NL1016249C2 - Three-wheeled vehicle has first frame part supporting two side wheels fitted on axis center line and second frame part supporting guide or steering wheel together with seat - Google Patents
Three-wheeled vehicle has first frame part supporting two side wheels fitted on axis center line and second frame part supporting guide or steering wheel together with seat Download PDFInfo
- Publication number
- NL1016249C2 NL1016249C2 NL1016249A NL1016249A NL1016249C2 NL 1016249 C2 NL1016249 C2 NL 1016249C2 NL 1016249 A NL1016249 A NL 1016249A NL 1016249 A NL1016249 A NL 1016249A NL 1016249 C2 NL1016249 C2 NL 1016249C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- frame part
- wheeled vehicle
- steering wheel
- axis
- tilt axis
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62K—CYCLES; CYCLE FRAMES; CYCLE STEERING DEVICES; RIDER-OPERATED TERMINAL CONTROLS SPECIALLY ADAPTED FOR CYCLES; CYCLE AXLE SUSPENSIONS; CYCLE SIDE-CARS, FORECARS, OR THE LIKE
- B62K5/00—Cycles with handlebars, equipped with three or more main road wheels
- B62K5/02—Tricycles
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B62—LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
- B62K—CYCLES; CYCLE FRAMES; CYCLE STEERING DEVICES; RIDER-OPERATED TERMINAL CONTROLS SPECIALLY ADAPTED FOR CYCLES; CYCLE AXLE SUSPENSIONS; CYCLE SIDE-CARS, FORECARS, OR THE LIKE
- B62K3/00—Bicycles
- B62K3/005—Recumbent-type bicycles
Abstract
Description
Driewielig voertuig.Three-wheeled vehicle.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een driewielig voertuig omvattende: 5 - een eerste framedeel dat twee op één ashartlijn gelegen, uit elkaar geplaatste zijwielen draagt; en een tweede framedeel dat een stuurwiel alsmede een zitting draagt, waarbij het tweede framedeel en het eerste framedeel rond een kantelhartlijn ten opzichte van elkaar kantelbaar aan elkaar zijn bevestigd door kantelmiddelen, waarbij 10 de kantelhartlijn zich vanaf het stuurwiel in de richting van de zijwielen schuin omhoog uitstrekt in het verticale middenlangsvlak van het voertuig.The present invention relates to a three-wheeled vehicle comprising: - a first frame part that carries two side wheels located on one axis axis, spaced apart; and a second frame part that carries a steering wheel and a seat, wherein the second frame part and the first frame part are tiltably connected to each other about a tilt axis with respect to each other by tilting means, wherein the tilt axis is inclined from the steering wheel in the direction of the side wheels extends upwards in the vertical median longitudinal plane of the vehicle.
Een dergelijk driewielig voertuig is bekend. De passagier zit bij het bekende driewielige voertuig, evenals overigens ook bij het driewielige voertuig volgens de uitvinding, op de zitting en stuurt het voertuig door door verplaatsing van het gewicht 15 naar de ene of andere zijkant het stuurwiel en het de zitting dragende tweede framedeel rond de kantelhartlijn te laten kantelen ten opzichte van het eerste framedeel dat ten gevolge van de zijdelings uit elkaar geplaatste zijwielen stabiel op de ondergrond is afgesteund. Het zogenaamde stuurwiel en is hierbij via zijn rotatieas star aan het tweede framedeel bevestigd, zodat dit stuurwiel bij het kantelen van het tweede 20 framedeel ten opzichte van het eerste framedeel met het tweede framedeel mee kantelt rond de kantelhartlijn. De kantelmiddelen bestaan bij het bekende driewielige voertuig doorgaans uit lijnschamieren, dat wil zeggen rond een schamierpen draaibare scharnieren. Een probleem van dergelijke lijnschamieren is dat men al gauw twee of meer van die scharnieren nodig heeft hetgeen vereist dat de schamierpennen van die 25 scharnieren allen onderling zijn uitgelijnd op dezelfde kantelhartlijn. Dit vereist productietechnisch nogal wat inspanning en maakt dergelijke scharnieren minder geschikt voor vervanging door ondeskundig personeel of door de gebruiker zelf. Ter vermindering van de uitlijnproblemen is het denkbaar, niet zozeer bekend, om in plaats van lijnschamieren kogelschamieren te gebruiken. Ook deze kogelschamieren zullen 30 toch nog enigszins uitgelijnd moeten worden in de zin dat de kogelmiddens gezamenlijk op één kantelhartlijn moeten liggen, hetgeen bij toepassing van twee kogelschamieren vanzelf het geval zal zijn. Ook dergelijke kogelschamieren zijn echter minder geschikt voor vervanging door ondeskundig personeel of de gebruiker zelf.Such a three-wheeled vehicle is known. With the known three-wheeled vehicle, as well as with the three-wheeled vehicle according to the invention, the passenger sits on the seat and drives the vehicle by moving the weight to one or the other side of the steering wheel and the second frame part bearing the seat cause the tilt axis to tilt relative to the first frame part which is stably supported on the ground as a result of the laterally spaced side wheels. The so-called steering wheel and is hereby rigidly attached to the second frame part via its axis of rotation, so that when the second frame part is tilted relative to the first frame part, this steering wheel tilts with the second frame part around the tilt axis. The tilting means in the known three-wheeled vehicle generally consist of line hinges, that is to say hinges pivotable around a hinge pin. A problem with such line hinges is that two or more of those hinges are soon required, which requires that the hinge pins of those hinges are all mutually aligned on the same tilt axis. This requires a great deal of production engineering effort and makes such hinges less suitable for replacement by incompetent personnel or by the user himself. To reduce the alignment problems, it is conceivable, rather than known, to use ball joints instead of line joints. These ball joints, too, will still have to be somewhat aligned in the sense that the ball centers must lie jointly on one tilt axis, which will of course be the case when two ball joints are used. However, such ball joints are also less suitable for replacement by inexperienced personnel or the user himself.
22
Zowel kogelschamieren als lijnschamieren hebben verder als nadeel dat zij relatief duur zijn. Een nog veel belangrijker nadeel van dergelijke kogel- en lijnschamieren is dat wanneer het tweede framedeel niet precies in een evenwichtstoestand verkeert, dit de neiging zal hebben vanzelf naar de ene of de andere richting weg te kantelen hetgeen 5 het in het driewielig voertuig instappen of het op dat driewielig voertuig opstappen door een gebruiker bemoeilijkt.Both ball joints and line joints further have the disadvantage that they are relatively expensive. An even more important disadvantage of such ball and line hinges is that if the second frame part is not exactly in an equilibrium state, it will tend to tilt away automatically in one or the other direction, which means getting into the three-wheeled vehicle or the getting on a three-wheeled vehicle by a user is more difficult.
De onderhavige uitvinding heeft tot doel het verschaffen van een verbeterd driewielig voertuig van de aan het begin aangegeven soort. De onderhavige uitvinding heeft in het bijzonder tot doel het verschaffen van een driewielig voertuig dat 10 eenvoudig en goedkoop is te vervaardigen.The present invention has for its object to provide an improved three-wheeled vehicle of the type indicated at the outset. It is a particular object of the present invention to provide a three-wheeled vehicle that is simple and inexpensive to manufacture.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt door het verschaffen van een driewielig voertuig van de aan het begin aangegeven soort, dat wordt gekenmerkt, doordat de kantelmiddelen bestaan uit tenminste één, zoals twee of meer, veerkrachtige, flexibele elementen. Het gebruik van veerkrachtige, flexibele elementen, 15 zoals schroefveren (ook wel spiraalveren genaamd) of veerkrachtige, flexibele lichamen, heeft als voordeel dat deze geen specifieke, vooraf bepaalde kantelhartlijn hebben, althans hoeven te hebben. Uitlijningsproblemen zijn daarmee geheel te voorkomen, immers zodra het tenminste ene veerkrachtige, flexibele element is gemonteerd zal de zogenaamde kantelhartlijn zich vanzelf instellen. Een verder 20 voordeel is dat veerkrachtige flexibele elementen zullen neigen een neutrale uitgangstoestand in te nemen, die dan tevens een evenwichtstoestand van het tweede framedeel ten opzichte van de kantelhartlijn bepaald. Hierdoor zal het tweede framedeel vanzelf in die uitgangstoestand kunnen blijven staan. Dit maakt het in-danwel opstappen in respectievelijk op het voertuig aanzienlijk gemakkelijker. Een 25 verder voordeel van flexibele, veerkrachtige elementen is dat deze een zogenaamd progressief stuurgedrag teweeg brengen. AI naar gelang de gebruiker van het voertuig het tweede framedeel verder rond de kantelhartlijn doet kantelen ten opzichte van het eerste framedeel zullen de flexibele, veerkrachtige elementen een grotere, het kantelen tegenwerkende tegenkracht uitoefenen.This object is achieved according to the invention by providing a three-wheeled vehicle of the type indicated at the outset, which is characterized in that the tilting means consist of at least one, such as two or more, resilient, flexible elements. The use of resilient, flexible elements, such as helical springs (also called helical springs) or resilient, flexible bodies, has the advantage that they do not have, or at least need have, a specific predetermined tilt axis. Alignment problems can thus be completely prevented, since as soon as the at least one resilient, flexible element is mounted, the so-called tilt axis will adjust itself. A further advantage is that resilient flexible elements will tend to assume a neutral starting position, which then also determines a position of equilibrium of the second frame part with respect to the tilt axis. As a result, the second frame part will naturally be able to remain in that initial state. This makes boarding or boarding in or on the vehicle considerably easier. A further advantage of flexible, resilient elements is that they produce a so-called progressive steering behavior. As the user of the vehicle causes the second frame part to tilt further about the tilt axis with respect to the first frame part, the flexible, resilient elements will exert a larger counterforce that counteracts the tilting.
30 Het is volgens de uitvinding in het bijzonder van voordeel wanneer het tenminste ene veerkrachtige, flexibele element zodanig is ingericht (dat wil zeggen enerzijds gemonteerd op het voertuig en anderszij ds gedimensioneerd met betrekking tot stijfheid, elasticiteit en veerkracht) dat dit element bij onbemande toestand van het 3 voertuig het tweede framedeel in de rechtuitrijdstand richt. De rechtuitrijdstand zal hierbij in het bijzonder een recht opstaande stand zijn, waarbij althans het stuurwiel zich in een verticaal vlak uitstrekt. Aldus wordt bereikt dat het driewielig voertuig bij ontbreken van enige stuuractie rechtdoor rijdt.According to the invention, it is in particular advantageous if the at least one resilient, flexible element is arranged (i.e. mounted on the one hand on the vehicle and dimensioned on the other hand with regard to stiffness, elasticity and resilience) that this element in an unmanned state of the 3 vehicle points the second frame part in the straight-ahead position. The straight-ahead position will here in particular be a straight-up position, wherein at least the steering wheel extends in a vertical plane. It is thus achieved that the three-wheeled vehicle drives straight ahead in the absence of any steering action.
5 Volgens een bijzonder de voorkeur hebbende uitvoeringsvorm van de uitvinding is het tenminste ene veerkrachtige, flexibele element een rubberen lichaam, zoals een blokvormig of cilindrisch rubberen lichaam. Onder een rubberen lichaam wordt hierbij verstaan zowel een lichaam van natuurlijke rubber als een lichaam van synthetische rubber. Voorts zij opgemerkt dat onder het begrip rubberen lichaam niet alleen 10 lichamen van zuiver rubber, maar meer in het algemeen lichamen met rubberachtige eigenschappen worden verstaan. Dergelijke flexibele elementen zijn goedkoop, eenvoudig te monteren, verschaffen een goed progressief stuurgedrag. Een verder belangrijk voordeel van dergelijke rubberen lichamen, dat overigens ook wel met andersoortige veerkrachtige, flexibele elementen realiseerbaar is, is dat een dergelijk 15 rubberen lichaam geluids- en trillingsdempend is, onderhoudsarm is en tevens als vering werkzaam is, hetgeen het rijcomfort aanzienlijk verhoogt.According to a particularly preferred embodiment of the invention, the at least one resilient, flexible element is a rubber body, such as a block-shaped or cylindrical rubber body. A rubber body is hereby understood to mean both a body of natural rubber and a body of synthetic rubber. It is further to be noted that the term rubber body does not only mean bodies of pure rubber, but more generally bodies with rubber-like properties. Such flexible elements are inexpensive, easy to assemble, and provide good progressive steering behavior. A further important advantage of such rubber bodies, which can also be realized with other types of resilient, flexible elements, is that such a rubber body is sound-absorbing and vibration-damping, low-maintenance and also acts as a suspension, which considerably increases driving comfort.
Ten behoeve van het montagegemak verdient het volgens de uitvinding de voorkeur wanneer het rubberen lichaam aan tegenoverliggende zijden is voorzien van aangevulkaniseerde bevestigingsdelen. Men kan hierbij bijvoorbeeld denken aan een 20 aangevulkaniseerde plaat voorzien van een schroefdraadgat of een van schroefdraad voorziene pen. Ook andersoortige aangevulkaniseerde platen met of zonder bevestigingsmiddelen voor bevestiging aan het eerste en tweede framedeel zijn zeerwel denkbaar.For ease of assembly, it is preferred according to the invention if the rubber body is provided with vulcanized mounting parts on opposite sides. In this context one can for instance think of a vulcanized plate provided with a threaded hole or a threaded pin. Other types of vulcanized plates with or without fixing means for fixing to the first and second frame part are also conceivable.
In het bijzonder met het oog op het stuurgedrag is het bij een driewielig voertuig 25 volgens de uitvinding van voordeel wanneer: de kantelhartlijn onder een hoek van 25° a 50°, in het bijzonder 30° a 45°, ten opzichte van de horizontaal verloopt; en/of de kantelhartlijn de ashartlijn bovenlangs kruist; en/of de kantelhartlijn de draaias van het stuurwiel onderlangs kruist; en/of 30 - de kantelhartlijn ter plaatse van het kruisen met de draaias van het stuurwiel het onderste deel van het loopvlak van het stuurwiel bovenlangs passeert.Particularly in view of the steering behavior, it is advantageous with a three-wheeled vehicle according to the invention if: the tilt axis runs at an angle of 25 ° to 50 °, in particular 30 ° to 45 °, with respect to the horizontal ; and / or the tilt axis crosses the axis axis along the top; and / or the tilt axis crosses the axis of rotation of the steering wheel along the bottom; and / or - the tilt axis at the location of the cross-rotation with the steering wheel's axis of rotation passes the lower part of the tread of the steering wheel along the top.
De onderhavige uitvinding zal in het navolgende nader toegelicht worden aan de hand twee in de tekening weergeven uitvoeringsvoorbeelden. Hierin toont: 4The present invention will be explained in more detail below with reference to two exemplary embodiments represented in the drawing. Herein shows: 4
Fig. 1 een aanzicht op een driewielig voertuig, ook wel driewieler genaamd, volgens de uitvinding;FIG. 1 is a view of a three-wheeled vehicle, also called a tricycle, according to the invention;
Fig. 2 een achteraanzicht, dat wil zeggen een aanzicht van links volgens Fig. 1, op het in Fig. 1 getoonde voertuig; en 5 Fig. 3 een zijaanzicht op een verdere uitvoeringsvorm van het voertuig volgens de uitvinding.FIG. 2 is a rear view, i.e. a view from the left according to FIG. 1, in the manner shown in FIG. 1 vehicle; and FIG. 3 is a side view of a further embodiment of the vehicle according to the invention.
Daar Fig. 3 in hoofdzaak voor wat betreft de vormgeving van het frame afwijkt van de uitvoeringsvorm volgens de Fig. 1 en 2 zijn voor overeenkomstige onderdelen dezelfde verwijzingsnummers en -tekens gebruikt.FIG. 3 differs substantially from the embodiment according to FIG. 3 as regards the design of the frame. 1 and 2 the same reference numbers and signs are used for corresponding parts.
10 Fig. 1 toont een driewieler, die is opgebouwd uit in wezen twee framedelen, te weten een eerste framedeel 1 en een tweede framedeel 2.FIG. 1 shows a tricycle which is composed of essentially two frame parts, namely a first frame part 1 and a second frame part 2.
Het eerste framedeel 1 bestaat uit een in het middenlangsvlak van het voertuig verlopende, bij benadering L-vormige stang 3, waaraan middels een bevestigingsbeugel 6, ten behoeve van demontage losneembaar, is bevestigd een dwarsstang 4 die aan zijn 15 tegenoverliggende uiteinden schuin naar elkaar toe hellende zijwielen 5 draagt (de zijwielen kunnen ook anders, zoals verticaal, zijn geplaatst).The first frame part 1 consists of an approximately L-shaped rod 3 extending in the median longitudinal plane of the vehicle, to which is secured by means of a mounting bracket 6, for the purpose of disassembly, a transverse rod 4 at its opposite ends obliquely towards each other inclined side wheels 5 (the side wheels can also be arranged differently, such as vertically).
Het tweede framedeel 2 bestaat uit een stang 7 die in wezen evenwijdig verloopt aan stang 3 van het eerste framedeel en dus bij benadering ook L-vormig is. Stang 7 gaat bij zijn voorste eind over in een vork 8 met twee tanden waartussen het voorwiel 20 10 is bevestigd. De van de stang 7 afwijzende einden van de tanden van de vork 8 is door middel van een U-vormig boogdeel 9 onderling verbonden. Dit sluiten van de vork 8 gaat beschadigingen of verwondingen ten gevolge van contact met onbedekte einden van vork 8 tegen. Tussen de twee tanden van de vork 8 is bevestigd het stuurwiel 10, dat door middel van een trapaandrijving 11 met trappers, ketting en twee 25 tandwielen aandrijfbaar is ten behoeve van het voortbewegen van de driewieler. Op het tweede framedeel 2 is voorts star bevestigd een zitting 14 voor een berijder. Opdat de berijder ten behoeve van een voldoende houvast zich kan vasthouden, is middels een, ten behoeve van demontage losneembare, klemverbinding 16 een U-vormige beugel 13 met handgrepen 12 bevestigd aan het eerste framedeel 1. Op het achtereind van de 30 stang 3 van het eerste framedeel 1 is een plaat 15 bevestigd, waarop bijvoorbeeld een merkteken, een reflector een lamp of een andersoortige voorwerp kan zijn bevestigd.The second frame part 2 consists of a rod 7 which runs essentially parallel to rod 3 of the first frame part and is therefore also approximately L-shaped. Rod 7 merges at its front end into a fork 8 with two teeth between which the front wheel 10 is mounted. The ends of the teeth of the fork 8 which are remote from the rod 7 are mutually connected by means of a U-shaped arc part 9. This closing of the fork 8 prevents damage or injury as a result of contact with uncovered ends of fork 8. Attached between the two teeth of the fork 8 is the steering wheel 10, which is drivable by means of a pedal drive 11 with pedals, chain and two sprockets for the purpose of moving the tricycle. Furthermore, a seat 14 for a rider is rigidly mounted on the second frame part 2. In order for the rider to be able to hold onto for the sake of a sufficient hold, a U-shaped bracket 13 with handles 12 is attached to the first frame part 1 by means of a clamping connection that can be detached for disassembly. At the rear end of the rod 3 of the first frame part 1 is attached to a plate 15 on which, for example, a mark, a reflector, a lamp or another type of object can be attached.
Het tweede framedeel 2 is kantelbaar rond kantelhartlijn 17 aan en ten opzichte van het eerste framedeel 1 bevestigd door middel van twee kantelmiddelen 18 en 19.The second frame part 2 is tiltable about tilt axis 17 and fixed relative to the first frame part 1 by means of two tilting means 18 and 19.
55
De kantelmiddelen 18 en 19 bestaan volgens de uitvinding op zeer voordelige wijze uit elk een in wezen massief rubberen, cilindrisch lichaam. De cilindrische rubberen lichamen 18 en 19 kunnen in axiale richting van de cilindervorm een hoogte H van ongeveer 4,5 cm en een diameter D van 4,5 cm hebben. Echter ook andere afmetingen 5 zijn zeerwel denkbaar. Voorts is het zeerwel denkbaar dat de massieve rubberen lichamen een blokvormige gedaante, zoals een stripvormige gedaante, hebben. Zo kan men bijvoorbeeld denken aan stripvormig massief rubberen lichamen 18, 19 met een hoogte H van ongeveer 5 cm, een dikte, dwars op het vlak van tekening volgens Fig. 1 beschouwd, van ongeveer 3 cm en een lengte evenwijdig aan de stangen 3 en 7 van 10 ongeveer 3 a 10 cm, bijvoorbeeld 5 cm.According to the invention, the tilting means 18 and 19 consist in very advantageous manner each of a substantially solid rubber, cylindrical body. The cylindrical rubber bodies 18 and 19 can have a height H of approximately 4.5 cm and a diameter D of 4.5 cm in the axial direction of the cylindrical shape. However, other dimensions are also conceivable. Furthermore, it is quite conceivable that the solid rubber bodies have a block-shaped shape, such as a strip-shaped shape. For example, one can think of strip-shaped solid rubber bodies 18, 19 with a height H of approximately 5 cm, a thickness transverse to the plane of the drawing according to FIG. 1, of approximately 3 cm and a length parallel to rods 3 and 7 of approximately 3 to 10 cm, for example 5 cm.
Zoals in Fig. 1 te zien zouden ter plaatse van de rubberen lichamen 18 en 19 bij de uitvoeringsvorm volgens Fig. 1 ook nog wel lijnschamieren met een schamierpen kunnen zijn voorzien, althans wat betreft de kantelende werking van het ffamedeel 2 ten opzichte van het framedeel 1. Bij de ter illustratie getoonde uitvoeringsvorm 15 volgens Fig. 3 is dit echter niet meer mogelijk, daar ter plaatse van de kantelmiddelen 18 en 19 de aangrenzende secties van de stangen 3 en 7 niet in dezelfde richting verlopen. Dit maakt een verder groot voordeel van het gebruik van flexibele, veerkrachtige elementen duidelijk, namelijk een grote ontwerpvrijheid in de vormgeving van bijvoorbeeld de stangen 3 en 7 van het eerste respectievelijk tweede 20 framedeel.As in FIG. 1 could be seen at the location of the rubber bodies 18 and 19 in the embodiment according to FIG. 1 can also be provided with line hinges with a hinge pin, at least with regard to the tilting action of the frame part 2 relative to the frame part 1. In the embodiment 15 according to FIG. 3, however, this is no longer possible, since at the location of the tilting means 18 and 19 the adjacent sections of the rods 3 and 7 do not run in the same direction. This makes clear a further great advantage of the use of flexible, resilient elements, namely a great freedom of design in the design of, for example, the rods 3 and 7 of the first and second frame part, respectively.
In verband met een gunstig stuurgedrag verdient het de voorkeur wanneer de hoek α tussen de zwenkhartlijn 17 en de horizontaal in een bereik van 25° a 45° ligt, bij voorkeur rond ongeveer 30° ligt.In view of a favorable steering behavior, it is preferable if the angle α between the pivot axis 17 and the horizontal is in a range of 25 ° to 45 °, preferably around 30 °.
De bestuurder zal op de zetel 14 zitten, enigszins achteroverliggend en zich met 25 zijn handen aan de handgrepen 12 vasthouden. Wanneer de bestuurder nu naar links helt, dan zal het stuurwiel 10 naar links kantelen en ten gevolge van het verloop van de kantelhartlijn 17 ook iets naar links draaien. Wanneer de bestuurder naar rechts helt, zal dit het tweede framedeel 2 daarentegen rond de kantelhartlijn naar rechts doen hellen en dientengevolge ook het stuurwiel 10 naar rechts doen hellen en ten gevolge van het 30 verlopen van de kantelhartlijn 17 dit stuurwiel eveneens iets naar rechts doen draaien (een dergelijke toestand is te zien in Fig. 2).The driver will sit on the seat 14, slightly reclined and hold onto the handles 12 with his hands. If the driver now leans to the left, the steering wheel 10 will tilt to the left and, due to the course of the tilt axis 17, will also turn slightly to the left. On the other hand, when the driver is inclined to the right, this will cause the second frame part 2 to tilt to the right around the tilt axis and, consequently, also cause the steering wheel 10 to tilt to the right and, as a result of the tilt axis 17 extending, this steering wheel also slightly to the right (such a state can be seen in Fig. 2).
Zoals in Fig. 1 zichtbaar kan de driewieler volgens de uitvinding zijn voorzien van een trapaandrijving. Het is echter ook zeer goed denkbaar de driewieler volgens de 6 uitvinding te voorzien van een motorische aandrijving, die bijvoorbeeld op de zijwielen 5 zou kunnen aangrijpen. Ook is het denkbaar de driewieler in het geheel niet te voorzien van een aandrijving, in welk geval de driewieler zeerwel benut kan worden voor het naar beneden rijden langs een helling of voor voortbeweging door middel van 5 een zeil of vlieger.As in FIG. 1, the tricycle according to the invention can be visibly provided with a pedal drive. However, it is also very conceivable to provide the tricycle according to the invention with a motor drive which, for example, could engage on the side wheels 5. It is also conceivable not to provide the tricycle with a drive at all, in which case the tricycle can very well be used for driving down a slope or for propulsion by means of a sail or kite.
In de weergegeven uitvoeringsvorm is het stuurwiel als voorwiel te beschouwen en zijn de zijwielen als achterwielen te beschouwen, althans veronderstellend dat de kijkrichting van een op de zetel 14 zittend persoon de voorwaartse rijrichting is. Het is echter ook denkbaar de zetel 14 om te draaien zodat de kijkrichting 180° omkeert en de 10 zijwielen de voorwielen worden. De zetel 14 zal dan wellicht geheel of deels boven het stuurwiel 10 (dan achterwiel) komen te liggen en de trappers van een eventuele trapaandrijving zullen dichter bij de zijwielen 5 komen te liggen.In the embodiment shown, the steering wheel can be regarded as a front wheel and the side wheels can be regarded as rear wheels, at least assuming that the viewing direction of a person sitting on the seat 14 is the forward driving direction. However, it is also conceivable to turn the seat 14 so that the viewing direction reverses 180 ° and the side wheels become the front wheels. The seat 14 will then perhaps be wholly or partly above the steering wheel 10 (then the rear wheel) and the pedals of a possible pedal drive will come closer to the side wheels 5.
* ψ * ** ψ * *
Claims (8)
Priority Applications (1)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| NL1016249A NL1016249C2 (en) | 2000-09-22 | 2000-09-22 | Three-wheeled vehicle has first frame part supporting two side wheels fitted on axis center line and second frame part supporting guide or steering wheel together with seat |
Applications Claiming Priority (2)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| NL1016249A NL1016249C2 (en) | 2000-09-22 | 2000-09-22 | Three-wheeled vehicle has first frame part supporting two side wheels fitted on axis center line and second frame part supporting guide or steering wheel together with seat |
| NL1016249 | 2000-09-22 |
Publications (1)
| Publication Number | Publication Date |
|---|---|
| NL1016249C2 true NL1016249C2 (en) | 2002-03-25 |
Family
ID=19772130
Family Applications (1)
| Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
|---|---|---|---|
| NL1016249A NL1016249C2 (en) | 2000-09-22 | 2000-09-22 | Three-wheeled vehicle has first frame part supporting two side wheels fitted on axis center line and second frame part supporting guide or steering wheel together with seat |
Country Status (1)
| Country | Link |
|---|---|
| NL (1) | NL1016249C2 (en) |
Cited By (1)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| EP2117913A1 (en) * | 2007-02-15 | 2009-11-18 | Scott Patrick Comstock | Multi-wheeled vehicle |
Citations (5)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| US4432561A (en) * | 1982-05-04 | 1984-02-21 | Feikema Roger H | Tricycle recumbent |
| US4572535A (en) * | 1984-11-16 | 1986-02-25 | Stewart Brian C | Tri-supported vehicle |
| EP0321171A2 (en) * | 1987-12-15 | 1989-06-21 | LOFGREN, Michael, S. | Three-wheel vehicle |
| DE19511629A1 (en) * | 1995-03-30 | 1996-10-02 | Guenther Joachimsthaler | Prone=position tricycle |
| US5568935A (en) * | 1995-06-09 | 1996-10-29 | Mason; William P. | Recumbent cycle with improved drive and steering |
-
2000
- 2000-09-22 NL NL1016249A patent/NL1016249C2/en not_active IP Right Cessation
Patent Citations (5)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| US4432561A (en) * | 1982-05-04 | 1984-02-21 | Feikema Roger H | Tricycle recumbent |
| US4572535A (en) * | 1984-11-16 | 1986-02-25 | Stewart Brian C | Tri-supported vehicle |
| EP0321171A2 (en) * | 1987-12-15 | 1989-06-21 | LOFGREN, Michael, S. | Three-wheel vehicle |
| DE19511629A1 (en) * | 1995-03-30 | 1996-10-02 | Guenther Joachimsthaler | Prone=position tricycle |
| US5568935A (en) * | 1995-06-09 | 1996-10-29 | Mason; William P. | Recumbent cycle with improved drive and steering |
Cited By (2)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| EP2117913A1 (en) * | 2007-02-15 | 2009-11-18 | Scott Patrick Comstock | Multi-wheeled vehicle |
| EP2117913A4 (en) * | 2007-02-15 | 2011-06-08 | Universal Branding & Media Llc | Multi-wheeled vehicle |
Similar Documents
| Publication | Publication Date | Title |
|---|---|---|
| US7681895B2 (en) | Side movement propelled scooter device having expanded foot platform | |
| US5064213A (en) | Self-stabilizing training wheels for a bicycle | |
| CN101646594B (en) | Multi-wheeled vehicle | |
| EP0308474B1 (en) | Bicycle vehicle with front and rear steering wheels | |
| ES2199096T3 (en) | TILTING VEHICLE AND MECHANISM. | |
| US8292315B1 (en) | Three wheeled body lean vehicle with dynamic articulation axis | |
| EP0321171A2 (en) | Three-wheel vehicle | |
| US20140138169A1 (en) | Suspension assembly for personal tracked vehicle | |
| US20090289437A1 (en) | Vehicle with three wheels | |
| JPH0214233B2 (en) | ||
| FR2723561A1 (en) | Bicycle or motorcycle incorporating bifurcated frame | |
| US6988741B2 (en) | Tricycle | |
| NL8103053A (en) | SELF-DIRECTING VEHICLE. | |
| US6908090B2 (en) | Cambering vehicle having inclined pivot axle | |
| JP2003081165A (en) | Front double-wheel type tricycle | |
| US20210031858A1 (en) | Traveling vehicle | |
| NL1016249C2 (en) | Three-wheeled vehicle has first frame part supporting two side wheels fitted on axis center line and second frame part supporting guide or steering wheel together with seat | |
| JP6525427B1 (en) | Bicycle frame | |
| KR101487582B1 (en) | Multi-track vehicle having a tilting mechanism, and stabilizers therefore | |
| JP2531798B2 (en) | Front two-wheeled tricycle | |
| NL1035799C2 (en) | Tiltable tricycle, has left outer tubular member and right tubular member respectively and pivotally connected to another left outer tubular member and another right tubular member by hinge | |
| BE1012229A3 (en) | Bicycle | |
| WO1999025602A1 (en) | Stabilizer for bicycles | |
| CA2919406A1 (en) | Seat for a vehicle | |
| US11453449B2 (en) | Support frame assembly to enhance high-speed stability for a narrow track vehicle during turns |
Legal Events
| Date | Code | Title | Description |
|---|---|---|---|
| PD2B | A search report has been drawn up | ||
| PD2B | A search report has been drawn up | ||
| VD4 | Discontinued due to resignation by the proprietor |
Effective date: 20050621 |