NL1019725C2 - Draagtas voor het transporteren van koel en/of vriesproducten. - Google Patents

Description

Titel: Draagtas voor het transporteren van koel en/of vriesproducten

De uitvinding heeft betrekking op een draagtas voor het transporteren van koel en/of vriesproducten, omvattende een thermisch geïsoleerde afsluitbare opbergruimte.

Een dergelijke koeltas is in de handel bekend en wordt bijvoorbeeld 5 gebruikt voor het transport van aangeschafte koel en/of vriesproducten van een koeling in een winkel naar een privé-koeling, of wanneer relatief kleinere hoeveelheden gekoelde levensmiddelen naar een andere koeling worden overgebracht. In deze aanvrage wordt onder draagtas begrepen een door een persoon draagbare eenheid voorzien van een handgreep of 10 draagbanden of dergelijke. Hoewel afwijkende maatvoeringen mogelijk zijn heeft de opbergruimte over het algemeen een inhoud variërend tussen bijvoorbeeld 5 en 50 liter.

De bekende tas vertoont gebreken omdat deze onvoldoende koeling verschaft en/of het gebruik van eventuele koelelementen het gebruiksgemak 15 niet bevordert. Dit is een nadeel, waardoor in de praktijk relatief weinig met dergelijke koeltassen wordt gewerkt. Verder blijkt het koelend vermogen weinig adequaat, waardoor het de bekende koeltas relatief ongeschikt zijn om etenswaren voor langere tijd, d.w.z. voor meerdere uren koel of bevroren houden. Hierdoor ontstaat het risico dat de koel/vriesproducten bederven.

20 Dit is des te meer een probleem, indien consumenten of kleine zelfstandigen, bijvoorbeeld horecaondernemers deze producten aanschaffen. Het blijkt in de praktijk nauwelijks mogelijk om in de keten van leveranciers, in het bijzonder de schakel tussen groothandel en kleine zelfstandige voldoende garanties te bieden dat koel/vries-producten niet een ongewenst hoge 25 temperatuur hebben gehad.

In dit verband is het van belang de in het kader van de warenwet van kracht zijnde HACCP richtlijn te vermelden (Hazard Analysis of Critical Control Points). Deze richtlijn houdt in dat risico's ten gevolge van

<: n ' ' ' .· :-T

2 kritische punten bij de behandeling en vervoer van levensmiddelen dienen te worden beperkt door een daartoe uitgewerkte beheersmaatregel.

De uitvinding heeft tot doel een oplossing te bieden waardoor het risico van ongewenste temperatuurverhoging van koel/vries-producten 5 tijdens transport aanzienlijk wordt beperkt. De uitvinding verschaft daartoe een draagtas als in de aanhef vermeld, waarbij de draagtas een houder omvat voor het opnemen van koolzuurijs, welke houder is voorzien van een gasdoorlatend uitstroomdeel dat in de opbergruimte is opgesteld.

De uitvinding maakt het mogelijk met behulp van extreem koud 10 koolzuurgas van ca. -80 °C een koel en/of vriesruimte te verschaffen met een gewenste temperatuur, die varieert van ca. —22 °C tot ca. -4 °C voor vriezen en tussen ca. 2 en ca. 7 °C voor koelen. Door toepassing van koolzuurijs wordt een draagtas verschaft die de koelproducten aanzienlijk beter op de gewenste temperatuur kan houden. Een verder voordeel van het 15 gebruik van koolzuurijs is, dat geen restproduct overblijft.

Een optimaal resultaat wordt bereikt indien de houder gasdoorlatend is en aan de bovenzijde van de opbergruimte is aangebracht, zodanig dat sublimerend koolzuurgas aan de bovenzijde van de tas de opbergruimte instroomt. Door het aan de bovenzijde van de opbergruimte 20 plaatsen van de houder kan een gelijkmatig gekoelde opbergruimte worden gecreëerd, omdat het koude koolzuurgas uit het uitstroomdeel van boven naar beneden uitstroomt. Hierdoor wordt voorkomen dat de onderzijde van de draagtas een ongewenst lage temperatuur heeft terwijl de bovenzijde van de tas niet de gewenste koeltemperatuur bereikt. Bij voorkeur wordt het 25 koolzuurijselement gehanteerd in de vorm van een blok van 16x16x2 cm, hoewel ook andere maatvoeringen mogelijk zijn, zoals kleinere blokken, tabletten of korrels. Bij een dergelijke afmeting heeft het element een zodanig contactoppervlak dat optimale koelingseigenschappen worden verschaft, d.w.z.: het element sublimeert niet te snel, waardoor de afkoeling 3 te groot zou worden, en niet te langzaam, waardoor de koeling te gering zou zijn.

Bij voorkeur omvat de houder een isolatiemateriaal dat de houder ten minste gedeeltelijk thermisch van de opbergruimte isoleert. Door 5 gebruik te maken van een geschikte thermische isolatie kan een temperatuurbereik van de opbergruimte worden ingesteld, in het bijzonder kan een voorbepaald thermisch contact met de opbergruimte worden verschaft, waardoor de koeltas desgewenst op een koeltemperatuur of een vriestemperatuur kan worden ingesteld. In een voorkeursuitvoeringsvorm 10 kan het isolatiemateriaal van de houder gedeeltelijk worden verwijderd, zodat een instelbaar thermisch contact met de opbergruimte wordt verschaft.

Ter verhoging van het gebruiksgemak kan daarbij de houder losneembaar zijn van de koeldraagtas, zodat een koolzuurijselement buiten 15 de tas in de houder kan worden gebracht, om als zelfstandige eenheid, eventueel in de vorm van een wegwerpproduct, in de tas te brengen.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de opbergruimte afstandhouders, zoals bijvoorbeeld een rek, voor het op afstand van de bodem houden van de koel en/of vriesproducten. Hierdoor wordt voorkomen, 20 dat producten op de bodem van de draagtas een ongewenst lage temperatuur krijgen, door het uitzakken van het extreem koud koolzuurgas.

In de opbergruimte kan verder bij voorkeur een binnenhouder zijn opgenomen die thermisch is geïsoleerd ten opzichte van de opbergruimte. Hierdoor kunnen in de draagtas verschillende temperatuurzones worden 25 gecreëerd , bijvoorbeeld een koelzone in de binnenhouder met een temperatuur variërend tussen de 2 en 7 0 C, en een vrieszone in het buiten de binnenhouder gelegen deel van de opbergruimte met een temperatuur variërend tussen de —22 en —4 °C.

De uitvinding heeft verder betrekking op een houder voor gebruik 30 in een koeltas volgens een van de voorgaande aspecten.

1ΠΚ·' r 1 4

De houder kan een geïsoleerde wand omvatten, die ten minste gedeeltelijk van de houder kan worden verwijderd, zodat een instelbaar thermisch contact met een te koelen opbergruimte wordt verschaft.

5 De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. Hierin toont:

Fig. 1 een voorkeursuitvoeringsvorm van de draagtas volgens de uitvinding;

Fig. 2 een dwarsdoorsnede van de draagtas volgens figuur 1; 10 Fig. 3 een houder voor gebruik in de draagtas volgens de uitvinding.

Draagtas 1 van figuur 1 is voorzien van draagbanden 2, die op bevestigingpunten 3 aan de tas 1 zijn bevestigd. De tas 1 is voorzien van 15 geïsoleerde wanden 4, bestaande uit bijvoorbeeld een dik flexibel fleece-materiaal. De wanden 4 omsluiten een opbergruimte 5, waarin producten, zoals levensmiddelen, gekoeld of bevroren kunnen worden bewaard. De opbergruimte 5 is voorzien van een, bij voorkeur aan de bovenzijde aangebracht deksel 6, dat de opbergruimte thermisch kan isoleren en 20 afsluiten met behulp van bijvoorbeeld sluitingen 7.

In het deksel 6 is aan de binnenzijde een gasdoorlatende houder 8 aangebracht voor het opnemen van een (niet weergegeven) koolzuurijselement. De houder is in de tekening weergeven als een netje, maar kan ook andere soorten gasdoorlatende wanden bevatten. In fig. 1 is 25 slechts één houder 8 weergegeven, maar in de deksel kunnen meerdere houders zijn opgenomen die bijvoorbeeld een onderling verschillende thermische isolatie bezitten.

Door houders op te nemen met een onderling verschillende thermische isolatie kan een houder worden geselecteerd voor het type 30 koeling dat gewenst is. Zo kan bijvoorbeeld een houder worden geselecteerd ) 5 die thermisch is geïsoleerd, indien producten langere tijd koel dienen te worden bewaard, en kan een open ongeïsoleerde houder worden geselecteerd die een direct thermisch contact met de opbergruimte verschaft, zoals bijvoorbeeld het bovengenoemde netje 8, indien men de producten op 5 vriestemperatuur wil bewaren. Door het variëren van de thermische isolatie kan uitgassing van het koolzuurijselement worden beperkt, zodat de koeling in de opbergruimte wordt verminderd en/of de koeling langer kan worden gehandhaafd.

In fig. 2 is schematisch de werking weergegeven van de draagtas 1 waarin 10 een koolzuurijselement 9 is opgenomen in een gasdoorlatende houder 8, die aan de bovenzijde van de opbergruimte 5 is aangebracht. De houder 8 omvat een uitstroomdeel, bijvoorbeeld in de vorm van een netje, waardoorheen sublimerend koolzuurgas 10 de houder 9 uitstroomt in de opbergruimte 5. Door de positie van de houder 8 kan het koude, relatief zware koolzuurgas 15 gelijkmatig van boven naar beneden langs te koelen producten 11 stromen, waardoor de producten gelijkmatig worden gekoeld en een uniforme temperatuur in opbergruimte 5 wordt gecreëerd.

Een rek 12 is in de binnenruimte aangebracht om te voorkomen dat koolzuurgas de bodem van de ondergelegen producten te extreem afkoelt.

20 In fig. 3 is een alternatieve uitvoeringsvorm weergegeven van een draagtas 1 met een thermisch geïsoleerde binnenhouder 13. Met behulp van binnenhouder 13 kunnen verschillende temperatuurzones in de draagtas worden gecreëerd , bijvoorbeeld een koelzone in de binnenhouder 13 met een temperatuur variërend tussen de 2 en 7 ° C, en in het buiten de 25 binnenhouder gelegen deel van de opbergruimte een vrieszone met een temperatuur variërend tussen de -22 en -4 °C. Het blijkt dat in de praktijk door toepassing van een dergelijke dubbele isolatie een relatief langduriger en daardoor betere koeling kan worden verschaft, d.w.z. door het creëren van een relatief zeer koude, van de omgeving geïsoleerde ruimte die is i i O' 6 gevuld met koolzuurgas, waarbinnen een van deze ruimte thermisch geïsoleerde binnenruimte op koeltemperatuur wordt gehouden.

Verder is in figuur 3 een uitvoeringsvorm weergegeven van een houder 14 die een koolzuurijselement 9 op een lager gelegen positie 5 op neemt. De houder 14 bevat sterk geïsoleerde gasdichte wanden 15 die zich uitstrekken tot een hoger gelegen uitstroomopening 16. Door uitgassing van het koolzuurijselement 9 wordt koolzuurgas naar de uitstroomopening 16 gestuwd, alwaar het gas de opbergruimte instroomt en koelt met een werking die is beschreven onder verwijzing naar figuur 1. De houder biedt 10 het voordeel dat grotere hoeveelheden koolzuurijs langere tijd in de koeltas kunnen worden opgeslagen.

De houder 17 van fig. 4 is vervaardigd uit een meerlaagse isolatiewanden 18, 19 die onderling verschillende thermische isolatiewaarde kunnen hebben. In het voorbeeld van de tekening is de eerste wand 18 een net 15 waardoor het koolzuurijselement 9 in direct contact met de omgeving wordt gebracht. De tweede wand 19 beperkt het thermische contact van het koolzuurijselement 19, waardoor het element 9 van de omgeving wordt geïsoleerd en de koeling wordt verminderd. De tweede wand 19 is door middel van een sluiting 20, zoals een scheurstrook, met de eerste wand 18 20 verbonden en kan daarvan worden verwijderd of althans weggevouwen (in de figuur weergegeven door pijl P), zodat naar keuze door de houder een vriezend of koelend effect wordt verschaft. De in fig. 4 weergegeven houder is losneembaar en via geschikte verbindingsmiddelen, zoals bijvoorbeeld kleefband of een draagnet (niet weergegeven) in de koeltas op te nemen.

25 Hoewel de uitvinding is toegelicht aan de hand van de voorkeursuitvoeringsvorm is de uitvinding daartoe niet beperkt, maar kan ook andere variaties en modificaties omvatten zonder af te wijken van de reikwijdte van de uitvinding, zoals gedefinieerd in de navolgende conclusies.

30

Claims (10)

1. Draagtas voor het transporteren van koel en/of vriesproducten, omvattende een thermisch geïsoleerde afsluitbare opbergruimte, met het kenmerk, dat de draagtas een houder omvat voor het opnemen van koolzuurijs, welke houder is voorzien van een gasdoorlatend uitstroomdeel 5 dat in de opbergruimte is opgesteld.

2. Draagtas volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de houder gasdoorlatend is en aan de bovenzijde van de opbergruimte is aangebracht, zodanig dat sublimerend koolzuurgas aan de bovenzijde van de tas de opbergruimte instroomt.

3. Draagtas volgens conclusies 1 of 2, met het kenmerk, dat de houder een isolatiemateriaal omvat dat de houder ten minste gedeeltelijk thermisch van de opbergruimte isoleert.

4. Draagtas volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het isolatiemateriaal gedeeltelijk van de houder kan worden verwijderd, zodat 15 een instelbaar thermisch contact met de opbergruimte wordt verschaft.

5. Draagtas volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de houder losneembaar is van de koeldraagtas.

6. Draagtas volgens ten minste een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de opbergruimte afstandhouders omvat voor het op 20 afstand van de bodem houden van de koel en/of vriesproducten.

7. Draagtas volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de afstandhouders een rek omvatten. 'i ü « c —"

8. Draagtas volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat in de opbergruimte een binnenhouder is op genomen die thermisch is geïsoleerd ten opzichte van de opbergruimte.

9. Houder voor het ontvangen van een blok koolzuurijs voor koeling van 5 een koeldraagtas volgens een der voorgaande conclusies 1- 8.

10. Houder volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de houder een thermisch geïsoleerde wand omvat, die ten minste gedeeltelijk van de houder kan worden verwijderd, zodat een instelbaar thermisch contact met een te koelen opbergruimte wordt verschaft. 10