NL1019824C1 - Aandrijving voor het aandrijven van een aandrijfas. - Google Patents

Aandrijving voor het aandrijven van een aandrijfas. Download PDF

Info

Publication number
NL1019824C1
NL1019824C1 NL1019824A NL1019824A NL1019824C1 NL 1019824 C1 NL1019824 C1 NL 1019824C1 NL 1019824 A NL1019824 A NL 1019824A NL 1019824 A NL1019824 A NL 1019824A NL 1019824 C1 NL1019824 C1 NL 1019824C1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
drive
gear
drive shaft
cord
freewheel
Prior art date
Application number
NL1019824A
Other languages
English (en)
Inventor
Lambertus Reijnen
Original Assignee
Lambertus Reijnen
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Lambertus Reijnen filed Critical Lambertus Reijnen
Priority to NL1019824A priority Critical patent/NL1019824C1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1019824C1 publication Critical patent/NL1019824C1/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16HGEARING
    • F16H31/00Other gearings with freewheeling members or other intermittently driving members
    • F16H31/001Mechanisms with freewheeling members
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F03MACHINES OR ENGINES FOR LIQUIDS; WIND, SPRING, OR WEIGHT MOTORS; PRODUCING MECHANICAL POWER OR A REACTIVE PROPULSIVE THRUST, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • F03BMACHINES OR ENGINES FOR LIQUIDS
    • F03B13/00Adaptations of machines or engines for special use; Combinations of machines or engines with driving or driven apparatus; Power stations or aggregates
    • F03B13/12Adaptations of machines or engines for special use; Combinations of machines or engines with driving or driven apparatus; Power stations or aggregates characterised by using wave or tide energy
    • F03B13/14Adaptations of machines or engines for special use; Combinations of machines or engines with driving or driven apparatus; Power stations or aggregates characterised by using wave or tide energy using wave energy
    • F03B13/16Adaptations of machines or engines for special use; Combinations of machines or engines with driving or driven apparatus; Power stations or aggregates characterised by using wave or tide energy using wave energy using the relative movement between a wave-operated member, i.e. a "wom" and another member, i.e. a reaction member or "rem"
    • F03B13/18Adaptations of machines or engines for special use; Combinations of machines or engines with driving or driven apparatus; Power stations or aggregates characterised by using wave or tide energy using wave energy using the relative movement between a wave-operated member, i.e. a "wom" and another member, i.e. a reaction member or "rem" where the other member, i.e. rem is fixed, at least at one point, with respect to the sea bed or shore
    • F03B13/1805Adaptations of machines or engines for special use; Combinations of machines or engines with driving or driven apparatus; Power stations or aggregates characterised by using wave or tide energy using wave energy using the relative movement between a wave-operated member, i.e. a "wom" and another member, i.e. a reaction member or "rem" where the other member, i.e. rem is fixed, at least at one point, with respect to the sea bed or shore and the wom is hinged to the rem
    • F03B13/181Adaptations of machines or engines for special use; Combinations of machines or engines with driving or driven apparatus; Power stations or aggregates characterised by using wave or tide energy using wave energy using the relative movement between a wave-operated member, i.e. a "wom" and another member, i.e. a reaction member or "rem" where the other member, i.e. rem is fixed, at least at one point, with respect to the sea bed or shore and the wom is hinged to the rem for limited rotation
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16HGEARING
    • F16H19/00Gearings comprising essentially only toothed gears or friction members and not capable of conveying indefinitely-continuing rotary motion
    • F16H19/02Gearings comprising essentially only toothed gears or friction members and not capable of conveying indefinitely-continuing rotary motion for interconverting rotary or oscillating motion and reciprocating motion
    • F16H19/06Gearings comprising essentially only toothed gears or friction members and not capable of conveying indefinitely-continuing rotary motion for interconverting rotary or oscillating motion and reciprocating motion comprising flexible members, e.g. an endless flexible member
    • F16H19/0622Gearings comprising essentially only toothed gears or friction members and not capable of conveying indefinitely-continuing rotary motion for interconverting rotary or oscillating motion and reciprocating motion comprising flexible members, e.g. an endless flexible member for converting reciprocating movement into oscillating movement and vice versa, the reciprocating movement is perpendicular to the axis of oscillation
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02EREDUCTION OF GREENHOUSE GAS [GHG] EMISSIONS, RELATED TO ENERGY GENERATION, TRANSMISSION OR DISTRIBUTION
    • Y02E10/00Energy generation through renewable energy sources
    • Y02E10/30Energy from the sea, e.g. using wave energy or salinity gradient

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Other Liquid Machine Or Engine Such As Wave Power Use (AREA)

Description

AANDRIJVING VOOR HET AANDRIJVEN VAN EEN AANDRIJFAS
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op I
een aandrijving en werkwijze voor het aandrijven van een I
aandrijfas. Tevens heeft de uitvinding betrekking op een
inrichting voor het met de roteerbare aandrijfas winnen H
5 van elektrische energie uit golfslag van water. H
Toestellen voor het handmatig laten roteren van H
een aandrijfas zijn alom bekend. Er zijn toestellen I
bekend voor het in een bepaalde richting laten roteren I
van de aandrijfas waarbij in een trek- of duwbeweging, de I
10 aandrijfslag, een aandrijfkracht op de aandrijfas wordt I
overgedragen, terwijl in een tegenovergestelde beweging, H
de loze ophaalslag, geen aandrijfkracht op de as wordt I
uitgeoefend. H
De bekende toestellen hebben het bezwaar dat H
15 gedurende ten minste de helft van de tijd geen kracht op H
de aandrijfas wordt uitgeoefend, waardoor er weinig H
vermogen op de aandrijfas kan worden overgebracht. Boven- H
dien gaat gedurende de loze ophaalslag veel energie H
verloren. H
20 Het is een doel van de onderhavige uitvinding H
deze bezwaren te ondervangen. H
Dit doel wordt volgens een eerste aspect van de H
onderhavige uitvinding bereikt in een aandrijving voor H
het aandrijven van een roteerbare aandrijfas, omvattende: H
25 - een van een tandwiel voorzien eerste haspel- H
orgaan waarop een eerste aandrijfkoord op- en afrolbaar H
is alsmede een van een tandwiel voorzien tweede haspelor- H
gaan waarop een tweede aandrijfkoord op- en afrolbaar is; H
- een eerste vrijlooptandwiel dat tussen het H
30 eerste en tweede tandwiel gerangschikt is om op een H
eerste positie op beide tandwielen aan te grijpen; H
O 9 I - een tweede vrij looptandwiel dat tussen het I eerste en tweede tandwiel gerangschikt is om op een I tweede positie op beide tandwielen aan te grijpen; I - een aan de vrijlooptandwielen bevestigde en I 5 daarmee aandrijfbare aandrijfas; I waarbij de vrijloop van het eerste en de vrijloop van het tweede vrijlooptandwiel zijn ingericht voor het door I afrollen van het eerste aandrijfkoord gelijktijdig rote- I ren van de aandrijfas in een bepaalde rotatierichting en 10 oprollen van het tweede aandrijfkoord en het door afrol- I len van het tweede aandrijfkoord gelijktijdig roteren van I de aandrijfas in dezelfde rotatierichting en het oprollen I van het eerste aandrijfkoord. Door de aandrijving volgens I de uitvinding kan een loze ophaalslag achterwege blijven I 15 en wordt de aandrijfas zonder noemenswaardige onderbre- king aangedreven.
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm is de I vrijloop van het eerste vrijlooptandwiel ingesteld voor I het bij het afrollen van het eerste haspelorgaan aandrij- 20 ven van de aandrijfas en bij het afrollen van het tweede haspelorgaan vrijgeven van de aandrijfas, terwijl de I vrijloop van het tweede vrijlooptandwiel is ingericht I voor het bij het afrollen van het eerste haspelorgaan I vrijgeven van de aandrijfas en bij het afrollen van het 25 tweede haspelorgaan aandrijven van het aandrijforgaan.
I Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm ligt de aangrijppositie van het eerste en tweede tandwiel I op het eerste vrijlooptandwiel in hoofdzaak tegenover de I aangrijppositie van het eerste en tweede tandwiel op het I 30 tweede vrijlooptandwiel ligt.
I Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm zijn de tandwielen van het eerste en tweede haspelorgaan I in hoofdzaak parallel aan de aandrijfas gerangschikt, in hoofdzaak haaks waarop de vrijlooptandwielen zijn gerang- I 35 schikt.
I Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm is I de aandrijfas aangesloten op een generator voor het als I gevolg van rotatie van de aandrijfas genereren van elek-
triciteit. Met de aldus opgewekte electriciteit kan een I
lamp of dergelijke gevoed worden. Dit betekent dat men de I
lamp, zonder batterijen en met een minimale inspanning I
van de gebruiker, te allen tijde kan laten schijnen. Dit I
5 is niet alleen financieel voordelig, het biedt echter I
tevens een garantie dat altijd licht aanwezig kan zijn en
dat met niet meer afhankelijk is van de levensduur van I
eventuele batterijen. Bovendien is het minder belastend H
voor het milieu. I
10 In een andere voorkeursuitvoeringsvorm is de H
aandrijfas aangesloten op een voortstuwingsschroef voor H
het voortstuwen van de aandrijving. De gebruiker kan nu I
eenvoudig door armbewegingen zichzelf door het water I
voortstuwen, waarbij optimaal gebruik wordt gemaakt van H
15 de beperkt voorhanden lichaamskracht en lichaamsenergie. I
Deze uitvoeringsvorm is met name geschikt voor gebruikers H
die hun benen niet (meer) kunnen of willen gebruiken. H
Een ander aspect van de onderhavige uitvinding H
betreft een inrichting voor het winnen van elektrische H
20 energie uit golfslag van water, omvattende: H
- tenminste een aandrijving volgens ten minste H
een van de voorgaande conclusies; H
- een in het water op te stellen gestel waarop H
de aandrijving kan rusten; H
25 - een ten opzichte van het gestel scharnierbaar H
aangebrachte arm; H
- ten minste een aan de arm aangebracht drijf- H
lichaam; H
waarbij het eerste aandrijfkoord aan een eerste zijde ten H
30 opzichte van het scharnierpunt en het tweede aandrijf- H
koord aan een tweede zijde ten opzichte van het schar- H
nierpunt aan de arm zijn bevestigd voor het omzetten van H
de golfslag in een rotatiebeweging van de roteerbare H
aandrijfas; H
35 - middelen voor het in elektrische energie H
omzetten van de rotatie-energie van de aandrijfas. H
Op de hierboven beschreven wijze kan de in H
golfslag of deining van het water opgeslagen energie H
I 4 I gewonnen worden, waarbij geen energie als gevolg van een loze ophaalslag verloren gaat.
I Volgens een ander aspect van de onderhavige I uitvinding wordt een werkwijze verschaft voor het aan- | 5 drijven van een roteerbare aandrijfas van een hierboven I beschreven aandrijving of inrichting, omvattende het I telkens doen afrollen van het koord van het eerste has- I pelorgaan en het vervolgens doen afrollen van het koord I van het tweede haspelorgaan voor het in hoofdzaak onon- I 10 derbroken aandrijven van de aandrijfas.
I Verdere voordelen, kenmerken en details van de I onderhavige uitvinding volgen uit de beschrijving van I twee voorkeursuitvoeringsvormen daarvan. In de beschrij- I ving wordt verwezen naar de figuren, waarin tonen: I 15 - figuur 1 een aanzicht van een persoon die voorzien is van een eerste uitvoeringsvorm van de aan- I drijving volgens de uitvinding.
I - figuur 2 een gedetailleerd aanzicht in per- speetief van de eerste uitvoeringsvorm.
I 20 - figuur 3 een gedeeltelijk weggebroken zijaan- I zicht van de eerste uitvoeringsvorm; en I - figuur 4 een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding.
I Figuur 1 is een persoon P gegeven, bijvoorbeeld I 25 een grotonderzoeker of dergelijke, die langdurig kunst- I licht behoeft. Met name bij het onderzoeken van grotten is het van levensbelang om te allen tijden de beschikking I te hebben over kunstlicht. Een dergelijk persoon kan het zich niet veroorloven dat het kunstlicht, dat gewoonlijk I 30 bijvoorbeeld geleverd wordt door een zaklantaarn, als gevolg van het leegraken van de batterijen van de zaklan- I taarn niet meer beschikbaar is.
I De persoon P draagt een voorkeursuitvoerings- I vorm van een aandrijving 1, waarbij de aandrijving elek- I 35 triciteit genereert voor een lamp 19. De aandrijving 1 I van de lamp 19 is deels binnen en deels buiten een behui- I zing 3 aangebracht. De behuizing 3 hangt om de nek van de persoon door middel van een riem 2. Buiten de behuizing <0.-5 - f: hl
zijn in figuur 1 trekkoorden 4,5 waaronder wordt verstaan H
touw, kettingen, banden, strips, etc., weergegeven, die I
met behulp van beide handen H van de persoon P om en om I
naar beneden zijn te trekken. I
5 In figuur 2 is de werking van de aandrijving 1 I
nader uiteengezet. Weergegeven is een onderdeel 6, bij H
voorkeur in de vorm van een haspel, waarop een linker I
koord 4 op en af te wikkelen is. Evenzo is een onderdeel I
7, bij voorkeur een haspel, weergegeven waarop een rech- H
10 ter koord 5 op en af te wikkelen is. Beide onderdelen 6 H
en 7 zijn op een as 9 respectievelijk 9' aangebracht. I
Vast ten opzichte van de haspels 6 en 7 zijn tandwielen H
10 en 11 aangebracht, die elk voorzien zijn van een H
tandenrij 11, 13. De tandenrij 11 en 13 van de tandwielen H
15 10 en 12 grijpen op een eerste positie bovenin aan op een H
tandenrij 17 van een vrijlooptandwiel 16. De tandenrijen H
11 en 13 grijpen op een tweede positie, onderin, aan op I
een tandenrij 15 van een vrijlooptandwiel 14. Het boven- H
ste vrijlooptandwiel 16 en het onderste vrijlooptandwiel H
20 14 grijpen beide aan op een roteerbare as 18. H
Het tandwiel 16 is op bekende wijze uitgevoerd H
als vrijlooptandwiel, hetgeen betekent dat bij rotatie in H
een eerste richting de aandrijfas wordt meegenomen, H
terwijl bij rotatie in de tegenovergestelde richting de H
25 aandrijfas wordt vrijgegeven. Evenzo is tandwiel 14 als H
vrijloop uitgevoerd, waarbij bij rotatie in de eerste H
richting de as 18 wordt geroteerd, terwijl bij rotatie in H
de tegenovergestelde richting de as wordt vrijgegeven. H
Het principe van de aandrijving is voorts H
30 geïllustreerd in figuur 3 welke een gedeeltelijk openge- H
werkt linker zijaanzicht van de aandrijving 1 toont. H
Zichtbaar is de tandenrij 13 van het tandwiel 12 wat H
aangrijpt op de tandenrij 17 en 15 van vrij looptandwielen H
16 en 14. Respectievelijk vrijlooptandwielen 16 en 14. H
35 Wanneer bijvoorbeeld de linker hand van persoon P het H
rechter koord 5 naar beneden trekt (pijl Pjj zal de haspel H
7, gezien in zijaanzicht vanaf de linker zijde, rechtsom H
draaien, zodat tandwiel 12 eveneens rechtsom draait. Deze H
I 6 I rechtsom draaiende beweging van de tanden 13 van tandwiel I 12 veroorzaakt een rotatie in de richting van pijl P . De I rechtsom draaiende beweging van tandwiel 12 zorgt op I soortgelijke wijze voor een rotatie van het onderste I 5 vrijlooptandwiel 14 in de richting tegengesteld aan P3.
I Beide vrijlooptandwielen 14 en 16 brengen I vervolgens de roterende beweging over op de tandenrij 11 I van tandwiel 10, zodat deze linksom roteert. Dit zorgt I ervoor dat het koord 4 op de linker haspel 6 automatisch I 10 wordt opgerold (pijl P2) . De aandrijving van de as 18 in I de richting van pijl P3 wordt bij het naar beneden trekken I van koord 5 in de richting van pijl Ρ3 tot stand gebracht I doordat het vrijlooptandwiel 16 de as 18 meeneemt, ter- I wijl het vrijlooptandwiel 14 de as 18 vrijgeeft. Dit I 15 laatste betekent dat het vrijlooptandwiel 14 en de as 18, I althans wanneer het rechter koord 5 naar beneden wordt I getrokken, in tegenovergestelde richtingen roteren.
I Wanneer het koord 5 geheel of gedeeltelijk is I afgerold, kan de andere hand H van de persoon het linker I 20 koord 4 afrollen, terwijl hij het rechter koord 5 laat I vieren. Wanneer het linker koord 4 van de haspel wordt I afgerold, zal de haspel 6 het daaraan bevestigde linker I tandwiel 10, gezien vanaf de linker zijde, rechtsom roteren. Dit zorgt ervoor dat het bovenste vrijlooptand- I 25 wiel 16 in de richting tegengesteld aan pijl P3 wordt I geroteerd. Aangezien het vrijlooptandwiel 16 zich nu in I de vrijloop bevindt, wordt de as vrijgegeven en heeft het I vrijlooptandwiel 16 geen invloed op deze as. Het onderste vrijlooptandwiel 14 wordt echter wel in de richting van I 30 pijl P3 geroteerd. Aangezien het vrijlooptandwiel bij deze beweging zich niet in de vrijloop bevindt, is het op dit I moment het vrijlooptandwiel 14 dat op as 18 aandrijft.
Beide vrijlooptandwielen 14 en 16 geven hun beweging over I op tandwiel 12, dat hierdoor een rotatie linksom zal I 35 uitvoeren hetgeen het gevolg heeft dat het rechter koord I 5 automatisch wordt opgerold.
I Door het beurtelings aantrekken van het linker I koord 4 en het rechter koord 5 worden de tandwielen 10 en
12 heen en weer gedraaid. Doordat de tandwielen 10 en 12 I
aangrijpen op vrijlooptandwielen die op een centrale as I
18 zijn opgesteld waarvan de vrijloop op de beschreven H
wijze is ingesteld, wordt de aandrijfas 18 door het H
5 bovenste vrijlooptandwiel 16 en het onderste vrijloop-
tandwiel 14 aangedreven. Naar keuze zijn hierbij lange ‘ H
slagen mogelijk, waarmee wordt bedoeld dat achtereenvol- I
gens vrijwel het gehele koord 4 in het gehele koord 5 I
wordt afgerold. Korte slagen zijn echter ook mogelijk I
10 waarbij slechts een klein deel van telkens één koord H
wordt afgerold. H
Door het beschreven constructie draait aan-
drijfas 18 in één richting en wel in hoofdzaak zonder I
onderbreking van een loze slag, ofwel ophaalslag genoemd. I
15 Dit betekent dat op zeer efficiënte wijze gebruikt wordt I
gemaakt van de door de persoon op de aandrijving overge- H
brachte energie. H
In figuur 1 is de aandrijfas 18 aangesloten op H
een (niet-weergegeven) dynamo die zorgt voor omzetting H
20 van de rotatie energie van aandrijfas 18 in elektrische I
energie. De elektrische energie wordt vervolgens gebruikt H
voor het voeden van de lamp 19. H
In figuur 4 is een andere uitvoeringsvorm H
weergegeven. In deze uitvoeringsvorm is de aandrijving in H
25 een behuizing 3' aangebracht, die is opgesteld op een H
gestel, dat bijvoorbeeld bestaat uit een tweetal poten 20 H
en 21. Het moge duidelijk zijn dat de in figuur 4 weerge- H
geven uitvoering schematisch is afgebeeld. Wanneer bij- H
voorbeeld het gestel op de zeebodem is aangebracht, zal H
30 een veel gecompliceerdere gestelconstructie toegepast H
moeten worden. Het principe van de uitvoering blijft H
echter hetzelfde. H
Aan het gestel is een scharnier 24 voorzien H
waarover een lange arm 23 kan scharnieren. Aan het uit- H
35 einde van arm 23 is een drijflichaam 22 voorzien, dat H
drijft op het wateroppervlak w.o. van het water w. Als H
gevolg van de golfbeweging van het water zal het drijf- H
lichaam zich op en neer bewegen in de richting van pijl H
* U ‘ I δ I P . Deze op- en neergaande beweging wordt overgebracht op I een linker koord of ketting 25 en een rechter koord of I ketting 26 van de aandrijving. Doordat in de weergegeven I uitvoeringsvormen het drijflichaam naar boven wordt I 5 verplaatst, wordt het linker koord 25 afgerold en wordt I het rechter koord 26 automatisch opgerold, terwijl bij I een neergaande beweging het rechter koord 26 terwijl het I linker koord 25 automatisch wordt opgerold. Door de I deining van het water kan de aandrijving onafhankelijk I 10 van het formaat en de snelheid van de golf, de in de I golven opgeslagen energie omzetten in een rotatie van een I aandrijfas. Deze rotatie energie kan, bijvoorbeeld door I gebruik te maken van een generator, worden omgezet in I elektrische energie. Andere energie omzettingen zijn I 15 echter eveneens denkbaar.
I In een niet weergegeven uitvoeringsvorm wordt I de aandrijving toegepast op zwemmers die hun benen niet I willen of kunnen gebruiken. De aandrijfas 18 is in een I dergelijke uitvoeringsvorm aangesloten op een water- I 20 schroef. Door het heen en weer zwaaien van de handen kan I de zwemmer de schroef aandrijven, hetgeen hem door het I water zal voortstuwen.
I De onderhavige uitvinding is niet beperkt tot I de boven beschreven uitvoeringsvormen daarvan; de ge- I 25 vraagde rechten worden bepaald door de navolgende conclu- I sies, binnen de strekking waarvan velerlei modificaties I denkbaar zijn.

Claims (12)

1. Aandrijving voor het aandrijven van een " H roteerbare aandrijfas, omvattende: I ~ een van een tandwiel voorzien eerste haspel- I orgaan waarop een eerste aandrijfkoord op- en afrolbaar 10 is alsmede een van een tandwiel voorzien tweede haspelor- H gaan waarop een tweede aandrijfkoord op- en afrolbaar is; H - een eerste vrijlooptandwiel dat tussen het H eerste en tweede tandwiel gerangschikt is om op een H eerste positie op beide tandwielen aan te grijpen; I 15. een tweede vrijlooptandwiel dat tussen het H eerste en tweede tandwiel gerangschikt is om op een tweede positie op beide tandwielen aan te grijpen; H - een aan de vrijlooptandwielen bevestigde en H daarmee aandrijfbare aandrijfas; H 20 waarbij de vrijloop van het eerste en de vrijloop van het H tweede vrijlooptandwiel zijn ingericht voor het door H afrollen van het eerste aandrijfkoord gelijktijdig rote- H ren van de aandrijfas in een bepaalde rotatierichting en H oprollen van het tweede aandrijfkoord en het door afrol- H 25 len van het tweede aandrijfkoord gelijktijdig roteren van H de aandrijfas in dezelfde rotatierichting en het oprollen H van het eerste aandrijfkoord. H
2. Aandrijving volgens conclusie 1, waarbij de H vrijloop van het eerste vrijlooptandwiel is ingesteld H 30 voor het bij het afrollen van het eerste haspelorgaan H aandrijven van de aandrijfas en bij het afrollen van het H tweede haspelorgaan vrijgeven van de aandrijfas, terwijl H de vrijloop van het tweede vrijlooptandwiel is ingericht H voor het bij het afrollen van het eerste haspelorgaan H 35 vrijgeven van de aandrijfas en bij het afrollen van het H tweede haspelorgaan aandrijven van het aandrijforgaan. H
3. Aandrijving volgens conclusie 1 of 2, waar- H bij de aangrijppositie van het eerste en tweede tandwiel H I 10 I op het eerste vrijlooptandwiel in hoofdzaak tegenover de I aangrijppositie van het eerste en tweede tandwiel op het I tweede vrijlooptandwiel ligt.
4. Aandrijving volgens een der voorgaande I 5 conclusies, waarbij de tandwielen van het eerste en I tweede haspelorgaan in hoofdzaak parallel aan de aan- I drijfas zijn gerangschikt, in hoofdzaak haaks waarop de I vrijlooptandwielen zijn gerangschikt.
5. Aandrijving volgens een der voorgaande I 10 conclusies, waarbij de aandrijfas is aangesloten op een I generator voor het als gevolg van rotatie van de aan- I drijfas genereren van elektriciteit.
6. Aandrijving volgens conclusie 5, waarbij de I generator is aangesloten op een lamp. I 15
7. Aandrijving volgens een der voorgaande I conclusies, waarbij de aandrijfas is aangesloten op een I voortstuwingsschroef voor het voortstuwen van de aandrij- I ving.
8. Aandrijving volgens een der voorgaande I 20 conclusies, waarbij de koorden zijn voorzien van aan- I grijpdelen waaraan een bedienend persoon de koorden kan I aangrijpen voor het handmatig oprollen van het respectie- I velijke koord van achtereenvolgens het eerste en het I tweede haspelorgaan. I 25
9. Inrichting voor het winnen van elektrische I energie uit golfslag van water, omvattende: I - tenminste een aandrijving volgens ten minste I een van de voorgaande conclusies; I - een in het water op te stellen gestel waarop I 30 de aandrijving kan rusten; I - een ten opzichte van het gestel scharnierbaar I aangebrachte arm,· I - ten minste een aan de arm aangebracht drijf- lichaam; I 35 waarbij het eerste aandrijfkoord aan een eerste zijde ten I opzichte van het scharnierpunt en het tweede aandrijf- I koord aan een tweede zijde ten opzichte van het schar- I nierpunt aan de arm zijn bevestigd voor het omzetten van I 10 i J de golfslag in een rotatiebeweging van de roteerbare I aandrijfas; I - middelen voor het in elektrische energie I omzetten van de rotatie-energie van de aandrijfas. I
10. Inrichting volgens conclusie 9, waarbij de I genoemde middelen een generator omvatten. ' I
11. Werkwijze voor het aandrijven van een I roteerbare aandrijfas van een aandrijving of inrichting I volgens een der voorgaande conclusies, omvattende het H 10 telkens doen afrollen van het koord van het eerste has- I pelorgaan en het vervolgens doen afrollen van het koord H van het tweede haspelorgaan voor het in hoofdzaak onon- H derbroken aandrijven van de aandrijfas. H
12. Werkwijze volgens conclusie 11, omvattende 15 het handmatig afrollen van het eerste en tweede haspelor- H gaan. I
NL1019824A 2002-01-23 2002-01-23 Aandrijving voor het aandrijven van een aandrijfas. NL1019824C1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1019824A NL1019824C1 (nl) 2002-01-23 2002-01-23 Aandrijving voor het aandrijven van een aandrijfas.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1019824 2002-01-23
NL1019824A NL1019824C1 (nl) 2002-01-23 2002-01-23 Aandrijving voor het aandrijven van een aandrijfas.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1019824C1 true NL1019824C1 (nl) 2003-07-25

Family

ID=28036233

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1019824A NL1019824C1 (nl) 2002-01-23 2002-01-23 Aandrijving voor het aandrijven van een aandrijfas.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1019824C1 (nl)

Cited By (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2217804A2 (en) * 2007-12-03 2010-08-18 Daniel Farb Systems for reciprocal motion in wave turbines
EP2232051A2 (en) * 2007-12-03 2010-09-29 Daniel Farb Stabilization of turbines in water
WO2013176535A1 (es) * 2012-05-21 2013-11-28 Ortega Garcia Miguel De Jesus Modulo independiente de captura de olas que convierte las olas del mar en energía eléctrica
WO2014123401A3 (es) * 2013-02-06 2014-11-20 Ortega García Miguel De Jesús Modulo secuencial de captura de olas de dos etapas que convierte las olas del mar en energía eléctrica

Cited By (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2217804A2 (en) * 2007-12-03 2010-08-18 Daniel Farb Systems for reciprocal motion in wave turbines
EP2232051A2 (en) * 2007-12-03 2010-09-29 Daniel Farb Stabilization of turbines in water
EP2217804A4 (en) * 2007-12-03 2011-02-16 Daniel Farb SYSTEMS FOR ALTERNATIVE MOVEMENT IN TURBINES USING WAVE ENERGY
EP2232051A4 (en) * 2007-12-03 2012-12-05 Daniel Farb STABILIZATION OF TURBINES IN WATER
WO2013176535A1 (es) * 2012-05-21 2013-11-28 Ortega Garcia Miguel De Jesus Modulo independiente de captura de olas que convierte las olas del mar en energía eléctrica
WO2014123401A3 (es) * 2013-02-06 2014-11-20 Ortega García Miguel De Jesús Modulo secuencial de captura de olas de dos etapas que convierte las olas del mar en energía eléctrica

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CN2575070Y (zh) 卷线盒
AU7009196A (en) A manuel cover drive for swimming pools
NL8300660A (nl) Inrichting voor het op- en afwinden van een langwerpig buigzaam deel.
NL1019824C1 (nl) Aandrijving voor het aandrijven van een aandrijfas.
WO2013174299A1 (zh) 一种升降装置及应用于该升降装置的容器
CN108466865B (zh) 一种便于卷放和移动的电缆装置
CN110451339B (zh) 一种新能源汽车充电线缆收纳设备
CN208796594U (zh) 一种led显示屏用防尘装置
US5320572A (en) Toy movable on a cord
CN116937761A (zh) 一种便携式户外储能电源及防水方法
CN111900665A (zh) 一种电线杆爬杆装置
CN106782076B (zh) 一种带有防护功能的电子信息牌
CN215949651U (zh) 一种水利工程用可移动的发电装置
CN209873672U (zh) 一种山地景区垃圾捡拾装置
CN108408500A (zh) 一种电力施工用电缆放线装置
CN114749448A (zh) 一种可使光伏板夜间自动收起的防护设备
CN209959391U (zh) 一种波浪发电机构及发电装置
CN111963360A (zh) 一种带有垃圾清理功能的水流发电设备
EP0762047A1 (en) Traction power-driven power generator
WO2007056837A1 (en) Power pedal for a bicycle
KR102098393B1 (ko) 무한당김 발전 방식의 팔운동 기구
CN217826143U (zh) 一种应用于单体大棚的外遮阳自动收放设骨架
CN210799238U (zh) 一种风力发电用叶片清理装置
CN211340115U (zh) 一种晾衣杆
CN215167293U (zh) 一种踩踏开启式的排烟天窗

Legal Events

Date Code Title Description
VD2 Lapsed due to expiration of the term of protection

Effective date: 20080123