NL1015392C2 - Multifunctioneel transportwagentje. - Google Patents

Multifunctioneel transportwagentje. Download PDF

Info

Publication number
NL1015392C2
NL1015392C2 NL1015392A NL1015392A NL1015392C2 NL 1015392 C2 NL1015392 C2 NL 1015392C2 NL 1015392 A NL1015392 A NL 1015392A NL 1015392 A NL1015392 A NL 1015392A NL 1015392 C2 NL1015392 C2 NL 1015392C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
transport trolley
trolley according
folded
coupling rod
plane
Prior art date
Application number
NL1015392A
Other languages
English (en)
Inventor
Ronald Pieter Halma
Original Assignee
Woudengroep
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Woudengroep filed Critical Woudengroep
Priority to NL1015392A priority Critical patent/NL1015392C2/nl
Priority to EP01202166A priority patent/EP1162134A1/de
Application granted granted Critical
Publication of NL1015392C2 publication Critical patent/NL1015392C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62KCYCLES; CYCLE FRAMES; CYCLE STEERING DEVICES; RIDER-OPERATED TERMINAL CONTROLS SPECIALLY ADAPTED FOR CYCLES; CYCLE AXLE SUSPENSIONS; CYCLE SIDE-CARS, FORECARS, OR THE LIKE
    • B62K27/00Sidecars; Forecars; Trailers or the like specially adapted to be attached to cycles
    • B62K27/003Trailers
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B1/00Hand carts having only one axis carrying one or more transport wheels; Equipment therefor
    • B62B1/002Hand carts having only one axis carrying one or more transport wheels; Equipment therefor convertible from a one-axled vehicle to a two-axled vehicle
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B3/00Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor
    • B62B3/02Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor involving parts being adjustable, collapsible, attachable, detachable or convertible
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B2205/00Hand-propelled vehicles or sledges being foldable or dismountable when not in use
    • B62B2205/12Collapsible wheels
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B3/00Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor
    • B62B3/12Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor characterised by three-wheeled construction
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B5/00Accessories or details specially adapted for hand carts
    • B62B5/0026Propulsion aids
    • B62B5/0079Towing by connecting to another vehicle
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B5/00Accessories or details specially adapted for hand carts
    • B62B5/06Hand moving equipment, e.g. handle bars

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Handcart (AREA)

Description

Titel: Multifunctioneel transportwagentje
De uitvinding heeft betrekking op een transportwagentje voorzien van een bodemdeel met twee op een hoofdas roteerbaar gemonteerde hoofd-wielen en een koppelstang, die enerzijds is verbonden met het bodemdeel en anderzijds een uiteinde heeft, dat voor het kunnen voortbewegen van het 5 transportwagentje voorzien is van aangrijpmiddelen, die met een hand kunnen worden vastgepakt of koppelbaar zijn met organen, die verbonden zijn met een vervoermiddel, zoals een fiets, welke koppelstang een steunorgaan draagt en om een as zwenkbaar is tussen een uitgeklapte stand waarbij het steunorgaan een aanvullend steunpunt vormt, en een opgeklapte stand 10 waarbij het steunorgaan zich in een ten opzichte van zijn positie in de uitgeklapte stand in de richting van het bodemdeel gezwenkte stand bevindt.
Een dergelijk transportwagentje is bekend uit US-A-5.308.096.
De koppelstang van dit bekende transportwagentje is nabij zijn verbinding met het bodemdeel omgezet tot een deel, dat een zich in hoofdzaak evenwij-15 dig aan de hoofdas uitstrekkende zwenkas vormt en een steunorgaan in de vorm van een zich loodrecht op de zwenkas uitstrekkende poot met steun-wiel draagt. In de opgeklapte stand strekt de poot zich ongeveer achterwaarts uit in de richting van de hoofdas en ligt het steunwiel tegen de onderzijde van het bodemdeel aan. Dit houdt in, dat slechts een steunwiel 20 met relatief kleine diameter kan worden toegepast. Verder dient de koppelstang voor het in de opgeklapte stand brengen over een hoek in de orde van grootte van 90° omhoog te worden gezwenkt teneinde de poot in een in hoofdzaak verticale steunstand te brengen. Een dusdanig ver omhoog gezwenkte koppelstang bemoeilijkt de handbediening. Verder dient de 25 koppelstang in beide eindstanden met actief bediende vergrendelmiddelen te worden geborgd. Dit is niet alleen omslachtig door nabij en onder het bodemdeel uit te voeren handelingen, maar stelt ook bijzondere eisen aan 1015392 2 die vergrendelmiddelen. Immers een transportbelasting van het wagentje in de fietsstand, dat wil zeggen met opgeklapte poot, moet geheel worden op gevangen door de vergrendelmiddelen. Speling in de vergrendelmiddelen betekent doorhangen van of extra trillingen in het transportwagentje, 5 terwijl, en wellicht door die trillingen veroorzaakt, bezwijken van de vergrendelmiddelen doorklappen van het transportwagentje ter plaatse van de verbinding tussen bodemdeel en koppelstang met alle gevaarlijke en nadelige gevolgen van dien.
Met de uitvinding wordt beoogd de met de bekende stand van de 10 techniek gepaard gaande nadelen te elimineren en te voorzien in een betrouwbaar transportwagentje dat snel en eenvoudig van zijn ene in de andere gebruiksstand is te brengen.
Dit wordt overeenkomstig de uitvinding bij een transportwagentje van de in de aanhef omschreven soort bereikt, als het verlengde van de 15 zwenkas van de koppelstang de hoofdas snijdt of kruist en het steunorgaan via een zich dwars op de zwenkas uitstrekkend, stangvormig deel met de koppelstang is verbonden. Door deze maatregelen is met een simpele verdraaiing van de koppelstang om zijn zwenkas, in het bijzonder als overeenkomstig een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding de 20 zwenkas van de koppelstang gelegen is in een vlak dat zich althans nagenoeg loodrecht op de hoofdas uitstrekt, het steunorgaan vanuit de opgeklapte stand in de uitgeklapte stand en omgekeerd te brengen, welke handeling staande, en in hoofdzaak zonder te bukken is uit te voeren. Daarbij blijft dan de koppelstang in hoofdzaak in een van het transport· 25 wagentje afgekeerde richting wijzen, waardoor in beide gebruiksstanden optimale bedieningsmogelijkheden worden verkregen. Verder levert het zich dwars op de zwenkas uitstrekkende deel door steun te nemen tegen het bodemdeel zowel in de uitgeklapte als in de op geklapte stand de mogelijkheid om automatisch een stabiele aanslagstand te verkrijgen.
1015392 3
Als overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding de zwenkas is gelegen in een vlak althans nagenoeg evenwijdig aan en tussen een middenloodvlak tussen de twee hoofdwielen en een vlak door een van de twee hoofdwielen, bevordert belasting van het transportwagentje het 5 naar en in de uitgeklapte stand drukken, terwijl in de opgeklapte stand slechts een moment geleverd door het gewicht van het opgeklapte steun-orgaan hoeft te worden opgevangen om de koppelstang in deze stand te houden. Tevens is dan op eenvoudige wijze te bewerkstelligen, dat het steunorgaan zich in de uitgeklapte stand ongeveer in een vlak bevindt dat 10 samenvalt met een middenloodvlak tussen de twee hoofdwielen en in de op geklapte stand een uiteinde heeft, dat in hoofdzaak naast het bodemdeel is gelegen. Alsdan wordt in de uitgeklapte stand een stabiele, optimale driepuntsondersteuning van het transportwagentje verkregen, terwijl in de opgeklapte stand het situeren van het uiteinde van het steunorgaan voorbij 15 het bodemdeel in het bijzonder dan voordelen biedt, als het steunorgaan aan zijn uiteinde van een verbreed pootgedeelte is voorzien.
Als, zoals bij voorkeur, het steunorgaan als aanvullend steunpunt een steunwiel draagt; is het bij het zijdelings wegklappen van het steunorgaan zonder problemen mogelijk een steunwiel met een relatief grote dia-20 meter toe te passen. Door er dan overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding in te voorzien, dat het uiteinde van het steunorgaan in de op geklapte stand zich in een vlak bevindt dat in hoofdzaak evenwijdig is of samenvalt met een vlak door een van beide hoofdwielen, is een dergelijk steunwiel in de over ongeveer 180° ten opzichte van de uitgeklapte 25 stand gezwenkte, opgeklapte stand prominent in het zicht ter zijde van het bodemdeel te plaatsen, waardoor dit steunwiel op esthetische wijze in de totale vormgeving van het transportwagentje is op te nemen, terwijl aanstonds de werking van de koppelstang goed zichtbaar is.
Overeenkomstig de uitvinding wordt er een bijzondere voorkeur 30 voor uitgesproken, dat de zwenkas wordt bepaald door een door het bodem- 1015392 4 deel gedragen zwenklagerhuls en de koppelstang is voorzien van een stang-vormig draagdeel dat het steunorgaan draagt, een stangvormig bedienings-deel dat in langsrichting op het draagdeel aansluit, een stangvormig verbindingsdeel dat zich in hoofdzaak loodrecht uitstrekt op het draagdeel en het 5 bedieningsdeel ter plaatse waar die delen op elkaar aansluiten, en een zwenkas die zich in hoofdzaak loodrecht uitstrekt op het verbindingsdeel en tezamen daarmee een vlak bepaalt waarmee het draagdeel een hoek insluit, alsmede draaibaar in de zwenklagerhuls past. Door deze uitvoering van in het bijzonder de koppelstang is door de hoek tussen de zwenkas en het 10 draagdeel het steunorgaan in de uitgeklapte stand in een steilere neerwaarts hellende stand te brengen dan de zwenkas, terwijl in de over 180° gezwenkte, opgeklapte stand het steunorgaan zich in een steilere, opwaarts hellende stand bevindt, waarbij het verbindingsdeel door aanslaan tegen het bodemdeel de beide uiterste klapstanden bepaalt en op betrouwbare 15 wijze in stand houdt.
Dit laatste effect kan nog worden bevorderd, als het verbindingsdeel een vastzetorgaan draagt, waarmee de koppelstang in zijn beide uiterste zwenkstanden aan het bodemdeel kan worden vastgezet, waarbij deze aanvullende verbetering van het in een der beide uiterste standen 20 houden van de koppelstang op automatische wijze tot stand is te brengen, als het vastzetorgaan een verende klem is die voorzien is van twee tegenover elkaar gelegen, verende klemarmen, die elk kunnen samenwerken met telkens een aan het bodemdeel aangebrachte nok.
Om bij het aanbrengen van een decentraal geplaatste zwenkas 25 toch een centraal uitgeoefende trek- of drukkracht op het transportwagentje te kunnen uitoefenen, verdient het overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding de voorkeur, dat het bedieningsdeel een stompe hoek insluit met het draagdeel en zich vanaf zijn aansluiting op het draagdeel over een zodanige lengte in een zodanige richting uitstrekt, dat het 30 bedieningsdeel eindigt in een uiteinde dat ten opzichte van het draagdeel 1015392 5 voorbij de zwenkas in de richting van het middenloodvlak is gelegen. Tevens is dan te bewerkstelligen, dat niet alleen het draagdeel maar ook het bedie-ningsdeel in de uitgeklapte stand anders is gericht dan in de opgeklapte stand. In de opgeklapte, fietstrekstand neemt het bedieningsdeel bij voor-5 keur een vrij vlakke horizontale stand in, zodat dit deel bijvoorbeeld met de achteras van de fiets kan worden gekoppeld. In de uitgeklapte stand kan het bedieningsdeel dan een meer steilere stand innemen om het transport-wagentje gerieflijk met de hand te kunnen voortbewegen.
Het begrenzen van de zwenkbeweging van de koppelstang in de 10 beide uiterste standen is op eenvoudige wijze te bewerkstelligen, als de zwenklagerhuls aan een ondervlak van het bodemdeel is bevestigd, welk bodemdeel voorziet in de aanslagen voor het begrenzen van de zwenkbeweging van de koppelstang. Wordt het echter gewenst dat de vormgeving van het ondervlak van het bodemdeel geheel onafhankelijk is van de aan-15 slagbepaling van de koppelstang, dan kan er overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding in zijn voorzien, dat een uiteinde van de zwenklagerhuls uitmondt in een doorbreking van een been van een U-vormig profiel, dat althans nagenoeg dwars op het middenloodvlak aan het bodemdeel is bevestigd en zich ter weerszijden van de uitmonding van de 20 zwenklagerhuls uitstrekt over een lengte kleiner dan die van het verbindingsdeel, dat een in het U-profiel passende dwarsdoorsnede heeft. Deze oplossing heeft het verdere voordeel dat steeds duidelijk gedefinieerde, stabiele, robuuste en optimaal gedimensioneerde aanslagen aanwezig zijn.
Het arreteren van de koppelstang in de beide uiterste standen is 25 daarbij te bevorderen, als het verbindingsdeel op zijn buitenomtrek een orgaan uit een elastisch materiaal draagt, waarmee het verbindingsdeel in beide uiterste zwenkstanden van de koppelstang klemmend in het U-profiel is vast te zetten, waardoor de koppelstang in beide eindstanden klemmend wrijvend wordt geborgd en elke speling wordt weggenomen.
101 5392 6
Teneinde het met de hand voort bewegen van het transport-wagentje te vergemakkelijken en veraangenamen zonder dat dit in de fietstrekstand tot problemen kan leiden, wordt overeenkomstig een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding voorgesteld, dat de aangrijpmiddelen een 5 handgreep omvatten, die zwenkbaar is tussen een vergrendelbare, ingeklapte stand, waarin de handgreep zich in hoofdzaak evenwijdig aan het bedieningsdeel uitstrekt, en een uitgeklapte stand, waarin de handgreep zich onder een hoek ten opzichte van het bedieningsdeel uitstrekt. Om daarbij te voorkomen, dat de handgreep het gebruik van het transport-10 wagentje in de stand waarin het door een vervoermiddel wordt voortbewogen kan hinderen, is er volgens een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding in voorzien, dat de aangrijpmiddelen verder een vervoermiddel-koppeling omvatten die alleen werkzaam kan zijn, als de handgreep zich in de ingeklapte stand bevindt, en de handgreep in zowel de ingeklapte als de 15 uitgeklapte stand vergrendelt.
Teneinde de klapconstructie op optimale wijze te kunnen combineren met de gebruiksfunctie van het transportwagentje wordt er verder een voorkeur voor uitgesproken, dat het bodemdeel is voorzien van een stangvormig framedeel en een daardoor gedragen bakvormig deel. Het 20 bakvormige deel kan daarbij bovendien op eenvoudige wijze zijn voorzien van koppelpunten voor het kunnen aanbrengen van verdere framedelen, waarbij een der framedelen op afstand van de zwenklagerhuls uitklapbaar is tot een met de hand aan te grijpen bedieningsbeugel voor het kunnen verplaatsen van het transportwagentje. Daarmee is naast de koppelstang 25 voorzien in een tweede element, en wel aan de andere zijde van het transportwagentje, zodat dit afhankelijk van hetgeen wordt gewenst zowel in de ene als in de andere richting zowel geduwd als getrokken kan worden.
Onder verwijzing naar in de tekening weergegeven uitvoeringsvormen zal het transportwagentje volgens de uitvinding thans, zij het 30 uitsluitend bij wijze van voorbeeld, nader worden toegelicht. Daarbij toont: 101 53 92 7
Fig. 1 in zijaanzicht een eerste uitvoeringsvorm van een transportwagentje volgens de uitvinding in een eerste gebruiksstand;
Fig. 2 het rechter aanzicht van Fig. 1;
Fig. 3 in zijaanzicht de eerste uitvoeringsvorm van het 5 transportwagentje volgens de uitvinding in een tweede gebruiksstand;
Fig. 4 het rechter aanzicht van Fig. 3;
Fig. 5 in zijaanzicht een tweede uitvoeringsvorm van een transportwagentje volgens de uitvinding in een eerste gebruiksstand;
Fig. 6 het rechter aanzicht van Fig. 5; 10 Fig. 7 in zijaanzicht de tweede uitvoeringsvorm van het transportwagentje volgens de uitvinding in een tweede gebruiksstand;
Fig. 8 het rechter aanzicht van Fig. 7;
Fig. 9 in aanzicht een scharnierconstructie voor een trekstang;
Fig. 10 een doorsnede volgens lijn X-X in Fig. 9; 15 Fig. 11 een doorsnede volgens lijn XI-XI in Fig. 9;
Fig. 12 in bovenaanzicht een koppeling in een eerste positie;
Fig. 13 in bovenaanzicht een koppeling in een tweede positie; en
Fig. 14 een aanzicht volgens pijl A in Fig. 13.
In Fig. 1-4 is een transportwagentje weergegeven dat voorzien is 20 van een bodemdeel 1, dat de vorm heeft van een open bak, die een hoofdas 2 met twee hoofdwielen 3 draagt. De hoofdas 2 is verschoven aangebracht ten opzichte van het midden van het bodemdeel 1 naar een uiteinde, dat de achterzijde van het transportwagentje vormt. Aan het andere uiteinde van het bodemdeel 1, de voorzijde van het transportwagentje, is in het onder-25 gebied een zwenklagerhuls 4 aangebracht, waarvan de hartlijn is gelegen in het middenloodvlak tussen de hoofdwielen 3 en zich hellend omhoog uitstrekt. In de zwenklagerhuls 4 bevindt zich een deel 5a van een koppelstang 5, die ten opzichte van de zwenklagerhuls 4 draaibaar, doch in lengterichting niet verschuifbaar is. Onder het bodemdeel 1 is aan de koppelstang 30 5 als steunorgaan een steunwiel 6 verbonden door middel van een stang- 1015392 8 vormig draagdeel 7 dat in hoofdzaak L-vormig is uitgevoerd en een as voor het lageren van het steunwiel 6 draagt. Op het van de zwenklagerhuls 4 afgekeerde uiteinde van het deel 5a sluit een verder deel 5b van de koppelstang 5 aan, welk deel 5b in de ten opzichte van het deel 5a is geknikt en 5 eindigt in een koppeling 8, die verder zwenkbaar een handgreep 9 draagt.
De koppelstang 5 is zwenkbaar tussen een eerste gebruiksstand, waarin het transportwagentje als zelfstandige eenheid is te hanteren en die is weergegeven in Fig. 1 en 2, en een tweede gebruiksstand, waarin het transportwagentje dienst doet als aanhanger achter een vervoermiddel, 10 bijvoorbeeld een in de tekening niet getoonde fiets, welke tweede gebruiksstand is weergegeven in Fig. 3 en 4.
In de eerste gebruiksstand is de koppelstang 5 zodanig gezwenkt, dat het steunwiel 6 zich in een verticaal gerichte stand met zijn as evenwijdig aan de hoofdas 2 bevindt. Het draagdeel 7 steunt daarbij tegen de 15 onderzijde van het bodemdeel 1, zoals het duidelijkst uit Fig. 2 blijkt, waardoor een stabiele ondersteuning wordt verkregen. Desgewenst kan het draagdeel 7 in deze stand worden geborgd door klemmiddelen, bijvoorbeeld van het type dat verderop zal worden besproken. Bij het steunwiel 6 in de aldus verkregen dragende en op de bodem steunnemende stand strekt het 20 geknikte deel 5b zich hellend opwaarts, zoals getoond in Fig. 1, en hellend zijwaarts, zoals getoond in Fig. 2, ten opzichte van het deel 5a uit, en wel zodanig dat de uitgeklapte handgreep 9 zich op een comfortabele vastpak-hoogte bevindt en een midden heeft dat is uitgelijnd ten opzichte van het steunwiel 6.
25 Om het aldus als zelfstandige eenheid te hanteren transport wagentje om te bouwen tot bijvoorbeeld een aanhanger, oftewel van de eerste gebruiksstand in de tweede gebruiksstand te brengen, hoeft de koppelstang 5 over slechts ongeveer 90° te worden gezwenkt en de handgreep te worden ingeklapt. Na die zwenking ligt het steunwiel 6, zoals 30 getoond in Fig. 3 en 4, tegen de onderzijde van het bodemdeel aan. Verder is 1015392 9 het deel 5b van de koppelstang 5, zoals het duidelijkst blijkt uit Fig. 3, in een ten opzichte van het deel 5a omlaag hellende stand gebracht, waarbij het deel 5b tevens in het middenloodvlak tussen de hoofdwielen 3 is komen te liggen. In deze stand is het transportwagentje snel en eenvoudig via de 5 koppeling 8, bijvoorbeeld van het type als verderop zal worden besproken, te verbinden met een vervoermiddel, bijvoorbeeld een fiets. Door het steunen van het omgeklapte steunwiel 6 tegen de onderzijde van het bodemdeel 1 wordt wederom een door aanslag bepaalde, stabiele stand verkregen, die uiteraard desgewenst weer aanvullend kan worden geborgd met geschikte 10 vastzetmiddelen.
In Fig. 3 is met een streeplijn 10 een framedeel weergegeven waarop afdek- en afsluitmiddelen kunnen worden aangebracht.
In Fig. 5-7 is een de voorkeur verdienende uitvoeringsvorm van het transportwagentje volgens de uitvinding weergegeven. Dit transport-15 wagentje is voorzien van een bodemdeel 11, een hoofdas 12, hoofdwielen 13, een zwenklagerhuls 14, een koppelstang 15, een steunwiel 16, een L-vormig zwenkdeel 17, een koppeling 18 en een handgreep 19.
Ten opzichte van de uitvoeringsvorm volgens Fig. 1-4 is de zwenklagerhuls 14 thans ongeveer halverwege het middenloodvlak tussen de 20 hoofdwielen 13 en een van de hoofdwielen 13 geplaatst. Het L-vormige zwenkdeel 17 is met een poot gelagerd in de zwenklagerhuls 14, terwijl de andere poot de koppelstang 15 draagt ter hoogte van een knik tussen een draagdeel 15a en een deel 15b. Het draagdeel 15a draagt aan zijn vrije uiteinde via een as het steunwiel 16, terwijl het vrije uiteinde van het deel 25 15b voorzien is van de koppeling 18 die de handgreep 19 draagt.
De eerste gebruiksstand, waarin het transportwagentje als zelfstandige eenheid kan worden gehanteerd, is weergegeven in Fig. 5 en 6. Daarbij bevindt het steunwiel 16 zich in hoofdzaak in het middenloodvlak tussen de hoofdwielen 13 evenals het midden van de uitgeklapte handgreep.
1015392 10
Om het transportwagentje van de eerste gebruiksstand in de tweede te brengen, waarbij het geschikt is om door een vervoermiddel te worden getrokken, wordt de koppelstang 15 over 180° gezwenkt, waarmee de in Fig. 7 en 8 getoonde stand wordt verkregen, waarbij het steunwiel 16 5 zich naast het bodemdeel 11 bevindt. Na het inklappen van de handgreep 19 is de zich nabij het middenloodvlak tussen de hoofdwielen 13 bevindende koppeling 18 met het vervoermiddel te verbinden.
In de eerste gebruiksstand is het transportwagentje bijvoorbeeld geschikt als kinderwandelwagen. Daartoe kan in het bodemdeel 11 een 10 stoeltje 20 zijn gemonteerd. Verder kan er voorzien in een frame 21 dat een afdekking kan dragen en tevens voorzien kan zijn van een bedieningsbeugel 22 voor het voorwaarts kunnen duwen van het transportwagentje.
In beide gebruiksstanden steunt het zich dan telkens horizontaal uitstrekkende deel van het L-vormige zwenkdeel 17 tegen het bodemdeel 11, 15 waardoor een stabiele steunstand wordt verkregen. Uiteraard kan daarbij zijn voorzien in verdere borgende middelen die bijvoorbeeld verend automatisch in en buiten werking kunnen worden gebracht, zodat het transportwagentje met een simpel zwenken van de koppelstang van de ene in de andere gebruiksstand is te brengen.
20 In Fig. 9-11 is een variant voor het geleiden, steunen en borgen van de koppelstang 15 weergegeven. Daarbij is voorzien in een U-profiel 23 dat aan het bodemdeel 11 wordt vastgezet. Aan het U-profiel 23 is de zwenklagerhuls 14 vastgezet, die een der poten van het L-vormige zwenkdeel 17 opneemt. De andere poot van het zwenkdeel 17 is in de beide 25 gebruiksstanden in het U-vormige profiel 23 gelegen, waarbij de andere poot in die standen telkens tot voorbij het uiteinde van het U-profiel 23 reikt, zodat de met het zwenkdeel 17 verbonden koppelstang 15 vrij blijft van het U-profiel 23, dat aldus in beide gebruiksstanden het zwenkdeel 17 optimaal afsteunt. Van het U-profiel 23 kan verder gebruik worden gemaakt 30 om het zwenkdeel 17 in de beide gebruiksstanden te borgen. Een eerste 1015392 11 mogelijkheid daartoe is een om het zwenkdeel 17 aangebrachte ring 24 vervaardigd van elastisch materiaal en voorzien van een buitendiameter groter dan de binnenafmeting van het U-profiel 23. Aldus moet het zwenkdeel 17 bij het naderen van een gebruiksstand tegen de weerstand van de 5 ring 24 in het U-profiel 23 in worden gedrukt, waardoor er automatisch een elastische vastzetting van het zwenkdeel 17 en zodoende de koppelstang 15 in beide gebruiksstanden wordt verkregen. Een andere mogelijkheid is het gebruiken van een verende clip 25, die met een afstandsbus 26 op het zwenkdeel 17 is vastgezet en in de gebruiksstanden vastsnappend werk-10 zaam wordt op het U-profiel 23. Om dit mogelijk te maken is het U-profiel 23 aan zijn beide uiteinde voorzien van afschuiningen. Opgemerkt wordt dat een dergelijke clip ook zonder U-profiel kan worden toegepast, waarbij die clip dan dient aan te grijpen op geschikte nokken aangebracht op het bodemdeel van het transportwagentje.
15 In Fig. 12-14 is een koppeling weergegeven waarmee het transportwagentje aan een vervoermiddel kan worden gekoppeld, maar die tevens ook zorgt voor een vergrendeling van de handgreep in de ingeklapte en de uitgeklapte positie.
De koppeling is samengesteld uit een onderschaal 31, een paldeel 20 32 en een bovenschaal 33. In Fig. 12 en 13 is de bovenschaal 33 slechts met streeplijnen aangeduid teneinde de werking van de koppeling zo goed mogelijk te kunnen verduidelijken.
De onderschaal 31 is voorzien van een naar een zijde open uitsparing 34, waarin het paldeel 32 schuifbaar is opgenomen. Een drukveer 25 35 is aanwezig, die het paldeel 32 uit de uitsparing 34 tracht te drukken. De verschuiving van het paldeel 32 wordt begrensd door een as 36 die vanaf de bovenschaal 33 door een sleufgatopening 37 in het paldeel 32 reikt tot op de bodem van de onderschaal 31 waar de as 36 draaibaar is bevestigd aan de onderschaal 31. Het paldeel is voorzien van een invoeropening 38 die vanaf 30 opzij toegang verleent tot de sleufgatopening 37 en in lijn kan worden 'tot 5392 12 gebracht met een invoersleuf 39 in de onderschaal 31 door het paldeel tegen de kracht van de drukveer 35 in de uitsparing 34 te drukken. Een zijde van de invoeropening 38 is gevormd als stuitvlak, terwijl de andere zijde de vorm heeft van een grendeltand 40. Het paldeel 32 draagt een borgnok 41, 5 die kan samenwerken met borguitsparingen 42 in de bovenschaal 33. Het paldeel 32 is tegen de kracht van de drukveer 35 in te drukken door middel van een steeds tot buiten de onderschaal 31 reikende knop 43.
De koppeling is bedoeld om samen te werken met een plaatvormig koppelorgaan 44 dat voorzien is van een opening 45. Door middels de knop 10 43 het paldeel de onderschaal 31 in te drukken komt de invoeropening 38 in lijn te liggen met de invoersleuf 39. Het koppelorgaan 44 is dan in de onderschaal 31 en het paldeel 32 te steken, waarbij de opening 45 voor de grendeltand 40 komt te liggen. Door het naar buiten laten veren van het paldeel 32 gaat de grendeltand 40 door de opening 45 reiken en voorkomt zo 15 het uit de koppeling kunnen trekken van het koppelorgaan 44, waarmee de gewenste verbinding tot stand is gebracht en de in Fig. 12 getoonde stand is bereikt.
Opgemerkt wordt, dat in Fig. 12 het koppelorgaan 44 tot in een langssleuf 46 aangebracht in de as 36 reikt. Dit betekent dat het koppel-20 orgaan 44 alleen maar in de gekoppelde stand kan worden gebracht als de as 36 een zodanige draaistand heeft dat ook de langssleuf 46 in lijn is gelegen met de invoeropening 38 en de invoersleuf 39. Dit geeft de mogelijkheid het koppelen alleen maar te laten plaatsvinden als de handgreep zich in de ingeklapte stand bevindt. Daartoe wordt de handgreep vastgezet op 25 een tap 47 verbonden met de bovenschaal 33 en de koppelstang met een tap 48 verbonden met de onderschaal 31. Zoals Fig. 12 laat zien liggen de tappen 47 en 48 naast elkaar, dat wil zeggen de handgreep is ingeklapt, als het koppelorgaan 44 in de langssleuf 46 reikt. Een uitgeklapte handgreep is getoond in Fig. 13, waaruit tevens blijkt dat de as 36 zodanig is verdraaid
"f f M ^ 3 Q O
13 dat dan het koppelorgaan 44 niet ver genoeg in de koppeling kan worden gestoken om de grendeltand 40 in de opening 45 te laten grijpen.
In Fig. 13 is het paldeel 32 in de ingedrukte stand getoond, waardoor de borgnok 41 uit de borguitsparing 42 is gebracht. In deze stand zijn 5 de onderschaal 31 en de bovenschaal 33 ten opzichte van elkaar verdraaibaar voor het kunnen in- of uitklappen van de handgreep. Loslaten van de knop 43 leidt dan automatisch tot het in de betreffende stand ten opzichte van elkaar vergrendelen van de onder- en bovenschaal, zoals blijkt uit Fig. 12 waar de vergrendeling in de ingeklapte stand is getoond.
10 Een verdere verfijning is te verkrijgen als de in Fig. 12 onder gelegen zijrand van de langssleuf 46 in het verlengde van de bodem van de langssleuf 46 wordt weggehaald. Verdraaiing van de as 36 door verdraaien van de bovenschaal 33 naar de in Fig. 13 getoonde stand is dan bij bij ingedrukt paldeel 32 mogelijk en heeft automatisch tot gevolg, dat het 15 koppelorgaan 44 naar rechts uit de onderschaal 31 wordt gedrukt.
Het spreekt voor zich, dat er binnen het kader van de uitvinding, zoals neergelegd in de bijgaande conclusie, nog vele varianten en wijzigingen mogelijk zijn. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk in plaats van een steunwiel aan te brengen een steunpoot aan te brengen. Hoewel het 20 bodemdeel steeds als een eendelig deel is weergegeven kan dit ook uit meerdere delen zijn samengesteld en bijvoorbeeld voorzien zijn van een buisvormig draagframe. Verder kan de koppelstang op eenvoudige wijze demonteerbaar in de zwenklagerhuls zijn aangebracht. Dit heeft niet alleen voordelen bij het bedienen van het transportwagentje door middel van de 25 beugel 22, maar vergemakkelijkt tevens opslag en transport, waartoe het verder de voorkeur verdient ook de hoofdwielen 13 snel demonteerbaar aan te brengen.
1015392

Claims (17)

1. Transportwagentje voorzien van een bodemdeel met twee op een hoofdas roteerbaar gemonteerde hoofdwielen en een koppelstang, die enerzijds is verbonden met het bodemdeel en anderzijds een uiteinde heeft, dat voor het kunnen voortbewegen van het transportwagentje voorzien is 5 van aangrijpmiddelen, die met een hand kunnen worden vastgepakt of koppelbaar zijn met organen, die verbonden zijn met een vervoermiddel, zoals een fiets, welke koppelstang een steunorgaan draagt en om een zwenkas zwenkbaar is tussen een uitgeklapte stand waarbij het steunorgaan een aanvullend steunpunt vormt, en een opgeklapte stand waarbij 10 het steunorgaan zich in een ten opzichte van zijn positie in de uitgeklapte stand in de richting van het bodemdeel gezwenkte stand bevindt, met het kenmerk, dat het verlengde van de zwenkas van de koppelstang de hoofdas snijdt of kruist en het steunorgaan via een zich dwars op de zwenkas uitstrekkend, stangvormig deel met de koppelstang is verbonden.
2. Transportwagentje volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de zwenkas van de koppelstang gelegen is in een vlak dat zich althans nagenoeg loodrecht op de hoofdas uitstrekt
3. Transportwagentje volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de zwenkas is gelegen in een vlak althans nagenoeg evenwijdig aan en tussen 20 een middenloodvlak tussen de twee hoofdwielen en een vlak door een van de twee hoofdwielen.
4. Transportwagentje volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het steunorgaan zich in de uitgeklapte stand ongeveer in een vlak bevindt dat samenvalt met een middenloodvlak tussen de twee hoofdwielen en in de 25 opgeklapte stand een uiteinde heeft, dat in hoofdzaak naast het bodemdeel is gelegen. 1015392
5. Transportwagentje volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het uiteinde van het steunorgaan in de opgeklapte stand zich in een vlak bevindt dat in hoofdzaak evenwijdig is of samenvalt met een vlak door een van beide hoofdwielen.
6. Transportwagentje volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de zwenkas wordt bepaald door een door het bodemdeel gedragen zwenklager-huls en de koppelstang is voorzien van een stangvormig draagdeel dat het steunorgaan draagt, een stangvormig bedieningsdeel dat in langsrichting op het draagdeel aansluit, een stangvormig verbindingsdeel dat zich in hoofd- 10 zaak loodrecht uitstrekt op het draagdeel en het bedieningsdeel ter plaatse waar die delen op elkaar aansluiten, en een zwenkas die zich in hoofdzaak loodrecht uitstrekt op het verbindingsdeel en tezamen daarmee een vlak bepaalt waarmee het draagdeel een hoek insluit, alsmede draaibaar in de zwenklagerhuls past.
7. Transportwagentje volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het verbindingsdeel een vastzetorgaan draagt, waarmee de koppelstang in zijn beide uiterste zwenkstanden aan het bodemdeel kan worden vastgezet.
8. Transportwagentje volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat het vastzetorgaan een verende klem is die voorzien is van twee tegenover elkaar 20 gelegen, verende klemarmen, die elk kunnen samenwerken met telkens een aan het bodemdeel aangebrachte nok.
9. Transportwagentje volgens een der conclusies 6-8, met het kenmerk, dat het bedieningsdeel een stompe hoek insluit met het draagdeel en zich vanaf zijn aansluiting op het draagdeel over een zodanige lengte in een 25 zodanige richting uitstrekt, dat het bedieningsdeel eindigt in een uiteinde dat ten opzichte van het draagdeel voorbij de zwenkas in de richting van het middenloodvlak is gelegen.
10. Transportwagentje volgens een der conclusies 6-9, met het kenmerk, dat de zwenklagerhuls aan een ondervlak van het bodemdeel is 1015392 bevestigd, welk bodemdeel voorziet in de aanslagen voor het begrenzen van de zwenkbeweging van de koppelstang.
11. Transportwagentje volgens een der conclusies 6-10, met het kenmerk, dat een uiteinde van de zwenklagerhuls uitmondt in een doorbreking 5 van een been van een U-vormig profiel, dat althans nagenoeg dwars op het middenloodvlak aan het bodemdeel is bevestigd en zich ter weerszijden van de uitmonding van de zwenklagerhuls uitstrekt over een lengte kleiner dan die van het verbindingsdeel, dat een in het U-profiel passende dwarsdoorsnede heeft.
12. Transportwagentje volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat het verbindingsdeel op zijn buitenomtrek een orgaan uit een elastisch materiaal draagt, waarmee het verbindingsdeel in beide uiterste zwenkstanden van de koppelstang klemmend in het U-profiel is vast te zetten.
13. Transportwagentje volgens een der voorgaande conclusies, met het 15 kenmerk, dat de aangrijpmiddelen een handgreep omvatten, die zwenkbaar is tussen een vergrendelbare, ingeklapte stand, waarin de handgreep zich in hoofdzaak evenwijdig aan het bedieningsdeel uitstrekt, en een uitgeklapte stand, waarin de handgreep zich onder een hoek ten opzichte van het bedieningsdeel uitstrekt.
14. Transportwagentje volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de aangrijpmiddelen verder een vervoermiddelkoppeling omvatten die alleen werkzaam kan zijn, als de handgreep zich in de ingeklapte stand bevindt, en de handgreep in zowel de ingeklapte stand als de uitgeklapte stand vergrendelt.
15. Transportwagentje volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het steunorgaan als steunpunt een steunwiel draagt.
16. Transportwagentje volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het bodemdeel is voorzien van een stangvormig framedeel en een daardoor gedragen bakvormig deel. 1015392
17. Transportwagentje volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat het bakvormige deel is voorzien van koppelpunten voor het kunnen aanbrengen van verdere framedelen, waarbij een der framedelen op afstand van de zwenklagerhuls uitklapbaar is tot een met de hand aan te grijpen 5 bedieningsbeugel voor het kunnen verplaatsen van het transportwagentje. 1015392
NL1015392A 2000-06-07 2000-06-07 Multifunctioneel transportwagentje. NL1015392C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1015392A NL1015392C2 (nl) 2000-06-07 2000-06-07 Multifunctioneel transportwagentje.
EP01202166A EP1162134A1 (de) 2000-06-07 2001-06-06 Mehrzweckförderkarren

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1015392 2000-06-07
NL1015392A NL1015392C2 (nl) 2000-06-07 2000-06-07 Multifunctioneel transportwagentje.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1015392C2 true NL1015392C2 (nl) 2001-12-10

Family

ID=19771508

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1015392A NL1015392C2 (nl) 2000-06-07 2000-06-07 Multifunctioneel transportwagentje.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP1162134A1 (nl)
NL (1) NL1015392C2 (nl)

Families Citing this family (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP2394883A1 (de) * 2010-06-11 2011-12-14 caddie GmbH Transportvorrichtung
EP2684768B1 (en) 2012-07-13 2019-03-13 Thule Child Transport Systems Ltd A passenger carrier with an accessory cross bar
EP2684766B1 (en) 2012-07-13 2018-07-04 Thule Child Transport Systems Ltd Foldable passenger carrier
EP2840011A1 (en) 2012-07-13 2015-02-25 Thule Child Transport Systems Ltd Passenger carrier front wheel arrangement
FR3003801B1 (fr) 2013-03-28 2017-02-17 Dorel France Sa Poussette pour enfant transformable en remorque pour velo
EP3583014B1 (en) * 2017-02-15 2022-12-07 Runoceros Fitness Corporation Push-to-pull convertible carriage
DE102017106142A1 (de) * 2017-03-22 2018-09-27 Kettler Alu-Rad GmbH Fahrradanhänger mit verschwenkbarer Deichsel

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4738457A (en) * 1987-03-03 1988-04-19 Conrad Charles W Convertible handle for vehicle
US4740008A (en) * 1987-02-12 1988-04-26 Johnson James A Convertible wheelbarrow/cart
US5308096A (en) 1990-11-26 1994-05-03 Kid Around Kinetica Inc. Bicycle trailer
DE29900033U1 (de) * 1999-01-04 1999-04-22 Brueggli Produktion Und Dienst Zweiradanhänger

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4740008A (en) * 1987-02-12 1988-04-26 Johnson James A Convertible wheelbarrow/cart
US4738457A (en) * 1987-03-03 1988-04-19 Conrad Charles W Convertible handle for vehicle
US5308096A (en) 1990-11-26 1994-05-03 Kid Around Kinetica Inc. Bicycle trailer
DE29900033U1 (de) * 1999-01-04 1999-04-22 Brueggli Produktion Und Dienst Zweiradanhänger

Also Published As

Publication number Publication date
EP1162134A1 (de) 2001-12-12

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US10988153B1 (en) Wagon having fold-down seats and a detachable handle
NL1032494C2 (nl) Inrichting voor een kinderwagen en gebruik van een duwstang.
US7694980B2 (en) Handle for collapsible stroller
US6135487A (en) Baby stroller with unique curved swinging legs and unique trigger to initiate swinging
JPH0316875A (ja) 折畳み自在のラゲッジキャリヤ
NL1031214C2 (nl) Wandelwagen.
US4411343A (en) Luggage trolley
FR2792176A1 (fr) Valise-chariot
FR2789039A3 (fr) Chariot a bras
US5971693A (en) Handtruck with unloading assembly
US20080224451A1 (en) Device For Transporting A Child
WO2014154903A1 (fr) Poussette pour enfant transformable en remorque pour velo
NL1015392C2 (nl) Multifunctioneel transportwagentje.
WO2000037297A1 (fr) Poussette
US5788260A (en) Luggage carrier
GB2158399A (en) Portable luggage carrier
US6425724B1 (en) Hand truck with pusher plate
US20050012287A1 (en) Handle arrangement for a pushchair
MX2007011729A (es) Conjunto carrito-mesa portatil.
US20060103085A1 (en) Combination infant seat carrier and detachable storable stroller support structure
US4513989A (en) Golf cart
WO2010020192A1 (zh) 折叠式高尔夫球手推车
FR2632262A3 (fr) Chariot a bagages pliant
NL2007446C2 (nl) Kinderwagen.
GB2316369A (en) Child seat on a shopping trolley

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20090101