NL1008540C2 - Inrichting voorzien van biometrische informatie voor de identificatie van een dier. - Google Patents

Inrichting voorzien van biometrische informatie voor de identificatie van een dier. Download PDF

Info

Publication number
NL1008540C2
NL1008540C2 NL1008540A NL1008540A NL1008540C2 NL 1008540 C2 NL1008540 C2 NL 1008540C2 NL 1008540 A NL1008540 A NL 1008540A NL 1008540 A NL1008540 A NL 1008540A NL 1008540 C2 NL1008540 C2 NL 1008540C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
animal
transponder
biometric information
information
identification code
Prior art date
Application number
NL1008540A
Other languages
English (en)
Inventor
Anton Kuip
Eduard Marie Postma
Original Assignee
Nedap Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Nedap Nv filed Critical Nedap Nv
Priority to NL1008540A priority Critical patent/NL1008540C2/nl
Priority to EP99200689A priority patent/EP0941655A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1008540C2 publication Critical patent/NL1008540C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K11/00Marking of animals
    • A01K11/001Ear-tags
    • A01K11/004Ear-tags with electronic identification means, e.g. transponders
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K11/00Marking of animals
    • A01K11/006Automatic identification systems for animals, e.g. electronic devices, transponders for animals

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Birds (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Measurement Of The Respiration, Hearing Ability, Form, And Blood Characteristics Of Living Organisms (AREA)

Description

Titel: Inrichting voorzien van biometrische informatie voor de identificatie van een dier.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting zoals een elektronisch oormerk, een elektronisch implantaat of een elektronische bolus voor de identificatie van een dier, waarbij de inrichting is voorzien van een behuizing 5 en een in de behuizing opgenomen transponder waarin informatie van het dier is opgeslagen, waarbij de opgeslagen informatie met behulp van een elektromagnetisch ondervraagveld kan worden uitgelezen en waarbij in gebruik de inrichting aan het dier is toegevoegd 10 De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het identificeerbaar maken van een dier waarbij het dier wordt voorzien van een inrichting zoals een elektronisch oormerk, een elektronisch implantaat of een elektronische bolus, waarbij de inrichting een 15 behuizing en een in de behuizing opgenomen transponder omvat waarbij de transponder wordt voorzien van informatie van het dier.
Voorts heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze om te verifiëren of een dier is voorzien van een 20 juiste inrichting zoals hierboven genoemd.
De uitvinding heeft eveneens betrekking op een systeem voorzien van tenminste een inrichting zoals hierboven genoemd waarbij, in gebruik, de inrichting aan een dier is of wordt toegevoegd.
25 Een dergelijke inrichting is op zich bekend en wordt veelvuldig toegepast voor het identificeren van bijvoorbeeld koeien, geiten, schapen en ander vee. De in de transponder opgeslagen informatie bestaat veelal uit levensnummers die aan het dier worden toegevoegd. Het dier 30 behoudt in dat geval gedurende zijn hele leven het betreffende levensnummer. Dit levensnummer wordt gebruikt om het levensverloop van het dier te registreren. Zo kan bijvoorbeeld worden bijgehouden waar het dier in het verleden is geweest. Tevens kan andere informatie over het 1008540 2 dier zoals het ziekteverloop gerelateerd aan het levensnummer worden geregistreerd. Deze informatie kan bijvoorbeeld in een centrale databank worden bewaakt.
Het is belangrijk dat het met behulp van de genoemde 5 inrichting, zoals een elektronisch oormerk, elektronisch implantaat of elektronische bolus identificeren van het dier betrouwbaar is. Dit brengt met zich dat het uitgesloten moet zijn dat per ongeluk of met opzet de inrichting wordt toegevoegd aan een verkeerd dier, zonder 10 dat dit duidelijk wordt. In het bijzonder wanneer de , inrichting is uitgevoerd als een oormerk, is deze zekerheid moeilijk te verschaffen. Met andere woorden, het oormerk is - fraudegevoelig. Het is immers niet moeilijk het oormerk bij een dier te verwijderen en het dier te voorzien van een 15 ander oormerk. Het verwijderde oormerk kan dan eventueel - bij een ander dier worden toegepast. In dat geval ontstaat een situatie waarbij de ware identiteit van tenminste één dier verloren gaat. Het zal duidelijk zijn dat dergelijke situaties moeten worden uitgesloten met name wanneer men 20 zich realiseert dat hierdoor verkeerde conclusies kunnen worden getrokken ten aanzien van de verspreiding van ziektes, zoals BSE die bij de dieren kunnen voorkomen.
De uitvinding beoogt derhalve een inrichting te verschaffen die de bovengeschetste nadelen geheel 25 ondervangt. De inrichting volgens de uitvinding is dienovereenkomstig gekenmerkt in dat, de in de transponder opgeslagen informatie, biometrische informatie van het dier omvat.
Om te controleren of de inrichting inderdaad bij het 30 dier behoort, kan met behulp van het elektromagnetisch ondervraagveld de biometrische informatie uit de transponder worden gelezen. Deze biometrische informatie kan worden vergeleken met biometrische informatie die direct bij het dier is en/of wordt bepaald. Indien deze 35 biometrische informatie overeenkomt, kan worden vastgesteld dat de inrichting inderdaad bij het dier behoort. Indien de | 1008540 ï ___ 3 inrichting bijvoorbeeld bestaat uit een oormerk, kan het oormerk zijn voorzien van een identificatiecode die zichtbaar op de behuizing is aangebracht. Het is dan dus mogelijk direct de ware identiteit van het dier vast te 5 stellen. Men weet dan tevens dat de identificatiecode de juiste code is, omdat de biometrische informatie van de transponder immers overeenstemt met de biometrische informatie van het dier.
Uiteraard is het eveneens mogelijk dat de 10 identificatiecode in de transponder is opgeslagen. In dat geval kan de identificatiecode met behulp van het ondervraagveld worden uitgelezen. Dit laatste zal in ieder geval gebeuren wanneer de inrichting is uitgevoerd als een elektronische bolus of een elektronisch implantaat.
15 De genoemde biometrische informatie kan bijvoorbeeld informatie over een iris, een netvlies, het DNA, het gebit, een (warmte) stralingspatroon, een neusafdruk en/of andere meetbare karakteristieke eigenschappen van het dier omvatten.
20 De werkwijze voor het identificeerbaar maken van een dier wordt volgens de uitvinding gekenm^'Hct- in dat biometrische informatie van het dier in de transponder wordt opgeslagen zodat de biometrische informatie later uit de transponder kan worden gelezen om te controleren of het 25 dier is voorzien van de bij het dier behorende juiste inrichting.
De werkwijze om te verifiëren of een dier van een juiste inrichting is voorzien wordt gekenmerkt in dat de biometrische informatie bij de transponder wordt uitgelezen 30 en vervolgens wordt vergeleken met biometrische informatie die rechtstreeks bij het dier is en/of wordt bepaald.
Indien in de transponder tevens de identificatiecode van het dier is opgeslagen, wordt deze bij voorkeur ook uitgelezen zodat behalve een verificatie ook een 35 identificatie wordt uitgevoerd.
1008540 4
Het genoemde systeem volgens de uitvinding is verder voorzien van een sensor voor het rechtstreeks bepalen van biometrische informatie bij het dier, een zender- en ontvangereenheid voor het met behulp van een 5 elektromagnetisch ondervraagveld uitlezen van de in de transponder opgeslagen biometrische informatie en een computer voor het vergelijken van de met behulp van de ! sensor verkregen biometrische informatie met de bij de transponder uitgelezen biometrische informatie en voor het 10 genereren van een vergelijkingssignaal dat de uitkomst van de genoemde vergelijking representeert, i Hierbij wordt derhalve op automatische wijze geverifieerd of de inrichting inderdaad aan het juiste dier is toegevoegd. In het bijzonder zijn de genoemde middelen : 15 tevens ingericht om de identificatiecode uit de transponder te lezen. Het systeem maakt het derhalve ook mogelijk om de identificatie van het dier op geheel automatische wijze uit te voeren.
De uitvinding heeft eveneens betrekking op een 20 systeem dat verder is voorzien van een sensor voor het rechtstreeks bepalen van biometrische informatie bij het dier, een zender- en ontvangereenheid voor het genereren van een elektromagnetisch ondervraagveld en een computer die niet de sensor en de zender- en ontvangereenheid is 25 verbonden waarbij, in gebruik voor het identificeerbaar maken van het dier, met behulp van de sensor biometrische informatie rechtstreeks bij het dier wordt bepaald en aan de computer wordt toegevoerd, waarbij de computer de zender- en ontvangereenheid dusdanig aanstuurt dat de 30 rechtstreeks bepaalde biometrische informatie met behulp van het door de zender- en ontvangereenheid gegenereerde ondervraagveld in de transponder wordt geschreven.
De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. Hierin toont: 35 figuur 1 een systeem volgens de uitvinding dat is voorzien van een inrichting zoals een elektronisch oormerk, 1008540 5 een elektronisch implantaat of een elektronische bolus volgens de uitvinding.
In figuur 1 is met referentienummer 1 een inrichting zoals een elektronisch oormerk, een elektronisch implantaat 5 of een elektronische bolus volgens de uitvinding aangeduid. De inrichting is voorzien van een behuizing 2 en een in de behuizing 2 opgenomen transponder 4. De transponder 4 is van een algemeen bekend type en kan zowel zijn uitgevoerd als een actieve als een passieve transponder.
10 In de transponder 4 is informatie opgeslagen. Deze informatie kan met behulp van een elektromagnetisch ondervraagveld worden uitgelezen.
Indien de inrichting 2 is uitgevoerd als een elektronisch oormerk wordt de inrichting aan een dier 3 15 toegevoegd door deze te bevestigen aan het oor van het dier. Een dergelijke situatie is eveneens in figuur 1 getoond. Indien de inrichting 2 is uitgevoerd als een elektronisch implantaat wordt deze aan het dier 3 toegevoegd door de inrichting onderhuids bij het dier in te 20 planten. Tenslotte kan de inrichting 2 zijn uitgevoerd als een elektronische bolus. In dat geval wordt de inrichting aan het dier 3 toegevoegd door de bolus in een maag van het dier te brengen.
' Volgens een aspect van de uitvinding omvat de 25 informatie die in de inrichting is opgeslagen in ieder geval biometrische informatie van het dier. Deze biometrische informatie kan informatie omvatten over bijvoorbeeld een iris, een netvlies, het DNA, het gebit, een (warmte) stralingspatroon zoals bijvoorbeeld een 30 infrarood afbeelding van de kop, een neusafdruk en/of andere meetbare karakteristieke eigenschappen van het dier.
De uitvinding is derhalve dus niet beperkt tot de hiervoor gegeven voorbeelden van biometrische informatie.
De inrichting kan als volgt worden toegepast. Om te 35 verifiëren of het dier is voorzien van de juiste inrichting wordt de biometrische informatie bij de transponder 1°08540 6 uitgelezen. Vervolgens wordt deze biometrische informatie vergeleken met biometrische informatie die rechtstreeks bij het dier is en/of wordt bepaald. Indien de biometrische informatie die afkomstig is van de transponder overeenkomt 5 met de biometrische informatie die rechtstreeks bij het dier is bepaald, betekent dit dat het dier is voorzien van de juiste inrichting. Indien de biometrische informatie niet met elkaar overeenkomt, betekent dit dat het dier is voorzien van een onjuiste inrichting en kan eventueel een 10 nader onderzoek worden ingesteld. Indien de inrichting bijvoorbeeld is uitgevoerd als een oormerk kan een identificatiecode van het dier zichtbaar bij het oormerk zijn aangebracht. Dit betekent dat na de genoemde verificatie met zekerheid de identiteit van het dier kan 15 worden bepaald. Ook is het mogelijk dat de informatie die is opgeslagen in de transponder tevens een ~ identificatiecode zoals een levensnummer van het dier omvat. In dat geval kan voor het bepalen van de identiteit van het dier tevens de identificatiecode bij de tansponder 20 worden uitgelezen. Behalve een verificatie wordt dan ook f een identificatie uitgevoerd.
Alvorens de bovengenoemde werkwijze kan worden uitgevoerd, dienen overeenkomstig de uitvinding eerst andere stappen te worden ondernomen. De uitvinding heeft 25 dan ook betrekking op een werkwijze voor het identificeerbaar maken van een dier, waarbij het dier wordt voorzien van de hierboven genoemde inrichting. Tevens wordt biometrische informatie van het dier in de transponder opgeslagen, zodat de biometrische informatie later uit de 30 transponder kan worden gelezen om te controleren of het dier is voorzien van de bij het dier behorende juiste inrichting. In het bijzonder wordt de inrichting voorzien van de biometrische informatie voordat de inrichting aan het dier wordt toegevoerd. Het is echter tevens mogelijk 35 dat de inrichting wordt voorzien van de biometrische informatie nadat de inrichting aan het dier is toegevoerd.
1008540 7
De biometrische informatie kan rechtstreeks met behulp van een sensor bij het dier worden bepaald en vervolgens op op zich bekende in de transponder worden opgeslagen. Hierna kan zoals besproken worden geverifieerd of het dier is 5 voorzien van de juiste inrichting en kan ook desgewenst de identiteit van het dier worden vastgesteld.
Een systeem om te verifiëren of een dier is voorzien van een juiste inrichting, voor het bepalen van de identiteit van het dier en voor het identificeerbaar maken 10 van een dier zal hierna aan de hand van figuur 1 worden besproken.
Het systeem 5 volgens figuur 1 voor het verifiëren of dieren van een juiste transponder zijn voorzien, is in dit voorbeeld voorzien van een station 6 omvattende een 15 zender- en ontvangereenheid 7 voor het genereren van een elektromagnetisch ondervraagveld met behulp waarvan de transponder kan worden uitgelezen. In gebruik wordt derhalve met behulp van de zender- en ontvangereenheid de biometrische informatie uit de transponder 4 gelezen. Deze 20 biometrische informatie wordt door de zender- en ontvangereenheid 7 ontvangen en in dit voorbeeld aan een computer 8 van het station 6 toegevoerd. De verkregen biometrische informatie kan bijvoorbeeld op een display 10 worden afgebeeld. Tevens wordt de biometrische informatie 25 rechtstreeks bij het dier 3 bepaald. Door de rechtstreeks bij het dier 3 bepaalde biometrische informatie te vergelijken met de biometrische informatie die bij de transponder 4 is uitgelezen, kan worden geverifieerd of het dier is voorzien van de juiste inrichting. Indien de 30 vergeleken informatie met elkaar overeenstemt, is het dier 3 voorzien van de juiste inrichting. Komt de vergeleken informatie niet overeen dat is het dier blijkbaar niet voorzien van de juiste transponder. Het rechtstreeks bepalen van de biometrische informatie bij het dier kan, 35 afhankelijk van het type biometrische informatie op verschillende manieren worden uitgevoerd. Wanneer het gaat 1008540 8 om DNA kan een stukje huid van het dier worden verwijderd. Vervolgens kan op op zich bekende wijze de DNA-structuur worden vastgesteld. Daarna kan deze structuur worden vergeleken met de biometrische informatie die op een 5 display 10 van het station 6 staat afgebeeld.
Andere biometrische informatie, zoals informatie i over het gebit van het dier, kan bijvoorbeeld met het blote oog worden bepaald. Iemand kan derhalve direct constateren of de informatie over het gebit dat op het display 10 staat 10 afgebeeld overeenkomt met het gebit van het dier. Iets dergelijks geldt voor de biometrische informatie over een neusafdruk. Een neusafdruk kan op op zich bekende wijze worden bepaald. De neusafdruk kan bijvoorbeeld worden verkregen op een vergelijkbare wijze waarop een 15 vingerafdruk wordt verkregen. Ook hierbij is het mogelijk direct met het oog vast te stellen of de neusafdruk overeenkomt met de afbeelding op het display 10. Eventueel kan de biometrische informatie over de iris met behulp van een videocamera worden opgenomen en afgebeeld op een 20 videodisplay. Een geoefende gebruiker kan dan controleren of de aldus rechtstreeks verkregen biometrische informatie overeenkomt met de biometrische informatie die op het display 10 staat afgebeeld.
Het is echter eveneens mogelijk om het systeem 25 geheel te automatiseren. In dit voorbeeld is het station 6 hiertoe verder voorzien van een sensor 12 die eveneens met de computer 8 is verbonden. De sensor 12 kan bijvoorbeeld bestaan uit een videocamera of een DNA-analyse-eenheid. In ieder geval is de sensor 12 dusdanig ingericht dat deze 30 rechtstreeks de betreffende biometrische informatie bij het dier kan bepalen. Deze biometrische informatie wordt aan de computer 8 toegevoerd. De computer 8 vergelijkt de rechtstreeks verkregen biometrische informatie met de biometrische informatie die met behulp van de zender- en 35 ontvangereenheid 7 uit de transponder 4 is gelezen. De computer genereert vervolgens een signaal dat de uitkomst 1008540 9 van de vergelijking representeert. Zo kan het signaal bijvoorbeeld aangeven dat de biometrische informatie (binnen vooraf bepaalde nauwe grenzen) hetzelfde is, dan wel dat de biometrische informatie van elkaar verschilt. In 5 het laatste geval betekent dit dat de inrichting 1 niet aan het juiste dier is toegevoegd, met andere woorden de inrichting en het dier behoren niet bij elkaar. Er kan dan een verder onderzoek worden ingesteld naar de ware identiteit van het dier. Wanneer de biometrische informatie 10 wel overeenkomt, betekent dit dat aan het dier de juiste inrichting met de juiste identificatiecode is toegevoegd.
De identificatiecode zelf kan zoals gezegd bijvoorbeeld zichtbaar op de inrichting 1 zijn aangebracht. In het geval dat de inrichting is uitgevoerd als een 15 elektronisch oormerk kan deze dan direct worden afgelezen. Indien de identificatiecode in de transponder is opgeslagen, kan deze eveneens met behulp van de zender- en ontvangereenheid 7 worden uitgelezen en eventueel worden afgebeeld op het display 10. Het systeem is dan ook 20 geschikt om de identiteit van het dier te bepalen. Tevens kan dan op het display worden aangegeven of de biometrische informatie overeenkomt. Op dat moment is direct bekend of de juiste identificatiecode is afgebeeld. De computer kan ook dusdanig worden ingericht dat de identificatiecode 25 alleen dan wordt afgebeeld wanneer de biometrische informatie van de transponder en de rechtstreeks van het dier bepaalde biometrische informatie overeenstemmen.
Dergelijke varianten worden elk geacht binnen het kader van de uitvinding te vallen.
30 Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm van de inrichting is de transponder tevens ingericht om met behulp van het elektromagnetisch ondervraagveld nieuwe informatie in de transponder op te slaan, welke nieuwe informatie eveneens weer uit de transponder kan worden gelezen met 35 behulp van het elektromagnetisch ondervraagveld.
1 o 0 8 5 4 Q
10
Wanneer de inrichting aan het dier wordt toegevoegd, kan zoals gezegd op op zich bekende wijze de biometrische informatie rechtstreeks bij het dier worden bepaald. Vervolgens wordt deze biometrische informatie met behulp 5 van het elektromagnetisch ondervraagveld opgeslagen in de transponder om in een later stadium, wanneer controle noodzakelijk is, weer te worden uitgelezen. Het moment waarop de biometrische informatie in de transponder wordt opgeslagen, kan variëren. Dit kan gebeuren voordat de 10 inrichting aan het dier wordt toegevoegd, maar het kan ook gebeuren nadat de inrichting aan het dier is toegevoegd. In i , het geval van het oormerk kan deze bijvoorbeeld eerst aan het oor van het dier worden bevestigd. Vervolgens kan bijvoorbeeld de neusafdruk van het dier worden bepaald en 15 worden opgeslagen in de transponder. Het station 5 is in dit voorbeeld eveneens ingericht om met behulp van de zender- en ontvangereenheid 7 nieuwe informatie in de transponder te schrijven. Hiervan kan gebruik worden gemaakt voor het identificeerbaar maken van het dier 20 wanneer het dier nog niet is voorzien van een inrichting met een transponder waarin biometrische informatie van het dier is opgeslagen. Hiertoe wordt met behulp van de sensor 12 biometrische informatie rechtstreeks bij het betreffende dier 'bepaald. Deze biometrische informatie wordt aan de 25 computer 8 doorgegeven. De computer 8 stuurt vervolgens de zender- en ontvangereenheid 7 dusdanig aan dat de zenderen ontvangereenheid 6 een elektromagnetisch ondervraagveld genereert met behulp waarvan de rechtstreeks bepaalde biometrische informatie in de transponder 4 van de 30 inrichting 2 wordt opgeslagen. De inrichting 2 kan op dit moment al aan het dier zijn toegevoegd dan wel hierna aan het dier worden toegevoegd. Uiteindelijk is het dier voorzien van de inrichting 2 waarbij in de transponder 4 van de inrichting 2 biometrische informatie van het dier is 35 opgeslagen. Tevens kan de computer 8 de zender- en ontvangereenheid dusdanig aansturen dat een i 1008540 11 identificatiecode van het dier in de transponder wordt opgeslagen. Deze identificatiecode kan via een invoereenheid 14 die met de computer 8 is gekoppeld bij het station 6 worden ingevoerd. Het station 6 is in dat geval 5 derhalve geschikt om in combinatie biometrische informatie en een identificatiecode van het dier in de transponder 4 van de inrichting 2 op te slaan. Voor het schrijven van nieuwe informatie (zoals nieuwe biometrische informatie en/of een nieuwe identificatiecode) in de transponder 4 kan 10 op op zich bekende wijze gebruik gemaakt worden van autorisatiecodes en authenticatiecodes. Zonder deze codes is het niet mogelijk nieuwe informatie in de transponder op te slaan.
In dit voorbeeld is het station 6 ingericht om zowel 15 biometrische informatie en eventueel een identificatiecode uit de transponder 4 te lezen alsook om biometrische informatie en eventueel een identificatiecode in de transponder 4 op te slaan. De uitvinding heeft echter eveneens betrekking op een station 6 dat alleen is 20 ingericht om biometrische informatie, die met behulp van de sensor 12 rechtstreeks bij een dier is •"erkregen, eventueel tezamen met een identificatiecode van het dier in de transponder 4 van de inrichting 2 op te slaan. Een dergélijk station wordt derhalve alleen toegepast voor het 25 identificeerbaar maken van het dier.
In dit voorbeeld is het station 5 voorzien van een zender- en ontvangereenheid 7. Het is echter eveneens denkbaar dat met behulp van andere lees/schrijfmiddelen informatie in de transponder 4 wordt opgeslagen en/of uit 30 de transponder 4 wordt uitgelezen. De transponder kan zijn voorzien van een ROM-geheugen, een EPROM geheugen, een write-once-geheugen etc. Het schrijven in het geheugen kan worden bestuurd middels een autorisatiecode of authenticatiecode.
35 Ook is het mogelijk dat de computer 8 is gekoppeld met een centrale databank waarin verdere informatie van het 100ÖO40 12 dier is opgeslagen. Het systeem kan zijn voorzien van een groot aantal stations 6 die elk zijn voorzien van een zender- en ontvangereenheid 7, een computer 8, een display 10 en een sensor 12 zoals hiervoor omschreven. Elk van deze 5 stations kunnen zijn gekoppeld met de centrale databank. In de centrale databank kan dan tevens worden bijgehouden bij welk station en op welk moment de identificatiecode van het betreffende dier is vastgesteld. Op deze wijze kan worden bijgehouden waar het dier in het verleden is geweest.
10 Dergelijke varianten worden elk geacht binnen het kader van de uitvinding te vallen.
1008540

Claims (20)

1. Inrichting zoals een elektronisch oormerk, een elektronisch implantaat of een elektronische bolus voor de identificatie van een dier, waarbij de inrichting is voorzien van een behuizing en een in de behuizing 5 opgenomen transponder waarin informatie van het dier is opgeslagen, waarbij de opgeslagen informatie met behulp van een elektromagnetisch ondervraagveld kan worden uitgelezen en waarbij in gebruik de inrichting aan het dier is toegevoegd, met het kenmerk, dat de in de 10 transponder opgeslagen informatie, biometrische informatie van het dier omvat.
2. Inrichting volgens conclusie l, met het kenmerk, dat de biometrische informatie, informatie over bijvoorbeeld een iris, een netvlies, het DNA, het gebit, een (warmte) 15 stralingspatroon, een neusafdruk en/of andere meetbare karakteristieke eigenschappen van het dier omvat.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de transponder is uitgevoerd als een actieve of passieve transponder.
4. Inrichting volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat’ de transponder tevens is ingericht om met behulp van het elektromagnetisch ondervraagveld nieuwe informatie in de transponder op te slaan, welke nieuwe informatie eveneens weer uit de transponder kan worden gelezen met 25 behulp van het elektromagnetisch ondervraagveld.
5. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de in de transponder opgeslagen informatie tevens een identificatiecode van het dier omvat.
6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting tevens is voorzien van tenminste een identificatiecode van het dier die zichtbaar bij de inrichting is aangebracht. 1008540
7. Werkwijze voor het identificeerbaar maken van een dier waarbij het dier wordt voorzien van een inrichting zoals een elektronisch oormerk, een elektronisch implantaat of een elektronische bolus, waarbij de inrichting een 5 behuizing en een in de behuizing opgenomen transponder omvat en waarbij de inrichting wordt voorzien van informatie van het dier, met het kenmerk, dat biometrische informatie van het dier in de transponder wordt opgeslagen zodat de biometrische informatie later 10 uit de transponder kan worden gelezen om te controleren of het dier is voorzien van de bij het dier behorende ] juiste inrichting.
8. Werkwijze volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de biometrische informatie, informatie over bijvoorbeeld een ~ 15 iris, een netvlies, het DNA, het gebit, een (warmte) stralingspatroon, een neusafdruk en/of andere meetbare ^ karakteristieke eigenschappen van het dier omvat.
9. Werkwijze volgens conclusie 7 of 8, met het kenmerk, dat de inrichting wordt voorzien van de biometrische 20 informatie voordat de inrichting aan het dier wordt toegevoegd.
10. Werkwijze volgens conclusie 7 of 8, met het kenmerk, dat de inrichting wordt voorzien van de biometrische informatie nadat de inrichting aan het dier is 25 toegevoegd.
11. Werkwijze om te verifiëren of een dier is voorzien van een juiste inrichting volgens een der conclusies 1-6, met het kenmerk, dat de biometrische informatie bij de transponder wordt uitgelezen en vervolgens wordt 30 vergeleken met biometrische informatie die rechtstreeks bij het dier is en/of wordt bepaald.
12. Werkwijze volgens conclusie 11 waarbij gebruik wordt gemaakt van een inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat voor het bepalen van de identiteit van het 35 dier tevens de identificatiecode bij de transponder wordt uitgelezen. ] 1 008540
13. Systeem voorzien van tenminste een inrichting volgens een der conclusies 1-6 waarbij, in gebruik, de inrichting aan een dier is toegevoegd, met het kenmerk, dat het systeem verder is voorzien van een sensor voor het 5 rechtstreeks bepalen van biometrische informatie bij het dier, een zender- en ontvangereenheid voor het met behulp van een elektromagnetisch ondervraagveld uitlezen van de in de transponder opgeslagen biometrische informatie en een computer voor het vergelijken van de met behulp van 10 de sensor verkregen biometrische informatie met de bij de transponder uitgelezen biometrische informatie en voor het genereren van een vergelijkingssignaal dat de uitkomst van de genoemde vergelijking representeert.
14. Systeem volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de 15 in de transponder opgeslagen informatie tevens een identificatiecode van het dier omvat waarbij het systeem tevens is ingericht om met behulp van de zender- en ontvangereenheid de identificatiecode uit de transponder te lezen.
15. Systeem volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de computer aan de hand van het vergelijkingssignaal bepaalt of de identificatiecode bij het dier behoort.
16. Systeem volgens conclusie 13, 14 of 15, met het kenmerk, dat de transponder tevens is ingericht om met 25 behulp van het elektromagnetisch ondervraagveld nieuwe informatie in de transponder op te slaan, welke nieuwe informatie eveneens weer uit de transponder kan worden gelezen met behulp van het elektromagnetisch ondervraagveld waarbij het systeem verder is ingericht om 30 met behulp van het door de zender- en ontvangereenheid gegenereerde elektromagnetisch ondervraagveld nieuwe informatie in de transponder op te slaan.
17. Systeem volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de nieuwe informatie biometrische informatie omvat die met 35 behulp van de sensor rechtstreeks is bepaald bij een dier 1 008540 dat identificeerbaar moet worden gemaakt met behulp van de inrichting.
18. Systeem volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat de j nieuwe informatie tevens een identificatiecode van het 5 laatst genoemde dier omvat.
19. Systeem voorzien van tenminste een inrichting volgens conclusie 4 waarbij, in gebruik, de inrichting aan een dier wordt toegevoegd, met het kenmerk, dat het systeem verder is voorzien van een sensor voor het rechtstreeks Λ 10 bepalen van biometrische informatie bij het dier, een zender- en ontvangereenheid voor het genereren van een elektromagnetisch ondervraagveld en een computer die met de sensor en de zender- en ontvangereenheid is verbonden waarbij, in gebruik voor het identificeerbaar maken van 15 het dier, met behulp van de sensor biometrische ; informatie rechtstreeks bij het dier wordt bepaald en aan de computer wordt toegevoerd, waarbij de computer de zender- en ontvangereenheid dusdanig aanstuurt dat de rechtstreeks bepaalde biometrische informatie met behulp 20 van het door de zender- en ontvangereenheid gegenereerde ondervraagveld in de transponder wordt opgeslagen.
20. Systeem volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat het systeem tevens is ingericht om behalve biometrische informatie ook een identificatiecode van het dier in de 25 transponder op te slaan. 1008540
NL1008540A 1998-03-09 1998-03-09 Inrichting voorzien van biometrische informatie voor de identificatie van een dier. NL1008540C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1008540A NL1008540C2 (nl) 1998-03-09 1998-03-09 Inrichting voorzien van biometrische informatie voor de identificatie van een dier.
EP99200689A EP0941655A1 (en) 1998-03-09 1999-03-09 Device provided with biometric information for the identification of an animal

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1008540 1998-03-09
NL1008540A NL1008540C2 (nl) 1998-03-09 1998-03-09 Inrichting voorzien van biometrische informatie voor de identificatie van een dier.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1008540C2 true NL1008540C2 (nl) 1999-09-10

Family

ID=19766703

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1008540A NL1008540C2 (nl) 1998-03-09 1998-03-09 Inrichting voorzien van biometrische informatie voor de identificatie van een dier.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP0941655A1 (nl)
NL (1) NL1008540C2 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2012074378A1 (en) 2010-12-01 2012-06-07 Ique Rfid Technologies B.V. Rfid transponder

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE19829034A1 (de) * 1998-06-30 2000-01-05 Eberhard Manz Verfahren zum Nachweis der Abstammung und/oder zur Identifizierung von Tieren oder von biologischem Material
GB2437250C (en) * 2006-04-18 2012-08-15 Iti Scotland Ltd Method and system for monitoring the condition of livestock
GB0716333D0 (en) 2007-08-22 2007-10-03 White Spark Holdings Ltd Method and apparatus for the automatic grading of condition of livestock

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1993005648A1 (en) * 1991-09-13 1993-04-01 Rodney Arthur Stafford Electronic animal identification system
EP0646313A1 (en) * 1993-03-26 1995-04-05 Surge Miyawaki Co., Ltd. Internal type individual identification apparatus for animals
DE19626093A1 (de) * 1995-06-30 1997-01-02 Bio Medic Data Systems Inc Implantierbarer Transponder und verbessertes Zusammenbauverfahren

Family Cites Families (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE19629531C2 (de) * 1996-07-22 2001-03-01 Ralph Paetsch Tieridentifikationsvorrichtung
DE19726938A1 (de) * 1997-06-25 1999-01-07 Bernhard Bruene Verfahren zur Identifikation von Tieren und Anlage

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1993005648A1 (en) * 1991-09-13 1993-04-01 Rodney Arthur Stafford Electronic animal identification system
EP0646313A1 (en) * 1993-03-26 1995-04-05 Surge Miyawaki Co., Ltd. Internal type individual identification apparatus for animals
DE19626093A1 (de) * 1995-06-30 1997-01-02 Bio Medic Data Systems Inc Implantierbarer Transponder und verbessertes Zusammenbauverfahren

Non-Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
PIRKELMANN H ET AL: "IMPLANTIERTE CHIPS SICHERN DIE IDENTITAET", LANDTECHNIK, vol. 45, no. 10, 1 October 1990 (1990-10-01), pages 379 - 382, XP000166021 *
WOUTERS P ET AL: "IMPLANTABLE BIOTELEMETRY DEVICES FOR ANIMAL MONITORING AND IDENTIFICATION", PROCEEDINGS OF THE ANNUAL INTERNATIONAL CONFERENCE OF THE ENGINEERI IN MEDICINE AND BIOLOGY SOCIETY, PARIS, OCT. 29 - NOV. 1, 1992, vol. 6, no. CONF. 14, 29 October 1992 (1992-10-29), MORUCCI J P;PLONSEY R; COATRIEUX J L; SWAMY LAXMINARAYAN, pages 2665 - 2666, XP000347066 *

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2012074378A1 (en) 2010-12-01 2012-06-07 Ique Rfid Technologies B.V. Rfid transponder

Also Published As

Publication number Publication date
EP0941655A1 (en) 1999-09-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1011509C2 (nl) Werkwijze voor het biometrisch indentificeren van dieren.
KR100944172B1 (ko) 생체 인증 방법 및 생체 인증 시스템
US6081607A (en) Animal body identifying device and body identifying system
KR100194987B1 (ko) 입출 감시 시스템
US6028528A (en) Apparatus and methods for managing transfers of video recording media used for surveillance from vehicles
US11917981B2 (en) Apparatus for identifying an animal
EP0310603B1 (en) Method and apparatus for verifying identity
CN111402470B (zh) 一种农资管控系统及其方法
US7236614B2 (en) Device, system, and method for identifying living bodies and renewing registration data
US10368530B2 (en) Method, system, and apparatus for determining location of animals in competitive environments
CN107257985A (zh) 使用多个传感技术的自动资产管理系统
KR100544241B1 (ko) 출국 접수 시스템, 출국 심사 시스템, 출국 심사 방법,여권 발급 대상자 정보의 관리 방법, 출국 개찰 시스템의배치 구조, 입국 접수 시스템, 입국 개찰 시스템, 입국심사 시스템, 입국 심사 방법, 입국 개찰 시스템의 배치구조, 및 여권
US20090254464A1 (en) Time and attendance system and method
US7273170B2 (en) Verification system and program check method for verification system
US20050213796A1 (en) Multi-identification method and multi-identification apparatus
US8130265B2 (en) Method and equipment for the identification of an individual by optical capture of a body imprint image
NL1008540C2 (nl) Inrichting voorzien van biometrische informatie voor de identificatie van een dier.
EP2624205A1 (en) Registration program, registration device, and registration method
GB2402242A (en) Inventory tracking by monitoring logging out of items and sensing removal of items.
CN109727411A (zh) 基于人脸识别、扫码认证、人体感应的借书系统
JP4820593B2 (ja) 本人認証方法及び本人認証システム
AU2021316252A1 (en) Casino system, casino item, and method of providing casino items
NL1030841C2 (nl) Parkeerinrichting.
CN112700182A (zh) 仓库提货身份鉴别方法、装置、计算机设备和存储介质
JP5745790B2 (ja) 入退出管理システム

Legal Events

Date Code Title Description
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20041001