NL1017013C2 - Schaalbaar systeem voor handelsvoering in meerdere omgevingen. - Google Patents

Schaalbaar systeem voor handelsvoering in meerdere omgevingen. Download PDF

Info

Publication number
NL1017013C2
NL1017013C2 NL1017013A NL1017013A NL1017013C2 NL 1017013 C2 NL1017013 C2 NL 1017013C2 NL 1017013 A NL1017013 A NL 1017013A NL 1017013 A NL1017013 A NL 1017013A NL 1017013 C2 NL1017013 C2 NL 1017013C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
data
financial
functions
rule
group
Prior art date
Application number
NL1017013A
Other languages
English (en)
Other versions
NL1017013A1 (nl
Inventor
Art Smith
Dennis Johnston
Beth Rohwedder
Kay Musal
William Smith
Gene Rawls
Eric C Jones
Jan S Corey
Original Assignee
Art Smith
Dennis Johnston
Beth Rohwedder
Kay Musal
William Smith
Gene Rawls
Eric C Jones
Jan S Corey
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Art Smith, Dennis Johnston, Beth Rohwedder, Kay Musal, William Smith, Gene Rawls, Eric C Jones, Jan S Corey filed Critical Art Smith
Publication of NL1017013A1 publication Critical patent/NL1017013A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1017013C2 publication Critical patent/NL1017013C2/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06QINFORMATION AND COMMUNICATION TECHNOLOGY [ICT] SPECIALLY ADAPTED FOR ADMINISTRATIVE, COMMERCIAL, FINANCIAL, MANAGERIAL OR SUPERVISORY PURPOSES; SYSTEMS OR METHODS SPECIALLY ADAPTED FOR ADMINISTRATIVE, COMMERCIAL, FINANCIAL, MANAGERIAL OR SUPERVISORY PURPOSES, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • G06Q40/00Finance; Insurance; Tax strategies; Processing of corporate or income taxes
    • G06Q40/02Banking, e.g. interest calculation or account maintenance
    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06QINFORMATION AND COMMUNICATION TECHNOLOGY [ICT] SPECIALLY ADAPTED FOR ADMINISTRATIVE, COMMERCIAL, FINANCIAL, MANAGERIAL OR SUPERVISORY PURPOSES; SYSTEMS OR METHODS SPECIALLY ADAPTED FOR ADMINISTRATIVE, COMMERCIAL, FINANCIAL, MANAGERIAL OR SUPERVISORY PURPOSES, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • G06Q30/00Commerce
    • G06Q30/02Marketing; Price estimation or determination; Fundraising
    • GPHYSICS
    • G06COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
    • G06QINFORMATION AND COMMUNICATION TECHNOLOGY [ICT] SPECIALLY ADAPTED FOR ADMINISTRATIVE, COMMERCIAL, FINANCIAL, MANAGERIAL OR SUPERVISORY PURPOSES; SYSTEMS OR METHODS SPECIALLY ADAPTED FOR ADMINISTRATIVE, COMMERCIAL, FINANCIAL, MANAGERIAL OR SUPERVISORY PURPOSES, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • G06Q40/00Finance; Insurance; Tax strategies; Processing of corporate or income taxes

Description

«
Titel: Schaalbaar systeem voor handelsvoering in meerdere omgevingen.
De uitvinding heeft betrekking op een raamwerkarchitectuur, meer in het bijzonder op een dynamische integratie van ongelijksoortige toepassingen in een gedistribueerd systeem door gebruik te maken van een gemeenschappelijke raamwerkarchitectuur.
5 Financiering voor consumenten is de laatste 20 jaar aanzienlijk veranderd. In feite is dit ontwikkeld van een klein winkeltje naar een moderne zakengebouw dat volledig is uitgerust met zakelijke modem-communicatie-apparatuur en computers. De toonaangevende instellingen voor consumentenfinanciering hebben zich ontwikkeld naar de meer 10 traditionele dienstgebieden zoals bankieren en leasen. Ze hebben deze bredere zakelijke scope verkregen terwijl zij hun afstamming hebben behouden in het verwerken van leningen. Het lenen aan consumenten is een zeer competitieve handel. Veel leeninstellingen kijken naar de toonaangevende bedrijven om een effectieve lening praktijk en innovatieve 15 benaderingen te ontwikkelen.
In deze omgeving is het noodzakelijk om agressief gebruik te maken van niet-traditionele consumentenleningen voor het bereiken van de gewenste winstgevendheid. Meer doelmatige wijzen van handelsvoering worden voortdurend ontwikkeld, zoals internationale markten, nieuwe 20 producten en nieuwe marktkanalen. Voor het beheersen van de technologie die noodzakelijk is om zich te ontplooien op dit nieuwe terrein, maken toonaangevende bedrijven gebruik van interne informatiediensten voor het verschaffen van leiderschap en strategische visie die noodzakelijk is om een voortdurend succes te verzekeren. Teneinde een toonaangevend bedrijf te 25 blijven, moeten financiële informatiediensten zich realiseren dat de huidige technologie die wordt gebruikt voor het ondersteunen van een afnemer stand dient te worden aangepast voor het ondersteunen van nieuwe initiatieven.
2
Een deel van de redenen om de huidige technologie te wijzigen is dat men zich bewust is geworden dat de huidig systemen niet in staat zijn om het volume, de snelheid en het soort vereisten aan te kunnen die zowel van interne als externe gebruikers afkomstig zijn. Wanneer verzoeken tot 5 wijziging uitgevoerd kunnen worden zijn zowel de leiders als het afnemer-bestand in toenemende mate bezorgd over de tijd die het kost om verbeteringen in het systeem aan te brengen en de kosten, die niet alleen in uitgegeven dollars worden gemaakt, maar ook in verloren kansen. Bovendien wordt het steeds moeilijker om nieuwe afnemers aan te trekken 10 wegens een gebrek aan functionaliteit en beperkingen in aanpassingen door de eindgebruiker.
Door deze en andere redenen zijn de toonaangevende bedrijven op zoek om hun oude systemen te vervangen door nieuwe state-of-the-art systemen met een grotere snelheid voor het benaderen van gegevens, 15 flexibiliteit en verminderd systeemonderhoud, een verbeterde betrouwbaarheid van gegevens volgens de door de industrie goedgekeurde standaard, een eenvoudige systeemintegratie en verminderde operationele kosten.
Om een nieuwe architectuur te definiëren zijn enorme inspanningen noodzakelijk. Een geschikte systeemoplossing vereist 20 projectmanagement, planning van de architectuur van de onderneming, prototyping en workflow-analyse. De architectuur voor zakelijke en gegevenstoepassingen wordt gedefinieerd als vervolg van een intensieve analyse. Het ontwerp, ontwikkeling en implementatie van het vervangende systeem worden gestart nadat het definitieproces voor de architectuur-25 planning is afgerond. De architectuurdefinitie kan definiëren wat benodigd is; daarnaast is een plan nodig voor het ondersteunen van de architectuur om te definiëren hoe deze zal worden geïmplementeerd.
Recentelijk hebben bedrijven van systeemontwerp en gegevensverwerking twee enorme revoluties ondergaan in computerverwerking 30 samen met financiële struikelblokken. De eerste wordt veroorzaakt door een 3 toegenomen software-complexiteit, die de behoefte heeft gecreëerd voor het introduceren van nieuwe softwareontwikkelpraktijken; waarbij object georiënteerd programmeren de uitkomst is. De tweede revolutie is de opkomst van gedistribueerde gegevensverwerking. Hoewel gegevens-5 verwerking op een mainframe nog steeds in veel bedrijven gangbaar is, hebben sommige ondernemingen zich gerealiseerd dat deze enorme en dure computers niet de beloftes van de informatiesystemen van morgen vervullen. Daarom, wordt het mainframe geleidelijk vervangen door netwerken van computers.
10 Toch ontberen de tegenwoordige handelssystemen een architectuur die is opgebouwd in de context van het zakelijk domein; waarbij de componenten zijn geïdentificeerd op basis van zakelijk gebruik. Typerend zijn deze architecturen zeer technisch van aard, ontworpen om te voldoen aan de technische uitdagingen en om technische problemen op te lossen 15 zoals ongelijksoortige communicatieprotocollen die door applicaties worden gebruikt. Hergebruikbaar domeinspecifieke verwerking is benodigd voor het verschaffen van een enkel omvattend systeem dat aan een aantal zakelijke vereisten in de industrie van financiële diensten kan voldoen. Zo'n systeem omvat een integratie van alle specifieke gebouwde componenten, alsmede 20 producten van derden. Een ontwikkeld systeem dat interfaces omvat voor eindgebruikers gedraagt zich hetzelfde, heeft een makkelijke bediening, een eenvoudige configureerbaarheid en een lagere leercurve. Toch zijn enkele grote barrières te overwinnen om dit doel te bereiken.
De responstijd voor transacties in de huidige systemen is 25 bijvoorbeeld ontoereikend om een doelmatige service aan cliënten te verlenen. Geografische verschillen - de fysieke afstand tussen locaties en de tijd die het in beslag neemt voor het verzenden van berichten daartussen - verergert het probleem. Ontoereikend faalmanagement en systeemonderhoud kan tot aanzienlijke systeem uitval leiden. Een 4 gebrekkige locale infrastructuur en systeemontwerp hebben voortdurende upgrades en training van het personeel tot gevolg.
In zijn algemeenheid heeft de uitvinding betrekking op een on-line financieel verwerkings -en opslagsysteem. Een processor ontvangt een 5 verwerkingsinstructie en een argument en activeert een hiërarchische groep functies in respons op deze verwerkingsinstructie en geeft het argument aan ten minste een van de functies. De processor ontvangt tevens een groep gegevens van het geheugen waarbij een van de geactiveerde functies de gegevens in deze gegevensgroep verwerkt.
10 Een aspect van de uitvinding heeft betrekking op een gecomponentiseerd verwerkingssysteem voor domeinspecifieke handelsgegevens. Het systeem omvat een processor met een aantal activeerbare modules omvattende een eerste, tweede en derde module. De eerste activeerbare module heeft een aantal procesregels en een conditionele logica 15 en is geconfigureerd voor het ontvangen van een systeemverzoek en bepaalt of het verzoek betrekking heeft op een financiële actie of een afhandelings-actie. De eerste activeerbare module voert de actie uit om een serie zakelijke regels te initiëren. De tweede en derde activeerbare modules reageren op de eerste activeerbare module, de financiële actie en de afhandelingsactie. De 20 tweede activeerbare module is ingericht voor het verschaffen van diensten. De derde activeerbare module is ingericht voor het ontvangen en bijwerken van opgeslagen financiële en gerelateerde informatie in het opslagmedium, waarbij toegevoegde informatie die met specifieke informatie is gerelateerd, automatisch kan worden onttrokken.
25 Een ander aspect van de uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het verschaffen van on-line financiële diensten. De werkwijze omvat het aanroepen van een eerste module, met een aantal procesregels en een conditionele logica, die is ingericht voor het ontvangen van een verzoek en het bepalen of het verzoek betrekking heeft op een 30 financiële actie of een afhandelingsactie. De werkwijze omvat tevens het 5 activeren van een serie zakelijke regels van bedrijfsvoering. Tweede en derde modules worden aangeroepen. De tweede en derde modules reageren op de eerste activeerbare module, de financiële actie en de afhandelings-actie. De tweede module wordt geactiveerd voor het verschaffen van 5 diensten. De derde module wordt aangeroepen voor het ontvangen en bijwerken van opgeslagen financiële en gerelateerde informatie in het opslagmedium, waarbij aanvullende informatie met betrekking tot specifieke informatie automatisch kan worden onttrokken.
Een ander aspect van de uitvinding heeft betrekking op een 10 gecomponentiseerd gegevensverwerkingssysteem voor domein specifieke handelswijzen. Het gecomponentiseerde systeem kan bestaan uit een aantal interfaces die elektrisch zijn verbonden met ten minste één raamwerk-processor. De raamwerkprocessor bestaat uit een aantal activeerbare modules omvattende een eerste, tweede en derde module. De eerste 15 activeerbare module omvat een aantal procesregels en conditionele logica, ingericht voor het ontvangen van een systeemverzoek, het bepalen of het verzoek betrekking heeft op een financiële actie of afhandelingsactie, en het uitvoeren van de actie om een serie zakelijke regels en diensten te initiëren. De tweede en derde activeerbare modules reageren op de eerste activeerbare 20 module, de financiële actie en de afhandelingsactie. De tweede is ingericht voor het verschaffen van diensten. De derde activeerbare module is ingericht voor het in een opslagmedium ontvangen en bijwerken van opgeslagen financiële en gerelateerde informatie, waarbij aanvullende informatie met betrekking tot specifieke informatie automatisch kan 25 worden onttrokken. Het gecomponentiseerd systeem kan tevens bestaan uit een opslagmedium dat is verbonden met een processor, voor het vergaren van klanteninformatie en het archiveren van gegevens. Daarnaast kan het gecomponentiseerd systeem een beslissingsprocessor omvatten, die is verbonden met de raamwerkprocessor, voor het rapporteren van een aantal 30 activiteiten met betrekking tot de zakelijke transacties, waarbij de 6 beslissingsprocessor gegevensreplicatie uitvoert in een aantal informatie-opslagmedia. Verder kan het gecomponentiseerd systeem bestaan uit een pakketoplossingsproces, dat is verbonden met de raamwerkprocessor, voor het verschaffen van een aantal kennisdatabanken van buiten het systeem.
5 Een andere aspect van de uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het uitvoeren van een financiële verwerkingsregel. De werkwijze omvat het uitvoeren van een regelgebaseerde functie, en het bepalen van de toestand van een regel die is geassocieerd met de regelgebaseerde functie. Indien vervolgens de toestand van de regel "false" 10 is, wordt de verwerking van de regel gebaseerde functie afgehandeld zonder rekening te houden met de regel.
Een andere aspect van de uitvinding heeft betrekking op een regel gebaseerd systeem voor het verwerken van financiële informatie. Het regel gebaseerde systeem kan bestaan uit een databank van regels, waarbij elke 15 regel een te selecteren toestand heeft. Verder kan het systeem een processor omvatten die is geladen met executeerbare code met ten minste één regelgebaseerde functie. De executeerbare code is geprogrammeerd voor het benaderen van een databank van regels, het bepalen van de toestand van een of meer regels en het afhandelen van de uitvoering van de regel-20 gebaseerde functie.
Een ander aspect van de uitvinding heeft betrekking op een on-line financieel verwerkings en gegevensopslagsysteem. Zo'n systeem kan worden benaderd door een cliënt en kan een opslagfaciliteit omvatten voor het opslaan van een hiërarchische groep functies en financiële gegevens. De 25 hiërarchische groep functies omvat een aantal taakfuncties op een eerste niveau en een aantal resource-functies op een tweede niveau. Zo'n systeem omvat tevens een processor voor gegevenscommunicatie met de opslagfaciliteit. De processor is geconfigureerd en ingericht voor het ontvangen van een afhandelingsinstructie en een argument van de cliënt. Verder is de 30 processor ingericht voor het activeren van een taakfunctie in respons op de V f . , * / ·.
7 afhandelingsinstructie en voor het doorgeven van het argument aan de taakfunctie. Verder is de processor geconfigureerd en ingericht voor het activeren van ten minste een resource functie in respons op de geactiveerde taakfunctie. Verder is de processor geconfigureerd en ingericht voor het 5 ontvangen en verwerken van een groep financiële gegevens uit de database. Een groep financiële gegevens wordt verwerkt door ten minste een geactiveerde resource functie.
Een ander aspect van de uitvinding heeft betrekking op een on-line financieel verwerkings- en data-opslagsysteem. Zo'n systeem kan worden 10 benaderd door een cliënt en kan een opslagfaciliteit omvatten voor het opslaan van een hiërarchische groep functies en financiële gegevens. Zo'n systeem omvat tevens een processor voor datacommunicatie met de opslagfaciliteit. De processor is geconfigureerd en ingericht voor het ontvangen van een afhandelingsinstructie en een argument van de cliënt.
15 Verder is de processor geconfigureerd en ingericht voor het activeren van een aantal functies als respons op de afhandelingsinstructie en het doorgeven van het argument aan ten minste één van de geactiveerde functies. Verder is de processor geconfigureerd en ingericht voor het ontvangen en verwerken van een groep financiële gegevens van de 20 database. De groep financiële gegevens wordt verwerkt door ten minste één van de geactiveerde functies en vormt een object dat kan worden beschreven als een handels-entiteit.
Een andere aspect van de uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het verschaffen van on-line financiële verwerking en data 25 opslag. Zo'n werkwijze reageert op invoer van een cliënt en kan het ontvangen van een afhandelingsinstructie van de cliënt en een argument omvatten. Verder kan de werkwijze het activeren van een taakfunctie omvatten in respons op de afhandelingsinstructie en het doorgeven van het argument aan de taakfunctie. Verder kan de werkwijze het activeren van 30 ten minste een resource-functie omvatten in respons op de geactiveerde 8 taakfunctie. Verder kan de werkwijze het ontvangen en verwerken van een groep financiële gegevens van de database omvatten. De ontvangen groep financiële gegevens wordt verwerkt door ten minste één geactiveerde resourcefunctie.
5 Een ander aspect van de uitvinding heeft betrekking op een on-line financieel verwerkings- en dataopslagsysteem. Zo'n systeem kan een eerste on-line transactie-verwerkingssysteem omvatten, die zich in een eerste gebied bevindt en een eerste gegevensopslagfaciliteit voor het opslaan van financiële gegevens, die zich eveneens in het eerste gebied bevindt. De 10 eerste gegevensopslagfaciliteit staat in verbinding met het eerste on-line transactieverwerkingssysteem. Zo'n systeem kan tevens omvatten een tweede on-line transactieverwerkingssysteem dat zich bevindt in een tweede gebied, waarbij het tweede gebied zich op afstand bevindt van het eerste gebied. Verder kan zo'n systeem tevens een tweede gegevens-15 opslagfaciliteit omvatten, die in verbinding staat met het tweede on-line transactieverwerkingssysteem en de eerste gegevensopslagfaciliteit. De eerste en tweede dataopslag slaan ten minste enkele gemeenschappelijke financiële gegevens op en de eerste en tweede gegevensopslag synchroniseren ten minste enkele van de gemeenschappelijke financiële 20 gegevens.
Onder verwijzing naar de tekening waarin dezelfde verwijzingsnummers betrekking hebben op overeenkomstige delen:
Fig. IA geeft een voorbeeld weer van een clientcomputer die in verbinding staat met een on-line transactieverwerkingsysteem.
25 Fig. 1B geeft een voorbeeld weer van een deelnemer die verbinding heeft met een on-line transactie verwerkingssysteem.
Fig. 2A geeft een grafische user interface (GUI) weer van een accountlijst.
Fig. 2B geeft een detail weer van de account GUI.
3-¾ 9
Fig. 3 is een weergave van een voorbeeld van een schaalbaar systeem voor handelsvoering voor meervoudige omgevingen.
Fig. 4 is een andere weergave van een voorbeeld van een schaalbaar systeem voor handelsvoering voor meervoudige omgevingen.
5 Fig. 5 geeft een verzoek van een cliënt weer dat is gericht aan een machine binnen het on-line transactieverwerkingssyteem.
Fig. 6 geeft taak/search/query en de bijbehorende interfaces.
Fig. 7 is een andere weergave detail van een account GUI, waarin een selectie voor late betaling is geselecteerd van een drop-down menulijst. 10 Fig. 8 geeft een GUI weer voor een late betaling.
Fig. 9 is een andere weergave van een verzoek van een cliënt die is gericht naar een machine met het on-line transactie verwerkingssysteem.
Fig. 10 geeft een uitvoeringsvorm die een on-line transactie verwerkingssysteem en een op afstand gelegen database management-15 systeem kunnen aannemen.
In de navolgende beschrijving van verscheidene uitvoeringsvormen van de uitvinding wordt verwezen naar de begeleidende tekeningen waarbij dezelfde verwijzingscijfers betrekking hebben op overeenkomstige 20 onderdelen in de verschillende weergaven. Tevens dient te worden begrepen dat andere dan de hierin beschreven uitvoeringsvormen kunnen worden toegepast. Daarom kunnen structurele en functionele kwalificaties worden uitgevoerd zonder af te wijken van de scope en de geest van de uitvinding, die uitsluitend wordt gedefinieerd en slechts begrensd door de bijgevoegde 25 conclusies.
De navolgende beschrijving heeft betrekking op een schaalbaar systeem voor handelsvoering voor meervoudige omgevingen, dat werd beschreven in een voorlopige indiening, met de titel "multi-environment scarabee business system" (Schaalbaar systeem voor handelsvoering voor 10 meervoudige omgevingen), ingediend op 31 december 1999, aanvraagnummer 60/174.127.
In zijn algemeenheid heeft de uitvinding betrekking op een on-line financieel verwerking en opslagsysteem. Een processor ontvangt een 5 afhandelingsinstructie en een argument en activeert een hiërarchische groep functies in respons op de afhandelingsinstructie en geeft het argument aan ten minste één van de functies. De processor ontvangt tevens een groep gegevens uit het geheugen en een van de geactiveerde functies verwerkt de gegevens binnen de gegevensgroep. In een uitvoeringsvorm kan 10 de hiërarchische groep functies worden ingedeeld in taakfuncties en resourcefuncties (die worden aangeroepen door taakfuncties). In een andere uitvoeringsvorm activeert de processor een persistentie-service, die financiële gegevens van een database ontvangt en daarvan een groep gerelateerde financiële gegevens creëert, wat een object is dat kan worden 15 aangeduid als een handelsentiteit. In een andere mogelijke uitvoeringsvorm ontvangt de persistentieservice tevens persoonlijke of andere zakelijke gegevens, die gerelateerd kunnen zijn met de financiële gegevens of die onafhankelijk kunnen zijn van bepaalde financiële gegevens.
Daarnaast kan de uitvinding, zoals hierin beschreven verschillende 20 vormen en uitvoeringsvormen omvatten. Een voorbeeld omvat een inrichting, een werkwijze en verzonden signalen die worden gevormd of gecreëerd volgens bepaalde werkwijzen.
Zoals hier wordt genoemd heeft de term handelsentiteit betrekking op een partij (zoals een individu die een lening wil afsluiten) of een 25 afzonderlijk activum of passivum (zoals een lening account of een ontvangst account) in een zakelijke omgeving. De term "handelsobject" wordt gebruikt voor het benoemen van een groep gegevens/attributen die beschrijvend zijn voor een handelsentiteit (bijvoorbeeld een handelsobject ,dat een individu beschrijft, kan een groep gegevens omvatten met een naam en sofi-nummer, 30 jaarlijks inkomen, lijst van activa, lijst van passiva). De term "service" 11 wordt gebruikt om een groep te benoemen van functionaliteiten die door de software beschikbaar worden gemaakt ongeacht of deze beschikbaar zijn door: 1. door middel van run-time linked, zoals een dynamic link library (DLL); 2. via een applicatie interface (API); 3. door middel van een 5 afzonderlijke executable, waarmee een andere executable interactie heeft door middel van berichten; 4. door dat deze in compileertijd wordt gelinkt met de aanroep-software; of 5. door middel van enig andere middel waardoor in het algemeen functionaliteit beschikbaar wordt van de service die beschikbaar is van andersoortige software.
10 Deze beschrijving presenteert verscheidene vormen van voorgenoemde schaalbare systemen voor handelsvoering in meervoudige omgevingen door het beschrijven van een commerciële toepassing als voorbeeld van het systeem. Het beschreven systeem heeft hierbij verschillende commerciële toepassingen waarbij de hier besproken 15 commerciële toepassing slechts wordt gebruikt als een vehikel voor het introduceren en beschrijven van verscheidene delen en eigenschappen van het systeem. Daarbij wordt verwezen naar functies of services, die door een processor worden geëxecuteerd. Zulke functies of services, wanneer deze door een processor worden uitgevoerd, definiëren een nieuwe en 20 verbijzonderde structuur voor de processor.
Het schaalbare syteem voor handelsvoering in meervoudige omgevingen zoals hierin beschreven is een gedistribueerd computersysteem dat mogelijk maakt om voor aangemelde leden allerlei vormen van financieel boekhouden af te handelen. Zoals in fig. IA is weergeven, maakt 25 het schaalbare systeem voor handelsvoering in meervoudige omgevingen een cliënt computersysteem 117 mogelijk van een aangemeld lid - een bedrijf dat gebruik maakt van het systeem als hier beschreven - voor het uitvoeren van verwerkingen met betrekking tot financiën door het benaderen van functionaliteit die wordt verschaft door "taken/search/query" 30 functies 118, die in verscheidene groepen kunnen zijn opgedeeld, die elk 12 worden aangeduid als "server" 120. Deze taken/search/query functies 118 kunnen zijn verspreid over verscheidene computer nodes (een computer node is een algemene term die betrekking heeft op een computer/ verwerkingsinrichting die in een netwerk is verbonden). Elke 5 taak/search/query functie 118 kan overeenstemmen met een bepaalde actie die dient te worden uitgevoerd door de clientcomputer 117. Daarom kan een client-computersysteem 116 één taak/search/query functie 118 benaderen voor het uitvoeren van een actie zoals het openen van een account, en kan een andere taak/search/query functie 118 benaderen voor het uitvoeren van 10 een andere actie, zoals het verzenden van een betaling naar die account. Elke computernode, waarop de taak/search/query functie 118 aanwezig is, kan een groep resources verschaffen om de taak/search/query functies 118 te bedienen in het uitvoeren van de aan hun toegekende acties. Deze resources kunnen de vorm hebben van functies die kunnen worden gelinkt - zowel in 15 runtime als in compileertijd - met de taak/search/query functies 118. Alternatief kunnen deze resources de vorm hebben van services die interactie hebben via een applicatie-interface (API). Deze resources zullen nader worden besproken in het navolgende (even als andere aspecten van het schaalbare syteem voor handelsvoering in meervoudige omgevingen).
20 Voorbeelden van resources kunnen omvatten: 1. een groep financiële acties 122 (functies die bestemd zijn voor geldelijke aspecten van financiële gegevens); 2. afhandelingsacties 124 (functies die betrekking hebben op de niet geldelijke aspecten van de financiële gegevens); 3. zakelijke objecten 126 (objecten met attributen die een handelsentiteit beschrijven); 4. regels 25 128 (functies - eveneens aangeduid als "regelfuncties" - die interactie hebben met handelsobjecten voor het bepalen van bepaalde aspecten van de entiteiten die door het handelsobject worden beschreven); 5. een persistentieservice 130 (een service die met een gegevensopslag samenwerkt, zoals een database, voor het creëren van handelsobjecten van de 30 individuele gegevens die daarin zijn opslagen); 6. een raamwerk-service 132 13 (functies voor het verschaffen van functionaliteit met betrekking tot gebruik van het schaalbare systeem voor handelsvoering in meervoudige omgevingen zelf - zoals printen, batch-gewijze verwerking, en het checken van toegangsinstellingen); en 7. een workflow-service 134 (werk dat dient te 5 worden uitgevoerd door werknemers van deelnemende leden organiseert en op rij zet).
Zoals in fig. 1B is weergegeven is consumentfinancierings-maatschappij 100 een voorbeeld van een deelnemend lid. Er zijn talloze andere voorbeelden van deelnemende leden mogelijk. De consument-10 financieringsmaatschappij 100 verschaft in het algemeen financiering voor aanschaf van consumentenartikelen. Bijvoorbeeld kan consument-financieringsmaatschappij 100 een financiering verschaffen voor een klant die meubels koopt van een meubelverkoper met een afbetalingsregeling. Dat wil zeggen, dat op het moment van aanschaf de consumentfinancierings-15 maatschappij 100 een lening aan de klant verstrekt ter hoogte van de prijs van de meubels. Door de consumentfinancieringsmaatschappij 100 wordt een lening geboekt evenals de termijnen daarvan.
Dit raamwerk heeft voordelen voor zulke leensystemen, omdat het een volledig geïntegreerd systeem verschaft. In plaats dat meerdere 20 systemen moeten worden geladen en verscheidene informatie moet worden verzonden voor het uitvoeren van verschillende taken in een cyclus van de lening, maakt het hier beschreven raamwerk een gebruiker mogelijk probleemloos een enkel systeem te gebruiken voor het verkrijgen van een bestemming van de lening, het onderhouden van de lening, marketing 25 omtrent de lening, en het verwerken van de lening na maturiteit.
Hoewel het volgende voorbeeld betrekking heeft op een maatschappij voor consumentenfinanciering waarbij een betaling wordt uitgevoerd, kan dit tevens worden toegepast bij veel andere functies en toepassingen. Bijvoorbeeld kan het raamwerk, zoals hier beschreven, een 30 verkoopplan steunen of direct marketing activiteiten waarbij financiële 14 plannen of andere pakketten dynamisch on-line worden gecreëerd in een what-if omgeving en vervolgens worden ingesloten en automatisch gebruikt in e-mails, brieven, of zelfs elektronische presentaties. Een andere toepassing voor het raamwerk kunnen zoek- en direct marketing functionaliteit 5 zijn, waarbij gebruikers wordt mogelijk gemaakt om een database in het systeem te doorzoeken om on-line marketing mailings naar een klantenlijst te verzenden.
Een andere toepassing voor het raamwerk kan het verschaffen zijn van een virtuele kiosk die soortgelijk is aan een geldautomaat of het 10 verschaffen van een geldautomaat, waarin een aanvraag voor krediet wordt geboden. Een klant kan de aanvraag completeren in de kiosk zonder hulp van een ander persoon zoals een verkoper of een andere bankier. Daarnaast kan deze automatische een netwerkaanvraag voor kredietverstrekking worden verzonden naar een draadloze terminal, die als virtuele kiosk actief 15 is.Voorbeelden van zulke netwerk-terminals kunnen mobiele telefoons omvatten met een Internet toegang en palm-top voorzieningen. De kiosken en draadloze terminals kunnen met het framework worden verbonden in een netwerk door gebruik van een willekeurig geschikt netwerk, zoals Internet, Intranet, een local-area netwerk, een wide area netwerk, of een 20 speciale netwerkverbinding.
De maatschappij voor consumenten financiering 100 bezit een local-area-netwerk 102 waarop verschillende clients- of computersystemen 104, 106, 108 zijn aangesloten. De computersystemen 104, 106, 108 worden bediend door gebruikers die werknemer zijn van de consumenten 25 financieringsmaatschappij 100, voor het verwerken van transacties met betrekking tot verscheidene accountants die door de consumenten financieringsmaatschappij 100 worden afgehandeld. Bijvoorbeeld kunnen de bedienaars gebruik maken van computersystemen 104, 106, 108 (die een terminal kunnen bezitten voor de bedienaar om een interactie te kunnen 30 hebben) voor het verzenden van de betaling naar een bepaald account, voor 15 het wijzigen van het rekeningadres van een bepaald account, om het in beslag nemen met betrekking tot een bepaald account te registreren, of om enige andere functie met betrekking tot het account uit te voeren. De cliënt -computersystemen 104, 106, en 108 zijn computers die een client-5 computerprogramma uitvoeren, dat een programma is dat gegevens vraagt van een OLTP zoals verderop zal worden beschreven.
Teneinde de boekhoudkundige mogelijkheden te verkrijgen die nodig zijn voor de toepassing, zou consumenten financieringsmaatschappij 100 voor dit doel software kunnen ontwerpen of aanschaffen. Deze 10 benaderingswijze heeft echter een aantal grote problemen. Een consumentenfinancieringsmaatschappij 100 kan bijvoorbeeld over de gehele wereld vestigingen hebben, wat betekent dat elk gebruikt softwarepakket de capaciteit moet bezitten om accountinformatie naar elk van de vestigingen te communiceren en makkelijk te kunnen worden uitgebreid bij 15 het openen van nieuwe vestigingen. Verder dient de software gemakkelijk te worden aangepast voor de afzonderlijke vestigingen, die betrekking hebben op verschillende financieel verwante terreinen aangezien het waarschijnlijk is, dat consumentenfinancieringsmaatschappij 100 veranderingen doorvoert in de dienstverlening voor het verschaffen van gerelateerde diensten op 20 andere terreinen. Een ander probleem heeft betrekking op het gegeven dat consumenten financieringsmaatschappij 100 waarschijnlijk periodiek de computer hardware zal upgraden zodat de software gemakkelijk porteerbaar moet zijn van het ene naar het andere platform. De consumenten-financieringsmaatschappij zal kort gezegd willen dat het 25 syteem voor handelsvoering schaalbaar, configureerbaar, aanpasbaar en platform onafhankelijk is.
Door zich te abonneren op het schaalbare syteem voor handelsvoering in meervoudige omgevingen kan consumentenfinancieringsmaatschappij 100 de lokale computerapparatuur integreren met het 30 schaalbare systeem voor handelsvoering in meervoudige omgevingen, 16 waarbij het zal worden voorzien van de benodigde functionaliteit, het eveneens het doel van schaalbaarheid, configureerbaarheid, aanpasbaarheid en platform onafhankelijkheid wordt bereikt. Zoals eerder werd gesteld is consumenten-financieringsmaatschappij 100 een voorbeeld van een 5 abonnee. Als abonnee moet consumenten financieringsmaatschappij 100 een netwerkverbinding 110 tot stand brengen tussen het local area netwerk (LAN) 102 en een on-line transactieverwerkingssysteem (OLTP) 112, dat hierna uitvoerig zal worden beschreven. De vorm van de netwerkverbinding die het LAN 102 en OLTP 112 verbindt is een ontwerpkeuze en kan ieder 10 soort wide area netwerk (zoals een public frame relay netwerk) omvatten. OLTP 112 heeft toegang tot een database management systeem op afstand (RDBMS) 114, ook wel een "geheugenfaciliteit op afstand" genoemd, wat een gegevensopslagsysteem is dat onder andere gegevens bevat die nodig zijn voor het bijhouden van de gegevens van een abonnee. RDBMS 114 bevat 15 bijvoorbeeld een lijst van leningen die zijn uitgezet door consumenten financieringsmaatschappij 100. Ten slotte wordt een lokaal database management (LDBMS) 116, ook wel aangeduid als "abonnee geheugenfaciliteit", onderhouden op de abonnee site 100. LDBMS 116 bevat een subset van de gegevens die zijn opslagen in RDBMS 114 en zal hierna 20 uitvoeriger worden besproken.
Daarnaast zijn verscheidene mogelijke uitvoeringsvormen van OLTP 112 en RDBMS 114 mogelijk. In een mogelijke uitvoeringsvorm wordt de RDBMS 114 bijvoorbeeld gevormd door een enkele geheugen-eenheid binnen de opslagfaciliteit. Alternatief wordt de RDBMS 114 25 gevormd met meervoudige geheugeneenheden binnen een opslagfaciliteit. Verder kan de RDBMS 114 worden verspreid over een aantal opslag-eenheden. In een andere uitvoeringsvorm kan OLTP 112 een cliënt computerprogramma omvatten en activeren en als een afzonderlijke cliënt fungeren.
17
Teneinde het ontwerp en de functionele relatie van client-computers 104, 106, 108, LDBMS 116, OLTP 112, RDBMS 114 en andere componenten te illustreren, zal in het voorbeeld worden verondersteld dat de abonnee (consumenten -financieringsmaatschappij 100) met de volgende 5 situatie wordt geconfronteerd. Een consument die op afbetaling een bankstel heeft gekocht van een meubelverkoper, gefinancierd door consumenten-financieringsmaatschappij 100, is naar het consumenten-financieringsmaatschapppij 100 gegaan en heeft een cheque afgeleverd aan een medewerker om een betaling te doen van zijn lening. Daarop start de 10 medewerker een procedure onder gebruikmaking van een cliënt computer 104, 106 of 108, van het vastleggen van de betaling van de consument (een procedure die wordt aangeduid als "doen van een betaling"). De medewerker start de procedure van het doen van de betaling door het doorzoeken van RDBMS 114 (waarbij een search een andere voorbeeld is van een actie die 15 wordt uitgevoerd door het hierin besproken schaalbare syteem voor handelsvoering in meervoudige omgevingen, waarvan de details niet in het kader van dit voorbeeld worden besproken) voor het identificeren van het betreffende account en het selecteren van het account waarop de betaling wordt gedaan, zoals in fig. 2A is weergegeven. Het computersysteem 104, 20 106, of 108 van de medewerker moet als gevolg van de instructie van de medewerker aan hem een grafische user interface vertonen die de details van het gebruiksaccount weergegeven. Een voorbeeld van zo'n grafische user interface (GUI) wordt in fig. 2B afgebeeld.
Zoals in fig. 2B kan worden waargenomen dient van een account 25 een detail GUI 200 een groep gegevens te presenteren die de lening van de consument beschrijven. Bijvoorbeeld wordt de naam van de consument "Carmen Rivera" gepresenteerd op een banner 202 aan de bovenkant van de GUI 200. Andere informatie kan worden weergegeven, zoals de aanstaande termijndatum 204, de betalingshoeveelheid 206, de termijnen van de lening 30 208, de betalingsfrequentie 210, de openstaande som 212, en huidige balans 18 214. Het schaalbare syteem voor handelsvoering in meervoudige omgevingen dat hier besproken wordt, coördineert de functies van deze componenten voor het mogelijk maken van presentatie van zo'n GUI 200.
Daarnaast benut het lichaam van de GUI's in het systeem een tree 5 navigatiestructuur met meervoudige lagen van tabs die een enkelvoudige kliknavigatie mogelijk maken naar verscheidene functionele gebieden van het raamwerk systeem. GUI 200 heeft bijvoorbeeld een aantal tabs 211 voor het verschaffen van een enkelvoudige kliknavigatie waar een samenvatting wordt verschaft, evenals informatie over onderpand, transacties, 10 rekeningen, loonkosten bepaling, algemeen commentaar dat door een gebruiker is ingevoerd, verzekeringen, sub-accounts, en voorschotten. Een voordeel van deze boomstructuur navigatie is dat het een verbeterde gebruiksbediening verschaft, waarbij een gebruiker gemakkelijk informatie kan benaderen, analyses kan uitvoeren, en problemen kan identificeren.
15 Fig. 3 illustreert een mogelijke werkverdeling tussen het computersysteem 104, 106 of 108, OLTP 112, LDBMS 116, en RDBMS 114 met betrekking tot het creëren en invullen van het detail GUI 200 van het account in fig. 2. De werkverdeling van fig. 3 geldt voor alle te creëren GUI's binnen het schaalbare systeem voor handelsvoering in meervoudige 20 omgevingen. Zoals in fig. 3 is weergegeven, slaat LDBMS 116 een groep schermdefinities 300 op (aangeduid als "GUI gegevens"). De scherm-definities 300 die in LDMS 116 zijn opslagen, worden opgevraagd bij de client-computersystemen 104, 106, of 108, die de GUI creatie software 316 uitvoeren die is ontworpen voor het omzetten van een schermdefinitie in een 25 functionerende GUI. De gegevens voor het invullen van de GUI 200 voor de details van het account, of welke GUI dan ook, zijn in een RDBMS 114 opgeslagen. Aldus gebruikt de GUI-creatiesoftware 316, die in computersystemen 104, 106, of 108 aanwezig is, de schermdefinities 300 van de LDBMS 116 en accountgegevens 302 van de RDBMS 114 voor het creëren 30 van een bepaalde GUI inclusief GUI 200 voor het accountdetail.
19
De schermdefinities 300 die in LDBMS 116 zijn opgeslagen, omvatten definities voor elk element binnen iedere GUI. Bijvoorbeeld wordt elk tekst item, knop, drop-down menu, gegevensveld, en toolbar - inclusief het plaatsen van het element, het "grayen" (deactiveren) van het element, 5 de omvang van het element, etc. - wordt door schermdefmitie 300 gedefinieerd die betrekking heeft op een bepaalde GUI. Derhalve wordt de aanwezigheid van de gegevensvelden op een accountdetail GUI 200 voor het presenteren van de aanstaande betalingstermijn 204, de betalings-hoeveelheid 206. de termijnen van de lening 208, de betalingsfrequentie 10 210, de openstaande som 212, en de huidige balans 214, aangegeven door
overeenkomstige gegevensvelddefinitie 304-314. Aldus wordt het feit dat de aanstaande betalingstermijn wordt gepresenteerd op het accountdetail GUI 200 door het aanstaande betalingstermijn gegevensvelddefinitie 308, de dag zelf, wordt op geslagen in accountgegevens die zijn opslagen in RDBMS 114. 15 Elke schermdefinitie 300 wordt centraal opslagen in de RDBMS
114, evenals aan de clientzijde in LDBMS 116. Periodiek worden deze schermdefinities naar de verschillende abonnee LDBMS's verzonden. Aldus kunnen de schermdefinities snel worden gewijzigd voor een gehele organisatie, of subset van een organisatie, of gebruikers binnen een 20 organisatie door het centraal wijzigen van de schermdefinities en het laten repliceren daarvan door abonnee LDBM's.
Eveneens in fig. 3 is weergegeven dat de definitie van elke GUI wordt onderhouden bij LDBMS 116 aan de zijde van de abonnee, maar dat de gegevens benodigd voor invullen van elke GUI centraal wordt opgeslagen 25 bij RDBMS 114. Daarom hoeft de definitie van een bepaalde GUI niet telkens het WAN 110 overgezonden te worden wanneer de GUI wordt geopend; alleen de gegevens die benodigd zijn om de GUI in te vullen moeten het WAN worden overgezonden. Dit maakt mogelijk dat een venster snel kan worden geopend en ingevuld, terwijl het dupliceren van gegevens 30 in het systeem tot een minimum wordt beperkt (dat wil zeggen, indien 20 gegevens voor het invullen van het venster bij LDBMS 116 zouden zijn opslagen bij de vestiging van de abonnee, dan zou de afhandeling van elke transactie moeten worden gerepliceerd voor elke LDBMS die door een bepaalde abonnee zou worden benaderd).
5 Met betrekking tot fig. 4 zijn de clientcomputers 104, 106, of 108 en OLTP meer gedetailleerd afgebeeld. De bespreking met betrekking tot de figuren 4, 5 en 6 (onderstaand) beschrijft in groter detail het proces van het invullen van de accountdetail GUI 200, en laat daarbij de functionele relaties en structuur van het schaalbare handelsverwerkingssysteem voor 10 meervoudige omgevingen zien.
Client-computers 104, 106, of 108 vragen gegevens van OLTP 112 op voor het invullen van het accountdetail GUI op dezelfde wijze als dat aan OLTP 112 een andere afhandeling wordt aangevraagd - het verzendt een client-request naar OLTP 112. Zoals in fig.4 is weergegeven, is OLTP 112 15 een verzameling procesnodes 400, 402, 404 in een netwerk die elk toegang hebben tot RDBMS 114. Hoewel OLTP 112 wordt afgebeeld als bestaande uit drie procesnodes 400, 402, 404 in een netwerk, kan in andere uitvoeringen de OLTP 112 bestaan uit een willekeurig aantal procesnodes in een netwerk. Op elke procesnode draait (onder gebruikmaking van ten 20 minste een processor) een operating systeem 410, een transactie procesmanager 408, en een aantal servers 406, die elk in een lokaal geheugen kunnen worden opgeslagen. Een "server" is een software eenheid die een clientrequest ontvangt, het request verwerkt, en daarop antwoordt (in deze context dient de term "server" niet te worden verward met de meer 25 algemeen bekende betekenis om een stuk hardware te beschrijven voor het verspreiden van bestanden naar clients). Een transactieprocesmanager 408 is een software-eenheid die onder andere een bepaald clientrequest verstuurt naar een bepaalde server-interface. Een andere functie van de transactie-procesmanager 408 is die van het bijhouden van de 21 procesbelasting van elke taak, en het uit oogpunt van doelmatigheid uitbalanceren van die belasting.
Fig. 5 geeft een mogelijke werkverdeling tussen servers weer. Niet alle servers kunnen op iedere soort clientrequest antwoorden.
5 Dienovereenkomstig kan transactie procesmanager 408 dienen voor het sturen van een bepaald clientrequest naar een server die dit kan afhandelen. De werkverdeling onder servers 500, 502, 504, 506 wordt voor elke server afgebeeld die toegang heeft tot een bepaalde groep taken 508, 510, 512, 514. Een taak is een functie die overeenkomt met een bepaalde 10 actie die kan worden gevraagd door clientcomputer 104, 106,108. In het voorbeeld waarbij een accountdetail GUI 200 moet worden ingevuld met gegevens met betrekking tot een bepaald account van een consument, zendt client-computersysteem een account-detailrequest 520 dat een actie is die door clientcomputer wordt gevraagd, die op zijn beurt door een bepaalde 15 taak wordt afgehandeld, de FAC_QUERY_TASK. Aldus zal transactie-procesmanager 522 het account-detailrequest 520 naar of server3 504 of server4 506 versturen, aangezien alleen server3 504 en server4 506 toegang hebben tot de FAC_QUERY_TASK.
Zoals in fig.5 is weergegeven, kan een clientrequest een groep 20 informatiegegevens zijn die wordt verzonden naar de OLTP 112 voor het doen van een verzoek voor het uitvoeren van een activiteit. Fig. 5 geeft een bepaald clientrequest weer dat van belang is voor het voorbeeld, account-detailrequest 520. De opbouw van een accountdetailrequest 520 is soortgelijk aan die van andere clientrequests. Het omvat een uniek request-25 identifier 524, eveneens aangeduid als een "activiteitsinstructie", die overeenkomt met een taak die wordt aangevraagd (in dit geval stemt de unieke request-identifier overeen met de FAC_QUERY_TASK 516 of 518). Daarnaast is in een client's request eveneens een aantal geschikte argumenten bevat. In dit geval omvat de groep argumenten een account-30 object-identifier 526 (voor het identificeren van het bepaalde account dat 22 wordt gezocht) en een groep ondergeschikte taakidentifïers 528 (die een groep taken identificeren die worden aangeroepen door FAC_QUERY_TASK - waarbij elk van de ondergeschikte gegevens overeenstemmen met de functionaliteit die is vereist voor het onttrekken van een bepaalde groep 5 gegevens voor het presenteren van de account-detail GUI 200). Een account-object-identifier kan hier worden aangeduid als "account OID". Eveneens is in een clientrequest een machine-identifieromvat, die de bepaalde procesnode binnen het OLTP 112 identificeert waaraan clientrequest wordt verzonden.
10 Terugkerend naar fig. 3 kunnen clientcomputers 104, 106, of 108 een service omvatten die toestaat dat de GUI creatie-software 316 elke server als een object beschouwt, en elke taak in een server als een method van het betreffende object. Deze service kan de vorm van een functie-bibliotheek hebben die zijn gelinkt met de GUI creatiesoftware 316 tijdens 15 compileren of in run-time. Bijvoorbeeld, kan zo'n bibliotheek een functie verschaffen voor het ontvangen van een server-identifier en een taakidentifier en een pointer teruggeven naar een object dat de GUI creatie software 316 zal beschouwen als een interface naar een bepaalde server.
Zo'n service kan ook zijn uitgevoerd als een afzonderlijk executeerbare 20 software-eenheid. Dienovereenkomstig kan het proces van het genereren van een clientrequest niet in de structuur van de GUI-creatie-software 316 zelf zijn weerspiegeld.
Fig. 6 stelt een taak/search/query voor en de daarbij behorende interfaces 600. De server gebruikt transactie-procesmanager 602 als 25 interface. De transactie-procesmanager 602 ontvangt een clientrequest (in dit geval een accountdetailrequest) en kan twee functies uitvoeren: 1) het identificeren van de juiste aan te roepen taak; en 2) het doorgeven van argumenten van het clientrequest naar de desbetreffende taak. Een taak is een groep executeerbare code die kan worden aangeroepen door transactie 30 procesmanager 602, en is ontworpen voor het beïnvloeden van de werking 23 van een bepaalde activiteit door gebruik te maken van herbruikbare softwaredelen aangeduid als "activiteiten", "financiële acties", of "raamwerkservices". In het geval van het voorbeeld wordt de FAC_QUERY_TASK door transactie-procesmanager 602 met de volgende 5 argumenten aangeroepen: 1) een account-object-identifier; en 2) een groep ondergeschikte taakidentifiers. Taken worden gerepresenteerd door het functionele taak/search/query blok 604.
De FAC_QUERY_TASK vervolgt door het aanroepen van de eerste ondergeschikte taak PAID_TO_DATE_TASK. Het doel van de 10 PAID_TO_DATE_TASK is om het getal te produceren dat in het "te betalen som"-veld 212 wordt gepresenteerd op de accountdetail GUI 200 en die waarde terug te geven aan de FAC_QUERY_TASK. Bij het afsluiten van die taak roept de PAID_TO_DATE_TASK een functie aan die wordt aangeduid als de paid_to_date- functie. De paid_to_date-functie is ingedeeld in de 15 categorie financiële acties. Financiële acties zijn de groep functies die voor taken beschikbaar zijn voor het ondersteunen in de werking van een taak en kunnen worden gelinkt met taken in zowel run time als tijdens compileren. Financiële acties dienen hergebruikt te kunnen worden, dat wil zeggen dat ze een functionaliteit bieden die mogelijk nuttig is voor meer dan een taak. 20 Financiële acties zijn functies die betrekking hebben op geldelijke aspecten van financiële gegevens. Financiële acties wordt aangeduid door het functionele blok Financiële Actie 606. Daarnaast kunnen deze individuele financiële acties worden geaggregeerd als een groep methods met betrekking tot een object in het functionele blok Financiële Actie 606.
25 De paid_to_date financiële actie maakt gebruik van verscheidene regels voor het uitvoeren van de taak van het vaststellen van het getal dat in het gegevensveld 212 van het uitstaande bedrag wordt weergegeven op accountdetail GUI 200. Regels zijn functies die beschikbaar zijn voor financiële acties, afhandelingsacties (nog niet besproken), en raamwerk-30 services (nog niet besproken) voor het ondersteunen van die functies in het 24 uitvoeren van taken. Deze functies kunnen worden gelinkt met de aanroepende functies (financiële acties, afhandelingsacties, en raamwerk -services) zowel tijdens compileren als in run time. Daarnaast kunnen deze regels worden geaggregeerd als groep methods met betrekking tot een object 5 in het functionele blok "Regels" 608. Regels hebben interactie met een gegevensgroep die een handelsentiteit beschrijft (aangeduid als "handelsobject") voor het vaststellen van een hoedanigheid van die entiteit.
Zo roept de paid_to-date financiële actie bijvoorbeeld verscheidene regels aan voor het vaststellen van hoedanigheden van het account van de 10 consument. De regels die worden aangeroepen door de paid_to_date (te betalen bedrag) financiële actie kunnen een get_installments_due (te betalen termijnen) regel omvatten een calculate_interest_due (te betalen rente) regel, een calculate_charges (te betalen kosten) regel, en een calculate_fees (te betalen vergoedingen) regel. Deze regels hebben interactie 15 met de RDBMS 114 via een persistentie service die is ontworpen voor het combineren van individuele velden met betrekking tot een handelseenheid in de database (RDBMS 114) tot een handelsobject (een proces dat wordt aangeduid als "het distantiëren van een handelsobject"). Zo kan de calculate_interest_due regel bijvoorbeeld interactie hebben met een 20 handelsobject dat een account weergeeft van een consument voor het bepalen van een bepaalde hoedanigheid omtrent dat account - de hoeveelheid van te betalen rente. De calculate_interest_due-regel zal attributen van een handelsobject benaderen die het account van een consument weergeven (zoals de accountbalans, de rente van het account, 25 nationale wetten met betrekking tot het account etc.) voor het uitvoeren van de benodigde berekeningen om de rentesom te berekenen die betaald moet worden. De andere genoemde regels die worden aangeroepen door de paid_to_date financiële actie zullen op soortgelijke wijze interactie hebben met het handelsobject dat het account van de consument weergeeft om 30 andere hoedanigheden van dat account te bepalen (het aantal te betalen 25 termijnen, kosten van het account, vergoedingen van het account). Indien zij eenmaal door hun respectieve regels zijn vastgesteld zullen deze hoedanigheden worden teruggeven aan de paid_to_date financiële actie, zodat de financiële actie gebruik kan maken van die hoedanigheden voor het 5 berekenen van het cijfer dat in het openstaande bedrag gegevensveld 212 wordt weergegeven van het accountdetail GUI 200. Ten slotte wordt dit getal teruggeven aan de PAID_TO_DATE_TASK, die dit op zijn beurt teruggeeft aan de FAC_QUERY_TASK.
Bij het afhandelen van de PAID_TO_DATE_TASK, roept de 10 FAC_QUERY_TASK op zijn beurt de overige ondergeschikte taken aan. Zoals in figuur 5 weergegeven, kan een groep ondergeschikte taak ID’s 528 als deel van het clientrequest 520 worden verzonden. Deze ondergeschikte taak ID’s identificeren taken die aangeroepen moeten worden door de FAC_QUERY_TASK. In dit geval worden de ondergeschikte taken— 15 GET_DELINQUENCY_STATUS_TASK (verzuimingsstatus), GET_BALANCE_TASK (informatie over de balans) en GEF_NEXT_PAYMENT_INFO TASK (informatie over de volgende betaling)— worden gebruikt voor het verschaffen van gegevens voor het invullen van andere gegevensvelden van accountdetail-GUI 200. De 20 GET_BALANCE_TASK kan bijvoorbeeld worden gebruikt voor het verschaffen van gegevens voor het invullen van het “huidige balans” -gegevensveld 214. De GET_NEXT_PAYMENT_INFO_TASK kan op soortgelijke wijze worden gebruikt voor het verkrijgen van de gegevens voor het invullen van de overige gegevensvelden van het accountdetail-GUI 200. 25 Elk van de andere ondergeschikte taken, zoals de PAID_ TO_DATE_TASK, kan gebruik maken van financiële acties en regels voor het verkrijgen van de respectieve cijfers, en elk geeft de respectieve cijfers terug aan de FAC_QUERY_TASK. De groep cijfers die wordt gebruikt voor het invullen van het accountdetail-GUI 200 worden dan teruggegeven aan cliënt 30 computer 104, 106, of 108 en de GUI creatie software 316 die daar op draait 26 vult het accountdetail-GUI 200 in. Wanneer de GUI- creatiesoftware 316 die het accountdetail GUI 200 heeft ingevuld verschijnt het scherm met ingevulde accountgegevens, zoals in figuur 2 is weergegeven.
In vervolg op het voorbeeld krijgt de medewerker een 5 accountdetail-GUI 200 dat is ingevuld met de betreffende accountinformatie van de consument, als gevolg van voornoemde acties van het OLTP 112. Als een volgende stap in het doel van de medewerker de “uitvoeren betaling” optie 700 selecteren van het “acties” drop-down menu, zoals in figuur 7 is weergegeven. Als gevolg daarvan verschaft het cliënt computer systeem 104, 10 106 of 108 de medewerker met een betalings GUI 800, zoals in figuur 8 is weergegeven. De betalings-GUI 800 geeft de medewerker een subset van de informatie die aan de medewerker werd gepresenteerd bij het accountdetail-GUI 200, maar maakt het de medewerker mogelijk om informatie in te voeren met betrekking tot de betaling die dient te worden verricht. In dit 15 geval is de informatie die aan de medewerker wordt verschaft het te betalen bedrag 802 en het maandelijks te betalen bedrag 804.
Het te betalen bedrag 802 en het maandelijks te betalen bedrag 804 worden op dezelfde wijze verkregen van de betalings-GUI 800 als ze werden verkregen voor accountdetail-GUI 200—de PAID_TO_DATE_ TASK 20 wordt (wederom met gebruikmaking van het account OID van de consument als argument) via een cliënt request naar een bepaalde machine aangeroepen waarop de OLTP 112 draait. De opvolgende serie handelingen die worden uitgevoerd door de betreffende machine die deze clientrequest afhandelt is soortgelijk in vorm als de serie handelingen die voortvloeide 25 uit het accountdetail request 520 voor het invullen van accountdetail GUI 200. Meer in het bijzonder stuurt de transactieproces-manager 522 van de betreffende machine die het cliënt request ontvangt, het request naar een server met toegang tot de PAID_TO_DATE_TASK. Op zijn beurt wordt de PAID_TO_DATE_TASK aangeroepen met het account OID dat 27 correspondeert met het betreffende account van de consument, en start een proces van het verkrijgen van de te betalen somgegevens 802 en het maandelijks te betalen bedrag 804 door het aanroepen van de paid_to_date functie (een financiële actie, weergegeven door logisch blok 606). De 5 paid_to_date functie reageert door het aanroepen van verschillende regels, die met een object interactie hebben dat het account van de consument weergeeft (dit object wordt weergegeven door logisch blok 610) voor het bepalen van verschillende hoedanigheden van het account van de betreffende consument. De paid_to_date functie maakt gebruik van deze 10 hoedanigheden voor het bepalen van het te betalen sombedrag 802 en het maandelijks te betalen bedrag 804 dat wordt gebruikt voor het invullen van het late betalings- GUI 800. Tenslotte worden de twee gegevenseenheden teruggegeven aan de PAID_TO_DATE_TASK, die deze eenheden teruggeeft naar het cliënt computer systeem 104, 106, 108, waarna de GUI-creatie-15 software 316 die daarop draait de betalings-GUI 800 invult.
Indien eenmaal het betalings-GUI 800 met de juiste gegevens is ingevuld, is de medewerker tenslotte in staat om de handelingen uit te voeren voor het verrichten van een betaling - het invoeren van de betalingsinformatie van de consument - en het starten van een 20 betalingsactiviteit. De medewerker voert de betalingsinformatie in zoals de betaalde som en de betalingswijze in het betalings wij ze veld 806. Vervolgens is de medewerker klaar om het versturen van de betaling te starten, waarbij de medewerker de betalingsknop 808 selecteert.
De selectie van de betalingsknop 808 start de verzending van een 25 clientrequest 900 (dit clientrequest is wel bekend als een “post-payment-task request” (betalingstaak-request)), zoals in figuur 9 is weergegeven. De payment-task request 900 kan bevatten: (1) een unieke requestidentifier die overeenkomt met de POST_PAYMENT_TASK, en (2) een groep argumenten, zoals het account OID dat het account van de consument 28 identificeert, het te betalen bedrag en de betalingswijze. Zoals eerder beschreven, wordt het cliënt request ontvangen door de transactieproces-manager 902, die twee functies kan uitvoeren: (1) het identificeren van de juiste aan te roepen taak; en (2) het doorgeven van de argumenten van het 5 clientrequest naar de betreffende taak. In dit geval activeert transactieproces-manager 902 de POST_PAYMENT_TASK 904 of 906 die draait op server1 908 of server2 910.
De POST_PAYMENT_TASK maakt gebruik van een financiële actie, een afhandelingsactie en een raamwerk service bij het uitvoeren van 10 de activiteit van het doen van een betaling (de hier voorgaand besproken taken maakten daarentegen bij het uitvoeren van hun activiteit slechts gebruik van financiële acties). Onder verwijzing naar figuur 6 wordt een financiële actie weergegeven door logisch blok 606, een afhandelingsactie door logisch blok 612, en een raamwerk service door logisch blok 614. Zoals 15 eerder besproken zijn de financiële acties 606, afhandelingsacties 612 en raamwerk services 614 functiecollecties die beschikbaar zijn voor taken teneinde de prestatie te verhogen van de toegekende ondersteunende taken. Deze functie collecties kunnen worden gelinkt (zowel run time als tijdens compileren) met functies die zijn omvat in het taak/search/query logisch 20 blok 604. Verder, zoals hierboven eveneens vermeld, omvatten functies financiële acties 606, afhandelingsacties 612 of raamwerk services 614 en kunnen zijn geaggregeerd als een groep methods met betrekking tot een object dat aanwezig is in het betreffende logische blok. Financiële acties 606, afhandelingsacties 612, en raamwerk services 614 verschillen van 25 elkaar in hoofdzaak (hoewel niet exclusief) in termen van de soort service die ze verschaffen aan de taken die hen aanroepen. Zoals eerder vermeld, hebben financiële acties 606 betrekking op de geldelijke aspecten van financiële gegevens. Daarentegen handelen afhandelingsacties 612 de niet geldelijke aspecten van financiële gegevens af (een voorbeeld van een 29 afhandelingsactie zal hierna worden beschreven). Tenslotte verschaffen raamwerk services 614 functionaliteit met betrekking tot het gebruik van het schaalbare systeem voor handelsvoeringen voor meervoudige omgevingen zelf (zoals printen en het controleren van toegangsinstellingen).
5 Met betrekking tot specifieke activiteiten in het kader van het doen van een betaling reageert de POST_PAYMENT_TASK op zijn aanroep door het aanroepen van een PostCEPmt financiële actie. De PostCEPmt financiële actie is een ander voorbeeld voor een functie die de geldelijke aspecten van een handelsobject manipuleert en toegankelijk is voor een 10 taakfunctie. De PostCEPmt functie is aldus geclassificeerd als een financiële actie. De PostCEPmt functie vervolgt door de geschikte regels 608 op het handelsobject 610 toe te passen dat het account van de consument weergeeft, voor het op juiste wijze in het account van de consument weergeven voor het doen van de betaling. De PostCEPmt financiële actie zal 15 bijvoorbeeld de juiste regels aanroepen die nodig zijn voor het vaststellen welk deel van de betaling bestemd is voor de rente op het account, voor de verzekering voor verstek, vergoedingen (zoals late kosten) en voor de hoofdsom. Wanneer de geschikte regels interactie hebben gehad met het handelsobject dat het account van de cliënt weergeeft om de consequenties 20 te berekenen van de betaling van de consument, worden de gegevens van het handelsobject aan RDBMS 114 geleverd voor opslag door de persistentie service (dezelfde service die het handelsobject creëerde door interactie met RDBMS 114). Aldus wordt RDBMS 114 ge-updated met de betaling.
De POST_PAYMENT_TASK roept vervolgens een bepaalde 25 raamwerk service 614 aan voor het uitvoeren van bepaalde soorten toegangsinstellingen. De raamwerk service 614 die wordt aangeroepen door de POST_PAYMENT_TASK controleert eerst om te zien of het account van de consument - de financiële gegevens die zo-even zijn geupdated - een negatieve balans vertonen (dat betekent dat de consumenten- 30 financieringsmaatschappij 100 schuld zou hebben bij de consument), als gevolg van de betaling. Functies in de zin van raamwerk services 614 kunnen interactie hebben met het handelsobject dat de account van de consument weergeeft, en aldus een negatieve balans opsporen. Zoals eerder 5 besproken combineert een persistentie service verschillende gegevens die in database omvattende RDBMS 114 zijn opgeslagen, in een handelsobject met attributen die het betreffende object beschrijven. Bijvoorbeeld kan het handelsobject dat de account van de cliënt representeert attributen hebben zoals een huidige balans-attribuut, een rentepercentage-attribuut, een 10 leningsinstellingsattribuut, etc., waarbij elk van deze attributen als vaste data-elementen in de database omvattende RDBMS 114 zijn opgeslagen. De raamwerk service kan derhalve een negatieve balans opsporen door het inspecteren van het huidige balans-attribuut van een handelsobject dat de account van een consument weergeeft.
15 Ongeacht welk middel wordt gebruikt voor het verkrijgen van het balanscijfer, zal de raamwerk service, indien deze bepaalt dat het balanscijfer negatief is, overgaan tot het inspecteren om te zien of de betreffende medewerker die een betaling tracht te doen toestemming heeft voor het doen van een betaling, wanneer die betaling resulteert in een 20 negatieve balans. Indien de medewerker de juiste permissie heeft, zal de POST_PAYMENT_TASK voortgaan als hieronder beschreven. Indien de medewerker de vereiste permissie niet heeft, zal de raamwerk-service het ongedaan maken van de betaling starten waardoor RDBMS 114 in een toestand wordt teruggebracht, zoals voordat de betaling werd verricht. Een 25 manier voor het herstellen van RDBMS 114 in de toestand van voor de betaling is om gebruik te maken van een service die verschaft kan worden door transactieproces-manager 902. De transactieproces-manager 902 kan zijn ingericht om activiteiten die worden uitgevoerd op RDBMS 114 te organiseren als “transacties”. In deze context is een transactie een set 31 activiteiten om op RDBMS 114 uit te oefenen in een alles-of-niets wijze. Door het organiseren van activiteiten op RDBMS 114 in transacties, kan de transactieproces-manager 902 services verschaffen, zoals het ongedaan maken van incomplete transacties die werden onderbroken door een 5 bepaalde fout of door de bedoeling van het programma (zoals in dit voorbeeld).
Indien de medewerker inderdaad de vereiste permissie heeft tot het doen van een betaling die een negatieve balans als gevolg heeft, roept de POST_PAYMENT_TASK vervolgens een afhandelingsactie 612 aan, 10 create_comment (commentaar). De create_comment functie maakt het mogelijk een commentaar te hechten aan de betaling op een account (misschien een commentaar met betrekking tot de omstandigheden van de overbetaling). Omdat de create_comment functie geen betrekking heeft op geldelijke aspecten van het account van de consument wordt het 15 gecategoriseerd als afhandelingsactie, in plaats van financiële actie. Eén wijze waarop een commentaar kan worden gehecht aan een account van een consument is dat een nieuw “commentaar object” wordt gecreëerd. Zo'n object kan ten minste twee attributen bezitten: (1) een tekstattribuut dat het commentaar zelf bevat; en (2) het account OID van het account 20 waarmee het commentaar wordt geassocieerd. De create_comment functie kan met het nieuw gecreëerde commentaarobject interactie hebben, waardoor de attributen juist worden ingesteld. Onder gebruikmaking van een persistentie service, kan het nieuw gecreëerde commentaar object voor opslag worden aangeboden aan RDBMS 114.
25 Na aanroep van de create_comment afhandelingsactie stuurt de POST_PAYMENT_TASK een commando aan de workflow service, weergegeven door logisch blok 616. De workflow service is, evenals afhandelingsacties of financiële acties, een functiecollectie die beschikbaar is voor taken, teneinde de prestatie ervan bij de toegekende activiteit te 32 verbeteren. Deze collecties kunnen worden gelinkt (zowel in run time als tijdens compileren) met functies die zijn omvat in het taak/search/query logische blok 604. De functie die zijn omvat in workflow blok 616 kunnen eveneens worden aangeroepen via een applicatie interface (API). De 5 workflow functies dienen voor het verschaffen van diensten met betrekking tot het organiseren en toekennen van taken die worden uitgevoerd door medewerkers van het geabonneerde lid. Deze taken hebben typisch betrekking op accounts die door het betreffende geabonneerde lid worden afgehandeld. Wanneer bijvoorbeeld een account over tijd is zal in de 10 workflow database een item worden gecreëerd waardoor een medewerker zal worden geïnstrueerd om contact op te nemen met de verzuimende accounthouder. Om cliënt computersystemen 104, 106, 108 mogelijk te maken om workflow items te benaderen (waardoor de gebruikers van de systemen worden geïnstrueerd om bepaalde taken op rij uit te voeren), 15 kunnen cliënt computers 104, 106, 108 direct communiceren via workflow functies, in plaats van indirect via taakfuncties 604. Deze communicatie kan worden vergemakkelijkt door een API die interactie mogelijk maakt met work-flowfuncties 616. In het voorbeeld stuurt de POST_PAYMENT_TASK vervolgens workflowservice 616 aan om een 20 workflow-item te verwijderen met betrekking tot betalingsverzuim in het account van de consument, waardoor de consument geen bericht meer ontvangt met betrekking tot het verzuim, nadat de betaling is gedaan.
De POST_PAYMENT_TASK beëindigt zijn activiteit, nadat hij de workflow service heeft aangestuurd om workflow items te verwijderen met 25 betrekking tot het betalingsverzuim van de consument, door het teruggeven van een bericht aan cliënt computer 104, 106, of 108, waarmee aangegeven wordt dat de betaling succesvol is gedaan. De gebruikersinterface van cliënt computersysteem 104, 106, of 108 kan deze informatie doorsturen door deze 33 aan de medewerker te presenteren via een dialoog box waarin staat dat de betaling succesvol is gedaan.
Nu de werking van OLTP 112 met betrekking tot het uitvoeren tot het doen van een betaling op een bepaald account is beschreven, zijn de 5 functie, structuur en relatie van de verscheidene elementen beschreven. Een kenmerk dat RDBMS 114 in elk van de verschillende uitvoeringsvormen die worden besproken heeft, is dat een partij op enkelvoudige wijze wordt gerepresenteerd in RDBMS 114, wat het mogelijk maakt een customer view perspectief op te bouwen. Deze view maakt een gebruiker mogelijk om alle 10 accountrelaties voor een betreffende klant te zien met slechts één plek voor profïelinformatie. Deze view heeft verscheidene voordelen. Bijvoorbeeld maakt deze het mogelijk om te verzekeren dat een profiel up-to-date is , omdat updates slechts op één plek worden uitgevoerd in plaats van op vele plaatsen. Verder vermijdt het meervoudig contact met klanten met 15 betrekking tot hun accounts. Het maakt het mogelijk meer doelmatig kruisverkoopactiviteiten te ondernemen. Met andere woorden, elke partij kan in RDBMS 114 slechts eenmaal worden weergegeven, onafhankelijk van het aantal relaties van een bepaalde partij met een bepaald geabonneerd lid. Om deze mogelijke uitvoeringsvorm te illustreren heeft de 20 RDBMS 114, indien de consument volgens het voorbeeld, Carmen Rivera, twee afzonderlijke leningen heeft gefinancierd door consumentenfinancieringsmaatschappij 100, geen twee afzonderlijke bestanden met Carmen Rivera daarin op geslagen. In plaats daarvan zou in deze uitvoeringsvorm RDBMS 114 een enkel bestand hebben voor Carmen 25 Rivera en zou dat bestand informatie bevatten omtrent twee leningen. Daardoor wordt bijvoorbeeld de moeite bespaard voor het updaten van meervoudige informatie omtrent Carmen Rivera, indien deze een nieuw rekeningadres zou aanvragen.
34
In een mogelijke uitvoeringsvorm heeft OLTP 112 een verder kenmerk, dat het gemakkelijk en snel in staat is om met software van derden te communiceren waarvan een bepaalde abonnee gebruik kan maken. Het kan bijvoorbeeld mogelijk zijn dat een consumenten-5 financieringsmaatschappij 100 betalingsinformatie heeft ingevoerd (zoals te betalen som, betalingswijze, accountnummer -dezelfde gegevens als die via betalings-GUI 800 worden verzameld) in een spreadsheetpakket dat door een derde wordt verschaft. Aldus zou aan het eind van de dag consumentenfinancieringsmaatschappij 100 een spreadsheet hebben met 10 informatie die elk van de betalingen beschrijft die gedurende de dag zijn gemaakt. In één uitvoeringsvorm kan het schaalbare systeem voor handelsvoeringen in meervoudige omgevingen betalingen doen die zijn opgeslagen in het spreadsheetpakket van derden, waardoor de consumentenfinancieringsmaatschappij 100 het mogelijk maakt om het 15 voorkeurssoftwarepakket van derden te blijven gebruiken.
Om het OLTP 112 mogehjk te maken de betalingen te doen die zijn opgeslagen in de spreadsheet van derden, kan een speciale raamwerk service worden verschaft. Zo’n raamwerk service converteert platte bestanden (een plat bestand kan een bestand zijn dat een 7-bits ASCII-code 20 bevat en alleen standaard ASCII-regelkarakters, of kan enig ander voorbeeld zijn van een gestructureerd bestand in een algemeen formaat) in een object of groep van objecten waarmee een taak een interface kan vormen. Derhalve kan consumentenfinancieringsmaatschappij 100 gedurende een dag de betalingen opslaan via het softwarepakket van 25 derden, en de betalingsinformatie per dag uitvoeren als een plat bestand, wat consumentenfinancieringsmaatschappij 100 vervolgens verzendt (bijvoorbeeld via een file transfer protocol (FTP)) naar OLTP 112. Voornoemde speciale raamwerk service die op een bepaalde machine draait waarnaar het platte bestand verzonden werd, reageert op deze verzending 35 door het converteren van het platte bestand in een object of groep van objecten, en het aanroepen van een batch-versie van de PO ST_P AYMENT_ TASK (dwz: een versie van de POST_PAYMENT_TASK die een geheel pakket van betalingen kan verwerken, zelfs indien deze slechts één keer 5 werd aangeroepen). De batch-versie van de POST_PAYMENT_TASK verwerkt vervolgens de betalingen door deze te versturen, onder gebruikmaking van financiële acties, afhandelingsacties, regels en handelsobjecten op een soortgelijke wijze als hier voorgaand beschreven onder verwijzing naar het doen van een betaling die via de post payment 10 GUI 800 werd ingevoerd.
Figuur 10 beeldt mogelijke uitvoeringen af die de OLTP 112 en RDBMS 114 in bepaalde uitvoeringsvormen kunnen aannemen, om een snelle respons op een cliënt computer te verschaffen die zich op een geografisch ver verwijderde afstand met betrekking tot OLTP 112 bevindt, 15 of die een langzame verbinding heeft met de OLTP. Zoals vanuit figuur 10 kan worden gezien, kan een primaire RDBMS 1000 zich in een bepaald gebied 1002 bevinden. Eveneens in hetzelfde gebied als de primaire RDBMS 1000 kan een aantal OLTP-inrichtingen 1004, 1006 aanwezig zijn. Daarnaast kunnen cliënt systemen 1008,1010, 1012 en 1014 zich in het 20 gebied 1002 bevinden, die worden bediend door OLTP-inrichting 1004 en OLTP-inrichting 1006. In deze bespreking bevinden RDBMS 1000, OLTP-inrichting 1004 of 1006, en cliënt systemen 1008, 1010, 1012 of 1014 zich in hetzelfde gebied, indien OLTP-inrichting 1004 of 1006 in minder dan een seconde kan reageren op de cliënt systemen 1008, 1010, 1012 of 1014. Om 25 aan de hoge eisen voor service te voldoen, kunnen verscheidene OLTP-inrichtingen 1004, 1006 een enkele RDBMS benaderen, zodat OLTP-inrichting 1004 of 1006 een overeenkomstige groep gebruikers bedient. Bijvoorbeeld bedient OLTP 1004 in figuur 10 cliënt systemen 1008 en 1010, terwijl OLTP 1006 cliënt systemen 1012 en 1014 bedient. Iedere OLTP
36 1004, 1006 wordt derhalve slechts benaderd door de helft van de geabonneerde leden, in plaats van door alle geabonneerde leden.
Zoals in figuur 10 kan worden gezien, kan een gebied 1020 op afstand een op afstand geplaatste RDBMS 1016 en een op afstand 5 geplaatste OLTP 1018 omvatten. Dat wil zeggen dat in dit kader gebied 1020 zich ten opzichte van gebied 1002 op afstand bevindt, indien de daarin aanwezige cliënt systemen niet binnen een acceptabele responstijd zouden kunnen worden bediend door OLTP’s 1004 of 1006 aanwezig in gebied 1002. In een mogelijke uitvoeringsvorm bevindt gebied 1020 zich bijvoorbeeld op 10 afstand indien de zich daarin bevindende cliënt systemen in gebied 1002 niet kunnen worden bediend door OLTP’s 1004 of 1006 met responstijden binnen de seconde.
Een RDBMS 1016 op afstand kan periodiek worden “geupdated” of “gesynchroniseerd” zodat de RDBMS 1016 op afstand en de primaire 15 RDBMS 1000 identieke sets van informatie bevatten op het moment van de update. Met andere woorden, de primaire RDBMS 1000 en de RDBMS 1016 op afstand kunnen gegevens synchroniseren die veranderd zijn. Aldus kan een OLTP 1018 clients 1022, 1024 bedienen in het zich op afstand bevindende gebied 1020, door het benaderen van de zich op afstand 20 bevindende RDBMS 1016 voor het verkrijgen van gegevens, in plaats van het pogen om de primaire RDBMS 1000 te benaderen. De twee RDBMS-en 1000, 1016 worden later geüpdatet om de transacties te weerspiegelen die hebben plaatsgevonden sinds de laatste update. Deze inrichting kan bijzondere voordelen hebben wanneer de netwerkverbinding tussen de beide 25 gebieden 1020 en 1002 langzaam is.
Om te verzekeren dat de gegevens intact zijn, kunnen sommige gegevens worden bestemd om te kunnen worden verwisseld door slechts de OLTP’s die bepaalde RDBMS-en kunnen benaderen. De gegevens van de zakelijke accounts van clients 1022, 1024 kunnen bijvoorbeeld zo worden 37 ingericht dat ze slechts kunnen worden verwisseld door OLTP 1018. Dienovereenkomstig zou iedere poging zulke gegevens te wijzigen ongeldig zijn indien ze werd gedaan door cliënt systeem 1008, 1010, 1012 of 1014, omdat zulke gegevens als read-only zouden zijn gemarkeerd in RDBMS 5 1000.
Van de voorafgaande detailbeschrijving en voorbeelden zal duidelijk zijn dat modificaties en variaties kunnen worden aangebracht in de inrichtingen en werkwijze van de uitvinding zonder van de gedachte of scope van de uitvinding af te wijken. Daarom zullen alle modificaties en 10 variaties die niet van de gedachte van de uitvinding afwijken binnen de scope van de claims en equivalenten daarvan vallen.

Claims (93)

38
1. Een on-line financieel verwerkings- en data opslagsysteem, welk systeem kan worden benaderd door een cliënt, en welk systeem omvat: (a) een opslagfaciliteit voor het opslaan van een hiërarchische groep functies, welke hiërarchie een aantal taakfuncties op eerste niveau en 5 een aantal resourcefuncties op een tweede niveau omvat, alsmede financiële gegevens; en (b) een processor die met de opslagfaciliteit in verbinding staat, welke processor is geconfigureerd en ingericht om: (i) het ontvangen van een activiteitinstructie en een 10 argument van de cliënt; (ii) het activeren van een taakfunctie in respons op de activiteitinstructie en het doorgeven van het argument aan de taakfunctie; (iii) het activeren van ten minste één resourcefunctie in 15 respons op de geactiveerde taakfunctie; en (iv) het opvragen en verwerken van een groep financiële gegevens uit de database, welke groep financiële gegevens wordt verwerkt door ten minste één aangeroepen resourcefunctie. 20
2. Systeem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ten minste ene resourcefunctie een resourcefunctie omvat voor het verwerken van een groep financiële gegevens voor het bereiken van een geldelijk resultaat.
3. Systeem volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de ten minste 25 ene resourcefunctie een resourcefunctie omvat voor het verwerken van de groep financiële gegevens voor het bereiken van een niet-geldelijk resultaat
4. Systeem volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de ten minste ene resourcefunctie een raamwerk service omvat. 39
5. Systeem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat: (i) de opslagfaciliteit verder regelfuncties opslaat; en (ii) dat de processor verder is geconfigureerd en ingericht om ten minste één regelfunctie te activeren in respons op de geactiveerde 5 resourcefunctie.
6. Systeem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat: (i) de opslagfaciliteit verder regelfuncties opslaat; en (ii) de processor verder is geconfigureerd en ingericht voor het activeren van ten minste één regelfunctie in respons op de aangeroepen 10 resourcefunctie, waarbij de groep financiële gegevens in respons op de regelfunctie uit de database wordt onttrokken.
7. Systeem volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de processor verder is geconfigureerd en ingericht voor het uitvoeren van een persistentieservice, waarbij de persistentieservice het ontvangen van 15 financiële gegevens uit de opslagfaciliteit omvat in respons op de regelfunctie, alsmede het instantiëren van een handelsobject, waarbij het handelsobject wordt gedefinieerd door de onttrokken financieel gerelateerde gegevens.
8. Systeem volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat het handels-20 object een handelsentiteit beschrijft.
9. Systeem volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat ten minste één regelfunctie gegevens in het handelsobject verwerkt en nieuwe gegevens genereert.
10. Systeem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de taakfuncties 25 zijn bevat in een groep van taakfuncties waarmee een server wordt gevormd.
11. Systeem volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de taakfuncties worden bevat in een aantal groepen taakfuncties, waarbij elke groep een afzonderlijke server vormt. 40
12. Systeem volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de groepen taakfuncties eerste en tweede groepen taakfuncties omvatten, waarbij de eerste groep taakfuncties en de tweede groep taakfuncties elkaar niet overlappen.
13. Systeem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de opslagfaciliteit meerdere opslageenheden omvat.
14. Systeem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de cliënt een computerprogramma is waarbij de processor het cliënt computerprogramma bedient.
15. Systeem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat: (a) de opslagfaciliteit een zich op afstand bevindende geheugen-faciliteit omvat en een aantal lokale geheugenfacilitei-ten,waarbij de financiële gegevens in de zich op afstand bevindende geheugenfaciliteit zijn opgeslagen en de hiërarchische groep functies is opgeslagen in de lokale 15 geheugenfaciliteit; en (b) het systeem verder een aantal processors omvat, waarbij elke processor in verbinding staat met de zich op afstand bevindende geheugenfaciliteit en ten minste één van de lokale geheugen-faciliteiten, waarbij elke processor is geconfigureerd en ingericht om: (i) een activiteitinstructie en een argument van de cliënt te 20 ontvangen; (ii) een taakfunctie te activeren in respons op de rekeninginstructie en het doorgeven van het argument aan de taakfunctie; (iii) het aanroepen van ten minste één resourcefunctie in 25 respons op de aangeroepen taakfunctie; en (iv) het ontvangen en verwerken van een groep financiële gegevens van de database, waarbij de groep financiële gegevens worden verwerkt door ten minste één aangeroepen resourcefunctie. 41
16. Systeem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat: (a) de cliënt een invoereenheid omvat voor het ontvangen van invoer van een medewerker; (b) de opslagcapaciteit verder een workflow database omvat met 5 een hoeveelheid gegevens, waarbij elk gegeven een uit te voeren taak definieert voor een medewerker; en (c) de processor verder is geconfigureerd en ingericht om: (i) een groep workflowfuncties uit te voeren; en (ii) het manipuleren van de gegevens die in de 10 workflowdatabase zijn opgeslagen in respons op het activeren van ten minste één van de workflowfuncties.
17. Systeem volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de workflowdatabase is geconfigureerd voor het ontvangen van instructies van de cliënt.
18. Systeem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat: de geheugenfaciliteit verder een groep GUI data omvat voor het definiëren van een grafische user interface; (b) de processor verder is geconfigureerd voor het aan de geheugenfaciliteit van een abonnee verzenden van de GUI data die de grafische user interface 20 definieert om te repliceren,waarbij de geheugenfaciliteit van de abonnee kan worden benaderd door de cliënt.
19. Systeem volgens conclusie 18, met het kenmerk dat deze verder omvat:(a) een geheugenfaciliteit van een abonnee, welke geheugenfaciliteit data opslaat voor het definiëren van de grafische user interface; 25 en (b) een cliënt met een scherm en een processor die in verbinding staat met het scherm en de zich op afstand bevindende geheugenfaciliteit, waarbij de processor is geconfigureerd voor het ontvangen van GUI-gegevens van de geheugenfaciliteit op afstand 30 en voor het genereren van een grafische user interface. 42
20. Een on-line financieel verwerkings- en gegevens opslagsysteem, welk systeem kan worden benaderd door een cliënt, en welk systeem verder omvat: (a) een opslagfaciliteit voor het opslaan van een hiërarchische groep 5 functies en financiële gegevens; en (b) een processor die in verbinding staat met de opslagfaciliteit, welke processor is geconfigureerd en ingericht om: (i) een activiteitinstructie en een argument van de cliënt te ontvangen; 10 (ii) het activeren van een aantal functies in respons op de activiteitinstructie en het doorgeven van het argument aan ten minste één van de geactiveerde functies; en (iii) het ontvangen en verwerken van een groep financiële gegevens uit een database, waarbij de groep financiële gegevens door ten minste 15 één van de geactiveerde functies wordt verwerkt, en welke groep financiële gegevens een object vormt dat een handelsentiteit beschrijft.
21. Systeem volgens conclusie 20, met het kenmerk, dat de groep functies ten minste een eerste resourcefunctie omvat die de groep financiële gegevens verwerkt voor het bereiken van den geldelijk resultaat.
22. Systeem volgens conclusie 21, met het kenmerk, dat de functies een tweede resourcefunctie omvatten die de groep financiële gegevens bewerkt voor het bereiken van een niet-geldelijk resultaat.
23. Systeem volgens conclusie 22, met het kenmerk, dat de functies een raamwerk service omvatten.
24. Systeem volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat (i) de opslagfaciliteit verder regelfuncties opslaat; en (ii) de processor verder is geconfigureerd en ingericht om ten minste één regelfunctie te activeren in respons op één van de geactiveerde functies, waarbij een groep financiële gegevens voor het ontvangen van de 30 database in respons op de regelfunctie. 43
25. Systeem volgens conclusie 24, met het kenmerk, dat: (a) de opslagfaciliteit een opslagfaciliteit op afstand bevat en een aantal locale opslagfaciliteiten, waarbij financiële gegevens worden opgeslagen in de opslagfaciliteit op afstand en de 5 functies worden opgeslagen in de locale geheugenfaciliteiten; en (b) het systeem verder een aantal processors omvat, waarbij elke processor in verbinding is met de opslagfaciliteit op afstand en met ten minste één van de locale opslagfaciliteiten, waarbij elke processor is geconfigureerd en ingericht om: 10 (i) een activiteitinstructie en een argument van de cliënt te ontvangen; (ii) het aanroepen van een aantal functies in respons op de activiteitinstructie en het doorgeven van het argument aan ten minste één van de geactiveerde functies; en 15 (iii) het onttrekken en verwerken van een groep financiële gegevens uit de database, welke groep financiële gegevens wordt verwerkt door ten minste één van de geactiveerde functies, waarbij de groep financiële gegevens een object vormt dat een handelsobject beschrijft.
26. Systeem volgens conclusie 25, met het kenmerk, dat: (a) de cliënt een invoereenheid omvat die is ingericht voor het ontvangen van invoer van de medewerker; (b) de opslagfaciliteit verder een workflow database omvat met een hoeveelheid gegevens, waarbij elk gegeven een taak definieert, die 25 door de medewerker dient te worden uitgevoerd; en (c) de processor verder is geconfigureerd en ingericht om: (i) een groep workflow functies te activeren; en (ii) de gegevens te manipuleren die in de workflow database zijn opgeslagen in respons op het activeren van ten minste 30 één van de workflow functies. 44
27. Systeem volgens conclusie 26, met het kenmerk, dat: (a) de geheugenopslag verder een groep GUI data opslaat voor het definiëren van de grafische user interface; (b) de processor verder is geconfigureerd om de GUI data te 5 verzenden die de grafische user interface definiëren, aan een cliënt geheugenfaciliteit op afstand, om te worden gerepliceerd, waarbij het cliënt geheugen op afstand door de cliënt kan worden benaderd.
28. Systeem volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat deze verder omvat: 10 (a) een cliënt geheugenfaciliteit op afstand, welke geheugenfaciliteit op afstand gegevens opslaat die een grafische user interface definiëren; en (b) een cliënt met een scherm en een processor die in verbinding is met het scherm en het cliënt geheugen op afstand, waarbij 15 de processor is geconfigureerd voor het ontvangen van GUI data van het cliënt geheugen op afstand en het genereren van een grafische user interface.
29. Werkwijze voor het verschaffen van on line financieel verwerkings- en gegevensopslagsysteem,waarbij een cliënt gegevens invoert 20 en welke werkwijze omvat: (a) het ontvangen van een activiteitinstructie en een argument van een cliënt; (b) het activeren van een taakfunctie in respons op de activiteitinstructie en het doorgeven van het argument aan de 25 taakfunctie; (c) het activeren van ten minste één resourcefunctie in respons op de geactiveerde taakfunctie; en (d) het ontvangen en verwerken van een groep financiële gegevens uit de database, waarbij de groep financiële 45 gegevens wordt verwerkt door ten minste één aangeroepen resourcefunctie.
30. Werkwijze volgens conclusie 29, met het kenmerk, dat de ten minste ene resourcefunctie een resourcefunctie omvat die een groep 5 financiële gegevens verwerkt voor het bereiken van een geldelijk resultaat.
31. Werkwijze volgens conclusie 30, met het kenmerk, dat de ten minste ene resourcefunctie een resourcefunctie omvat voor het verwerken van de groep financiële gegevens voor het bereiken van een niet geldelijk resultaat.
32. Werkwijze volgens conclusie 31, met het kenmerk, dat de ten minste ene resourcefunctie een raamwerk service omvat.
33. Werkwijze volgens conclusie 29 met het kenmerk, dat deze omvat het activeren van ten minste één regelfunctie in respons op de geactiveerde resourcefunctie, en het ontvangen de groep financiële gegevens uit de 15 database in respons op de regelfunctie.
34. Werkwijze volgens conclusie 33, met het kenmerk, dat deze verder omvat: het uitvoeren van een persistentieservice, waarbij de persistentieservice financiële gegevens uit de geheugenopslag ontvangt in respons op de regelfunctie en een handelsobject genereert, waarbij het 20 handelsobject wordt gedefinieerd door de ontvangen financieel gerelateerde gegevens.
35. Werkwijze volgens conclusie 34, met het kenmerk, dat het handelsobject een handelsentiteit beschrijft.
36. Werkwijze volgens conclusie 35, met het kenmerk, dat de ten 25 minste ene regelfunctie gegevens verwerkt binnen het handelsobject en nieuwe gegevens genereert.
37. Werkwijze volgens conclusie 29, met het kenmerk, dat de taakfuncties worden omvat in een groep taakfuncties, waarmee een server wordt gevormd. 46
38. Werkwijze volgens conclusie 37, waarbij de taakfuncties worden verzameld in een aantal groepen taakfuncties, elk een afzonderlijke server vormend.
39. Werkwijze volgens conclusie 38, waarbij verder de taakfuncties een 5 eerste en tweede groep taakfuncties omvatten, waarbij de eerste groep taakfuncties en de tweede groep taakfuncties elkaar niet overlappen.
40. Werkwijze volgens conclusie 29, met het kenmerk, dat deze verder omvat: (e) het uitvoeren van een groep workflow-functies; en 10 (f) het manipuleren van een gegevens die zijn opgeslagen in een workflow-database in respons op het uitvoeren van ten minste één workflow-functie, waarbij elk gegeven een taak definieert om uit te voeren door een medewerker.
41. Werkwijze volgens conclusie 29, met het kenmerk, dat deze omvat: 15 het verzenden van GUI-data die een grafische user interface voor gebruik door de cliënt definiëren aan een geheugenfaciliteit op afstand voor een replicatie, waarbij de geheugenfaciliteit op afstand door de cliënt kan worden benaderd.
42. Werkwijze volgens conclusie 29, met het kenmerk, dat de cliënt een 20 computerprogramma is en de werkwijze verder het activeren van de cliënt omvat.
43. Online financieel verwerkings- en data-opslagsysteem, welk systeem kan worden benaderd door een cliënt, en welk systeem omvat: (a) een eerste online transactie verwerkingssysteem dat zich in 25 een eerste gebied bevindt; (b) een eerste gegevensopslagfaciliteit voor het opslaan van financiële gegevens, dat zich in het eerste gebied bevindt, welke eerste gegevens opslagfaciliteit in verbinding is met het eerste online transactieverwerkingssysteem; 47 (c) een tweede online transactieverwerkingssysteem dat zich bevindt in een tweede gebied, welk tweede gebied op afstand is met betrekking tot het eerste gebied; en (d) waarbij een tweede gegevensopslagfaciliteit in verbinding 5 staat met het tweede online transactieverwerkingssysteem en de eerste gegevensopslagfaciliteit, waarbij eerste en tweede gegevens opslagfaciliteiten ten minste enige gemeenschappelijke financiële gegevens opslaan en waarbij eerste en tweede gegevensopslagfaciliteiten ten minste 10 sommige van de gemeenschappelijke financiële gegevens synchroniseren.
44. Systeem volgens conclusie 43, met het kenmerk, dat de eerste gegevensopslagfaciliteit eerste en tweede gegevensgroepen opslaat, waarbij de eerste gegevensgroep slechts kan worden uitgewisseld door het eerste 15 online transactieverwerkingssysteem en waarbij de tweede gegevensgroep read-only is voor het eerste online transactieverwerkingssysteem.
45. Systeem volgens conclusie 43, met het kenmerk, dat eerste en tweede gegevensopslagfaciliteiten de gewijzigde gemeenschappelijke gegevens synchroniseren.
46. Een gecomponentiseerd raamwerk voor gegevensverwerking op een handelsspecifiek terrein, omvattende: - een aantal executeerbare modules, omvattende eerste, tweede en derde modules; - waarbij de eerste executeerbare module een aantal procesregels 25 en een conditionele logica omvat, die is ingericht voor het ontvangen van een request, het bepalen of het request betrekking heeft op een financiële actie of een afhandelingsactie, en het activeren van de actie door het starten van een serie zakelijke regels en diensten; en - tweede en derde executeerbare modules die reageren op eerste 30 executeerbare module, de financiële actie en de afhandelingsactie, waarbij • Ί 48 de tweede module is ingericht voor het verschaffen van services, en de derde module is ingericht voor het onttrekken en updaten van opgeslagen financiële en gerelateerde informatie in een opslagmedium, waarbij additionele informatie met betrekking tot een specifiek onderwerp 5 automatisch kan worden onttrokken.
47. Raamwerk volgens conclusie 46, met het kenmerk, dat de eerste executeerbare module verder de procesregels en conditionaire logica activeert voor het regelen van de prestaties van de executeerbare modules.
48. Raamwerk volgens conclusie 46, met het kenmerk, dat de 10 financiële actie en de afhandelingsactie verder een domein-specifieke verwerking verschaffen.
49. Raamwerk volgens conclusie 46, met het kenmerk, dat de financiële actie een geldelijke functionaliteit verschaft, en de afhandelingsactie een niet-geldelijke functionaliteit verschaft.
50. Raamwerk volgens conclusie 46, met het kenmerk, dat de tweede executeerbare module verder ondersteunende services omvat voor het afhandelen van eenvoudige acties bij het activeren van domein-specifieke verwerking, welke services worden uitgevoerd door de eerste executeerbare module en de financiële en afhandelingsacties.
51. Raamwerk volgens conclusie 46, met het kenmerk, dat de derde executeerbare module een aantal domein-onafhankelijke interfaces omvat, met de mogelijkheid om te worden aangepast door de eerste executeerbare module, de financiële acties en de afhandelingsacties, voor het afbeelden van een aantal attributen van een zakelijk proces op het opslagmedium.
52. Raamwerk volgens conclusie 51, met het kenmerk, dat het opslagmedium verder vastgelegde gegevensopslag verschaft voor het afbeelden van attributen van het zakelijk proces op het opslagmedium, waarbij de vastgelegde gegevens door ten minste één zakelijk proces worden benut. 49
53. Raamwerk volgens conclusie 51, met het kenmerk, dat het opslagmedium informatie verschaft voor het opnieuw creëren van documentatie.
54. Raamwerk volgens conclusie 46, met het kenmerk, dat de 5 executeerbare modules verder een gecentraliseerde module omvatten met configureerbare parameters, welke modules een systeemparameter-wisseling aan de gecentraliseerde module doorgeven, waarbij de gecentraliseerde module, indien noodzakelijk, op het veranderen van de systeemparameter reageert.
55. Raamwerk volgens conclusie 46, met het kenmerk, dat de executeerbare modules verder een interface omvatten, welke interface de modules elektronisch verbindt, waarbij elke module een communicatieprotocol heeft en waarbij de moduleprotocollen van elkaar verschillen.
56. Raamwerk volgens conclusie 46, met het kenmerk, dat de financiële actie en afhandelingsacties worden uitgevoerd door modules die zich in verscheidene domeinen bevinden, en aangepast kunnen worden aan domein-specifieke attributen.
57. Werkwijze voor het verwerken zakelijke domein-specifieke 20 gegevens, omvattende: - het combineren van een aantal executeerbare modules omvattende eerste, tweede en derde modules; - het executeren van de eerste executeerbare module, met een aantal procesregels en conditionele logica, ingericht voor het ontvangen van 25 een request, het bepalen of het request betrekking heeft op een financiële actie of afhandelingsactie, en het activeren van de actie voor het initiëren van een serie zakelijke regels en services; en - het uitvoeren van de tweede en derde executeerbare module die reageert op de eerste module, de financiële actie en de afhandelingsactie, 30 waarbij de tweede module is ingericht om te communiceren met een aantal 50 externe interfaces, en de derde module is geconfigureerd voor het in een opslagmedium ontvangen en updaten van opgeslagen financiële en gerelateerde informatie, waarbij additionele informatie met betrekking tot specifieke informatie automatisch kan worden onttrokken.
58. Werkwijze volgens conclusie 57, met het kenmerk, dat het executeren van de eerste executeerbare module verder omvat het initiëren van de procesregels en conditionele logica om de prestaties van de executeerbare modules te regelen.
59. Werkwijze volgens conclusie 57, met het kenmerk, dat het 10 activeren van de financiële actie en de afhandelingsactie verder domeinspecifieke verwerking verschaft.
60. Werkwijze volgens conclusie 57, met het kenmerk, dat het activeren van de financiële actie een geldelijke functionaliteit verschaft, en het activeren van de afhandelingsactie een niet-geldelijke functionaliteit 15 verschaft.
61. Werkwijze volgens conclusie 57, met het kenmerk, dat het uitvoeren van de tweede executeerbare module verder het activeren van ondersteunende diensten omvat met eenvoudige functies voor het activeren van domeinspecifieke afhandeling, waarbij de services worden uitgevoerd 20 door de eerste executeerbare module en de financiële en afhandelingsacties.
62. Werkwijze volgens conclusie 57, met het kenmerk, dat het uitvoeren van de derde executeerbare module het initiëren van een aantal domein-onafhankelijke interfaces omvat, met mogelijkheid om aan te passen om te worden gebruikt door financiële en afhandelingsacties, voor 25 het afbeelden van een aantal attributen van een zakelijk proces op het opslagmedium.
63. Werkwijze volgens conclusie 62, met het kenmerk, dat het afbeelden van het aantal attributen van het zakelijk proces op het opslagmedium verder het opslaan van attributen van het zakelijk proces in 51 het opslagmedium verschaft, waarbij de vastgelegde gegevens worden gebruikt door ten minste één zakelijk proces.
64. Werkwijze volgens conclusie 63, met het kenmerk, dat het opslaan van attributen van het zakelijk proces verder omvat het opslaan van 5 informatie voor het opnieuw creëren van documentatie.
65. Werkwijze volgens conclusie 57, met het kenmerk, dat het initiëren van de executeerbare modules verder omvat het informeren van een centrale module over het systeemgedrag, waarbij de centrale module reageert om indien nodig het systeemgedrag te wijzigen.
66. Werkwijze volgens conclusie 57, met het kenmerk, dat het initiëren van de aantal executeerbare modules verder het interfacen naar elektronisch verbonden modules omvat, met elk een communicatieprotocol, waarbij de moduleprotocollen verschillend kunnen zijn.
67. Werkwijze volgens conclusie 57, met het kenmerk, dat het 15 activeren van de financiële actie en afhandelingsactie verder omvat het executeren van modules die bij verschillende domeinen behoren en die aangepast zijn aan domein-specifieke attributen.
68. Een op componenten gebaseerd systeem voor domein-specifieke zakelijke verwerking omvattende: 20. een aantal interfaces die elektronisch zijn verbonden met ten minste één raamwerkprocessor, welke raamwerkprocessor omvat: - een aantal executeerbare modules die een eerste, tweede en derde module omvatten, welke eerste executeerbare module een aantal procesregels omvat en een conditionaire logica en is 25 geconfigureerd voor het ontvangen van een request, het bepalen of het request betrekking heeft op een financiële actie of een afhandelingsactie en het activeren van de actie voor het initiëren van een serie zakelijke regels en diensten; en - tweede en derde executeerbare modules kunnen reageren op de 30 eerste executeerbare module, de financiële actie en 52 afhandelingsactie, waarbij de tweede executeerbare module is ingericht voor het verschaffen van diensten, de derde executeerbare module is geconfigureerd voor het ontvangen en updaten van opgeslagen financiële en geassocieerde informatie in een 5 opslagmedium, waarbij additionele informatie met betrekking tot specifieke informatie automatisch kan worden onttrokken; - een opslagmedium, verbonden met de processor voor het opslaan van klantgegevens en het archiveren van gegevens; - een beslissingsprocessor, verbonden met de raamwerkprocessor, 10 voor het rapporteren van een aantal activiteiten met betrekking tot de zakelijke transacties, waarbij de beslissingsprocessor data replicatie uitvoert naar een aantal informatie-opslageenheden; en - een pakket oplossingsproces, verbonden met de raamwerkprocessor, voor het verschaffen van een aantal 15 kennisdatabanken van derden.
69. Op componenten gebaseerd systeem volgens conclusie 68, waarbij de eerste executeerbare module verder de processor-regels en conditionele logica initieert voor het regelen van de prestaties van de executeerbare modules.
70. Op componenten gebaseerd systeem volgens conclusie 68, met het kenmerk, dat de financiële actie en de afhandelingsactie verder domeinspecifieke verwerking verschaffen.
71. Op componenten gebaseerd systeem volgens conclusie 68, met het kenmerk, dat de financiële actie een geldelijke functionaliteit verschaft, en 25 een afhandelingsactie een niet-geldelijke functionaliteit verschaft.
72. Op componenten gebaseerd systeem volgens conclusie 68, met het kenmerk, dat de tweede executeerbare module verder ondersteunende diensten verschaft met technische bijzonderheden voor het activeren van domein-specifieke verwerking, waarbij de diensten worden geëxecuteerd 30 door de eerste executeerbare module en financiële- en afhandelingsacties. 53
73. Op componenten gebaseerd systeem volgens conclusie 68, met het kenmerk, dat de derde executeerbare module verder een aantal domein-onafhankelijke interfaces omvat, die kunnen worden aangepast om te worden benut door de financiële- en afhandelingsacties, voor het afbeelden 5 van een aantal attributen van een zakelijk proces op het opslagmedium.
74. Op componenten gebaseerd systeem volgens conclusie 73, met het kenmerk, dat het opslagmedium verder data-opslag verschaft voor het afbeelden van attributen van het zakelijk proces op het opslagmedium, waarbij de op geslagen gegevens door ten minste één zakelijk proces worden 10 gebruikt.
75. Op componenten gebaseerd systeem volgens conclusie 74, met het kenmerk, dat het opslagmedium verder de opslagmediuminformatie benut voor het opnieuw creëren van documentatie.
76. Op componenten gebaseerd systeem volgens conclusie 68, met het 15 kenmerk, dat het aantal executeerbare modules met configureerbare parameters het systeemgedrag aan een centrale module meldt, waarbij de centrale module reageert om het systeemgedrag te veranderen, indien noodzakelijk.
77. Op componenten gebaseerd systeem volgens conclusie 68, met het 20 kenmerk, dat de executeerbare modules verder een interface omvatten die de modules elektronisch verbindt, welke elk een communicatieprotocol bezitten, en waarbij de module protocollen verschillend kunnen zijn.
78. Op componenten gebaseerd systeem volgens conclusie 68, met het kenmerk, dat de financiële acties en afhandelingsacties worden uitgevoerd 25 door modules die tot verschillende domeinen behoren, en aangepast zijn aan domein-specifieke attributen.
79. Vervaardigd artikel voor het verschaffen van een zakelijk systeem voor meervoudig omgevingen, welk artikel een medium omvat dat door een computer kan worden uitgelezen met instructies voor een lokaal in te 30 richten schaalbaar systeem voor handelsvoering, omvattende: 54 - een aantal executeerbare modules omvattende eerste, tweede en derde modules; welke eerste executeerbare module een aantal procesregels en conditionele logica bezit, die zijn geconfigureerd voor het ontvangen van een request, het bepalen of het request 5 betrekking heeft op een financiële actie of een afhandelingsactie en het activeren van de actie voor het initiëren van een serie zakelijke regels en diensten; en - tweede en derde executeerbare modules reageren op de eerste module, de financiële actie en de afhandelingsactie, welke tweede 10 module is geconfigureerd voor het in het opslagmedium ontvangen en updaten van op geslagen financiële en geassocieerde informatie, waarbij additionele informatie met betrekking tot specifieke informatie automatisch kan worden onttrokken, en de derde module is ingericht voor het communiceren met een aantal externe 15 interfaces.
80. Werkwijze voor het uitvoeren van een financieel gegevens- verwerkingssysteem, welk systeem code omvat voor het uitvoeren van één of meer regel-gebaseerde functies, welke re gel-gebaseerde functies elk een toestand hebben, waarbij de werkwijze omvat: 20. het uitvoeren van de regel-gebaseerde functie; - het bepalen van de toestand van de regel die is geassocieerd met de regel-gebaseerde functie; en - indien de toestand van de regel “false” is, het afhandelen van de uitvoering van de regel-gebaseerde functie zonder inachtneming 25 van de regel.
81. Werkwijze volgens conclusie 80, met het kenmerk, dat het uitvoeren van de regel-gebaseerde functie het uitvoeren van de regel omvat indien de toestand van de regel “true” is.
82. Werkwijze volgens conclusie 80, met het kenmerk, dat het bepalen 30 van de toestand van de regel verder omvat het opslaan van de regels in de 55 geheugeneenheid, welke geheugeneenheid kan worden gelinkt met een aantal applicaties.
83. Werkwijze volgens conclusie 80, met het kenmerk, dat het bepalen van de toestand van de regel verder omvat het vooraf bepalen van een 5 verstekwaarde van elke regel die is opgeslagen in een op regel gebaseerde database, waarbij elke regel een verstektoestand heeft bij het initialiseren van het systeem.
84. Werkwijze volgens conclusie 80, met het kenmerk, dat het vooraf bepalen van de instelling van elke regel verder omvat het specificeren van 10 attributen, inclusief een doelapplicatie, een prioriteitsniveau en een geografische locatie.
85. Werkwijze volgens conclusie 80, met het kenmerk, dat deze verder omvat het verhinderen van uitvoeren van een transactie door het aanschakelen van een eerste veiligheidsniveau dit verhindert dat een 15 gebruiker de transactie uitvoert, welke eerste veiligheidsniveau een tweede toegangsniveau heeft, waarbij het bereik dat wordt toegestaan door het eerste toegangsniveau beperkt zal zijn.
86. Op regel gebaseerd systeem voor het verwerken van financiële informatie, waarbij het op regel gebaseerde systeem omvat: 20. een database van regels, waarbij elke regel een te selecteren toestand omvat; - een processor die is geladen met een executeerbare code, waarbij de code ten minste één regel-gebaseerde functie omvat; en - waarbij de code is geprogrammeerd voor het benaderen van een 25 regeldatabase, het bepalen van de toestand van één of meer van de regels, en het completeren van de aanroep van de op regels gebaseerde functie.
87. Regel-gebaseerd systeem volgens conclusie 86, verder omvattende een interface voor het benaderen van de regeldatabase, welke interface een commando kan initiëren met een logica voor het benaderen van één of 30 meerdere regels. a f 56
88. Regel-gebaseerd systeem volgens conclusie 86, met het kenmerk, dat deze verder omvat een inspectie-eenheid voor het ontvangen van een status die de toestand voor elke regel aangeeft.
89. Regel-gebaseerd systeem volgens conclusie 86, met het kenmerk, 5 dat de processorfunctie logica omvat voor het verwerken van de regel wanneer de toestand van de regel “true” is.
90. Regel-gebaseerd systeem volgens conclusie 86, met het kenmerk, dat de database verder een geheugeneenheid omvat voor het opslaan van regels, waarbij de geheugeneenheid kan worden gelinkt met een aantal 10 applicaties.
91. Regel-gebaseerd systeem volgens conclusie 86, met het kenmerk, dat de database verder omvat een geheugentabel voor het definiëren van de verstekwaarde van elke regel die in de regel-gebaseerde database is op geslagen, waarbij elke regel een verstekwaarde heeft bij het initialiseren 15 van het systeem.
92. Regel-gebaseerd systeem volgens conclusie 86, met het kenmerk, dat het bepalen van de toestand van één of meerdere regels een attribuut omvat dat een doelapplicatie omvat, een prioriteitsniveau en een geografische locatie.
93. Regel-gebaseerd systeem volgens conclusie 86, met het kenmerk, dat deze verder logica omvat voor het verhinderen van het uitvoeren van een transactie door het aanschakelen van een eerste toegangsniveau dat verhindert een medewerker een transactie kan uitvoeren, waarbij het eerste toegangsniveau een tweede toegangsniveau bezit, waarbij het bereik dat 25 wordt toegestaan door het eerste toegangsniveau beperkt zal zijn.
NL1017013A 1999-12-31 2000-12-29 Schaalbaar systeem voor handelsvoering in meerdere omgevingen. NL1017013C2 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US17412799P 1999-12-31 1999-12-31
US17412799 1999-12-31

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1017013A1 NL1017013A1 (nl) 2001-07-05
NL1017013C2 true NL1017013C2 (nl) 2003-06-17

Family

ID=22634939

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1017013A NL1017013C2 (nl) 1999-12-31 2000-12-29 Schaalbaar systeem voor handelsvoering in meerdere omgevingen.

Country Status (9)

Country Link
US (1) US20010032106A1 (nl)
EP (1) EP1259891A2 (nl)
AU (1) AU2295001A (nl)
CA (1) CA2394737A1 (nl)
GB (1) GB2375416B (nl)
MX (1) MXPA02006529A (nl)
NL (1) NL1017013C2 (nl)
PA (1) PA8509501A1 (nl)
WO (1) WO2001050324A2 (nl)

Families Citing this family (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US7417752B2 (en) 2001-07-02 2008-08-26 Pitney Bowes Inc. Method and system for customized mail piece production utilizing a data center
US20050155042A1 (en) * 2001-07-02 2005-07-14 Michael Kolb Component-based system for distributed applications
JP2003091416A (ja) * 2001-09-17 2003-03-28 Toshiba Corp 業務アプリケーションシステムの機能構成定義方法
US6931404B2 (en) * 2001-11-14 2005-08-16 Inventec Corporation System and method for operating workflow
EP1509852A1 (en) * 2002-04-30 2005-03-02 Abb Research Ltd. Distribution/power transformers customer support, tracking problems and recalls
US7571113B2 (en) * 2004-02-02 2009-08-04 National Information Solutions Cooperative, Inc. Method and apparatus for providing integrated management of point-of-sale and accounts receivable
US20050240455A1 (en) * 2004-04-23 2005-10-27 Alyssa Walters Method and system for receiving and analyzing an electronic personal statement
US8620713B2 (en) * 2005-07-15 2013-12-31 Sap Ag Mechanism to control delegation and revocation of tasks in workflow system
US8538864B2 (en) * 2006-03-30 2013-09-17 Sap Ag Providing payment software application as enterprise services
US8595291B2 (en) * 2011-08-04 2013-11-26 Motivity Solutions, Inc. Server hierarchical structure on user-agents
JP2014035620A (ja) * 2012-08-08 2014-02-24 International Business Maschines Corporation 業務要素に関する情報を提供する装置及び方法

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5446885A (en) * 1992-05-15 1995-08-29 International Business Machines Corporation Event driven management information system with rule-based applications structure stored in a relational database
US5710922A (en) * 1993-06-02 1998-01-20 Apple Computer, Inc. Method for synchronizing and archiving information between computer systems
GB9414951D0 (en) * 1994-07-25 1994-09-14 British Telecomm Computer system having client-server architecture
US5774661A (en) * 1995-04-18 1998-06-30 Network Imaging Corporation Rule engine interface for a visual workflow builder
CA2227432C (en) * 1995-07-20 2001-05-22 Novell, Inc. Transaction synchronization in a disconnectable computer and network
WO1998025376A2 (en) * 1996-12-02 1998-06-11 First Data Corporation Method and apparatus for improved transaction processing in a distributed computing environment
US5890161A (en) * 1997-10-28 1999-03-30 Microsoft Corporation Automatic transaction processing of component-based server applications
US5978779A (en) * 1997-11-14 1999-11-02 Merrill Lynch, Pierce, Fenner & Smith Distributed architecture utility
WO1999040551A1 (en) * 1998-01-26 1999-08-12 Unif/X Inc. A transaction execution system interface and enterprise system architecture thereof

Non-Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
No Search *

Also Published As

Publication number Publication date
NL1017013A1 (nl) 2001-07-05
US20010032106A1 (en) 2001-10-18
WO2001050324A8 (en) 2002-09-26
WO2001050324A2 (en) 2001-07-12
GB0217778D0 (en) 2002-09-11
GB2375416B (en) 2004-12-01
PA8509501A1 (es) 2002-04-25
AU2295001A (en) 2001-07-16
MXPA02006529A (es) 2004-07-30
GB2375416A8 (en) 2003-05-22
CA2394737A1 (en) 2001-07-12
EP1259891A2 (en) 2002-11-27
GB2375416A (en) 2002-11-13

Similar Documents

Publication Publication Date Title
AU2003217958B2 (en) Method and system for processing credit card related transactions
US9367873B2 (en) Account and customer creation in an on-line banking model
US8312416B2 (en) Software model business process variant types
US6119104A (en) Composite banking desktop system
US20070038560A1 (en) Transaction payment system and processing
WO2003046692A2 (en) The monetaire wealth management platform
US7523068B2 (en) Centralized payment processing system
JP2002507018A (ja) クライアント定義による規則で動作するシステム
Tsvetovatyy et al. Toward a Virtual Marketplace: Architectures and Strategies.
WO2002097701A1 (en) Methods and systems for managing a portfolio of securities
Lau et al. Designing web services with tropos
NL1017013C2 (nl) Schaalbaar systeem voor handelsvoering in meerdere omgevingen.
Xu FinTech innovation and strategy
US11520566B2 (en) System for generation and maintenance of source capability objects for application components
CN114049213A (zh) 一种信息化金融数据分析系统与分析方法
Karch et al. SAP NetWeaver Roadmap
Ferstl et al. From business process modeling to the specification of distributed business application systems: an object oriented approach
CN112836742A (zh) 系统资源调整方法、装置及设备
US20230401547A1 (en) Systems and methods for optimized payment selection and intelligent routing
US20220148060A1 (en) System and method for displaying customized search results based on past behaviour
Bhatia BIAN Framework to Build Banking AI and Semantic APIs
AU2001255447A1 (en) Method for an online banking model
WO2000054199A2 (en) Methods and systems for performing workflow
Bernardo Loan system in Brazilian financial institution-a SOA application
CN117952733A (zh) 一种基于请求订单模型处理银行产品交易的方法及系统

Legal Events

Date Code Title Description
AD1A A request for search or an international type search has been filed
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20050701