NL1008078C2

NL1008078C2 - Installation on a ventilation cam formed from ridge tiles.

Info

Publication number: NL1008078C2
Application number: NL1008078A
Authority: NL
Inventors: Jan Kaemper
Original assignee: Ossenberg Schule & Soehne
Priority date: 1997-01-23
Filing date: 1998-01-21
Publication date: 1998-07-27
Also published as: CZ348397A3; DE19702273C1; FR2758581B1; PL322867A1; GB2321480A; DK120597A; FR2758581A1; GB9726405D0; GB2321480B

Description

Korte aanduiding: Inrichting aan een uit nokpannen ge vormde ventilatienok.Short indication: Device on a ventilation cam formed from ridge tiles.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting aan een uit nokpannen gevormde ventilatienok, waarbij op de wijze van een halfronde goot schubachtig over elkaar 5 grijpend gelegde nokpannen in het overlappingsgebied een ventilatiespleet met ongeveer sikkelvormige dwarsdoor-snedevormen.The invention relates to a device on a ventilation cam formed from ridge tiles, in which, in the manner of a semicircular gutter, cam tiles overlapping one another overlapping each other in the overlapping area have a ventilation gap with approximately sickle-shaped cross-sectional shapes.

Het is in de stand van de techniek bekend zogenaamde ventilatienokken te vormen. Daartoe worden op een 10 noklat van de dakstoel nokpannen, die op de wijze van een halfronde goot zijn uitgevoerd, schubachtig over elkaar grijpend gelegd. Voor het vastzetten van de telkens in het overlappingsgebied bovenliggende einde van de betreffende nokpan wordt daarbij vaak een nokklem 15 toegepast. Deze wordt aan de noklat vastgespijkerd. De nokklem heeft aan zijn vrije, niet aan de noklat bevestigde einddeel een U-vormig klembeugeldeel, waarbij in dit U-vormige klembeugeldeel het einde van de bovenliggende nokpan geschoven kan worden, zodat deze vast op 20 zijn plaats gehouden wordt. Kenmerkend voor een dergelijke ventilatienok is, dat in het overlappingsgebied van de nokpannen een ventilatiespleet gevormd wordt, die een ongeveer sikkelvormige dwarsdoorsnede heeft. Een dergelijke constructie is voor de ventilatie van de dak-25 huid vereist. Nadelig bij een dergelijke constructie is, dat in toenemende mate vogels in de ventilatiespleet dringen en onder de nokpannen gaan nestelen. Dit is ongewenst aangezien de vogels de ventilatiespleet geheel of gedeeltelijk afsluiten, waarbij bovendien door het 30 nestmateriaal en door af val of uitwerpselen van de vogels een verontreiniging in het niet bereikbare gebied plaatsvindt.It is known in the prior art to form so-called ventilation cams. For this purpose, cam tiles, which are designed in the manner of a semicircular gutter, are placed on a ridge bar of the roof chair, overlapping each other. A cam clamp 15 is often used for securing the end of the respective ridge tile in each case overlapping in the overlapping region. This is nailed to the stud. The ridge clamp has a U-shaped clamping bracket part at its free end part which is not attached to the ridge bar, wherein the end of the overlying ridge tile can be slid into this U-shaped clamping bracket part, so that it is held firmly in place. A characteristic of such a ventilation cam is that a ventilation gap is formed in the overlapping area of the ridge tiles, which has an approximately sickle-shaped cross-section. Such a construction is required for the ventilation of the roof skin. A disadvantage of such a construction is that birds increasingly penetrate the ventilation gap and nest under the ridge tiles. This is undesirable since the birds completely or partially close off the ventilation gap, whereby contamination also takes place in the inaccessible area due to the nesting material and the birds falling off or droppings.

Uitgaande van deze stand van de techniek heeft de uitvinding tot doel een inrichting van het aan het begin 1008078 2 genoemde type te verschaffen, waarbij het nestelen van vogels in de ventilatiespleet vermeden wordt.Starting from this prior art, the object of the invention is to provide a device of the type mentioned at the beginning 1008078 2, wherein the nesting of birds in the ventilation gap is avoided.

Voor het bereiken van dit doel wordt voorgesteld, dat vóór de ventilatiespleet of in de monding van de 5 ventilatiespleet een ongeveer aan de dwarsdoorsnedevorm van de ventilatiespleet aangepast afsluitmiddel kan worden aangebracht, welk afsluitmiddel vormstabiel is en meerdere ventilatie-openingen heeft of in de gemonteerde toestand met de omgevende nokpandelen ventilatie-openin-10 gen vormt, en dat de ventilatie-openingen in dwarsdoorsnede kleiner zijn dan een invliegopening voor kleine vogels.To achieve this aim, it is proposed that before the ventilation gap or in the mouth of the ventilation gap a closing means approximately adapted to the cross-sectional shape of the ventilation gap can be applied, which closing means is dimensionally stable and has several ventilation openings or in the mounted condition with the surrounding ridge panels forming ventilation openings, and that the cross-section ventilation openings are smaller than a fly-in opening for small birds.

Door het aanbrengen van een dergelijk afsluitmiddel wordt verhinderd, dat vogels in de ventilatiespleet kun-15 nen gaan nestelen. De afmeting van de overblijvende ventilatie-openingen is daarbij kleiner dan 25 mm. Het is bekend, dat kleine vogels, zoals bijvoorbeeld mezen, vliegenvangers of boomklevers invliegopeningen van ten minste 26 mm nodig hebben. De ventilatie-openingen van 20 het afsluitmiddel moeten daarom kleiner dan dergelijke noodzakelijke invliegopeningen voor kleine vogels zijn.The provision of such a closing means prevents birds from nesting in the ventilation gap. The size of the remaining ventilation openings is smaller than 25 mm. It is known that small birds, such as, for example, tits, flycatchers or nuthatches, need entry openings of at least 26 mm. The ventilation openings of the closing means must therefore be smaller than such necessary entrance openings for small birds.

Bij een inrichting, waarbij de bovenliggende nokpan vast op zijn plaats wordt gehouden door een aan de nok-lat bevestigbare nokklem, die met een U-vormig klembeu-25 geldeel op de voorrand van de nokpan gestoken kan worden, is er bij voorkeur in voorzien, dat het afsluitmiddel met een vasthoudmiddel aan het U-vormige klembeugel-deel bevestigd kan worden.In a device where the overhead ridge tile is held securely in place by a cam lath attachable to the lath lath, which can be inserted with a U-shaped clamping bracket member on the leading edge of the ridge tile, it is preferably provided that the closing means can be attached to the U-shaped clamping bracket part with a holding means.

Hierdoor is het vasthoudmiddel op eenvoudige wijze 30 aan het klembeugeldeel van de nokklem te bevestigen en wordt het aldus vast op zijn plaats gehouden, waarbij het aanbrengen ook naderhand, dus bij reeds gelegde ven-tilatienokken, kan plaatsvinden, omdat het U-vormige klembeugeldeel van de nokklem ook dan toegankelijk is.This makes it possible to attach the holding means to the clamping bracket part of the cam clamp in a simple manner and thus it is held firmly in place, whereby the fitting can also take place afterwards, i.e. with already installed ventilation cams, because the U-shaped clamping bracket part of the cam clamp is then also accessible.

35 Bij een inrichting, waarbij de nokklem uit een ge vormde strook plaatmateriaal bestaat, is er bij voorkeur in voorzien, dat het vrije been van het U-vormige klem- 1008078 3 beugeldeel van de nokklem smaller is uitgevoerd dan de basis van het U-vormige klembeugeldeel, dat zich evenwijdig aan het evenwijdig aan het door de voorrand van de nokpan gevormde vlak uitstrekt, en dat het afsluit-5 middel als vasthoudmiddel een in dwarsdoorsnede ongeveer C-vormig opsteekelement heeft, dat op de basis van het U-vormige klembeugeldeel geschoven kan worden en met zijn door de dwarsdoorsnedevorm gevormde goot over de randen van de basis grijpt, die in dwarsrichting van het 10 klembeugeldeel buiten het smalle been van het klembeugeldeel uitsteken.In a device in which the cam clamp consists of a formed strip of sheet material, it is preferably provided that the free leg of the U-shaped clamping part of the cam clamp is made narrower than the base of the U- shaped clamping bracket member, which extends parallel to the parallel to the plane formed by the leading edge of the ridge tile, and that the closure means as a holding means has a cross-section approximately C-shaped plug-on element which is mounted on the base of the U-shaped clamping bracket member slidable and grasped with its trough formed by the cross-sectional shape over the edges of the base projecting transversely of the clamping clip portion beyond the narrow leg of the clamping clip portion.

Door deze uitvoering is het bij een reeds geïnstalleerde ventilatienok met nokklemmen mogelijk, op eenvoudige wijze het afsluitmiddel naderhand aan te brengen en 15 vast te zetten, doordat het af sluitmiddel met het in dwarsdoorsnede C-vormige steekelement op het bredere gebied van de basis van het U-vormige klembeugeldeel geschoven wordt. Doordat het van deze basis uitgaande vrije been van de nokklem smaller is uitgevoerd dan de 20 basis, kunnen de uitstekende randen van de basis voor het opschuiven van het C-vormige steekelement gebruikt worden. Bij voorkeur kan daarbij het steekelement krachtsluitend op de rand van de basis van het U-vormige klembeugeldeel gestoken worden.This embodiment makes it possible, in the case of an already installed ventilation cam with ridge clamps, to easily install and fix the closing means afterwards, because the closing means with the cross-section C-shaped insert element on the wider area of the base of the U-shaped clamping bracket part is slid. Because the free leg of the ridge clamp starting from this base is made narrower than the base, the protruding edges of the base can be used for sliding on the C-shaped insert element. Preferably, the plug-in element can herein be pushed onto the edge of the base of the U-shaped clamping bracket part in a positive manner.

25 Bij een inrichting waarbij de onderliggende nokpan in het overlappingsgebied een in het midden gelegen, naar de bovenliggende nokpan uitstekende neus of een uitstekende langslijst heeft, is er bij voorkeur in voorzien, dat het afsluitmiddel een uitsparing heeft, 30 zodat het afsluitmiddel op de wijze van een ruiter op de neus of de langslijst gestoken kan worden.In a device in which the underlying ridge tile in the overlapping region has a central nose projecting towards the upper ridge tile or a protruding longitudinal frame, it is preferably provided that the closing means has a recess, so that the closing means in the manner of a rider on the nose or the longitudinal frame.

Bovendien kan erin zijn voorzien, dat de ventila-tie-openingen van het afsluitmiddel worden gevormd door gaten, roosterstructuren of anders gevormde uitsparingen 35 in het als vlak element uitgevoerde afsluitmiddel.In addition, provision can be made for the ventilation openings of the closing means to be formed by holes, grating structures or other shaped recesses 35 in the closing element designed as a flat element.

1008078 41008078 4

Als alternatief of additioneel kan er ook in zijn voorzien, dat de ventilatie-openingen worden gevormd door vingerachtige elementen van het afsluitmiddel, waarvan de vrije einden in de gemonteerde stand tegen de 5 buitenmantel van de onderliggende nokpan of tegen de binnenmantel van de bovenliggende nokpan aanliggen.Alternatively or additionally, provision may also be made for the ventilation openings to be formed by finger-like elements of the closing means, the free ends of which, in the mounted position, bear against the outer jacket of the underlying ridge tile or against the inner jacket of the overhead ridge tile. .

Uitvoeringsvoorbeelden van de inrichting volgens de uitvinding zijn in de tekening weergegeven en in het hierna volgende nader beschreven. In de tekening toont: 10 fig. 1 een deel van een ventilatienok in aanzicht, fig. 2 een detail van fig. 1 van achteren gezien, fig. 3 een variant van het deel volgens fig. 2 in vooraanzicht, fig. 4 een vergrote weergave van een detail van 15 fig. 1 van achteren gezien.Examples of embodiments of the device according to the invention are shown in the drawing and described in more detail below. In the drawing: fig. 1 shows a part of a ventilation cam in elevation, fig. 2 shows a detail of fig. 1 from the rear, fig. 3 shows a variant of the part according to fig. 2 in front view, fig. 4 an enlarged view view of a detail of fig. 1 seen from behind.

In fig. 1 is een deel van een uit nokpannen 1, 2 gevormde ventilatienok getoond. De nokpannen l, 2 zijn op de wijze van een halfronde goot uitgevoerd en schub-achtig over elkaar grijpend gelegd. Zij vormen in het 20 overlappingsgebied een ventilatiespleet 4 met ongeveer sikkelvormige dwarsdoorsnede. Om te vermijden, dat via deze spleet vogels kunnen gaan nestelen, is vóór de ventilatiespleet 4 of in de monding van de ventilatiespleet 4 een ongeveer aan de dwarsdoorsnedevorm van de ventila-25 tiespleet 4 aangepast afsluitmiddel 5 aangebracht, dat vormstabiel is en meerdere ventilatie-openingen heeft, of in de gemonteerde toestand met de omgevende nokpandelen ventilatie-openingen vormt. De ventilatie-openingen zijn daarbij in dwarsdoorsnede kleiner dan een invlieg-30 opening voor kleine vogels. Bijvoorbeeld zijn deze ope-ningen kleiner dan 25 mm in dwarsdoorsnede uitgevoerd. Bij de uitvoeringsvorm, die in fig. 1 en fig. 2, alsmede in fig. 4 getoond is, worden de ventilatie-openingen gevormd door in hoofdzaak langwerpige uitsparingen, die in 35 dwarsafmeting aanzienlijk kleiner zijn dan 25 mm, terwijl ze in langsafmeting groter dan 25 mm zijn. Desalniettemin zijn ook deze openingen voldoende als be- 1008078 5 scherming tegen het nestelen van vogels, omdat dergelijke vogels ten minste een invlieggat van circa 26 mm in diameter nodig hebben.Fig. 1 shows part of a ventilation cam formed from ridge tiles 1, 2. The ridge tiles 1, 2 are designed in the manner of a semicircular gutter and are overlapping scales-like. In the overlapping region they form a ventilation gap 4 with approximately sickle-shaped cross-section. In order to prevent birds from nesting via this slit, a closing means 5 adapted approximately to the cross-sectional shape of the ventilation slit 4, which is dimensionally stable and has several ventilation elements, is arranged in front of the ventilation slit 4 or in the mouth of the ventilation slit 4. or, in the assembled state, forms ventilation openings with the surrounding ridge panels. The ventilation openings are smaller in cross section than an entrance opening for small birds. These openings are, for example, smaller than 25 mm in cross section. In the embodiment shown in Fig. 1 and Fig. 2, as well as in Fig. 4, the ventilation openings are formed by substantially elongated recesses, which are considerably smaller in transverse dimension than 25 mm, while they are larger in longitudinal dimension than 25 mm. Nevertheless, these openings are also sufficient as protection against nesting of birds, because such birds need at least an entrance hole of approximately 26 mm in diameter.

Zoals in het bijzonder in fig. 1 te zien is, wordt 5 de bovenliggende pan vast op zijn plaats gehouden door een aan de niet weergegeven noklat bevestigbare nokklem, die met een U-vormig klembeugeldeel 6 op de voorrand van de nokpan 1 gestoken is. Daarbij kan het afsluitmiddel 5 met een vasthoudmiddel 7 aan het U-vormige klembeugel-10 deel 6 bevestigd worden. In het uitvoeringsvoorbeeld bestaat de nokklem uit een gevormde strook plaatmateriaal. Het vrije been 8 van het U-vormige klembeugeldeel 6 van de nokklem is smaller uitgevoerd dan de basis 9, die zich in de ingebouwde toestand evenwijdig aan het door 15 de voorrand van de nokpan 1 gevormde of opgespannen vlak uitstrekt. Het afsluitmiddel heeft als vasthoudmiddel 7 een in dwarsdoorsnede ongeveer C-vormig steekelement 10, dat in fig. 1 en 4 van bovenaf op de basis 9 van het U-vormige klembeugeldeel 6 geschoven kan worden en met 20 zijn door de dwarsdoorsnedevorm gevormde goten over de randen 11 van de basis 9 grijpt, die in dwarsrichting van het klembeugeldeel 6 buiten het smalle been 8 van het klembeugeldeel 6 uitsteken.As can be seen in particular in Fig. 1, the top tile is held firmly in place by a cam clamp that can be attached to the not shown lath, which is inserted with a U-shaped clamping bracket part 6 on the front edge of the cam tile 1. The closing means 5 can be attached to the U-shaped clamping bracket-10 part 6 with a holding means 7. In the exemplary embodiment, the cam clamp consists of a formed strip of sheet material. The free leg 8 of the U-shaped clamping bracket part 6 of the cam clamp is made narrower than the base 9, which in the built-in condition extends parallel to the plane formed or clamped by the front edge of the cam pan 1. The closing means has as retaining means 7 a cross-section approximately C-shaped plug element 10, which in Figures 1 and 4 can be slid from above onto the base 9 of the U-shaped clamping bracket part 6 and with its troughs formed by the cross-sectional shape over the edges 11 of the base 9, which project transversely of the clamping bracket part 6 outside the narrow leg 8 of the clamping bracket part 6.

Zoals in het bijzonder in fig. l te zien is, heeft 25 de onderliggende nokpan 2 in het overlappingsgebied een in het midden gelegen, naar de bovenliggende nokpan 1 uitstekende neus 12 of een overeenkomstige uitstekende langslijst. Het afsluitmiddel 5 heeft een overeenkomstige uitsparing 13, zodat het afsluitmiddel 5 op de wijze 30 van een ruiter op de neus 12 of de langslijst gestoken kan worden, zoals in het bijzonder aan de hand van fig. 1 verduidelijkt is.As can be seen in particular in Fig. 1, the underlying ridge tile 2 in the overlapping region has a central nose 12 projecting towards the upper ridge tile 1 or a corresponding protruding longitudinal frame. The closing means 5 has a corresponding recess 13, so that the closing means 5 can be pushed onto the nose 12 or the longitudinal strip in the manner of a rider, as has been explained in particular with reference to Fig. 1.

De ventilatie-openingen van het afsluitmiddel kunnen gevormd worden door gaten, roosterstructuren of an-35 ders gevormde uitsparingen in het als vlak element uitgevoerde afsluitmiddel 5.The ventilation openings of the closing means can be formed by holes, lattice structures or other shaped recesses in the closing means 5 designed as a flat element.

10080781 610080781 6

Zij kunnen echter ook, zoals dit aan de hand van fig. 3 verduidelijkt is, gevormd worden door vingerachtige elementen 14, waarvan de vrije einden in de gemonteerde toestand tegen de buitenmantel van de onderlig-5 gende nokpan 2 of tegen de binnenmantel van de bovenliggende nokpan 1 aanliggen of slechts op geringe afstand van deze vlakken eindigen.However, they can also, as is explained with reference to Fig. 3, be formed by finger-like elements 14, the free ends of which, in the mounted state, against the outer jacket of the underlying ridge tile 2 or against the inner jacket of the upper one ridge tile 1 or finish only a short distance from these surfaces.

De inrichting volgens de uitvinding maakt op eenvoudige wijze de installatie van een betreffend afsluit-10 middel 5 mogelijk en wel zowel bij het voor het eerst aanbrengen van een ventilatienok alsmede achteraf bij reeds bestaande ventilatienokken.The device according to the invention makes it possible in a simple manner to install a respective closing means 5, both during the first installation of a ventilation cam and afterwards with already existing ventilation cams.

De uitvinding is niet tot de uitvoeringsvoorbeelden beperkt, maar binnen het kader van de openbaring op vele 15 manieren te variëren.The invention is not limited to the exemplary embodiments, but can be varied in many ways within the scope of the disclosure.

Alle nieuwe, in de beschrijving en/of tekening geopenbaarde afzonderlijke of gecombineerde kenmerken worden als wezenlijk voor de uitvinding beschouwd.All new discrete or combined features disclosed in the description and / or drawing are considered essential to the invention.

10080781008078

Claims

1. Device on a ventilation cam formed of ridge tiles, in which, in the manner of a semicircular gutter, overlapping overlapping ridge tiles in the overlapping area, a ventilation gap of approximately 5 sickle-shaped cross-section forms the feature, which is in front of the ventilation gap (4) or in the mouth of the ventilation slit (4) a closing means (5) approximately adapted to the cross-sectional shape of the ventilation slit (4) can be fitted, which closing means is dimensionally stable and has several ventilation openings or in the mounted condition with the surrounding ridge panels forms ventilation openings, and that the ventilation openings are smaller in cross-section than an entrance opening for small birds.

The device according to claim 1, wherein the top ridge tile (1) is held securely in place by a ridge clip attached to the ridge slat, which can be inserted with a U-shaped clamping bracket part (6) on the front edge of the ridge tile (1). Just as it is known, the closing means (5) can be attached to the U-shaped clamping bracket part (6) with a holding means (7).

Device as claimed in claim 2, wherein the cam clamp consists of a shaped strip of sheet material, characterized in that the free leg (8) of the U-shaped clamping bracket part (6) of the cam clamp is made narrower than the base (9) of the U-shaped clamping bracket part (6), which extends parallel to the plane formed by the front edge of the ridge tile (1), and that the closing means (5) as a holding means (7) has an approximately C-shaped cross-section has a plug-in element (10) which can be slid onto the base (9) of the U-shaped clamping bracket part (6) and grips over the edges (11) of the base (9) with its trough formed by the cross-sectional shape of the clamping bracket part (6) protrude outside the narrow leg (8) of the clamping bracket part. 1008078 '

Device as claimed in any of the claims 1-3, wherein the underlying ridge tile (2) in the overlapping region has a central nose projecting (12) to the upper ridge tile or a protruding longitudinal frame, characterized in that the closing means (5) has a recess (13), so that the closing means (5) can be pushed onto the nose (12) or the longitudinal strip in the manner of a rider.

5. Device according to any one of claims 1-4, characterized in that the ventilation openings of the closing means (5) are formed by holes, grating structures or other shaped recesses in the closing means (5) designed as a flat element.

6. Device as claimed in any of the claims 1-5, characterized in that the ventilation openings are formed by finger-like elements (14) of the closing means (5), the free ends of which are mounted in the mounted position against the outer jacket of the underlying ridge tile (2) or abut against the inner casing of the overlying ridge tile (l) 20. i u 08078