NL1003386C2 - Inrichting voor het drinken van een drank uit een houder. - Google Patents

Description

Titel: Inrichting voor het drinken van een drank uit een houder.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het drinken vein een drank uit een houder waarbij de inrichting is voorzien van een rietje.

Een dergelijke inrichting is op zich bekend en wordt ge-5 bruikt voor het met de mond opzuigen van een gerede, voor consumptie geschikte drank uit een houder, zoals bijvoorbeeld een glas of een blikje. Een nadeel hiervan is dat behalve het rietje eveneens een gerede drank beschikbaar moet zijn alvorens tot het nuttigen van de consumptie kan worden overgegaan. 10 Voor mensen die reizen betekent dit dat behalve het rietje vaak ook een gerede drank moet worden meegenomen. Dit brengt uiteraard een extra gewicht met zich. Ook bestaat het risico dat de gerede drank of de ingrediënten ter bereiding van een gerede drank simpelweg worden vergeten. De uitvinding beoogt 15 aan dit probleem tegemoet te komen en heeft als kenmerk, dat de inrichting verder is voorzien van een zakje waarbij het zakje aan het rietje is bevestigd, het zakje is gevuld met een materiaal dat tenminste een bestanddeel omvat dat oplosbaar is in water en waarbij het zakje is vervaardigd van een velvormig 20 materiaal dat water en tenminste een oplosbaar bestanddeel van het materiaal in opgeloste toestand doorlaat.

Het bijzondere van de inrichting overeenkomstig de uitvinding is dat deze niet alleen geschikt is voor het drinken van een drank uit een houder, maar eveneens geschikt is voor 25 het bereiden van een voor consumptie geschikte drank. Hiertoe kan een houder met water worden gevuld, waarna het rietje met het zakje in het water wordt gebracht, met als gevolg, dat het tenminste ene oplosbare bestanddeel, dat door het velvormig materiaal wordt doorgelaten, in het water oplost, zodat een 30 voor consumptie geschikte drank wordt verkregen. Nadat voldoende materiaal in het water is opgelost, kan de drank door aan het rietje te zuigen worden opgedronken.

1003386 2

Bij voorkeur omvat het materiaal in het zakje tenminste een extraheerbaar produkt, zoals bijvoorbeeld bladthee. Het is echter eveneens mogelijk dat het materiaal in het zakje tenminste een instant-produkt omvat, bijvoorbeeld voor het 5 bereiden van ijsthee. De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. Hierin toont: figuur 1 een mogelijke uitvoeringsvorm van de inrichting overeenkomstig de uitvinding; figuur 2 een dwarsdoorsnede van de inrichting volgens 10 figuur 1; en figuur 3 een alternatieve uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding.

In figuur 1 is met referentienummer 1 een mogelijke uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding getoond. 15 De inrichting is voorzien van een rietje 2 dat is voorzien van een eerste open einde 4, dat als een mondstuk fungeert en een tweede open einde 6 , dat als een vloeistofinlaat fungeert. De inrichting is verder voorzien van een zakje 8 dat aan het rietje 2 is bevestigd. Het zakje 8 is vervaardigd van een vel-20 vormig materiaal dat water doorlaat. Het zakje is gevuld met een materiaal 10 dat tenminste een bestanddeel omvat dat oplosbaar is in water. Voorts heeft het velvormige materiaal de eigenschap dat het tenminste één oplosbaar bestanddeel van het materiaal 10 in opgeloste toestand door laat. In het 25 algemeen zal het zo zijn dat alle bestanddelen van het materiaal 10, die oplosbaar zijn in water, door het velvormige materiaal zullen worden doorgelaten. Het materiaal 10 kan bijvoorbeeld uit een extraheerbaar materiaal zoals bladthee bestaan. Het is echter eveneens mogelijk dat het materiaal 10 30 een instant-produkt, zoals bijvoorbeeld ijsthee, omvat. In dit voorbeeld bestaat het velvormige materiaal van het zakje uit filtreerpapier.

De werking van de inrichting is als volgt. Voor het bereiden van een voor consumptie geschikte drank wordt ten 35 eerste een houder gevuld met water. Vervolgens wordt de inrichting 1 en wel in het bijzonder het zakje 8 van de inrichting onder water gedompeld. Hierdoor zal het materi- 1003386 3 aal 10 via het filtreerpapier 12 van het zakje, tenminste één van zijn in water oplosbare bestanddelen afgeven aan het water in de houder. Hierdoor wordt het water omgezet in een voor consumptie gerede drank zoals bijvoorbeeld ijsthee. De oplos-5 bare bestanddelen kunnen behalve smaakstoffen natuurlijk tevens zijn voorzien van kleurstoffen. Wanneer het water voldoende op smaak is gebracht met het materiaal 10 uit het zakje 8, kan de verkregen drank, door aan het eerste open einde te zuigen, worden geconsumeerd.

10 Zoals in figuur 2 is getoond, omvat het zakje een langsrand 14, die rond het rietje is geslagen voor de bevestiging van het zakje 8 aan het rietje 2. Een deel 16 van de langsrand 14 is hiertoe aan een buitenzijde 18 van het zakje bevestigd. Het is uiteraard tevens mogelijk dat het 15 zakje met behulp van een bindmiddel 20 aan de buitenzijde van het rietje is bevestigd (zie figuur 2). In dit voorbeeld is het rietje tussen het zakje en het eerste open einde nog voorzien van een op zich bekend scharnierbaar deel 22. Bij voorkeur is het zakje 8 in de nabijheid van het tweede open 20 einde 6 geplaatst. Dit heeft als voordeel dat het zakje geheel in een met water gevulde houder kan worden ondergedompeld. In het bijzonder zal de afstand d2 van het zakje tot aan het tweede open einde kleiner zijn dan de afstand di van het zakje tot aan het eerste open einde.

25 Voor de volledigheid wordt opgemerkt dat de uitvinding geenszins beperkt is tot de hierboven geschetste mogelijke uitvoeringsvorm. Zo is het eveneens mogelijk dat tussen het zakje en het eerste open einde tenminste één of in dit voorbeeld zelfs een aantal lussen in het rietje zijn aangebracht 30 (zie ook figuur 3). Tevens kan het zakje verschillende vormen hebben en aan zijn buitenzijde worden bedrukt. Het materiaal 10 in het zakje kan ook bestaan uit oploskoffie, oplos-chocolademelk en andere bestanddelen voor het bereiden van een voor consumptie geschikte drank. In het bijzonder zal het materi-35 aal 10 niet vloeibaar, dat wil zeggen, vast zijn uitgevoerd.

Dergelijke varianten worden alle geacht binnen het kader van de uitvinding te vallen.

1003386

Claims (10)

1. Inrichting voor het drinken van een drank uit een houder waarbij de inrichting is voorzien van een rietje, met het kenmerk, dat de inrichting verder is voorzien van een zakje waarbij het zakje aan het rietje is bevestigd, het zakje is 5 gevuld met een materiaal dat tenminste een bestanddeel omvat dat oplosbaar is in water en waarbij het zakje is vervaardigd van een velvormig materiaal dat water en tenminste een oplosbaar bestanddeel van het materiaal in opgeloste toestand doorlaat.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het materiaal in het zakje tenminste een extraheerbaar produkt zoals bijvoorbeeld bladthee omvat.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het materiaal in het zakje tenminste een instant-produkt 15 omvat, bijvoorbeeld voor ijsthee.

4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het zakje is vervaardigd van filtreerpapier.

5. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het zakje een langsrand omvat die rond het rietje 20 is geslagen voor de bevestiging van het zakje aan het rietje.

6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het zakje met behulp van een bindingsmiddel zoals lijm aan het rietje is bevestigd.

7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het 25 kenmerk, dat het rietje een eerste en tweede open einde omvat waarbij het eerste open einde fungeert als mondstuk en het tweede open einde fungeert als vloeistofinlaat en waarbij de afstand van het eerste open einde tot aan het zakje groter is dan de afstand van het tweede open einde tot aan het zakje.

8. Inrichting volgens conclusies 7, met het kenmerk, dat het rietje tussen het eerste open einde en het zakje een scharnierbaar deel omvat.

9. Inrichting volgens conclusie 7 of 8, met het kenmerk, dat het rietje tussen het eerste open einde en het zakje tenminste 35 een lus omvat. 1003386

10. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het materiaal in het zakje niet vloeibaar is. 1003386