NL1006066C2 - Aansteker met veiligheidsslot. - Google Patents

Description

Aansteker met veiligheidsslot

De uitvinding betreft een aansteker, omvattende een huis met een reservoir voor gas, middelen voor het ontsteken van het gas, een klep 5 voor het af geven van het gas via een uitlaat en slotmiddelen die brengbaar zijn in een blokkeerpositie voor het blokkeren van de middelen voor het ontsteken van het gas, en een vrijgeefpositie waarin de middelen voor het ontsteken van het gas bedienbaar zijn.

Een dergelijke aansteker is algemeen bekend. Met deze bekende 10 uitvoering is getracht het probleem van onbevoegd gebruik te ondervangen. Voor aanstekers geldt in het algemeen namelijk dat zij op vrij eenvoudige wijze, en in ieder geval ook door kleine kinderen al ontstoken kunnen worden. In de praktijk kan dat nogal eens tot gevaarlijke situaties leiden, ook al om dat men aanstekers vaak 15 gedachteloos laat rondslingeren.

De hiervoor beschreven bekende aansteker bezit slotmiddelen door middel waarvan het gebruik door kinderen onmogelijk zou moeten worden gemaakt. In de praktijk blijkt deze bekende aansteker echter toch nog tot problemen te leiden.

20 Deze problemen vloeien voort uit het feit dat de slotmiddelen een stabiele vrijgeefpositie bezitten. De gebruiker kan de aansteker dus achterlaten terwijl deze, met de slotmiddelen in de vrijgeefpositie, gereed is voor gebruik. In die toestand kan bijvoorbeeld een kind alsnog de aansteker ontsteken.

25 Doel van deze uitvinding is een aansteker te verschaffen die dit nadeel mist en die daarom veiliger is. Dat doel wordt bereikt doordat de blokkeerpositie van de slotmiddelen stabiel is en de vrijgeefpositie daarvan niet stabiel is, zodanig dat de gebruiker de slotmiddelen met de hand in de vrijgeefpositie moet houden en 30 tegelijkertijd de middelen voor het ontsteken van het gas bediend moeten worden.

Voor een kind is het meestal niet mogelijk om meer dan een handeling tegelijk uit te voeren. Voor een kind wordt het daarom vrijwel onmogelijk om de aansteker te ontsteken: eerst moeten namelijk 35 de slotmiddelen worden bediend en in de vrijgeefpositie worden gehouden, waarna pas de ontsteker kan worden bediend.

Om te verzekeren dat de aansteker ook werkelijk steeds geblokkeerd is wanneer hij terzijde wordt gelegd, worden de 10U6U6 6 2 slotmiddelen onder voorspanning voortdurend in de richting van de blokkeerpositie aangedrukt gehouden. Dit betekent dat de slotmiddelen na gebruik van de aansteker direct vanzelf terugkeren naar de blokkeerpositie.

5 De aansteker is meestal zodanig uitgevoerd dat de middelen voor het ontsteken van het gas een beweegbaar bedieningsorgaan omvatten, welk bedieningsorgaan samenwerkt met de slotmiddelen. Dit bedieningsorgaan is ten opzichte van het huis op en neer beweegbaar; volgens de uitvinding kan het blokkeerorgaan een schuif omvatten die 10 in de ene verschoven positie de beweging van het bedieningsorgaan verhindert, en in de andere positie vrijgeeft.

Volgens een bekende uitvoering kan het bedieningsorgaan telescopisch beweegbaar zijn uitgevoerd ten opzichte van het huis, zodanig dat een wand van het bedieningsorgaan beweegbaar is binnen het 15 huis, waarbij de schuif dwars verplaatsbaar is met betrekking tot de telescopische beweging en een in de baan van de wand reikend blokkeeruitsteeksel heeft, en de wand van het bedieningsorgaan een langssleuf heeft die in de vrijgeefpositie van het blokkeerorgaan ligt in het verlengde van het blokkeeruitsteeksel daarvan.

20 Ter verzekering van het vanzelf doen terugkeren van de slotmiddelen naar de blokkeerstand, kan de schuif onder voorbelasting door een veerkracht voortdurend aangedrukt worden naar de blokkeerstand.

De uitvinding kan, zoals reeds genoemd, worden toegepast bij 25 allerlei verschillende soorten aanstekers. In het bijzonder echter kan hij worden toegepast bij aanstekers waarvan de uitlaat een vaste pijp omvat, waarvan het uiteinde steekt door een opening in het bedieningsorgaan. Een dergelijke aansteker is bekend uit WO-A-96295^7·

De aansteker volgens de uitvinding kan een geïntegreerde tank met 30 onstekingsmiddelen en dergelijke bezitten. Als alternatief kan in het huis een wegwerpaansteker zijn opgenomen die door middel van een drukknop bedienbaar is, welke drukknop in samenwerking is met de bedieningsmiddelen, welke wegwerpaansteker tevens een gaspijp heeft die is aangesloten op de uitlaat.

35 De aansteker volgens de uitvinding kan op eenvoudige manier worden bediend, indien de middelen voor het ontsteken van het gas, en de slotmiddelen zich bevinden aan van elkaar af gekeerde zijden van het huis. De gebruiker kan dan met de wijsvinger bijvoorbeeld de 1006-~^ 3 slotmiddelen in de vrijgeefpositie houden, en met de duim van dezelfde hand tegelijkertijd de middelen voor het ontsteken van het gas bedienen. Een dergelijke gelijktijdige handeling van duim en wijsvinger is voor kinderen lastig, ook al gezien de afstand tussen de 5 plaatsen waar de bediening moet plaatsvinden aan de voorkant en achterkant van het huis.

Vervolgens zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.

Figuur 1 toont een eerste uitvoeringsvorm van de aansteker in 10 perspectief, in ingeschakelde toestand.

Figuur 2 toont de aansteker in niet-ingeschakelde toestand.

Figuur 3 toont een dwarsdoorsnede van de aansteker volgens figuren 1 en 2.

Figuur ^ toont een tweede uitvoeringsvorm van de aansteker 15 volgens de uitvinding.

Figuur 5 toont een uiteengenomen en gedeeltelijk weggenomen aanzicht in perspectief (gedeeltelijk) van de aansteker volgens de uitvinding.

De in figuren 1 en 2 weergegeven aansteker omvat een huis 1, een 20 bedieningsorgaan 2 met grijpgedeelte 3 voor bijvoorbeeld de duim, waar doorheen een vaste pijp 12 via het oppervlak 13 naar buiten steekt in de toestand waarbij het bedieningsorgaan 2 naar beneden is gedrukt. Daarbij is de gastoevoer geopend, en is het uit de pijp 12 tredende gas ontstoken.

25 Tevens zijn op het bedieningsorgaan een flitslampje 25 alsmede een drukschakelaar 26 ter bediening daarvan voorzien.

In de in figuur 2 weergegeven toestand bevindt het bedieningsorgaan 2 zich in de omhoogbewogen positie, waarbij de gastoevoer is afgesloten en de vlam is gedoofd. Het einde 14 van de 30 pijp 12 bevindt zich daarbij gelijk met het bovenvlak 13 van het bedieningsorgaan 2.

In de doorsnede van figuur 3 is het bedieningsorgaan 2 halverwege ingedrukt ten opzichte van het huis 1. In dit huis 1 bevindt zich een met gas 6 gevulde gastank k, waar doorheen een gasleiding 5 loopt. 35 Deze gasleiding 5 is aansluitbaar op een verdere gasleiding 7 met uitlaat 8, welke gasleiding 7 zich bevindt in de pijp 12.

Via de bedieningshefboom 9 kan de gasklep 10 bediend worden. Door middel van de veer 11, die om de pijp 12 heen loopt, wordt de gasklep 1006066 4 10 via de bedieningshefboom 9 naar zijn gesloten positie aangedrukt gehouden. Door middel van steun 19 wordt de pijp 12 vastgehouden met betrekking tot het huis 1.

Aan het bedieningsorgaan 2 is een bedieningsnok 15 bevestigd, die 5 bij het naar beneden drukken van het bedieningsorgaan 2 in samenwerking komt met de bedieningshefboom 9· zodanig dat de gasklep 10 geopend wordt.

Zoals weergegeven in figuur 3 is tevens een ontstekerhouder 22 voorzien, omvattende een bovenste houderdeel 23 dat is bevestigd aan 10 het bedieningsorgaan 2, en een onderste houderdeel 24 bevestigd aan het huis 1. In het ontstekerhuis 22 bevindt zich een piëzo-elektrisch ontsteekorgaan 20. Het onsteekmiddel 21 bevindt zich nabij de uitlaat 8 van de gasleiding 7, in de pijp 12. Verder zijn in het huis een elektrisch circuit 27 en een batterij voor het flitslampje 25 15 opgenomen.

Om te verhinderen dat onbevoegden, in het bijzonder kinderen, gebruik maken van de aansteker, zijn slotmiddelen voorzien. Deze slotmiddelen omvatten een schuif 31 met een blokkeeruitsteeksel 37 dat heen-en weer beweegbaar is in sleuf 32 in het huis 1. De schuif 31 20 wordt door een veer 33 voortdurend in de geblokkeerde positie aangedrukt gehouden, zoals weergegeven in figuren 2 en 5·

Het bedieningsorgaan 2 heeft een wand 34 waarin zich een sleuf 35 bevindt.

In de blokkeerpositie van de schuif 31 is deze sleuf 25 niet op 25 één lijn daarmee, zoals weergegeven in figuren 2 en 5. zodanig dat het bedieningsorgaan 2 niet naar beneden gedrukt kan worden en dus de aansteker niet ontstoken kan worden.

Pas door de schuif 31 te verplaatsen naar de in figuur 1 weergegeven positie, komt de sleuf 35 op één lijn daarmee, waardoor 30 het bedieningsorgaan 2 naar beneden gedrukt kan worden en de aansteker ontstoken kan worden. Voor dat ontsteken zijn nu echter twee handelingen nodig, te weten het verschuiven van de schuif 31 en tegelijkertijd het naar beneden drukken van het bedieningsorgaan 2, hetgeen voor kinderen lastig, zo niet onmogelijk is.

35 De in figuur 4 getoonde variant van de aansteker bevat een conventionele wegwerpaansteker 16, die los in het huis 1 is geplaatst. De uitlaat 17 van deze conventionele aansteker 16 is in verbinding met gasleiding 7 die zich uitstrekt door de pijp 12, die op zijn beurt 100 6Ό 6 6 5 weer door het bedieningsorgaan 2 heen steekt in de in figuur weergegeven, half ingedrukte positie van dat bedieningsorgaan 2.

Het bedieningsorgaan 2 bezit nu een bedieningsnok 15, die daarbij in samenwerking komt met de drukknop 18 van de conventionele 5 aansteker. Tegelijkertijd drijft de nok 15 het aansteekwiel 36 van de conventionele aansteker 16 aan, waardoor deze ontstoken wordt en bij het uitlaateind 8 vein de gasleiding 7 een vlam verkregen wordt. Ook deze alternatieve uitvoering kan zijn voorzien van een schuif 3^ alsmede een sleuf 35. zoals beschreven in samenhang met de eerste 10 ui tvoeringsvorm.

1006066

Claims (9)

1. Aansteker, omvattende een huis (1) met een reservoir (4, 16) voor gas, middelen (20, 21) voor het ontsteken van het gas, welke 5 middelen bedienbaar zijn door en gebruiker, een klep (10) voor het afgeven van het gas via een uitlaat (7). en slotmiddelen (31, 35) die brengbaar zijn in een blokkeerpositie voor het blokkeren van de middelen (20, 21) voor het ontsteken van het gas, en een vrijgeefpositie waarin de middelen voor het ontsteken van het gas 10 bedienbaar zijn, met het kenmerk dat de blokkeerpositie van de slotmiddelen (31, 35) stabiel is en de vrijgeefpositie daarvan niet stabiel is, zodanig dat de gebruiker de slotmiddelen met de hand in de vrijgeefpositie moet houden en tegelijkertijd de middelen voor het ontsteken van het gas bediend moeten worden. 15

2. Aansteker volgens conclusie 1, waarbij de slotmiddelen (31, 35. onder voorspanning voortdurend in de richting van de blokkeerpositie aangedrukt worden gehouden. 20

3· Aansteker volgens conclusie 1 of 2, waarbij de middelen (20, 21. voor het ontsteken van het gas een beweegbaar bedieningsorgaan (2) omvatten, welk bedieningsorgaan (2) samenwerkt met de slotmiddelen (31. 35).

4. Aansteker volgens conclusie 3. waarbij het bedieningsorgaan (2) ten opzichte van het huis (1) op en neer beweegbaar is, en het blokkeerorgaan een schuif (31) omvat die in de ene verschoven positie de beweging van het bedieningsorgaan (2) verhindert, en in de andere positie vrijgeeft. 30

5· Aansteker volgens conclusie 4, waarbij het bedieningsorgaan (2) telescopisch beweegbaar is ten opzichte van het huis (1), zodanig dat een wand (3*0 van het bedieningsorgaan (2) beweegbaar is binnen het huis (1), waarbij de schuif (31) dwars verplaatsbaar is met 35 betrekking tot de telescopische beweging en een in de baan van de wand (34) reikend blokkeeruitsteeksel (37) heeft, welke wand (34) van het bedieningsorgaan (2) een langssleuf (35) heeft die in de 1006066 vrijgeefpositie van het blokkeerorgaan (31) ligt in het verlengde van de het blokkeeruitsteeksel (37) daarvan.

6. Aansteker volgens conclusie 5, waarbij de schuif (31) onder 5 voorbelasting door een veerkracht voortdurend aangedrukt wordt naar de blokkeerstand.

7. Aansteker volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de uitlaat een vaste pijp (12) omvat, waarvan het uiteinde (14) steekt 10 door een opening in het bedieningsorgaan (2).

8. Aansteker volgens een der voorgaande conclusies, waarbij in het huis (1) een wegwerpaansteker (16) is opgenomen die door middel van een drukknop (18) bedienbaar is, welke drukknop (18) in 15 samenwerking is met de bedieningsmiddelen (2), welke wegwerpaansteker (16) tevens een gasleiding (17) heeft die is aangesloten op de uitlaat (7).

9· Aansteker volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de 20 middelen (20, 21) voor het ontsteken van het gas, en de slotmiddelen (31. 35) zich bevinden aan van elkaar af gekeerde zijden van het huis (1). 1006066