NL1013461C2 - Internal combustion engine or compressor, has the crank of the crankshaft drivably connected to the piston by a pinion and the connecting rod - Google Patents
Internal combustion engine or compressor, has the crank of the crankshaft drivably connected to the piston by a pinion and the connecting rod Download PDFInfo
- Publication number
- NL1013461C2 NL1013461C2 NL1013461A NL1013461A NL1013461C2 NL 1013461 C2 NL1013461 C2 NL 1013461C2 NL 1013461 A NL1013461 A NL 1013461A NL 1013461 A NL1013461 A NL 1013461A NL 1013461 C2 NL1013461 C2 NL 1013461C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- piston
- pinion
- crankshaft
- crank
- connecting rod
- Prior art date
Links
Classifications
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F16—ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
- F16H—GEARING
- F16H21/00—Gearings comprising primarily only links or levers, with or without slides
- F16H21/10—Gearings comprising primarily only links or levers, with or without slides all movement being in, or parallel to, a single plane
- F16H21/16—Gearings comprising primarily only links or levers, with or without slides all movement being in, or parallel to, a single plane for interconverting rotary motion and reciprocating motion
- F16H21/18—Crank gearings; Eccentric gearings
- F16H21/22—Crank gearings; Eccentric gearings with one connecting-rod and one guided slide to each crank or eccentric
- F16H21/30—Crank gearings; Eccentric gearings with one connecting-rod and one guided slide to each crank or eccentric with members having rolling contact
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F02—COMBUSTION ENGINES; HOT-GAS OR COMBUSTION-PRODUCT ENGINE PLANTS
- F02B—INTERNAL-COMBUSTION PISTON ENGINES; COMBUSTION ENGINES IN GENERAL
- F02B41/00—Engines characterised by special means for improving conversion of heat or pressure energy into mechanical power
- F02B41/02—Engines with prolonged expansion
- F02B41/04—Engines with prolonged expansion in main cylinders
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F02—COMBUSTION ENGINES; HOT-GAS OR COMBUSTION-PRODUCT ENGINE PLANTS
- F02B—INTERNAL-COMBUSTION PISTON ENGINES; COMBUSTION ENGINES IN GENERAL
- F02B75/00—Other engines
- F02B75/32—Engines characterised by connections between pistons and main shafts and not specific to preceding main groups
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Transmission Devices (AREA)
- Shafts, Cranks, Connecting Bars, And Related Bearings (AREA)
Abstract
Description
“ rR
Titel: Inrichting zoals een verbrandingsmotor of een compressorTitle: Device such as a combustion engine or a compressor
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting zoals een verbrandingsmotor of een compressor, voorzien van ten minste één zuiger-cilindersamenstel en een krukassamenstel. Er zijn verschillende methoden bekend 5 waarmee de koppeling tussen rechtlijnige beweging van de zuiger en de rotatie van de krukas tot stand wordt gebracht. Zo kan de zuiger aan het krukassamenstel worden gekoppeld door middel van een drijfstang, die zwenkbaar aan de zuiger en roteerbaar aan de kruk van het krukassamenstel 10 is verbonden. Een nadeel van deze overbrenging is, dat wanneer de zuiger zich in zijn bovenste dode punt bevindt, het koppel op de krukas relatief gering is en de kracht op de zuiger relatief groot. De omzetting van verbrandings-energie in rotatie-energie, indien de inrichting een motor 15 betreft, of van rotatie-energie in compressie-energie, indien de inrichting een compressor betreft, is daardoor inefficiënt. Dit is nadelig voor het energieverbruik van een inrichting voorzien van een dergelijke overbrenging.The invention relates to a device such as a combustion engine or a compressor, comprising at least one piston-cylinder assembly and a crankshaft assembly. Various methods are known by which the coupling between rectilinear movement of the piston and the rotation of the crankshaft is effected. For example, the piston can be coupled to the crankshaft assembly by means of a connecting rod pivotally connected to the piston and rotatably connected to the crank of the crankshaft assembly 10. A drawback of this transmission is that when the piston is in its top dead center, the torque on the crankshaft is relatively low and the force on the piston is relatively great. The conversion of combustion energy to rotational energy, if the device is a motor 15, or of rotational energy to compression energy, if the device is a compressor, is therefore inefficient. This is disadvantageous for the energy consumption of a device provided with such a transmission.
Het is bekend uit DE 298 19 086 UI dat de 20 overbrenging tussen zuiger en krukas efficiënter wordt door de drijfstang, die zwenkbaar aan de zuiger is verbonden, indirect aan de kruk van het krukassamenstel te koppelen door middel van een rondsel waarvan een uitwendige vertanding op een inwendige vertanding van een tandkrans 25 aangrijpt. Daarbij is de drijfstang roteerbaar aan een excenteras van het rondsel, en de kruk van het krukassamenstel roteerbaar aan een centrale rotatieas van het rondsel verbonden. In deze bekende overbrenging uit DE 298 19 086 UI is de verhouding tussen de diameter van het 30 rondsel tot de diameter van de tandkrans 1:2. De bekende inrichting heeft het naddel dat de uit- en inlaattijd voor het legen respectievelijk vullen van de cilinder relatief kort zijn. Dat heeft tot gevolg, dat de vullingsgraad van een dergelijke inrichting relatief moeilijk controleerbaar 1013461 2 ( r 1 t is. Daardoor is het rendement van dergelijke inrichtingen niet optimaal. Dat maakt ze duur in het gebruik en slecht voor het milieu.It is known from DE 298 19 086 UI that the transmission between piston and crankshaft becomes more efficient by indirectly coupling the connecting rod, which is pivotally connected to the piston, to the crank of the crankshaft assembly by means of a pinion whose external toothing an internal toothing of a gear ring 25 engages. In addition, the connecting rod is rotatably connected to an eccentric shaft of the pinion, and the crank of the crankshaft assembly is rotatably connected to a central axis of rotation of the pinion. In this known transmission from DE 298 19 086 UI, the ratio between the diameter of the pinion and the diameter of the gear ring is 1: 2. The known device has the drawback that the outlet and inlet times for emptying or filling the cylinder are relatively short. As a result, the degree of filling of such a device is relatively difficult to control 1013461 2 (r 1 t). As a result, the efficiency of such devices is not optimal. This makes them expensive to use and bad for the environment.
De onderhavige uitvinding beoogt een inrichting van 5 het in de aanhef beschreven type, die veel efficiënter is dan de reeds bekende inrichtingen.The present invention contemplates a device of the type described in the preamble, which is much more efficient than the devices already known.
De inrichting is volgens de uitvinding voorzien van ten minste één zuiger-cilindersamenstel en een krukassamenstel omvattende tenminste één kruk en ten minste 10 één krukas, waarbij het ten minste ene zuiger- cilindersamenstel is voorzien van een zuiger, een cilinder, en een drijfstang, waarbij een kruk van de krukas aandrijfbaar aan de zuiger is verbonden door middel van een rondsel en de drijfstang, waarbij een uitwendige vertanding 15 van het rondsel op een, bij deze uitwendige vertanding van het rondsel passende inwendige vertanding van een tandkrans aangrijpt, waarbij de kruk van de krukas roteerbaar aan een centrale rotatieas van het rondsel is verbonden, waarbij de drijfstang roteerbaar aan een zich evenwijdig aan de 20 centrale rotatieas uitstrekkende excenteras van het rondsel is verbonden, waarbij de zuiger zwenkbaar aan de drijfstang is verbonden, waarbij de verhouding tussen de diameter van het rondsel en de diameter van de tandkrans 2:7 is.According to the invention, the device is provided with at least one piston-cylinder assembly and a crankshaft assembly comprising at least one crank and at least one crankshaft, the at least one piston-cylinder assembly comprising a piston, a cylinder and a connecting rod, wherein a crank of the crankshaft is drivably connected to the piston by means of a pinion and the connecting rod, wherein an external toothing of the pinion engages an internal toothing of a gear ring matching this external toothing of the pinion, the crank of the crankshaft is rotatably connected to a central axis of rotation of the pinion, the connecting rod being rotatably connected to an eccentric shaft of the pinion extending parallel to the central axis of rotation, the piston being pivotally connected to the connecting rod, the ratio between the diameter of the pinion and the diameter of the sprocket is 2: 7.
Derhalve is na twee rotaties van de krukas het rondsel 25 zeven keer volledig om zijn centrale rotatieas geroteerd, waarbij het rondsel twee keer de tandkrans heeft doorlopen. Indien de inrichting een motor betreft, kan de eerste rotatie van het rondsel worden gebruikt voor de arbeidsslag, de tweede en derde rotatie voor de 30 uitlaatslag, de vierde en vijfde rotatie voor de inlaatslag, en de zesde en zevende rotatie voor de compressieslag. Daardoor zijn de uit- en de inlaatslag van een dergelijke inrichting groter dan bij een conventionele viertaktmotor, zodat een betere vulling en leging van de 35 cilinder kan worden verkregen. Dat maakt deze motor zeer zuinig in het brandstofverbruik.Therefore, after two rotations of the crankshaft, the pinion 25 is fully rotated about its central axis of rotation seven times, the pinion having traversed the sprocket twice. If the device is a motor, the first rotation of the pinion can be used for the working stroke, the second and third rotation for the exhaust stroke, the fourth and fifth rotation for the intake stroke, and the sixth and seventh rotation for the compression stroke. As a result, the exhaust and intake strokes of such a device are greater than with a conventional four-stroke engine, so that a better filling and emptying of the cylinder can be obtained. That makes this engine very economical in fuel consumption.
101 3461 3101 3461 3
Volgens een nadere uitwerking sluit een langshartlijn van de drijfstang een hoek in met een langshartlijn de kruk wanneer de zuiger zich in het bovenste dode punt bevindt. Dit heeft het grote voordeel, 5 dat een kracht op de zuiger en een koppel op de krukas reeds aan elkaar worden overgebracht indien de zuiger zich in het bovenste dode punt bevindt.According to a further elaboration, a longitudinal axis of the connecting rod encloses an angle with a longitudinal axis of the crank when the piston is in the top dead center. This has the great advantage that a force on the piston and a torque on the crankshaft are already transferred to each other when the piston is in the top dead center.
Bij voorkeur snijdt een langshartlijn van de cilinder de krukas, waarbij de kruk een hoek van 25° 10 insluit met de langshartlijn van de cilinder wanneer de zuiger zich in het bovenste dode punt bevindt. Deze hoek verschaft een zeer gunstige positie van het rondsel op de tandkrans in elk van slagen van de inrichting, wat ten goede komt aan het energieverbruik.Preferably, a longitudinal axis of the cylinder intersects the crankshaft, the crank enclosing an angle of 25 ° with the longitudinal axis of the cylinder when the piston is in the top dead center. This angle provides a very favorable position of the pinion on the sprocket in each of the strokes of the device, which benefits energy consumption.
15 De excenteras bevindt zich daarbij bij voorkeur op de grootst mogelijke afstand van de krukas wanneer de zuiger zich in het bovenste dode punt bevindt. Zo bevindt het rondsel zich in de meest ideale positie voor een efficiënte kracht-koppeloverbrenging in de arbeidsslag van 20 de inrichting. Ook dit komt ten goede aan het brandstofverbruik.The eccentric shaft is preferably at the greatest possible distance from the crankshaft when the piston is in the top dead center. Thus, the pinion is in the most ideal position for efficient force-torque transmission in the working stroke of the device. This also benefits fuel consumption.
De krukas kan via een overbrenging aan een hoofdas worden verbonden. In het geval van een verbrandingsmotor kunnen de koppels van verscheidene krukassen, verbonden met 25 één of meer zuiger-cilindersamenstellen, aan de hoofdas worden toegevoerd. Zo kunnen grote vermogens door de hoofdas worden geleverd, doordat de vermogens van de aangekoppelde krukassen zijn gecombineerd. In het geval van een compressor kan het vermogen van één hoofdas aan 30 verscheidene krukassen worden toegevoerd, zodat verscheidene zuiger-cilindersamenstellen, verbonden met deze krukassen, kunnen worden aangedreven.The crankshaft can be connected to a main shaft via a transmission. In the case of a combustion engine, the torques of several crankshafts connected to one or more piston-cylinder assemblies can be fed to the main shaft. For example, large powers can be delivered through the main shaft, because the powers of the coupled crankshafts are combined. In the case of a compressor, the power of one main shaft can be supplied to several crankshafts, so that several piston-cylinder assemblies connected to these crankshafts can be driven.
De uitvinding zal nader worden verduidelijkt aan de hand van een tweetal uitvoeringsvoorbeelden die hierna, 35 onder verwijzing naar de tekening, zullen worden beschreven.The invention will be further elucidated on the basis of two exemplary embodiments, which will be described below with reference to the drawing.
101 3461 4 ( * t101 3461 4 (* t
Figuur 1 toont een doorsnede-aanzicht van een uitvoeringsvoorbeeld van een zuiger-cilindersamenstel en een krukassamenstel, waarbij de zuiger zich in het bovenste dode punt bevindt; 5 figuur 2 toont een doorsnede-aanzicht over lijn II- II uit figuur 1; figuur 3 toont een soortgelijk doorsnede-aanzicht als is weergegeven in figuur 2 van een tweede ui tvoeringsvoorbeeld; 10 figuur 4 toont een schematische weergave van de arbeidsslag van het in figuur 1 beschreven uitvoeringsvoorbeeld; figuur 5 toont een schematische weergave van de uitlaatslag van het in figuur 1 beschreven 15 uitvoeringsvoorbeeld; figuur 6 toont een schematische weergave van de inlaatslag van het in figuur 1 beschreven uitvoeringsvoorbeeld; figuur 7 toont een schematische weergave van de 20 compressieslag van het in figuur 1 beschreven uitvoeringsvoorbeeld; en figuur 8 toont een diagram van de hoek die de kruk van de krukas met een langshartlijn van de cilinder insluit bij elk van de in figuren 4 tot en met 7 weergegeven 25 slagen.Figure 1 shows a cross-sectional view of an exemplary embodiment of a piston-cylinder assembly and a crankshaft assembly, the piston being in the top dead center; Figure 2 shows a cross-sectional view along line II-II from Figure 1; Figure 3 shows a similar sectional view to that shown in Figure 2 of a second embodiment; Figure 4 shows a schematic representation of the working stroke of the exemplary embodiment described in figure 1; Figure 5 shows a schematic representation of the exhaust stroke of the exemplary embodiment described in Figure 1; Figure 6 shows a schematic representation of the inlet stroke of the exemplary embodiment described in Figure 1; Figure 7 shows a schematic representation of the compression stroke of the exemplary embodiment described in Figure 1; and Figure 8 shows a diagram of the angle that the crankshaft crank encloses with a longitudinal axis of the cylinder at each of the 25 turns shown in Figures 4 to 7.
Het in figuren 1 en 2 weergeven uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding toont een zuiger-cilindersamenstel voorzien van eenzuiger 4 en een cilinder 5, en een krukassamenstel omvattende een krukas 9 en een kruk 10. De 30 kruk 10 van de krukas 9 is aandrijfbaar aan de zuiger 4 verbonden door middel van een rondsel 1 en een drijfstang 3, waarbij een uitwendige vertanding van het rondsel 1 op een, bij deze uitwendige vertanding van het rondsel 1 passende inwendige vertanding van een tandkrans 2 35 aangrijpt. De kruk 10 is roteerbaar verbonden aan een centrale rotatieas 8 van het rondsel 1. De drijfstang 3 is 1013461 5 roteerbaar verbonden aan een evenwijdig aan de centrale rotatieas 8 uitstrekkende excenteras 7 van het rondsel 1.The exemplary embodiment of the invention shown in Figures 1 and 2 shows a piston-cylinder assembly comprising a piston 4 and a cylinder 5, and a crankshaft assembly comprising a crankshaft 9 and a crank 10. The crank 10 of the crankshaft 9 is drivable on the piston 4 connected by means of a pinion 1 and a connecting rod 3, wherein an external toothing of the pinion 1 engages an internal toothing of a gear ring 2 matching this external toothing of the pinion 1. The crank 10 is rotatably connected to a central axis of rotation 8 of the pinion 1. The connecting rod 3 is 1013461 connected rotatably to an eccentric shaft 7 of the pinion 1 extending parallel to the central axis of rotation 8.
De zuiger 4 is zwenkbaar verbonden aan de drijfstang 3. De verhouding tussen de diameter van het rondsel 1 tot de 5 diameter van de tandkrans 2 is 2:7. Bij deze diameterverhouding is het brandstofverbruik van het uitvoeringsvoorbeeld zeer laag.The piston 4 is pivotally connected to the connecting rod 3. The ratio between the diameter of the pinion 1 to the diameter of the gear ring 2 is 2: 7. At this diameter ratio, the fuel consumption of the exemplary embodiment is very low.
In figuur 1 bevindt de zuiger 4 zich in het bovenste dode punt. De posities en de standen van de drijfstang 3, 10 het rondsel 1, en de kruk 10, zijn daarbij als volgt bepaald ten opzichte van het zuiger-cilindersamenstel (4, 5). Een langshartlijn 11 van de cilinder 5 snijdt de krukas 9. De kruk 10 sluit daarbij een hoek van 25° in met deze langshartlijn 11 van de cilinder 5. De excenteras 7 van het 15 rondsel 1 bevindt zich op de grootst mogelijke afstand van de krukas 9. De genoemde posities en standen van de drijfstang 3, het rondsel 1, en de kruk 10, bepalen de ideale uitvoering van het uitvoeringsvoorbeeld, zodat het brandstofverbruik minimaal is.In figure 1 the piston 4 is in the top dead center. The positions and positions of the connecting rod 3, 10, the pinion 1, and the crank 10, are determined as follows with respect to the piston-cylinder assembly (4, 5). A longitudinal axis 11 of the cylinder 5 cuts the crankshaft 9. The crank 10 thereby encloses an angle of 25 ° with this longitudinal axis 11 of the cylinder 5. The eccentric shaft 7 of the pinion 1 is at the greatest possible distance from the crankshaft. 9. The said positions and positions of the connecting rod 3, the pinion 1, and the crank 10, determine the ideal embodiment of the exemplary embodiment, so that the fuel consumption is minimal.
20 Het uitvoeringsvoorbeeld zoals weergegeven in figuur 1 bevindt zich op het ontstekingsmoment in het bovenste dode punt. De vier slagen van het uitvoeringsvoorbeeld, die op de ontsteking volgen, te weten de arbeidsslag A, de uitlaatslag B, de inlaatslag C en de compressieslag D, 25 worden beschreven in de figuren 4-8. Tijdens de arbeidsslag A roteert het rondsel 1 één keer om de centrale as 7 vanuit het bovenste dode punt BDP1. Bij de uitlaatslag B, de inlaatslag C en de compressieslag D, weergegeven in figuren 5, 6, 7, roteert het rondsel 1 vervolgens bij elke slag 30 twee keer om de centrale as 7. Daarbij bereikt het rondsel 1 na de uitlaatslag B een tweede boventste dode punt BDP2, en na de inlaatslag een onderste dode punt ODP. De krukas 9 draait meer dan tweehonderdvijf graden tijdens zowel de uitlaat- als de inlaatslag, zoals is weergegeven in figuur 35 8. Dat is zeer voordelig, omdat daardoor de uitlaat- en.de inlaatslag groter zijn dan bij conventionele 101 3461 t % 6 viertaktverbrandingsmotoren waarbij beide slagen zich over een krukhoek van honderdtachtiggraden uitstrekken. Daardoor kan de vullingsgraad van de motor beter worden gecontroleerd.The embodiment as shown in figure 1 is at the ignition moment in the top dead center. The four strokes of the exemplary embodiment, which follow the ignition, namely the working stroke A, the exhaust stroke B, the inlet stroke C and the compression stroke D, are described in Figures 4-8. During the working stroke A, the pinion 1 rotates once about the central axis 7 from the top dead center BDP1. At the outlet stroke B, the inlet stroke C and the compression stroke D, shown in figures 5, 6, 7, the pinion 1 then rotates twice about the central axis 7 with each stroke 30. In addition, the pinion 1 reaches a second after the exhaust stroke B top dead center BDP2, and after the intake stroke a bottom dead center ODP. The crankshaft 9 rotates more than two hundred and five degrees during both the exhaust and intake strokes, as shown in Figure 35 8. This is very beneficial because it increases exhaust and intake strokes compared to conventional 101 3461 t% 6 four-stroke combustion engines. both strokes extending over a crank angle of one hundred and eighty degrees. This makes it easier to control the filling level of the engine.
5 Figuur 3 toont een doorsnede-aanzicht van een tweede uitvoeringsvoorbeeld, waarbij de krukas 9 via een overbrenging een hoofdas 12 aandrijft. Zo kunnen de vermogens van verscheidene krukassen 9 worden toegevoerd aan de hoofdas 12. Daardoor kunnen grote vermogens worden 10 verwerkt.Figure 3 shows a cross-sectional view of a second exemplary embodiment, in which the crankshaft 9 drives a main shaft 12 via a transmission. Thus, the powers of several crankshafts 9 can be supplied to the main shaft 12. As a result, large powers can be processed.
Het is duidelijk dat de uitvinding niet is beperkt tot de beschreven uitvoeringsvoorbeelden maar dat diverse wijzigingen binnen het raam van de uitvinding mogelijk zijn.It is clear that the invention is not limited to the described exemplary embodiments, but that various modifications are possible within the scope of the invention.
15 Zo kan de inrichting volgens de uitvinding in ieder type verbrandingsmotor of compressor worden toegepast. Daarbij kan de inrichting zijn voorzien van één of verscheidene zuiger-cilindersamenstellen 4, 5 en/of krukassamenstellen 9, 10.The device according to the invention can thus be used in any type of internal combustion engine or compressor. The device can herein be provided with one or several piston-cylinder assemblies 4, 5 and / or crankshaft assemblies 9, 10.
20 De inrichting kan worden gebruikt met ieder denkbaar type brandstof indien de inrichting een verbrandingsmotor betreft, of compressiemedium indien de inrichting een compressor betreft.The device can be used with any conceivable type of fuel if the device is a combustion engine, or compression medium if the device is a compressor.
10134611013461
Claims (5)
Priority Applications (1)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| NL1013461A NL1013461C2 (en) | 1999-11-02 | 1999-11-02 | Internal combustion engine or compressor, has the crank of the crankshaft drivably connected to the piston by a pinion and the connecting rod |
Applications Claiming Priority (2)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| NL1013461 | 1999-11-02 | ||
| NL1013461A NL1013461C2 (en) | 1999-11-02 | 1999-11-02 | Internal combustion engine or compressor, has the crank of the crankshaft drivably connected to the piston by a pinion and the connecting rod |
Publications (1)
| Publication Number | Publication Date |
|---|---|
| NL1013461C2 true NL1013461C2 (en) | 2001-05-03 |
Family
ID=19770182
Family Applications (1)
| Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
|---|---|---|---|
| NL1013461A NL1013461C2 (en) | 1999-11-02 | 1999-11-02 | Internal combustion engine or compressor, has the crank of the crankshaft drivably connected to the piston by a pinion and the connecting rod |
Country Status (1)
| Country | Link |
|---|---|
| NL (1) | NL1013461C2 (en) |
Citations (7)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| GB165705A (en) * | 1920-11-06 | 1921-07-07 | Jose Maria Aguirre | Arrangement for converting the rectilinear motion of a piston into rotary motion of a shaft |
| FR954478A (en) * | 1950-01-03 | |||
| US4096763A (en) * | 1976-12-22 | 1978-06-27 | General Motors Corporation | Hypocycloidal reduction gearing |
| US4966043A (en) * | 1987-04-13 | 1990-10-30 | Heinz Frey | Crank drive |
| WO1995012772A1 (en) * | 1993-11-05 | 1995-05-11 | Fish Robert D | Device and method for coupling reciprocating and rotating motions |
| WO1998048158A1 (en) * | 1997-04-21 | 1998-10-29 | Peter Robert Raffaele | Three cycle engine |
| DE29819086U1 (en) | 1998-10-27 | 1999-03-18 | Friedrich, Rainer, 21407 Deutsch Evern | Connecting rod foot with gear driven eccentric |
-
1999
- 1999-11-02 NL NL1013461A patent/NL1013461C2/en not_active IP Right Cessation
Patent Citations (7)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| FR954478A (en) * | 1950-01-03 | |||
| GB165705A (en) * | 1920-11-06 | 1921-07-07 | Jose Maria Aguirre | Arrangement for converting the rectilinear motion of a piston into rotary motion of a shaft |
| US4096763A (en) * | 1976-12-22 | 1978-06-27 | General Motors Corporation | Hypocycloidal reduction gearing |
| US4966043A (en) * | 1987-04-13 | 1990-10-30 | Heinz Frey | Crank drive |
| WO1995012772A1 (en) * | 1993-11-05 | 1995-05-11 | Fish Robert D | Device and method for coupling reciprocating and rotating motions |
| WO1998048158A1 (en) * | 1997-04-21 | 1998-10-29 | Peter Robert Raffaele | Three cycle engine |
| DE29819086U1 (en) | 1998-10-27 | 1999-03-18 | Friedrich, Rainer, 21407 Deutsch Evern | Connecting rod foot with gear driven eccentric |
Similar Documents
| Publication | Publication Date | Title |
|---|---|---|
| US6990944B2 (en) | Motor with rotary connecting rod bolt | |
| CN1217087C (en) | Rotary engine | |
| GB2161580A (en) | Variable length connecting rod | |
| CN2313052Y (en) | Dual-rotating non-linear drive piston-type internal combustion engine | |
| EP1924784B1 (en) | A transmission arrangement | |
| EP1056928B1 (en) | Multiple shaft engine | |
| NL1013461C2 (en) | Internal combustion engine or compressor, has the crank of the crankshaft drivably connected to the piston by a pinion and the connecting rod | |
| US5755195A (en) | Internal combustion engine with a gear arrangement on a connection between the piston and the crankshaft and a method of operation thereof | |
| CN101440746B (en) | Implementing method and apparatus of stepless speed regulating eccentric swinging type internal combustion engine | |
| WO1999028597A1 (en) | Pendulum piston motor | |
| CN203214106U (en) | Opposed piston engine particularly suitable for screw propeller | |
| CA2516245A1 (en) | Radial engine | |
| US7128042B2 (en) | Interchangeable 2-stroke or 4-stroke high torque power engine | |
| WO1997016625A1 (en) | Adaptive motor mechanism | |
| RU2062893C1 (en) | Internal combustion engine | |
| CN104405504A (en) | Piston type four stroke internal combustion engine with two crankshafts | |
| US4066003A (en) | Hydraulic engine | |
| CN200960976Y (en) | Outboard machine driven by rotary polygonal piston engine | |
| CN100451331C (en) | Striker hydraulic power | |
| CN1434194A (en) | Energy saving method for internal combustion engine | |
| WO1991010051A1 (en) | Device for varying the combustion chamber of a four-stroke engine | |
| CN2081010U (en) | Eccentric crank shaft for internal combustion engine | |
| WO1999053222A1 (en) | Device for converting a reciprocating motion into a rotary motion or vice versa | |
| WO1996035864A1 (en) | Crank mechanism of variable crank throw | |
| KR20050015220A (en) | Motor with rotary connecting rod bolt |
Legal Events
| Date | Code | Title | Description |
|---|---|---|---|
| PD2B | A search report has been drawn up | ||
| VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20040601 |