NL1015174C2 - Lamp en lampvoetsamenstel. - Google Patents
Lamp en lampvoetsamenstel. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1015174C2 NL1015174C2 NL1015174A NL1015174A NL1015174C2 NL 1015174 C2 NL1015174 C2 NL 1015174C2 NL 1015174 A NL1015174 A NL 1015174A NL 1015174 A NL1015174 A NL 1015174A NL 1015174 C2 NL1015174 C2 NL 1015174C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- lamp
- segment
- foot
- flat surface
- figures
- Prior art date
Links
Classifications
-
- H—ELECTRICITY
- H01—ELECTRIC ELEMENTS
- H01J—ELECTRIC DISCHARGE TUBES OR DISCHARGE LAMPS
- H01J5/00—Details relating to vessels or to leading-in conductors common to two or more basic types of discharge tubes or lamps
- H01J5/50—Means forming part of the tube or lamps for the purpose of providing electrical connection to it
- H01J5/54—Means forming part of the tube or lamps for the purpose of providing electrical connection to it supported by a separate part, e.g. base
- H01J5/56—Shape of the separate part
-
- H—ELECTRICITY
- H01—ELECTRIC ELEMENTS
- H01J—ELECTRIC DISCHARGE TUBES OR DISCHARGE LAMPS
- H01J5/00—Details relating to vessels or to leading-in conductors common to two or more basic types of discharge tubes or lamps
- H01J5/50—Means forming part of the tube or lamps for the purpose of providing electrical connection to it
- H01J5/54—Means forming part of the tube or lamps for the purpose of providing electrical connection to it supported by a separate part, e.g. base
- H01J5/62—Connection of wires protruding from the vessel to connectors carried by the separate part
Landscapes
- Non-Portable Lighting Devices Or Systems Thereof (AREA)
- Fastening Of Light Sources Or Lamp Holders (AREA)
Description
%
Lamp en lampvoetsamenstel
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op elektrische lampen en in het bijzonder op elektrische lampen gebruikt in auto's. Meer in het bijzonder betreft de onderhavige uitvinding autokoplampcapsules en goedkope 5 manieren om verstelbare bevestigingen voor de lichtbron te construeren.
Het is bekend lampsamenstellen te verschaffen welke in het algemeen een lamp omvatten gekoppeld aan een lampvoetsamenstel. Typisch omvat zo een lampvoetsamenstel 10 een voet uit één stuk welke of een recht voetontwerp heeft of een voetontwerp met een hoek, zoals een voet met een rechte hoek. In een recht voetontwerp, zoals het type welke typisch gebruikt wordt in koplampen van auto's in de Verenigde Staten, strekt de voet zich uit in de richting 15 van de as van de lamp. In een voet met een rechte hoek, zoals het type welke typisch gebruikt wordt in koplampen van auto's in Europa, omvat de voet een verbindingssegment welke zich uitstrekt met een rechte hoek ten opzichte van de as van de lamp. Naast rechte voeten en voeten onder een 20 hoek, zijn lampvoetsamenstellen ontworpen voor gebruik met een specifiek lamptype. In het bijzonder zal elk lampont-werp typisch een specifieke bevestigingsstructuur vereisen bij het lampvoetsamenstel waaraan de lamp gekoppeld dient te worden.
25 Het is duur voor lampproducenten zulke verschil- 90151 Hm 2 lende alternatieve lampvoeten te produceren en te inventariseren. Bijvoorbeeld was het tot nu toe noodzakelijk om zowel rechte lampvoeten en lampvoeten van 90 graden te produceren en inventariseren als wel verschillende lamp-5 voeten voor gebruik met verschillende typen lampen. Daarnaast zijn tot nu toe gefabriceerde lampvoeten typisch vervaardigd van een materiaal ontworpen om de temperatuur van de lamp te weerstaan waarmee de voet gebruikt dient te worden. Eén probleem verbonden met dit vereiste is dat 10 lampen met erg hoge temperaturen typisch het gebruik vereisen van duurder hoge temperatuurkunststof. Andere kosten veroorzaakt ten gevolge van de behoefte om een breed gebied van voet types te verschaffen hebben betrekking op de behoefte verschillende typen uitrusting te 15 verschaffen, en verschillende bewerkingstechnieken, met verschillende specificaties.
Naast het voorgaande hebben de tot nu toe verschafte ontwerpen van de lampvoetsamenstellen, inherente, zeer nauwe fysische kenmerken welke ongewenste ruimtelijke 20 beperkingen veroorzaken. Zulke beperkingen geven moeilijkheden wanneer een lamp bevestigd aan het lampvoetsamenstel wordt afgesteld. Bij sommige ontwerpen resulteren zulke afstellende problemen uit de oriëntatie van de lassen tijdens, bijvoorbeeld, laserlassen van de lampcontactpun-25 ten aan de contacten gelegen in de lampvoet.
Het is een doel van de onderhavige uitvinding een verbeterde lampvoet te verschaffen voor gebruik met een lamp.
Een ander doel van de onderhavige uitvinding is 3 0 de nadelen van de stand van de techniek te ondervangen door het verschaffen van een verstelbaar lampvoetsamenstel .
Een verder doel van de onderhavige uitvinding is om een verbeterd en prijsgunstig lampvoetsamenstel te ver-35 schaffen.
Een ander doel van de onderhavige uitvinding is een lampvoetsamenstel te verschaffen welke direct versteld $015174· 3 kan worden tijdens montage.
De onderhavige uitvinding bereikt deze en andere doelen door een lampvoetsamenstel te verschaffen welke afzonderlijke eerste en tweede voetcomponenten, onderling 5 verbonden, omvat. De eerste voetcomponent omvat een eerste gedeelte, geconstrueerd en opgesteld voor bevestiging met een lamp en een tegenoverliggend tweede gedeelte, geconstrueerd en opgesteld voor bevestiging aan de tweede voetcomponent. De afzonderlijke tweede voetcomponent omvat 10 pennen met koppen waartegen de eerste voetcomponent kan worden versteld en aangelast. Een derde gedeelte kan geconstrueerd en opgesteld zijn voor bevestiging aan het tweede gedeelte en een vierde gedeelte omvattende contacten geconstrueerd en opgesteld voor mechanische en elek-15 trische verbinding met (a) aansluitdraden van de lamp en (b) een verbindingsstuk. De tweede voetcomponent kan een rechte voetcomponent of een voetcomponent onder een hoek zijn.
Een lamp omvattende elk lampvoetsamenstel van de 20 onderhavige uitvinding wordt eveneens verschaft.
De onderhavige uitvinding kan goed begrepen worden met behulp van de bijgevoegde figuren waarin dezelfde verwijzingscijfers dezelfde onderdelen aanduiden en waarin: 25 Figuur 1 een opengewerkt aanzicht is in perspec tief van één uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding welke twee alternatieve lampvoetsamenstellen illustreert; figuur 2 een aanzicht in perspectief is van één lampvoetsamenstel volgens figuur 1; 30 figuur 3 een aanzicht in perspectief is, gedeel telijk in doorsnede, van een andere lampvoetsamenstel uit figuur 1; figuur 4 een opengewerkt aanzicht is in perspectief van een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige 35 uitvinding; figuur 5 een vergroot aanzicht is in perspectief van een gedeelte van de uitvoeringsvorm van figuur 4; 1015174* 4 figuur 6 een opengewerkt aanzicht in perspectief is van een verdere uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding, welke twee andere alternatieve lampvoetsamen-stellen illustreert; 5 figuur 7 een aanzicht in perspectief is van één lampvoetsamenstel van figuur 6; figuur 8 een doorsnede van figuur 7 is langs de lijn 8-8; figuur 9 een doorsnede van figuur 7 is langs de 10 lijn 9-9; figuur 10 een vergroting is van een gedeelte van figuur 8 geroteerd om 180°; figuur 11 een onderaanzicht is van figuur 7; en figuur 12 een doorsnede is overeenkomstig figuur 15 8 van een ander lampvoetsamenstel van figuur 6.
Voor een beter begrip van de onderhavige uitvinding, samen met andere en verdere doelen, voordelen en mogelijkheden daarvan, wordt verwezen naar de volgende beschrijving en de bijgevoegde conclusies in combinatie 20 met de hierboven beschreven figuren.
Het lampvoetsamenstel volgens de onderhavige uitvinding omvat een voet welke een voetbevestigend gedeelte omvat, geconstrueerd en opgesteld voor bevestiging aan een willekeurig bevestigingselement van een meervoud 25 van verschillend vormgegeven bevestigingselementen. Bijvoorbeeld is in de uitvoeringsvorm van figuur 1 een lampvoetsamenstel 20 verschaft welke een voet 22 omvat met daarin contacten 24. Contacten 24 omvatten respectievelij-ke einden 26 en 28. De contacten 24 zijn geconstrueerd en 30 opgesteld voor mechanische en elektrische verbinding van de einden 26 met aansluitdraden 30 van een lamp 32 wanneer de lamp verbonden is met het lampvoetsamenstel 20. Contacten 24 zijn ook geconstrueerd en opgesteld voor mechanisch en elektrische verbinding van de einden 28 met de contac-35 ten 34 van een samenwerkend verbindingsstuk 36, op een conventionele wijze. De voet 22 van het lampvoetsamenstel 20 omvat een voetopstellend gedeelte 38 welke geconstru- 1015174¾ 5 eerd en opgesteld is voor verbinding met het verbindingselement of neus 40 of alternatief met verbindingselement of neus 42. In de in figuur 1 getoonde uitvoeringsvorm verschaffen de verbindingselementen 40 en 42 twee ver-5 schillende structurele configuraties waarvan elke verbonden kan worden aan de voet 22.
In de in figuur 1 getoonde uitvoeringsvorm omvatten de verbindingselementen 40 en 42 elk een respectievelijk kom-vormig element 44, 44', bevestigbaar aan het 10 voetbevestigende gedeelte 38, en een respectievelijk bevestigend element 46, 46' bevestigbaar aan de lamphouder 48. Het voetbevestigende gedeelte 38 omvat een uitsparing 50 welke een in hoofdzaak cilindrische binnenwand 52 omvat welke zich in de richting 54 van de voetas 56 uitstrekt.
15 In de uitvoeringsvorm getoond in de figuren 1 en 2 kan het kom-vormige element 44 vervaardigd zijn van een hoge temperatuurkunststof zoals Amoco Amodel 1145, en de voet 22 kan vervaardigd zijn van een lage temperatuurkunststof zoals valox 425. Element 44 omvat een gedeelte-20 lijk cilindrisch randoppervlak 58. Het element 44 omvat ook een flens 60 met een diameter groter dan de diameter van het gedeeltelijk cilindrische oppervlak 58, en een flens 62 met een diameter groter dan de diameter van de flens 60. Bij het samenstellen van het lampvoetsamenstel 25 20 wordt het element 44 in de uitsparing 50 geplaatst totdat de flens 60 het voetbevestigend gedeelte 38 aangrijpt zoals getoond in figuur 2. Het oppervlak 58 zal in hoofdzaak passen in en in aangrijping zijn met de binnenwand 52 van de uitsparing 50. Zoals blijkt uit figuur 2 30 zullen het oppervlak 64 van de flens 62, het buitenste randoppervlak 66 van de flens 60 en het oppervlak 68 van het voetbevestigende gedeelte 38 een gleuf 70 vormen waarin een pakking, 0-ring of iets soortgelijks (niet getoond) geplaatst kan worden om een afdichting te ver-35 schaffen voor gebruik met het lampvoetsamenstel 20 op een conventionele wijze. De voet 22 en komvormig element 44 kunnen met elkaar verbonden worden door ultrasoon lassen 1015174É 6 of door schroeven en dergelijke. De configuratie van de gleuf 70 is in hoofdzaak naadvrij.
In de in figuur 1 getoonde uitvoeringsvorm omvat het bevestigende element 46 van het bevestigend element 40 5 een cilindrisch segment 72. Het bevestigend element 46 omvat eveneens ten minste één oppervlak welke zich in een radiale richting uitstrekt ten opzichte van de as van het cilindrische segment 72. In de uitvoeringsvorm van figuur 1 bijvoorbeeld, omvat het bevestigende element 46 een 10 meervoud van oppervlakken in de vorm van benen 74 welke zich radiaal uitstrekken ten opzichte van de as van het cilindrische segment 72. De diameter van het cilindrische segment 72 is gelijk aan, of iets kleiner dan de diameter van een uitsparing 76 van het komvormige element 44. Het 15 cilindrische segment 72 wordt in de uitsparing 76 gedrukt en de benen 74 grijpen een bovenoppervlak 78 aan van element 44.
In de uitvoeringsvorm getoond in de figuren 1 en 3 is het komvormige element 44' soortgelijk aan het kom-20 vormige element 44. In het bijzonder omvat element 44' een gedeeltelijk cilindrisch buitenste randoppervlak 58' welke in de uitsparing 50 wordt gestoken, op dezelfde wijze als waarop het element 44 in de uitsparing 50 wordt gestoken. Element 44' verschilt van element 44 doordat element 44' 25 geconstrueerd en opgesteld is voor bevestiging daaraan van een bevestigend element welke verschilt van bevestigend element 46. In het bijzonder omvat het element 44' een meervoud van uitsparingen 80 waarin respectievelijke pennen 82 worden gestoken. De koppen 84 van pennen 82 30 vormen samen het bevestigend element 46'. Pennen 82 kunnen roestvast stalen spiraaldrijfpennen zijn, en kunnen in de vorm zijn van type U metalen drijfschroeven vervaardigd door Parker-Kalon. De voorkeurspennen hebben koppen 84 met bolvormige secties. Op hun plaats (figuur 3) raken de 35 koppen 84 aan een vlak gedefinieerd door een oppervlak op de lamphouder 48, zoals door de vleugels 92. De vleugels 92 kunnen in dit vlak versteld worden ten opzichte van de 1015174« 7 koppen 84. Gebruik van zulke schroeven elimineert de behoefte van het element 44' om een metalen stuk te hebben om de pennen te ontvangen. In het bijzonder kunnen zulke schroeven in de uitsparingen 80 gedrukt worden.
5 In de in figuur 1 getoonde uitvoeringsvorm omvat lamphouder 48 een eerste roestvast stalen segment 88 bevestigbaar aan de bevestigende elementen 46 of 46' en een tweede segment 90 bevestigbaar aan het eerste segment 88 en aan lamp 32.
10 In de figuren 1-3 omvat het segment 88 identieke vleugels 92 welke zich uitstrekken van tegenoverliggende wanden 94, in een radiale richting ten opzichte van een as van het segment 88. Tijdens assemblage van het in figuur 2 getoonde lampvoetsamenstel grijpt het bodemoppervlak van 15 elke vleugel 92 aan op het bovenoppervlak van de respectievelijke benen 74. Tijdens de assemblage van het lampvoet samenstel van figuur 3 grijpt het bodemoppervlak van de vleugels 92 aan op het bovenste oppervlak van een respectievelijke kop 84. Om een goede afstelling te ver-20 schaffen om het bundelpatroon van de lamp 32 te versterken welke bevestigd is aan het lampvoet samenstel 20, kan het segment 88 versteld worden op een afstellende manier ten opzichte van het bevestigingselement 40, 42, door het verschuiven van de vleugels 92 in een X-Y vlak op de benen 25 74, of koppen 84, al naar gelang het geval, in elke rich ting loodrecht op de as 56. Wanneer het afstellen in zo een X-Y vlak plaats heeft gevonden, kunnen de vleugels 92 aan de benen 74 of koppen 84 gelast worden, bij laspunten 98. In de in figuur 3 getoonde uitvoeringsvorm met ver-30 schillende pennen 82 aan een gemeenschappelijk stuk gelast, wordt voorkomen dat een pen 82 uit positie kan draaien door de andere pennen 82.
In de figuren 1 tot en met 3 omvat het segment 88 benen 100 welke zich uitstrekken vanaf de vleugels 92. 35 Segment 90 omvat benen 102. Benen 100 en 102 kunnen geconstrueerd en opgesteld worden zodat de respectievelijke buitenoppervlakken 104 van benen 100 door veerkracht een 1015174· 8 voorinstelling hebben gekregen tegen de respectievelijke binnenoppervlakken 106 van benen 102 om het segment 90 op zijn plaats te houden ten opzichte van het segment 88. Om verder een goede afstelling te verschaffen van de lamp 32 5 welke bevestigd dient te worden aan het lampvoetsamenstel 20, kunnen de segmenten 88 en 90 ten opzichte van elkaar versteld worden op een afstellende manier door het verschuiven van de binnenoppervlakken 106 van benen 102 op de buitenoppervlak 104 van benen 100 in een richting van een 10 houderas (Z-vlak), welke houderas zich uitstrekt in richting 54 wanneer het segment 88 bevestigd is aan het bevestigende element 46, 46' . Wanneer het afstellen in zo een Z-vlak is bereikt kunnen de benen 100 aan de respectievelijke benen 102 gelast worden bij 108. Opgemerkt wordt dat 15 het segment 88 in hoofdzaak rechthoekig is. Zo een configuratie staat toe dat de lassen 108 relatief dicht bij de as 56 geplaatst worden wat optimale translatiebeweging van segment 88 toestaat tijdens het afstellen. De lamphouder 48 uit twee segmenten staat 5-assig laserlassen toe van de 20 houder, daardoor belangrijk verbeterde afsteltoleranties verschaffend. Door het verschaffen van een lamp zoals bijvoorbeeld lamp 32 met molybdeen aansluitdraden 30, wordt buigen van de aansluitdraden en beweging van de capsule gedurende het 5-as afstelproces vergemakkelijkt. 25 Dit kenmerk is belangrijk omdat dit buigen overblijvende ongewenste inwendige spanningen zal elimineren veroorzaakt door de aansluitdraden welke een kracht uitoefenen op de lamp 30/segment 90 interface. Zulke spanningen zijn ongewenst omdat zij neigen te veel spanning te geven bij het 3 0 aandrukken van het glas van de lamp en lampexplosies veroorzaken.
De wijze waarop de voetcontacten zijn verbonden met de lampaansluitdraden is getoond in de uitvoeringsvorm van figuur 3 en is evenzeer toepasbaar op de uitvoerings-35 vormen getoond in de figuren 2, 4 en 5. In figuur 3 zijn de contacten 24 van koper en zijn de aansluitdraden 30 vernikkeld. Contacten 24 zijn elektrisch en mechanisch 1015174· 9 verbonden met de respectievelijke aansluitdraden 30 van lamp 32 door weerstandslassen bij 110. Dit lassen kan geëffectueerd worden door een opening 112 welke vervolgens afgesloten kan worden met een afdekplaat 114. Afdekplaat 5 114 kan in opening 112 gedrukt worden en kan haken (niet getoond) omvatten om de bevestiging daaraan te verzekeren. Een afdichtmiddel kan verschaft worden bij de opening 112/afdekplaat 114 interface voor het voorkomen van lekkage. Zo een afdichtmiddel kan bijvoorbeeld silicoon zijn. 10 In deze uitvoeringsvorm zijn de contacten 24 exact symmetrisch van de bovenkant naar de onderkant en van uiteinde naar uiteinde. Dit vereenvoudigt toevoer van het materiaal gedurende bewerken en verlaagt daardoor de kosten van het persen van de contacten.
15 In een alternatieve uitvoeringsvorm getoond in de figuren 4 en 5 is een lampvoetsamenstel 120 getoond. Lampvoetsamenstel 120 omvat een voet 122 met daarin contacten 124 welke geconstrueerd en opgesteld zijn voor mechanische en elektrische verbinding met (a) lampaan-20 sluitdraden 126 van lamp 128 en (b) een verbindingsstuk 130, op soortgelijke wijze als bij de uitvoeringsvorm van de figuren 1 tot en met 3. Zoals de contacten 24, zijn de contacten 124 symmetrisch van de bovenkant naar de onderkant en van uiteinde naar uiteinde, en zijn van koper.
25 De lampvoet 122 omvat een voetbevestigend ge deelte 132 welke geconstrueerd en opgesteld is voor bevestiging aan een bevestigend element of neus in de vorm van een bevestigend element 134. Het bevestigende element 134 kan een diepgetrokken metalen bus zijn met een daarop 30 bevestigde ring van kunststof. Bevestigend element 134 omvat een cilindrisch segment 136 bevestigbaar aan het voetbevestigende gedeelte 132, en een radiaal oppervlak 138 bevestigbaar aan een lamphouder 140. Het voetbevestigende gedeelte 132 omvat een uitsparing 142 welke een 35 cilindrische binnenwand 144 omvat welke zich uitstrekt in de richting 146 van voetas 148. Opgemerkt wordt dat de lamphouder 140 verschilt van de lamphouder 48 uit de 101 Si 74* 10 figuren 1 tot en met 3. Lamphouders 48 en 140 zijn ontworpen om een verschillend lamptypen 32 en 128, respectievelijk onder te brengen.
In de uitvoeringsvorm van de figuren 4 en 5 5 omvat het cilindrische segment 136 een buitencilindrisch randoppervlak 150. Het radiale oppervlak 138 omvat een flens 152 met een diameter groter dan de diameter van de uitsparing 142. Bij het assembleren van het 1ampvoetsamen-stel 120 wordt het cilindrische segment 136 in de uitspa-10 ring 142 gedrukt totdat de flens 152 in aangrijping is met het voetbevestigende gedeelte 132 zoals getoond in figuur 5. Het oppervlak 150 past hoofdzakelijk in het oppervlak 144 (buisvormige binnenwand). Dit staat axiale verstelling van de twee delen toe. In de figuren 4 en 5 zullen het 15 oppervlak 154 van flens 152, het buitenrandoppervlak 156 (cilindrische wand) van het voetbevestigende gedeelte 132 en een geflenst oppervlak 158 (eindzijde) van de voet, een gleuf 160 vormen waarin een afdichting (pakking of O-ring 162) geplaatst kan worden om een afdichting te verschaffen 20 voor gebruik met het lampvoetsamenstel 120 op een conventionele wijze. Omdat de buitenrandwand 156 diepgetrokken kan zijn, is de wand 156 dan vrij van naden. De vlakke flens 152 en het geflenste oppervlak 158 kunnen overeenkomstig ook vrij van naden zijn. De resulterende gedefi-25 nieerde gleuf 160 ontvangt dan de afdichting 162 nauwsluitend zonder tussenkomende naden of bramen welke frequent lekken veroorzaken in een klein maar nu onacceptabel aantal lampsamenstellen.
In de uitvoeringsvormen van figuur 4 en 5 is het 30 bevestigend element 134 een enkel stuk welke ontworpen is voor bevestiging aan de voet 122 en de lamphouder 140. Daarentegen omvat in de uitvoeringsvorm uit de figuren 1 tot en met 3 elk bevestigend deel 40, 42 twee stukken met respectievelijk het komvormig element 44, 44' en het 35 bevestigend element 46, 46' . In een voorkeursuitvoeringsvorm is het bevestigend element 134 een diepgetrokken metalen bus met een ring uit kunststof, zoals Amoco Amodel i0tS|74g 11 1145, deels er op gelast zodat de bovenkant 164 van de bus een blootliggend metalen vlak verschaft en de rest van de flens een kunststofring verschaft. De bovenkant 164 vormt een vlak voor 5-assige afstelling en lassen. Tijdens 5 vervaardiging van het bevestigend element 134, stroomt het kunststof door gaten 166 van de buitenzijde van de metalen bus naar de binnenzijde. Dit vergemakkelijkt het hechten van het kunststof aan het metaal. Het oppervlak 154 van het kunststof ringgedeelte van de flens 152 vormt de 10 bovenkant van de gleuf 160 in de uitvoeringsvorm zoals getoond in de figuren 4 en 5.
In de uitvoeringsvorm uit de figuren 4 en 5 is de voet 122 vervaardigd van lage temperatuurkunststof. Het metalen bevestigende element 134 schermt de kunststofvoet 15 van voldoende warmte af om uitgassen of smelten te voorkomen. Zoals de gleuf 70 van de uitvoeringsvorm van de figuren 1 tot en met 3, is de gleuf 160 vrij van bramen; de onderkant en de binnenkant van de gleuf 160 zijn gevormd met een matrijs, daardoor scheidingslijnen in de O-20 ring gleuf eliminerend. Het braamvrij zijn en het niet hebben van scheidingslijnen betekent dat de O-ring goed uitgelijnd is, een gelijkmatige positionerende kracht uitoefent en minder waarschijnlijk zal lekken.
In de uitvoeringsvorm van de figuren 4 en 5 25 omvat de lamphouder 140 een eerste segment 168 bevestig-baar aan het bevestigende element 134 op soortgelijke wijze zoals beschreven met betrekking tot segment 88 van de uitvoeringsvorm getoond in de figuren 1 tot en met 3. Daarom zijn, na het afstellen van de lamp 128 in een X-Y 30 vlak welke loodrecht op as 146 staat, vleugels 170 en 172 aan het metalen vlak 164 van het radiale oppervlak 138 gelast, bij lassen 174. Overeenkomstig is een tweede segment 176 verschaft welke bevestigbaar is aan het eerste segment 168 nadat de lamp 128 afgesteld is in de Z-as op 35 soortgelijke wijze als die met betrekking tot de uitvoeringsvormen van de figuren 1 tot en met 3. In de voorkeur suitvoeringsvorm omvat het eerste segment 168 twee »®1§174b 12 paren veerarmen 169 met één paar gepositioneerd bij de lange zijde van het eerste segment 168. De veerarmen 169 zijn gevormd om in een naar buiten gerichte richting te drukken op het eerste segment. Elke veerarm is gevormd met 5 een groef (gat) gevormd in zijn basisgebied, zich uitstrekkend naar het midden van de veerarm, zijwaarts en neerwaarts van het basisgebied. De vorm van de veerarmen 169 vermindert inwendige spanning op het eerste segment 168 (bus), en vermindert eveneens warmtegeleiding van de 10 lamp en het eerste segment 168 (bus) naar het radiale oppervlak 138 bevestigd aan de lamphouder 140 (metalen neus en voet) . In de voorkeursuitvoeringsvorm is het tweede segment 176 gevormd als een neerwaarts gerichte bus met een groef gevormd aan de bovenkant voor het ontvangen 15 van de lamp 128, en met naar binnen gerichte veerlippen 177 voor het maken van contact met en het houden van de lamp 128. De buitenwand van het tweede segment 176 wordt dan tegen het oppervlak van de lamp 128 gebogen nabij het drukafdichtgebied. De vier veerarmen 169 passen in het 2 0 tweede segment 176 en drukken naar buiten toe op de bin nenzijde van de buitenwand van het tweede segment 176. De vier veerarmen 169 houden dan het tweede segment 176 (bus) vast welke op zijn beurt de lamp 128 vasthoudt. De veerarmen 169 verschaffen een constante veerkracht op de binnen-25 zijde van het tweede segment 176 (bus) en onderhouden een innig contact voor verbeterd lassen. De koppelende veer-spanning tussen het eerste segment en het tweede segment kan dan aangebracht worden zonder acht te slaan op een brekende kracht welke direct op de drukafdichting werkt. 30 De Z-as strekt zich uit in de richting 148. Bevestiging van het tweede segment 176 aan het eerste segment 168 kan geëffectueerd worden door het aan elkaar lassen van de veerarmen 169 bij de laspunten 178. Het tweede segment 176 wordt dan op afstand gehouden van het drukafdichtgebied 3 5 van de lamp 128, en het eerste segment heeft uitgeholde veerarmen, de warmtegeleiding van de lamp 128 naar de kunststofvoetdelen wordt dan in grote mate gereduceerd.
1015174· 13
In de uitvoeringsvormen getoond in de figuren 1 tot en met 5 zijn de voeten 22 en 122 geëxtrudeerd, gegoten of op een andere wijze vervaardigd als een stuk uit één geheel. In een alternatieve uitvoeringsvorm kunnen de 5 voeten 22 en 122 gemodificeerd worden om een eerste component te verschaffen en een afzonderlijke tweede component bevestigbaar aan de eerste component zodat de voet 22 of de voet 122 verschaft kan worden in de vorm van een rechte voet configuratie of een configuratie met een hoek zoals 10 een voetconfiguratie met een hoek van 90 graden. Zo een constructie staat ook toe een duurdere hoge temperatuur kunststofvoetcomponent het dichtst bij de lamp te verschaffen en een minder dure lage temperatuurvoetcomponent, het verst verwijderd van de lamp. Bijvoorbeeld tonen de 15 figuren 6 tot en met 12 een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding waarbij de lampvoet gewijzigd kan worden om een rechte voetconfiguratie te verschaffen of een configuratie met een hoek zoals een voetconfiguratie met een hoek van 90 graden.
20 In figuur 6 is een lampvoetsamenstel 200 getoond welke een voet omvat welke een hoge temperatuur kunststof eerste voetcomponent 202 omvat en een lage temperatuur kunststof tweede voetcomponent in de vorm van een rechte voetcomponent 204, of een 90 graden voetcomponent 206, 25 waarvan elk bevestigbaar is aan de eerste voetcomponent 202.
De eerste voetcomponent 202 omvat een eerste gedeelte 208 geconstrueerd en opgesteld voor bevestiging aan een lamp en een tweede gedeelte 210 geconstrueerd en 30 opgesteld voor bevestiging aan de tweede voetcomponent 204 of 206, zoals gewenst. Elk tweede voetcomponent 204 en 206 omvat een perspectievelijk derde gedeelte 212 en 214 geconstrueerd en opgesteld voor bevestiging aan het tweede gedeelte 210. Elke tweede voetcomponent 204 en 206 omvat 35 ook een respectievelijk vierde gedeelte 216 en 218 omvattende respectievelijk roestvast stalen contacten 220 en 222 geconstrueerd en opgesteld voor elektrische en mecha- 1015174* 14 nische verbinding met (a) aansluitdraden van een lamp en (b) een verbindingsstuk.
Figuren 7 tot en met 11 tonen het lampvoetsamen-stel 200 in een uitvoeringsvorm waar de voetcomponent 202 5 bevestigd is aan een rechte voetcomponent 204. Verwijzend naar figuur 8, omvat het gedeelte 210 van de voetcomponent 202 een kom 224, en het gedeelte 212 van de voetcomponent 204 verschaft een inzetstuk 212' welke gevormd is om gekoppeld te worden met de kom. De binnenwand 226 van de 10 kom 224 en de buitenrandwand 228 van het inzetstuk 212' zijn in hoofdzaak cilindrisch en van gelijke diameter.
In de uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding, getoond in de figuren 7 tot en met 11, kan het gedeelte 210 van de voetcomponent 202 ten minste één van 15 gaten voorzien uitstekend deel omvatten door welke de distale einden van de aansluitdraden van een lamp zullen uitsteken wanneer de lamp verbonden is aan de lampvoet. In zo een uitvoeringsvorm zal het gedeelte 212 van de voetcomponent 20.4 ten minste één corresponderende opening 20 omvatten welke geconstrueerd en opgesteld is om gekoppeld te worden met ten minste één van gaten voorzien uitstekend deel zodat het van gaten voorzien uitstekend deel zich zal uitstrekken in de corresponderende opening wanneer de lampvoet wordt geassembleerd. Bijvoorbeeld zijn er in de 25 figuren 8, 10 en 11 drie van gaten voorziene uitstekende delen 23 0 waarvan elk geconstrueerd en opgesteld is zodat een respectievelijk aansluitdraadeinde 232 van een aan-sluitdraad 234 van het meervoud van aansluitdraden zich daar doorheen zal uitstrekken wanneer de lamp 236 vérbon-30 den wordt met het lampvoetsamenstel 200. Elk van gaten voorzien uitstekend deel 230 is gekoppeld met en strekt zich uit in een respectievelijke opening ' 238 ' van het gedeelte 212 van de component 204. In de in figuren 8, 10 en 11 getoonde uitvoeringsvorm is een contacteinde van ten 35 minste één contact 220 geconstrueerd en opgesteld om aangrenzend aan een respectievelijk aansluitdraadeinde te liggen wanneer de lamp verbonden is met de lampvoet.
1015174· 15
Bijvoorbeeld is in de figuren 8 en 10, contacteinde 240 aangrenzend aan het aansluitdraadeinde 232.
In de uitvoeringsvorm getoond in de figuren 8 en 10 is elk van gaten voorzien uitstekend deel 230 in de 5 vorm van een afgeknotte kegel en omvat een schuin distaai einde 242, en elke opening 238 omvat een schuine randkant 244. Het schuine distaaleinde 242 ligt aangrenzend aan de schuine randkant 244 om een V-vormige cirkelvormige gleuf 246 te vormen nabij de interface 248 van het van gaten 10 voorzien uitstekend deel 230 en gat 238. Om een afdichting bij de interface van de voet component en 202 en 204 te vervolmaken kan een UV afdichtmiddel voorzien zijn welke rondom de gleuf 246 loopt, een complete afdichtring vormend.
15 In de uitvoeringsvorm getoond in de figuren 8 en 10 omvat het contacteinde 240 van het contact 220 een trechtervormig segment 250 met een top 252 welke zich uitstrekt van de opening 238 vandaan wanneer de voetcompo-nenten 202 en 204 met elkaar verbonden zijn. In zo een 20 uitvoeringsvorm strekt het lampdraadeinde 232 zich uit in en door het trechtervormige segment 250. Opgemerkt wordt dat in de configuratie getoond in de figuren 8 en 10, het aansluitdraadeinde 232 zich verder uitstrekt dan de top 252 van het contact 220. Een bewerkingsvoordeel van dit 25 ontwerp is dat de lengte van een zich zo uitstrekkend gedeelte van het contact niet kritisch zal zijn omdat de aansluitdraad 234 lasergelast is aan het contact 220 aan de buitenzijde van het trechtervormige segment 250 en in de aansluitdraad gesmolten is.
30 Het gedeelte 210 van voetcomponent 202 kan ten minste één warmtepen omvatten, en het gedeelte 212 van voetcomponent 204 kan ten minste één gat omvatten, geconstrueerd en opgesteld om te passen bij een respectievelijke warmtepen. Bijvoorbeeld omvat in de figuren 9 en 11 het 35 gedeelte 210 twee warmtepennen 254 en het gedeelte 212 omvat twee gaten 256 welke passen bij een respectievelijke warmtepen. De pennen 254 en de gaten 256 liggen uit het 101§174· 16 midden ten opzichte van een longitudinale as 258 van de voet componenten 202 en 2 04, welke as samenvallend is met de as 260 van de lamp. Op deze wijze fungeren de pennen als roteerbare sleutels tijdens assemblage. Pennen 254 5 dienen voor het vereenvoudigen van het koppelen van de voetcomponent 202 en de basiscomponent 204 door het ultrasoon aan elkaar lassen van de componenten waar de pennen 254 en de gaten 256 in aangrijping zijn met elkaar. Pennen 254 zijn ontworpen om. te passen bij (a) gaten 256 in de 10 rechte voetcomponent 204 en (b) overeenkomstige gaten (niet getoond) in de rechte hoekvoetcomponent 206.
De in figuur 12 getoonde lampvoet is identiek aan de lampvoet getoond in de figuren 7 tot en met 11 met de uitzondering dat de tweede lampcomponent 206 en de 15 contacten 222 geconstrueerd en opgesteld zijn om een 90 graden voetconfiguratie te verschaffen. Daarom kunnen het lampvoetsamenstel en de lamp in elke uitvoeringsvorm geassembleerd worden gebruikmakend van dezelfde werkwijze en inrichting. In de uitvoeringsvorm van figuren 7 tot en .20 met 11, en in het bijzonder refererend aan figuur 8, strekt het gedeelte 216 van voetsegment 204 zich uit in de richting 262 van een as 258. De contacten 220 zijn in.deze uitvoeringsvorm L-vormig. In figuur 12 omvat het gedeelte 218 één segment 264 welke zich uitstrekt in de richting 25 266 van een voet as 268 en een tweede segment 270 welke zich uitstrekt in de richting 272 van een as 274 welke onder een hoek 276 staat ten opzichte van de as 268. In de uitvoeringsvorm van figuur 12 is de hoek 276 90°. In de uitvoeringsvorm getoond in figuur 12, zijn de contacten 30 222 S-vormig, elke heeft benen 278 en 280 welke zich uitstrekken in de richting 272 en verbonden zijn door een been 282 welke zich uitstrekt in de richting 266 om een 90° verbindingsstuk te verschaffen. Contacten 222 zijn in de voetcomponent 206 gesmolten.
35 Zoals de uitvoeringsvormen welke getoond zijn in de figuren 1-5, verschaffen de uitvoeringsvormen getoond in de figuren 6-12 een lampvoetsamenstel omvattende een $01§174· 17 voet met een voetbevestigend gedeelte geconstrueerd en opgesteld voor bevestiging aan één van een meervoud van verschillend vormgegeven lampbevestigingselementen of neuzen. Bijvoorbeeld toont figuur 6 een voetbevestigend 5 gedeelte 284 waaraan een bevestigingselement kan worden bevestigd in de vorm van een bevestigend element 286. Het bevestigende element 286 omvat een cilindrisch segment 286' en radiaal uitstekende benen 288 welke geconstrueerd en opgesteld zijn om radiaal uitstekende benen 290 van het 10 voetbevestigende gedeelte 284 van voetcomponent 202 aan te grijpen. Het bevestigende element 286 is bevestigd aan de voetcomponent 202 door het insteken van een cilindrisch inzetstuk 286' in een uitsparing 292 van het gedeelte 208 totdat de benen 288 in aangrijping zijn met de benen 290. 15 Het cilindrische inzetstuk 286' kan in de uitsparing 292 gedrukt worden.
De voetcomponent 202 omvat een flens 294 met daarin een uitsparing 296 waarin een pakking of O-ring 298 kan worden geplaatst.
20 In de in figuur 6 getoonde uitvoeringsvorm zijn twee verschillende tweedelige lamphouders getoond voor gebruik met twee verschillende lampen, elke is bevestig-baar aan de radiale oppervlakken 288 van het bevestigende element 286. Bijvoorbeeld kan lamp 236 aan het lampvoetsa-25 menstel verbonden worden gebruikmakend van de lamphouder 300. In het bijzonder omvat lamphouder 300 cilindrische segmenten 302 en 304. Segment 302 kan versteld worden ten opzichte van het bevestigende element 286 voor het afstellen van de lamp 236 in een X-Y vlak welke loodrecht op de 30 as 258 staat, zoals beschreven bij de uitvoeringsvorm van de figuren 1-5, door het verschuiven van de zich radiaal uitstrekkende benen 306 van segment 302 op de benen 288 en het dan aan elkaar lassen van de paren benen bij 308 zoals geïllustreerd in figuur 8. De segmenten 302 en 304 kunnen 35 ook ten opzichte van elkaar versteld worden voor het afstellen van de lamp 236 in een Z-vlak welke zich uitstrekt in de richting 262, zoals beschreven bij de uitvoe- f01 §174· 18 ringsvormen van de figuren 1-5, door de segmenten axiaal ten opzichte van elkaar te verschuiven en dan de segmenten aan elkaar te lassen om lassen 310 te verschaffen, waar de zich axiaal uitstrekkende benen 312 van segment 302 aan-5 grijpen op een buitenoppervlak 314 van het segment 3 04 zoals getoond in figuur 8.
Lamp 316 kan verbonden worden met het lampvoet-samenstel 200 door de lamphouder 318. In het bijzonder omvat lamphouder 318 cilindrische segmenten 320 en 322 10 welke ten opzichte van elkaar kunnen worden versteld voor afsteldoeleinden, zoals beschreven bij de uitvoeringsvormen van figuren 1-5. In het bijzonder kan segment 320 versteld worden ten opzichte van het bevestigende element 286 voor het afstellen van de lamp 316 in het X-Y-vlak 15 zoals beschreven bij de uitvoeringsvorm van de figuren 1-5, door het verschuiven van de zich radiaal uitstrekkende benen 324 van segmenten 320 op de benen 288 en het dan aan elkaar lassen van de paren benen bij 326 zoals geïllustreerd in figuur 12. De segmenten 320 en 322 kunnen ook 20 versteld worden in het Z-vlak door het axiaal ten opzichte van elkaar verschuiven van de segmenten en het dan aan elkaar lassen van de segmenten om lassen 328 te verschaffen waar een binnenoppervlak 330 van segmenten 320 in aangrijping is met een buitenoppervlak 332 van het segment 25 322 zoals geïllustreerd in figuur 12.
Het lampvoetsamenstel van de onderhavige uitvinding wordt typisch gecombineerd met een reflector (niet getoond) om een voertuigkoplampsysteem te vormen. Hiertoe kan elk van de lampvoetsamenstellen van de onderhavige 3 0 uitvinding een veer omvatten welke nuttig is bij het vergemakkelijken van het nauwkeurig positioneren van het lampvoetsamenstel, en de daaraan bevestigde lamp, ten opzichte van de reflector. Zo een veer 400 is getoond in de figuren 6, 8 en 12. Het gebruik van zo een veer 400 35 wordt beschreven in het Amerikaanse octrooischrift 5.855.430 (Coushaine et al.).
Ü)1 §t 7 4·
Claims (9)
1. Houder voor een lamp, welke lamp een longitudinale as heeft, waarbij de houder omvat: een eerste voetgedeelte bevestigd aan de lamp, en omvattende een vlak oppervlak welke zich loodrecht ten opzichte van de as 5 uitstrekt; een tweede voetgedeelte omvattende een pen met een gevormde kop, welke kop tangentiaal is aan het vlakke oppervlak, en waarbij de kop bevestigd is aan het vlakke oppervlak.
2. Houder volgens conclusie 1, waarbij de pen 10 een kop heeft, gevormd met een bolvormige sectie, waarbij de kop en vlakke oppervlak verstelling daartussen toer staan, en de bolvormige sectie na verstelling aan het vlakke oppervlak gelast wordt.
3. Houder volgens conclusie 1, waarbij het 15 tweede voetgedeelte een gedeelte omvat gevormd uit een hars, en de pen wordt vastgehouden in het hars.
4. Houder volgens conclusie 3, waarbij de pen van schroefdraad is voorzien, en de pen in het hars is geschroefd.
5. Houder voor een lamp, welke lamp een longitudinale as heeft, welke houder omvat: een eerste voetgedeelte bevestigd aan de lamp, en omvattende een vlak oppervlak welke zich loodrecht ten opzichte van de as uitstrekt; een tweede voetgedeelte omvattende drie of meer 25 pennen, waarbij elke pen een gevormde kop omvat, waarbij elke kop tangentiaal is ten opzichte van het vlakke oppervlak, en waarbij elke kop bevestigd is aan het vlakke oppervlak.
6. Houder volgens conclusie 5, waarbij het 30 tweede voetgedeelte een gedeelte omvat gevormd uit een hars, en de pennen worden vastgehouden in het hars. 101 §174«
7. Houder volgens conclusie 5, waarbij de pennen van schroefdraad zijn voorzien, en de pennen in het hars zijn geschroefd.
8. Houder volgens conclusie 5, waarbij de pennen 5 koppen, gevormd met bolvormige secties, hebben, en de bolvormige secties aan het vlakke oppervlak gelast zijn.
9. Houder voor een lamp, welke lamp een longitudinale as heeft, de houder omvat: een eerste voetgedeelte bevestigd aan de lamp, en omvattende een metalen vlak 10 oppervlak welke zich loodrecht ten opzichte van de as uitstrekt; en een tweede voetgedeelte omvattende een kunststofgedeelte, en verder omvattende drie of meer van schroefdraad voorziene metalen pennen, in het kunststofge-deelte geschroefd, waarbij elke pen een kop omvat gevormd 15 met een bolvormige sectie, waarbij elke bolvormige sectie tangentiaal is ten opzichte van het vlakke oppervlak, en elke bolvormige sectie gelast is aan het metalen vlakke oppervlak. -o-o-o-o-o-o-o-o- SD15174·
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
US09/312,292 US6080019A (en) | 1999-05-14 | 1999-05-14 | Lamp and lamp base assembly |
US31229299 | 1999-05-14 |
Publications (2)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1015174A1 NL1015174A1 (nl) | 2000-11-20 |
NL1015174C2 true NL1015174C2 (nl) | 2001-10-08 |
Family
ID=23210781
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1015174A NL1015174C2 (nl) | 1999-05-14 | 2000-05-12 | Lamp en lampvoetsamenstel. |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US6080019A (nl) |
DE (1) | DE10023446A1 (nl) |
NL (1) | NL1015174C2 (nl) |
Families Citing this family (26)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE19855265A1 (de) * | 1998-12-01 | 2000-06-21 | Patent Treuhand Ges Fuer Elektrische Gluehlampen Mbh | Elektrische Lampe und Beleuchtungsvorrichtung mit einer derartigen elektrischen Lampe |
US6254252B1 (en) | 1999-05-14 | 2001-07-03 | Osram Sylvania Inc. | Lamp and lamp base assembly |
US6270235B1 (en) * | 1999-05-14 | 2001-08-07 | Osram Sylvania Inc. | Lamp and lamp based assembly |
DE60035873T2 (de) * | 1999-12-17 | 2008-08-14 | Koninklijke Philips Electronics N.V. | Lampensockel, aufbau aus einem lampenbrenner und einem lampensockel und verfahren zur befestigung einer lampe |
US6523983B2 (en) | 2000-08-18 | 2003-02-25 | Guide Corporation | Automotive lamp closeout and method of constructing same |
DE10163057B4 (de) * | 2001-12-21 | 2004-07-08 | Bjb Gmbh & Co.Kg | Fassung für Hochvoltlampen |
US6746260B2 (en) | 2002-07-31 | 2004-06-08 | Maytag Corporation | Universal lamp holder assembly for an appliance |
US6976770B2 (en) * | 2002-10-14 | 2005-12-20 | Guide Corporation | Hermetically sealed lamp housing and method of making |
DE20300699U1 (de) | 2003-01-16 | 2003-03-20 | Patent-Treuhand-Gesellschaft für elektrische Glühlampen mbH, 81543 München | Lampensockel und Lampe mit einem Lampensockel |
DE102004007150A1 (de) * | 2004-02-12 | 2005-08-25 | Patent-Treuhand-Gesellschaft für elektrische Glühlampen mbH | Sockel für eine Scheinwerferlampe und Scheinwerferlampe |
US7602112B2 (en) * | 2004-03-22 | 2009-10-13 | Koninklijke Philips Electronics N.V. | Assembly of a capped high-pressure discharge lamp and a lamp holder |
WO2006038144A1 (en) * | 2004-10-04 | 2006-04-13 | Philips Intellectual Property & Standards Gmbh | Lamp socket with improved heat conduction |
EP1646116B1 (de) * | 2004-10-11 | 2008-01-23 | ULO Fahrzeugtechnik GmbH | Leuchteinheit für den Automotivebereich |
DE202006002888U1 (de) * | 2006-02-21 | 2006-05-04 | Patent-Treuhand-Gesellschaft für elektrische Glühlampen mbH | Lampensockel und Lampe mit einem Lampensockel |
US7417364B2 (en) * | 2006-09-11 | 2008-08-26 | Osram Sylvania, Inc. | Light source with sealant cover |
US7690950B2 (en) * | 2006-10-13 | 2010-04-06 | Federal-Mogul World Wide, Inc. | Wiring system |
US20090079356A1 (en) * | 2007-09-20 | 2009-03-26 | Tsung-Yu Yang | Ac/dc lamp holder |
CN201270244Y (zh) * | 2008-06-27 | 2009-07-08 | 深圳市众明半导体照明有限公司 | 一种灯头 |
US8651899B2 (en) | 2011-09-29 | 2014-02-18 | Tyco Electronics Brasil Ltda | Lamp socket assembly and method |
US9863594B2 (en) | 2015-11-03 | 2018-01-09 | Osram Sylvania Inc. | Vehicle headlamp and light-injecting accent lamp combination and method |
US9739439B2 (en) | 2015-11-03 | 2017-08-22 | Osram Sylvania Inc. | Vehicle headlamp with light passage |
US9939119B2 (en) | 2015-11-03 | 2018-04-10 | Osram Sylvania Inc. | Attachable vehicle accent lamp |
USD787098S1 (en) | 2015-11-03 | 2017-05-16 | Osram Sylvania Inc. | Bottom surface of a vehicle headlamp socket portion |
USD779088S1 (en) | 2015-11-03 | 2017-02-14 | Osram Sylvania Inc. | Accent lamp |
US10066801B1 (en) | 2017-10-04 | 2018-09-04 | Osram Sylvania Inc. | Vehicle lamp reflector having ventilation channel adjacent lamp capsule |
US10415787B2 (en) | 2018-01-11 | 2019-09-17 | Osram Sylvania Inc. | Vehicle LED lamp having recirculating air channels |
Citations (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US3963916A (en) * | 1974-01-16 | 1976-06-15 | British Sealed Beams Limited | Bulbholder |
US5389010A (en) * | 1992-09-02 | 1995-02-14 | Daiichi Denso Buhin Co., Ltd. | Connector for electrical components |
EP0649197A2 (en) * | 1993-10-15 | 1995-04-19 | Sumitomo Wiring Systems, Ltd. | Method of producing connector and connector |
EP0655811A2 (en) * | 1993-11-25 | 1995-05-31 | Sumitomo Wiring Systems, Ltd. | L-shaped bulb socket |
US5456620A (en) * | 1993-07-13 | 1995-10-10 | Chrysler Corporation | Connector assembly for lamps |
US5463270A (en) * | 1993-02-16 | 1995-10-31 | Koito Manufacturing Co., Ltd. | Insulating base for discharge lamp device |
DE29823160U1 (de) * | 1998-12-29 | 1999-02-25 | Hugo Schnippering GmbH & Co KG, 58566 Kierspe | Lampenfassung aus Isolierstoff für H 7-Lampen |
Family Cites Families (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US3701081A (en) * | 1970-06-18 | 1972-10-24 | Sylvania Electric Prod | Fluorescent lamp holder assembly |
JPS5814583B2 (ja) * | 1978-05-19 | 1983-03-19 | トヨタ自動車株式会社 | 自動車用駆動装置 |
US4495443A (en) * | 1984-01-27 | 1985-01-22 | Cummings John H | Compact fluorescent lamp combination, and method of making it |
US5569981A (en) * | 1994-05-31 | 1996-10-29 | Cho; Sung H. | Ballast device for compact fluorescent lamp |
KR200144548Y1 (ko) * | 1996-06-15 | 1999-06-15 | 조성호 | 컴팩트 형광등용 안정기 |
-
1999
- 1999-05-14 US US09/312,292 patent/US6080019A/en not_active Expired - Fee Related
-
2000
- 2000-05-12 NL NL1015174A patent/NL1015174C2/nl active Search and Examination
- 2000-05-12 DE DE10023446A patent/DE10023446A1/de not_active Withdrawn
Patent Citations (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US3963916A (en) * | 1974-01-16 | 1976-06-15 | British Sealed Beams Limited | Bulbholder |
US5389010A (en) * | 1992-09-02 | 1995-02-14 | Daiichi Denso Buhin Co., Ltd. | Connector for electrical components |
US5463270A (en) * | 1993-02-16 | 1995-10-31 | Koito Manufacturing Co., Ltd. | Insulating base for discharge lamp device |
US5456620A (en) * | 1993-07-13 | 1995-10-10 | Chrysler Corporation | Connector assembly for lamps |
EP0649197A2 (en) * | 1993-10-15 | 1995-04-19 | Sumitomo Wiring Systems, Ltd. | Method of producing connector and connector |
EP0655811A2 (en) * | 1993-11-25 | 1995-05-31 | Sumitomo Wiring Systems, Ltd. | L-shaped bulb socket |
DE29823160U1 (de) * | 1998-12-29 | 1999-02-25 | Hugo Schnippering GmbH & Co KG, 58566 Kierspe | Lampenfassung aus Isolierstoff für H 7-Lampen |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
NL1015174A1 (nl) | 2000-11-20 |
DE10023446A1 (de) | 2001-02-01 |
US6080019A (en) | 2000-06-27 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1015174C2 (nl) | Lamp en lampvoetsamenstel. | |
NL1015176C2 (nl) | Lamp en lampvoetsamenstel. | |
NL1015175C2 (nl) | Lamp en lampvoetsamenstel. | |
US4528619A (en) | Replaceable lamp unit providing hermetic seal and fixed alignment for electric lamp contained therein and automobile headlight utilizing same | |
US6152568A (en) | Lighting apparatus and display apparatus having the same | |
US4569005A (en) | Replaceable lamp unit and automobile headlight utilizing same | |
US5010272A (en) | Cementless electric lamp - base combination | |
EP0129869A1 (en) | Method of making replaceable lamp unit for automotive headlight | |
JPS61168859A (ja) | 取替え可能なランプユニツトおよびそれを使用する自動車ヘツドライト | |
US4795939A (en) | Electric lamp bulb attachment arrangement | |
US4622486A (en) | Halogen lamp device for headlamp | |
US5597329A (en) | Connector attachment component | |
JP2006080075A (ja) | くさび形ベースランプのためのセンタリングリングを備えるソケット | |
US4479072A (en) | Sealed-beam headlamp having seating abutment on the outside of concave reflector | |
US5130911A (en) | Two piece lamp holder | |
JP2002343309A (ja) | 電球及び電球の製造方法 | |
JPH05251061A (ja) | 電 球 | |
JP3260654B2 (ja) | 口金付電球 | |
HU177520B (en) | Lighting unit | |
US4156889A (en) | Mirror lamp | |
CN1906733B (zh) | 具有改进的热传导性的灯座 | |
JP3467355B2 (ja) | 無口金電球用ソケットおよび無口金電球装置ならびにこれを用いた照明装置 | |
JP2000506674A (ja) | 電 球 | |
RU2155908C2 (ru) | Металлическая полоса для удержания цилиндрической лампы | |
US7703962B2 (en) | Lighting device for a vehicle with a reflector compatible with several models of lamp |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
AD1A | A request for search or an international type search has been filed | ||
RD2N | Patents in respect of which a decision has been taken or a report has been made (novelty report) |
Effective date: 20010521 |
|
PD2B | A search report has been drawn up |