NL1007662C2 - Measuring device. - Google Patents

Measuring device. Download PDF

Info

Publication number
NL1007662C2
NL1007662C2 NL1007662A NL1007662A NL1007662C2 NL 1007662 C2 NL1007662 C2 NL 1007662C2 NL 1007662 A NL1007662 A NL 1007662A NL 1007662 A NL1007662 A NL 1007662A NL 1007662 C2 NL1007662 C2 NL 1007662C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
living
transponder
measuring
processor means
interrogation signal
Prior art date
Application number
NL1007662A
Other languages
Dutch (nl)
Inventor
Berend Andries Posthuma
Pieter Dieleman
Original Assignee
Gascoigne Melotte Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Gascoigne Melotte Bv filed Critical Gascoigne Melotte Bv
Priority to NL1007662A priority Critical patent/NL1007662C2/en
Priority to PCT/NL1998/000680 priority patent/WO1999027777A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1007662C2 publication Critical patent/NL1007662C2/en

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K11/00Marking of animals
    • A01K11/006Automatic identification systems for animals, e.g. electronic devices, transponders for animals
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01KANIMAL HUSBANDRY; AVICULTURE; APICULTURE; PISCICULTURE; FISHING; REARING OR BREEDING ANIMALS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; NEW BREEDS OF ANIMALS
    • A01K29/00Other apparatus for animal husbandry
    • A01K29/005Monitoring or measuring activity, e.g. detecting heat or mating

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Biophysics (AREA)
  • Birds (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Radar Systems Or Details Thereof (AREA)
  • Arrangements For Transmission Of Measured Signals (AREA)

Description

MeetinrichtingMeasuring device

De onderhavige uitvinding betreft een meetinrichting voor het meten van een parameter van een eerste levend wezen, omvattende 5 - een basisstation voor het uitzenden van ondervraagsignalen en het ontvangen en verwerken van gegevenssignalen; en - een eerste groep meetinstrumenten omvattende: een eerste transponder, die tijdens bedrijf bevestigd is aan het eerste levende wezen en die is ingericht om na het 10 ontvangen van een eerste ondervraagsignaal van het basis station een eerste identificatiecode te verzenden in een eerste tijdslot; eerste detectiemiddelen voor het detecteren en meten van een eerste karakteristieke parameter betreffende het eerste 15 levende wezen; en eerste processormiddelen, verbonden met de eerste detectiemiddelen, voor het ontvangen en opslaan van de eerste karakteristieke parameter.The present invention relates to a measuring device for measuring a parameter of a first living being, comprising 5 - a base station for transmitting interrogation signals and receiving and processing data signals; and - a first group of measuring instruments comprising: a first transponder, which is attached to the first living being during operation and which is arranged to transmit a first identification code in a first time slot after receiving a first interrogation signal from the base station; first detection means for detecting and measuring a first characteristic parameter concerning the first living being; and first processor means, connected to the first detection means, for receiving and storing the first characteristic parameter.

Een dergelijke meetinrichting is bekend uit EP-A-0 7^3 0^3. welke 20 een dieractiviteitsmeter beschrijft die is voorzien van middelen voor het detecteren en tellen van bewegingen die gemaakt worden door een dier, van een transponder die de tellingen van de bewegingen overzendt naar een computer via een sensor, alwaar ze uitgelezen en opgeslagen kunnen worden, en van geheugenmiddelen, waarin met een vooraf bepaalde 25 frequentie de tellingen opgeslagen worden, waarbij de tellingen in groepen uitgelezen kunnen worden. Door een dergelijke meetinrichting is het mogelijk om een activiteitspatroon vast te stellen, op basis waarvan informatie betreffende de tochtigheid en/of gezondheid van het dier afgeleid kan worden, of bijvoorbeeld bepaald kan worden of een 30 koe al dan niet gemolken moet worden.Such a measuring device is known from EP-A-0 7 ^ 3 0 ^ 3. which describes an animal activity meter provided with means for detecting and counting movements made by an animal, from a transponder which transmits the counts of the movements to a computer via a sensor, where they can be read and stored, and of memory means, in which the counts are stored with a predetermined frequency, wherein the counts can be read in groups. By such a measuring device it is possible to establish an activity pattern, on the basis of which information regarding the heat and / or health of the animal can be derived, or, for example, it can be determined whether or not a cow should be milked.

In de meeste gevallen wordt de meetinrichting uitgelezen op een plaats waar een dier zich meermalen per dag bevindt, bijvoorbeeld bij een voederplaats, of bij een melkmachine. Het bereik van het basisstation, dat de transponders ondervraagt, is zodanig ingesteld, dat sle-35 chts één dier zich tegelijkertijd in het ontvangstgebied bevindt, waardoor geen interferentie optreedt met transponders van andere dieren.In most cases the measuring device is read at a place where an animal is present several times a day, for example at a feeding place, or at a milking machine. The range of the base station interrogating the transponders is set so that only one animal is in the reception area at the same time, so that no interference occurs with transponders from other animals.

Verder zijn identificatie-inrichtingen bekend, die een basis- 1 00 7662Furthermore, identification devices are known which have a basic 1 7662

YY.

2 station omvatten, die een op een dier bevestigde transponder ondervragen, waarna deze een in geheugenmiddelen opgeslagen identificatiecode overzendt naar het basisstation. Een dergelijke inrichting is bijvoorbeeld bekend als het TIRIS-systeem van Texas Instruments. Dit systeem 5 werkt met passieve transponders, die energie opslaan die aanwezig is in een HF-ondervraagsignaal, en deze energie vervolgens gebruiken om een identificatiecode terug te zenden naar het basisstation. De identificatiecode wordt door middel van een frequentieverschuivings-codering (Frequency Shift Keying, FSK) gemoduleerd op een draaggolf-10 signaal met dezelfde frequentie als het ondervraagsignaal van het basisstation.2 station interrogating an transponder mounted on an animal, after which it transmits an identification code stored in memory means to the base station. Such a device is known, for example, as the TIRIS system from Texas Instruments. This system 5 operates with passive transponders, which store energy contained in an RF interrogation signal, and then use this energy to return an identification code to the base station. The identification code is modulated by a frequency shift keying (FSK) on a carrier-10 signal at the same frequency as the base station interrogation signal.

Dergelijke identificatiesystemen worden reeds toegepast om een specifiek dier te kunnen identificeren bij een voederbak, of in het geval van koeien bijvoorbeeld bij een melkmachine.Such identification systems are already used to identify a specific animal at a feeding trough, or in the case of cows, for example at a milking machine.

15 Bij het toepassen van dergelijke meetinrichtingen wil men van elk dier tenminste de identiteit en één karakteristieke parameter vaststellen zodra het dier zich in de nabijheid van het basisstation bevindt. Voor het versturen van de identiteit is een eerste transponder nodig, terwijl voor het versturen van de karakteristieke parameter een 20 tweede transponder nodig is. Een probleem daarbij is, dat de door de eerste en tweede transponder verzonden gegevens niet met elkaar mogen interfereren.When using such measuring devices, it is desired to determine at least the identity and one characteristic parameter of each animal as soon as the animal is in the vicinity of the base station. A first transponder is required to send the identity, while a second transponder is required to send the characteristic parameter. A problem here is that the data sent by the first and second transponders must not interfere with each other.

In de genoemde EP-A-0 7^3 0^3 wordt dit probleem opgelost door het verschaffen van één enkele transponder die zowel de identificatie-25 code van het dier als de karakteristieke parameter, zoals gemeten door de detectiemiddelen, verzendt. Het geheel van middelen voor het op-slaan van de identificatiecode en voor het meten van bewegingen van j het dier bevindt zich echter in één behuizing. Als men dus op een tweede locatie op het dier ook metingen wil verrichten, zal een tweede 30 groep van dergelijke middelen in eenzelfde behuizing daar moeten worden aangebracht. Deze tweede groep zal dan ook weer de identificatiecode verschaffen, hetgeen overbodig is.In said EP-A-0 7 ^ 3 0 ^ 3 this problem is solved by providing a single transponder which transmits both the animal identification code and the characteristic parameter, as measured by the detection means. However, the set of means for storing the identification code and for measuring movements of the animal is contained in one housing. Therefore, if one also wants to perform measurements at a second location on the animal, a second group of such means will have to be arranged there in the same housing. This second group will then again provide the identification code, which is superfluous.

De doelstelling van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een meetinrichting voor het meten van een karakteristieke parame-35 ter betreffende een levend wezen, waarbij detectiemiddelen voor het detecteren van de karakteristieke parameter op een voor de detectie optimale plaats op het levende wezen kunnen worden aangebracht, los ' van de middelen voor het identificeren van het levende wezen.The object of the present invention is to provide a measuring device for measuring a characteristic parameter concerning a living creature, wherein detection means for detecting the characteristic parameter can be provided on the living creature at an optimum location for the detection separate from the means of identifying the living entity.

I 1007662 3I 1007662 3

Deze doelstelling wordt bereikt door een meetinrichting van de bij de aanhef gedefinieerde soort, die het kenmerk heeft, dat de eerste groep meetinstrumenten voorts een met de eerste processormiddelen verbonden tweede transponder omvat, die ook door het genoemde eerste 5 ondervraagsignaal wordt ondervraagd, en dat de eerste detectiemidde-len, eerste processormiddelen en de tweede transponder een eerste autonome meeteenheid vormen, waarbij de eerste autonome meeteenheid is ingericht om middels de tweede transponder gegevens met betrekking tot tenminste een gedeelte van de opgeslagen eerste karakteristieke para-10 meter, naar het basisstation te verzenden in een tweede tijdslot volgend op het eerste tijdslot een voorafbepaalde eerste tijdsduur na ontvangst van het genoemde eerste ondervraagsignaal.This objective is achieved by a measuring device of the type defined in the preamble, characterized in that the first group of measuring instruments further comprises a second transponder connected to the first processor means, which is also interrogated by the said first interrogation signal, and that the first detection means, first processor means and the second transponder form a first autonomous measuring unit, wherein the first autonomous measuring unit is arranged to send data relating to at least a part of the stored first characteristic parameter to the base station by means of the second transponder. transmitting in a second time slot following the first time slot a predetermined first time period after receiving said first interrogation signal.

De meetinrichting volgens de uitvinding heeft als voordeel, dat op eenvoudige wijze een goedkope inrichting verschaft wordt, waarmee 15 zowel dieren geïdentificeerd kunnen worden als karakteristieke parameters behorend bij een dier gedetecteerd en geregistreerd kunnen worden met gebruik van één basisstation.The measuring device according to the invention has the advantage that a cheap device is provided in a simple manner, with which both animals can be identified and characteristic parameters associated with an animal can be detected and registered using one base station.

Doordat de eerste processormiddelen, eerste detectiemiddelen en de tweede transponder een eerste autonome meeteenheid vormen is het 20 mogelijk dat deze op een andere plaats aan het levende wezen worden bevestigd dan de eerste transponder waarmee de identiteit van het levende wezen kan worden vastgesteld. Hierdoor is het mogelijk een optimale plaats voor de detectie van de karakteristieke parameter te kiezen.Because the first processor means, first detection means and the second transponder form a first autonomous measuring unit, it is possible that these are attached to the living being in a different place from the first transponder with which the identity of the living being can be established. This makes it possible to choose an optimal location for the detection of the characteristic parameter.

25 Volgens de uitvinding zijn de eerste transponder en de eerste met de tweede transponder verbonden processormiddelen zodanig ingesteld, dat zij na elkaar na ontvangst van hetzelfde ondervraagsignaal automatisch hun informatie naar het basisstation verzenden. De eerste transponder reageert bijvoorbeeld direct, terwijl de eerste processormidde-30 len zo zijn ingericht, dat zij een vooraf bepaalde tijdsduur wachten, alvorens zij hun informatie versturen. Dit kan met een eenvoudige vertraging in hardware of software worden gerealiseerd, zoals aan de deskundige duidelijk zal zijn. Aldus kan worden gegarandeerd, dat de door de eerste en tweede transponder uitgezonden signalen elkaar in de 35 tijd niet overlappen en wordt interferentie vermeden. Er zijn dus geen complexe, verschillende ondervraagsignalen nodig voor het ondervragen van de verschillende transponders en het vermijden van interferentie. Alle transponders op één en hetzelfde wezen kunnen met één ondervraag- 1 00 7662 4 signaal worden ondervraagd.According to the invention, the first transponder and the first processor means connected to the second transponder are set such that they automatically send their information to the base station one after the other, after receiving the same interrogation signal. For example, the first transponder responds immediately, while the first processor means is arranged to wait a predetermined time before sending their information. This can be accomplished with a simple delay in hardware or software, as will be apparent to those skilled in the art. Thus, it can be guaranteed that the signals emitted by the first and second transponders do not overlap over time and interference is avoided. Thus, no complex, different interrogation signals are required to interrogate the different transponders and avoid interference. All transponders on one and the same creature can be interrogated with one interrogation signal.

Het is mogelijk het basisstation en transponders voor het vaststellen van de identiteit van een eventueel reeds aanwezig dieridenti-ficatiesysteem te gebruiken als onderdelen van de meetinrichting van 5 de onderhavige uitvinding, wat economische voordelen biedt. Dergelijke transponders kunnen bijvoorbeeld passieve transponders van het genoemde TIRIS-systeem zijn.It is possible to use the base station and transponders to determine the identity of any animal identification system already present as parts of the measuring device of the present invention, which offers economic advantages. Such transponders can for instance be passive transponders of the said TIRIS system.

In een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding omvat de eerste autonome meeteenheid tenminste tweede met de eerste 10 processormiddelen verbonden detectiemiddelen voor het detecteren en meten van een tweede karakteristieke parameter betreffende het levende wezen. Hierdoor is het mogelijk een tweede karakteristieke parameter op dezelfde plaats op het levende wezen te detecteren en te registreren. Op één plaats kunnen zo bijvoorbeeld aantallen bewegingen in de 15 tijd en lichaamstemperatuur worden gemeten. Hierdoor is het mogelijk om een betere diagnose te stellen omtrent bepaalde omstandigheden van het dier, zoals tochtigheid, ziekte, drachtigheid, enz.In an embodiment of the device according to the invention, the first autonomous measuring unit comprises at least second detection means connected to the first processor means for detecting and measuring a second characteristic parameter concerning the living being. This makes it possible to detect and register a second characteristic parameter in the same place on the living being. In one place, for example, numbers of movements over time and body temperature can be measured. This makes it possible to make a better diagnosis of certain conditions of the animal, such as heat, illness, pregnancy, etc.

Bij een verdere uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding zijn de eerste processormiddelen ingericht om de gegevens 20 op te delen in een eerste en tweede gegevensdeel en na het eerste ondervraagsignaal het eerste gegevensdeel te verzenden en na een volgend ondervraagsignaal het tweede gegevensdeel te verzenden. Dit heeft voordelen als het tijdslot waarin de gegevens verzonden worden te kort is om alle van belang zijnde gegevens met betrekking tot de karakte-25 ristieke parameter te verzenden. Delen van de gegevens worden dan na ontvangst in het basisstation weer gecombineerd. De delen kunnen tevens verschillende soorten gegevens bevatten.In a further embodiment of the device according to the invention, the first processor means are arranged to divide the data into a first and second data part and to send the first data part after the first interrogation signal and to send the second data part after a next interrogation signal. This has advantages if the time slot in which the data is transmitted is too short to transmit all data of interest related to the characteristic parameter. Parts of the data are then combined again after reception in the base station. The parts can also contain different types of data.

Daarbij kunnen de eerste processormiddelen zijn ingericht om het ! eerste gegevensdeel ten hoogste éénmaal in een vooraf bepaalde eerste 30 periode te verzenden en het tweede gegevensdeel telkens geactualiseerd opnieuw te verzenden in de genoemde vooraf bepaalde eerste periode na ontvangst van een volgend ondervraagsignaal. Dit kan van belang zijn voor bepaalde wijzen van detectie, waarbij bijvoorbeeld slechts één meting in een bepaalde periode nodig is. Tevens kunnen dan bijvoor-35 beeld in het eerste gegevensdeel hoofdzakelijk constante gegevens verzonden worden en in het tweede gegevensdeel gegevens die sneller in tijd veranderen. Verder wordt op deze meinier de levensduur van bij-- voorbeeld een batterij, die de voedingsspanning verzorgt voor de 1007662 5 processor- en detectiemiddelen, aanzienlijk verlengd.In addition, the first processor means can be arranged to transmit the first data portion at most once in a predetermined first period and transmit the second data portion updated updated again in said predetermined first period after receiving a subsequent interrogation signal. This may be important for certain modes of detection, requiring, for example, only one measurement in a given period. At the same time, for example, mainly constant data can be sent in the first data part and data that change faster in time in the second data part. Furthermore, the lifespan of, for example, a battery, which provides the supply voltage for the 1007662 5 processor and detection means, is considerably extended on this meinier.

Voorts kan daarbij dan het basisstation zijn ingericht om na ontvangst van het tweede gegevensdeel een bevestigingssignaal te verzenden en kunnen de eerste processormiddelen zijn ingericht om, na 5 ontvangst van het bevestigingssignaal, gedurende een vooraf bepaalde tweede periode die korter is dan de eerste periode, geen tweede gegevensdeel meer te verzenden.Furthermore, the base station can then be arranged to send an acknowledgment signal after receipt of the second data part and the first processor means can be arranged to, after receipt of the acknowledgment signal, during a predetermined second period which is shorter than the first period, second data part to send more.

Deze laatste uitvoeringsvorm heeft als voordeel, dat de eerste en tweede gegevensdelen niet vaker dan noodzakelijk verzonden worden, wat 10 de belasting van het basisstation wat betreft verwerking en opslag van gegevens vermindert. Verder is de belasting van een batterij, die bijvoorbeeld de voedingsspanning verzorgt voor de processor- en detectiemiddelen in deze uitvoeringsvorm lager, waardoor de batterij een langere levensduur zal hebben.This last embodiment has the advantage that the first and second data parts are not transmitted more often than necessary, which reduces the load on the base station in terms of data processing and storage. Furthermore, the load on a battery, which provides, for example, the supply voltage for the processor and detection means in this embodiment, is lower, so that the battery will have a longer service life.

15 Er kan in zijn voorzien dat de eerste groep meetinstrumenten tenminste één tweede autonome meeteenheid omvat, die een derde transponder, tweede processormiddelen en tenminste derde detectiemiddelen voor het detecteren en meten van tenminste een derde karakteristieke parameter van het eerste levende wezen omvat, waarbij de tweede pro-20 cessormiddelen zijn ingericht om gegevens te verzenden in een derde tijdslot aansluitend op het tweede tijdslot een voorafbepaalde tweede tijdsduur na ontvangst van het genoemde eerste ondervraagsignaal. Hierdoor is het mogelijk meerdere karakteristieke parameters van het levende wezen te detecteren, waarbij alle detectiemiddelen op de opti-25 male plaats voor de betreffende parameter aan het levende wezen bevestigd kunnen worden.It may be provided that the first group of measuring instruments comprises at least one second autonomous measuring unit, which comprises a third transponder, second processor means and at least third detection means for detecting and measuring at least a third characteristic parameter of the first living being, the second processor means is arranged to transmit data in a third time slot subsequent to the second time slot for a predetermined second time period after receipt of said first interrogation signal. This makes it possible to detect a plurality of characteristic parameters of the living creature, wherein all detection means can be attached to the living creature at the optimum location for the relevant parameter.

De uitvoeringsvormen van de inrichting volgens de uitvinding kunnen zijn voorzien van detectiemiddelen voor een of meerdere van de volgende parameters: het aantal hoofdbewegingen vein het dier, het 30 aantal pootbewegingen van het dier, het aantal lichaamsbewegingen van het dier, de lichaamstemperatuur van het dier en/of de hartslag van het dier. Bij het aantal hoofdbewegingen kan door juiste keuze van de detectiemiddelen onderscheid worden gemaakt tussen bijvoorbeeld eetbe-wegingen (kop omlaag) en zijwaartse bewegingen. Deze gegevens kunnen 35 gebruikt worden om verschillende parameters van het levende wezen te registreren, en deze verder te gebruiken in de bedrijfsvoering voor het houden van dieren.The embodiments of the device according to the invention can be provided with detection means for one or more of the following parameters: the number of head movements in the animal, the number of leg movements of the animal, the number of body movements of the animal, the body temperature of the animal and / or the animal's heartbeat. In the number of head movements, a proper choice of the detection means can distinguish between, for example, food movements (head down) and sideways movements. These data can be used to record various parameters of the living creature, and to use these further in the management of animals.

Om niet slechts aan één levend wezen te kunnen meten voorziet de 1007662 6 uitvinding er bij voorkeur in, dat de meetinrichting ten minste een tweede groep meetinstrumenten omvat voor plaatsing op een tweede levend wezen, omvattende: een vierde transponder, die tijdens bedrijf bevestigd is aan het 5 tweede levende wezen en die is ingericht om na het ontvangen van een tweede ondervraagsignaal van het basisstation een tweede identificatiecode te verzenden in een vierde tijdslot; - derde detectiemiddelen voor het detecteren en meten van een karakteristieke parameter betreffende het tweede levende wezen; 10 - derde processormiddelen, verbonden met de derde detectiemiddelen, voor het ontvangen en opslaan van de karakteristieke parameter; een met de derde processormiddelen verbonden vijfde transponder, die ook door het genoemde tweede ondervraagsignaal wordt onder-! vraagd, waarbij de derde detectiemiddelen, de derde processor- 15 middelen en de vijfde transponder een derde autonome meeteenheid vormen, waarbij de derde autonome meeteenheid is ingericht om middels de vijfde transponder gegevens met betrekking tot tenminste een gedeelte van de opgeslagen karakteristieke parameter, naar het basisstation te verzenden in een vijfde tijdslot volgend 20 op het vierde tijdslot een voorafbepaalde derde tijdsduur na ontvangst van het genoemde tweede ondervraagsignaal.In order not to be able to measure on only one living creature, the 1007662 6 invention provides that the measuring device comprises at least a second group of measuring instruments for placement on a second living being, comprising: a fourth transponder, which during operation is attached to the second living being and adapted to transmit a second identification code in a fourth time slot after receiving a second interrogation signal from the base station; third detection means for detecting and measuring a characteristic parameter concerning the second living being; - third processor means, connected to the third detection means, for receiving and storing the characteristic parameter; a fifth transponder connected to the third processor means, which is also interrupted by the said second interrogation signal. questioned, wherein the third detection means, the third processor means and the fifth transponder form a third autonomous measuring unit, wherein the third autonomous measuring unit is arranged to transmit data relating to at least a part of the stored characteristic parameter, by means of the fifth transponder, to the base station in a fifth time slot following the fourth time slot for a predetermined third time period after receiving said second interrogation signal.

De inrichting volgens de uitvinding zal nu toegelicht worden aan de hand van de voorbeelden met verwijzing naar de tekeningen, waarin:The device according to the invention will now be elucidated on the basis of the examples with reference to the drawings, in which:

Fig. 1 een blokschema toont van een uitvoeringsvorm van de meet-25 inrichting volgens de uitvinding;Fig. 1 shows a block diagram of an embodiment of the measuring device according to the invention;

Fig. 2 een tijdschema toont betreffende signalen die verzonden worden in één ondervraagcyclus van de meetinrichting volgens de uitvinding; en ' Fig. 3 een tijdschema toont van door de tweede transponder ver- } 30 zonden gegevens.Fig. 2 shows a time schedule concerning signals sent in one interrogation cycle of the measuring device according to the invention; and "FIG. 3 shows a time schedule of data transmitted by the second transponder.

Fig. 1 toont een blokschema van de meetinrichting 1 volgens de uitvinding. Een basisstation 2 communiceert met een eerste transponder 3 en een tweede transponder 8 door middel van HF-signalen. Tijdens bedrijf zijn de eerste en tweede transponder op een dier bevestigd. 35 Toepassing op andere levende wezens is denkbaar. De tweede transponder 8 is verbonden met processormiddelen 6, welke verbonden zijn met detectiemiddelen 4. De detectiemiddelen 4, processormiddelen 6 en tweede transponder 8 vormen een autonome meeteenheid 10, welke voorzien is 1 1007662 ·/ 7 van een eigen elektrische (niet getoonde) voeding. Bij voorkeur wordt voor de tweede transponder 8 een passieve transponder gebruikt, zodat de eigen elektrische voeding minder belast wordt. Naar wens kan de autonome eenheid 10 nog één of meer, met de processormiddelen 6 ver-5 bonden verdere detectiemiddelen 5 omvatten voor het meten van verdere karakteristieke parameters van het dier. De detectiemiddelen <1 en 5 meten dan op dezelfde plaats op het dier en kunnen daarom binnen dezelfde autonome eenheid 10 worden opgenomen.Fig. 1 shows a block diagram of the measuring device 1 according to the invention. A base station 2 communicates with a first transponder 3 and a second transponder 8 by means of HF signals. During operation, the first and second transponders are mounted on an animal. 35 Application to other living things is conceivable. The second transponder 8 is connected to processor means 6, which are connected to detection means 4. The detection means 4, processor means 6 and second transponder 8 form an autonomous measuring unit 10, which is provided with its own electrical power supply (not shown) . Preferably, a passive transponder is used for the second transponder 8, so that the own electrical supply is less loaded. If desired, the autonomous unit 10 may further comprise one or more further detection means 5 connected to the processor means 6 for measuring further characteristic parameters of the animal. The detection means <1 and 5 then measure at the same place on the animal and can therefore be included within the same autonomous unit 10.

Voor elk dier kunnen verdere autonome meeteenheden zijn voorzien, 10 waarvan er één met 10' is getoond in figuur 1. Binnen de autonome meeteenheid 10' verwijzen de van een accent voorziene verwijzings-cijfers naar dezelfde componenten als de verwijzingscijfers zonder accent binnen autonome meeteenheid 10. Alle verdere autonome meeteenheden zijn dus voorzien van een eigen transponder 8', zodat zij niet 15 met een van de eerder genoemde transponders 3. 8 hoeven te worden verbonden, en zelfstandig op elke gewenste plaats op het dier kunnen worden bevestigd voor het meten van verdere karakteristieke parameters .Further autonomous units of measurement may be provided for each animal, 10 of which one is shown at 10 'in Figure 1. Within the autonomous unit of measurement 10', the accented reference numbers refer to the same components as the non-accent reference numbers within autonomous unit of measurement 10 All further autonomous measuring units are thus provided with their own transponder 8 ', so that they do not have to be connected to one of the aforementioned transponders 3.8, and can be independently mounted at any desired location on the animal for measuring further characteristic parameters.

In figuur 1 zijn alle componenten 3 t/m 10 en t/m 10' binnen 20 een gestreepte lijn geplaatst, waarmee wordt aangegeven, dat zij een aparte groep meetinstrumenten 7 voor één en hetzelfde dier vormen.In Figure 1, all components 3 to 10 and 10 'are placed within a dashed line, indicating that they form a separate group of measuring instruments 7 for one and the same animal.

Verder is in figuur 1 een verdere groep van dergelijke meetinstrumenten 20 weergegeven die op een ander dier kunnen worden geplaatst. Deze verdere groep van meetinstrumenten 20 omvat in de ge-25 toonde uitvoeringsvorm een transponder 22 voor het weergeven van de identiteit van het andere dier en twee autonome meeteenheden 2lI, 24'. Ieder van de autonome meeteenheden 24, 24' omvat een transponder 26, 26' , processormiddelen 28, 28’ en detectiemiddelen 30, 30' . Naar wens kunnen verdere detectiemiddelen 27, 27' zijn voorzien. De onderlinge 30 verbindingen zijn hetzelfde als binnen de autonome meeteenheden 10, 10’.Furthermore, figure 1 shows a further group of such measuring instruments 20 which can be placed on another animal. In the embodiment shown, this further group of measuring instruments 20 comprises a transponder 22 for displaying the identity of the other animal and two autonomous measuring units 2, 11, 24 '. Each of the autonomous measurement units 24, 24 'includes a transponder 26, 26', processor means 28, 28 'and detection means 30, 30'. If desired, further detection means 27, 27 'can be provided. The interconnections are the same as within the autonomous units of measurement 10, 10 ".

Het basisstation 2 bevindt zich bij voorkeur op een plaats waar een dier zich meermalen per dag bevindt, bijvoorbeeld bij een voeder-plaats, of in het geval van koeien bij een melkmachine. Het bereik van 35 het basisstation 2, dat de eerste en tweede transponders 3. 8, 8' ondervraagt, is zodanig ingesteld dat slechts één dier zich tegelijkertijd in het ontvangstgebied bevindt, waardoor geen interferentie optreedt met transponders 22, 26, 26' van andere dieren.The base station 2 is preferably located at a place where an animal is present several times a day, for example at a feeding place, or in the case of cows at a milking machine. The range of the base station 2, which interrogates the first and second transponders 3.8, 8 ', is set so that only one animal is in the receiving area at a time, so that no interference occurs with transponders 22, 26, 26' from other animals.

1 007662 81 007662 8

De karakteristieke parameter is bijvoorbeeld een van de volgende parameters: het aantal hoofdbewegingen van het dier, het aantal poot-bewegingen van het dier, het aantal lichaamsbewegingen van het dier, de lichaamstemperatuur van het dier en/of de hartslag van het dier.The characteristic parameter is, for example, one of the following parameters: the number of head movements of the animal, the number of leg movements of the animal, the number of body movements of the animal, the body temperature of the animal and / or the heartbeat of the animal.

5 Bij het aantal hoofdbewegingen kan door juiste keuze van de detectie-middelen onderscheid worden gemaakt tussen bijvoorbeeld eetbewegingen (kop omlaag) en zijwaartse bewegingen. Deze gegevens kunnen gebruikt worden om verschillende parameters van een dier te registreren en deze verder te gebruiken in de bedrijfsvoering voor het houden van dieren. 10 Indien meerdere autonome meeteenheden 10, 10' per dier aanwezig zijn, kunnen meerdere verschillende parameters gedetecteerd, verwerkt, opgeslagen en verzonden worden.In the number of head movements, a proper choice of the detection means can distinguish between, for example, eating movements (head down) and sideways movements. This data can be used to register various parameters of an animal and to use these further in the management of keeping animals. If several autonomous measuring units 10, 10 'per animal are present, several different parameters can be detected, processed, stored and sent.

In Fig. 2 is een tijddiagram getoond betreffende signalen die verzonden worden in één ondervraagcyclus van de meetinrichting volgens i 15 de uitvinding. Het door het basisstation 2 verzonden signaal is aangeduid met A, de door de eerste transponder 3 en de tweede transponder 8 verzonden signalen zijn aangeduid met B respectievelijk C. Het basisstation 2 zendt een ondervraagsignaal 12 uit, dat ontvangen wordt door zowel de eerste transponder 3 als de tweede transponder 8, die beves-20 tigd zijn aan een dier. In een eerste tijdslot 14 na afloop van het ondervraagsignaal 12 zendt de eerste transponder 3 een bericht met de identificatiecode van het betreffende dier naar het basisstation 2. In een daaropvolgend tweede tijdslot 16 zendt transponder 8 een signaal naar basisstation 2 bestaande uit gegevens betreffende een karakteris-25 tieke parameter van een dier, die gedetecteerd zijn door detectie-middelen 4 en verder verwerkt en opgeslagen zijn door processormidde-len 6. Processormiddelen 6 bepalen de tijdvertraging die nodig is na afloop van het ondervraagsignaal 12 alvorens het tweede tijdslot 16 mag beginnen. Dit kan via software of hardware zijn geregeld. Doordat 30 tijdslot l6 een vaste vertraging heeft na afloop van ondervraagsignaal 12 treedt geen verstoring van de in tijdslot 14 verzonden identificatiecode op.In FIG. 2 shows a time diagram concerning signals that are sent in one interrogation cycle of the measuring device according to the invention. The signal sent by the base station 2 is indicated by A, the signals sent by the first transponder 3 and the second transponder 8 are indicated by B and C. The base station 2 transmits an interrogation signal 12, which is received by both the first transponder 3 as the second transponder 8 attached to an animal. In a first time slot 14 after the interrogation signal 12 has expired, the first transponder 3 sends a message with the identification code of the relevant animal to the base station 2. In a subsequent second time slot 16, the transponder 8 sends a signal to base station 2 consisting of data relating to a character An animal's physical parameter which has been detected by detection means 4 and further processed and stored by processor means 6. Processor means 6 determine the time delay required after the interrogation signal 12 has elapsed before the second time slot 16 may commence. This can be arranged via software or hardware. Since time slot 16 has a fixed delay after the interrogation signal 12 has elapsed, the identification code sent in time slot 14 is not disturbed.

Indien verdere autonome meeteenheid 10' wordt toegepast zal daarvoor een derde tijdslot worden gedefinieerd, dat pas begint na afloop 35 van tijdslot l6. Dit is niet in figuur 2 weergegeven.If further autonomous measuring unit 10 'is used, a third time slot will be defined for this, which will only start after expiry of time slot 16. This is not shown in figure 2.

Indien in autonome meeteenheid 10 meerdere detectiemiddelen 4, 5 worden toegepast kunnen de processormiddelen de daardoor verschafte gegevens bijvoorbeeld na elkaar in tijdslot 16 verzenden. Indien tijd- " 1007662 9 slot 16 te kort is daarvoor kan gebruik worden gemaakt van het zend-schema volgens figuur 3» dat hierna zal worden besproken.If several detection means 4, 5 are used in autonomous measuring unit 10, the processor means can transmit the data provided thereby successively in time slot 16, for example. If time slot 16 is too short for this, use can be made of the transmission scheme of Figure 3, which will be discussed below.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding heeft de onder-vraagcyclus een tijdsduur van 100 milliseconden, het ondervraagsignaal 5 12 een tijdsduur van 50 milliseconden en hebben het eerste tijdslot 1¾ en het tweede tijdslot 16 een tijdsduur van ieder 20 milliseconden.In a preferred embodiment of the invention, the interrogation cycle has a duration of 100 milliseconds, the interrogation signal 12 has a duration of 50 milliseconds, and the first time slot 110 and the second time slot 16 have a duration of 20 milliseconds each.

Het signaal in het eerste tijdslot 14 respectievelijk het tweede tijdslot 16 dat respectievelijk van de eerste transponder 3 en de tweede transponder 8 naar het basisstation 2 wordt gezonden, omvat in 10 deze voorkeursuitvoeringsvorm 128 bits, welke verdeeld zijn in 16 bits leidende nullen, 8 bits start teken, 72 bits gegevens, 16 bits controlesom (Cyclic Redundant Checksum CRC), 8 bits stopteken en 8 bits afsluitende nullen. Dit is het standaardformaat in het TIRIS-identificatiesysteem van Texas Instruments. Een identificatiecode, die 15 door de eerste transponder 3 verzonden wordt in het eerste tijdslot 14 is dan aanwezig in de 72 bits gegevens. Het heeft de voorkeur om gegevens, die door de tweede transponder 8 verzonden worden, ook middels hetzelfde formaat over te sturen, d.w.z. dat voor de gegevens die in het tweede tijdslot 16 overgezonden worden, bij voorkeur ook 72 bits 20 ter beschikking staan.In this preferred embodiment, the signal in the first time slot 14 and the second time slot 16, respectively, which is sent from the first transponder 3 and the second transponder 8, comprises 128 bits, which are divided into 16-bit leading zeros, 8 bits start sign, 72 bit data, 16 bit checksum (Cyclic Redundant Checksum CRC), 8 bit stop sign and 8 bit trailing zeros. This is the standard format in Texas Instruments' TIRIS identification system. An identification code sent by the first transponder 3 in the first time slot 14 is then present in the 72 bit data. It is preferable to also transmit data transmitted by the second transponder 8 in the same format, i.e., for the data transmitted in the second time slot 16, preferably 72 bits 20 are also available.

In dat geval worden de door transponder 8 te verzenden gegevens gesplitst in een eerste gegevensdeel G1 en tweede gegevensdeel G2, zoals aangegeven in figuur 3· Gegevensdeel G1 bevat bijvoorbeeld gegevens die niet snel in de tijd veranderen, terwijl de gegevens uit 25 gegevensdeel G2 dat bijvoorbeeld wel doen. Het kan tevens voorkomen dat de te verzenden gegevens te lang zijn om in de genoemde 72 bits te worden verzonden, waarbij de gegevens dan gesplitst worden in een eerste gegevensdeel G1 en een tweede gegevensdeel G2. Na ontvangst van een ondervraagsignaal 12 zal transponder 8, nadat transponder 3 in 30 tijdslot 14 de identificatiecode heeft verstuurd, in tijdslot 16 het gegevensdeel G1 versturen, zoals links in figuur 3 is aangegeven. Na een volgend ondervraagsignaal 12 zullen de processormiddelen 6 er automatisch voor zorgen, dat in het dan optredende tweede tijdslot 16 gegevensdeel G2 wordt verstuurd (zie ook figuur 3)· Voor het wisselen 35 tussen gegevensdeel G1 en G2 kan gebruik worden gemaakt van een beves-tigingssignaal 18 (zie figuur 2), dat door het basisstation 2 kan worden verzonden, als het heeft gecontroleerd dat de informatie uit gegevensdeel G1 correct is ontvangen. Daarbij kan het basisstation 1 007662 10 gebruik maken van de eerder genoemde controlesom (CRC), die onderdeel kan uitmaken van de informatie die in tijdslot 16 is verstuurd. Ontvangst van een bevestigingssignaal 18 leidt er dan toe, dat de proces-sormiddelen 6 automatisch in de volgende cyclus het gegevensdeel G2 5 zullen versturen.In that case, the data to be sent by transponder 8 is split into a first data part G1 and second data part G2, as indicated in figure 3 · Data part G1 contains, for example, data that does not change rapidly over time, while the data from data part G2, for example, do well. It may also happen that the data to be transmitted is too long to be transmitted in said 72 bits, the data then being split into a first data part G1 and a second data part G2. After receiving an interrogation signal 12, after transponder 3 has sent the identification code in time slot 14, transponder 8 will send the data part G1 in time slot 16, as shown on the left in figure 3. After a next interrogation signal 12, the processor means 6 will automatically ensure that data part G2 is sent in the second time slot 16 then occurring (see also figure 3). A confirmation can be used to switch between data part G1 and G2. verification signal 18 (see Figure 2), which can be transmitted by the base station 2, if it has checked that the information from data part G1 has been correctly received. In addition, the base station 1 007662 10 may use the aforementioned checksum (CRC), which may be part of the information sent in time slot 16. Reception of a confirmation signal 18 then causes the processor means 6 to automatically send the data part G2 5 in the next cycle.

Als gegevensdeel G1 langzaam veranderende informatie bevat, is het niet nodig gegevensdeel G1 vaak te versturen. Daarom kan er in zijn voorzien, dat, zodra gegevensdeel G1 eenmaal is verstuurd, de processormiddelen 6 voorkomen, dat gegevensdeel G1 nogmaals wordt 10 verstuurd gedurende een vooraf bepaalde tijdsduur T0. Steeds als in tijdsduur T0 een volgend ondervraagsignaal 12 wordt ontvangen, zorgen de processormiddelen 6 er automatisch voor, dat slechts het tweede gegevensdeel G2, dat sneller veranderende informatie bevat, wordt verstuurd. Uiteraard is de bij volgende ondervraagsignalen 12 ver-15 stuurde informatie uit gegevensdeel G2 wel geactualiseerd.If data part G1 contains slowly changing information, it is not necessary to send data part G1 often. Therefore, once data part G1 has been sent, the processor means 6 may be provided to prevent data part G1 from being sent again for a predetermined period of time T0. Whenever a subsequent interrogation signal 12 is received in time T0, the processor means 6 automatically ensure that only the second data part G2, which contains more rapidly changing information, is sent. Obviously, the information from data part G2 sent with subsequent interrogation signals 12 has been updated.

Het beperken van het aantal malen per tijdseenheid, dat het eerste gegevensdeel G1 wordt verstuurd spaart energie, hetgeen voordelig is, aangezien elke autonome meeteenheid 10, 10', 24, 24' zijn eigen batterij moet hebben. Een verdere energiebesparing kan worden verkre-20 gen, wanneer ook het aantal malen, dat het gegevensdeel G2 kan worden verstuurd, wordt gelimiteerd. Zo kan de tijdsduur T0 bijvoorbeeld worden onderverdeeld in tijdsduren Tl, T2, T3 en T4, zoals in figuur 3 is getoond. De processormiddelen 6 kunnen dan zo zijn ingericht, dat zij per tijdsduur Tl, T2, T3 en T4 slechts één maal gegevensdeel G2 25 versturen, onafhankelijk van het aantal ontvangen ondervraagsignalen 12. In tijdsduur T3 is bijvoorbeeld getoond, dat gegevensdeel één maal is verstuurd en dat na ontvangst van een verder ondervraagsignaal 12 binnen tijdsduur T3 gegevensdeel G2 niet nogmaals wordt verstuurd.Limiting the number of times per time unit that the first data part G1 is sent saves energy, which is advantageous, since each autonomous measuring unit 10, 10 ', 24, 24' must have its own battery. A further energy saving can be obtained if the number of times that the data part G2 can be sent is also limited. For example, the time duration T0 can be divided into time durations T1, T2, T3 and T4, as shown in Figure 3. The processor means 6 can then be arranged in such a way that they send data part G2 only once per time T1, T2, T3 and T4, irrespective of the number of interrogation signals received 12. Time T3 shows, for example, that data part has been sent once and that after receiving a further interrogation signal 12, data part G2 is not sent again within time T3.

30 100766230 1007662

Claims (7)

1. Meetinrichting voor het meten van een parameter van een eerste levend wezen, omvattende 5. een basisstation (2) voor het uitzenden van ondervraagsignalen (12) en het ontvangen en verwerken van gegevenssignalen; - een eerste groep meetinstrumenten (5) omvattende: een eerste transponder (3), die tijdens bedrijf bevestigd is aan het eerste levende wezen en die is ingericht om na 10 het ontvangen van een eerste ondervraagsignaal (12) van het basisstation (2) een eerste identificatiecode te verzenden in een eerste tijdslot (1*J); eerste detectiemiddelen (k) voor het detecteren en meten van een eerste karakteristieke parameter betreffende het 15 eerste levende wezen; en eerste processormiddelen (6), verbonden met de eerste detectiemiddelen (4), voor het ontvangen en opslaan van de eerste karakteristieke parameter, met het kenmerk, dat de eerste groep meetinstrumenten voorts een met 20 de eerste processormiddelen (6) verbonden tweede transponder (8) omvat, die ook door het genoemde eerste ondervraagsignaal (12) wordt ondervraagd, en dat de eerste detectiemiddelen (4), eerste processormiddelen (6) en de tweede transponder (8) een eerste autonome meeteenheid (10) vormen, waarbij de eerste autonome meeteenheid (10) is inge-25 richt om middels de tweede transponder (8) gegevens met betrekking tot tenminste een gedeelte van de opgeslagen eerste karakteristieke parameter, naar het basisstation (2) te verzenden in een tweede tijdslot (16) volgend op het eerste tijdslot (1*1) een voorafbepaalde eerste tijdsduur na ontvangst van het genoemde eerste ondervraagsignaal (12). 30A measuring device for measuring a parameter of a first living being, comprising 5. a base station (2) for transmitting interrogation signals (12) and receiving and processing data signals; - a first group of measuring instruments (5), comprising: a first transponder (3), which is attached to the first living being during operation and which is adapted to receive a first interrogation signal (12) from the base station (2). send first identification code in a first time slot (1 * J); first detection means (k) for detecting and measuring a first characteristic parameter concerning the first living being; and first processor means (6), connected to the first detection means (4), for receiving and storing the first characteristic parameter, characterized in that the first group of measuring instruments furthermore comprises a second transponder (connected to the first processor means (6)). 8), which is also interrogated by said first interrogation signal (12), and that the first detection means (4), first processor means (6) and the second transponder (8) form a first autonomous measuring unit (10), the first autonomous measuring unit (10) is arranged to transmit, by means of the second transponder (8), data relating to at least a part of the stored first characteristic parameter, to the base station (2) in a second time slot (16) following the first time slot (1 * 1) a predetermined first time period after receipt of said first interrogation signal (12). 30 2. Meetinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de eerste autonome meeteenheid (10) tenminste tweede met de eerste processormiddelen (6) verbonden detectiemiddelen (5) omvat voor het detecteren en meten van een tweede karakteristieke parameter betref- 33 fende het levende wezen.Measuring device according to claim 1, characterized in that the first autonomous measuring unit (10) comprises at least second detection means (5) connected to the first processor means (6) for detecting and measuring a second characteristic parameter concerning the living being . 3. Meetinrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de eerste processormiddelen (6) zijn ingericht om de gegevens op te 1 007662 delen in een eerste (Gl) en tweede (G2) gegevensdeel en na het eerste ondervraagsignaal (12) het eerste gegevensdeel (Gl) te verzenden en na een volgend ondervraagsignaal (12) het tweede gegevensdeel (G2) te verzenden. 5 Meetinrichting volgens conclusie 3. met het kenmerk dat de eerste processormiddelen (6) zijn ingericht om het eerste gegevensdeel I (Gl) ten hoogste éénmaal in een vooraf bepaalde eerste periode (TO) te verzenden en het tweede gegevensdeel (G2) telkens geactualiseerd op-10 nieuw te verzenden in de genoemde vooraf bepaalde eerste periode (T0) na ontvangst van een volgend ondervraagsignaal (12).Measuring device according to claim 1 or 2, characterized in that the first processor means (6) are arranged to divide the data into a first (G1) and second (G2) data part and after the first interrogation signal (12) the send the first data part (G1) and after the next interrogation signal (12) send the second data part (G2). Measuring device according to claim 3, characterized in that the first processor means (6) are arranged to transmit the first data part I (G1) at most once in a predetermined first period (TO) and the second data part (G2) is always updated on -10 to be sent new in said predetermined first period (T0) after receiving a next interrogation signal (12). 5· Meetinrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk dat het basisstation (2) is ingericht om na ontvangst van het tweede gegevens-15 deel (G2) een bevestigingssignral (18) te verzenden en dat de eerste processormiddelen (6) zijn ingericht om, na ontvangst van het bevesti-gingssignaal (18), gedurende een vooraf bepaalde tweede periode (Tl, T2, T3, Τ4, T5, ...), die korter is dan de eerste periode (T0), geen tweede gegevensdeel (G2) meer te verzenden. 20Measuring device according to claim 4, characterized in that the base station (2) is arranged to send an acknowledgment signal (18) after receipt of the second data part (G2) and that the first processor means (6) are arranged to: after receiving the acknowledgment signal (18), for a predetermined second period (T1, T2, T3, Τ4, T5, ...), which is shorter than the first period (T0), no second data part (G2) send more. 20 6. Meetinrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met _ het kenmerk dat de eerste groep meetinstrumenten (5) tenminste één i i tweede autonome meeteenheid (10') omvat, die een derde transponder - (8'), tweede processormiddelen (6') en tenminste derde detectiemidde- 25 len (4') voor het detecteren en meten van tenminste een derde karakteristieke parameter van het eerste levende wezen omvat, waarbij de tweede processormiddelen (6') zijn ingericht om gegevens te verzenden in een derde tijdslot aansluitend op het tweede tijdslot (16) een voorafbepaalde tweede tijdsduur na ontvangst van het genoemde eerste 30 ondervraagsignaal (12).6. Measuring device according to one of the preceding claims, characterized in that the first group of measuring instruments (5) comprises at least one second autonomous measuring unit (10 '), which comprises a third transponder (8'), second processor means (6 '). and comprising at least third detection means (4 ') for detecting and measuring at least a third characteristic parameter of the first living being, the second processor means (6') being arranged to transmit data in a third time slot subsequent to the second time slot (16) a predetermined second time period after receipt of said first interrogation signal (12). 7· Meetinrichting volgens een van de conclusies 1 tot en met 6, met het kenmerk dat de eerste, tweede en derde karakteristieke parameters zijn geselecteerd uit de volgende groep van parameters: 35 " het aantal hoofdbewegingen van het eerste levende wezen; - het aantal pootbewegingen van het eerste levende wezen; - het aantal lichaamsbewegingen van het eerste levende wezen; - de lichaamstemperatuur van het eerste levende wezen; m 1007662 - de hartslag van het eerste levende wezen.Measuring device according to any one of claims 1 to 6, characterized in that the first, second and third characteristic parameters are selected from the following group of parameters: 35 "the number of head movements of the first living creature; - the number of leg movements of the first living being; - the number of body movements of the first living being; - the body temperature of the first living being; m 1007662 - the heartbeat of the first living being. 8. Meetinrichting volgens een van de conclusies 1 tot en met 7» met het kenmerk dat deze tenminste een tweede groep meetinstrumenten 5 (20) omvat voor plaatsing op een tweede levend wezen, omvattende: een vierde transponder (22), die tijdens bedrijf bevestigd is aan het tweede levende wezen en die is ingericht om na het ontvangen van een tweede ondervraagsignaal (12) van het basisstation (2) een tweede identificatiecode te verzenden in een vierde tijdslot (14); 10. derde detectiemiddelen (30) voor het detecteren en meten van een karakteristieke parameter betreffende het tweede levende wezen; derde processormiddelen (28), verbonden met de derde detectiemiddelen (30), voor het ontvangen en opslaan van de karakteristieke parameter; 15. een met de derde processormiddelen (28) verbonden vijfde trans ponder (26), die ook door het genoemde tweede ondervraagsignaal (12) wordt ondervraagd, waarbij de derde detectiemiddelen (30), de derde processormiddelen (28) en de vijfde transponder (26) een derde autonome meeteenheid (24) vormen, waarbij de derde autonome meeteenheid 20 (24) is ingericht om middels de vijfde transponder (26) gegevens met betrekking tot tenminste een gedeelte van de opgeslagen karakteristieke parameter, naar het basisstation (2) te verzenden in een vijfde tijdslot (16) volgend op het vierde tijdslot (14) een voorafbepaalde derde tijdsduur na ontvangst van het genoemde tweede ondervraagsignaal 25 (12). #**#* 1007662Measuring device according to any one of claims 1 to 7 », characterized in that it comprises at least a second group of measuring instruments 5 (20) for placement on a second living being, comprising: a fourth transponder (22) mounted during operation is to the second living being and is adapted to transmit a second identification code in a fourth time slot (14) after receiving a second interrogation signal (12) from the base station (2); 10. third detection means (30) for detecting and measuring a characteristic parameter concerning the second living being; third processor means (28), connected to the third detection means (30), for receiving and storing the characteristic parameter; A fifth transponder (26) connected to the third processor means (28), which is also interrogated by said second interrogation signal (12), the third detection means (30), the third processor means (28) and the fifth transponder ( 26) form a third autonomous measuring unit (24), the third autonomous measuring unit 20 (24) being arranged to transmit data relating to at least a part of the stored characteristic parameter to the base station (2) by means of the fifth transponder (26). transmitting in a fifth time slot (16) following the fourth time slot (14) a predetermined third time period after receipt of said second interrogation signal (12). # ** # * 1007662
NL1007662A 1997-12-01 1997-12-01 Measuring device. NL1007662C2 (en)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1007662A NL1007662C2 (en) 1997-12-01 1997-12-01 Measuring device.
PCT/NL1998/000680 WO1999027777A1 (en) 1997-12-01 1998-12-01 Measuring device

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1007662 1997-12-01
NL1007662A NL1007662C2 (en) 1997-12-01 1997-12-01 Measuring device.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1007662C2 true NL1007662C2 (en) 1999-06-02

Family

ID=19766087

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1007662A NL1007662C2 (en) 1997-12-01 1997-12-01 Measuring device.

Country Status (2)

Country Link
NL (1) NL1007662C2 (en)
WO (1) WO1999027777A1 (en)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1838145B1 (en) * 2004-11-17 2016-03-09 GT Acquisition Sub, Inc. Radio frequency animal tracking system
US20070103315A1 (en) * 2005-11-02 2007-05-10 Geissler Randolph K Flexible animal tag, printing system, and methods

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4075632A (en) * 1974-08-27 1978-02-21 The United States Of America As Represented By The United States Department Of Energy Interrogation, and detection system
DE4227483C1 (en) * 1992-08-20 1993-11-25 Imf Electronic Gmbh Motor parameter detector with sensors and data memory for animals and humans - has body position and motion sensors with sensor pulse width discriminators and logic circuit connected to balancing data memories
EP0743043A1 (en) 1995-05-17 1996-11-20 Maasland N.V. An animal activity meter
WO1997024027A1 (en) * 1995-12-29 1997-07-10 Alfa Laval Agri Ab Activity measurement

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4075632A (en) * 1974-08-27 1978-02-21 The United States Of America As Represented By The United States Department Of Energy Interrogation, and detection system
DE4227483C1 (en) * 1992-08-20 1993-11-25 Imf Electronic Gmbh Motor parameter detector with sensors and data memory for animals and humans - has body position and motion sensors with sensor pulse width discriminators and logic circuit connected to balancing data memories
EP0743043A1 (en) 1995-05-17 1996-11-20 Maasland N.V. An animal activity meter
WO1997024027A1 (en) * 1995-12-29 1997-07-10 Alfa Laval Agri Ab Activity measurement

Also Published As

Publication number Publication date
WO1999027777A1 (en) 1999-06-10

Similar Documents

Publication Publication Date Title
AU2019397366B2 (en) System and method for animal location tracking and health monitoring using long range RFID and temperature monitoring
US8400297B2 (en) Power conserving active RFID label
US5602538A (en) Apparatus and method for identifying multiple transponders
US4247758A (en) Animal identification and estrus detection system
JP5186502B2 (en) Method and system for detecting standing wave of radio frequency identification marker reader
US7118029B2 (en) Smart instrument tray RFID reader
CA2675976C (en) Multi-directional rfid reader for controlling inventory and shelf stock
CN100593174C (en) Sensor devices with RFID communications
US11730141B2 (en) Method for matching a sensor device to an identity (ID) tag for animals and system for performing such method
EP0696011A2 (en) Apparatus and method for identifying multiple transponders
JPH08316888A (en) Tag identification system and method
CN101925917A (en) Active tag-based dispensing
US20200137983A1 (en) Livestock management system
US20140327524A1 (en) Method and apparatus pertaining to preconfiguring in facilitating the reading of rfid tags
US3597742A (en) Data handling system
CN101377820B (en) Method for searching label in radio frequency recognition system and reader-writer
NL1007662C2 (en) Measuring device.
CN115510881A (en) Timing sequence adjusting method, storage medium, reader-writer, electronic tag and system
CN101261674A (en) Method and apparatus for verifying identification of radio frequency identification tag
NL1001295C2 (en) Transponder with measuring circuit.
NL1036710C2 (en) AGRICULTURE INFORMATION TAG.
RU44495U1 (en) SYSTEM FOR DETERMINING THE OPTIMAL TIME OF SEEMING OF COWS AND BIRDS
JP2022108661A (en) Information processing apparatus, system, information processing method, and program
JPH01314985A (en) Object managing system
WO2000007036A1 (en) Interactive system for the automatic detection and identification of elements (s.i.d.i.a.)

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20030701