NL1007512C2 - Reinigingsinrichting voor het reinigen van een transportleiding,in het bijzonder een toevoerleiding voor melk naar een opslagtank,alsmede melkinrichting voorzien van de reinigingsinrichting. - Google Patents

Description

Reinigingsinrichting voor het reinigen van een transportleiding, in het bijzonder een toevoerleiding voor melk naar een opslagtank, alsmede melkinrichting voorzien van de reinigingsinrichting.

5 BESCHRIJVING:

Gebied van de uitvinding.

10 De uitvinding heeft betrekking op een reinigingsinrichting voor het reinigen van een transportleiding, in het bijzonder een toevoerleiding voor melk naar een opslagtank, omvattende een aansluitstuk voor aansluiting op een vulopening in een opslagtank, welk aansluitstuk is voorzien van een inwendige ruimte, alsmede een toevoeropening naar de inwendige ruimte voor het aansluiten van een transportleiding, en een spoelopening naar de 15 inwendige ruimte, welke reinigingsinrichting voorts een spoelleiding omvat die aangesloten is op de spoelopening. Dergelijke inrichtingen worden toegepast in automatische melkinrichtingen waarbij telkens na het melken van de koeien de transportleiding voor melk van de melkmiddelen naar de opslagtank gereinigd dient te worden.

20 Stand van de techniek.

Een dergelijke reinigingsinrichting voor het reinigen van een melkinrichting is bekend uit het Amerikaanse octrooischrift US 5.415.192. Hierbij vindt het reinigen volledig automatisch plaats door de toevoerleiding met behulp van mechanische middelen 25 uit de vulopening van de opslagtank te nemen en op een aansluitstuk van de reinigingsinrichting aan te sluiten. Hierbij wordt het aansluitstuk met spoelleiding verplaatst tot tussen de vulopening van de opslagtank en de toevoerleiding waarbij het aansluitstuk de vulopening afsluit. Daarna wordt de spoelleiding op het aansluitstuk aangesloten en gereinigd met spoelwater uit de spoelleiding. Deze bekende reinigingsinrichting heeft veel 30 ten opzichte van elkaar bewegende delen en is daardoor tamelijk omvangrijk en gevoelig voor vervuiling. De inrichting is hierdoor zowel duur in aanschaf als in onderhoud.

1007512 2

Samenvatting van de uitvinding.

Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een reinigingsinrichting van de in de aanhef omschreven soort die eenvoudiger van constructie is. Hiertoe is de 5 reinigingsinrichting volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat het aansluitstuk is voorzien van een afvoeropening voor de inwendige ruimte, welke afvoeropening, indien het aansluitstuk is aangesloten op een opslagtank, uitmondt in de opslagtank en dat het aansluitstuk afsluitmiddelen omvat voor het kunnen afsluiten van de afvoeropening. Door een transportleiding op de toevoeropening aan te sluiten kan de te transporteren vloeistof 10 in de opslagtank gebracht worden. Tijdens de toevoer van vloeistof naar de opslagtank is de afvoeropening open en kan de vloeistof via het aansluitstuk vrij in de opslagtank stromen. Voor het reinigen wordt de afvoeropening afgesloten en wordt via de spoelleiding reinigingsvloeistof in de inwendige ruimte van het aansluitstuk gebracht dat via de transportleiding de inwendige ruimte verlaat en daarbij de tansportleiding reinigt. Indien 15 gewenst kan de reinigingsvloeistof ook in tegengestelde richting stromen. De leidingen en het aansluitstuk hoeven voor het reinigen niet verplaatst te worden. De enigste bewegende delen van deze constructie zijn de afsluitmiddelen. Hierdoor is een eenvoudigere constructie verkregen met minder bewegende delen die goedkoper is in aanschaf en onderhoud dan de bekende reinigingsinrichting.

20 Een constructief voordelige uitvoeringsvorm van de reinigingsinrichting volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat de afsluitmiddelen een klep omvatten die verplaatsbaar is tussen een open stand waarin de afvoeropening vrij is en een gesloten stand waarin de afvoeropening gesloten is. Een verdere voordelige uitvoeringsvorm is gekenmerkt, doordat de afsluitmiddelen verplaatsingsmiddelen omvatten voor het 25 verplaatsen van de klep. Hierdoor kan het openen en sluiten van de klep automatisch geschieden. De verplaatsingsmiddelen kunnen een hydraulische of pneumatische cilinder omvatten waarin een aan de klep bevestigde zuiger verplaatsbaar is. Ook kunnen de verplaatsingsmiddelen elektrisch uitgevoerd worden, bijvoorbeeld als een elektrische spindelmotor.

30 Nog een verdere uitvoeringsvorm is gekenmerkt, doordat de klep en/of de begrenzingswand van de afvoeropening is/zijn voorzien van afdichtmiddelen. Bij voorkeur is de begrenzingswand van de afvoeropening aan de binnenzijde voorzien van een conisch i 0 0 7 5 1 2 3 vlak en omvatten de afdichtmiddelen een elastische afdichtring die aan de klep is bevestigd en tijdens het afdichten samenwerkt met het conische vlak.

Voor het afvoeren van overtollig spoelvloeistof omvat de reinigingsinrichting een drainageleiding die nabij het aansluitstuk op de spoelleiding is aangesloten en waarop 5 een afsluitklep is aangesloten.

Voor het verwijderen van na het spoelen in het aansluitstuk achtergebleven spoelvloeistof is nog een verdere uitvoeringsvorm gekenmerkt, doordat het aansluitstuk een hevelbuis omvat die zich met een einde juist boven de afvoeropening in de genoemde inwendige ruimte van het aansluitstuk bevindt en via de bovenzijde uit het aansluitstuk komt 10 en waarvan het andere einde zich op een lager niveau bevindt dan het genoemde einde. Bij voorkeur strekt de hevelbuis zich uit in de drainageleiding.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een aansluitstuk voor toepassing in een reinigingsinrichting volgens de uitvinding.

Tenslotte heeft de uitvinding ook nog betrekking op een melkinrichting voor 15 het automatisch melken van koeien, omvattende: melkmiddelen voor het melken van koeien, opslagmiddelen voor het opslaan van melk, transportmiddelen voor het transporteren van de melk naar de opslagmiddelen, en reinigingsmiddelen voor het reinigen van de melkmiddelen en/of de opslagmiddelen en/of de transportmiddelen, waarbij de reinigingsmiddelen een reinigingsinrichting volgens de uitvinding omvatten.

20

Beknopte omschrijving van de tekeningen.

Hieronder zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van de reinigingsinrichting en een 25 melkinrichting volgens de uitvinding. Hierbij toont:

Figuur 1 een uitvoeringsvorm van de automatische melkinrichting volgens de uitvinding; en

Figuur 2 een uitvoeringsvorm van de reinigingsinrichting volgens de uitvinding.

30

Gedetailleerde omschrijving van de tekeningen.

1007512 4

In figuur 1 is schematisch een melkinrichting 1 volgens de uitvinding weergegeven voor het geautomatiseerd melken van koeien weergegeven. De melkinrichting 1 omvat melkmiddelen 3, waarvan een bekende melkrobot 5 deel uitmaakt, voor het melken van koeien. Verder omvat de melkinrichting 1 opslagmiddelen 7, waarvan een opslagtank 5 9 deel uitmaakt, voor het opslaan van melk, en omvat de melkinrichting 1 transportmiddelen 11, waarvan een transportleiding 13 voor het transporteren van de melk naar de opslagtank 9 deel uitmaakt. De melkinrichting 1 is voorts voorzien van reinigingsmiddelen, voor het reinigen van tenminste de transportleiding 13. De reinigingsmiddelen omvatten een reinigingsinrichting 15, die een aansluitstuk 17 heeft voor aansluiting op de opslagtank 9 en 10 een spoelleiding 19 voor toevoer van reinigingsvloeistof. De spoelleiding 19 kan aangesloten worden op een vat met reinigingsvloeistof, bijvoorbeeld spoelwater. Op de spoelleiding 19 is een drainageleiding 21 aangesloten voor afvoer van overtollig spoelwater of reinigingsvloeistof. In de drainageleiding 21 bevindt zich een afsluitklep 22. Bij het reinigen wordt het spoelwater opgezogen en via de spoelleiding 19 en het aansluitstuk 17 door de 15 transportleiding 13 gespoeld. Ook is het mogelijk het spoelwater eerst door de transportleiding 13 te spoelen en daarna via het aansluitstuk 17 door de spoelleiding 19 of de dainageleiding 21.

In figuur 2 is de reinigingsinrichting 15 gedetailleerd weergegeven. Het aansluitstuk 17 is aangesloten op een vulopening 23 van de opslagtank 9. Het aansluitstuk 20 17 is gevormd door een buis 25 waaraan een deksel 27 vast is verbonden. Het aansluitstuk 17 heeft een inwendige ruimte 29 alsmede een toevoeropening 31 waarop de transportleiding 13 is aangesloten, en een spoelopening 33 waarop de spoelleiding 19 is aangesloten. Het aansluitstuk 17 is voorts voorzien van een afVoeropening 35 die uitmondt in de opslagtank 9. De afvoeropening 35 kan afgesloten worden door middel van 25 afsluitmiddelen 37.

De afsluitmiddelen 37 omvatten een klep 39 en verplaatsingsmiddelen 41 gevormd door een hydraulische of pneumatische cilinder 43 waarin een aan de klep 39 bevestigde zuiger, waarvan alleen de zuigerstang 45 zichtbaar is, verplaatsbaar is. In plaats van een hydraulische of pneumatische cilinder met zuiger kan bijvoorbeeld ook een 30 elektrische spindelmotor toegepast worden.

De begrenzingswand van de afVoeropening, die gevormd is door de buis 25, is aan de binnenzijde voorzien van een conisch vlak 47 dat samenwerkt met een elastische 1007512 5 afdichtring 49. Het conische vlak 47 en de afdichtring 49 vormen samen afdichtmiddelen voor het vloeistofdicht kunnen afsluiten van de afvoeropening 35.

Tijdens het reinigen is de klep 39 gesloten en stroomt spoelwater via de spoelleiding 19 via de ruimte 29 door de transportleiding 13, waarbij de transportleiding 5 gereinigd wordt. Eventueel kunnen hierbij ook de melkmiddelen, die aan het andere einde van de transportleiding zijn aangesloten, gereinigd worden. Tijdens het reinigen wordt tevens het aansluitstuk 17 schoongespoeld. Ook kan met de reinigingsinrichting 15 de opslagtank 9 schoongespoeld worden door tijdens het reinigen de klep 39 open te zetten waardoor spoelwater in de opslagtank 9 komt. Hierbij wordt tevens het conische vlak 47 10 en de afdichtring 49 gereinigd.

De drainageleiding 21 voor het afvoeren van overtollig spoelvloeistof is nabij het aansluitstuk 17 op de spoelleiding 19 aangesloten. Voor het verwijderen van na het spoelen in het aansluitstuk achtergebleven spoelvloeistof is het aansluitstuk 17 voorzien van een hevelbuis 51 die zich met een einde 53 juist boven de afvoeropening 35 in de inwendige 15 ruimte 29 bevindt en via de bovenzijde zich in de drainageleiding 21 uitstrekt.

Hoewel in het voorgaande de uitvinding is toegelicht aan de hand van de tekeningen, dient te worden vastgesteld dat de uitvinding geenszins tot de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm is beperkt. De uitvinding strekt zich mede uit tot alle van de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm afwijkende uitvoeringsvormen binnen het door de 20 conclusies gedefinieerde kader.

1 u U 7 5 1 2

Claims (10)

1. Reinigingsinrichting voor het reinigen van een transportleiding, in het bijzonder een toevoerleiding voor melk naar een opslagtank, omvattende een aansluitstuk voor aansluiting op een vulopening in een opslagtank, welk aansluitstuk is voorzien van een 5 inwendige ruimte, alsmede een toevoeropening naar de inwendige ruimte voor het aansluiten van een transportleiding, en een spoelopening naar de inwendige ruimte, welke reinigingsinrichting voorts een spoelleiding omvat die aangesloten is op de spoelopening, met het kenmerk, dat het aansluitstuk is voorzien van een afvoeropening voor de inwendige ruimte, welke afvoeropening, indien het aansluitstuk is aangesloten op een opslagtank, 10 uitmondt in de opslagtank en dat het aansluitstuk afsluitmiddelen omvat voor het kunnen afsluiten van de afvoeropening.

2. Reinigingsinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de afsluitmiddelen een klep omvatten die verplaatsbaar is tussen een open stand waarin de afvoeropening vrij is en een gesloten stand waarin de afvoeropening gesloten is.

3. Reinigingsinrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de afsluitmiddelen verplaatsingsmiddelen omvatten voor het verplaatsen van de klep.

4. Reinigingsinrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de klep en/of de begrenzingswand van de afvoeropening is/zijn voorzien van afdichtmiddelen.

5. Reinigingsinrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de begrenzingswand van de afvoeropening aan de binnenzijde is voorzien van een conisch vlak en de afdichtmiddelen een elastische afdichtring omvatten die aan de klep is bevestigd en tijdens het afdichten samenwerkt met het conische vlak.

6. Reinigingsinrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het 25 kenmerk, dat de reinigingsinrichting een drainageleiding omvat die nabij het aansluitstuk op de spoelleiding is aangesloten en waarop een afsluitklep is aangesloten.

7. Reinigingsinrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het aansluitstuk een hevelbuis omvat die zich met een einde juist boven de afvoeropening in de genoemde inwendige ruimte van het aansluitstuk bevindt en via de 30 bovenzijde uit het aansluitstuk komt en waarvan het andere einde zich tijdens bedrijf op een lager niveau bevindt dan het genoemde einde.

8. Reinigingsinrichting volgens conclusie 6 en 7, met het kenmerk, dat de 1 ö 0 / 5 1 2 hevelbuis zich in de drainageleiding uitstrekt.

9. Aansluitstuk voor toepassing in een reinigingsinrichting volgens één der voorgaande conclusies.

10. Melkinrichting voor het automatisch melken van koeien, omvattende: 5. melkmiddelen voor het melken van koeien, - opslagmiddelen voor het opslaan van melk, - transportmiddelen voor het transporteren van de melk naar de opslagmiddelen, en - reinigingsmiddelen voor het reinigen van de melkmiddelen en/of de opslagmiddelen en/of de transportmiddelen, 10 met het kenmerk, dat de reinigingsmiddelen een reinigingsinrichting volgens één der voorgaande conclusies omvatten. 1007512