NL1021527C2 - Evacuatie-inrichting. - Google Patents

Description

'·

Evacuatie-inrichting.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een evacuatie-inrichting voor een al of niet geforceerde afzuiging van een al of niet besloten ruimte omvattende een 5 buitenmantel welke een langgerekt evacuatiekanaal omsluit.

Een dergelijke evacuatiekanaal vindt met name toepassing bij bakovens en andere bereidingsapparatuur van keukens van horeca-gelegenheden en instellingen. Uit oogpunt van een bescherming van het milieu en op grond van hinderwetcriteria worden in 10 toenemende mate stringente eisen gesteld aan de uitstoot van gassen, met name waar het bedrijfsmatige toepassingen betreft. Voor de afzuiging van bereidingsapparatuur in keukens van horeca-gelegenheden en instellingen is dat niet anders. Met name binnen een bebouwde kom wordt aan het evacuatiekanaal van een keuken een zekere minimale hoogte opgelegd om de directe (woon)omgeving zoveel mogelijk te vrijwaren van kook-15 en bakgeuren. Gewoonlijk neemt men daarvoor de toevlucht tot een vast rookkanaal van de voorgeschreven lengte dat dan op een dak of langs een wand van de gelegenheid wordt opgesteld. Voor mobiele, al dan niet tijdelijke keukeninrichtingen zoals bijvoorbeeld frituur- en viskramen is dit evenwel vaak niet mogelijk. De noodzakelijke mobiliteit van dergelijke kramen verzet zich tegen een vaste schoorsteen met een 20 uitlaathoogte boven een minimale doorlaatopening van viaducten en dergelijke en ook de noodzakelijke verankering of schoring om de schoorsteen ook bij storm, harde wind en tijdens vervoer te zekeren vormt niet zelden een probleem.

Met de onderhavige uitvinding wordt ondermeer beoogd in een evacuatie-inrichting van 25 de in de aanhef genoemde soort te voorzien die met name ook bij een mobiele, al dan niet tijdelijke inrichting kan worden toegepast.

Om het beoogde doel te bereiken heeft een evacuatie-inrichting van de in de aanheft genoemde soort volgens de uitvinding als kenmerk dat de buitenmantel een inflateerbaar 30 lichaam omvat en dat het inflateerbare lichaam in staat en ingericht is om vanuit een relatief compacte eerste toestand bij inflatie een in althans een langsrichting van het evacuatiekanaal uitgestrekte tweede toestand aan te nemen. De uitvinding berust daarbij op het inzicht dat een dergelijke inflateerbaar lichaam in compacte vorm slechts een 1021527* -2- geringe hoogte heeft mar tot een lengte van vele meters kan worden opgepompt om alsdan een afgasuitlaat op een afdoende hoogte te bieden. In de lege. althans niet geïnflateerde toestand biedt de evacuatie-inrichting aldus niet of nauwelijks een belemmering voor een eventueel gewenste mobiliteit van de daarmee uitgeruste 5 gelegenheid. Met name dankzij de intrinsieke flexibiliteit van het inflateerbare lichaam blijkt een dergelijke inrichting zelfs harde wind te kunnen weerstaan.

Idealiter wordt gebruik gemaakt van een inflateerbaar lichaam dat volledig luchtdicht is en daardoor, na te zijn geïnflateerd, zijn uitgestrekte toestand bewaart. In de praktijk 10 blijkt een zekere lek evenwel onvermijdelijk met name op naden en als gevolg van een zekere permeabiliteit van het voor het lichaam gebruikte materiaal. Om niettemin de uitgestrekte toestand van het lichaam te verzekeren, is een voorkeursuitvoeringsvorm van de evacuatie-inrichting volgens de uitvinding gekenmerkt doordat het inflateerbare lichaam, althans tijdens bedrijf, in permanente open communicatie verkeert met 15 inflatiemiddelen om een geïnflateerde toestand te handhaven. De inflatie-middelen in de vorm van bijvoorbeeld een pomp of een drukvat houden de buitenmantel steeds op voldoende druk om de gewenste, geïnflateerde toestand te handhaven.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de evacuatie-inrichting volgens de 20 uitvinding gekenmerkt doordat het inflateerbare lichaam een flexibele buitenwand omvat die een holte insluit en dat in de holte een aantal flexibele lamellen is aangebracht die zich, althans in de uitgestrekte toestand, in een langsrichting van het lichaam uitstrekken. De lamellen bieden het eenmaal geïnflateerde lichaam meer sterkte en dwarsstabiliteit wat de windbestendigheid van het geheel ten goede komt.

25

Veelal zullen in de afgassen van bereidingsapparatuur vetten, oliën en andere bij de bereiding vrijgekomen bestanddelen aanwezig zijn die zich in het evacuatiekanaal kunnen afzetten. Met name een onregelmatig, niet volledig glad wandoppervlak is hiervoor gevoelig. Om de binnenwand van het evacuatiekanaal in het inflateerbare 30 lichaam hiertegen te beschermen en onderhoud aan de inrichting tot een minimum te beperken heeft een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de evacuatie-inrichting 1021527· "Λ Ο- volgens de uitvinding als kenmerk dat het inflateerbare lichaam een uitneembare binnenmantel omvat die de buitenmantel van het evacuatiekanaal scheidt. De binnenmantel kan in dit geval worden uitgenomen om afzonderlijk te worden gereinigd of eenvoudigweg te worden vervangen, terwijl dankzij de aanwezigheid daarvan het 5 inflateerbare lichaam schoon blijft.

De toepassing van een inflateerbaar lichaam in een evacuatie-inrichting biedt tevens niet eerder vertoonde mogelijkheden vanuit promotioneel en wervend oogpunt. Daartoe heeft een bijzondere uitvoeringsvorm van de evacuatie-inrichting volgens de uitvinding 10 als kenmerk dat het inflateerbare lichaam is ingericht om in uitgestrekte toestand een beeldende vorm aan te nemen. De beeldende vorm kan bijvoorbeeld een uitvergroting zijn van de vorm van een frisjdrankfles of andere waar die wordt aangeboden of meer in het algemeen een al of niet artistieke reclame-uiting zijn.

15 Hoewel vele materialen zich lenen voor vervaardiging van de evacuatie-inrichting volgens de uitvinding heeft een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de evacuatie-inrichting volgens de uitvinding als kenmerk dat de buitenmantel uit een, bij voorkeur althans in belangrijke mate UV-bestendige, kunststoffolie is gevormd. Dankzij de relatief gemakkelijke verwerkbaarheid, goede beschikbaarheid en het luchtdichte 20 karakter van vele kunststoffolies is een grote verscheidenheid aan evacuatie-inrichtingen binnen het kader van de onderhavige uitvinding op basis daarvan realiseerbaar. Doordat een dergelijke evacuatie-inrichting veelal buiten zal worden toegepast en dan gewoonlijk bloot zal staan aan de inwerking van zonlicht, en meer in het bijzonder de daarin aanwezige UV-straling, wordt bij voorkeur uitgegaan van een UV-bestendige 25 kunststof of een kunststof waaraan een zogenaamde UV-blocker of een UV-filter is toegevoegd om degradatie onder invloed van UV-straling tegen te gaan.

Vanuit praktisch oogpunt verdient een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de evacuatie-inrichting volgens de uitvinding aanbeveling, welke verdere 30 voorkeursuitvoeringsvorm is gekenmerkt doordat aansluitmiddelen zijn voorzien voor althans nagenoeg gasdichte aansluiting van het evacuatiekanaal op een afgasuitlaat van 1021527« -4- de ruimte. In dit geval kan de evacuatie-inrichting volgens de uitvinding gebruikmakend van standaard aansluitingstechnieken achter een bestaande afgasuitlaat van een ruimte worden geïnstalleerd en behoeft de bestaande situatie niet of nauwelijks te worden aangepast. De installatietijd van een evacuatie-inrichting volgens de uitvinding kan zelfs 5 drastisch worden beperkt met een verdere voorkeursvorm daarvan welke is gekenmerkt doordat het geheel, althans grotendeels, is opgenomen in een gemeenschappelijke behuizing welke in staat en ingericht is om de buitenmantel, in de relatief compacte eerste toestand te omsluiten en in de geïnflateerde, tweede toestand te laten uittreden. In dit geval is de evacuatie-inrichting volgens de uitvinding geheel, althans grotendeels 10 besloten in een houder, bijvoorbeeld een kist of doos, die achter een bestaande afzuiginstallatie kan worden geplaatst. Slechts de aansluiting tussen beiden behoeft te worden gerealiseerd tezamen met een eventuele voeding van de inflatiemiddelen indien deze zich eveneens in de behuizing bevinden.

15 Ten behoeve van een verhoogde stabiliteit bij sterke wind, storm en andere zijdelingse krachtinwerkingen heeft een verdere uitvoeringsvorm van de evacuatie-inrichting volgens de uitvinding als kenmerk dat aan een buitenzijde van de buitenmantel een aantal bevestigingsorganen voor schoorlijnen is voorzien. Door aldus de evacuatie-inrichting met schoorlijnen aan geschikte vaste punten te bevestigen, is deze ook bij 20 storm en dergelijke gezekerd.

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld en een bijbehorende tekening. In de tekening toont: figuur 1 in dwarsdoorsnede een uitvoeringsvorm van een evacuatie-inrichting 25 volgens de uitvinding in compacte, niet-geïnflateerde toestand; figuur 2 in dwarsdoorsnede de evacuatie-inrichting van figuur 1 in geïnflateerde toestand; en figuur 3 een dwarsdoorsnede volgens de lijn ΙΠ-ΠΙ in figuur 2 van de daarin getoonde inrichting.

30 De figuren zijn overigens zuiver schematisch en niet op schaal getekend. Met name kunnen, terwille van de duidelijkheid, sommige dimensies in meer of minder mate 1021527« -5- overdreven zijn weergeven. Overeenkomstige delen zijn in de figuren zoveel mogelijk met eenzelfde vervvijzingscijfer aangeduid.

De evacuatie-inrichting van figuur 1 is geheel opgenomen in een omsluitende behuizing 5 1, die hier gevormd wordt door een degelijke, uit roestvast staal vervaardigde kist die aan een bovenzijde door twee scharnierende dekseldelen 2 kan worden afgesloten. Het geheel is daarbij geheel spatwaterdicht uitgevoerd. Voor het lozen van eventueel niettemin binnentredend vocht kunnen in of nabij een bodem 3, hier niet nader getoonde, drainageopeningen worden voorzien.

10

In de kist 1 bevindt zich een buitenmantel 5 van de evacuatie-inrichting. De buitenmantel heeft een diameter van de orde van grootte van circa 1000 mm en is flexibel en inflateerbaar uitgevoerd. In het midden omsluit de buitenmantel een evacuatiekanaal 60 met een diameter van de orde van 250 mm. In dit voorbeeld wordt 15 voor de inflateerbare buitenmantel 5 een circa 4 mm dikke polyvinylchloride-folie toegepast waaraan speciale UV-blockers zijn toegevoegd om de UV-bestendigheid te verhogen. Binnen het kader van de uitvinding zijn echter vele andere kunststoffen en andere materialen voor de buitenmantel en overige delen van de inrichting toepasbaar.

Al naar gelang de gewenste opvoerhoogte wordt de buitenmantel met meer of minder 20 inflateerbare segmenten 51 uitgevoerd. Deze segmenten hebben in hun niet- geïnflateerde toestand nauwelijks een dikte, maar kunnen worden opgepompt tot ieder een hoogte van de orde van grootte van circa 20-30 cm. Afhankelijk van de gewenste vormgeving en maximale belastbaarheid kan onder omstandigheden overigens eventueel ook van een niet gesegmenteerd lichaam worden uitgegaan.

25

In dit voorbeeld omvat de inrichting circa 50 van dergelijke segmenten, gestapeld op elkaar, waardoor een totale hoogte van de orde van 10-15 meter kan worden bereikt. De buitenmantel 5 heeft daarbij een doorsnede van circa 55 centimeter en laat een centraal evacuatiekanaal 60 vrij met een diameter van 250 mm. Om de binnenwand van de 30 buitenmantel 5 tegen vuil een aanslag van via het evacuatiekanaal afgezogen bestanddelen te beschermen is in het evacuatiekanaal 60 een uitneembare binnenmantel *021527* υι upgcuuiiicu. uanKLij ucic aiiuuuciujNc uimiciuiiumci ui uiiju uc uuiiciuuamci schoon en kan het noodzakelijke onderhoud aan de inrichting tot een minimum worden beperkt. Periodiek wordt de binnenmantel eenvoudigweg uitgenomen om te worden vervangen door een nieuw dan wel gerecycleerd exemplaar.

5

De buitenmantel 5 van de evacuatie-inrichting is aan de basis aangesloten op een starre buis 6 die buiten de kist 1 treedt om aldus aansluitmiddelen te verschaffen voor een bestande afgasuitlaat van een op de evacuatie-inrichting aan te sluiten ruimte. Hiertoe heeft de buis 6 een standaard buitendiameter van 250 mm zodat gebruikmakend van 10 standaard installatiemateriaal een althans nagenoeg gasdichte verbinding kan worden gerealiseerd.

In de kist bevinden zich voorts inflatiemiddelen 7 in de vorm van een compressor of pomp die in open communicatie staat met het inwendige van het inflateerbare lichaam 15 dat hier de buitenmantel 5 van de evacuatie-inrichting vormt. Met de pomp 7 kan lucht in de buitenmantel 5 worden gepompt om deze aldus te inflateren. De buitenmantel 5 zal hierdoor vanuit de relatief compacte, in figuur 1 getoonde, toestand zich oprichten om de in figuur 2 getoonde, uitgestrekte toestand aan te nemen. De pomp 7 blijft permanent aangesloten om de buitenmantel 5 in deze toestand op druk te houden 20 ondanks een eventuele aanwezigheid van kleine lekkages daarin. In de geïnflateerde, uitgestrekte toestand van figuur 2 toomt de evacuatie-inrichting circa 5-10 meter omhoog zodat op die hoogte boven de installatie-hoogte van de inrichting een afgasuitlaat 65 wordt geboden. Al naar gelang de lokale voorschriften kan de maximale hoogte van de inrichting daarbij groter of kleiner worden genomen.

25

Om de inrichting ook in het geval van storm en harde wind standvastig in opgerichte toestand te houden, is aan de buitenmantel een aantal bevestigingsogen 55 voor schoorlijnen 7 voorzien, waarmee het geheel desgewenst aan een aantal vaste punten kan worden vastgezet. Aan de stabiliteit van de inrichting dragen verder verticale 30 lamellen 52 bij die, zie figuur 3, in de langsrichting van de buitenmantel 5 daarin zijn aangebracht. Deze lamellen 52 verdelen de buitenmantel 5 aldus in een aantal verticale 1021527· -7- luchtkamers 53 die, in geïnflateerde toestand, als het ware verticale kokers vormen om meer stevigheid te bieden.

Hoewel de uitvinding hiervoor aan de hand van slechts een enkel voorbeeld nader werd 5 toegelicht moge het duidelijk zijn dat de uitvinding geenszins tot het gegeven voorbeeld is beperkt. Integendeel zijn binnen het kader van de uitvinding voor een gemiddelde vakman nog vele variaties en verschijningsvormen mogelijk. Zo is in het voorbeeld uitgegaan van een bijzonder doelmatig vormgegeven buitenmantel, voornamelijk afgestemd op de eisen die daaraan vanuit technisch en mechanisch oogpunt worden 10 gesteld. In plaats daarvan kan evenwel ook worden uitgegaan van een buitenmantel die in geïnflateerde toestand een beeldende vorm aanneemt, zoals bijvoorbeeld een uitvergroting van een (fris)drankfles of een gerecht dat in de daarmee uitgeruste horeca-voorziening wordt geserveerd. Ook kan van een zuiver artistieke vormgeving worden uitgegaan om de aandacht van het publiek te trekken. Behalve een wervende en 15 promotionele functie kan aldus ook een reclamefunctie door de inrichting worden vervuld op grond, al of niet voor het eigen etablissement dat daarmee is uitgerust om desgewenst reclame-inkomsten te verwerven. Afhankelijk van de gekozen vormgeving kunnen in het lichaam op kritieke plaatsen tussenschotten worden toegepast om de vereiste vormvastheid en belastbaarheid te bereiken.

20

In het voorbeeld is met voordeel uitgegaan van een evacuatie-inrichting die geheel compleet in een eigen behuizing is opgenomen en zich aldus als geheel laat aanbieden en installeren, In plaats daarvan kan de inrichting met inflateerbare buitenmantel ook los worden geleverd en in een bestaande situatie worden geïncorporeerd.

1021527*

Claims (9)

1. Evacuatie-inrichting voor een al of niet geforceerde afzuiging van een al of niet besloten ruimte omvattende een buitenmantel welke een langgerekt evacuatiekanaal 5 omsluit met het kenmerk dat de buitenmantel een inflateerbaar lichaam omvat en dat het inflateerbare lichaam in staat en ingericht is om vanuit een relatief compacte eerste toestand bij inflatie een in althans een langsrichting van het evacuatiekanaal uitgestrekte tweede toestand aan te nemen.

2. Evacuatie-inrichting volgens conclusie 1 met het kenmerk dat het inflateerbare lichaam, althans tijdens bedrijf, in permanente open communicatie verkeert met inflatiemiddelen om een geïnflateerde toestand te handhaven.

3. Evacuatie-inrichting volgens conclusie 1 of 2 met het kenmerk dat het 15 inflateerbare lichaam een flexibele buitenwand omvat die een holte insluit en dat in de holte een aantal flexibele lamellen is aangebracht die zich, althans in de uitgestrekte toestand, in een langsrichting van het lichaam uitstrekken.

4. Evacuatie-inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies met het 20 kenmerk dat het inflateerbare lichaam een uitneembare binnenmantel omvat die de buitenmantel van het evacuatiekanaal scheidt.

5. Evacuatie-inrichting volgens een of meer der voorgaande conclusies met het kenmerk dat het inflateerbare lichaam is ingericht om in uitgestrekte toestand een 25 beeldende vorm aan te nemen.

6. Evacuatie-inrichting volgens een of meer der voorgaande conclusies met het kenmerk dat de buitenmantel uit een, bij voorkeur althans in belangrijke mate UV-bestendige, kunststoffolie is gevormd. 30 1Ό81527· -9-

7. Evacuatie-inrichting volgens een of meer der voorgaande conclusies met het kenmerk dat aansluitmiddelen zijn voorzien voor althans nagenoeg gasdichte aansluiting van het evacuatiekanaal op een afgasuitlaat van de ruimte.

8. Evacuatie-inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies met het kenmerk dat het geheel, althans grotendeels, is opgenomen in een gemeenschappelijke behuizing welke in staat en ingericht is om de buitenmantel, in de relatief compacte eerste toestand te omsluiten en in de geïnflateerde, tweede toestand te laten uittreden.

9. Evacuatie-inrichting volgens één of meer der voorgaande conclusies met het kenmerk dat aan een buitenzijde van de buitenmantel een aantal bevestigingsorganen voor schoorlijnen is voorzien. 1021527«