NL1018440C2 - Optische connector plug. - Google Patents

Description

Optische connector plug

De uitvinding heeft betrekking op een optische connector plug, zoals een Multi-fibre Push On (MPO) connectorplug, met ten minste één omhulling die een ferrule opneemt welke één of een aantal optische vezels bevat. De uit-5 vinding heeft verder betrekking op een omhulling die geschikt is voor gebruik in de genoemde MPO-connectorplug en op een achterpaneelconnector systeem met een achterpaneel connector en een bordconnector voor het opnemen van MPO connectorplug-gen.

10 Optische connectorpluggen van dit type zijn bekend uit de stand van de techniek, bijvoorbeeld uit de Europese octrooiaanvrage 0 807 837. Deze publicatie is gericht op een achterpaneel-connectorsysteem met een achterpaneelconnector (verwijzingscijfer 1) in de figuren 1-3 van deze publicatie en 15 een bordconnector (2) die worden gebruikt om twee of meer MPO connectorpluggen (3) te verbinden. De achterpaneel-connector (1) bezit een eerste huis (5) waarin een tweede huis (12) is bevestigd. Het tweede huis (12) is verschuifbaar in een z-richting die zich loodrecht op de bodem van het eerste huis 20 (5), en derhalve van het achtervlak, uitstrekt en een zekere bewegingsvrijheid bezit in de x- en y-richting. Deze bewegingsvrijheid van het huis (12), ook aangeduid met "floating insert", is zeer belangrijk bij het op een correcte wijze koppelen van twee connectorpluggen (3) die respectievelijk in de 25 achterpaneel-connector (1) en de bordconnector (2) zijn gestoken.

De genoemde MPO pluggen worden in vele toepassingen gebruikt en in dergelijke aantallen, dat, inter alia, de dimensies van sommige gedeeltes van de pluggen en van het 30 achterpaneel en de bordconnectors werden gestandaardiseerd. In het bijzonder is de afstand tussen het achtervlak en de bordconnectors vastgelegd op 12 mm voor connectors die zijn ontworpen voor het opnemen van een enkele plug en vastgelegd op 20-25 mm voor duplex configuraties, dat wil zeggen voor 101 84 40 2 connectors die zijn ontworpen voor het opnemen van twee pluggen .

Het is een doelstelling van de onderhavige uitvinding om de dichtheid van optische verbindingen op, bijvoorbeeld, 5 een achtervlak te verhogen.

Hiertoe bezit de optische connector volgens de aanhef het kenmerk, dat de omhulling een aantal van dergelijke ferrules opneemt.

Gebleken is, dat meer dan één ferrule in een enkele 10 omhulling kan worden geplaatst zonder de gestandaardiseerde afstand tussen corresponderende connectors te overschrijden.

Bijvoorbeeld kunnen twee ferrules in een enkele omhulling worden geplaatst zonder de gestandaardiseerde 12mm-afstand te overschrijden van achtervlak- en bordconnectors die 15 zijn ontworpen voor het opnemen van een enkele plug. Derhalve kan de dichtheid van de optische verbindingen aanzienlijk worden verhoogd en, in dit specifieke voorbeeld, zelfs worden verdubbeld.

Het geniet de voorkeur, dat de omhulling een aantal 20 holtes bezit die zijn gescheiden door een corresponderend aantal interne wanden en die elk één der ferrules opnemen. Een dergelijke configuratie staat een effectieve integratie toe van twee of meer ferrules in een enkele huls, terwijl de structurele stabiliteit wordt gehandhaafd.

25 De uitvinding zal thans gedetailleerder worden toege licht onder verwijzing naar de tekeningen, waarin een de voorkeur genietende uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding in details is getoond.

Figuren 1A-1D tonen respectievelijk een perspecti-30 visch en een frontaal aanzicht, alsmede twee dwarsdoorsnedes door een connectorplug volgens de onderhavige uitvinding.

Figuur 2 toont een explosieaanzicht van een achterpa-neel-connectorsysteem volgens de onderhavige uitvinding.

Figuur 3 toont het achterpaneel-connectorsysteem vol-35 gens fig. 2 in een geassembleerde toestand.

De figuren 1A-1D tonen een optische connector plug, in dit geval een MPO-plug 1 met een omhulling 2 die wordt omringd door een huls 3. De huls 3 is voorgespannen in een 3 voorwaartse richting, dat wil zeggen in de insteek- (ID) of z-richting die is aangeduid in fig. IA, door middel van een schroefveer 4 die is aangebracht tussen eerste ribben 5 op het buitenvlak van de omhulling 2 en tweede ribben(niet getoond) 5 op het binnenvlak van de huls 3.

De omhulling 2 bezit twee langsholtes 6 die worden gescheiden door een interne wand 7 en die elk een geleiding 8 opnemen, in deze specifieke uitvoeringsvorm een zogenaamde achterste buitenste omhulling, voor een optische vezelkabel 10 (niet getoond), welke stevig is vergrendeld binnen het achterste uiteinde van de omhulling 2. Een zogenaamde mechanisch overbrengbare (MO) ferrule 9 is verschuifbaar bevestigd in elk der holtes 6 en beide ferrules 9 strekken zich vanaf de voorzijde van de omhulling 2 uit. Een veer 10, met rechthoekige 15 windingen met een buitenomtrek die in hoofdzaak identiek is aan die van het achterste uiteinde van de ferrule 9, is aangebracht tussen het genoemde achterste uiteinde en het voorste uiteinde van de geleiding 8, waardoor de ferrule 9 in de in-steekrichting ID van de plug 1 wordt voorgespannen.

20 Een reeks 11 van, bijvoorbeeld twaalf, optische ve zels is ingebed in elk der ferrules 9 en de uiteinden 12 van de optische vezels liggen op één lijn met het voorvlak van de respectievelijke ferrule 9. Elke ferrule 9 is voorzien van twee uitlijnpennen 13, één aan elke zijde van de reeks 11 en 25 evenwijdig aan elkaar alsmede evenwijdig aan de reeks 11, dat wil zeggen zich uitstrekkend in de insteekrichting ID. De uitlij npennen 13 vereenvoudigen het aansluiten van de plug 1 op een contradeel dat is voorzien van uitlijngaten die complementair zijn aan de pennen 13. Bovendien zijn de pennen 3 30 bevestigd in een penklem 14 die aanligt tegen de achterzijde van de ferrule 9.

De interne wand 7 die de holtes scheidt, verschaft, in de zijdelingse of x-richting, dat wil zeggen in een richting loodrecht op de insteekrichting ID alsmede loodrecht op 35 het vlak van de respectievelijke reeksen 11, voldoende ruimte tussen de subsamenstellen van ferrules 9, 14 en geleidingen 8 teneinde in staat te zijn om subsamenstellen te gebruiken identiek aan die, welke worden gebruik in bestaande MPO- 101 844 0 4 pluggen, die een enkele ferrule 9 opnemen. Met andere woorden kan de omhulling 9 volgens de onderhavige uitvinding worden gebruikt in combinatie met commercieel verkrijgbare componenten. Op alternatieve wijze kan de breedte van de schroefveer 9 5 worden verkleind door het kiezen van een draad met een kleinere diameter en bij voorkeur minder windingen en een vergrootte spoed tussen de windingen ter compensatie van de gereduceerde stijfheid van de draad zelf.

De figuren 2 en 3 tonen een achterpaneel-10 connectorsysteem met een achterpaneel 15 en een printkaart 16, elk voorzien van een connector 17 respectievelijk 18. De ach-terpaneelconnector 7 bezit een eerste huis 19, waarvan het bodemgedeelte een opening bezit die samenvalt met een corresponderende opening in het achterpaneel 15 ter opname van twee 15 contra-stekers die gelijk zijn aan de in de fig. 1A-1D getoonde stekers.

Een tweede huis of floating insert 20 is in het eerste huis 19 aangebracht. De bordconnector 19 bezit een derde huis 21 dat eveneens in het eerst huis 19 is aangebracht. De 20 connectorpluggen volgens de onderhavige uitvinding kunnen worden aangesloten op en gebruikt in samenhang met bestaande achterpaneel-connectorsystemen, bijvoorbeeld het systeem dat bekend is uit bijvoorbeeld het eerder genoemde EP 0 807 837A1. Echter, de afmetingen van de openingen in het floating insert 25 en in de bordconnector voor het opnemen van de pluggen zullen in principe moeten worden aangepast aan de afmetingen van de omhullingen en de hulzen van de pluggen.

Figuur 3, die het achtervlaksysteem volgens fig. 2 in een geassembleerde toestand toont, maakt goed duidelijk, dat 30 een systeem dat normaal een optische koppeling zou verschaffen tussen de optische vezels in vier pluggen en derhalve kabels, thans de koppeling verschaft tussen acht pluggen zonder de afstand tussen het achtervlak en de bordconnectors te verhogen.

De uitvinding is niet beperkt tot de in het voorgaan-35 de beschreven uitvoeringsvormen die binnen het kader van de conclusies op een aantal wijzen kunnen worden gevarieerd. Bijvoorbeeld kan de omhulling bijvoorbeeld vier of vijf ferrules in een duplex-configuratie opnemen.

1018440

Claims (8)

1. Optische connectorplug, zoals een Multi-fibre Push On (MPO) connector (1) , met ten minste een omhulling (2) die een ferrule (9) opneemt welke één of een aantal optische vezels (11) bevat, met het kenmerk, dat de omhulling (2) een 5 aantal van dergelijke ferrules (9) opneemt.

2. Optische connectorplug volgens conclusie 1, waarbij de omhulling (2) een aantal holtes (6) bezit die zijn gescheiden door een corresponderend aantal interne wanden (7) en die elk één der ferrules (9) opnemen.

3. Optische connectorplug volgens conclusie 1 of 2, waarbij de omhulling (2) precies twee ferrules (9) opneemt.

4. Optische connectorplug volgens één der voorgaande conclusies, waarbij elk der ferrules (9) deel vormt van een individueel subsamenstel (9, 10,8) dat tevens is voorzien van 15 een veer (10) met een schroefdraadvormige draad, waarbij de breedte van de veer (1) is verkleind door het kiezen van een draad met een kleinere diameter.

5. Optische connectorplug volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de omhulling (2) is aangebracht binnen 20 een koppelhuls (3) en waarbij de breedte van de huls (3) in de x-richting gelijk is aan of minder dan het aantal ferrules vermenigvuldigd met 6 mm.

6. Omhulling (2) geschikt voor gebruik in een Multi -fibre Push On connectorplug (1) met een aantal, bij voorkeur 25 twee, holtes (6) voor het opnemen van een ferrule (9) die één of een aantal optische vezels (11) bevat, waarbij de holtes zijn gescheiden door een corresponderend aantal interne wanden (7), bijvoorkeur één interne wand (7).

7. Achterpaneel-connectorsysteem met een achterpa- 30 neel-connector (17) en een bordconnector (18), waarbij ten minste één van deze connectors (17, 18) geschikt is voor het opnemen van een optische connectorplug overeenkomstig één der voorgaande conclusies. 101 84 40 %

8. Achterpaneel-connectorsysteem volgens conclusie 7, waarbij de achterpaneel-connector (17) een eerste huis (19) bezit alsmede een tweede huis (20) dat beweegbaar is aangebracht binnen het eerste huis (19) , terwijl de bordconnector 5 (18) een derde huis (21) bezit dat eveneens is aangebracht in het eerste huis (19), en waarbij het tweede en derde huis (20, 21) geschikt zijn ter opname van de genoemde optische connec-torplug. tf01 &4 i0