NL1008689C2 - Magneetanker. - Google Patents

Description

ί* ''Λ > 985096/RB/jke

Korte aanduiding: Magneetanker

De onderhavige uitvinding heeft in de eerste plaats betrekking op een magneetanker, tenminste omvattende een ankerlichaam uit magnetisch- of magnetiseerbaar materiaal, welk ankerlichaam een kanaal met één open uiteinde omvat, waarbij in het kanaal een 5 dichtingsmiddelensamenstel is opgenomen, welk dichtingsmiddelensa-menstel tenminste een verplaatsbaar dichtingselement, veermiddelen en een versterkingsonderdeel omvat, waarbij het verplaatsbare dichtingselement onder tussenkomst van het versterkingsonderdeel door de veermiddelen onder voorspanning tegen een aanslag in 10 het kanaal nabij het open uiteinde van het kanaal wordt gehouden.

Een dergelijk magneetanker is algemeen bekend en wordt, gebruikt als af sluitlichaam in een elektromagnetisch te bedienen afsluiter. Hierbij kan worden gedacht aan toepassingen in rem-systemen zogenaamde ABS (Anti Blokkeer Systemen) en veersysteem 15 van voertuigen.

Dergelijke magneetankers en in het bijzonder de daarin opgenomen onderdelen van het dichtingsmiddelensamenstel bezitten betrekkelijk geringe afmetingen. Het dichtingselement is onder voorspanning in het kanaal verplaatsbaar, zodat wanneer met een 20 dergelijk anker een toe- respectievelijk afvoeropening in een afsluiter wordt gesloten, de sluitkracht niet door de elektromagnetische kracht, doch door de veerspanning van de veermiddelen wordt bepaald.

De aanwezigheid van elk onderdeel in het anker is zeer 25 belangrijk voor een juiste werking van het anker.

Tijdens assemblage van een dergelijk magneetanker worden tot op heden de betreffende onderdelen van het dichtingsmiddelensamenstel achtereenvolgens in het kanaal gebracht, te weten allereerst de veermiddelen, vervolgens het versterkingsonderdeel 30 en tenslotte het dichtingselement. Veelal wordt een schroefveer als veermiddelen toegepast, een metalen busje dat over de veer wordt geschoven als versterkingsonderdeel en een rubber schijfje als dichtingselement. Vervolgens wordt het samenstel onder opspan-' ning van de veer in het kanaal opgesloten. Hiertoe wordt 35 bijvoorbeeld het uiteinde enigszins omgefelst, of geklonken of wordt er een ringvormig kapje geplaatst. Bij gebruik kan het dichtingselement tegen de door de veer aangelegde voorspanning 1008689 2 enigszins in het kanaal worden bewogen. Deze verplaatsing heeft dus een zelfterugstellend karakter.

j In de praktijk blijkt de door de industrie vereiste zekerheid omtrent het aanwezig zijn van de betreffende onderdelen van het ! 5 dichtingsmiddelensamenstel in het anker steeds toe te nemen, i In de praktijk is het geven van een waarborg, dat alle onderdelen aanwezig zijn nagenoeg onmogelijk, omdat na assemblage van een • anker een en ander niet meer te controleren is. De assemblage j van magneetankers is om bovengenoemde redenen in hoofdzaak niet 10 te automatiseren en daarom in de praktijk zeer dikwijls een handmatig en dus zeer kostbaar proces.

" De onderhavige uitvinding beoogt voor bovengenoemd probleem - een oplossing te verschaffen en bezit daartoe als kenmerk dat het dichtingsmiddelensamenstel als een één geheel vormend” 15 dichtingsmiddelensamenstel met onderling tenminste tijdens " assemblage van het magneetanker gekoppelde onderdelen, in het kanaal is ingebracht.

Door de onderdelen van het dichtingsmiddelen samenstel vooraf met elkaar te koppelen kan het samenstel als één geheel worden 20 ingebracht en voorafgaand aan het inbrengen geschikt worden gecontroleerd op aanwezigheid van alle onderdelen. Hierdoor wordt een nagenoeg 100% zekerheid voor wat betreft de aanwezigheid van alle onderdelen gewaarborgd.

Opgemerkt wordt dat het gesloten uiteinde van het kanaal 25 eveneens een vast in de opening van genoemd uiteinde bevestigd dichtingselement kan omvatten, dat eventueel eveneens onder tussenkomst van een aanvullend versterkingsonderdeel met de veermiddelen kan samenwerken.

De uitvinding verschaft voorts een magneetanker, tenminste 30 omvattende een ankerlichaam uit magnetisch of magnetiseerbaar materiaal, welk ankerlichaam een kanaal met twee open uiteinden omvat, waarbij in het kanaal een dichtingsmiddelensamenstel is opgenomen, welke dichtingsmiddelensamenstel tenminste een eerste verplaatsbaar dichtingselement, een tweede dichtingselelement, 35 veermiddelen en twee versterkingsonderdelen omvat, waarbij het verplaatsbare dichtingselelement onder tussenkomst van een eerste versterkingsonderdeel door de veermiddelen onder voorspanning tegen een aanslag in het kanaal, nabij het ene open uiteinde van het kanaal wordt gehouden terwijl het andere dichtingselement 40 in het andere uiteinde van het kanaal aanwezig is, welk 31008669 i- 3 dichtingselement onder tussenkomst van een tweede versterkingson-derdeel eveneens met de veermiddelen samenwerkt. Dit magneetanker bezit volgens de uitvinding het kenmerk dat het dichtingsmiddelensamenstel als een één geheel vormend 5 dichtingsmiddelensamenstel met onderling tenminste tijdens assemblage van het magneetanker gekoppelde onderdelen, in het kanaal is ingebracht.

Het tweede dichtingselement kan in de praktijk op verschillende manieren worden uitgevoerd. Zo kan dit 10 dichtingselement een vast dichtingselement element zijn dat niet beweegbaar is bevestigd. Ook kan dit tweede dichtingselement een onder voorspanning van de veermiddelen verplaatsbaar dichtingselement overeenkomstig het eerste dichtingselement zijn, dat eveneens onder voorspanning aanligt tegen een aanslag” 15 in het kanaal nabij het betreffende uiteinde daarvan.

De wij ze waarop de onderdelen van het dichtingsmiddelensamenstel met elkaar zijn gekoppeld, tenminste voorafgaand aan assemblage, kan op velerlei wijze worden uitgevoerd. Hierbij kan worden gedacht aan lijmen, lassen etc. Een mechanische 20 koppeling bezit echter de voorkeur. Met bijzondere voorkeur omvatten de veermiddelen een schroefveer, omvatten de dichtings-elementen een schijfvormig dichtingselement met een centraal uitsteeksel, welk uitsteeksel een snapverbinding met het betreffende uiteinde van de schroefveer kan aangaan. Het centrale 25 uitsteeksel kan hiertoe bijvoorbeeld een rondgaande verdikking omvatten.

Het is geen vereiste dat de koppeling tussen de onderdelen van het dichtingsmiddelensamenstel na inbrengen daarvan in het kanaal van het anker blijft bestaan. Het zou in bepaalde gevallen 30 de voorkeur kunnen hebben dat de onderdelen na inbrengen ten opzichte van elkaar kunnen bewegen.

Met voordeel omvatten de versterkingsonderdelen een verster-kingsring, die tussen de betreffende dichtingselementen en de veermiddelen is opgenomen.

35 Dichtingselementen worden in de praktijk dikwijls uit rubberachtige materialen vervaardigd. Een metalen schroefveer zal wanneer er geen versterkingsonderdeel aanwezig is in het element slijten ("vreten"). Afgezien van schroefveren zijn vanzelfsprekend ook andere veermiddelen denkbaar. Voorbeelden 40 van geschikte rubberachtige materialen voor de dichtingselementen 1 008689 4 zijn thermoplastische materialen, rubbers zoals NBR, HNBR en FKM.

Tijdens vervaardiging van het dichtingsmiddelensamenstel kan volgens de uitvinding op eenvoudige wijze een en ander 5 gemonteerd worden door de onderdelen aan elkaar te snappen.

Een versterkingsring kan over een uitsteeksel van een dichtingselement worden gelegd, waarna het dichtingselement met een schroefveer kan worden verbonden door snappen.

In een bijzondere uitvoeringsvorm vormen de verster-10 kingsonderdelen een geheel met de dichtingselementen. Hierbij kan worden gedacht aan bijvoorbeeld een kunststof versterkingson-derdeel dat rond het uitsteeksel van een schijfvormig dichtingselement is gevormd, bijvoorbeeld door spuitgieten of dergelijke. De uitvinding verschaft voorts een dichtingsmiddelensamenstel-15 kennelijk bestemd voor een magneetanker met één open uiteinde en een dichtingsmiddelensamenstel kennelijk bestemd voor een magneetanker met een kanaal met twee open uiteinden.

Voorts verschaft de uitvinding een dichtingselement kennelijk bestemd voor een dichtingsmiddelensamenstel volgens de uitvinding. 20 De uitvinding verschaft bovendien een werkwijze voor het assembleren van een magneetanker volgens de uitvinding, welke werkwij ze wordt gekenmerkt, doordat een dichtingsmiddelensamenstel 1 volgens de uitvinding als een geheel in het kanaal van het anker i wordt ingebracht en daarin wordt opgesloten, onder opspanning | 25 van de veermiddelen.

| Ook hier betreft het dichtingsmiddelensamenstel opnieuw een ! dichtingsmiddelensamenstel voor een anker met een kanaal met één respectievelijk twee open uiteinden.

Tenslotte verschaft de uitvinding een elektromagnetische 30 afsluiter welke een magneetanker volgens de uitvinding omvat.

In het navolgende zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening, daarin toont:

Fig. 1 een schematisch aanzicht van een elektromagnetische afsluiter met een magneetanker; 35 - Fig. 2 een doorsnede van een magneetanker met een kanaal met twee open uiteinden;

Fig. 3 een doorsnede van een magneetanker met een kanaal met een open uiteinde;

Fig. 4 een doorsnede van een gewijzigde uitvoeringsvorm van 40 een magneetanker volgens de uitvinding dat twee open uiteinden E1 008689 5 omvat; en

Fig. 5 een doorsnede van een dichtingsmiddelensamenstel volgens de uitvinding voor een magneetanker met een kanaal met twee open uiteinden.

5 In fig. 1 is met 1 een elektromagnetische afsluiter aangegeven, welke een toevoerkanaal 2 en twee afvoerkanalen 3 en 4 omvat. Met 5 is een elektromagnetische spoel aangegeven en met 6 een magneetanker. Het magneetanker omvat, zoals verderop zal worden toegelicht, een onder voorspanning verplaatsbaar 10 dichtingselement, dat in fig. 1 aan de bovenzijde is aangegeven en een vast ingeklemd dichtingselement dat in fig. lhier aan de onderzijde is aangegeven. Tussen de dichtingselementen is een schroefveer aanwezig die dient voor het onder voorspanning houden van het bovenste verplaatsbare dichtingselement. In de" 15 in de figuur getoonde toestand is het afvoerkanaal 3 gesloten en het afvoerkanaal 2 geopend. Derhalve kan fluïdum via kanaal 4 naar kanaal 2 stromen. Wanneer de elektromagnetische spoel 5 wordt bekrachtigd, zal het anker 6 naar beneden worden bewogen en de afvoer 2 afsluiten en de afvoer 3 openen. Het zal duidelijk 20 zijn dat vele varianten van toepassingen van dergelijke magneetankers voor gemiddelde deskundigen duidelijk zijn.

In fig. 2 is een magneetanker 7 volgens de uitvinding getoond, omvattende een ankerlichaam 8 met daarin een kanaal 9 met twee open uiteinden 10 en 11. In het kanaal zijn twee dichtingselemen-25 ten te weten een verplaatsbaar dichtingselement 12 en een vast bevestigd dichtingselement 13 aanwezig alsmede een schroefveer 14 die onder tussenkomst van een metalen afdekkapje 15 met het verplaatsbare dichtingselement 12 samenwerkt en onder tussenkomst van een metalen schijfje 16 samenwerkt met het vast bevestigde 30 dichtingselement 13.

Het dichtingselement 13 is opgenomen tussen een omgefelste kraag 17 en een schouder 18 in de wand van het kanaal 9.

Het dichtingselement 12 ligt met een geringe voorspanning aan tegen een naar binnen gerichte kraag 19 en kan bij gebruik 35 enigszins in het kanaal worden bewogen tegen de spanning van de veer 14 in.

Volgens de uitvinding waren de onderdelen van het dichtingsmiddelensamenstel, omvattende het dichtingselement 12, het afdekkapje 15, de veer 14, het metalen schijfje 16 en het 40 dichtingselement 13 tenminste tijdens het inbrengen in het kanaal 1008689 6 9 met elkaar gekoppeld. Daarbij werd het samenstel als geheel via de onderzijde in de door de pijl aangegeven richting in het kanaal 9 gebracht, waarna de veer 14 werd opgespannen, en de rand 17 werd omgefelst, teneinde het samenstel op te sluiten 1 5 en het dichtingselement 13 vast te bevestigen.

Het zal duidelijk zijn dat een belangrijk voordeel van de ! uitvinding is dat het gehele dichtingsmiddelensamenstel vooraf op aanwezigheid van alle onderdelen kan worden gecontroleerd, - waarna dit als geheel in het kanaal 9 kan worden ingebracht.

10 Hierdoor wordt de zekerheid omtrent de aanwezigheid van de betreffende onderdelen zeer aanzienlijk verhoogd.

In fig. 3 is een uitvoeringsvorm van een anker volgens de uitvinding getoond, waarbij het kanaal 9 slechts één open uiteinde 10 omvat. In dit geval omvat het dichtingsmiddelensamenstel de" 15 veer 14, het afdekkapje 15 en het verplaatsbare dichtingselement ] 12. Het dichtingsmiddelensamenstel is in deze uitvoeringsvorm in de richting van de aangegeven pijl vanaf de bovenzijde ingebracht, waarna een afsluitkap 20 het geheel op zijn plaats in het kanaal 9 houdt.

20 In fig.4 is een gewijzigde uitvoeringsvorm van het magneetanker 7 volgens fig. 2 met twee open uiteinden getoond, Waarbij in beide uiteinden door de veer 14 onder voorspanning verplaatsbare dichtingselementen 12, 31 zijn opgenomen. Het verplaatsbare dichtingselement 31 is in het uiteinde 11 aanwezig 25 en omvat als versterkingselement eveneens een metalen afdekkapje 32. Net als in fig. 3 is er een rand 33 omgefelst teneinde het onderste dichtingselement 31 in het kanaal 9 te houden.

De wij ze waarop de betreffende onderdelen van het dichtingsmiddelensamenstel volgens de uitvinding zijn gekoppeld tijdens 30 assemblage is niet zeer kritisch, doch een zeer voordelige uitvoeringsvorm daarvan is in fig. 4 getoond.

In fig. 4 is het dichtingsmiddelensamenstel schematisch met 21 aangegeven. Deze voordelige uitvoeringsvorm omvat een dichtingselement 22, een versterkingsring 23, een veer 24, een 35 tweede versterkingsring 25 en een tweede dichtingselement 26. Het zal duidelijk zijn dat deze uitvoering van het dichtingsmiddelensamenstel bestemd is voor een anker volgens fig. 2. Door het dichtingselement 26 en de versterkingsring 25 weg te laten, kan het geheel geschikt worden gemaakt voor een anker volgens fig. 40 3, doch eveneens voor een anker volgens fig. 2, waarbij het dich- ‘1 ®1 0 0868 9 7 tingselement 13 en het versterkingsplaatje 16 afzonderlijk worden ingebracht en geen onderdeel vormen van het dichtingsmiddelensa-menstel. Met andere woorden in het geval waarin het gesloten uiteinde van het kanaal 9 wordt gevormd door een vast dichtings-5 element.

De dichtingselementen 22 en 26 omvatten een centraal uitsteeksel, respectievelijk 27 en 28, dat een rondgaande verdikking 29 respectievelijk 30 omvat, die een snapverbinding met de veer 24 kan aangaan.

10 De versterkingsringen 23 en 25 kunnen als één geheel met de betreffende dichtingselementen 22 en 26 worden uitgevoerd, bijvoorbeeld gezamenlijk door spuitgieten worden vervaardigd, dan wel afzonderlijke onderdelen zijn.

De versterkingsring 23 omvat een rok 34 die ervoor dient' 15 om tijdens gebruik, wanneer het dichtingselement 22 zich verplaatst dit voortdurend zeer goed te positioneren ten opzichte van de veer 14. Bij voorkeur omvatten in het dichtingsmiddelensamenstel 21 volgens de uitvinding in het geval waarin er twee verplaatsbare dichtingselementen aanwezig zijn 20 zoals in fig. 4, beide versterkingonderdelen een ring overeenkomstig de ring 23 uit fig. 5.

In het bijzonder omvatten de versterkingsringen 23 en 25 metalen ringen. Door deze ringen over de uitsteeksels 27 respectievelijk 28 te schuiven en vervolgens de uitsteeksels in 2 5 de uiteinden van de veer 24 te snappen, wordt een dichting smiddelensamens tel volgens de uitvinding verkregen zoals getoond in fig. 4.

In dit dichtingsmiddelensamenstel zijn alle onderdelen met elkaar gekoppeld, zodat voorafgaand aan montage daarvan in een 30 kanaal van een anker dit gemakkelijk kan worden gecontroleerd op de aanwezigheid van de onderdelen.

pi 008689

Claims (10)

1. Magneetanker (7), tenminste omvattende een ankerlichaam (8) uit magnetisch- of magnetiseerbaar materiaal, welk 5 ankerlichaam (8) een kanaal met één open uiteinde (10) omvat, waarbij in het kanaal (9) een dichtingsmiddelensamen-stel (21) is opgenomen, welk dichtingsmiddelensamenstel (21) tenminste een verplaatsbaar dichtingselement (12; 22), veermiddelen (14; 24) en een versterkingsonderdeel (15; 23) 10 omvat, waarbij het verplaatsbare dichtingselement (12; 22) onder tussenkomst van het versterkingsonderdeel (15; 23) door de veermiddelen (14; 24) onder voorspanning tegen een aanslag (19; 20) in het kanaal nabij het open uiteinde (10) van het kanaal (9) wordt gehouden, met het kenmerk, dat het 15 dichtingsmiddelensamenstel (21) als een één geheel vormend dichtingsmiddelensamenstel (21) met onderling tenminste tijdens assemblage van het magneetanker (7) gekoppelde onderdelen, in het kanaal (9) is ingebracht.

2. Magneetanker (7), tenminste omvattende een ankerlichaam (8) uit magnetisch- of magnetiseerbaar materiaal, welk ankerlichaam (8) een kanaal (9) met twee open uiteinden (10, 11) omvat, waarbij in het kanaal (9) een dichtingsmiddelensamenstel (21) is opgenomen, welk dichtingsmiddelensamenstel 25 (21) tenminste een eerste verplaatsbaar dichtingselement (12; 22), een tweede dichtingselement (13; 26; 31), ; veermiddelen (14; 24) en twee versterkingsonderdelen (15, 16; 23, 25; 32) omvat, waarbij het verplaatsbare | dichtingselement (12; 22) onder tussenkomst van een eerste 3. versterkingsonderdeel (15; 23) door de veermiddelen (14; 24) onder voorspanning tegen een aanslag (19; 20) in het kanaal (9) nabij het ene open uiteinde (10) van het kanaal (9) wordt gehouden, terwijl het andere dichtingselement (13; 26; 31) in het andere uiteinde (11) van het kanaal (1) aanwezig 35 is, welk dichtingselement (13; 26; 31) onder tussenkomst va'n een tweede versterkingsonderdeel (16; 25; 32) eveneens met de veermiddelen (14; 24) samenwerkt, met het kenmerk, dat het dichtingsmiddelensamenstel (21) als een één geheel vormend dichtingsmiddelensamenstel (21) met onderling 40 tenminste tijdens assemblage van het magneetanker (7) 100868 9 gekoppelde onderdelen, in het kanaal (9) is ingebracht.

3. Magneetanker volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de veermiddelen een schroefveer (24) omvatten, en dat de 5 dichtingselementen een schijfvormig dichtingselement (22, 26. omvatten met een centraal uitsteeksel (27, 28), welk uitsteeksel (27, 28) een snapverbinding met het betreffende uiteinde van de schroefveer (24) kan aangaan.

4. Magneetanker volgens een of meer van de conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de versterkingsonderdelen een verster-kingsring (23, 25) omvatten, die tussen het betreffende dichtingselement (22, 26) en de veermiddelen (24) is opgenomen. 15

5. Magneetanker volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de versterkingsonderdelen (15, 16, 32; 23, 25) een geheel vormen met het dichtingselement (12, 13, 31; 22; 26). 20

6. Dichtingsmiddelensamenstel kennelijk bestemd voor een magneetanker volgens een of meer van de conclusies 1, 3-5.

7. Dichtingsmiddelensamenstel kennelijk bestemd voor een 25 magneetanker volgens een of meer van de conclusies 2-5.

8. Dichtingselement kennelijk bestemd voor een dichtingsmiddelensamenstel volgens conclusie 7 of 8.

9. Werkwijze voor het assembleren van een magneetanker, volgens een of meer van de conclusies 1-5, met het kenmerk, dat een dichtingsmiddelensamenstel (21) volgens conclusie 6 of 7 als een geheel in een kanaal (9) van het anker (7) wordt ingebracht en daarin wordt opgesloten, onder opspan-35 ning van de veermiddelen (14; 24).

10. Elektromagnetische afsluiter (1) omvattende een magneetanker (7) volgens een of meer van de conclusies 1-5. 008689