NL1012302C2 - Verbeterd cassettesysteem. - Google Patents

Description

VERBETERD CASSETTESYSTEEM

5 De uitvinding heeft betrekking op een wand, omvattende een hoofdzakelijk van plaatmateriaal vervaardigde binnenhuid en een hoofdzakelijk van plaatmateriaal vervaardigde buitenhuid, waarbij: - een van minerale wol vervaardigde isolatie-10 laag tussen de binnenhuid en de buitenhuid is geplaatst, - de binnenhuid is voorzien van op regelmatige afstanden geplaatste, naar het inwendige van de wand gerichte neuzen, - de neuzen door middel van puntvormige verbin-15 dingen zijn verbonden met de buitenhuid, en - de neuzen op afstand van de buitenhuid zijn gelegen.

Een dergelijke wand is bekend uit EP-A-0 801 190.

20 Bij deze, tot de stand van de techniek behoren de wand is de dichtheid van de laag van minerale wol over de gehele dwarsdoorsnede van de wand constant. De keuze van de dichtheid van deze isolerende laag wordt dan ook bepaald door de thermische isolatiewaarde in samenhang 25 met een zo laag mogelijke kostprijs.

Hierbij wordt opgemerkt dat onder thermische isolatiewaarde niet alleen de normale meetbare isolatiewaarde wordt verstaan, maar dat tevens de brandvertraging een grote rol speelt. Het is immers van het grootste 30 belang er zorg voor te dragen dat de constructie zo sterk mogelijk brandwerend is.

De brandvertraging speelt, in verband met wettelijke bepalingen vaak eveneens een grote rol.

De ervaring heeft geleerd dat bij windbelasting 35 van deze tot de stand van de techniek behorende wandcon-structie deze sneller bezwijkt dan wenselijk is. Onderzoek heeft geleerd dat dit het gevolg is van het feit dat de stijfheid van de constructie in zijwaartse richting, 2 dat wil zeggen het vermogen tot het opnemen van schuif-krachten tussen de buitenhuid en de binnenhuid niet optimaal is.

Het doel van de onderhavige uitvinding is het 5 verschaffen van een dergelijke constructie, waarbij de bestendigheid tegen windbelasting veel groter is zonder dat de neuzen aanzienlijk dichter bij elkaar moeten worden geplaatst, of de puntvormige verbindingen een grote dichtheid krijgen of overmatig zwaar moeten worden 10 gedimensioneerd.

Deze twee laatste maatregelen leiden immers tot een sterke daling van de thermische isolatiewaarde en in het bijzonder tot een verkorting van de brandvertragings-tijd, hetgeen in hoge mate ongewenst is.

15 Dit doel wordt bereikt, doordat de isolatielaag aan de buitenzijde een grotere dichtheid heeft dan aan de binnenzijde en dat de puntvormige verbindingen zijn ingericht voor het opnemen van krachten in de richting parallel aan het vlak van de wand.

20 Als gevolg van deze maatregelen wordt een grotere, laterale stijfheid van de wandconstructie verkregen. Door de combinatie van de maatregelen wordt enerzijds bereikt dat laterale krachten tenminste voor een deel door de puntvormige verbindingen worden opgeno-25 men zonder dat de puntverbindingen overmatig zwaar behoeven te worden uitgevoerd. De drukkrachten worden door de minerale wol met een grote dichtheid opgevangen en doorgeleid naar enerzijds de daarachtergelegen laag van minerale wol met een geringere dichtheid en anderzijds 30 naar de neuzen.

Hierbij wordt opgemerkt dat het uiteraard mogelijk is de hele wandconstructie te vullen met minerale wol met een grote dichtheid. Dit leidt uiteraard tot een steviger constructie. Het vergroten van de dichtheid 35 leidt echter tot hogere kosten.

Uit EP-A-0 849 420 is een constructie bekend, waarbij aan de buitenzijde minerale wol wordt toegepast met een grotere dichtheid, zij het in samenhang met een 1012302 3 schroefverbinding die niet geschikt is voor het opnemen van zijdelingse krachten. Hiermee poogt men een combinatie te verkrijgen van een dikke laag minerale wol aan de binnenzijde met een aanvaardbare thermische isolatie en 5 lage kosten, en een dunnere, aan de buitenzijde gelegen laag minerale wol met een grotere dichtheid voor het verkrijgen van een steviger constructie en een optimale thermische isolatie.

Alhoewel deze maatregelen leiden tot een verbe-10 tering van het resultaat, blijken de resultaten nog niet optimaal; doordat de puntvormige verbindingen nauwelijks of geen zijwaartse krachten kunnen opnemen, wordt de zijwaartse druk zonder noemenswaardige reductie overgedragen naar de onderliggende laag wol met een kleinere 15 dichtheid. Bij de onderhavige uitvinding blijkt een verrassend grote reductie van deze krachten, welke voor een groot deel worden opgenomen door de puntvormige verbindingen. Hierbij nemen zij deze krachten op, doordat zij in laterale richting belastbaar zijn.

20 Toch is nog geen optimaal resultaat verkregen, omdat de overgang tussen de laag met een grote dichtheid en de laag met een kleine dichtheid niet optimaal mechanisch belastbaar is. Er is hier immers een discontinuïteit .

25 De hierbij behorende problemen worden vermeden door de maatregel volgens een eerste voorkeuruitvoerings-vorm van de uitvinding, waarbij de dichtheid van de laag van minerale wol continu verloopt van een kleine dichtheid aan de binnenhuid naar een grote dichtheid aan de 30 buitenhuid. Discontinuïteiten en de daarmee gepaard gaande ongelijkmatige belasting worden hiermee vermeden.

Hierbij worden de krachten loodrecht op het vlak van de wand door de gelijkmatige overgang van de dichtheid zonder discontinuïteit van doorgeleid. Hierbij 35 vindt een goede verdeling over het oppervlak van de wand plaats.

Volgens een eerste voorkeursuitvoeringsvorm is aan de binnenzijde van de wand de dichtheid over een 1012302 4 aanzienlijk deel van de totale afstand tot de buitenzijde nagenoeg constant.

Dit leidt tot een optimalisatie van de thermische isolatie en tot materiaalbesparing.

5 Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm strekt het deel met de nagenoeg constante dichtheid zich tenminste uit tot aan de neuzen.

Hiermee wordt bereikt dat de invoer en de fixatie van de tijdens de constructie van de isolatielaag 10 in de binnenhuid met de daaraan bevestigde neuzen gemakkelijker plaatsvindt; de neuzen kunnen immers aangrijpen in de minerale wol, waar deze nog een kleine dichtheid heeft.

Verder wordt bereikt dat de gehele ruimte in de 15 cassette wordt opgevuld. Het ontstaan van zich in de lengterichting uitstrekkende kanalen, welke tot convectie kunnen leiden, wordt hiermee voorkomen.

Volgens weer een andere voorkeursuitvoeringsvorm ligt de kleine dichtheid tussen 30 en 40 kg/m3. De 20 ervaring heeft geleerd dat combinatie met een isolatielaag met een grotere wanddikte een optimale thermische isolatie wordt verkregen.

Optimalisatie aan de andere zijde, namelijk een voldoende grote dichtheid voor het verkrijgen van de daar 25 noodzakelijk mechanische sterkte en toch een bijdrage aan de thermische isolatie, wordt verkregen wanneer de grote dichtheid ligt in het gebied tussen 55 en 85 kg/m3.

Een optimalisatie van deze waarde wordt verkregen, wanneer de grote dichtheid ligt in het gebied tussen 3 0 65 en 75 kg/m3.

Volgens een laatste voorkeursuitvoeringsvorm strekt de specifieke vezelrichting van de minerale wol zich dwars op het hoofdvlak van de wand uit.

Hiermee wordt een grotere mechanische belast-3 5 baarheid verkregen,· deze vezelrichting leidt immers bij de hierboven genoemde densiteiten van de minerale wol tot een maximale sterkte en een grote weerstand tegen latera- 1012302 5 le belastingen, dat wil zeggen afschuiving in de richtingen van het vlak van de wandconstructie.

Vervolgens zal de onderhavige uitvinding worden toegelicht aan de hand van bijgaande tekeningen, waarin 5 voorstellen: figuur 1: een gedeeltelijk weggebroken, perspectivisch aanzicht van een wandconstructie volgens de onderhavige uitvinding; en figuur 2: een grafiek van het dichtheidsverloop 10 van de minerale wol ter verduidelijking van de onderhavige uitvinding.

In figuur 1 is een in zijn geheel met "1" aangeduide wandconstructie getoond, welke bevestigd is aan zich verticaal uitstrekkende profielen 2. Aan de 15 verticale profielen 2 is een binnenhuid 3 bevestigd, welke wordt gevormd door zich hoofdzakelijk in horizontale richting uitstrekkende cassettes. De cassettes zijn voorzien van een tegen de profielen aan bevestigde wand en van omgebogen, in zijn geheel met "4" aangeduide 20 neuzen. Aan de buitenzijde is een buitenhuid 6 aangebracht, welke door een metaalplaat gevormd wordt. Deze is bij voorkeur gecanneleerd.

Door middel van schroefverbindingen 7 is de buitenplaat 6 met de neuzen verbonden.

25 Tot zover komt de constructie overeen met de constructie die beschreven is in EP-A-0 801 190.

In de ruimte tussen de binnenhuid 3 en de buitenhuid 6 is een blok minerale wol 8 aangebracht. Volgens de onderhavige uitvinding verloopt de dichtheid 30 van het blok minerale wol in de richting dwars op de richting van de wandconstructie van een lage waarde van circa 35 kg/m3 aan de binnenzijde naar een hoge waarde van circa 65 kg/m3 aan de buitenzijde. Dit verloop is continu om discontinuïteiten, in het bijzonder in het krachten-35 verloop te vermijden. Verder is bij deze configuratie de dichtheid vanaf de binnenzijde tot aan de lengte van de neuzen 4 de dichtheid hoofdzakelijk constant op de lage waarde.

1012302 6

Hierdoor is het mogelijk de plaat minerale wol gemakkelijk achter de neuzen tot in de cassettes te voegen.

In figuur 2 is een grafiek weergegeven van de 5 dichtheid. Hieruit blijkt dat over een totale lengte van ongeveer 90 mm, zijnde de dikte van de neuzen 4, de dichtheid nagenoeg constant is. Daarna loopt de dichtheid volgens een continue kromme op naar de voorkeurswaarde van 65 kg/m3.

10 Hiermee worden de voordelen verkregen die in de aanhef zijn toegelicht.

1012302

Claims (8)

1. Wand, omvattende een hoofdzakelijk van 5 plaatmateriaal vervaardigde binnenhuid en een hoofdzakelijk van plaatmateriaal vervaardigde buitenhuid, waarbij: - een van minerale wol vervaardigde isolatielaag tussen de binnenhuid en de buitenhuid is geplaatst, - de binnenhuid is voorzien van op regelmatige 10 afstanden geplaatste, naar het inwendige van de wand gerichte neuzen, - de neuzen door middel van puntvormige verbindingen zijn verbonden met de buitenhuid, en - de neuzen op afstand van de buitenhuid zijn 15 gelegen, met het kenmerk, dat de isolatielaag aan de buitenzijde een grotere dichtheid heeft dan aan de binnenzijde, en dat de puntvormige verbindingen zijn ingericht voor het opnemen van krachten in de richting paral-20 lel aan het vlak van de wand.

2. Wand volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de dichtheid van de laag van minerale wol continu verloopt van een kleine dichtheid aan de binnenhuid naar een grote dichtheid aan de buitenhuid.

3. Wand volgens conclusie l of 2, met het kenmerk, dat aan de binnenzijde de dichtheid over een aanzienlijk deel van de totale afstand tot de buitenzijde nagenoeg constant is.

4. Wand volgens conclusie 3, met het kenmerk, 30 dat het deel met nagenoeg constante dichtheid zich uit- strekt tot aan de neuzen.

5. Wand volgens een van de conclusies 1-4, met het kenmerk, dat de kleine dichtheid ligt in het gebied tussen 30 en 40 kg/m3.

6. Wand volgens een van de conclusies 1-5, met het kenmerk, dat de grote dichtheid ligt in het gebied tussen 55 en 85 kg/m3. λ λ i 2 3 0 2 « ·

7. Wand volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de grote dichtheid ligt in het gebied tussen 65 en 75 kg/m3.

8. Wand volgens een van de voorafgaande conclu-5 sies, met het kenmerk, dat de specifieke vezelrichting van de minerale wol zich dwars op het hoofdvlak van de wand uitstrekt. 1012302