NL1014096C2 - Spoelhouder. - Google Patents

Spoelhouder. Download PDF

Info

Publication number
NL1014096C2
NL1014096C2 NL1014096A NL1014096A NL1014096C2 NL 1014096 C2 NL1014096 C2 NL 1014096C2 NL 1014096 A NL1014096 A NL 1014096A NL 1014096 A NL1014096 A NL 1014096A NL 1014096 C2 NL1014096 C2 NL 1014096C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
tape
tape guide
holder
holder according
base plate
Prior art date
Application number
NL1014096A
Other languages
English (en)
Inventor
Norbert Vollmann
Petrus Levanius Antonius Rouws
Original Assignee
Onstream B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Onstream B V filed Critical Onstream B V
Priority to NL1014096A priority Critical patent/NL1014096C2/nl
Priority to PCT/NL2001/000025 priority patent/WO2001054129A1/en
Priority to AU2001234223A priority patent/AU2001234223A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1014096C2 publication Critical patent/NL1014096C2/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B23/00Record carriers not specific to the method of recording or reproducing; Accessories, e.g. containers, specially adapted for co-operation with the recording or reproducing apparatus ; Intermediate mediums; Apparatus or processes specially adapted for their manufacture
    • G11B23/02Containers; Storing means both adapted to cooperate with the recording or reproducing means
    • G11B23/04Magazines; Cassettes for webs or filaments
    • G11B23/08Magazines; Cassettes for webs or filaments for housing webs or filaments having two distinct ends
    • G11B23/087Magazines; Cassettes for webs or filaments for housing webs or filaments having two distinct ends using two different reels or cores
    • G11B23/08707Details
    • G11B23/08728Reels or cores; positioning of the reels in the cassette
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B23/00Record carriers not specific to the method of recording or reproducing; Accessories, e.g. containers, specially adapted for co-operation with the recording or reproducing apparatus ; Intermediate mediums; Apparatus or processes specially adapted for their manufacture
    • G11B23/02Containers; Storing means both adapted to cooperate with the recording or reproducing means
    • G11B23/04Magazines; Cassettes for webs or filaments
    • G11B23/08Magazines; Cassettes for webs or filaments for housing webs or filaments having two distinct ends
    • G11B23/087Magazines; Cassettes for webs or filaments for housing webs or filaments having two distinct ends using two different reels or cores
    • G11B23/08707Details
    • G11B23/08757Guiding means

Landscapes

  • Storage Of Web-Like Or Filamentary Materials (AREA)
  • Registering, Tensioning, Guiding Webs, And Rollers Therefor (AREA)

Description

Titel: Spoelhouder
De uitvinding heeft betrekking op een spoelhouder voorzien van een basisplaat, een tweetal spoelen voor een magnetische band, en bandgeleiderelementen met een geleidingsoppervlak voor het daarlangs geleiden van de band 5 in een doorvoerrichting. In het bijzonder heeft de 'uitvinding betrekking op een cartridge voor computerbanden.
Bij een dergelijke spoelhouder wordt de band van de ene spoel afgewonden en op de andere spoel opgewonden. De doorvoer van de band kan worden verzorgd door een in het 10 bijzonder bij cartridges gebruikelijke doorvoerriem. Tussen het.afwindpunt van de ene spoel en het opwindpunt van de andere spoel wordt de band langs bandgeleiderelementen gevoerd, en wordt de band uitgelezen met behulp van een magnetische leeskop. De uit te lezen informatie is op de 15 band vastgelegd in naast elkaar gelegen kanalen, die parallel kunnen worden uitgelezen. Ook kan een schrijfkop aanwezig zijn om informatie op de band weg te schrijven.
Bij het doorvoeren van de band is het belangrijk, dat deze stabiel is gepositioneerd, met name daar waar de band 20 langs de lees- en/of schrijfkop wordt geleid. Omdat op een magnetische band steeds meer kanaalsporen dicht opeen kunnen worden aangebracht, zullen zijdelingse bewegingen ten opzichte van de doorvoerrichting van de band in toenemende mate tot gevolg hebben dat de kanaalsporen niet 25 meer goed gevolgd worden. Verder kunnen zijdelingse afwijkingen steeds gemakkelijker tot bandbeschadiging leiden, omdat de dikte van het bandmateriaal steeds minder is geworden.
Om de doorvoernauwkeurigheid te vergroten is uit EP-A-30 0 078 086 een serie maatregelen bekend, waarbij onder- andere de band in een richting parallel aan de langsas van de geleiderelementen door hoogtegeleiders wordt 1014096 2 ondersteund. Deze hoogtegeleiders hebben een naar boven schuin oplopende flensrand in de richting van de langszijde van de cassette waar de band wordt uitgelezen (zie fig. 6 en 7), zodat de positionering naar deze zijde toe zeer 5 nauwkeurig kan worden geregeld door het in hoogterichting licht opduwen van de band. Onder de hoogterichting wordt hier verstaan de richting die overeenkomt met een zijwaartse richting ten opzichte van de doorvoerrichting van de band. Het geleidingsoppervlak van de hoogtegeleiders 10 maakt contact met de zijrand van de band. Dit geleidingsoppervlak staat echter verder dwars op het geleidingsoppervlak van het geleiderelement. Als een magnetische band, bij doorvoer over het bandgeleiderelement, door de hoogtegeleider in de 15 hoogterichting wordt opgeduwd, kan de zijrand van de band worden gedeformeerd zonder dat de band in aanvang in deze richting van positie verandert. Dit kan bandbeschadiging, slijtage of ongewenste trillingen tot gevolg hebben. Het doel van de uitvinding is om dit nadeel op te lossen en te 20 voorzien in een spoelhouder met een verbeterde doorvoer voor de band.
Daartoe voorziet de uitvinding in een spoelhouder van het type als in de aanhef is omschreven, waarbij het geleidingsoppervlak van ten minste een eerste 25 bandgeleiderelement een asymmetrische vorm heeft ten opzichte van het middenvlak loodrecht op de langsas van het bandgeleiderelement. Door de asymmetrie van het geleidingsoppervlak wordt bereikt dat de band in een vaste voorkeurspositie over het geleidingsoppervlak wordt geleid. 30 In een eerste uitvoeringsvorm hebben een of twee bandgeleiderelementen een enigszins conische vorm met ten minste aan het dunste uiteinde een flens- of plaatvormig lichaam. Zijn twee van dérgelijke bandgeleiderelementen met een conische vorm aanwezig, dan zal het conisch verloop van 10U096 3 het eerste bandgeleiderelement tegengesteld zijn aan dat van het tweede bandgeleiderelement, waarbij dan het dunste uiteinde van elk van deze bandgeleiderelementen is voorzien van een flens- of plaatvormig lichaam. Deze flens- of 5 plaatvormige lichamen kunnen een enigszins radiaal naar de bandgeleiderelementen oplopende vorm hebben, waardoor bij in- en uitloop van de band ten opzichte van het bandgeleiderelement hoekafwijkingen in geringe mate worden toegelaten.
10 Volstaan zou kunnen worden met slechts één conisch bandgeleiderelement; dit zou kunnen worden aangebracht aan de ene zijde van de voor de magneetkop bestemde plaats en met het dunnere uiteinde naar boven gekeerd. Bij voorkeur is dit het, het meest dicht bij de magneetkop gelegen 15 bandgeleiderelement. De band kan dan in zijwaartse richting worden gestabiliseerd, doordat de band naar het uiteinde van het bandgeleiderelement opschuift tegen het desbetreffende flens- of plaatvormige lichaam aan. Wanneer een tweede conisch bandgeleiderelement wordt aangebracht 20 aan de andere zijde van de voor de magneetkop bestemde plaats en met het dunnere uiteinde naar beneden gekeerd, dan zal de band vanaf zijn opwaarts verschoven positie tegen het flens- of plaatvormige lichaam van het eerste conisch bandgeleiderelement een weinig omlaag bewegen tegen 25 het flens- of plaatvormig lichaam van het tweede conisch bandgeleiderelement. Zijwaartse instabiliteiten van de band worden hiermee zo goed als geheel opgeheven. Een verder voordeel van deze opstelling is, dat de band naar een vaste positie wordt bewogen zonder dat in de band nadelige 30 spanningen optreden. Als resultaat zal, zelfs wanneer een gedeelte van de band wordt doorgevoerd dat minder goed is gesneden of wordt aangevoerd vanuit een onvoldoende stabiele spoel, de band niet meer tussen de flens- of plaatvormige lichamen van het bandgeleiderelement op en 1014096 4 neer bewegen, maar in een vaste voorkeurspositie over het geleidingsoppervlak en tegen de flens- of plaatvormige lichamen aan worden geleid. Een goede vorm wordt verkregen door een conus met een graadhoek tussen 0,1° en 0,5°, in 5 het bijzonder van ongeveer 0,2°. Het is niet gewenst om veel sterker oplopende geleideroppervlakken te benutten, omdat dan de band ter hoogte van de plaats waar de band wordt uitgelezen nadelig kan worden vervormd.
In een andere uitvoeringsvorm hebben twee 10 bandgeleiderelementen, waartussen de magneetkop kan zijn gelegen, aan een der uiteinden een uitstulping en aan het andere uiteinde een flens- of plaatvormig lichaam, welke uitstulping een oppervlak heeft dat het geleidingsoppervlak onder een hoek snijdt, die varieert tussen 10° en 50°, met 15 een voorkeur van 30°-45°. Bij voorkeur hebben het geleidingsoppervlak en de uitstulping een in hoofdzaak cilindrische vorm. De uitstulping kan de band in zijwaartse richting opduwen tot tegen het flens- of plaatvormig lichaam aan.
20 Verder is uit genoemde Europese aanvrage EP-A-0 078 086 bekend dat de spoelen, waarom heen de band wordt gewonden, ter voorkoming van ongewenste afwijkingen en trillingen van de banddoorvoer zeer geringe speling ten opzichte van de basisplaat mogen hebben, zodat ze zeer 25 nauwkeurig ten opzichte van de plaat moeten kunnen worden aangebracht. In de praktijk is gebleken dat de maatregelen die hiervoor zijn besproken in aanzienlijke mate teniet worden gedaan als de positionering van de spoelassen niet is gestabiliseerd. In het geval dat de spoelen draaien rond 30 een spoelas die aan één zijde met de basisplaat zijn verbonden kan de maatregel, die in EP-A-0 078 086 wordt . voorgesteld, echter niet worden toegepast. Deze maatregel houdt in dat de spoelas aah de bovenzijde wordt verbonden met een afdekplaat (zie fig. 4). Gezien de eisen ten '1014096 5 aanzien van het gewicht en de compactheid die aan de spoelhouder worden gesteld, kunnen de dikte van de plaat en de spoelasverbinding verder niet te groot zijn. Tevens dient een relatief dunne spoelas te worden gebruikt voor 5 het verkrijgen van een spoel-asverbinding met een relatief lage wrijving en een relatief hoge graad van positienauwkeurigheid ten opzichte van de basisplaat. Om dwars op een dunne basisplaat een dunne spoelas te kunnen bevestigen worden de spoelassen met de basisplaat verbonden 10 door middel van ashouders, waarbij elke ashouder is voorzien van een huls waarin een spoelas kan worden gestoken en van bevestigingsmiddelen voor het bevestigen van de huls op de basisplaat, welke bevestigingsmiddelen op afstand van elkaar op de ashouder zijn gevormd. Wanneer de 15 basisplaat is vervaardigd van bijvoorbeeld aluminium of kunststof, dan kunnen de ashouders met de basisplaat zijn verbonden of hiermee een geheel vormen door middel van spuitgiettechnieken.
Door de constructie van de ashouders wordt bereikt dat 20 de dwarskrachten op de spoelas worden gecompenseerd door een koppel van krachten dat door meerdere aangrijppunten op de basisplaat wordt geleverd. De zijwaartse stabiliteit kan zo belangrijk verbeteren, omdat de arm van dit koppel veel groter is dan de arm, die wordt verkregen door een 25 bevestiging van de spoelas in één enkel bevestigingspunt. Een verdere voorkeursuitvoeringsvorm wordt verkregen door de bevestigingsmiddelen rondom de huls aan te brengen. Zo wordt een hoofdzakelijk symmetrische verdeling rond het aangrijppunt van de spoelas gerealiseerd, wat een goede 30 stabiliteit naar alle richtingen oplevert. Desgewenst kunnen echter ook in een specifieke richting extra bevestigingsmiddelen worden aangebracht. Door de bevestigingsmiddelen uit te voeren als ribvormige, in hoofdzaak schuin met de huls verbonden delen kan met 1014096 6 relatief weinig materiaal een relatief grote trekstijfheid worden gerealiseerd voor dwars op de houder aangrijpende krachten. Dit is in het bijzonder van belang voor een voorkeursuitvoeringsvorm, waarbij de ashouder is 5 vervaardigd door spuitgieten. Dit proces maakt het mogelijk op eenvoudige wijze gecompliceerde structuren te vervaardigen, waarbij verder van belang is, dat voor het bereiken van de vereiste positienauwkeurigheid deze een relatief klein volume ten opzicht van hun oppervlak dienen 10 te hebben. De ashouder kan op voor de hand liggende wijze aan de basisplaat worden bevestigd, bijvoorbeeld door de verbindingsmiddelen vast te smelten, of door een schroefverbinding.
15 Verdere voordelen en eigenschappen van de uitvinding zullen nader worden verduidelijkt aan de hand van de bijgaande tekening. Hierin toont:
Fig. 1 een spoelhouder volgens de uitvinding;
Fig. 2 een uitvoeringsvorm van twee conisch gevormde 20 bandgeleiderelementen volgens de uitvinding;
Fig. 3 een uitvoeringsvorm van een bandgeleiderelement met een uitstulping volgens de uitvinding;
Fig. 4 een dwarsdoorsnede van figuur 3 volgens de lijn III-III.
25 Fig. 5 een asverbinding met een ashouder volgens de uitvinding; en
Fig. 6 een dwarsdoorsnede van een bandgeleiderelement met de ashouder volgens figuur 5.
In de figuren zijn gelijke delen met dezelfde 30 verwijzingscijfers aangegeven.
In fig. 1 is een spoelhouder 1 weergegeven met een basisplaat 2 en spoelen 3 waaromheen een magnetische band 4 is gewonden. De spoelen 3 draaien rond spoelassen 5, 1014096 7 waarbij de band 4 van de ene spoel 3 wordt afgewonden en op de andere spoel 3 wordt opgewonden. In de tekening is het verloop van de vrije band 4 weergegeven door middel van een stippellijn. De band 4 wordt doorgevoerd langs 5 bandgeleiderelementen 6 en 8, en kan worden uitgelezen door een magnetische leeskop ter plaatse van de uitsparing 9 tussen de bandgeleiderelementen 6. Met verwijzingscijfer 9 is de band weergegeven die wordt gewonden om spoel 3 als deze voor het grootste gedeelte leeg is, verwijzingscijfer 10 10 geeft de loop van de band weer als de spoel 3 vol is. De bandgeleiderelementen 8 zijn rechte cilinders. De bandgeleiderelementen 6 zijn bandgeleiderelementen volgens de uitvinding, waarvan verdere uitvoeringsvormen zijn weergegeven in de figuren 2, 3 en 4.
15 In fig. 2 zijn twee conische bandgeleiderelementen 11 en 12 weergegeven op een basisplaat 2. Deze bandgeleiderelementen zijn uitvoeringsvormen van de bandgeleiderelementen 6 in fig. 1. Zij hebben een enigszins conische vorm met in deze uitvoeringsvorm aan beide 20 uiteinden een flens- of plaatvormig lichaam 13, 14, respectievelijk 15., 16. Deze flens- of plaatvormige lichamen worden verder aangeduid als flenzen. De diameter van bandgeleiderelement 11 is aan de basis groter dan aan de top, en de diameter van bandgeleiderelement 12 is aan de 25 basis kleiner dan aan de top. De opstelling van de twee geleiderelementen 11 en 12 is zo, dat een band stabiel gepositioneerd zal worden gehouden tussen de bovenste flens 14 van het bandgeleiderelement 11 en de onderste flens 15 van het bandgeleiderelement 12. Aan de ene zijde van de 30 voor de magneetkop bestemde uitsparing 9, waar de conus verloopt van een brede basis naar een smallere top, zal de band 4 de neiging hebben op te schuiven tot tegen de flens 14 van het eerste bandgeleiderelement 11 en, aan de andere zijde van deze uitsparing 9, waar de conus verloopt van een 1014096 8 smalle basis naar een bredere top, tot tegen de flens 15 van het tweede bandgeleiderelement 12. Als resultaat zal, zelfs wanneer een gedeelte van de band 4 wordt doorgevoerd dat minder goed is gesneden of van mindere kwaliteit is, de 5 band niet meer tussen de flenzen 13, 14 en 15, 16 op en neer bewegen, maar in een vaste voorkeurspositie over het geleidingsoppervlak worden geleid. In de tekening geeft de lijn II-II het middenvlak loodrecht op de langsassen van het bandgeleiderelementen 11 en 12 weer, waarbij de band 4 10 bij bandgeleiderelement 11 in een richting aangegeven met de pijl Q, en bij bandgeleiderelement 12 in een richting aangegeven met de pijl R ten opzichte van dit vlak wordt verschoven.
Fig. 3 en 4 zijn schematische weergaven van een 15 bandgeleiderelement 17 met een geleidingsoppervlak 18 met een asymmetrie ten opzichte van het middenvlak, loodrecht op de langsas van het bandgeleiderelement 17, oftewel een asymmetrisch geleidingsoppervlak. In fig. 3 is de lijn III-III aangegeven, volgens welke lijn fig. 4 een 20 dwarsdoorsnede van fig. 3 weergeeft. Het bandgeleiderelement 17 is bevestigd op de basisplaat 2, en geleidt de magnetische band 4. Het geleidingsoppervlak 18 heeft een cilindervorm. De band 4 glijdt over het bandgeleiderelement 17, waarbij de vorm van de uitstulping 25 19 de band 4 omhoog doet bewegen tegen de flens 19'. De uitstulping 19 heeft een cilindervormig oppervlak, dat een hoek van ongeveer 30° maakt met het geleidingsoppervlak.
In fig. 5 is een uitvoeringsvorm weergegeven van ashouder 24 voor een spoelas, met zij ribben 26 en een huls 30 28. De zijribben 26 zijn aan de onderzijde voorzien van vlakdelen 27, voor het bevestigen van de ashouder 24 aan de basisplaat 2. De huls 24 bevat een opening 25 voor het kunnen huizen van een spoelas (niet weergegeven). Zoals in de tekening is weergegeven, hebben de zijribben 26 schuin 1014096 9 oplopende zijden voor het optimaal verdelen van zijwaarts gerichte krachten. De ashouder 24 met smalle ribvormige zijribben 26 is door middel van spuitgieten vervaardigd.
Fig. 6 geeft een verzonken ashouder 24 weer, die in 5 zijaanzicht is weergegeven als volgens de lijn V-V in fig.
5. De ashouder 24 heeft ribben 26, een huls 28 en vlakdelen 27. De ashouder 24 is verzonken in de spoel 3, die rond de spoelas 5 kan draaien loodrecht op het vlak van tekening.
Rond spoeloppervlak 32 kan magnetische band worden 10 gewonden.
t 1014096

Claims (12)

1. Spoelhouder voorzien van een basisplaat, een tweetal spoelen voor een magnetische band, en bandgeleiderelementen met een geleidingsoppervlak voor het daarlangs geleiden van de band in een doorvoerrichting, met het kenmerk, dat het 5 geleidingsoppervlak van ten minste een eerste bandgeleiderelement een asymmetrische vorm heeft ten opzichte van het middenvlak loodrecht op de langsas van het bandgeleiderelement.
2. Spoelhouder volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het bandgeleiderelement een conische vorm heeft met ten minste aan het dunste uiteinde een flens- of plaatvormig lichaam.
3. Spoelhouder volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat twee bandgeleiderelementen aanwezig zijn met een conische vorm, waarbij het conisch verloop van het eerste bandgeleiderelement tegengesteld is aan dat van het tweede bandgeleiderelement en waarbij het dunste uiteinde van elk 20 van deze bandgeleiderelementen is voorzien van een flensof plaatvormig lichaam.
4. Spoelhouder volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat een conisch bandgeleiderelement een graadhoek heeft 25 tussen 0,1° en 0,5°, in het bijzonder van ongeveer 0,2°.
5. Spoelhouder volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat twee bandgeleiders aanwezig zijn, waarvan elk aan een der uiteinden een uitstulping heeft en aan het andere uiteinde 30 een flens- of plaatvormig lichaam, welke uitstulping een oppervlak heeft dat het geleidingsoppervlak onder een hoek 1014036 snijdt, die varieert tussen 10° en 50° met een voorkeur van 30°-45°.
6. Spoelhouder volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat 5 het geleidingsoppervlak en de uitstulping een in hoofdzaak cilindrische vorm hebben.
7. Spoelhouder volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de spoelen zijn voorzien van, of 10 kunnen draaien rond een as, die kan draaien in respectievelijk is verbonden met een aan één zijde met de basisplaat verbonden ashouder, die is voorzien van een huls waarin de as kan worden gestoken, en van bevestigingsmiddelen voor het bevestigen van de huls op de 15 basisplaat, welke bevestigingsmiddelen op afstand van elkaar op de ashouder zijn gevormd.
8. Spoelhouder voorzien vaneen basisplaat, een tweetal spoelen voor een magnetische band, en bandgeleiderelementen 20 met een geleidingsoppervlak voor het daarlangs geleiden van de band in de doorvoerrichting, met het kenmerk, dat de spoelen zijn voorzien van, of kunnen draaien rond een as, die kan draaien in respectievelijk is verbonden met een aan één zijde met de basisplaat verbonden ashouder, die is 25 voorzien van een huls waarin de as kan worden gestoken, en van bevestigingsmiddelen voor het bevestigen van de huls op de basisplaat, welke bevestigingsmiddelen op afstand van elkaar op de ashouder zijn gevormd.
9. Spoelhouder volgens conclusie 7 of 8, met het kenmerk, dat de bevestigingsmiddelen rondom de huls zijn aangebracht. 1014096
10. Spoelhouder volgens een van de conclusies 7-9, met het kenmerk, dat de bevestigingsmiddelen zijn gevormd uit ribvormige, in hoofdzaak schuin aan de huls verbonden delen. 5
11. Spoelhouder volgens een van de conclusies 7-10, met het kenmerk, dat de ashouder is vervaardigd door spuitgieten.
12. Spoelhouder volgens een van de conclusies 7-11, met het kenmerk, dat de spoel een uitsparing heeft in het gedeelte dat op de spoelas aangrijpt, in welke uitsparing de houder is verzonken. 1014C96
NL1014096A 2000-01-17 2000-01-17 Spoelhouder. NL1014096C2 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1014096A NL1014096C2 (nl) 2000-01-17 2000-01-17 Spoelhouder.
PCT/NL2001/000025 WO2001054129A1 (en) 2000-01-17 2001-01-16 Tape cartridge
AU2001234223A AU2001234223A1 (en) 2000-01-17 2001-01-16 Reel holder

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1014096 2000-01-17
NL1014096A NL1014096C2 (nl) 2000-01-17 2000-01-17 Spoelhouder.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1014096C2 true NL1014096C2 (nl) 2001-07-18

Family

ID=19770611

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1014096A NL1014096C2 (nl) 2000-01-17 2000-01-17 Spoelhouder.

Country Status (3)

Country Link
AU (1) AU2001234223A1 (nl)
NL (1) NL1014096C2 (nl)
WO (1) WO2001054129A1 (nl)

Citations (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3991956A (en) * 1974-01-18 1976-11-16 Sony Corporation Tape cassette
US3995790A (en) * 1974-04-24 1976-12-07 Kienzle Apparate Gmbh Cassette for tape-shaped record carriers
US4110805A (en) * 1976-07-01 1978-08-29 Fuji Photo Film Co., Ltd. Magnetic tape cassette with oppositely inclined guide members flanking the recording/reproducing station
US4248393A (en) * 1978-07-27 1981-02-03 Lux Audio Kabushiki Kaisha Cassette tape storing case
GB2091212A (en) * 1981-01-20 1982-07-28 Victor Company Of Japan Tape cassette
DE4028151A1 (de) * 1989-09-07 1991-03-21 Victor Company Of Japan Magnetbandkassette fuer ein videobandaufnahmegeraet
EP0493880A2 (en) * 1990-12-27 1992-07-08 Sony Corporation Tape guide roller for use in video tape recorder
US5234178A (en) * 1988-07-06 1993-08-10 Basf Aktiengesellschaft Cassette for a tape recording medium, in particular a magnetic tape
US5297755A (en) * 1992-06-22 1994-03-29 International Business Machines Corporation Tape cartridge tape path
WO1997029487A1 (en) * 1996-02-12 1997-08-14 Imation Corp. Guides for magnetic tape and method of making the same

Patent Citations (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3991956A (en) * 1974-01-18 1976-11-16 Sony Corporation Tape cassette
US3995790A (en) * 1974-04-24 1976-12-07 Kienzle Apparate Gmbh Cassette for tape-shaped record carriers
US4110805A (en) * 1976-07-01 1978-08-29 Fuji Photo Film Co., Ltd. Magnetic tape cassette with oppositely inclined guide members flanking the recording/reproducing station
US4248393A (en) * 1978-07-27 1981-02-03 Lux Audio Kabushiki Kaisha Cassette tape storing case
GB2091212A (en) * 1981-01-20 1982-07-28 Victor Company Of Japan Tape cassette
US5234178A (en) * 1988-07-06 1993-08-10 Basf Aktiengesellschaft Cassette for a tape recording medium, in particular a magnetic tape
DE4028151A1 (de) * 1989-09-07 1991-03-21 Victor Company Of Japan Magnetbandkassette fuer ein videobandaufnahmegeraet
EP0493880A2 (en) * 1990-12-27 1992-07-08 Sony Corporation Tape guide roller for use in video tape recorder
US5297755A (en) * 1992-06-22 1994-03-29 International Business Machines Corporation Tape cartridge tape path
WO1997029487A1 (en) * 1996-02-12 1997-08-14 Imation Corp. Guides for magnetic tape and method of making the same

Also Published As

Publication number Publication date
WO2001054129A8 (en) 2001-10-18
AU2001234223A1 (en) 2001-07-31
WO2001054129A1 (en) 2001-07-26

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US3934842A (en) Minicassette for recording tape
KR100402814B1 (ko) 자기 테이프 카트리지
US5893526A (en) Tape guides for data cartridges
NL1014096C2 (nl) Spoelhouder.
US6118630A (en) Compliant edge guiding and following system for tape
US5860612A (en) Guides for magnetic tape and method of making the same
EP0882254A1 (en) Flange tape reel having an adaptive section for ensuring uniform stacking of tape
US5407117A (en) Tape guide for a magnetic recording and/or reproducing apparatus
US7407125B2 (en) Recording tape cartridge and driving device
US4096538A (en) Tape support pins in magnetic tape cassette
US20080223971A1 (en) Tape reel, recording tape cartridge, take-up reel, drawing-out member, and drive device
US7540444B2 (en) Recording tape cartridge
US6801385B2 (en) Recording and/or reproducing apparatus having an inclined guide post and tape guide restricting structure
US7079351B2 (en) Magnetic tape guiding device for use with a tape transport system of a tape recorder and method for using the same
US4939606A (en) Rotary head assembly for digital audio tape recorders
US4903879A (en) Stationary tape guide for a magnetic tape recorder
US4800641A (en) Methods for manufacturing a tape cassette with separate tape guide having integrated rollers
US4688126A (en) Tape guide arrangement for helical scan magnetic recording and playback apparatus
US20040238669A1 (en) Tape guide for biasing a tape path within a tape transport system, such as a data storage tape cartridge
CN105745709B (zh) 一种用于配置为接收一段带子的带驱动器的带导辊及与一段带子一起使用的带驱动器
US6710968B1 (en) Guideless tape transport
US20030089810A1 (en) Cassette for tape data recording medium, especially a reel cassette
US7215505B2 (en) Pole base assembly for magnetic recording/reproducing apparatus
US6822822B2 (en) Tape loading apparatus
NL1015833C2 (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van een magneetkop.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20040801