NL1022253C2 - Interlining material useful for making or repairing clothing comprises a substrate coated in discrete zones with a mixture of a thermo-expander and two or more polymers with different melting ranges - Google Patents
Interlining material useful for making or repairing clothing comprises a substrate coated in discrete zones with a mixture of a thermo-expander and two or more polymers with different melting ranges Download PDFInfo
- Publication number
- NL1022253C2 NL1022253C2 NL1022253A NL1022253A NL1022253C2 NL 1022253 C2 NL1022253 C2 NL 1022253C2 NL 1022253 A NL1022253 A NL 1022253A NL 1022253 A NL1022253 A NL 1022253A NL 1022253 C2 NL1022253 C2 NL 1022253C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- interlining material
- interlining
- thermo
- expander
- polymers
- Prior art date
Links
Classifications
-
- D—TEXTILES; PAPER
- D06—TREATMENT OF TEXTILES OR THE LIKE; LAUNDERING; FLEXIBLE MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
- D06M—TREATMENT, NOT PROVIDED FOR ELSEWHERE IN CLASS D06, OF FIBRES, THREADS, YARNS, FABRICS, FEATHERS OR FIBROUS GOODS MADE FROM SUCH MATERIALS
- D06M17/00—Producing multi-layer textile fabrics
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A41—WEARING APPAREL
- A41D—OUTERWEAR; PROTECTIVE GARMENTS; ACCESSORIES
- A41D27/00—Details of garments or of their making
- A41D27/02—Linings
- A41D27/06—Stiffening-pieces
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A41—WEARING APPAREL
- A41H—APPLIANCES OR METHODS FOR MAKING CLOTHES, e.g. FOR DRESS-MAKING OR FOR TAILORING, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
- A41H27/00—Mending garments by adhesives or adhesive patches
-
- D—TEXTILES; PAPER
- D06—TREATMENT OF TEXTILES OR THE LIKE; LAUNDERING; FLEXIBLE MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
- D06M—TREATMENT, NOT PROVIDED FOR ELSEWHERE IN CLASS D06, OF FIBRES, THREADS, YARNS, FABRICS, FEATHERS OR FIBROUS GOODS MADE FROM SUCH MATERIALS
- D06M23/00—Treatment of fibres, threads, yarns, fabrics or fibrous goods made from such materials, characterised by the process
- D06M23/12—Processes in which the treating agent is incorporated in microcapsules
-
- D—TEXTILES; PAPER
- D06—TREATMENT OF TEXTILES OR THE LIKE; LAUNDERING; FLEXIBLE MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
- D06M—TREATMENT, NOT PROVIDED FOR ELSEWHERE IN CLASS D06, OF FIBRES, THREADS, YARNS, FABRICS, FEATHERS OR FIBROUS GOODS MADE FROM SUCH MATERIALS
- D06M23/00—Treatment of fibres, threads, yarns, fabrics or fibrous goods made from such materials, characterised by the process
- D06M23/16—Processes for the non-uniform application of treating agents, e.g. one-sided treatment; Differential treatment
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Textile Engineering (AREA)
- Details Of Garments (AREA)
Abstract
Description
HH
H INTERLINING-MATERIAAL OMVATTENDE EEN SUBSTRAAT WAAROPH INTERLINING MATERIAL COMPRISING A SUBSTRATE ON WHICH
IS AANGEBRACHT EEN MENGSEL VAN EEN THERMO-EXPANDER EN TWEEHAS BEEN MADE A MIXTURE OF A THERMO EXPANDER AND TWO
OF MEER POLYMEREN MET ONDERLING VERSCHILLENDEOR MORE POLYMERS WITH DIFFERENT INTERIOR
SMELTTRAJECTEN, WERKWIJZE VOOR HET VERVAARDIGEN VAN HETMELTING PROJECTS, METHOD FOR MANUFACTURING IT
INTERLINING-MATERIAAL, HET VERVAARDIGDE INTERLINING- MATERIAAL EN HET GEBRUIK ERVAN.INTERLINING MATERIAL, THE MANUFACTURED INTERLINING MATERIAL AND ITS USE.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op interlining-materiaal omvattende een substraat waarop in discrete gebieden is aangebracht een mengsel dat omvat een thermo-expander en twee of meer polymeren met onderling H 5 verschillende smelttrajecten, op een werkwijze voor het I vervaardigen van dit materiaal, op het met die werkwijze I verkregen materiaal en op het gebruik ervan.The present invention relates to interlining material comprising a substrate to which discrete areas have been applied, a mixture comprising a thermo-expander and two or more polymers with mutually different melting ranges, to a method for manufacturing this material on the material obtained by that method I and to the use thereof.
I Voor het vervaardigen en repareren van kleding wordt I tegenwoordig veelvuldig gebruik gemaakt van zogenaamd I 10 interlining-materiaal, welke een hechtende eigenschap bezit.For the manufacture and repair of clothing, so-called interlining material is nowadays frequently used, which has an adhesive property.
Interlining-materiaal is materiaal dat wordt gebruikt in met name de kleding-industrie om stoffen aan elkaar te hechten I en vorm en body te geven. Het interlining-materiaal omvat I een substraat. Dit is een materiaal dat geschikt is voor het 15 vervaardigen of repareren van kleding, en waarop een polymeerlaag gebiedsgewijs is aangebracht.Interlining material is material that is used in particular in the clothing industry to attach fabrics to each other and to give shape and body. The interlining material comprises a substrate. This is a material that is suitable for manufacturing or repairing clothing, and on which a polymer layer is applied regionally.
Teneinde bij het vervaardigen of repareren van kleding de bovenstof aan het interlining-materiaal te hechten, wordt het interlining-materiaal aan de zijde waarop 20 de polymeerlaag zich bevindt in contact gebracht met de bovenstof, waarna het geheel wordt verwarmd en aangedrukt. Door het verwarmen smelt de polymeerlaag op het interlining-materiaal en dringt, geholpen door druk (middels drukwalsen I of persplaten), tot in de bovenstof waardoor na afkoelen het I interlining-materiaal en de bovenstof met elkaar zijn I verbonden.In order to adhere the outer fabric to the interlining material when manufacturing or repairing clothing, the interlining material on the side on which the polymer layer is situated is brought into contact with the outer fabric, after which the whole is heated and pressed. As a result of heating, the polymer layer melts on the interlining material and, aided by pressure (by means of pressure rollers I or pressing plates), penetrates into the upper material, so that after cooling the interlining material and the upper material are connected to each other.
Echter bij het verwarmen van het interlining- 5 materiaal en de aan het interlining-materiaal te hechten bovenstof tot een laminaat smelten de gebieden met polymeer I volledig, waardoor er uitvloeiing van de punten plaatsvindt in alle dimensies. Gevolg hiervan is dat; I a) het polymeer uit het interlining materiaal minder goed I 10 met de bovenstof wordt verbonden doordat het vloeibare polymeer minder ver tot in de bovenstof dringt, b) dat het polymeer terug wordt gedrukt door het eigen substraat heen (terugslag), waardoor het laminaat aan de pers blijft plakken; en 15 c) dat als gevolg van zijdelingse uitvloei het aan elkaar verbonden materiaal minder soepel is.However, when heating the interlining material and the supernatant to be adhered to the interlining material into a laminate, the areas with polymer I melt completely, causing point outflow in all dimensions. The result is that; I a) the polymer from the interlining material is less well connected to the upper material because the liquid polymer penetrates less far into the upper material, b) that the polymer is pressed back through its own substrate (recoil), whereby the laminate sticks to the press; and c) that due to lateral outflow the interconnected material is less flexible.
De onderhavige uitvinding poogt deze problemen op te lossen.The present invention seeks to solve these problems.
H Een eerste aspect van de onderhavige uitvinding boven stof betrekking op interlining-materiaal dat een 20 substraat omvat waarop in discrete gebieden is aangebracht een mengsel dat omvat een thermo-expander en twee of meer polymeren met onderling verschillende smelttrajecten.A first aspect of the present invention over substance relates to interlining material which comprises a substrate to which discrete areas are applied, a mixture comprising a thermo-expander and two or more polymers with mutually different melting ranges.
Op het substraat wordt puntsgewijs een dispersie van twee of meer polymeren met verschillende smelttrajecten 25 en een thermo-expander aangebracht. Daarna ontstaat tijdens het verdampen van de vloeistof van de dispersie, bij H voorkeur water, een verhoogd stoftransport van laagsmeltende polymeerdeeltjes naar de buitenrand van de dispersiedruppel. M De hoog-smeltende polymeerdeeltjes komen daardoor aan de 30 binnenkant van de dispersiedruppel, tegen het substraat van het interlining-materiaal te zitten. De laagsmeltende polymeerdeeltjes komen vooral aan de buitenkant van de dispersiedruppel te zitten. Dit proces noemt men thermo- 3 migratie en wordt aanzienlijk verbeterd door een thermo-expander te gebruiken. Een thermo-expander omvat bij voorkeur een micro-kapsel met een polymere schaal met daarin een expandeerbaar fluïdum. Door het gebruik hiervan is bij 5 het lamineren een minder hoge temperatuur nodig om de coatingpunten te smelten en wordt het verkleuren van de aan het interlining-materiaal te hechten stof voorkomen.A dispersion of two or more polymers with different melting ranges and a thermo-expander is applied to the substrate point by point. Thereafter, during the evaporation of the liquid from the dispersion, preferably water, an increased dust transport of low-melting polymer particles to the outer edge of the dispersion drop occurs. The high-melting polymer particles thereby end up on the inside of the dispersion drop against the substrate of the interlining material. The low-melting polymer particles are mainly placed on the outside of the dispersion drop. This process is called thermo-migration and is considerably improved by using a thermo-expander. A thermo-expander preferably comprises a micro-capsule with a polymer shell with an expandable fluid therein. By using this, a lower temperature is required in the case of lamination to melt the coating points and discoloration of the substance to be adhered to the interlining material is prevented.
Verder zorgt de thermo-expander ervoor dat tijdens het drogen van de dispersie een gezwollen en poreuze 10 coatingpunt ontstaat die hoger opstaat. Hierdoor wordt bij het hechten van het interlining-materiaal aan een stof een diepe penetratie verkregen van het polymeer in de stof en ontstaat een betere hechting. Een thermo-expander waarin de polymere schaal van het micro-kapsel methyl(meta)acrylaat 15 en/of acrylonitril omvat heeft de voorkeur. Het fluïdum van de thermo-expander omvat bij voorkeur iso-butaan.Furthermore, the thermo-expander ensures that during the drying of the dispersion a swollen and porous coating point arises that rises higher. As a result, when the interlining material is adhered to a fabric, a deep penetration of the polymer into the fabric is obtained and better adhesion is obtained. A thermal expander in which the polymeric shell of the microcapsule comprises methyl (meta) acrylate and / or acrylonitrile is preferred. The fluid of the thermo-expander preferably comprises iso-butane.
In de onderhavige uitvinding wordt bij voorkeur geweven of non-wovens bestaande uit polyamide, polyester of combinaties daarvan als substraat voor het interlining-20 materiaal gebruikt. Ook kunnen halfbreisels, breisels en weefsels als substraat worden gebruikt.In the present invention, woven or non-woven fabrics consisting of polyamide, polyester or combinations thereof are preferably used as substrate for the interlining material. Half knits, knits and fabrics can also be used as a substrate.
De op het substraat aan te brengen dispersie omvat polymeren met verschillende smelttrajecten. De optimale smelttrajecten van de polymeren zijn echter afhankelijk van 25 het type boven stof en de gewenste eindeigenschappen. Bij voorkeur is de bovengrens van het laagste smelttrajeet hoger dan de ondergrens van het hoogste smelttrajeet. Het geniet nog meer de voorkeur als dan de ondergrens van een laagste smelttraject bij voorkeur 60°C, meer bij voorkeur 70°C, nog 30 meer bij voorkeur 80°C is en de bovengrens van een hoogste smeltraject 170°C, bij voorkeur 150°C, meer bij voorkeur 140°C is.The dispersion to be applied to the substrate comprises polymers with different melting ranges. The optimum melting ranges of the polymers, however, depend on the type above dust and the desired end properties. Preferably, the upper limit of the lowest melting trace is higher than the lower limit of the highest melting trace. It is even more preferable if the lower limit of a lowest melting range is then preferably 60 ° C, more preferably 70 ° C, even more preferably 80 ° C and the upper limit of a highest melting range is 170 ° C, preferably 150 ° C, more preferably 140 ° C.
t022253 H In een vookeursuitvoeringsvorm hebben de polymeren I onderling verschillende melt-flow-indexen. De melt-flow- I index wordt bepaald door een bepaalde hoeveelheid polymeer van een vastgestelde temperatuur in een trechter te 5 plaatsen, waarna de onderkant van de trechter wordt geopend.t022253 H In a preferred embodiment, the polymers I have mutually different melt flow indexes. The melt flow index is determined by placing a certain amount of polymer of a fixed temperature in a funnel, after which the bottom of the funnel is opened.
I De hoeveelheid (massa) polymeer die in een vastgestelde tijd I uit de trechter stroomt wordt uitgedrukt als de melt-flow- index. Bij voorkeur is een ondergrens van de laagste melt- I flow-index (gemeten bij 160°C) 5, meer bij voorkeur 10 en de 10 bovengrens van een hoogste melt-flow-index 170, meer bij voorkeur 150 en is de bovengrens van een laagste melt-flow- H index hoger dan de ondergrens van een hoogste melt-flow- I index. Bij voorkeur is een ondergrens van de laagste melt- I flow index 5, wanneer wordt gemeten bij 190°C en de I 15 bovengrens van een hoogste melt-flow-index 80, bij voorkeur I 70 en is de bovengrens van een laagste melt-flow-index hoger I dan de ondergrens van een hoogste melt-flow-index.I The amount of (mass) of polymer that flows out of the funnel in a determined time I is expressed as the melt-flow index. Preferably a lower limit of the lowest melt flow index (measured at 160 ° C) is 5, more preferably 10 and the upper limit of a highest melt flow index is 170, more preferably 150 and the upper limit is of a lowest melt-flow H index higher than the lower limit of a highest melt-flow I index. Preferably, a lower limit of the lowest melt flow index is 5 when measured at 190 ° C and the upper limit of a highest melt flow index is 80, preferably I 70, and the upper limit is of a lowest melt flow index flow index higher I than the lower limit of a highest melt flow index.
I De afstand tussen de coatingpunten is na het verdampen van I de vloeistof van de dispersie bij voorkeur 300-700μιη en de I 20 coatingpunten hebben dan bij voorkeur een puntdiameter van 220-1070μτη.The distance between the coating points after evaporation of the liquid of the dispersion is preferably 300-700 µm and the coating points then preferably have a point diameter of 220-1070 µm.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding omvat de dispersie van polymeren naast thermo- expander en vloeistof ook een weekmaker, tensiden, anti- 25 schuimmiddel, verdikker en/of polyox.In a preferred embodiment of the present invention, the dispersion of polymers comprises, in addition to thermo-expander and liquid, also a plasticizer, surfactants, anti-foaming agent, thickener and / or polyox.
Een tweede aspect van de onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van interlining-materiaal, omvattende: i) het verschaffen van een dispersie van twee of meer 30 polymeren met verschillende smelttrajecten en een thermo- expander in een vloeistof; I ii) het in discrete gebieden aanbrengen van de dispersie op I een substraat; en I 1022253 5 iii) het verdampen van de vloeistof van de op het substraat aangebrachte dispersie.A second aspect of the present invention relates to a method for manufacturing interlining material, comprising: i) providing a dispersion of two or more polymers with different melting ranges and a thermo-expander in a liquid; Ii) applying the dispersion to a substrate in discrete areas; and iii) evaporating the liquid from the dispersion applied to the substrate.
55
Een derde aspect van de onderhavige uitvinding heeft betrekking op het interlining-materiaal dat wordt verkregen met de genoemde werkwijze.A third aspect of the present invention relates to the interlining material obtained with the said method.
Een vierde aspect van de onderhavige uitvinding 10 heeft betrekking op het gebruik van het genoemde interlining-materiaal bij het vervaardigen en/of repareren van kleding.A fourth aspect of the present invention relates to the use of said interlining material in the manufacture and / or repair of clothing.
Een vijfde aspect van de onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het verbinden van 15 interlining-materiaal met een boven stof, waarbij de discrete gebieden van polymeren tot in de boven stof doordringen en aansmelten aan (en om) het oppervlak van de boven stof. Hierdoor ontstaat na het afkoelen een hechte verbinding.A fifth aspect of the present invention relates to a method for joining interlining material with an upper fabric, wherein the discrete regions of polymers penetrate into the upper fabric and melt on (and around) the surface of the upper fabric . This creates a close connection after cooling.
20 De voorbeelden die worden beschreven dienen slechts ter illustratie en zijn geenszins bedoelt om de uitvinding te beperken.The examples described are for illustrative purposes only and are by no means intended to limit the invention.
25 Voorbeeld 1.Example 1
Bereid wordt een waterige dispersie die omvat een polymeertype 1 (30 gram) met een smelttraject tussen 80°C en 110°C en met een Meltflow-index variërend van 30 tot 150 30 (bepaald bij 160°C) en een polymeertype 2 (30 gram) met een smelttraject tussen 120°C en 140°C en met een Meltf low-index variërend van 10 tot 3 0 (bepaald bij 160°C) . De dispersie omvat ook (0,5 tot 10 gram) thermo-expander.An aqueous dispersion is prepared which comprises a polymer type 1 (30 grams) with a melting range between 80 ° C and 110 ° C and with a Meltflow index ranging from 30 to 150 (determined at 160 ° C) and a polymer type 2 (30 gram) with a melting range between 120 ° C and 140 ° C and with a Meltf low index ranging from 10 to 30 (determined at 160 ° C). The dispersion also includes (0.5 to 10 grams) thermo-expander.
1022253 I Het interlining-materiaal wordt vervolgens vervaardigd door I de waterige dispersie puntsgewijs aan te brengen op een I substraat, waarna het geheel wordt gedroogd en aangegeleerd.1022253 I The interlining material is then prepared by spot-applying the aqueous dispersion to an I substrate, after which the whole is dried and gelled.
I , Bij het aangeleren vindt de thermomigratie van de I 5 polymeertype's plaats Het verkregen interlining-materiaal I wordt gehecht aan zogenaamd popline door het popline en het I interlining-materiaal met elkaar in contact te brengen en I het geheel te verwarmen tot 110°C.I, The thermomigration of the polymer types takes place during learning. The obtained interlining material I is adhered to so-called popline by bringing the popline and the interlining material into contact with each other and heating the whole to 110 ° C. .
De op deze manier vervaardigde stoffen zijn I 10 vervolgens drie maal gewassen op 60°C. Daarna is de mate van I hechting bepaald tussen interlining-laag en het popline door de lagen van elkaar te trekken. Ook is de mate van hechting bepaald van stoffen die zijn vervaardigd met behulp van interlining materiaal waarbij geen thermo-expander is I 15 gebruikt. De resultaten hiervan staan in de onderstaande I tabel 1.The fabrics produced in this way were subsequently washed three times at 60 ° C. The degree of I-adhesion was then determined between the interlining layer and the popline by pulling the layers apart. The degree of adhesion has also been determined for substances that have been manufactured using interlining material in which no thermo-expander has been used. The results of this are in Table I below.
I Tabel 1.Table 1.
Hechting na verwarmen bij 110°C, in N/50 mm 20 Zonder thermo-expander 6,5Adhesion after heating at 110 ° C, in N / 50 mm. Without thermo-expander 6.5
Met thermo-expander 9,5* * Het materiaal scheurt bij deze waarde.With thermo-expander 9.5 * * The material cracks at this value.
De hechting tussen een stof en interlining- H materiaal waarbij gebruik gemaakt wordt van een thermo- I 1022253 7 expander is dus veel beter dan wanneer geen thermo-expander wordt gebruikt.The adhesion between a fabric and interlining H material using a thermo-expander is therefore much better than when no thermo-expander is used.
Voobeeld 2 5Example 2 5
Op dezelfde wijze als beschreven in voorbeeld 1 wordt een waterige dispersie bereid die nu echter omvat een polymeertype 3 (30 gram) welke een smelttraject heeft tussen 100°C en 125°C en met een Meltflow-index variërend van 25 tot 10 45 (bepaald bij 160°C) en een polymeertype 4 (30 gram) die een smelttraject tussen 115°C en 130°C en een Meltflow-index variërend van 30 tot 150 (bepaald bij 160°C) heeft. De dispersie omvat ook (0,5-10 gram) thermo-expander.In the same manner as described in Example 1, an aqueous dispersion is prepared which, however, now comprises a polymer type 3 (30 grams) which has a melting range between 100 ° C and 125 ° C and with a Meltflow index ranging from 25 to 10 45 (determined at 160 ° C) and a polymer type 4 (30 grams) that has a melting range between 115 ° C and 130 ° C and a Meltflow index ranging from 30 to 150 (determined at 160 ° C). The dispersion also includes (0.5-10 grams) thermo-expander.
Het interlining-materiaal wordt vervolgens 15 vervaardigd door de waterige dispersie puntsgewijs aan te brengen op een substraat, waarna het geheel wordt gedroogd. Het verkregen interlining-materiaal wordt gehecht aan zogenaamd PES/Wol (gesiliconiseerd) door het PES/Wol en het interlining-materiaal met elkaar in contact te brengen en 20 het geheel te verwarmen tot 120°C.The interlining material is then manufactured by point-wise applying the aqueous dispersion to a substrate, after which the whole is dried. The resulting interlining material is attached to so-called PES / Wool (siliconeised) by bringing the PES / Wool and the interlining material into contact with each other and heating the whole to 120 ° C.
De op deze manier vervaardigde stoffen zijn vervolgens drie maal gewassen op 60°C. Daarna is op dezelfde manier als in voorbeeld 1 de mate van hechting bepaald tussen interlining-laag en het PES/Wol. Ook is de mate van 25 hechting bepaald van stoffen die zijn vervaardigd uit PES/wol en interlining materiaal waarbij geen thermo-expander is gebruikt. De resultaten hiervan staan in de onderstaande tabel.The fabrics produced in this way are then washed three times at 60 ° C. Then, in the same way as in Example 1, the degree of adhesion was determined between the interlining layer and the PES / Wool. The degree of adhesion of fabrics made from PES / wool and interlining material in which no thermo-expander has been used has also been determined. The results are shown in the table below.
30 Tabel 2.Table 2.
Hechting na verwarmen bij 120°C, in N/50 mm 1 022253 H Zonder thermo-expander 5 H Met thermo-expander 8 H Ook hier is de hechting tussen een stof en interlining-materiaal waarbij gebruik gemaakt wordt van een I thermo-expander veel beter dan wanneer geen thermo-expander I 10 wordt gebruikt.Adhesion after heating at 120 ° C, in N / 50 mm 1 022253 H Without thermo-expander 5 H With thermo-expander 8 H Here too the adhesion between a substance and interlining material is made using an I-thermo-expander much better than when no thermo-expander I 10 is used.
Voorbeeld 3 I Op dezelfde wijze als beschreven in voorbeeld 1 en 15 2 wordt een waterige dispersie bereid die nu echter omvat I een polymeertype 5 (30 gram) welke een smelttraject heeft I tussen 110°C en 123°C en met een Meltflow-index variërend van I 37 tot 70 (bepaald bij 190°C) en een polymeertype 6 (30 gram) I die een smelttraject tussen 120°C en 138°C en een Meltflow- I 20 index variërend van 6 tot 20 (bepaald bij 190°C) heeft. De dispersie omvat ook (0,5-10 gram) thermo-expander.Example 3 In the same way as described in examples 1 and 2, an aqueous dispersion is prepared which, however, now comprises a polymer type 5 (30 grams) which has a melting range I between 110 ° C and 123 ° C and with a Meltflow index ranging from I 37 to 70 (determined at 190 ° C) and a polymer type 6 (30 grams) I which has a melting range between 120 ° C and 138 ° C and a Meltflow I index ranging from 6 to 20 (determined at 190 ° C) C). The dispersion also includes (0.5-10 grams) thermo-expander.
I Het interlining-materiaal wordt vervolgens vervaardigd door de waterige dispersie puntsgewijs aan te I brengen op een substraat, waarna het geheel wordt gedroogd.The interlining material is then prepared by point-wise applying the aqueous dispersion to a substrate, after which the whole is dried.
I 25 Het verkregen interlining-materiaal wordt gehecht aan I popline door het popline en het interlining-materiaal met I elkaar in contact te brengen en het geheel te verwarmen tot I 130°C.The resulting interlining material is adhered to I popline by bringing the popline and the interlining material into contact with each other and heating the whole to I 130 ° C.
I De op deze manier vervaardigde stoffen zijn vervolgens drie 30 maal gewassen op 60°C. Daarna is op dezelfde manier als in I 1022253 9 voorbeeld 1 de mate van hechting bepaald tussen interlining-laag en het popline. Ook is de mate van hechting bepaald van stoffen die zijn vervaardigd uit popline en interlining materiaal waarbij geen thermo-expander is gebruikt. De 5 resultaten hiervan staan in de onderstaande tabel.The fabrics produced in this way were subsequently washed three times at 60 ° C. Then, in the same way as in Example 1, the degree of adhesion was determined between the interlining layer and the popline. The degree of adhesion of fabrics made from popline and interlining material where no thermo-expander has been used has also been determined. The 5 results are shown in the table below.
1010
Tabel 3.Table 3.
Hechting na verwarmen bij 130°C, in N/50 mmAdhesion after heating at 130 ° C, in N / 50 mm
Zonder thermo-expander 6,5 15 Met thermo-expander 9,5* * Het materiaal scheurt bij deze waarde.Without thermo-expander 6.5 15 With thermo-expander 9.5 * * The material tears at this value.
2020
Wederom is de hechting tussen een stof en interlining-materiaal waarbij gebruik gemaakt wordt van een thermo-expander veel beter dan wanneer geen thermo-expander wordt gebruikt. Tevens is vastgesteld, dat de terugslag bij 25 het gebruik van een thermo-expander 40 tot 60% lager is dan wanneer geen thermo-expander wordt gebruikt.Again, the adhesion between a fabric and interlining material using a thermo-expander is much better than when no thermo-expander is used. It has also been established that the recoil when a thermo-expander is used is 40 to 60% lower than when no thermo-expander is used.
10222531022253
Claims (16)
Priority Applications (1)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| NL1022253A NL1022253C2 (en) | 2002-12-23 | 2002-12-23 | Interlining material useful for making or repairing clothing comprises a substrate coated in discrete zones with a mixture of a thermo-expander and two or more polymers with different melting ranges |
Applications Claiming Priority (2)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| NL1022253 | 2002-12-23 | ||
| NL1022253A NL1022253C2 (en) | 2002-12-23 | 2002-12-23 | Interlining material useful for making or repairing clothing comprises a substrate coated in discrete zones with a mixture of a thermo-expander and two or more polymers with different melting ranges |
Publications (1)
| Publication Number | Publication Date |
|---|---|
| NL1022253C2 true NL1022253C2 (en) | 2004-06-25 |
Family
ID=32867030
Family Applications (1)
| Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
|---|---|---|---|
| NL1022253A NL1022253C2 (en) | 2002-12-23 | 2002-12-23 | Interlining material useful for making or repairing clothing comprises a substrate coated in discrete zones with a mixture of a thermo-expander and two or more polymers with different melting ranges |
Country Status (1)
| Country | Link |
|---|---|
| NL (1) | NL1022253C2 (en) |
Citations (3)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| JPH01104634A (en) * | 1987-10-16 | 1989-04-21 | Dai Ichi Kogyo Seiyaku Co Ltd | Production of polyurethane foam |
| EP0549392A1 (en) * | 1991-12-20 | 1993-06-30 | Lainiere De Picardie | Fusible interlining for stiffening and the method for its manufacture |
| US20020042455A1 (en) * | 2000-10-11 | 2002-04-11 | Degussa Ag | Crosslinking base layer for fixing interlinings according to double dot and paste process |
-
2002
- 2002-12-23 NL NL1022253A patent/NL1022253C2/en not_active IP Right Cessation
Patent Citations (3)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| JPH01104634A (en) * | 1987-10-16 | 1989-04-21 | Dai Ichi Kogyo Seiyaku Co Ltd | Production of polyurethane foam |
| EP0549392A1 (en) * | 1991-12-20 | 1993-06-30 | Lainiere De Picardie | Fusible interlining for stiffening and the method for its manufacture |
| US20020042455A1 (en) * | 2000-10-11 | 2002-04-11 | Degussa Ag | Crosslinking base layer for fixing interlinings according to double dot and paste process |
Non-Patent Citations (1)
| Title |
|---|
| PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 013, no. 326 (C - 620) 24 July 1989 (1989-07-24) * |
Similar Documents
| Publication | Publication Date | Title |
|---|---|---|
| US4898633A (en) | Article containing microencapsulated materials | |
| US7402222B2 (en) | Flocked transfer and article of manufacture including the flocked transfer | |
| EP0515045B1 (en) | Process for manufacturing a self-supporting filter unit and self-supporting filter unit | |
| CN102015260A (en) | Method of tape laying of thermoplastic composite materials | |
| EP1351779B1 (en) | Flocked transfer and article of manufacture including the application of the transfer by thermoplastic polymer film | |
| CN101484900A (en) | Method for building three-dimensional objects containing metal parts | |
| JP5060613B2 (en) | Method for forming vehicle interior member | |
| JP2001525268A (en) | Metal fiber mat / polymer composite | |
| CZ293807B6 (en) | Method of making a material having a substance protected from inadvertent contact with an external surface | |
| CN102282016A (en) | Thermally fusible interlining nonwoven and production and use thereof | |
| KR20010039568A (en) | A method for the production of a fixable monolayer | |
| JP2012046865A (en) | Fabric material for marking | |
| NL1022253C2 (en) | Interlining material useful for making or repairing clothing comprises a substrate coated in discrete zones with a mixture of a thermo-expander and two or more polymers with different melting ranges | |
| EP0792591A1 (en) | Thermobonded lining material and method for its manufacture | |
| CN105745058A (en) | Method for joining fibre-reinforced plastic material | |
| JP4785419B2 (en) | How to make an ironing interlining | |
| US20180023215A1 (en) | Adhering Nanofibers to Polymeric Media Using a High Temperature Singe | |
| JP3217128U (en) | Silicon alignment sheet that can be applied to objects | |
| CA2946094A1 (en) | Process and method for fabricating wearable and flexible microfluidic devices and systems | |
| JP2006322129A (en) | Cloth material for mark | |
| KR100393665B1 (en) | Thin film having a reactive adhesive interrupted on the surface thereof and process for preparing the thin film, and laminate thereof and prpcess for preparing the laminate | |
| JP2010018928A (en) | Nonwoven fabric for heat molding and heat molding method using the same | |
| KR20190108910A (en) | Temperature-induced materials having polyethylene glycol PCM property and a method of preparing the same | |
| JP2004100050A (en) | Mark comprising adhesive layer of two-layer structure arranged therein | |
| TW201240806A (en) | Composite material and method for preparing the same |
Legal Events
| Date | Code | Title | Description |
|---|---|---|---|
| PD2B | A search report has been drawn up | ||
| VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20080701 |