NL1008861C2

NL1008861C2 - Dormer.

Info

Publication number: NL1008861C2
Application number: NL1008861A
Authority: NL
Inventors: Johannes Matthijs Koelink; Daniel Johannes Van Eijk
Original assignee: Ubbink Nederland Bv
Priority date: 1998-04-09
Filing date: 1998-04-09
Publication date: 1999-10-12
Also published as: DE69920313D1; EP0949388A1; DE69920313T2; EP0949388B1

Description

Dakkapel.Dormer.

De uitvinding heeft betrekking op een dakkapel.The invention relates to a dormer.

Dakkapellen zijn in velerlei vormen bekend. Zij worden geplaatst op hellende daken om de ruimte onder die daken te vergroten en tegelijkertijd een venster te ver-5 schaffen, dat vaak voorzien is van een open te zetten raam.Dormers are known in many forms. They are placed on sloping roofs to increase the space under those roofs and at the same time provide a window, which often includes an openable window.

Dakkapellen bestaan in geprefabriceerde uitvoering, maar worden doorgaans in situ met op maat gemaakte onderdelen opgebouwd. In het bijzonder speelt hierbij een 10 rol dat de dakhelling nogal kan variëren. Zou men de afmetingen van de dakkapel niet aanpassen, dan kan het voorkomen dat het venster en de bovenwand van de dakkapel in vlakken liggen die afwijken van respectievelijk de verticaal en de horizontaal. Dergelijke aanpassingen 15 vergen veel deskundigheid en tijd.Dormers exist in a prefabricated version, but are usually built in situ with custom-made parts. In particular, it plays a role here that the roof pitch can vary quite a bit. If one does not adjust the dimensions of the dormer, it is possible that the window and the top wall of the dormer lie in planes that deviate from the vertical and the horizontal, respectively. Such adjustments require a great deal of expertise and time.

Een doel van de uitvinding is om hierin verbetering te brengen, waartoe wordt voorzien in een dakkapel omvattend een bovenwand met een voorrand en een op het dakvlak aan te sluiten, in hoofdzaak rechte achterrand, 2 0 een bovenzijde en een onderzijde, zijwanden en een voorwand, waarin een venster is opgenomen, waarbij de onderzijde van de bovenwand een gedeelte bezit, dat, gezien in een verticaal vlak van doorsnede loodrecht op de voorwand, een concave, cirkelvormige loop heeft.An object of the invention is to improve upon this, for which purpose a dormer is provided comprising a top wall with a front edge and a substantially straight rear edge to be connected to the roof surface, a top and a bottom side, side walls and a front wall incorporating a window, the underside of the top wall having a portion which, viewed in a vertical plane of section perpendicular to the front wall, has a concave, circular barrel.

25 Hierdoor heeft men vrijheid in de plaatsing van 1 0 f\ 0 w Γ, 5 2 het venster, in het bijzonder in de verticale uitrichting daarvan, zonder de afmetingen van het venster te hoeven wijzigen. Zo kan men bijvoorbeeld na daadwerkelijke plaatsing van de dakkapel, maar nog vóór plaatsing van het 5 venster, de gewenste ligging van de bovendorpel van het venster binnen het concave gedeelte van de onderzijde van de bovenwand bepalen en daarna het venster stellen onder gewenste hoek. Een afwijking in de hoek van de dakhelling van normale waarden kan zo op eenvoudige wijze voor het 10 venster gecorrigeerd worden.This gives freedom in the arrangement of the window, in particular in its vertical orientation, without having to change the dimensions of the window. For example, after the actual placement of the dormer, but even before the placement of the window, it is possible to determine the desired position of the lintel of the window within the concave part of the underside of the top wall and then adjust the window at the desired angle. A deviation in the angle of the roof pitch from normal values can thus be easily corrected for the window.

Bij voorkeur strekt het concave gedeelte zich over een hoek van tenminste 20° uit, waarbij het concave gedeelte zich op een booghoek van 35-55° van de achterrand bevindt. Hiermee bevindt het concave gedeelte zich in een 15 gebied dat aansluit op het bereik waarin de dakhellingen zich merendeels bevinden.Preferably the concave portion extends at an angle of at least 20 °, the concave portion being at an arc angle of 35-55 ° from the trailing edge. The concave part is hereby situated in an area which connects to the range in which the roof slopes are mostly located.

Bij voorkeur sluit het concave gedeelte althans nagenoeg aan op de voorrand van de bovenwand, waarbij de voorrand zich op een booghoek van meer dan 35-55° van de 20 achterrand bevindt. Hierdoor heeft men bovendien de mogelijkheid om het venster naar voren en naar boven hellend te plaatsen, bijvoorbeeld zoals bij een scheepsstuurhut. Men kan zo een beter zicht op het dichtstbijzijnde gedeelte van een tuin verkrijgen. Ook 25 wordt - in het geval van een venster op het zuiden - het geprojecteerde oppervlak dat de zonnestralen doorlaat verkleind.Preferably, the concave portion substantially connects to the leading edge of the top wall, the leading edge being at an arc angle of more than 35-55 ° from the trailing edge. This also gives the option of placing the window sloping forward and upwards, for example, as with a ship's wheelhouse. This gives a better view of the nearest part of a garden. Also, in the case of a south-facing window, the projected area that transmits the sun's rays is reduced.

Alternatief heeft men dan ook de mogelijkheid om te kiezen voor een achterwaarts gekantelde ligging van het 30 venster, waardoor de bovenwand een luifel vormt.As an alternative, it is therefore possible to opt for a rearwardly tilted position of the window, so that the top wall forms an awning.

Volgens een verdere voorkeur sluit het concave gedeelte althans nagenoeg aan op de achterrand van de bovenwand, waardoor eveneens een sterker achterwaarts gekantelde ligging van het venster mogelijk wordt.According to a further preference, the concave part connects at least substantially to the rear edge of the top wall, which also enables a more rearwardly tilted position of the window.

35 Maximale keuzevrijheid in de stand van het venster wordt verkregen indien het concave gedeelte zich althans nagenoeg van de achterrand van de bovenwand naar ^0 8 8 6 f 3 de voorrand daarvan uitstrekt.Maximum freedom of choice in the position of the window is obtained if the concave part extends at least substantially from the rear edge of the top wall to the front edge thereof.

Bij voorkeur is de bovenzijde van de bovenwand in hoofdzaak gelijk gevormd aan de onderzijde daarvan. Dit levert productietechnische voordelen, maar ook meer 5 onderscheid van de strakke dakhelling, waardoor de dakkapel een sprekend voorwerp wordt en aanpassing aan de dakhelling als onnodig wordt ervaren, hetgeen ontwerp- en installatievrijheid met zich meebrengt.Preferably, the top of the top wall is substantially equal to the bottom thereof. This provides production technical advantages, but also more distinction from the tight roof slope, making the dormer a talking object and adaptation to the roof slope is perceived as unnecessary, which entails design and installation freedom.

Bij voorkeur lopen de zijwanden in zijaanzicht 10 op de dakkapel van boven naar beneden taps toe. De zijwanden zijn daarbij bij voorkeur cirkelsegmentvormig, zoals in de vorm van een taartpunt.Preferably, the side walls are tapered from top to bottom in side view 10 on the dormer. The side walls are preferably circular segment-shaped, such as in the form of a pie slice.

Bij voorkeur is het middelpunt van het cirkel-vormige gedeelte van de onderzijde van de bovenwand gele-15 gen in het gebied van het ondereind van de zijwanden.Preferably, the center of the circular portion of the bottom of the top wall is located in the region of the bottom end of the side walls.

Bij voorkeur staan de voorrand en de achterrand van de zijwanden onder een hoek ten opzichte van elkaar die groter is dan 35-55°, zodat de voorrand opzettelijk naar voren helt en de zijwand een zijwaartse afscherming 20 kan vormen voor de ruimte direct buiten, voor het venster.Preferably, the leading edge and trailing edge of the sidewalls are angled relative to each other greater than 35-55 ° so that the leading edge is intentionally inclined forward and the sidewall can form a side shield 20 for the space immediately outside, for the window.

Volgens een verder ontwikkeling van de dakkapel volgens de uitvinding is deze voorts voorzien van een plaatsingsframe of delen daarvan voor plaatsing daartegen van een kozijn van het venster, waarbij het plaatsingsfra-25 me op verstelbare wijze bevestigd is. Hierdoor kan de bewoner zonodig achteraf de helling van het venster ver stellen. Dit kan in het bijzonder voordelig zijn bij verkoop van de woning.According to a further development of the dormer window according to the invention, it is further provided with a placing frame or parts thereof for placing against it a frame of the window, wherein the placing frame is fixed in an adjustable manner. This allows the resident to adjust the slope of the window afterwards, if necessary. This can be particularly advantageous when selling the home.

Bij voorkeur omvat het venster een raam met en 30 horizontale scharnieras, zoals een tuimelraam of een steekraam. Het kantelen van het raam kan dan niet negatief beinvloed worden door een hellende stand van het venster.Preferably, the window comprises a window with a horizontal hinge axis, such as a tilting window or a piercing frame. The tilting of the window cannot then be adversely affected by an inclined position of the window.

De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van een aantal in de bijgevoegde figuren weergegeven 35 voorbeelduitvoeringen. Getoond wordt in: figuur 1 een schematisch, perspectivisch aanzicht op een dak, waarop twee dakkapellen volgens de 1ü 0 0 £ 6 1 4 uitvinding geplaatst zijn, figuur 2 een verticale dwarsdoorsnede door een dakkapel volgens de uitvinding, bij één stand van het venster daarvan, 5 figuur 3 een verticale dwarsdoorsnede door de dakkapel van figuur 2, nu echter met het venster onder een andere hoek, en figuur 4 een verticale dwarsdoorsnede door de dakkapel van figuur 2, met weer een andere vensterhoek.The invention will now be elucidated on the basis of a number of exemplary embodiments shown in the attached figures. Figure 1 shows a schematic perspective view of a roof, on which two dormers according to the invention are placed, figure 2 shows a vertical cross section through a dormer according to the invention, at one position of its window , Figure 3 shows a vertical cross-section through the dormer of figure 2, but now with the window at a different angle, and figure 4 a vertical cross-section through the dormer of figure 2, with yet another window angle.

10 In figuur 1 is een hellend dak 14 weergegeven, waarop twee dakkapellen 1 en 10 volgens de uitvinding geplaatst zijn. De dakkapellen 1 en 10 hebben in hoofdzaak dezelfde vorm, maar in dakkapel 10 is het venster 22 voorzien van vaste ramen en is dit enigszins naar voren 15 gekanteld, waarop nog nader wordt ingegaan. In de dakkapel 1 is het vensterframe 9 verticaal opgesteld, terwijl bovendien sprake is van slechts één venster met een tuimelraam 11, dat scharniert om scharnieren 21.Figure 1 shows a sloping roof 14, on which two dormer windows 1 and 10 according to the invention are placed. The dormer windows 1 and 10 have essentially the same shape, but in the dormer window 10 the window 22 is provided with fixed windows and is tilted slightly forward, which will be discussed in more detail. In the dormer 1, the window frame 9 is arranged vertically, while in addition there is only one window with a tilting window 11 hinged around hinges 21.

De dakkapel 1 omvat twee cirkelsegmentvormige 20 zijwanden 7 en 8, met een rechte voorrand 24 en een rechte achterrand 23, die een hoek γ van in dit in voorbeeld 55° insluiten. De hoek van het dakvlak 14, in de figuren 2-4 weergegeven met a, bedraagt gewoonlijk 35 è. 55°, en is in dit voorbeeld ongeveer 45°. Bijgevolg helt de voorrand 24 25 van de zijwanden 7 en 8 naar voren. De bovenrand 25 van de zijwanden 7 en 8 is cirkelvormig, en biedt steun aan de bovenwand 2 van de dakkapel 1. De bovenwand 2 bezit een bovenoppervlak 3 en een benedenoppervlak 4, die in dit voorbeeld een gelijkvormig verloop hebben en -in dwars-30 doorsnede beschouwd- een cirkelvormige loop hebben. Bijgevolg vormt de bovenwand 2, althans het onderoppervlak 4 daarvan, een recht cirkelcilindervlak.The dormer 1 comprises two circular segment-shaped side walls 7 and 8, with a straight front edge 24 and a straight rear edge 23, which enclose an angle γ of 55 ° in this example. The angle of the roof surface 14, indicated with a in Figures 2-4, is usually 35 è. 55 °, and in this example is approximately 45 °. Consequently, the leading edge 24 of the side walls 7 and 8 slopes forward. The top edge 25 of the side walls 7 and 8 is circular, and supports the top wall 2 of the dormer 1. The top wall 2 has an upper surface 3 and a lower surface 4, which in this example have a uniform course and in transverse direction. cross-section considered - have a circular course. Consequently, the top wall 2, at least the bottom surface 4 thereof, forms a straight circular cylinder surface.

Zoals gesuggereerd is in figuur 1 kunnen de zijwanden 7 en 8 enigszins schuin naar buiten divergeren 35 ten opzichte van elkaar, in welk geval de bovenrand 25 natuurlijk niet volmaakt cirkelvormig zal zijn, wanneer het onderoppervlak 4 van de bovenwand 2 wel recht-cirkel- 10 0 8 8 6 1 5 cilindervormig is.As suggested in Figure 1, the side walls 7 and 8 may diverge slightly obliquely outward from each other, in which case the top edge 25 will of course not be perfectly circular, if the bottom surface 4 of the top wall 2 is straight-circular. 0 8 8 6 1 5 is cylindrical.

Te zien is dat de bovenwand 2 zich naar buiten toe voorbij het venster 9 uitstrekt, zodat een luifel 5 gevormd is, die de bovenbegrenzing vormt van een ruimte, 5 die naar opzij begrensd is door de uitstekende gedeelten van de zijwanden 7 en 8.It can be seen that the top wall 2 extends outwardly beyond the window 9, so that an awning 5 is formed, which forms the top boundary of a space 5 bounded laterally by the projecting portions of the side walls 7 and 8.

In figuur 2 is in doorsnede een vergelijkbare dakkapel weergegeven, met een tuimelraam 19, met scharnier 21. Op schematische wijze zijn dakpannen 16 weergegeven 10 die liggen op het dakvlak 14, waarbij bovenaan een verholen goot 27, die aangevormd is aan de bovenwand 2, tot onder de pannen 16 reikt om de overgang bovenaan tussen de dakkapel 1 en het dakvlak 14 tegen water te beschermen. Aan de onderzijde van de dakkapel vindt dit plaats door 15 middel van (lood)slabbe 26. Tevens zijn hierbij een panlat 29, tochtafdichtingsstrook 30 en isolatie 32 weergegeven.Figure 2 is a sectional view of a comparable dormer window, with a tilting window 19, with hinge 21. In a schematic manner, roof tiles 16 are shown lying on the roof surface 14, with a concealed gutter 27 at the top, which is formed on the top wall 2, extends below the tiles 16 to protect the transition at the top between the dormer 1 and the roof surface 14 against water. This takes place on the underside of the dormer by means of (lead) flashing 26. A batten 29, draft sealing strip 30 and insulation 32 are also shown.

Op schematische wijze zijn in de figuren 2-4 weergegeven de achterrand 23 en de voorrand 24 van de zijwanden 7 en 8. Verder is een ombouw 20 voor de dakope-20 ning schematisch weergegeven. Te zien is voorts een stel-frame 17, met bovendorpel en twee zijlatten die respectievelijk vast bevestigd zijn aan de bovenwand 2 en de zijwanden 7 en 8. Een raamkozijn 15 is daarna geplaatst tegen het stelframe 17 en middels schroeven 36 bevestigd aan de 25 zijwanden 7 en 8. Het stelframe 17 is in figuur 2 bij montage geplaatst in het verticale vlak V, met als gevolg dat ook het kozijn 15 verticaal gelegen is. De hoek γ tussen venstervlak en het dakvlak bedraagt bij een hoek a van 45° eveneens 45° (90°-a).Figures 2-4 show the rear edge 23 and the front edge 24 of the side walls 7 and 8. In a schematic manner, a conversion 20 for the roof opening is schematically shown. Also shown is an adjusting frame 17, with a lintel and two side slats, which are respectively fixedly attached to the top wall 2 and the side walls 7 and 8. A window frame 15 is then placed against the adjusting frame 17 and attached to the 25 side walls by means of screws 36. 7 and 8. The adjusting frame 17 in figure 2 is placed in the vertical plane V during mounting, with the result that the frame 15 is also situated vertically. The angle γ between the window surface and the roof surface is also 45 ° (90 ° -a) at an angle α of 45 °.

30 Tussen de bovendorpel 15a en het onderoppervlak 4 van de bovenwand 2 is een afdichtkit 31 aangebracht. Het stelframe 17 vormt met zijn latten tevens een afwerking. De onderdorpel 15b van het kozijn 15 is voorzien van een ronde uitsparing 33, waarin de cirkelvormige bolle boven-35 zijde 34 een opstaande afwerk- of afsluitplank 18 reikt. Deze bolle bovenzijde 34 ligt iets boven het middelpunt van de cirkel bepaald door het benedenoppervlak 4 van de C 0 I? ft ft 6 bovenwand 2. De kromming van de bolle bovenzijde of lager-vlak 34 heeft een middelpunt dat samenvalt met het middelpunt van de voornoemde cirkel van het oppervlak 4. Hierdoor kan het kozijn 15 in het verticale vlak verdraaid 5 worden om een imaginaire scharnieras S, die door het genoemde middelpunt heen gaat. Bijgevolg kan het kozijn 15 in verschillende hoeken gesteld worden, zonder dat de verticale afmeting daarvan gewijzigd hoeven te worden of met de onderdorpel in horizontale zin verplaatst hoeft te 10 worden. Deze veelzijdigheid maakt het mogelijk om, indien dat gewenst is, het venster met slechts eenvoudige ingrepen in situ verticaal te plaatsen. De bolle bovenzijde 34 van de plank 18 vormt hierbij een zeker en bepaald draaivlak, zodat de plank 18 hierbij als indicatie van de 15 ligging van het middelpunt en de onderdorpel 15b functioneert, waardoor het juist plaatsen van het stelframe vergemakkelijkt wordt. De plank 18 verschaft bovendien een afsluiting naar buiten toe.A sealing kit 31 is arranged between the top sill 15a and the bottom surface 4 of the top wall 2. The adjusting frame 17 also forms a finish with its slats. The bottom sill 15b of the frame 15 is provided with a round recess 33, into which the circular convex top 34 extends an upright finishing or closing board 18. This convex top 34 is slightly above the center of the circle defined by the bottom surface 4 of the C 0 I? ft ft 6 top wall 2. The curvature of the convex top or lower face 34 has a center that coincides with the center of the aforementioned circle of the surface 4. This allows the frame 15 to be rotated in the vertical plane about an imaginary pivot axis S, passing through said center. Consequently, the frame 15 can be adjusted at different angles, without the vertical dimension thereof having to be changed or displacing the threshold in a horizontal sense. This versatility makes it possible, if desired, to position the window vertically in situ with just simple interventions. The convex top 34 of the shelf 18 hereby forms a certain and determined turning surface, so that the shelf 18 functions as an indication of the location of the center and the sill 15b, so that the correct positioning of the adjusting frame is facilitated. The shelf 18 additionally provides an outer closure.

In figuur 3 is de situatie weergegeven waarin de 20 plaats waar de onderdorpel 15b op het bolle steunvlak 34 steunt meer naar voren verdraaid is. Het stelframe 17 heeft men eerst onder een hoek βΐ ten opzichte van de verticaal V geplaatst van ongeveer 10°. De hoek γ bedraagt dan 55°. In dit geval helt het vensterkozijn 15 dus naar 25 voren, enigszins overeenkomstig dakkapel 10 van figuur 1, zodat men een beter zicht kan hebben op de ruimte beneden, zoals een achtertuin.Figure 3 shows the situation in which the position where the sill 15b rests on the convex support surface 34 is more turned forward. The adjusting frame 17 is first placed at an angle βΐ with respect to the vertical V of approximately 10 °. The angle γ is then 55 °. Thus, in this case, the window frame 15 is inclined forward, somewhat similar to dormer 10 of Figure 1, so that one can have a better view of the space below, such as a backyard.

Het is echter ook mogelijk om het venster een van de verticaal afwijkende stand te laten innemen, zodat 30 een bijzonder effect verkregen wordt. Een tweede voorbeeld daarvan is weergegeven in figuur 4, waarin het stelframe 17 ver naar binnen verzwaaid is, en vóór het vensterkozijn 15 een diepe luifel 5 gevormd is, waarbij het onderopper-vlakgedeelte 4a buiten het venster 15 gelegen is. In dit 3 5 geval is de hoek y tussen de achterrand 23 of het dakvlak en het venster ongeveer 20° en bijgevolg de hoek β2 tussen venster 15 en de verticaal ongeveer 25°.However, it is also possible to let the window assume a position deviating from the vertical, so that a special effect is obtained. A second example thereof is shown in Figure 4, in which the adjusting frame 17 is swung far inward, and a deep awning 5 is formed in front of the window frame 15, the lower surface portion 4a of which is located outside the window 15. In this case, the angle γ between the rear edge 23 or the roof surface and the window is about 20 ° and consequently the angle β2 between window 15 and the vertical is about 25 °.

10 0*861 710 0 * 861 7

Installatiegemak wordt overigens vergroot indien de slabbe 26 met de achterrand over de bolle bovenzijde 34 van de plank 18 gelegd wordt om daarmee daarop vastgeklemd te worden door de onderdorpel 15b.Ease of installation is further increased if the bib 26 is placed with the rear edge over the convex top 34 of the shelf 18 in order to be clamped thereon by the threshold 15b.

5 Mocht de bewoner op een gegeven moment de stand van het venster wensen te wijzigen, dan kan hij na het losmaken het frame 17 het kozijn 15 verdraaien naar de gewenste stand, waarbij het oppervlak 34 een roloplegging vormt, en daarna deze delen weer vastzetten.If at any given moment the resident wishes to change the position of the window, after loosening the frame 17, he can rotate the frame 15 to the desired position, whereby the surface 34 forms a roller support, and then fix these parts again.

10 G C ? 5 t10 G C? 5 t

Claims

1. Dormer comprising a top wall with a front edge and a substantially straight rear edge to be connected to the roof surface, a top and a bottom side, side walls and a front wall, in which a window is included, the bottom side of the top wall being section which, viewed in a vertical plane of section perpendicular to the front wall, has a concave, circular barrel.

2. Dormer window as claimed in claim 1, wherein the concave part extends at an angle of at least 20 °, the concave part being located at an arc angle of 35-55 ° from the rear edge.

3. Dormer window according to claim 1 or 2, wherein the concave part at least substantially adjoins the front edge of the top wall, the front edge being at an arc angle of more than 35-55 ° from the rear edge.

A dormer window according to claim 1, 2 or 3, wherein the concave part connects at least substantially to the rear edge of the top wall.

A dormer window according to any one of claims 1 to 4, wherein the concave portion extends at least substantially from the rear edge of the top wall to the front edge thereof.

A dormer window according to any one of claims 1 to 5, 25, wherein the top side of the top wall is substantially equal to the bottom side thereof.

A dormer window according to any one of the preceding claims, wherein the side walls are tapered from top to bottom in side view of the dormer window.

A dormer window according to claim 7, wherein the side walls are circular segmented.

9. Dormer window with the center of the circular portion of the bottom of the top wall being in the region of the bottom end of the side walls.

10. Dormer window as claimed in claim 8 or 9, wherein the front edge and the rear edge of the side walls mutually enclose an angle greater than 35-55 °.

11. Dormer window as claimed in any of the foregoing claims, further provided with a placing frame or parts thereof for placing against it a frame of the window, wherein the placing frame is fixed in an adjustable manner.

Dormer window according to any one of the preceding claims, wherein the window comprises a window with a horizontal pivot axis, such as a pivot window or a window frame.

13. Dormer window comprising one or more of the characterizing measures described in the description and / or shown in the drawings. -o-o-o-o-o-o-o- AF / KP n o a a?