an initially stopped nozzle 42 in radial, mainly horizontal, direction. The fluid can be jetted with a constant, alternating or adjustable pulse. At increasingly greater H 5 radial distance, bottom material is eroded, along the H top of the breach, then down (V), and then radially H flows inwards along the bottom of the breach, to H the discharge holes 54, to be pumped upwards via pump 37 be discharged to H. After, for example, a tunnel-shaped gap with an H 10 length T of, for example, 4 m has been made, one starts with H slowly rotating the inner tube in the direction C, see H figure 8B. The side 108 of the breach is then eroded by the water jet exiting in radial direction. The H speed of rotation is chosen in accordance with the soil condition. It is also possible to opt for removing the entire disc shown in Figure 8B and recoverable bottom material above it in one revolution, which can then, for example, last many minutes, for example in the range 10 H 60 minutes, in a continuous rotation. However, the rotation can also be carried out discontinuously.

Tijdens het verwijderen van het zand wordt er op toegezien dat het toegevoerde volume water door het mond- stuk 42 en de ejecteurpomp 37 ten minste gelijk is aan het volume van het afgevoerde mengsel.During the removal of the sand, care is taken that the volume of water supplied through the nozzle 42 and the ejector pump 37 is at least equal to the volume of the discharged mixture.

25 Wanneer een van te voren bepaald volume bodem- materiaal is onttrokken stopt men het proces. Op beheerste I en gecontroleerde wijze wordt dan het resterende water uit de gevormde holte gezogen, waarbij de bovenlaag 106 geleidelijk zal inzakken (Q) , als een proces dat beheerst 30 wordt door het zuigdebiet daarop af te stemmen. In figuur I 7 is de bovenlaag 106 reeds gezakt weergegeven. Wanneer voldoende bodemmateriaal uit de holte onttrokken is, wordt I de cilinder 11 weer bediend om de buitenbuis 30 te laten I zakken, tot de positie weergegeven in figuur 2A, en wordt H 35 het buissamenstel 5 langzaam geheven.When a predetermined volume of soil material has been withdrawn, the process is stopped. In a controlled and controlled manner, the remaining water is then sucked out of the formed cavity, with the top layer 106 gradually collapsing (Q), as a process that is controlled by tuning the suction flow thereto. In figure I7 the upper layer 106 has already been lowered. When sufficient bottom material has been withdrawn from the cavity, the cylinder 11 is operated again to lower the outer tube 30 to the position shown in Fig. 2A, and the tube assembly 5 is slowly raised.

Claims (50)

1. Baggerinrichting omvattend een met een verticale richtingcomponent, bij voorkeur in hoofdzaak verticaal op te stellen buissamenstel met aan het ondereind grondontgravingsmiddelen en middelen voor het door het 5 buissamenstel omhoog afvoeren van de met de ontgravings-middelen ontgraven grond, waarbij het buissamenstel een eerste, binnenste buis en een tweede, coaxiaal om de eerste buis geplaatste tweede buis omvat, waarbij de baggerinrichting voorts voorzien is van middelen voor het 10 ten opzichte van elkaar in axiaal richting verstellen van de onderlinge positie van beide buizen.1. Dredging device comprising a pipe assembly to be arranged with a vertical directional component, preferably substantially vertically, with soil excavating means at the lower end and means for draining up the soil excavated with the excavating means through the pipe assembly, wherein the pipe assembly comprises a first, inner tube and a second second tube placed coaxially around the first tube, wherein the dredging device is furthermore provided with means for adjusting the relative position of both tubes relative to each other in the axial direction. 2. Baggerinrichting volgens conclusie 1, waarbij de verstelmiddelen ingericht zijn voor het relatief verplaatsen van het ondereind van de eerste buis tussen 15 een eerste, in het ondereind van de tweede buis ingevoerde stand en tenminste een tweede, uit het ondereind van de tweede buis uitgevoerde stand.2. Dredging device as claimed in claim 1, wherein the adjusting means are adapted for relatively moving the lower end of the first tube between a first position introduced into the lower end of the second tube and at least a second position executed from the lower end of the second tube position. 3. Baggerinrichting volgens conclusie 2, waarbij de ontgravingsmiddelen eerste, bij voorkeur mechanisch 20 werkende ontgravers omvatten die aangebracht zijn aan het ondereind van de eerste buis om in de tweede stand buiten het ondereind van de tweede buis te reiken.3. Dredging device as claimed in claim 2, wherein the excavating means comprise first, preferably mechanically acting, excavators which are arranged at the lower end of the first tube in order to reach outside the lower end of the second tube in the second position. 4. Baggerinrichting volgens conclusie 2 of 3, waarbij de tweede buis aan het ondereind voorzien is van 25 spoelgaten voor het in de eerste stand afgeven van spoel water in het gebied beneden de ontgraver en bij voorkeur binnen het ondereind van de tweede buis.4. Dredging device as claimed in claim 2 or 3, wherein the second tube is provided at the bottom end with flushing holes for discharging flushing water in the first position in the area below the excavator and preferably within the bottom end of the second tube. 5. Baggerinrichting volgens conclusie 4, waarbij de tweede buis dubbelwandig is en een zich in buisrichting 30 uitstrekkende doorgang vormt voor spoelwater naar de spoelgaten.5. Dredging device according to claim 4, wherein the second tube is double-walled and forms a passage extending in tube direction 30 for flushing water to the flushing holes. 6. Baggerinrichting volgens een der conclusies 2-6, waarbij de verstelmiddelen ingericht zijn voor het6. Dredging device as claimed in any of the claims 2-6, wherein the adjusting means are adapted to the 1. O > Q Q Q Η uitoefenen van een indringkracht op de tweede buis, waar-H bij de verstelmiddelen zijn. ingericht voor het in absolute zin verplaatsen van de tweede buis voor het ten opzichte daarvan verplaatsen van het ondereind van de eerste buis 5 tussen een primaire eerste, in het ondereind van de tweede H buis ingebrachte stand voor het vormen van de spoelkamer, H en tenminste een secundaire eerste, verder in het H ondereind ingebrachte stand.1. O> Q Q Q Η exerting an penetration force on the second tube, where H are at the adjusting means. arranged for absolute displacement of the second tube for displacing the lower end of the first tube 5 relative to it between a primary first position introduced into the lower end of the second H tube for forming the flushing chamber, H and at least a secondary first position, further introduced into the H lower end. 7. Baggerinrichting volgens een der conclusies H 10 2-6, waarbij de verstelmiddelen ingericht zijn voor het relatief verplaatsen van het ondereind van de eerste buis tussen de eerste en/of tweede stand, en een derde, uit het H ondereind van de tweede buis uitgevoerde stand.7. Dredging device as claimed in any of the claims H 2- 2-6, wherein the adjusting means are adapted for relatively moving the lower end of the first tube between the first and / or second position, and a third one, from the H lower end of the second tube executed position. 8. Baggerinrichting volgens conclusie 7, waarbij 15 de eerste buis aan het ondereind voorts voorzien is van H tweede ontgravers in de vorm van een of meer mondstukken voor het afgeven van fluïdum onder druk voor het eroderen van de grond, alsmede van middelen voor het om de buisas roteren van de mondstukken, waarbij de mondstukken aange- 20 bracht zijn om in de derde stand beneden het ondereind van de tweede buis te reiken.8. Dredging device as claimed in claim 7, wherein the first tube is further provided at the lower end with H second excavators in the form of one or more nozzles for delivering pressurized fluid for eroding the soil, and with means for rotating the tube axis of the nozzles, the nozzles being arranged to extend in the third position below the lower end of the second tube. 9. Baggerinrichting volgens conclusie 7 of 8, waarbij de spoelgaten aangebracht zijn om in de derde stand in open verbinding te staan met het gebied naast het I 25 ondereind van het buissamenstel.9. Dredging device as claimed in claim 7 or 8, wherein the flushing holes are arranged to be in open connection in the third position with the area next to the lower end of the pipe assembly. 10. Baggerinrichting volgens conclusie 9, waar- bij de doorgang in de tweede buis een boveneind bezit dat in verbinding te brengen is met de omgeving boven het I bovenoppervlak van de grond.10. Dredging device as claimed in claim 9, wherein the passage in the second tube has an upper end that can be connected to the environment above the upper surface of the ground. 11. Baggerinrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de verstelmiddelen een cilindersamen- stel omvatten, dat in hoofdzaak in buisasrichting reikt.11. Dredging device as claimed in any of the foregoing claims, wherein the adjusting means comprise a cylinder assembly that extends substantially in the tube axis direction. 12. Baggerinrichting volgens een der voorgaande conclusies, omvattend een houder, zoals een makelaar, voor 35 het buissamenstel en eerste en tweede grendelmiddelen voor het in positie ten opzichte van de houder vastleggen van respectievelijk de eerste en de tweede buis. I 1 · ·’ O O O12. Dredging device as claimed in any of the foregoing claims, comprising a holder, such as a broker, for the tube assembly and first and second locking means for fixing the first and the second tube respectively in position relative to the holder. I 1 · · ’O O O 13. Baggerinrichting volgens conclusie 12, waarbij de eerste en tweede grendelmiddelen onafhankelijk van elkaar bedienbaar zijn.Dredging device according to claim 12, wherein the first and second locking means can be operated independently of each other. 14. Baggerinrichting volgens conclusie 3 of een 5 daarvan afhankelijke conclusie, waarbij de eerste ontgra- ver een aantal schoepen of iets dergelijks omvat.14. Dredging device as claimed in claim 3 or a claim dependent thereon, wherein the first excavator comprises a number of blades or the like. 15. Baggerinrichting volgens conclusie 14, waarbij de schoepen en dergelijk neerwaarts uitsteken van het uiteinde van de eerste buis, om neerwaarts en zij- 10 waarts werkzaam te kunnen zijn.15. Dredging device as claimed in claim 14, wherein the blades and the like protrude downwards from the end of the first tube, in order to be able to operate downwards and sideways. 16. Baggerinrichting volgens conclusie 14 of 15, waarbij de schoepen en dergelijke met de eerste buis draaibaar zijn om een buisas van het buissamenstel, waarbij de inrichting voorts voorzien is van middelen voor het 15 selectief in twee tegengestelde rotatierichtingen aandrijven van de schoepen, waarbij de schoepen en dergelijke gevormd zijn om in de ene richting ontgravend en in de tegengestelde richting verdringend werkzaam te zijn.16. Dredging device as claimed in claim 14 or 15, wherein the blades and the like are rotatable with the first tube about a tube axis of the tube assembly, wherein the device is furthermore provided with means for selectively driving the blades in two opposite directions of rotation, wherein the blades blades and the like are formed to be excavating in one direction and displacing in the opposite direction. 17. Baggerinrichting omvattend een met een 20 verticale richtingcomponent, bij voorkeur in hoofdzaak verticaal op te stellen buissamenstel met aan het ondereind een grondontgraver en middelen voor door het buissamenstel omhoog afvoeren van de met de ontgraver ontgraven grond, waarbij de ontgraver een aantal schoepen, messen en 25 dergelijke omvat, die draaibaar zijn om een buisas van het buissamenstel, alsmede middelen voor het selectief in twee tegengestelde rotatierichtingen aandrijven van de schoepen, waarbij de schoepen en dergelijke gevormd zijn om in de ene richting ontgravend en in de tegengestelde richting 30 verdringend werkzaam te zijn.17. Dredging device comprising a pipe assembly to be arranged with a vertical directional component, preferably substantially vertically, with a soil excavator at the lower end and means for draining up the soil excavated with the excavator through the pipe assembly, the excavator having a number of blades, knives and the like, which are rotatable about a tube axis of the tube assembly, as well as means for selectively driving the blades in two opposite directions of rotation, the blades and the like being formed to work in one direction excavating and displacing in the opposite direction. to be. 18. Baggerinrichting volgens conclusie 16, waarbij het buissamenstel een buisprofiel bepaalt, en de schoepen en dergelijke roteren binnen dat buisprofiel.A dredging device according to claim 16, wherein the tube assembly defines a tube profile, and the blades and the like rotate within that tube profile. 19. Baggerinrichting volgens conclusie 17 of 18, 35 waarbij de schoepen en dergelijke gelegen zijn direct beneden een eindwand, waarin een doorgang gevormd is voor doorvoer van door de schoepen ontgraven grond, waarbij bij Η voorkeur middelen aanwezig zijn voor het afgeven van spoelwater aan het gebied direct beneden de schoepen.19. Dredging device as claimed in claim 17 or 18, wherein the blades and the like are situated directly below an end wall, in which a passage is formed for passage of soil excavated by the blades, wherein preferably means are provided for delivering flushing water to the area directly below the blades. 20. Baggerinrichting volgens conclusie 17, 18 of H 19, waarbij op de onderrand van de schoepen en dergelijke 5 een dwarsplaat bevestigd is, die voorzien is van een snij rand.20. Dredging device according to claim 17, 18 or H 19, wherein a transverse plate is provided on the lower edge of the blades and the like, which plate is provided with a cutting edge. 21. Baggerinrichting volgens een der conclusies H 17-20, waarbij de schoepen en dergelijke in hoofdzaak in H neerwaartse richting uitsteken. H 10 22. Baggerinrichting volgens conclusie 21, H waarbij het buissamenstel aan het ondereind voorts voor- H zien is van mondstukken voor het afgeven van fluïdum onder druk voor het eroderen van de grond, alsmede van middelen voor het om de buisas roteren van de mondstukken, waarbij H 15 de mondstukken bij voorkeur gericht zijn met een ten opzichte van het buissamenstel radiaal buitenwaartse H component.A dredging device according to any one of claims H 17-20, wherein the blades and the like protrude substantially in the H downward direction. 22. Dredging device as claimed in claim 21, H wherein the tube assembly is further provided at the lower end with nozzles for delivering pressurized fluid for eroding the soil, and with means for rotating the nozzles about the tube axis. wherein H 15 the nozzles are preferably oriented with an H component radially outward relative to the tube assembly. 23. Baggerinrichting volgens een der conclusies 17-22, waarbij het buissamenstel een eerste buis omvat H 20 waarop de ontgraver aangebracht is, in het bijzonder op een eindplaat daarvan, en die roteerbaar is om een centra- le buishartlijn.23. Dredging device as claimed in any of the claims 17-22, wherein the tube assembly comprises a first tube on which the excavator is arranged, in particular on an end plate thereof, and which is rotatable about a central tube axis. 24. Baggerinrichting volgens conclusies 22 of 23, waarbij de mondstukken aangebracht zijn op de eerste 25 buis voor co-rotatie daarmee en /of waarbij de afvoermid- delen aangebracht zijn in de eerste buis en daarmee ro- teerbaar zijn.24. Dredging device as claimed in claims 22 or 23, wherein the nozzles are arranged on the first tube for co-rotation therewith and / or wherein the discharge means are arranged in the first tube and can be rotated therewith. 25. Baggerinrichting volgens conclusie 24, waar- H bij de afvoermiddelen een in het ondereind van het buissa- 30 menstel geplaatste pomp, in het bijzonder ejecteurpomp, omvatten, met een toevoerleiding voor ejecteurwater en een I parallelle afvoerleiding.25. Dredging device as claimed in claim 24, wherein H at the discharge means comprise a pump placed in the lower end of the pipe assembly, in particular ejector pump, with a supply pipe for ejector water and a parallel discharge pipe. 26. Baggerinrichting volgens conclusie 24 of 25, H waarbij de afvoermiddelen een bovenaan het buissamenstel I 35 geplaatste pomp omvatten, die stationair opgesteld is, I waarbij in de afvoerleiding naar de pomp toe een draaiver- I binding opgenomen is, bij voorkeur boven het boveneind van de eerste buis.26. Dredging device as claimed in claim 24 or 25, H wherein the discharge means comprise a pump placed at the top of the tube assembly 35, which is arranged stationarily, wherein a rotation connection is arranged in the discharge line to the pump, preferably above the upper end of the first tube. 27. Baggerinrichting volgens een der conclusies 17-26, waarbij het buissamenstel een eerste, binnenste buis en een tweede, coaxiaal om de eerste buis geplaatste 5 tweede buis omvat, waarbij de baggerinrichting voorts voorzien is van middelen voor het ten opzichte van elkaar in axiaal richting verstellen van de onderlinge positie van beide buizen.27. Dredging device as claimed in any of the claims 17-26, wherein the tube assembly comprises a first, inner tube and a second second tube arranged coaxially around the first tube, wherein the dredging device is furthermore provided with means for axially relative to each other direction of the mutual position of both tubes. 28. Baggerinrichting volgens conclusie 27, waar-10 bij de verstelmiddelen ingericht zijn voor het relatief verplaatsen van het ondereind van de eerste buis tussen een eerste, in het ondereind van de tweede buis ingevoerde stand en tenminste een tweede, althans deels uit het ondereind van de tweede buis uitgevoerde stand.28. A dredging device as claimed in claim 27, wherein the adjusting means are adapted to relatively move the lower end of the first tube between a first position introduced into the lower end of the second tube and at least a second, at least partly out of the lower end of the position of the second tube. 29. Baggerinrichting volgens conclusie 28, waarbij de schoepen en dergelijke aangebracht zijn aan het ondereind van de eerste buis om in de tweede stand buiten het ondereind van de tweede buis te reiken.A dredging device according to claim 28, wherein the blades and the like are arranged at the lower end of the first tube to reach outside the lower end of the second tube in the second position. 30. Baggerinrichting volgens conclusie 28 of 29, 20 waarbij de tweede buis aan het ondereind voorzien is van spoelgaten voor het in de eerste stand afgeven van spoelwater in het gebied beneden de genoemde ontgraver en bij voorkeur binnen het ondereind van de tweede buis.30. Dredging device as claimed in claim 28 or 29, wherein the second tube is provided at the bottom end with flushing holes for discharging flushing water in the first position in the area below said excavator and preferably within the bottom end of the second tube. 31. Baggerinrichting volgens conclusie 30, 25 waarbij de tweede buis dubbelwandig is en een zich in buisrichting uitstrekkende doorgang vormt voor spoelwater naar de spoelgaten.31. Dredging device as claimed in claim 30, wherein the second tube is double-walled and forms a passage extending in the tube direction for flushing water to the flushing holes. 32. Baggerinrichting volgens een der conclusies 28-31, waarbij de verstelmiddelen ingericht zijn voor het 30 verplaatsen van het ondereind van de tweede buis ten opzichte van het ondereind van de eerste buis tussen de eerste en/of tweede stand, en een derde, uit het ondereind van de tweede buis uitgevoerde stand.32. Dredging device as claimed in any of the claims 28-31, wherein the adjusting means are adapted for displacing the lower end of the second tube relative to the lower end of the first tube between the first and / or second position, and a third, from the position of the lower end of the second tube. 33. Baggerinrichting volgens conclusies 20 en I 35 32, waarbij de mondstukken aangebracht zijn om in de derde I stand beneden het ondereind van de tweede buis te reiken.33. A dredging device as claimed in claims 20 and 32, wherein the nozzles are arranged to extend in the third position below the lower end of the second tube. 34. Baggerinrichting volgens conclusie 32 of 33 H 4 Λ Λ r* - Η Η en conclusie 30 of 31, waarbij de spoelgaten aangebracht zijn om in de derde stand in open verbinding te staan met H het gebied naast het ondereind van het buissamenstel.A dredging device according to claim 32 or 33 H 4 - and - 30 or 31, wherein the flushing holes are arranged to be in open connection in the third position with H the area next to the lower end of the tube assembly. 35. Baggerinrichting volgens conclusie 34, 5 waarbij de doorgang in de tweede buis een boveneind bezit H dat in verbinding te brengen is met de omgeving boven het H bovenoppervlak van de grond.A dredging device according to claim 34, wherein the passage in the second tube has an upper end H which can be brought into connection with the environment above the H upper surface of the ground. 36. Baggerinrichting volgens een der conclusies H 27-35, waarbij de verstelmiddelen een cilindersamenstel H 10 omvatten, dat in hoofdzaak in buisasrichting reikt.36. A dredging device according to any one of claims H 27-35, wherein the adjusting means comprise a cylinder assembly H 10, which extends substantially in the tube axis direction. 37. Baggerinrichting volgens een der conclusies 27-36, omvattend een houder, zoals een makelaar, voor het buissamenstel en eerste en tweede grendelmiddelen voor het H in positie ten opzichte van de houder vastleggen van H 15 respectievelijk de eerste en de tweede buis.A dredging device according to any one of claims 27-36, comprising a holder, such as a broker, for the tube assembly and first and second locking means for fixing H, respectively, the first and the second tube in position relative to the holder. 38. Baggerinrichting volgens conclusie 37, waarbij de eerste en tweede grendelmiddelen onafhankelijk van elkaar bedienbaar zijn.A dredging device according to claim 37, wherein the first and second locking means can be operated independently of each other. 39. Werkwijze voor het uit een onder een boven- 20 laag gelegen bodemlaag verwijderen van bodemmateriaal, zoals zand, waarbij een buissamenstel met aan het onder- eind een stel in een eerste rotatierichting ontgravende schoepen, messen en dergelijke door de bovenlaag wordt neergelaten, in het bijzonder onder invloed van het eigen I 25 gewicht van het buissamenstel, terwijl de schoepen en I dergelijke in een aan de eerste rotatierichting tegenge- H stelde, grondverdringende rotatierichting geroteerd wor- den.39. Method for removing soil material, such as sand, from a bottom layer located below an upper layer, wherein a tube assembly with at the lower end a set of blades, knives and the like excavated in a first direction of rotation is lowered by the upper layer in particular under the influence of the own weight of the tube assembly, while the blades and the like are rotated in a soil displacing direction opposed to the first direction of rotation. 40. Werkwijze volgens conclusie 39, waarbij men I 30 nadat het ondereind aangekomen is aan de bovenzijde van de bodemlaag men spoelwater aanvoert naar het ondereind van I het buissamenstel om het gebied daaronder te fluïdiseren en de schoepen en dergelijke in de eerste rotatierichting I aandrijft, waarbij het gefluidiseerde materiaal wordt I 35 afgevoerd door de schoepen en verder door in het buissa- menstel opgenomen afvoermiddelen, waarbij men het buissa- I menstel laat zakken, in het bijzonder onder invloed van het eigen gewicht daarvan.40. A method according to claim 39, wherein after the bottom end has arrived at the top of the bottom layer, rinsing water is supplied to the bottom end of the pipe assembly to fluidize the area below and drives the blades and the like in the first direction of rotation I, wherein the fluidized material is discharged through the vanes and further through discharge means included in the tube assembly, wherein the tube assembly is lowered, in particular under the influence of its own weight. 41. Werkwijze volgens conclusie 40, waarbij men aan het ondereind van het buissamenstel een radiaal buitenwaarts afgeschermde ruimte creëert, die direct beneden 5 de schoepen en dergelijke gelegen is.41. A method according to claim 40, wherein a radially outwardly shielded space is created at the lower end of the tube assembly, which space is situated directly below the vanes and the like. 42. Werkwijze volgens conclusie 41, waarbij men het bodemmateriaal afvoert met gebruikmaking van een pomp, in het bijzonder ejecteurpomp, die opgesteld is in het ondereind van het buissamenstel.A method according to claim 41, wherein the bottom material is discharged using a pump, in particular ejector pump, which is arranged in the lower end of the pipe assembly. 43. Werkwijze volgens conclusie 40, 41 of 42, waarbij men het ondereind van het buissamenstel op een plaats beneden de bovenzijde van de bodemlaag houdt met behulp van een of meer, aan het ondereind van het buissamenstel voorziene, en in rotatie aangedreven spuitmond-15 stukken water met kracht in radiale buitenwaartse richting water spuit voor het eroderen van de omgeving, waarbij men het gefluidiseerde bodemmateriaal afvoert door het buissamenstel heen.43. A method according to claim 40, 41 or 42, wherein the lower end of the pipe assembly is held at a location below the upper side of the bottom layer with the aid of one or more nozzle-mounted rotationally driven nozzle-15 pieces of water forcefully spray water in a radial outward direction to erode the environment, draining the fluidized bottom material through the tube assembly. 44. Werkwijze volgens conclusie 43, waarbij men 20 het debiet aan aangevoerd water en het debiet aan af- gevoerd mengsel in hoofdzaak gelijk houdt.44. A method according to claim 43, wherein the flow rate of supplied water and the flow rate of discharged mixture are kept substantially the same. 45. Werkwijze volgens conclusie 43 of 44, waarbij men bodemmateriaal onttrekt totdat de verwijderde hoeveelheid bodemmateriaal overeenstemt met een gewenste 25 verlaging van de bovenlaag.45. A method according to claim 43 or 44, wherein soil material is withdrawn until the amount of soil material removed corresponds to a desired reduction of the top layer. 46. Werkwijze volgens conclusie 43 of 44, waarbij men via het buissamenstel water toevoert naar het gebied waar men het bodemmateriaal uit verwijdert ter vervanging van dat bodemmateriaal.A method according to claim 43 or 44, wherein water is supplied via the tube assembly to the area from which the bottom material is removed to replace said bottom material. 47. Werkwijze volgens conclusie 46, waarbij men nadat de gewenste hoeveelheid bodemmateriaal is verwijderd op gecontroleerde wijze via het buissamenstel water onttrekt om de bovenlaag te laten zakken.The method of claim 46, wherein after the desired amount of soil material is removed, water is withdrawn in a controlled manner via the tube assembly to lower the top layer. 48. Werkwijze volgens een der conclusies 39-47, 35 waarbij men gebruik maakt van een baggerinrichting volgens een der conclusies 1-38.A method according to any one of claims 39 to 47, wherein use is made of a dredging device according to one of claims 1 to 38. 49. Baggerinrichting voorzien van een of meer Η Η van de in de bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in H de bij gevoegde tekeningen getoonde kenmerkende H maatregelen.49. Dredging device provided with one or more Η Η of the characteristic H measures described in the attached description and / or in H the accompanying attached drawings. 50. Werkwijze omvattend een of meer van de in de H 5 bijgevoegde beschrijving omschreven en/of in de bij -H gevoegde tekeningen getoonde kenmerkende stappen.50. Method comprising one or more of the characterizing steps described in the attached H 5 and / or shown in the attached H-drawings.
NL1022833A 2003-02-20 2003-03-04 Dredging device for dredging soil from earth stratum covered by upper soil layer that has to remain in situ, has pipe set having discharge unit which discharges soil, eroded by water discharged by nozzle, through pipe set NL1022833C2 (en)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1022833A NL1022833C2 (en) 2003-02-20 2003-03-04 Dredging device for dredging soil from earth stratum covered by upper soil layer that has to remain in situ, has pipe set having discharge unit which discharges soil, eroded by water discharged by nozzle, through pipe set
PCT/NL2004/000130 WO2004074586A1 (en) 2003-02-20 2004-02-20 Dredge device and dredge method
EP04713269A EP1597439A1 (en) 2003-02-20 2004-02-20 Dredge device and dredge method

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1022749 2003-02-20
NL1022749 2003-02-20
NL1022833 2003-03-04
NL1022833A NL1022833C2 (en) 2003-02-20 2003-03-04 Dredging device for dredging soil from earth stratum covered by upper soil layer that has to remain in situ, has pipe set having discharge unit which discharges soil, eroded by water discharged by nozzle, through pipe set

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1022833C2 true NL1022833C2 (en) 2004-08-23

Family

ID=33032447

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1022833A NL1022833C2 (en) 2003-02-20 2003-03-04 Dredging device for dredging soil from earth stratum covered by upper soil layer that has to remain in situ, has pipe set having discharge unit which discharges soil, eroded by water discharged by nozzle, through pipe set

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1022833C2 (en)

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB309101A (en) * 1927-12-30 1929-04-02 Alexander George Rotinoff Improved method of and means for dredging, excavating and conveying materials
GB2041039A (en) * 1979-03-16 1980-09-03 Conzinc Riotinto Malaysia Sand Improved Method and Apparatus for Drilling and Mining
DE3125861A1 (en) * 1981-07-01 1983-01-20 Salzgitter Maschinen Und Anlagen Ag, 3320 Salzgitter Drilling apparatus for earth bores
DE19608815C1 (en) * 1996-03-07 1997-10-02 Klemm Ingrid Device for producing sealing floor in ground, used in construction
DE19616751A1 (en) * 1996-04-26 1997-10-30 Klemm Ingrid Counterboring drill
EP0893571A2 (en) * 1997-07-23 1999-01-27 DMT-Gesellschaft für Forschung und Prüfung mbH Device for steering a drill string

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB309101A (en) * 1927-12-30 1929-04-02 Alexander George Rotinoff Improved method of and means for dredging, excavating and conveying materials
GB2041039A (en) * 1979-03-16 1980-09-03 Conzinc Riotinto Malaysia Sand Improved Method and Apparatus for Drilling and Mining
DE3125861A1 (en) * 1981-07-01 1983-01-20 Salzgitter Maschinen Und Anlagen Ag, 3320 Salzgitter Drilling apparatus for earth bores
DE19608815C1 (en) * 1996-03-07 1997-10-02 Klemm Ingrid Device for producing sealing floor in ground, used in construction
DE19616751A1 (en) * 1996-04-26 1997-10-30 Klemm Ingrid Counterboring drill
EP0893571A2 (en) * 1997-07-23 1999-01-27 DMT-Gesellschaft für Forschung und Prüfung mbH Device for steering a drill string

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL9101914A (en) METHOD FOR UNIFORM IMPROVED SOIL BODY FORMATION AND APPARATUS FOR USING THIS METHOD
JP4778921B2 (en) Foundation pile construction equipment
NL1022833C2 (en) Dredging device for dredging soil from earth stratum covered by upper soil layer that has to remain in situ, has pipe set having discharge unit which discharges soil, eroded by water discharged by nozzle, through pipe set
US7032692B2 (en) Drilling device for earth drill
NL1022832C2 (en) Dredging device for dredging soil from earth stratum covered by upper soil layer that has to remain in situ, has pipe set having discharge unit which discharges soil, eroded by water discharged by nozzle, through pipe set
NL1033050C2 (en) Foundation system for forming a foundation pile in the ground.
US4189255A (en) Sea-floor shoring cellar and method of installing same
NO302836B1 (en) Procedure and tools for digging in the seabed
NL8902028A (en) METHOD FOR EXTRACTING AND TRANSPORTING AN UNDERWATER EXTENSIVE LAYER AND DEVICE FOR CARRYING OUT THE METHOD
CN214836364U (en) Tunneling and dumping machine for obstacle clearing of full-rotation casing drill
WO2004074586A1 (en) Dredge device and dredge method
US4571121A (en) Underwater erosion prevention and backfill system with barrier bag installation
JP2000120067A (en) Slime removing device
JPH09264036A (en) Dredging and transporting device
JP4718126B2 (en) Sediment mud recovery device and method
NL1026772C2 (en) Method and device for dredging an intermediate layer.
JPH04135425A (en) Mobile prime mover with tree transplanter and method for transplanting and executing tree
JP7407078B2 (en) How to install wall piles
US563106A (en) Method of and apparatus foe sinkinc caissons fob
JP4331555B2 (en) Dredge apparatus and dredge method
JP4039988B2 (en) Cutter plate of shaft excavator
JP4546665B2 (en) Shaft excavator
JPH09273145A (en) Water depth ground improvement method
JP2005030135A (en) Dredging device and dredging method by use of grab bucket
JP2534625B2 (en) Slime remover

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20071001