NL1019669C2

NL1019669C2 - Hook, object holder and suspension system with such a hook and use of such an object holder.

Info

Publication number: NL1019669C2
Application number: NL1019669A
Authority: NL
Inventors: Libbe Jitze Jonkman
Original assignee: Libbe Jitze Jonkman
Priority date: 2001-12-27
Filing date: 2001-12-27
Publication date: 2003-07-01
Also published as: AU2002362172A1; WO2003055432A1

Description

Korte aanduiding: Haak, objecthouder en ophangsysteem met een dergelijke haak en gebruik van een dergelijke objecthouderShort indication: Hook, object holder and suspension system with such a hook and use of such an object holder

De uitvinding heeft betrekking op een haak, op een objecthouder en een ophangsysteem met een dergelijke haak en op het gebruik van een dergelijke objecthouder.The invention relates to a hook, to an object holder and a suspension system with such a hook and to the use of such an object holder.

Bij verschillende toepassingen doet zich het probleem voor, dat 5 objecten van enige omvang tijdelijk gepositioneerd moeten worden gehouden, bijvoorbeeld om te voorkomen dat deze omvallen of in de weg staan. Zo worden bijvoorbeeld in ziekenhuizen en ambulances veelvuldig gasflessen gebruikt die gevuld zijn met zuurstof. Een patiënt die zuurstof uit een dergelijke fles nodig heeft kan bijvoorbeeld op zaal liggen, met bed 10 en al verplaatst worden door het ziekenhuis of zichzelf kunnen verplaatsen. Problematisch daarbij is, de fles steeds met eenvoudige middelen in de buurt van de patiënt te kunnen houden. Andere voorbeelden van in verschillende gebruiksituaties lastig te plaatsen en/of mee te voeren objecten zijn infuuspompen, medische werkstations, afvalhouders, plateaus 15 voor instrumentarium, anaesthesie-apparatuur, beademingsapparatuur en vacuümapparatuur.With different applications, the problem arises that objects of some size have to be kept temporarily in position, for example to prevent them from falling over or getting in the way. For example, in hospitals and ambulances gas bottles are frequently used that are filled with oxygen. A patient who needs oxygen from such a bottle can, for example, be in the room, with bed 10 and all can be moved by the hospital or can move himself. The problem here is always being able to keep the bottle close to the patient with simple means. Other examples of objects that are difficult to place and / or to be carried along in various situations of use are infusion pumps, medical workstations, waste containers, trays for instruments, anesthesia equipment, ventilation equipment and vacuum equipment.

Het is een doel van de uitvinding een eenvoudige oplossing te verschaffen die het plaatsen en meevoeren van objecten in diverse gebruiksituaties vergemakkelijkt.It is an object of the invention to provide a simple solution that facilitates the placement and entrainment of objects in various usage situations.

20 Dit doel wordt volgens de onderhavige uitvinding bereikt door een haak volgens conclusie 1 te verschaffen.This object is achieved according to the present invention by providing a hook according to claim 1.

Bij toepassing van de voorgestelde haak, kan deze in aangrijping worden gebracht met zowel zich horizontaal uitstrekkende dragers als met zich verticaal uitstrekkende dragers. Doordat daarbij de doorgangen elkaar 25 snijden kan de haak compacte uitgevoerd worden en kan de massa van de haak beperkt worden gehouden.When the proposed hook is used, it can be brought into engagement with both horizontally extending carriers and vertically extending carriers. Because the passages intersect with each other, the hook can be of compact design and the mass of the hook can be kept limited.

"' .. ^ Λ ^ ·."'.. ^ Λ ^ ·.

i . o 0 f' 2i. o 0 f '2

De uitvinding voorziet verder in een objecthouder volgens conclusie 5 en een ophangsysteen volgens conclusie 6 die zijn voorzien van een dergelijke haak en in het gebruik van een dergelijke objecthouder als neergelegd in conclusie 7.The invention further provides an object holder according to claim 5 and a suspension system according to claim 6 which are provided with such a hook and in the use of such an object holder as laid down in claim 7.

5 Bijzondere uitwerkingen van de uitvinding zijn beschreven in de afhankelijke conclusies.Particular elaborations of the invention are described in the dependent claims.

Navolgend wordt de uitvinding nader geïllustreerd en toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld met verwijzing naar de tekening, daarbij toont: 10 fig. 1 een vooraanzicht van een voorbeeld van een haak volgens de uitvinding, fig. 2 een zijaanzicht in doorsnede volgens de lijn II-II in fig. 1, fig. 3 een onderaanzicht van de haak volgens figuren 1 en 2, fig. 4 een isometrisch aanzicht van de haak volgens figuren 1-3, 15 fig. 5 een gasfleshouder met een haak volgens de figuren 1-4, fig. 6 een isometrisch aanzicht van een haak volgens een alternatief uitvoeringsvoorbeeld, fig. 7 een haak volgens fign. 1-4 aangrijpend op een eerste staander; en 20 fig. 8 een haak volgens fign 1-4 aangrijpend op een tweede staander.In the following the invention is further illustrated and elucidated on the basis of an exemplary embodiment with reference to the drawing, in which: Fig. 1 shows a front view of an example of a hook according to the invention, Fig. 2 shows a side view in section along the line II -II in fig. 1, fig. 3 a bottom view of the hook according to figures 1 and 2, fig. 4 an isometric view of the hook according to figures 1-3, fig. 5 a gas cylinder holder with a hook according to figures 1- Fig. 4 is an isometric view of a hook according to an alternative embodiment, Fig. 7 a hook according to Figs. 1-4 gripping a first post; and Fig. 8 shows a hook according to Figs. 1-4 engaging a second post.

De uitvinding wordt allereerst toegelicht aan de hand van de haak 1 volgens het in de figuren 1-4, 7 en 8 weergegeven voorbeeld. 1. Deze haak 1 begrenst een eerste doorgang 2 in een eerste richting (pijl 3). In deze 25 eerste doorgang 2 kan bijvoorbeeld een drager in de vorm van een horizontale buis van een ziekenhuisbed worden opgenomen, zodat de haak 1 op het frame van het ziekenhuisbed aan kan grijpen. In fig. 2 is de dwarsdoorsnede van een dergelijke buis 4 met streeppuntlijnen weergegeven. De langsrichting van de buis 4 is dan gericht in de eerste 30 richting 3 waarin de doorgang 2 zich ook uitstrekt 3The invention is first explained with reference to the hook 1 according to the example shown in Figs. 1-4, 7 and 8. 1. This hook 1 defines a first passage 2 in a first direction (arrow 3). In this first passage 2, for example, a support in the form of a horizontal tube of a hospital bed can be received, so that the hook 1 can engage on the frame of the hospital bed. Fig. 2 shows the cross-section of such a tube 4 with broken lines. The longitudinal direction of the tube 4 is then directed in the first direction 3 in which the passage 2 also extends 3

De haak 1 begrenst tevens een tweede doorgang 5 in een tweede richting (pijl 6) dwars op de hiervoor beschreven eerste richting 3. Deze tweede doorgang 5 is bestemd voor het opnemen van een gedeelte van een zich in een verticale richting uitstrekkende drager. Dit kan bijvoorbeeld een 5 infuuspaal zijn, waarvan in de figuren 1-3 een gedeelte 7 met streeppuntlijnen is weergegeven. De langsrichting van de infuuspaal 7 is dan gericht in de tweede richting 6.The hook 1 also bounds a second passage 5 in a second direction (arrow 6) transversely to the first direction 3 described above. This second passage 5 is intended for receiving a part of a carrier extending in a vertical direction. This can be, for example, an infusion pole, a part 7 of which is shown in dashed-line lines in figures 1-3. The longitudinal direction of the infusion pole 7 is then directed in the second direction 6.

Zoals in de tekeningen te zien is snijden de eerste en tweede doorgangen 2, 5 elkaar. Hierdoor kan de haak compact worden uitgevoerd.As can be seen in the drawings, the first and second passages 2, 5 intersect each other. This makes the hook compact.

10 Verder vervullen gedeeltes van de haak zowel een dragende functie wanneer deze aangrijpt op een horizontale drager als wanneer deze aangrijpt op een verticale drager. Dit draagt bij aan het beperkt houden van de massa van de haak in vergelijking met oplossingen, waarbij voor elke drager een andere haak wordt toegepast.Furthermore, portions of the hook perform both a bearing function when it engages a horizontal support and when it engages a vertical support. This contributes to limiting the mass of the hook compared to solutions, whereby a different hook is used for each carrier.

15 De haak 1 volgens dit voorbeeld is voorzien van een derde doorgang 8 voor het opnemen van horizontaal verlopende dragers. Deze bevindt zich aan de voorzijde van de haak 1, is eveneens in de richting 3 gericht en snijdt eveneens de tweede doorgang 5 (zie fig. 1). Deze doorgang is specifiek geschikt voor het opnemen van een ISO rail 25 x 10, die in ziekenhuizen 20 veel aangetroffen wordt en in veel gevallen langs het hoofdeind van ziekenhuisbedden verloopt. Door de gasfles daaraan te hangen wordt het bed vrij gehouden en zit de gasfles de patiënt en verplegend personeel niet in de weg. Ook de rail 9 volgens dit voorbeeld is met streeppunt lijnen weergegeven. Zoals in fig. 2 te zien is rust de haak met een binnenoppervlak 25 19 van de doorgang 8 achter de opening 11 voor het inbrengen van de rail 9 op de vrije bovenrand van de rail 9 op de rail en is deze in het gebied van de opening 11 aan de bovenkant daarvan vrij van de rail 9. Verder is de afstand tussen de onderzijde van de tweede doorgang 8 en de onderzijde van de rail 9 kleiner dan de afstand waarover de bovenbegrenzing van de 30 opening 11 omlaag uitsteekt ten opzichte van het hoogste punt van de n r , - ,· · .The hook 1 according to this example is provided with a third passage 8 for receiving horizontally extending carriers. It is located at the front of the hook 1, is also directed in the direction 3 and also intersects the second passage 5 (see Fig. 1). This passage is specifically suitable for receiving an ISO rail 25 x 10, which is frequently found in hospitals 20 and in many cases runs along the head end of hospital beds. By hanging the gas bottle on it, the bed is kept free and the gas bottle does not get in the way of the patient and nursing staff. The rail 9 according to this example is also shown with broken lines. As can be seen in fig. 2, the hook with an inner surface 19 of the passage 8 rests behind the opening 11 for inserting the rail 9 on the free upper edge of the rail 9 on the rail and is in the area of the opening 11 at the top thereof free from the rail 9. Furthermore, the distance between the bottom of the second passage 8 and the bottom of the rail 9 is smaller than the distance over which the upper limit of the opening 11 protrudes downwards relative to the highest point of the nr, -, · ·.

4 doorgang 8 waarop de rail 9 aangrijpt. Hierdoor is het niet mogelijk dat de haak 1 bij per ongeluk omhoog drukken van de haak 1 loskomt van de rail 9. Wel is het mogelijk, teneinde de haak 1 van de rail te nemen, de haak 1 zo te kantelen dat de onderzijde van de haak 1 van de rail 9 af beweegt.4 passage 8 on which the rail 9 engages. As a result, it is not possible for the hook 1 to be released from the rail 9 when the hook 1 is accidentally pushed upwards. It is, however, possible to tilt the hook 1 so that the underside of the hook 1 moves away from the rail 9.

5 Wanneer de onderzijde van de doorgang 8 vrij is gekomen van de rail 9 kunnen de haak 1 en het daarmee verbonden object vrij omhoog worden bewogen om de aangrijping van de haak 1 op de rail 9 teniet te doen.When the underside of the passage 8 has become free from the rail 9, the hook 1 and the object connected therewith can be moved freely upwards in order to cancel the engagement of the hook 1 on the rail 9.

De eerste doorgang 2 heeft een in bedrijfstoestand omlaag gekeerde open zijde 12 voor het inbrengen van de drager 4. De tweede doorgang 5 10 heeft een in bedrijfstoestand ondergelegen gedeelte 13 met een eerste dwarsdoorsnede 14 en een in bedrijfstoestand bovengelegen gedeelte 14 met een tweede dwarsdoorsnede 15. De dwarsdoorsnede 15 van het bovengelegen gedeelte 14 is kleiner dan de dwarsdoorsnede 14 van het ondergelegen gedeelte 13. De overgang 16 tussen het ondergelegen gedeelte 15 13 en het bovengelegen gedeelte 15 vormt een steunoppervlak voor het afsteunen tegen een schouderstructuur 17 van de drager 7. De tweede doorgang 5 heeft verder een laterale opening 18 heeft met een kleinste breedte bis die kleiner is dan de breedte bi3 van het ondergelegen gedeelte 13 van de tweede doorgang 5.The first passage 2 has an open side 12, which is lowered in the operating state, for inserting the carrier 4. The second passage 5 has a lower portion 13 in the operating state with a first cross-section 14 and an upper portion 14 in the operating state with a second cross-section 15 The cross-section 15 of the upper part 14 is smaller than the cross-section 14 of the lower part 13. The transition 16 between the lower part 13 and the upper part 15 forms a support surface for supporting against a shoulder structure 17 of the carrier 7. The second passage 5 further has a lateral opening 18 with a smallest width bis that is smaller than the width bi3 of the lower portion 13 of the second passage 5.

20 Hierdoor kan het ondergelegen gedeelte 13 van de doorlaat 5 een gedeelte 19 van een drager 7 opnemen met een breedte die groter is dan de kleinste breedte bis van de laterale opening 18 ter hoogte van het ondergelegen gedeelte 13 van de tweede doorlaat 8. Dit gedeelte 19 kan, doordat de breedte daarvan groter is dan de kleinste breedte bis van de 25 laterale opening 18 ter hoogte van het ondergelegen gedeelte 13, echter niet in laterale richting door de opening 18 ontsnappen. Hierdoor omgrijpt de haak 1 het gedeelte 19 op betrouwbare wijze zonder dat verdere uitsteeksels voor samenwerking met de haak nodig zijn. Opgemerkt wordt, dat het schouder 17 en het verdikte gedeelte 19 van de drager 7 kunnen worden 30 gevormd door een overgang van een dun gedeelte van de drager naar een 5 dikker gedeelte van de infuuspaal, maar dat het bijvoorbeeld ook mogelijk is, zoals in de figuren 7 en 8 is weergegeven, de paal uit te rusten met een manchet 35 of 36 die een plaatselijke verdikking, en daarmee het schouder 17 en het verdikte gedeelte 19 vormt.As a result, the lower part 13 of the passage 5 can receive a part 19 of a carrier 7 with a width that is larger than the smallest width bis of the lateral opening 18 at the level of the lower part 13 of the second passage 8. This part 19, however, because its width is greater than the smallest width bis of the lateral opening 18 at the level of the lower portion 13, it cannot escape through the opening 18 in the lateral direction. As a result, the hook 1 reliably grips the portion 19 without the need for further projections for cooperation with the hook. It is noted that the shoulder 17 and the thickened part 19 of the carrier 7 can be formed by a transition from a thin part of the carrier to a thicker part of the infusion pole, but that it is also possible, for example, as in the 7 and 8, the pole is provided with a sleeve 35 or 36 forming a local bulge, and thus the shoulder 17 and the bulged portion 19.

5 De kleinste breedte bis van de laterale opening 18 komt bij voorkeur overeen met de breedte bi4 van het bovengelegen gedeelte 14 van de tweede doorgang 8. Hierdoor is de kleinste breedte bis van de laterale opening 18 juist groot genoeg voor het doorlaten van een dun gedeelte 20 van de drager 7 dat qua breedte juist in het bovengedeelte 14 van de tweede 10 doorlaat 5 past. De haak 1 kan derhalve gemakkelijk over de drager 7 geplaatst worden maar heeft in het ondergebied 13 in vooraanzicht voldoende overlap met de drager 7 om een betrouwbare omgrijping te waarborgen.The smallest width bis of the lateral opening 18 preferably corresponds to the width bi4 of the upper portion 14 of the second passage 8. As a result, the smallest width bis of the lateral opening 18 is just large enough to allow a thin portion to pass through 20 of the carrier 7 which, in terms of width, fits precisely into the upper portion 14 of the second passage 5. The hook 1 can therefore easily be placed over the support 7, but has sufficient overlap with the support 7 in the bottom region 13 in front view to ensure a reliable grip.

Voor het in aangrijping brengen van de haak 1 met een paal 7 op 15 de in de figuren 7 en 8 getoonde wijze, wordt een dun gedeelte 20 van de paal 7 door de laterale opening 18 in de tweede doorgang 5 gebracht en wordt de haak 1 vervolgens omlaag bewogen, totdat een verdikt gedeelte van de paal 7 is opgesloten in een ondergelegen gedeelte 13 van de doorlaat 5 en een schouder 17 van de paal 7 in aanligt tegen het steunoppervlak 16. 20 Het steunoppervlak 16 van de haak 1 heeft een conisch verloop. Dit biedt het voordeel dat de haak 1 zich bij plaatsing over het schouder 17 of over een ander, om de drager omlopend of in omtrekszin verdeeld uitsteeksel geleidelijk en zonder speling centreert, zodat een accurate en rammelvrije aangrijping van de haak 1 op de drager 7 wordt verkregen.For engaging the hook 1 with a post 7 in the manner shown in Figs. 7 and 8, a thin portion 20 of the post 7 is introduced through the lateral opening 18 into the second passage 5 and the hook 1 is then lowered until a thickened portion of the post 7 is confined in a lower portion 13 of the passage 5 and a shoulder 17 of the post 7 abuts the support surface 16. The support surface 16 of the hook 1 has a conical shape . This offers the advantage that when placed over the shoulder 17 or over another protrusion circumferentially or circumferentially distributed around the carrier, the hook 1 gradually and without play centers, so that an accurate and rattle-free engagement of the hook 1 on the carrier 7 becomes obtained.

25 De paal volgens het in fig. 8 getoonde voorbeeld is voorzien van een lateraal uitsteeksel 34 met een breedte die, afgezien van enige speling, overeen komt met de breedte bis van de laterale opening 18. Hierdoor kan de haak 1 niet om de paal 7 heen draaien.The pole according to the example shown in fig. 8 is provided with a lateral protrusion 34 with a width that, apart from some play, corresponds to the width bis of the lateral opening 18. As a result, the hook 1 cannot around the pole 7 turn around.

De in fig. 5 weergegeven objecthouder 21 is uitgevoerd als een 30 gasfleshouder voor het ophangen van een gasfles. Deze gasfleshouder heeft 6 een foedraal 22 dat bestaat uit een bodem 23 en een daarmee verbonden gekromde plaat 24. De plaat 24 is op zijn beurt via een bevestigingsblok 25 verbonden met een handgreep 26. De haak 1 is met zijn rugzijde verbonden met het bevestigingsblok 25. Voor een constructief eenvoudige opbouw is het 5 voordelig indien het bevestigingsblok door middel van bevestigingsmiddelen zoals bouten tussen de haak 1 en de gekromde plaat 24 ingeklemd wordt. De houder is verder voorzien van veerkrachtige beugels 27 voor het vasthouden van de gasfles 28. De stijfheid en vorm van de beugels is zodanig, dat de gasfles 28 met handkracht uit de omklemming door de beugels 27 10 losgetrokken kan worden. Ter voorkoming van onbedoeld uit de houder 21 vallen van de gasfles 28 is de houder verder voorzien van een veiligheidsbeugel 29. De plaat 22 die gekromd is om een as evenwijdig aan de hartlijn loodrecht op de bodem 23 vormt een stevige verbinding tussen enerzijds het handvat 26 en het koppelstuk 25 en anderzijds de bodem 23 en 15 neem zeer weinig ruimte is beslag, omdat de kromming van de plaat 24 de kromming van de gasfles volgt.The object holder 21 shown in Fig. 5 is designed as a gas bottle holder for suspending a gas bottle. This gas bottle holder 6 has a case 22 which consists of a bottom 23 and a curved plate 24 connected thereto. The plate 24 is in turn connected via a mounting block 25 to a handle 26. The hook 1 is connected with its back side to the mounting block 25 For a constructionally simple construction it is advantageous if the fixing block is clamped between the hook 1 and the curved plate 24 by means of fixing means such as bolts. The holder is further provided with resilient brackets 27 for holding the gas bottle 28. The rigidity and shape of the brackets is such that the gas bottle 28 can be pulled loose by hand from the clamping by the brackets 27. To prevent the gas bottle 28 from accidentally falling out of the holder 21, the holder is furthermore provided with a safety bracket 29. The plate 22 which is curved about an axis parallel to the axis perpendicular to the bottom 23 forms a firm connection between the handle 26 on the one hand and the coupling piece 25 and, on the other hand, the bottom 23 and 15 occupy very little space, because the curvature of the plate 24 follows the curvature of the gas bottle.

Gebruik van een objecthouder als getoond in fig. 5, maakt het mogelijk de gasfles 28 achtereenvolgens op te hangen aan verschillende dragers zoals de dragers 4, 7, 9, waarbij de haak 1 bij aangrijping op 20 horizontale dragers vanaf de zijde van het foedraal 22 over de drager 4, 9 grijpt en waarbij de haak 1 bij aangrijping op een verticale drager 7 aan twee tegenover elkaar gelegen zijden langs de drager 7 grijpt en een verdikking 19 van de drager 7 omgrijpt. Dit maakt het bijvoorbeeld mogelijk de gasfles 28 met gebruikmaking van dezelfde haak in willekeurige volgorde 25 op te hangen aan een isorail bij het hoofdeinde van een patiënt, aan een horizontale buis van het frame van het bed van de patiënt en aan een infuuspaal die de patiënt die mobiel is bij zijn of haar verplaatsingen met zich meevoert. Ook koppeling aan andere hulpmiddelen van patiënten, zoals rollators en rolstoelen behoort tot de mogelijkheden. Bij het aanvoeren van 30 patiënten per ambulance is het eveneens van voordeel, dat bij het 7 overplaatsen van de patiënt vanaf de brancard de gasfles meteen aan het bed kan worden opgehangen.Use of an object holder as shown in Fig. 5 makes it possible to suspend the gas bottle 28 successively on different carriers such as carriers 4, 7, 9, wherein the hook 1 when engaged on horizontal carriers from the side of the case 22 overlies the carrier 4, 9 and wherein the hook 1, when engaged with a vertical carrier 7, engages along the carrier 7 on two opposite sides and engages a bulge 19 of the carrier 7. This makes it possible, for example, to suspend the gas bottle 28 using the same hook 25 from an isorail at the head end of a patient, from a horizontal tube of the frame of the patient's bed and from an infusion pole that the patient who is mobile when carrying his or her movements. Linking to other patient aids, such as walkers and wheelchairs, is also possible. When supplying 30 patients per ambulance, it is also advantageous that when transferring the patient from the stretcher the gas cylinder can be hung directly on the bed.

In fig. 6 is een alternatief uitvoeringsvoorbeeld van de voorgestelde haak weergegeven. De haak 51 heeft een rugplaat 80 en zich vanaf de 5 rugplaat 80 uitstrekkende beugels 81. De beugels 81 en de rugplaat 80 begrenzen een eerste doorlaat 52 in een richting 53 voor het opnemen van gedeeltes van horizontale dragers. De beugels 81 en de 80 begrenzen tevens een tweede doorlaat 55 in een richting 56 voor het opnemen van een gedeelte van een verticaal verlopende drager 7 zoals de met 10 streeppuntlijnen weergegeven infuuspaal. Tussen de verticaal verlopende gedeeltes 82 van de beugels 81 bevindt zich een ondergelegen gedeelte 63 van de tweede doorlaat 55, waarvan de breedte alleen ter plaatse van de verticaal verlopende gedeeltes 82 van de beugels 81 is begrensd. Tussen de horizontaal verlopende gedeeltes. 83 van de beugels 81 bevindt zich een 15 bovengedeelte 64 van de tweede doorlaat 55. Daarvan is de breedte begrensd en gelijk aan de breedte van de doorlaat 68 tussen de verticaal verlopende gedeeltes 82 van de beugels 81.Fig. 6 shows an alternative exemplary embodiment of the proposed hook. The hook 51 has a back plate 80 and brackets 81 extending from the back plate 80. The brackets 81 and the back plate 80 define a first passage 52 in a direction 53 for receiving portions of horizontal carriers. The brackets 81 and 80 also define a second passage 55 in a direction 56 for receiving a portion of a vertically extending carrier 7, such as the infusion pole, which is indicated by 10 dashed-line lines. Between the vertically extending portions 82 of the brackets 81 is a lower portion 63 of the second passage 55, the width of which is limited only at the location of the vertically extending portions 82 of the brackets 81. Between the horizontal sections. 83 of the brackets 81 is an upper portion 64 of the second passage 55. The width thereof is limited to and the width of the passage 68 between the vertically extending portions 82 of the brackets 81.

Aldus kan de haak 51 eenvoudig over horizontaal verlopende dragers alsook over een verdikking in een verticaal verlopende drager 7 20 worden gehaakt. Voor de laatstgenoemde toepassing worden de beugels 81 ter plaatse van een dun gedeelte van de drager 7 aan weerszijden langs de drager gestoken en wordt de haak 51 vervolgens omlaag bewogen totdat het verdikte gedeelte van de drager opgesloten is tussen de verticale gedeeltes 82 van de beugels 81 en de rugplaat 80 - d.w.z. in het ondergelegen gedeelte 25 63 van de tweede doorlaat 55.The hook 51 can thus easily be hooked over horizontally extending carriers as well as over a bulge in a vertically extending carrier 7. For the latter application, the brackets 81 are inserted alongside the carrier at a thin portion of the carrier 7 and the hook 51 is then lowered until the thickened portion of the carrier is confined between the vertical portions 82 of the brackets 81 and the back plate 80 - ie in the lower portion 63 of the second passage 55.

•1i f'· - - .-· ·· l'i ï v ·· ' .·-?• 1i f '· - - .- · ·· l'i ï v ··'. · -?

Claims

A hook for suspending an object (28) connected thereto from a carrier (4, 7, 9) with a first passage (2, 8; 52) in a first direction (3; 53) for receiving a portion of a carrier (4, 9) extending in a horizontal direction with its longitudinal direction 5 directed in said first direction (3; 53), and with a second passage (5; 55) in a second direction (6; 56) transverse to said first direction (3; 53) for receiving a portion of a carrier (7) extending in a vertical direction with its longitudinal direction directed in said second direction (6; 56), said first passage ( 2; 8; 52) and said second passage (5; 55) intersect.

Hook according to claim 1, wherein the first passage (2; 8; 52) has an open side (12) facing downwards in the operating condition for inserting the carrier (4, 9) and wherein the second passage (5; 55) a portion (13; 63) lower in operating condition with a first cross-section and a portion (14; 64) upper in operating condition with a second cross-section smaller than the first cross-section, the transition between the lower portion (13; 63) and the upper portion (14; 64) forms a support surface (16) for supporting against a shoulder structure (17) of the carrier (7), and wherein the second passage (5; 55) has a lateral opening (18; 68) with a smallest width (bis) that is smaller than the width (bie) of the lower part (13; 63) of the second passage (5; 55).

3. Hook according to claim 2, wherein the smallest width (bis) of the lateral opening (18; 68) corresponds to the width (bu) of the upper portion (14; 64) of the second passage (5; 55) .

Hook according to claim 2 or 3, wherein said support surface (16) has a conical shape. /

Object holder for suspending an object (28), comprising a hook (26) according to one of the preceding claims and a case (22) for receiving and at least locally enclosing the object (28).

Suspension system, comprising a hook (1) according to any one of the preceding claims and said vertical carrier in the form of a sleeve (35, 36) arranged for engagement by said hook (1) and for mounting around an upright.

Use of an object holder according to claim 5, for successively suspending the object (28) on different carriers (4, 10, 7, 9), the hook (1; 51) when engaging on horizontal carriers (4, 9) grips over the carrier (4, 9) from the side of the case and wherein the hook (1; 51) grips on a vertical carrier (7) on two opposite sides along the carrier (7) and on a shoulder structure (17, 19) of the carrier (7). 15