NL1004807C2

NL1004807C2 - Shaver.

Info

Publication number: NL1004807C2
Application number: NL1004807A
Authority: NL
Inventors: Wolfgang Franke; Frank Beerwerth
Original assignee: Braun Ag
Priority date: 1996-01-19
Filing date: 1996-12-17
Publication date: 1999-01-26
Also published as: JP3882862B2; DE19601780C1; JPH09299629A; NL1004807A1

Description

Titel: Scheerapparaat.Title: Shaver.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een scheerapparaat volgens de aanhef van conclusie 1.The present invention relates to a shaver according to the preamble of claim 1.

Er is reeds een soortgelijk scheerapparaat bekend, dat door aanvraagster wordt vervaardigd en verkocht. Een 5 dergelijk scheerapparaat omvat een scheersysteem met meerdere scheerkoppen, welk systeem zwenkbaar gelegerd is. Deze zwenkbaarheid is daarbij met een verplaatsing van ongeveer 20° uit de ruststand gegeven. Bij de door aanvraagster vervaardigde en verkochte scheerapparaten 10 dient deze zwenkbaarheid ertoe, de scheerkoppen tijdens het scheren tegelijkertijd en onafhankelijk van het besturen van het scheerapparaat tegen het te scheren huidoppervlak aan te leggen. Een dergelijk scheerapparaat is bijvoorbeeld ook in de aanvrage met het nummer DE 36 10 726 Al beschreven.A similar razor is already known, which is manufactured and sold by the applicant. Such a shaver comprises a shaving system with several shaving heads, which system is pivotally alloyed. This pivotability is thereby given with a displacement of about 20 ° from the rest position. In the shavers 10 manufactured and sold by the applicant, this pivotability serves to apply the shaving heads to the skin surface to be shaved at the same time and independently of controlling the shaver during shaving. Such a shaver is also described, for example, in the application with the number DE 36 10 726 A1.

15 Eveneens is een scheerapparaat van andere producenten bekend, waarbij meerdere scheerkoppen als zogenoemde "Floater" zijn uitgevoerd. Deze scheerkoppen zijn daarbij langs de langsrichting van het scheerapparaat beweegbaar. Hierbij komt het in het geval van een verschillend sterke 20 verticale verplaatsing van de verschillende scheerkoppen eveneens tot een zwenking van de tangente, die alle scheerkoppen raakt en die in het optimale geval door het huidoppervlak wordt gevormd.A shaver from other manufacturers is also known, in which several shaving heads are designed as so-called "floater". These shaving heads are movable along the longitudinal direction of the shaver. In the case of a different strong vertical displacement of the different shaving heads, this also results in a pivoting of the tangent, which touches all the shaving heads and which is optimally formed by the skin surface.

Eveneens is het ook denkbaar, dat slechts één scheerkop 25 aanwezig is, die bijvoorbeeld zwenkbeweegbaar is gelegerd. Eveneens is het denkbaar, dat één scheerkop zowel zwenkbaar als ook verticaal beweegbaar is uitgevoerd.It is also conceivable that only one shaving head 25 is present, which is for instance pivotally mounted. It is also conceivable for one shaving head to be both pivotable and vertically movable.

Ten opzichte van deze bekende stand der techniek bezitten de maatregelen volgens conclusie 1 het voordeel, 30 dat voor de gebruiker tenminste duidelijk wordt, wanneer een optimale positie van de scheerkop tegen het te scheren huidoppervlak onder bepaalde omstandigheden niet meer aanwezig is. Dit is dan het geval, wanneer de maximale 100 4807 - 2 - verplaatsing uit de ruststand is bereikt, zodat een afgehoekte geleiding van het scheerapparaat door een verdere verplaatsing niet meer kan worden gecompenseerd. Wanneer zich de gebruiker van het scheerapparaat voor een spiegel 5 scheert, kan hij onder bepaalde omstandigheden zien, of en hoe ver een scheerkop uit zijn ruststand is verplaatst. Eventueel is het echter ook onmogelijk, wanneer de scheerkop van het scheerapparaat bijvoorbeeld door de hand die de scheerkop leidt, is verdekt. Door middel van een aanvullend 10 optisch middel, zoals bijvoorbeeld een controlelampje, kan dan de verplaatsing uit de ruststand worden getoond. Dit kan eveneens akoestisch en/of haptisch plaatsvinden, bijvoorbeeld door een desbetreffende toerentalverandering van de motor van het scheerapparaat.Compared to this known prior art, the measures according to claim 1 have the advantage that it becomes at least clear to the user when an optimum position of the shaving head against the skin surface to be shaved is no longer present under certain circumstances. This is then the case when the maximum 100 4807 - 2 displacement has been reached from the rest position, so that an angled guidance of the shaver can no longer be compensated by a further displacement. When the user of the shaver shaves in front of a mirror 5, he can see under certain circumstances whether and how far a shaving head has moved from its rest position. However, it may also be impossible if the shaving head of the shaver is, for example, covered by the hand guiding the shaving head. The displacement from the rest position can then be shown by means of an additional optical means, such as for instance a control lamp. This can also take place acoustically and / or haptically, for example by a corresponding speed change of the shaver motor.

15 Bij de onderhavige uitvinding wordt dus bij een scheerapparaat met een beweegbaar scheersysteem door middel van akoestische, haptische en/of aanvullende optische middelen de verplaatsing van ten minste één scheerkop uit de ruststand getoond. Hierbij kan de verplaatsing tot een 20 maximale waarde worden beperkt. Een controle is echter ook bij bepaalde omstandigheden dan zinvol, wanneer een dergelijke beperking niet bestaat.Thus, in the present invention, in a razor with a movable shaving system by means of acoustic, haptic and / or additional optical means, the displacement of at least one shaving head from the rest position is shown. The displacement can herein be limited to a maximum value. However, an audit is also useful in certain circumstances, if no such restriction exists.

Voordelig is bij het scheerapparaat volgens conclusie 2, dat een te hoge informatiestroom naar de gebruiker toe 25 kan worden vermeden. Wanneer er een momentele, in vergelijking geringe verplaatsing plaatsvindt, is nog een relatief grote compensatie van een toenemend afgehoekte geleiding van het scheerapparaat mogelijk door toenemende verplaatsing. Er bestaat dan echter geen noodzaak, aan de 30 gebruiker een desbetreffende informatie te laten toekomen, wanneer echter de bepaalde minimale verplaatsing is bereikt, kan deze minimale verplaatsing zo gekozen zijn, dat mogelijkerwijs geen verdere compensatie van een toenemend afgehoekte geleiding van het scheerapparaat door een 35 toenemende verplaatsing mogelijk is. Wanneer de gebruiker dan informatie over dit tijdstip krijgt, kan hij een desbetreffende correctie van de geleiding van het . j07 - 3 - scheerapparaat toepassen. Bij een maximale verplaatsing van 20° kan deze minimale verplaatsing ongeveer 15° bedragen.It is advantageous with the razor according to claim 2 that an excessive flow of information towards the user can be avoided. When there is a momentary, comparatively small displacement, a relatively large compensation of an increasingly angled guide of the razor is still possible due to increasing displacement. However, there is then no need to provide the user with relevant information, however, when the determined minimum displacement has been reached, this minimum displacement may be chosen so that no further compensation of an increasingly angled guide of the shaver by a 35 increasing displacement is possible. When the user then receives information about this time, he can make a corresponding correction of the guidance of the. j07 - 3 - Use shaver. With a maximum displacement of 20 °, this minimum displacement can be approximately 15 °.

Bij de uitvoering van een scheerapparaat volgens conclusie 3 wordt dit signaal pas dan uitgezonden, wanneer 5 de maximale verplaatsing daadwerkelijk is bereikt. Tot dat moment wordt dus een scheerwerking ongestoord door andere signalen mogelijk gemaakt.In the embodiment of a razor according to claim 3, this signal is only emitted when the maximum displacement has actually been reached. Until then, a razor effect is made undisturbed by other signals.

Bij het scheerapparaat volgens conclusie 4 is het voordelig, dat de gebruiker voortdurend een informatie met 10 betrekking tot de verplaatsing verkrijgt.In the razor according to claim 4 it is advantageous that the user constantly obtains information regarding the displacement.

Bij het scheerapparaat volgens conclusie 5 is het voordelig, dat de controleweergave voor de gebruiker van het scheerapparaat goed waarneembaar is. De toerentalverandering is zowel akoestisch als ook haptisch voor de gebruiker 15 waarneembaar.In the shaver according to claim 5 it is advantageous that the control display is clearly visible to the user of the shaver. The speed change is perceptible both acoustically and haptically to the user.

Bij het scheerapparaat volgens conclusie 6 wordt overeenkomstig tot de uitvoeringsvorm volgens conclusie 2 bij het bereiken van een bepaalde verplaatsing een goed waarneembaar signaal aan de gebruiker uitgezonden, dat deze 20 toestand weergeeft.In the razor according to claim 6, according to the embodiment according to claim 2, when a certain displacement is reached, a clearly perceptible signal is displayed to the user, which represents this condition.

Bij het scheerapparaat volgens conclusie 7 wordt een eveneens goed waarneembare toerentalvariatie uitgezonden. Hierbij is de klokfreqentie zodanig ingesteld, dat de in fase werkende toerentalschommeling goed kan worden 25 onderscheiden van een functrestoring. Bijvoorbeeld blijkt hierbij een frequentie in de grootte van 1 Hz voordelig te zijn.In the shaver according to claim 7, a speed variation which is also clearly perceptible is emitted. The clock frequency is hereby set in such a way that the phase fluctuation acting in phase can be clearly distinguished from a malfunction. For example, a frequency of 1 Hz appears to be advantageous.

Het scheerapparaat volgens conclusie 8 omvat hierbij een zwenkbeweging van ten minste één scheerkop.The shaver according to claim 8 herein comprises a pivoting movement of at least one shaving head.

30 Een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding is in de tekening weergegeven. Hierbij toont: fig. 1 een eerste uitvoeringsvoorbeeld voor het bepalen van de verplaatsing, fig. 2 een schakelschema van de elektrische schakeling 35 overeenkomstig het uitvoeringsvoorbeeld uit fig. 1, fig. 3 een afwijkende uitvoeringsvorm van dit schakelschema uit fig. 2, . π 7 w j - 4 - fig. 4 een andere mogelijkheid voor het bepalen van de verplaatsing, fig. 5 een mogelijkheid voor het bepalen van de verplaatsing met een inverse weergave ten opzichte van het 5 uitvoeringsvoorbeeld uit fig. 4, fig. 6 een zijaanzicht van een zwenkbare scheerkop-drager met een capacitieve bepaling van de verplaatsing, fig. 7 een bovenaanzicht van de zwenkbare scheerkop-drager uit fig. 6, 10 fig. 8 een schakelschema van de bijbehorende elektrische schakeling, fig. 9 de verandering van de capaciteit van de condensatoropstelling, die bij een verplaatsing van de zwenkbare scheerkopdrager overeenkomstig fig. 8 wordt 15 verkregen, fig. 10 een zijaanzicht van een zwenkbare scheerkopdrager met een capacitieve bepaling van de verplaatsing, fig. 11 een bovenaanzicht van de zwenkbare scheerkop-20 drager uit fig. 10, fig. 12 een zijaanzicht van een zwenkbare scheerkopdrager met een capacitieve bepaling van de verplaatsing, die een continue bepaling van de verplaatsing mogelijk maakt, fig. 13 een bovenaanzicht van de zwenkbare scheerkop-25 drager uit fig. 12, fig. 14 de verandering van de capaciteit van de condensatoropstelling, die bij een verplaatsing van de zwenkbare scheerkopdrager volgens fig. 12 wordt verkregen, fig. 15 een zijaanzicht van een zwenkbare scheerkop-30 drager met een inductieve bepaling van de verplaatsing, fig. 16 een bovenaanzicht van de zwenkbare scheerkopdrager uit fig. 15, fig. 17 een zijaanzicht van een zwenkbare scheerkopdrager met een bepaling van de verplaatsing door middel van 35 een magneetveldsensor, fig. 18 een bovenaanzicht van de zwenkbare scheerkopdrager uit fig. 17, 1004807 - 5 - fig. 19 een zijaanzicht van een zwenkbare scheerkop-drager met een optische bepaling van de verplaatsing, fig. 20 een bovenaanzicht van de zwenkbare scheerkop-drager uit fig. 19, 5 fig. 21 een uitvoeringsvoorbeeld van een toerental- variatie van de motor, en fig. 22 een verder uitvoeringsvoorbeeld van een toerentalvariatie van de motor.An exemplary embodiment of the invention is shown in the drawing. In these drawings: Fig. 1 shows a first exemplary embodiment for determining the displacement, Fig. 2 shows a circuit diagram of the electrical circuit 35 in accordance with the exemplary embodiment in Fig. 1, Fig. 3 shows a different embodiment of this circuit diagram from Fig. 2,. 7 wj - 4 - fig. 4 another possibility for determining the displacement, fig. 5 a possibility for determining the displacement with an inverse representation with respect to the exemplary embodiment from fig. 4, fig. 6 a side view of a pivoting shaving head carrier with a capacitive determination of the displacement, fig. 7 a top view of the pivoting shaving head carrier of fig. 6, 10 fig. 8 a circuit diagram of the associated electrical circuit, fig. 9 the change of the capacity of the capacitor arrangement obtained during displacement of the pivoting shaving head carrier according to fig. 8, fig. 10 a side view of a pivoting shaving head carrier with a capacitive determination of the displacement, fig. 11 a top view of the pivoting shaving head carrier from Fig. 10, Fig. 12 is a side view of a pivoting shaving head carrier with a capacitive displacement determination, which allows a continuous displacement determination, Fig. 13 is a top plan view of the pivotable shaving head carrier of Fig. 12, Fig. 14 shows the change in the capacitance of the capacitor arrangement obtained when the pivoting shaving head carrier of Fig. 12 is moved, Fig. 15 is a side view of a pivoting shaving head carrier with an inductive determination of the displacement, fig. 16 a top view of the pivoting shaving head carrier of fig. 15, fig. 17 a side view of a pivoting shaving head carrier with a determination of the displacement by means of a magnetic field sensor, Fig. 18 a top view of the pivoting shaving head carrier from Fig. 17, 1004807 - Fig. 19 a side view of a pivoting shaving head carrier with an optical determination of the displacement, fig. 20 a top view of the pivoting shaving head carrier from fig. 19, 5 Fig. 21 is an exemplary embodiment of a speed variation of the motor, and Fig. 22 is a further exemplary embodiment of a speed variation of the motor.

Zoals uit fig. l blijkt omvat een in detail niet nader 10 weergegeven scheerapparaat een stroom- resp. spanningsbron 101. De ene aansluiting van de spanningsbron 101 is daarbij door middel van een lagermoer 102 van de scheerkopdrager-bevestiging 103 van het scheerapparaat elektrisch verbonden. De schroef 104 wordt daarbij in de lagermoer 103 15 gedraaid, teneinde de scheerkopdrager 105 zwenkbeweegbaar om de door de schroef 104 en de overeenkomstige (niet weergegeven) schroef op de andere zijde van de scheerkopdrager-bevestiging 103 gevormde as te legeren. Hierbij wordt tussen de scheerkopdragerbevestiging 103 en de zwenkbeweegbaar 20 gelegerde scheerkopdrager 105 een contactelement 106 ingezet e.e.a. zodanig, dat tussen dit contactelement 106 en de lagermoer 101 een elektrische verbinding wordt tot stand gebracht. De onderste uiteinden van de beide benen 107 en 108 van het contactelement 106 grijpen daarbij in de 25 uitsparingen lil en 112 van de scheerkopdrager 105. Hierdoor ontstaat een mechanische verbinding van het contactelement 106 met de scheerkopdrager 105 e.e.a. zodanig, dat het contactelement 106 dezelfde zwenkbeweging uitvoert als de scheerkopdrager 105.As can be seen from Fig. 1, an electric shaver, not shown in detail, comprises a current or voltage source 101. The one connection of the voltage source 101 is electrically connected by means of a bearing nut 102 of the shaving head carrier mounting 103 of the shaver. The screw 104 is thereby screwed into the bearing nut 103 in order to pivot the shaving head carrier 105 about to bear the shaft formed by the screw 104 and the corresponding screw (not shown) on the other side of the shaving head carrier mounting 103. Here, a contact element 106 is inserted between the shaving head carrier attachment 103 and the pivotally mounted alloy shaving head carrier 105, such that an electrical connection is established between this contact element 106 and the bearing nut 101. The lower ends of the two legs 107 and 108 of the contact element 106 thereby engage the recesses 111 and 112 of the shaving head support 105. This creates a mechanical connection of the contact element 106 with the shaving head support 105, such that the contact element 106 has the same pivoting movement. as the shaving head carrier 105.

30 In het in fig. 1 getoonde uitvoeringsvoorbeeld sluiten de beide benen 107 en 108 van het contactelement 106 een hoek in, die ongeveer overeenkomt met de dubbele verplaatsing van de scheerkopdrager 105 in één richting. De onderste uiteinden van de beide benen 107 en 108 werken daarbij 35 telkens samen met een contactpen 109 of 110 e.e.a. zodanig, dat bij contact met één van de contactpennen 109 of 110 met de desbetreffende onderste uiteinden van het overeenkomstige 1004807 - 6 - been 107 of 108 een elektrische verbinding wordt verkregen. Deze contactpennen 109 en 110 zijn daarbij in het uit-voeringsvoorbeeld uit fig. 1 op hun beurt elektrisch met telkens één lichtdiode 113, 114 verbonden. Deze lichtdioden 5 zijn dan op hun beurt met een andere aansluiting van de spanningsbron verbonden.In the exemplary embodiment shown in Fig. 1, the two legs 107 and 108 of the contact element 106 enclose an angle approximately corresponding to the double displacement of the shaving head carrier 105 in one direction. The lower ends of the two legs 107 and 108 herein each cooperate with a contact pin 109 or 110, such that upon contact with one of the contact pins 109 or 110 with the respective lower ends of the corresponding 1004807-6 leg 107 or 108 an electrical connection is obtained. In the exemplary embodiment of Fig. 1, these contact pins 109 and 110 are in turn electrically connected to one light-emitting diode 113, 114. These light-emitting diodes 5 are then in turn connected to another terminal of the voltage source.

Raakt nu één van de onderste uiteinden van de benen 107 of 108 van het contactelement 106 één der contactpennen 109 of 110 aan, dan wordt de desbetreffende lichtdiode 113, 114 10 met de spanningsbron 101 verbonden en begint te schijnen.If one of the lower ends of the legs 107 or 108 of the contact element 106 now touches one of the contact pins 109 or 110, the respective light-emitting diode 113, 114 10 is connected to the voltage source 101 and starts to shine.

Het is hierbij bijvoorbeeld ook mogelijk, de beide contactpennen 109 en 110 kort te sluiten resp. slechts in één contactpen 109 te voorzien en dan ook overeenkomstig slechts in één lichtdiode 113 te voorzien. Er wordt dan 15 slechts aangeduid, dat de maximale verplaatsing van de scheerkopdrager 105 bereikt is en niet meer in welke richting deze maximale verplaatsing bereikt wordt.It is also possible, for example, to short-circuit the two contact pins 109 and 110, respectively. to provide only one contact pin 109 and accordingly also to provide only one light emitting diode 113. It is then only indicated that the maximum displacement of the shaving head carrier 105 has been reached and no longer in which direction this maximum displacement is achieved.

Eveneens kan bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 1 ook een andere weergave-inrichting worden bediend in 20 plaats van de lichtdioden.In the exemplary embodiment according to Fig. 1, another display device can also be operated instead of the light-emitting diodes.

Fig. 2 toont een schakelschema van een elektrische schakeling overeenkomstig het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 1, waarbij dezelfde verwijzingscijfers als bij fig. 1 ook dezelfde onderdelen weergeven.Fig. 2 shows a circuit diagram of an electrical circuit according to the exemplary embodiment of FIG. 1, wherein the same reference numerals as in FIG. 1 also show the same parts.

25 Fig. 3 toont een variatie van dit schakelschema uit fig. 2, waarbij slechts één contactpen 109 en één lichtdiode 113 worden toegepast.FIG. 3 shows a variation of this circuit diagram of FIG. 2, using only one contact pin 109 and one light emitting diode 113.

Fig. 4 toont een andere mogelijkheid voor het bepalen van de verplaatsing. Een scheerkopdrager 405 verandert 30 daarbij de positie van een stoter 401 als gevolg van een zwenkbeweging van de scheerkopdrager 405. De uitsparing 406 van de scheerkopdrager 405 definieert hierbij de besturings-curve van de stoter 401, langs welke curve de stoter bij een zwenkbeweging van de scheerkopdrager 405 wordt bewogen. De 35 stoter 401 wordt daarbij door middel van een bladveer 402 tegen het bovenste vlak van de uitsparing 406 van de scheerkopdrager 405 gedrukt. Deze bladveer 402 omvat daarbij 100 48 07 - 7 - bijvoorbeeld een niet weergegeven elektrische verbinding met een aansluiting van een spanningsbron. Het deze bladveer 402 behorende contactelement 403 is vast aan het scheerapparaat bevestigd en bijvoorbeeld met een weergave-inrichting 5 verbonden, die op haar beurt met de andere aansluiting van de spanningsbron elektrisch is verbonden.Fig. 4 shows another possibility for determining the displacement. A shaving head carrier 405 thereby changes the position of a tappet 401 as a result of a pivoting movement of the shaving head carrier 405. The recess 406 of the shaving head carrier 405 herein defines the control curve of the tappet 401, along which curve the tappet during a pivoting movement of the shaving head carrier 405 is moved. The ram 401 is thereby pressed against the upper surface of the recess 406 of the shaving head carrier 405 by means of a leaf spring 402. This leaf spring 402 thereby comprises 100 48 07 - 7 - for example an electrical connection (not shown) with a connection of a voltage source. The contact element 403 belonging to this leaf spring 402 is fixedly attached to the shaver and is connected, for example, to a display device 5, which in turn is electrically connected to the other terminal of the voltage source.

Als gevolg van de verandering van de positie van de stoter 401 als gevolg van een zwenkbeweging van de scheer-kopdrager 405 vindt bij het bereiken resp. overschrijden van 10 een bepaalde minimumverplaatsing van de scheerkopdrager 405 uit de ruststand een elektrische verbinding plaats van de bladveer 402 met het contactelement 403. De weergave-inrichting wordt hierdoor met de spanningsbron verbonden, zodat het bereiken van een bepaalde minimumverplaatsing door 15 de weergave-inrichting wordt aangeduid. Deze bepaalde minimumverplaatsing kan daarbij overeenkomen met de maximale verplaatsing van de scheerkopdrager 405 of ook met een verplaatsing, die kleiner is dan deze maximale verplaatsing.As a result of the change of the position of the ram 401 as a result of a pivoting movement of the shaving head carrier 405, upon reaching resp. exceeding a certain minimum displacement of the shaving head carrier 405 from the rest position, an electrical connection is made of the leaf spring 402 with the contact element 403. The display device is hereby connected to the voltage source, so that the display device achieves a certain minimum displacement. is designated. This particular minimum displacement may correspond to the maximum displacement of the shaving head carrier 405 or also to a displacement smaller than this maximum displacement.

Een dergelijke uitvoeringsvorm volgens fig. 4 is 20 bijvoorbeeld voordeligerwijs geschikt voor een uitvoeringsvorm met een beweging van ten minste één scheerkop in een langsrichting, omdat dat de bewegingsrichting van de scheerkop en van de stoter direct overeenkomen en verdere maatregelen voor het realiseren van een besturingscurve 25 achterwege kunnen worden gelaten.Such an embodiment according to fig. 4 is advantageously suitable, for example, for an embodiment with a movement of at least one shaving head in a longitudinal direction, because that the direction of movement of the shaving head and of the ram directly correspond and further measures for realizing a control curve. can be omitted.

Bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 5 is de bladveer 502 met het contactelement 503 elektrisch verbonden, wanneer zich de scheerkopdrager 505 in een bepaald gebied rond de ruststand bevindt, dat als werkgebied wordt 30 aangeduid. Wanneer de verplaatsing van de scheerkopdrager 505 een bepaalde minimumverplaatsing overschrijdt, wordt de stoter 501 zover naar beneden bewogen, dat de elektrische verbinding van de bladveer 502 met het contactelement 503 wordt onderbroken. De beweging van de stoter 501 wordt ook 35 bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 5 zoals in het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 4 door de van tevoren bepaalde besturingscurve door het aanliggen van de stoter i 00430? - 8 - 501 in het bovenste aanlegvlak van de uitsparing in de scheerkopdrager 505 bepaald. In dit uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 5 wordt dus één signaal uitgezonden, wanneer de verplaatsing van de scheerkopdrager 505 zodanig is, dat zich 5 de verplaatsing van de scheerkopdrager 505 in het werkgebied bevindt. Voor het overige komt het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 5 overeen met het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 4.In the embodiment of Fig. 5, the leaf spring 502 is electrically connected to the contact element 503 when the shaving head carrier 505 is located in a certain area around the rest position, which is referred to as the working area. When the displacement of the shaving head carrier 505 exceeds a certain minimum displacement, the plunger 501 is moved downwards until the electrical connection of the leaf spring 502 to the contact element 503 is interrupted. The movement of the ram 501 also becomes apparent in the exemplary embodiment of FIG. 5, as in the exemplary embodiment of FIG. 4, by the predetermined control curve due to the contact of the ram. - 8 - 501 is determined in the upper contact surface of the recess in the shaving head carrier 505. In this exemplary embodiment according to Fig. 5, therefore, one signal is emitted when the displacement of the shaving head carrier 505 is such that the displacement of the shaving head carrier 505 is in the working area. Otherwise, the exemplary embodiment of FIG. 5 corresponds to the exemplary embodiment of FIG. 4.

De fig. 6 t/m 8 tonen een eerste uitvoeringsvoorbeeld 10 van een capacitieve bepaling van de verplaatsing. Hierbij toont fig. 6 een zijaanzicht van een zwenkbare scheerkopdrager en fig. 7 een bovenaanzicht van deze zwenkbare scheerkopdrager. Fig. 8 toont een schakelbeeld van de bijbehorende elektrische schakeling en fig. 9 de verandering 15 van de capaciteit van de condensatoropstelling, welke verandering wordt verkregen bij een verplaatsing van de zwenkbare scheerkopdrager uit de ruststand.Figures 6 to 8 show a first exemplary embodiment 10 of a capacitive determination of the displacement. Fig. 6 shows a side view of a pivotable shaving head carrier and Fig. 7 shows a top view of this pivoting shaving head carrier. Fig. 8 shows a circuit diagram of the associated electrical circuit and FIG. 9 shows the change in the capacitance of the capacitor array, which change is obtained when the pivotable shaving head carrier is displaced from the rest position.

Hierbij omvat de zwenkbare scheerkopdrager 605 een eerste opstelling van condensatorplaten 603. De tegenover-20 gestelde platen 602 van de condensatoropstelling zijn daarbij in het scheerapparaathuis 601 aangebracht. Bij een verplaatsing van de zwenkbare scheerkopdrager 605 uit de ruststand wordt daarbij de capaciteit veranderd overeenkomstig de weergave in fig. 9. Bij het bereiken van een 25 bepaalde verplaatsing staan de condensatorplaten 602 en 603 niet meer tegenover elkaar en de capaciteit is op de waarde 0 gevallen. Hierdoor kan dan het bereiken van een bepaalde verplaatsing worden herkend, die bijvoorbeeld de maximale verplaatsing kan zijn.Here, the pivotable shaving head carrier 605 comprises a first arrangement of capacitor plates 603. The opposed plates 602 of the capacitor arrangement are thereby arranged in the shaver housing 601. When the pivoting shaving head carrier 605 is displaced from the rest position, the capacity is thereby changed according to the representation in fig. 9. When a certain displacement is reached, the capacitor plates 602 and 603 are no longer opposite each other and the capacity is at the value 0 cases. This makes it possible to recognize the attainment of a certain displacement, which can for instance be the maximum displacement.

30 Uit het schakelbeeld volgens fig. 8 blijkt, dat de platenopstelling 603 in de scheerkopdrager 605 weliswaar volgens de figuren 6 en 7 als een plaat is uitgevoerd, maar elektrisch als telkens één plaat in twee condensatoren werkt. Door de verkregen serieschakeling van de conden-35 satoren wordt vermeden, dat een elektrische verbinding moet plaatsvinden tussen het scheerapparaathuis 601 en de zwenkbare scheerkopdrager 605. Door de verplaatsing van de •j .. :jü? - 9 - scheerkopdrager veranderen namelijk de in serie geschakelde capaciteiten en door het evalueren van de verandering van de capaciteiten kan dan het bereiken van een bepaalde verplaatsing worden herkend.It can be seen from the switching picture according to Fig. 8 that the plate arrangement 603 in the shaving head carrier 605, according to Figs. 6 and 7, is designed as a plate, but it operates electrically as one plate in two capacitors. By the series connection of the condensers obtained, it is avoided that an electrical connection has to be made between the shaver housing 601 and the pivotable shaving head carrier 605. By the displacement of the j. Namely, the shaving head carrier changes the capacitances connected in series and by evaluating the change of the capacities it is then possible to recognize that a certain displacement has been reached.

5 Fig. 10 toont een zijaanzicht van een zwenkbare scheer kopdrager met een capacitieve bepaling van de verplaatsing, waarbij in tegenstelling tot de uitvoeringsvorm volgens fig. 6 de capaciteit dan maximaal wordt, wanneer de verplaatsing van de scheerkopdrager 605 de bepaalde 10 verplaatsing bereikt of overschrijdt. Dit wordt bereikt, doordat de condensatorplaat zodanig tweedelig is uitgevoerd, dat een deel in overlapping met de condensatorplaten 602 komt, wanneer de verplaatsing van de scheerkopdrager 605 in de ene richting de bepaalde verplaatsing bereikt of 15 overschrijdt en dat het andere deel in overlapping met de condensatorplaten 602 komt, wanneer de verplaatsing van de scheerkopdrager 605 in de andere richting de bepaalde verplaatsing bereikt of overschrijdt.FIG. 10 shows a side view of a pivotable shaving head carrier with a capacitive determination of displacement, wherein, in contrast to the embodiment according to FIG. 6, the capacity then becomes maximum when the displacement of the shaving head carrier 605 reaches or exceeds the determined displacement. This is achieved in that the capacitor plate is constructed in two parts such that one part overlaps the capacitor plates 602 when the displacement of the shaving head carrier 605 in one direction exceeds or exceeds the determined displacement and the other part overlaps the capacitor plates 602 comes when the displacement of the shaving head carrier 605 in the other direction reaches or exceeds the determined displacement.

De tweedelige uitvoering van de condensatorplaat 603 20 blijkt ook uit het bovenaanzicht van de zwenkbare scheerkopdrager uit fig. 10, die in fig. ll is weergegeven.The two-part embodiment of the capacitor plate 603 20 is also apparent from the top plan view of the pivotable shaving head carrier of FIG. 10 shown in FIG. 11.

Fig. 12 toont een zijaanzicht van een zwenkbare scheerkopdrager met een capacitieve bepaling van de verplaatsing, die een continue bepaling van de verplaatsing 25 mogelijk maakt. Daarbij zijn in de ruststand van de zwenkbare scheerkopdrager 605 de condensatorplaten 603 in de zwenkbare scheerkopdrager pas half in overlapping met de condensatorplaten 602, die vast in het scheerapparaathuis 601 zijn aangebracht. Bij een verplaatsing van een zwenkbare 30 scheerkopdrager 605 naar de ene richting toe neemt daarbij de overlapping van de condensatorplaten 602 en 603 en daarmee ook de capaciteit van de condensatoropstelling af, totdat deze bij de maximale verplaatsing in deze richting de waarde 0 heeft bereikt. Bij een verplaatsing van de zwenk -35 bare scheerkopdrager 605 naar de andere richting toe, neemt daarbij de overlapping van de condensatorplaten 602 en 603 en daarmee ook de capaciteit van de condensatoropstelling - 10 - toe, totdat bij de maximale verplaatsing in deze richting de maximale overlapping van de condensatorplaten 602 en 603 is bereikt en daarmee ook de maximale capaciteit.Fig. 12 shows a side view of a pivotable shaving head carrier with capacitive displacement determination permitting continuous displacement determination. In the rest position of the pivoting shaving head carrier 605, the capacitor plates 603 in the pivoting shaving head carrier are only half overlapped with the capacitor plates 602, which are fixedly mounted in the shaver housing 601. When a pivoting shaving head carrier 605 is displaced in one direction, the overlap of the capacitor plates 602 and 603 and thereby also the capacitance of the capacitor arrangement decreases, until it has reached the value 0 during the maximum displacement in this direction. When the pivoting -35 shaving head carrier 605 is displaced in the other direction, the overlap of the capacitor plates 602 and 603 and thereby also the capacity of the capacitor arrangement - 10 - increases, until the maximum displacement in this direction increases the maximum overlap of the capacitor plates 602 and 603 has been achieved and thus the maximum capacity.

Fig. 13 toont een bovenaanzicht van de zwenkbare 5 scheerkopdrager uit fig. 12 en fig. 14 toont een weergave van de verandering van de capaciteit afhankelijk van de verplaatsing van de zwenkbare scheerkopdrager 605 naar de beide richtingen toe.Fig. 13 is a plan view of the pivotable shaving head carrier of FIG. 12, and FIG. 14 is a representation of the change in capacity depending on the displacement of the pivoting shaving head carrier 605 in both directions.

De voorstaand beschreven toepassing van de 10 condensatoren omvat het voordeel, dat geen elektrische verbinding tussen het scheerapparaathuis 601 en de scheerkopdrager 605 is vereist. Eventueel optredende scheerstof beïnvloedt daarbij hoogstens de diêlektriciteit van de condensatoren, maar leidt niet tot een volledige 15 functiestoring van de opstelling.The application of the capacitors described above has the advantage that no electrical connection is required between the shaver housing 601 and the shaving head carrier 605. Any shaving agent that occurs will at most affect the dielectricity of the capacitors, but does not lead to a complete malfunction of the arrangement.

Verder werd bij de voorstaand getoonde uitvoerings-voorbeelden slechts de verandering van de capaciteit met de verplaatsing weergegeven. Het evalueren van deze capaciteitsverandering geschiedt in een op zich bekende 20 wijze, doordat bijvoorbeeld deze capaciteit in serie met een weerstand in eerste instantie wordt voorzien van een bepaalde spanning. Aansluitend ontlaat zich dan de capaciteit over de weerstand. Hierbij wordt de tijd geregistreerd, die verloopt totdat de spanning bij de 25 capaciteit een bepaalde onderste waarde heeft bereikt.Furthermore, in the embodiments shown above, only the change in capacity with displacement was shown. The evaluation of this capacity change takes place in a manner known per se, for example because this capacity is initially provided with a certain voltage in series with a resistor. Then the capacitance over the resistor is discharged. This records the time that elapses until the voltage at the capacitance has reached a certain lower value.

Uit bekende spanningen en de opgenomen tijd wordt dan de capaciteit bepaald.The capacity is then determined from known voltages and the recorded time.

Fig. 15 toont een uitvoeringsvoorbeeld voor een inductieve bepaling van de verplaatsing. Hierbij is een 30 spoelopstelling 1502 voorzien van een ferromagnetische kern, die U-vormig is uitgevoerd. In de zwenkbare scheerkopdrager 605 bevindt zich daarbij op de desbetreffende plaatsen eveneens een ferromagnetisch materiaal, zodat één, tot op de resterende in vergelijking kleine luchtspleten tussen het 35 scheerapparaathuis 601 en de zwenkbare scheerkopdrager 605 na, gesloten ferromagnetisch circuit ontstaat. Hierdoor wordt dan desbetreffend sterk de inductiviteit van de spoel- 1004807 - 11 - opstelling 1502 verandert, hetgeen geëvalueerd kan worden.Fig. 15 shows an exemplary embodiment for an inductive determination of the displacement. Here, a coil arrangement 1502 is provided with a ferromagnetic core, which is U-shaped. In the pivotable shaving head carrier 605 there is also a ferromagnetic material at the respective locations, so that one, closed to the remaining comparatively small air gaps between the shaver housing 601 and the pivoting shaving head carrier 605, results in a closed ferromagnetic circuit. As a result, the inductance of the coil 1004807-11 arrangement 1502 is changed accordingly, which can be evaluated.

In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld wordt een maximale inductiviteit verkregen, wanneer een bepaalde verplaatsing bereikt of overschreden is. Hierbij is echter ook denkbaar, 5 dat bij het bereiken of overschrijden van een bepaalde verplaatsing het ferromagnetische circuit net opent, zodat dan de inductiviteit plotseling wordt verminderd.In the exemplary embodiment shown, a maximum inductance is obtained when a certain displacement has been reached or exceeded. It is also conceivable here, however, that upon reaching or exceeding a certain displacement the ferromagnetic circuit just opens, so that the inductance is then suddenly reduced.

Fig. 16 toont een bovenaanzicht van de opstelling uit fig. 15.Fig. 16 shows a top view of the arrangement of FIG. 15.

10 Fig. 17 toont een uitvoeringsvoorbeeld voor een bepaling van de verplaatsing door middel van een magneet-veldsensor 1702, die in het scheerapparaathuis 601 is aangebracht. Deze magneetveldsensor kan bijvoorbeeld een Hall-sensor of een magnetoresistieve weerstand zijn. In de 15 zwenkbare scheerkopdrager 605 bevindt zich daarbij op de desbetreffende plaatsen een permanente magneet 1703.FIG. 17 shows an exemplary embodiment for determining the displacement by means of a magnetic field sensor 1702, which is arranged in the shaver housing 601. This magnetic field sensor can for instance be a Hall sensor or a magnetoresistive resistor. In the pivotable shaving head carrier 605 there is a permanent magnet 1703 at the relevant locations.

Bereikt resp. overschrijdt daarbij de verplaatsing een bepaalde verplaatsing, dan kan dit door middel van de magneetveldsensor worden vastgesteld, omdat zich dan 20 namelijk de permanente magneet van de magneetveldsensor weg beweegt. Eveneens is het ook denkbaar, dat zich de permanente magneet in het registratiegebied van de sensor bevindt, wanneer de verplaatsing de bepaalde verplaatsing bereikt of overschrijdt. Het sensorsignaal is dan dus net 25 geïnverteerd.Achieved resp. if the displacement exceeds a certain displacement, this can be determined by means of the magnetic field sensor, because the permanent magnet then moves away from the magnetic field sensor. It is also conceivable that the permanent magnet is located in the recording area of the sensor when the displacement reaches or exceeds the determined displacement. The sensor signal has thus just been inverted.

Fig. 18 toont een bovenaanzicht van de opstelling uit fig. 16.Fig. 18 shows a top view of the arrangement of FIG. 16.

Fig. 19 toont een uitvoeringsvoorbeeld voor een optische bepaling van de verplaatsing. Daarbij is een licht-30 uitzend- en ontvangsteenheid 1902 in het scheerapparaathuis 601 aangebracht. Deze lichtuitzend- en ontvangsteenheid werkt daarbij bij voorkeur in het infraroodgebied. Deze lichtuitzend- en ontvangsteenheid 1902 werkt daarbij met een reflexfolie 1903 samen, die bijvoorbeeld door vastplakken op 35 de zwenkbare scheerkopdrager 605 is aangebracht. Wanneer hierbij de bepaalde verplaatsing is bereikt, wordt het door de lichtuitzendeenheid uitgezonden licht door de reflexfolie λ 4 f · f: *7 - ’ : : ï '-> ' ' '·_> < - 12 - weer naar de lichtontvangsteenheid toe teruggereflecteerd. Hiermee is dan het bereiken resp. overschrijden van een bepaalde verplaatsing registreerbaar.Fig. 19 shows an exemplary embodiment for an optical determination of the displacement. Thereby, a light emitting and receiving unit 1902 is mounted in the shaver housing 601. This light emitting and receiving unit preferably operates in the infrared region. This light-emitting and receiving unit 1902 cooperates with a reflex foil 1903, which is applied, for example, by sticking to the pivotable shaving head carrier 605. When the determined displacement has been reached, the light emitted by the light emitting unit is reflected back to the light receiving unit by the reflex foil λ 4 f · f: * 7 - ':: ï' -> '' '· _> <- 12. . With this the reaching resp. exceeding a certain movement can be registered.

Fig. 20 toon een bovenaanzicht van de opstelling uit 5 fig. 19.Fig. 20 show a top view of the arrangement of fig. 19.

De weergegeven principes van de bepaling van de verplaatsing (of ook andere methoden voor het bepalen van de verplaatsing) laten zich dan combineren met verschillende weergavemogelij kheden.The displayed principles of displacement determination (or other methods for determining displacement) can then be combined with different display options.

10 Zo is het bijvoorbeeld mogelijk, een optische weergave door middel van één of meerdere lichtdioden toe te passen. Evenzo is het mogelijk alternatief of aanvullend een akoestisch signaal uit te zenden bijvoorbeeld door een piêzozoemer.For example, it is possible to use an optical display by means of one or more light-emitting diodes. Likewise, it is possible to transmit an acoustic signal alternatively or additionally, for example through a piezo buzzer.

15 Fig. 21 toont een verdere weergavemogelijkheid, die eveneens alternatief of aanvullend ten opzichte van de genoemde weergavemogelijkheden kan worden toegepast. Hierbij vindt een stapsgewijze aandrijving van de motor plaats.FIG. 21 shows a further display option, which can also be used alternatively or additionally to the above-mentioned display options. This involves a step-by-step drive of the motor.

vanaf de schakelaar 2101 wordt een signaal 2102 naar 20 een EN-poort 2109 toegeleid. Vanaf een sensor 2103, die een bepaalde verplaatsing registreert, totdat het signaal 2104 daarvan de waarde 0 bereikt wanneer de bepaalde verplaatsing is bereikt of overschreden, wordt een signaal 2104 naar een OF-poort 2108 toegeleid. Een pulsgenerator 2105 wekt daarbij 25 een gepulseerd signaal 2106 op, waarbij de pulsfrequentie overeenkomt met de frequentie, die zich als toerental-schommeling moet instellen aan de motor bij het bereiken van de bepaalde verplaatsing.a signal 2102 is fed from an switch 2101 to an AND gate 2109. From a sensor 2103, which records a certain displacement, until its signal 2104 reaches the value 0 when the particular displacement is reached or exceeded, a signal 2104 is supplied to an OR gate 2108. A pulse generator 2105 thereby generates a pulsed signal 2106, the pulse frequency corresponding to the frequency which must adjust as a speed fluctuation to the motor upon reaching the determined displacement.

De functiewijze is daarbij als volgt. De drijver 2110 30 van de motor 2111 kan slechts dan door de EN-poort worden bestuurd, wanneer de schakelaar 2101 is ingeschakeld.The mode of operation is as follows. The driver 2110 30 of the motor 2111 can only be controlled by the AND gate when the switch 2101 is switched on.

Het andere ingangssignaal 2107 van de EN-poort 2109 bezit daarbij tenminste dan de waarde "1", wanneer de bepaalde verplaatsing nog niet is bereikt, omdat dan het 35 ingangssignaal 2104 van de OF-poort 2108 eveneens "l" is. In dit geval wordt de motor dus continu met stroom gevoed.The other input signal 2107 of the AND gate 2109 has at least the value "1", when the determined displacement has not yet been reached, because the input signal 2104 of the OR gate 2108 is then also "1". In this case, the motor is therefore continuously supplied with power.

Λ ^ f - 13 -Λ ^ f - 13 -

Is de bepaalde verplaatsing echter bereikt, verkrijgt het ingangssignaal 2104 van de OF-poort 2108 de waarde "0" en de uitgang van de OF-poort 2108 wordt door het andere ingangssignaal 2106 daarvan bepaald. Dit signaal 2106 5 schommelt daarbij met de pulsfrequentie van de pulsgenerator 2105. Hierdoor schommelt ook het overgangssignaal 2107 van de OF-poort 2108 met deze frequentie en daarmee ook het uitgangssignaal van de EN-poort 2109. De drijver 2110 van de motor 2111 wordt dan stapsgewijs bestuurd met de frequentie 10 van de pulsgenerator 2105.However, when the determined displacement is reached, the input signal 2104 of the OR gate 2108 obtains the value "0" and the output of the OR gate 2108 is determined by its other input 2106. This signal 2106 then fluctuates with the pulse frequency of the pulse generator 2105. As a result, the transition signal 2107 of the OR gate 2108 also fluctuates with this frequency, and thereby also the output signal of the AND gate 2109. The driver 2110 of the motor 2111 then becomes controlled in steps with the frequency 10 of the pulse generator 2105.

Wanneer dus de bepaalde verplaatsing is bereikt, wordt de motor slechts nog stapsgewijs bestuurd.Thus, when the determined displacement is reached, the motor is only controlled step-by-step.

Eveneens is het ook mogelijk, het signaal dat de verplaatsing van de sensor weergeeft, naar een micro-15 processor toe te leiden en door middel van deze microprocessor een desbetreffende toerentalbesturing of toerentalregeling van de motor te realiseren. Dit is in het bijzonder dan zinvol, wanneer het toerental niet plotseling bij het bereiken van een bepaalde verplaatsing veranderd 20 moet worden, maar continu afhankelijk van de verplaatsing.It is also possible to feed the signal representing the displacement of the sensor to a micro-15 processor and to realize a corresponding speed control or speed control of the motor by means of this microprocessor. This is especially useful if the speed is not to be changed suddenly when a certain displacement is reached, but continuously depending on the displacement.

Fig. 22 toont, dat het toerental van de motor bij een bepaalde verplaatsing 2204 bijvoorbeeld overeenkomstig de curve 2201 plotseling kan worden veranderd. Eveneens is het mogelijk, bij het bereiken van een bepaalde verplaatsing 25 2204 een continue verandering tot het bereiken van de maximale verplaatsing te bereiken. Wanneer de bepaalde verplaatsing de maximale verplaatsing bereikt vindt dan een plotselinge verandering van het toerental plaats.Fig. 22 shows that the speed of the motor can be changed suddenly at a given displacement 2204, for example, in accordance with the curve 2201. It is also possible, upon reaching a certain displacement, to achieve a continuous change until the maximum displacement is reached. When the determined displacement reaches the maximum displacement, a sudden change in the speed occurs.

Eveneens is het ook mogelijk, de toerentalverandering 30 niet pas bij het bereiken van een bepaalde verplaatsing te laten beginnen, maar te voorzien in een toerentalverandering die continu afhankelijk van de verplaatsing uit de ruststand bijvoorbeeld overeenkomstig de curve 2201 plaatsvindt.It is also possible not to start the speed change 30 only when a certain displacement is reached, but to provide a speed change which takes place continuously depending on the displacement from the rest position, for example in accordance with the curve 2201.

Bij de getoonde curven zijn de toerentallen, die 35 minimaal worden verkregen altijd nog groter dan 0. Hierdoor is enerzijds gewaarborgd, dat het scheerapparaat nog altijd scheren mogelijk maakt en dat anderzijds een inklemmen van 1004807 - 14 - haren kan worden vermeden, hetgeen mogelijkerwijs bij een plotselinge totale stilstand van de motor kan optreden.At the curves shown, the speeds, which are obtained at a minimum, are always still greater than 0. This ensures, on the one hand, that the shaver still allows shaving and, on the other hand, that clamping of 1004807 - 14 - hairs can be avoided, which may be the case with a sudden total standstill of the motor can occur.

·*. o i ' ~]”'*. o i '~] ”'

Claims

1. Shaver with at least one shaving head, consisting of at least one upper blade and with at least one lower blade, wherein at least one shaving head is movable from a rest position, in order to shave the at least one upper blade 5 substantially independently of the control of the to place the shaver against the skin surface to be shaved, characterized in that the displacement of at least one shaving head from the rest position 10 is indicated by means of acoustic, haptic and / or additional optical means (113, 114, 2111).

Shaver according to claim 1, characterized in that a display only takes place when a certain minimum displacement from the rest position takes place (107, 108, 401, 402, 403, 501, 502, 503, 901, 2204).

Shaver according to claim 2, characterized in that the determined minimum displacement corresponds to the maximum displacement (107, 108).

Shaver according to claim 1 or 2, characterized in that the display changes continuously according to the degree of displacement (602, 603, 2202, 2203).

Shaver according to any one of claims 1 to 4, characterized in that the display consists of a variation of the speed of the shaver motor (2111, 2201, 2202, 2203).

Shaver according to claim 5 in combination with claim 2, characterized in that when a defined displacement is exceeded, the speed is suddenly reduced (2201).

Shaver according to claim 5, characterized in that the variation of the speed consists in that a step change in speed of the motor of the shaver occurs with a certain frequency (2111).

Shaver according to any one of claims 1 to 7, characterized in that the movement of the at least one shaving head 35 is a pivoting movement (605). y o J - - 16 -

Shaver according to any one of claims 1 to 8, characterized in that the movement of the at least one shaving head is a movement at least substantially in the longitudinal direction of the shaver. 1004807