NL1000894C2 - Inrichting en werkwijze voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen. - Google Patents

Inrichting en werkwijze voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen. Download PDF

Info

Publication number
NL1000894C2
NL1000894C2 NL1000894A NL1000894A NL1000894C2 NL 1000894 C2 NL1000894 C2 NL 1000894C2 NL 1000894 A NL1000894 A NL 1000894A NL 1000894 A NL1000894 A NL 1000894A NL 1000894 C2 NL1000894 C2 NL 1000894C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
video
signal
audio
input
output
Prior art date
Application number
NL1000894A
Other languages
English (en)
Inventor
Frederik Harm Klok
Ronald Johannes Maria Mies
Original Assignee
Nederland Ptt
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Nederland Ptt filed Critical Nederland Ptt
Priority to NL1000894A priority Critical patent/NL1000894C2/nl
Priority to ES96202131T priority patent/ES2160762T3/es
Priority to DE69613637T priority patent/DE69613637T2/de
Priority to AT96202131T priority patent/ATE202886T1/de
Priority to EP96202131A priority patent/EP0756421B1/en
Priority to US08/687,991 priority patent/US5818540A/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1000894C2 publication Critical patent/NL1000894C2/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N7/00Television systems
    • H04N7/16Analogue secrecy systems; Analogue subscription systems
    • H04N7/173Analogue secrecy systems; Analogue subscription systems with two-way working, e.g. subscriber sending a programme selection signal
    • H04N7/17309Transmission or handling of upstream communications
    • H04N7/17318Direct or substantially direct transmission and handling of requests

Description

Inrichting en werkwijze voor het bevriezen van audiovisuele gegevens stromen
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor 5 het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen, omvattend een videobe-vriezingsbesturing voorzien van tenminste een eerste videoingang voor het ontvangen van een bevriezingsopdrachtsignaal en tenminste een eerste videouitgang voor het verschaffen van een videostuursignaal.
Een dergelijke inrichting is bekend uit het Amerikaanse octrooi-10 schrift 5,317,399. De bekende inrichting omvat een ontvanger voor het ontvangen van HDTV (High-Definition Television) videobeelden en middelen voor het bevriezen van een via een monitor weergegeven beeld. Deze middelen omvatten een door de gebruiker te bedienen bevriezingsschakelaar en een videobevriezingsbesturing, die, nadat de bevriezingsschakelaar is 15 gesloten, een frame-geheugenstuureenheid zodanig aanstuurt, dat deze laatste een in een frame-geheugen opgeslagen beeld continu op de monitor blijft weergeven. Een speciaal kenmerk van de bekende inrichting is, dat deze zodanig is ingericht, dat zodra de bevriezingsschakelaar weer wordt geopend het weergegeven bevroren beeld nog zolang weergegeven wordt, 20 totdat een volgend compleet beeld voor het betreffende frame-geheugen gereed is voor opslag in het frame-geheugen.
Een eminent nadeel van de bekende inrichting is, dat de middelen voor het bevriezen van een beeld aan de ontvangerszijde zijn opgesteld, zodat ten eerste iedere ontvanger apart met dergelijke middelen moet 25 worden uitgerust en ten tweede het verzenden van videobeelden niet wordt onderbroken, als de bevriezing van een beeld plaatsvindt en derhalve tijdens het bevriezen verzonden beelden voor de gebruiker verloren gaan.
De uitvinding heeft als doel een inrichting te verschaffen voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen, welke inrichting deze nade-30 len niet kent.
Daarom heeft een inrichting van de bij de aanvang genoemde soort het kenmerk, dat de videobevriezingsbesturing tevens is voorzien van een tweede videouitgang voor het verschaffen van een videostopsignaal voor het stoppen van het uitlezen van een videosignaal uit een geheugen op 35 een vooraf bepaald moment, nadat het bevriezingsopdrachtsignaal is ontvangen en dat de inrichting voorts omvat: middelen voor het genereren van een videostuffingsignaal en bestuurbare videoschakelmiddelen voorzien van tenminste een eerste 1 0 0 0 8 9 i 2 videoschakelaaringang voor het ontvangen van het videostuffingsig-naal, een tweede videoschakelaaringang voor het ontvangen van het uit het geheugen uitgelezen videosignaal, een videostuuringang voor het ontvangen van het genoemde videostuursignaal en een videoscha-5 kelaaruitgang voor het verschaffen van een videouitgangssignaal, welke videoschakelmiddelen zijn ingericht om de videoschakelaaruit-gang te verbinden met de eerste of tweede videoschakelaaringang in afhankelijkheid van het videostuursignaal.
Daarbij kunnen audiobevriezingsmiddelen voor het genereren van een 10 audiostopsignaal in synchronisatie met het videostopsignaal zijn voorzien.
Een dergelijke inrichting voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen heeft het voordeel, dat deze slechts aan de zendkant hoeft te worden opgesteld. Niet langer hoeft bij iedere ontvanger een 15 inrichting voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen te worden geïnstalleerd. Een verder voordeel van deze inrichting voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen is, dat op het moment dat een bevriezingsopdrachtsignaal wordt gegeven door een gebruiker, deze het uitlezen van een videosignaal op een geschikt moment kan stopzetten 20 (bijvoorbeeld aan het eind van een voltooid videobeeld) zodat tijdens het bevriezen van het laatst verzonden videobeeld geen nieuwe videobeelden worden verzonden en dus geen videobeelden voor de gebruiker verloren gaan. Nadat het uitlezen van nieuwe videobeelden uit het geheugen is stopgezet, wordt een videostuffingsignaal verzonden, totdat het verzoek 25 tot bevriezen van een videobeeld wordt beëindigd. Op het moment dat het beeld wordt bevroren, wordt ook het bij het videosignaal behorende audiosignaal indien van toepassing stopgezet, zodat als het bevriezingsopdrachtsignaal weer wordt onderbroken, zowel nieuwe videobeelden als eventuele daarbij behorende audiosignalen kunnen worden uitgelezen, daar 30 waar het uitlezen was gestopt van het bevroren videobeeld. Bovendien is de inrichting volgens de uitvinding eenvoudig en goedkoop te implementeren.
in een eerste uitvoeringsvorm heeft de uitvinding betrekking op een inrichting voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen, waarbij 35 het videosignaal als een seriële bitstroom is samengesteld en de video-bevriezingsbesturing tevens is voorzien van: een tweede videoingang voor het ontvangen van het als seriële bitstroom samengestelde videosignaal, een videodetector verbonden met k. V„r V V* ( ' ' 3 de tweede videoingang voor het detecteren van een vooraf bepaald videobitpatroon in het videosignaal en het verschaffen van een videodetectoruitgangssignaal, nadat genoemd videopatroon is gedetecteerd, en 5 - een videostuureenheid ingericht voor het ontvangen het bevriezings- opdrachtsignaal en het videodetectoruitgangssignaal en het verschaffen van het videostuursignaal in afhankelijkheid van het be-vriezingsopdrachtsignaal en het videodetectoruitgangssignaal.
Het verzenden van een videosignaal als seriële bitstroom is gebrui-10 kelijk, waarbij zich tussen opeenvolgende of binnen videobeelden marke-ringssignalen bevinden. Dergelijke markeringssignalen kunnen worden gebruikt om de scheidslijn tussen opeenvolgende of binnen complete videobeelden te detecteren en aldus het uitlezen van videobeelden te stoppen tussen twee opeenvolgende videobeelden in of binnen een video-15 beeld, zodat het genereren van een bevriezingsopdrachtsignaal niet leidt tot het bevriezen van een onvoltooid videobeeld.
De audiobevriezingsmiddelen in de inrichting volgens de uitvinding kunnen bijvoorbeeld omvatten: een audiobevriezingsbesturing voorzien van een eerste audioingang 20 voor het ontvangen van het bevriezingsopdrachtsignaal, tenminste een eerste audiouitgang voor het verschaffen van een audiostuursig-naal, een tweede audiouitgang voor het verschaffen van een audio-stopsignaal voor het stoppen van het uitlezen van een audiosignaal uit het geheugen op een vooraf bepaald moment, nadat het bevrie-25 zingsopdrachtsignaal is ontvangen; middelen voor het genereren van een audiostuffingsignaal; bestuurbare audioschakelmiddelen voorzien van tenminste een eerste audioschakelaaringang voor het ontvangen van het audiostuffingsignaal, een tweede audioschakelaaringang voor het ontvangen van het 30 uit het geheugen uitgelezen audiosignaal, een audiostuuringang voor het ontvangen van het genoemde audiostuursignaal en een audioscha-kelaaruitgang voor het verschaffen van een audiouitgangssignaal, welke audioschakelmiddelen zijn ingericht om de audioschakelaaruit-gang te verbinden met de eerste of tweede audioschakelaaringang in 35 afhankelijkheid van het audiostuursignaal.
Dergelijke audiobevriezingsmiddelen zijn eenvoudig en goedkoop te implementeren.
Zolang het bevriezingsopdrachtsignaal actief is, zal de inrichting 10 0 0 8 y 4 4 voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen aldus een videostuf-fingsignaal en indien van toepassing een audiostuffingsignaal verzenden, welke signalen met gebruikelijke op de markt verkrijgbare middelen kunnen worden geproduceerd en die aan de ontvangerszijde zullen worden 5 opgevat als opvullende informatie tussen opeenvolgende videobeelden en audiosignalen en niet als geldige video- en geluidsinformatie. Zij leiden automatisch tot het bevriezen van het laatste g Idig verzonden videobeeld.
Bij voorkeur is het audiosignaal eveneens samengesteld als een 10 seriële bitstroom en is de audiobevriezingsbesturing tevens voorzien van: een tweede audioingang voor het ontvangen van het als seriële bitstroom samengestelde audiosignaal, een audiodetector verbonden met de tweede audioingang voor het detecteren van een vooraf bepaald 15 audiobitpatroon in het audiosignaal en het verschaffen van een audiodetectoruitgangssignaal, nadat genoemd audiobitpatroon is gedetecteerd, en een audiostuureenheid ingericht voor het ontvangen het bevriezings-opdrachtsignaal en het audiodetectoruitgangssignaal en het ver-20 schaffen van het audiostuursignaal in afhankelijkheid van het be- vriezingsopdrachtsignaal en het audiodetectoruitgangssignaal.
Een dergelijke audiobevriezingsbesturing heeft dus globaal gezien dezelfde structuur als de bovengenoemde videobevriezingsbesturing en kan eenvoudig worden gerealiseerd met op de markt verkrijgbare elementen.
25 Vaak is de bitstroom van het audiosignaal opgebouwd uit bytes van 8 bits, zodat dan de audiodetector eenvoudig een teller voor het tellen van 8 opeenvolgende bits kan zijn.
Indien de videoinformatie in het geheugen met BCH foutcorrectiecode is opgeslagen is de videobevriezingsbesturing bij voorkeur voorzien van: 30 - een bitteller verbonden met het geheugen voor het verschaffen van een detectiesignaal als een nieuw BCH frame wordt uitgelezen, en een videostuureenheid ingericht voor het ontvangen van het bevrie-zingsopdrachtsignaal en het detectiesignaal, het verschaffen van het videostuursignaal in afhankelijkheid van het bevriezingsop-35 drachtsignaal en het detectiesignaal.
Voorts heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het bevriezen van een videobeeld, omvattend de volgende stappen: a. het genereren van een bevriezingsopdrachtsignaal; ·-' Λ .< I ... ' : · 5 b. het detecteren van een vooraf bepaald videobitpatroon in een uit een geheugen uitgelezen videosignaal; c. het verschaffen van een videodetectoruitgangssignaal, zodra genoemd videobitpatroon is gedetecteerd; 5 d. het stoppen van het uitlezen van het videosignaal uit het geheugen, zodra zowel het bevriezingsopdrachtsignaal als het videodetectoruitgangssignaal zijn gegenereerd en het vanaf dat moment genereren van een videostuffingsignaal.
Een dergelijke werkwijze voor het bevriezen van een audiovisuele 10 gegevensstroom kan worden uitgebreid met de volgende stappen: e. het detecteren van een vooraf bepaald audiobitpatroon in een uit het geheugen uitgelezen audiosignaal, nadat het bevriezingsopdrachtsignaal is gegenereerd (stap a); f. het verschaffen van een audiodetectoruitgangssignaal, zodra 15 genoemd audiobitpatroon is gedetecteerd; g. het stoppen van het uitlezen van het audiosignaal uit het geheugen, zodra zowel het bevriezingsopdrachtsignaal als het audiodetectoruitgangssignaal zijn gegenereerd en het vanaf dat moment genereren van een audiostuffingsignaal.
20 De uitvinding zal hieronder worden toegelicht onder verwijzing naar enkele tekeningen, waarin een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is toegelicht.
Figuur 1 toont een blokschema van een inrichting voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen in overeenstemming met de uitvinding; 25 figuur 2 toont een blokschema van een inrichting voor het onderbre ken van het uitlezen en verzenden van nieuwe videobeelden op het moment dat een bevriezingsopdrachtsignaal is gegenereerd; figuur 3 toont een blokschema van een inrichting voor het onderbreken van het uitlezen van een bij de videobeelden behorend audiosignaal 30 op het moment dat het bevriezingsopdrachtsignaal is gegenereerd; figuur 4 toont een alternatief voor de in figuur 2 getoonde inrichting.
De inrichting voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen in overeenstemming met de uitvinding is schematisch weergegeven in 35 figuur 1 en omvat een videobevriezingsbesturing 2, die een videoingang 2a heeft voor het ontvangen van een bevriezingsopdrachtsignaal FR. De videobevriezingsbesturing 2 heeft tevens een videouitgang 2b voor het verschaffen van een videostuursignaal VSC. Het videostuursignaal VSC
1 o o o e s 4 6 wordt toegevoerd aan een bestuurbare videoschakelaar 4. Tevens is de videobevriezingsbesturing 2 voorzien van een videoingang 2g voor het ontvangen van een uit een geheugen 1 uitgelezen videosignaal VID. via een videouitgang 2f kan de videobevriezingsbesturing 2 een videostopsig-5 naai VS genereren, dat wordt toegevoerd aan het geheugen 1. Via een videouitgang 2c wordt het videosignaal VID, al dan niet gemodificeerd, toegevoerd aan een ingang A van de videoschakelaar 4.
Het geheugen 1 kan elk geschikt opslagmedium zijn, zoals ROM, RAM, een harde schijf, CDROM, enz.
10 Een videostuffinggenerator 3 is aanwezig voor het genereren van een videostuffingsignaal VIDSTUFF. Het videostuffingsignaal VIDSTUFF wordt toegevoerd aan een verdere ingang C van de videoschakelaar 4. Eventueel is tussen de videobevriezingsbesturing 2 en de videostuffinggenerator 3 een (bidirectionele) communicatielijn aangebracht voor het versturen van 15 videostuf f ingbesturingssignalen VSTC. Een dergelijke communicatielijn is dan met een ingang/uitgang 2d/e van de videobesturing verbonden. De videostuffinggenerator 3 kan met eenvoudige, op de markt verkrijgbare middelen worden gerealiseerd. De videostuffinggenerator 3 kan bijvoorbeeld worden geïmplementeerd met behulp van een BCH codeereenheid of een 20 volgens de standaard H.261 georganiseerde VLC codeereenheid. Het daardoor gegenereerde signaal VIDSTUFF heeft een vooraf bepaald patroon, dat aan de ontvangstzijde zal worden geïnterpreteerd als opvullende informatie tussen opeenvolgende videobeelden. Het zal niet worden geïnterpreteerd als informatie die moet worden weergegeven bij een volgend video-25 beeld.
Afhankelijk van de waarde van het videostuursignaal VSC zal de videoschakelaar 4 de uitgang daarvan verbinden met ofwel het videosignaal VID ofwel het videostuffingsignaal VIDSTUFF.
De getoonde inrichting omvat voorts een audiobevriezingsbesturing 30 5, die is voorzien van een audioingang 5a voor het ontvangen van het be- vriezingsopdrachtsignaal FR. Voorts heeft de audiobevriezingsbesturing 5 een audiouitgang 5b voor het verschaffen van een audiostuursignaal, dat wordt toegevoerd aan een bestuurbare audioschakelaar 7. De audiobevriezingsbesturing 5 heeft een audiouitgang 5f voor het verschaffen van 35 een audiostopsignaal AS, dat wordt toegevoerd aan het geheugen 1 voor het stoppen van het uitlezen van een audiosignaal AUD op een vooraf bepaald moment, nadat het bevriezingsopdrachtsignaal FR is ontvangen. Hierop zal nog nader worden ingegaan bij de bespreking van figuur 3. Via r'l .
7 een audioingang 5g is de audiobevriezingsbesturing 5 verbonden met het geheugen 1 voor het ontvangen van het uit het geheugen 1 uitgelezen audiosignaal AUD. Via een audiouitgang 5c verschaft de audiobevriezingsbesturing 5 het uitgelezen audiosignaal AUD, al dan niet gemodificeerd, 5 aan een ingang E van de audioschakelaar 7.
Een audiostuffinggenerator 6 is voorzien voor het genereren van een audiostuffingsignaal AUDSTUFF, dat aan een verdere ingang D van de audioschakelaar 7 wordt aangeboden. Afhankelijk van de waarde van het audiostuursignaal ASC, schakelt de audioschakelaar 7 tussen de beide 10 ingangssignalen AUD en AUDSTUFF. De audioschakelaar verschaft een audi-ouitgangssignaal AO, terwijl de videoschakelaar 4 een videouitgangssig-naal VO verschaft.
De audiostuf finggenerator 6 kan met eenvoudige, vrij op de markt verkrijgbare middelen worden gerealiseerd, die een vooraf bepaald stuf-15 fingsignaal genereren, dat aan de ontvangstzijde zal worden geïnterpreteerd als opvullende informatie tussen opeenvolgende pakketjes weer te geven geluidsinformatie en niet zal worden geïnterpreteerd als weer te geven geluidsinformatie (met andere woorden, het audiostuffingsignaal correspondeert met geluidvolume 0).
20 Naar keuze kan tussen de audiobevriezingsbesturing 5 en de audio stuf finggenerator 6 een bidirectionele communicatieverbinding zijn voorzien voor het versturen van geschikte audiostuffingbesturingssigna-len ASTC. Een dergelijke communicatieverbinding is dan verbonden met ingang/uitgang 5d/e van de audiobevriezingsbesturing 5.
25 Het spreekt vanzelf dat de audiobevriezingsmiddelen 5, 6, 7 afwezig zullen zijn in toepassingen die alleen op video betrekking hebben.
De inrichting volgens figuur 1 is geschikt voor het verschaffen van zogenaamde "retrieval"-diensten, die bijvoorbeeld benaderd kunnen worden door audiovisuele terminals via ISDN. Het geheugen 1 bevat bijvoorbeeld 30 audiovisuele gegevens, waarin gecodeerde audiobitstromen AUD en video-bitstromen VID zijn opgeslagen. Een gebruiker bij een ontvangende terminal (niet getoond) kan, bijvoorbeeld via een ISDN-telefoonlijn, gebruik maken van deze diensten en door hem gewenste informatie in het geheugen 1 selecteren. Nadat een bepaalde selectie is gemaakt, worden de opgesla-35 gen, gecodeerde audiobitstromen en videobitstromen naar de terminal verzonden, waar de bitstromen weer worden gedecodeerd. De videobeelden worden zichtbaar gemaakt op een monitor (niet getoond), terwijl de bijbehorende audioinformatie hoorbaar is.
1 0 0 o e £ 4 8
De inrichting volgens figuur 1 is geschikt voor het bevriezen van een bepaald gewenst videobeeld op een door de gebruiker te bepalen moment. De gebruiker genereert daartoe het bevriezingsopdrachtsignaal FR. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren met een speciaal daarvoor ingerichte 5 schakelaar (niet getoond). In dat geval correspondeert het bevriezingsopdrachtsignaal FR bijvoorbeeld met een vooraf gedefinieerd spanningsniveau. Als alternatief kan het bevriezingsopdrachtsignaal FR ook een vooraf bepaald bitpatroon van een seriële bitstroom omvatten. Een dergelijk bitpatroon kan deel uitmaken van de door de terminal verzonden 10 opdrachten naar de betreffende "retrieval"-dienst.
Zowel de videobevriezingsbesturing 2 als de audiobevriezingsbestu-ring 5 ontvangen het bevriezingsopdrachtsignaal FR. De videobevriezingsbesturing 2 bewaakt het ontvangen videosignaal VID en detecteert bij voorkeur een geschikt moment, waarop het verzenden van het videosignaal 15 VID kan worden onderbroken. Dit kan in principe op twee manieren gebeuren. De eerste wijze kan MBA stuffing worden genoemd, terwijl de tweede wijze BCH stuffing kan worden genoemd. Bij MBA stuffing wordt het verzenden van videobeelden onderbroken tussen twee volledige videobeelden in of binnen een videobeeld. Bij BCH stuffing wordt het verzenden van 20 videobeelden echter onderbroken op een vooraf bepaald, goed gedefinieerd moment binnen een videobeeld. MBA stuffing is gebaseerd op het inzicht dat ieder nieuw deel van een videobeeld begint met een vooraf gedefinieerde startcode, bijvoorbeeld bestaande uit twintig bits, waarvan er zestien vast zijn en vier een bepaald nummer aangeven. Detectie van een 25 dergelijke startcode kan dan worden gebruikt om het verzenden van videobeelden tussen twee videobeelden in of binnen een videobeeld te onderbreken. Dit zal onder verwijzing naar figuur 2 nader worden toegelicht.
BCH stuffing is gebaseerd op het onderbreken van het verzenden van videobeelden na een vooraf bepaald aantal bits vanaf het begin van een 30 videobitstroom, bijvoorbeeld een geheel aantal malen 512 bits. Dergelijke reeksen van 512 bits zijn op gebruikelijke wijze gekoppeld aan het toevoegen van foutcorrectiecodes, die eveneens als markering kunnen dienen. Dit zal nader worden toegelicht onder verwijzing naar figuur 4.
Zodra de videobevriezingsbesturing 2 een dergelijke goed gedefi-35 nieerde markering in het videosignaal VID heeft gedetecteerd, verstuurt de videobevriezingsbesturing 2 het videostuursignaal VSC naar de video-schakelaar 4, hetgeen tot gevolg heeft dat de uitgang van de videoscha-kelaar 4 wordt gekoppeld aan de ingang van de videoschakelaar 4 waarop 1 * \\ i 9 het videostuffingsignaal VIDSTUFF van de videostuffinggenerator 3 aanwezig is. Op hetzelfde moment verzendt de videobevriezingsbesturing 2 het videostopsignaal VS naar het geheugen 1 om het uitlezen van het videosignaal VID te onderbreken.
5 Indien de bidirectionele communicatielijn tussen de videobevrie zingsbesturing 2 en de videostuf f inggenerator 3 aanwezig is, kan met behulp van geschikte videostuffingbesturingssignalen VSTC de videostuf-finggenerator 3 worden ingeschakeld op het moment dat het videostuf-fingsignaal VIDSTUFF nodig is. Het is denkbaar dat deze bidirectionele 10 verbinding achterwege wordt gelaten en de videostuffinggenerator 3 is ingericht om continu een dergelijk uitgangssignaal te verschaffen. In dit laatste geval moet het proces van het uitlezen van videobeelden wel met de videostuffinggenerator 3 worden gesynchroniseerd.
Nadat de audiobevriezingsbesturing 5 een bevriezingsopdrachtsignaal 15 FR heeft ontvangen, wacht deze totdat een vooraf bepaald audiobitpatroon in het audiosignaal AUD is waargenomen, hetgeen een geschikt moment aangeeft voor het onderbreken van het uitlezen van het audiosignaal AUD. Zodra dit geschikte audiobitpatroon is waargenomen, genereert de audiobevriezingsbesturing 5 het audiostuursignaal ASC, zodat de uitgang van 20 de audioschakelaar 7 wordt verbonden met de ingang waarop het audiostuf-fingsignaal AUDSTUFF aanwezig is.
Een mogelijke uitvoeringsvorm voor het bevriezen van de videobeelden gebaseerd op MBA stuffing is weergegeven in figuur 2. Dezelfde verwijzingscijfers in figuur 2 als in figuur 1 verwijzen naar dezelfde 25 elementen.
De videobevriezingsbesturing 2 in de uitvoeringsvorm volgens figuur 2 omvat een detector 8, die is gekoppeld met ingang 2g waarop het videosignaal VID wordt toegevoerd. Een uitgang van de detector 8 is verbonden met een vertrager 10, die het uitgangssignaal van detector 8 met een 30 vooraf bepaald aantal - bijvoorbeeld 25 - bits vertraagt. Een uitgang van de vertrager 10 is verbonden met een videostuureenheid 11. De vide-ostuureenheid 11 heeft voorts een uitgang die is verbonden met de uitgang 2f voor het verschaffen van het videostopsignaal VS, een uitgang die is verbonden met de uitgang 2e voor het verschaffen van een videos-35 tartstuffingsignaal VIDSTST en een uitgang die is verbonden met de uitgang 2b voor het verschaffen van het videostuursignaal VSC. De videostuureenheid 11 is tevens voorzien van een ingang die is verbonden met ingang 2d voor het ontvangen van een videoeindstuffingsignaal VIDENDST
1 o o o e s * 10 en een ingang die is verbonden met ingang 2a voor het ontvangen van het bevriezingsopdrachtsignaal FR.
De videobevriezingsbesturing 2 is daarnaast uitgerust met een vertrager 9, waarvan een ingang is gekoppeld met ingang 2g voor het 5 ontvangen van het videosignaal VID. Een uitgang van de vertrager 9 is gekoppeld met een ingang B van de videoschakelaar 4. Het videosignaal VID is tevens direct beschikbaar op een ingang A van de -ideoschakelaar 4, terwijl het videostuffingsignaal VIDSTUFF beschikbaar is op een ingang C van videoschakelaar 4.
10 Het op de uitgang van de videoschakelaar 4 beschikbare videouit- gangssignaal VO wordt toegevoerd aan een foutcorrectiegenerator 12, die het videouitgangssignaal VO voorziet van een foutcorrectiecode, bijvoorbeeld een BCH-foutcorrectiecode. Via een uitgang verschaft de foutcorrectiegenerator 12 een van een foutcorrectiecode voorzien videouitgangs-15 signaal VO’, dat naar diverse ontvangers (niet getoond) kan worden gestuurd.
De inrichting volgens figuur 2 werkt als volgt. De detector 8 is bijvoorbeeld ingericht om de "group of block"-startcode van een videobeeld te detecteren. Een dergelijke startcode bestaat op gebruikelijke 20 wijze uit twintig bits, waarvan er zestien vast zijn en vier het nummer aangeven. Elk videobeeld is voorzien van een aantal van dergelijke startcodes. Telkens als de detector 8 een dergelijke startcode heeft gedetecteerd, verzendt de detector een desbetreffend waarschuwingssig-naal VIDHIT aan de vertrager 10. De vertrager 10 geeft dit signaal 25 vertraagd door aan de videostuureenheid 11. Indien de videostuureenheid 11 zowel het vertraagde signaal VIDHIT, als het bevriezingsopdrachtsignaal FR ontvangt, genereert de videostuureenheid 11 een bijbehorend videostuursignaal VSC voor de videoschakelaar 4. De videoschakelaar 4 schakelt dan de uitgang daarvan om van de ingang A naar de ingang C, 30 zodat op de uitgang daarvan het videostuffingsignaal VIDSTUFF aanwezig zal zijn. Tegelijkertijd genereert de videostuureenheid 11 een geschikt videostopsignaal VS, dat ervoor zorgt dat het uitlezen van het videosignaal VID uit het geheugen 1 wordt stopgezet. Zolang het bevriezingsopdrachtsignaal FR ontvangen wordt, blijft deze toestand gehandhaafd.
35 Zodra het bevriezingsopdrachtsignaal FR wordt onderbroken, veran dert de videostuureenheid 11 het videostopsignaal VS en het videostuursignaal VSC zodanig van inhoud, dat het uitlezen van het videosignaal VID uit het geheugen 1 weer wordt gestart, en de videoschakelaar 4 de 1000694 11 uitgang daarvan weer terugkoppelt naar de ingang A, zodat vanaf dat moment het videosignaal VID weer beschikbaar zal zijn op de uitgang van videoschakelaar 4.
In sommige toepassingen kan het videostuffingsignaal VIDSTUFF be-5 staan uit een eenvoudige reeks van logische enen of logische nullen. In andere toepassingen bestaat een dergelijk videostuffingsignaal echter uit een vooraf bepaalde reeks van bits. In dit laatste geval moet gebruik worden gemaakt van een soort handshaking tussen de videostuureen-heid 11 en de videostuf f inggenerator 3. In dat geval zal, zodra de 10 videostuureenheid 11 zowel het vertraagde signaal VIDHIT, als het be-vriezingsopdrachtsignaal FR heeft ontvangen, via uitgang 2e een video-star tstuff ingsignaal VIDSTST zenden naar de videostuffinggenerator 3, ten teken dat de videostuffinggenerator 3 kan beginnen met het genereren van opeenvolgende reeksen videostuffingsignalen VIDSTUFF. Op elk moment 15 dat een dergelijke vooraf bepaalde reeks eindigt en weer een nieuwe reeks begint, verzendt de videostuffinggenerator 3 een videoeindstuf-fingsignaal VIDENDST aan de videostuureenheid 11. Bij onderbreking van een bevriezingsopdrachtsignaal FR, zal de videostuureenheid 11 wachten totdat een dergelijk videoeindstuffingsignaal VIDENDST aanwezig is en 20 pas dan het videostuursignaal VSC veranderen, zodat pas dan de videoschakelaar 4 zal omschakelen van ingang C naar ingang A, zodat het videostuffingsignaal alleen op een goed gedefinieerd moment tussen opeenvolgende reeksen zal worden onderbroken. Ook dan pas zal de videostuureenheid 11 de inhoud van videostopsignaal VS zodanig veranderen, 25 dat het uitlezen van het videosignaal VID uit geheugen 1 wordt hervat.
De vertrager 9 is voorzien van een geheugen, waarin de genoemde "group of block"-startcode is opgeslagen van het videobeeld dat werd onderbroken. Aangezien deze gegevens noodzakelijk zijn voor het videobeeld dat wordt verstuurd, is de videoschakelaar 4 bij voorkeur inge-30 richt om alleen van ingang C naar ingang A te schakelen via ingang B, zodat alvorens de beeldgegevens van het volgende videobeeld worden verzonden, eerst de uit het geheugen van vertrager A uitgelezen startco-degegevens op de uitgang van de videoschakelaar 4 beschikbaar worden gesteld. Dit is echter niet noodzakelijk. Als alternatief kan er in zijn 35 voorzien, dat bij het opnieuw starten van het uitlezen van een videobeeld, dat videobeeld geheel vanaf het begin, dus inclusief de startcode, opnieuw wordt uitgelezen.
In het algemeen zal het audiosignaal AUD volgens een bepaalde I Q ü i .
12 standaard zijn gecodeerd. Veel voorkomende standaards zijn G.711, G.722 en G.728. In het geval van standaard G.711 is het audiosignaal AUD byte-aligned, dat wil zeggen gegroepeerd in groepen van steeds acht (of zeven) bits. In het geval van standaard G.722 wordt per monster ver-5 schil-informatie ten opzichte van het vorige monster verstuurd. In principe is de audioinformatie volgens deze standaard niet byte-aligned. Met een eenvoudige maatregel kan er echter wel voor worden gezorgd, dat dit wel het geval is, zoals aan de vakman bekend zal zijn. In de standaard G.728 is de audioinformatie in het audiosignaal AUD niet byte-10 aligned. Wel kan er echter ook dan met reeds aanwezige vaste markeringen duidelijk onderscheid worden gemaakt in opeenvolgende blokken audioinformatie in het audiosignaal AUD.
Figuur 3 geeft een voorbeeld van een implementatie van audiobevrie-zingsmiddelen 5, 6 en 7 voor audioinformatie volgens de standaard G.711. 15 De gegeven uitvoeringsvorm is ook van toepassing op audioinformatie volgens de standaard G.722, indien de lengte van de audiowoorden, die afhangt van de modus waarin een terminal wordt gebruikt, bekend is.
De audiobevriezingsbesturing 5 volgens figuur 3 omvat een audio-detector 13, waarvan een ingang is verbonden met de ingang 5g voor het 20 ontvangen van het audiosignaal AUD. De audiodetector 13 is een eenvoudige teller die in staat is om 8 opeenvolgende bits te tellen. Iedere keer dat de audiodetector 13 acht opeenvolgende bits heeft geteld, verzendt deze een uitgangssignaal AUDHIT ten teken dat een geschikt moment aanwezig is voor het onderbreken van het uitlezen van het audiosignaal. Dit 25 uitgangssignaal AUDHIT wordt toegevoerd aan een audiostuureenheid 14, die tevens is voorzien van een ingang die is verbonden met ingang 5a voor het ontvangen van het bevriezingsopdrachtsignaal FR, een ingang die is verbonden met ingang 5d voor het ontvangen van een audioeindstuf-fingsignaal AUDENDST en bij voorkeur een ingang 5h voor het ontvangen 30 van het videoeindstuffingsignaal VIDENDST van de videostuffinggenerator 3 (figuur 2). De audiostuureenheid 14 is verder voorzien van een uitgang die is verbonden met uitgang 5f voor het verschaffen van het audiostop-signaal AS, een uitgang die is verbonden met uitgang 5b voor het verschaffen van het audiostuursignaal ASC en een uitgang die is verbonden 35 met uitgang 5e voor het verschaffen van een audiostartstuffingsignaal AUDSTST.
Audioschakelaar 7 is voorzien van een ingang E voor het ontvangen van het audiosignaal AUD, een ingang D voor het ontvangen van het audio- 10 0 C» 9 4 13 stuffingsignaal AUDSTUFF, een ingang voor het ontvangen van het audio-stuursignaal ASC en een uitgang voor het verschaffen van een audiouit-gangssignaal AO.
In het geval dat de audioinformatie is onderverdeeld volgens de 5 standaard G.728, zal de detector 13 geen teller kunnen zijn, die acht opeenvolgende bits telt. Het principe van het schema volgens figuur 3 verandert dan echter niet.
De inrichting volgens figuur 3 werkt als volgt.
Zodra de audiostuureenheid 14 zowel het signaal AUDHIT als het be-10 vriezingsopdrachtsignaal FR ontvangt, genereert deze het audiostuursig-naal ASC en het audiostopsignaal AS. Het audiostuursignaal ASC brengt teweeg, dat de audioschakelaar 7 de uitgang daarvan verbindt met de ingang D, zodat op de uitgang daarvan het audiostuffingsignaal AUDSTUFF beschikbaar komt. Het audiostopsignaal AS brengt teweeg, dat het uitle-15 zen van het audiosignaal AUD wordt gestopt. Dankzij de toepassing van de audiodetector 13 gebeurt dit op een wel gedefinieerd moment in de tijd.
Het audiostuffingsignaal AUDSTUFF kan geheel uit nullen of enen bestaan, maar in sommige toepassingen kan dit signaal ook uit een opeenvolgende reeks van vooraf bepaalde bitpatronen bestaan, welk signaal 20 alleen tussen twee opeenvolgende reeksen mag worden onderbroken. In dat geval is de audiostuffinggenerator 6 via een bidirectionele communicatielijn verbonden met de audiostuureenheid 14. In dat geval wordt, zodra een bevriezingsopdrachtsignaal FR wordt ontvangen, ook een audiostart-stuffingsignaal AUDSTST gegenereerd, dat naar de audiostuffinggenerator 25 6 wordt gestuurd. De audiostuffinggenerator 6 start dan met het genere ren van de vooraf bepaalde reeksen bitpatronen voor het audiostuffingsignaal AUDSTUFF. Zodra vervolgens het bevriezingsopdrachtsignaal FR wordt onderbroken, zal de audiostuureenheid 14 de audioschakelaar 7 pas weer opdracht geven om om te schakelen van ingang D naar ingang E, zodra 30 de audiostuureenheid 14 het audioeindstuffingsignaal AUDENDST van de audiostuffinggenerator 6 heeft ontvangen, ten teken dat een geschikt moment is aangebroken voor het onderbreken van het audiostuffingsignaal AUDSTUFF. Pas dan schakelt de audioschakelaar 7 om naar ingang E. Ook wordt pas op dat moment de inhoud van het audiostopsignaal AS zodanig 35 veranderd, dat het audiosignaal AUD weer wordt uitgelezen uit geheugen 1 en beschikbaar is op ingang E van audioschakelaar 7.
Omdat, zoals gezegd, de videobeelden en de audioinformatie veelal in verschillende blokken zijn ingedeeld, kan na een bevriezing van een 14 beeld, asynchroniteit tussen het audiosignaal AUD en het videosignaal VID zijn opgetreden, in theorie is het denkbaar, dat deze asynchroniteit ertoe leidt dat de videobeelden en de audioinformatie zodanig asynchroon zijn geworden, dat het voor een gebruiker hinderlijk wordt. Met een een-5 voudige tegenmaatregel is dit effect echter grotendeels te reduceren. Deze tegenmaatregel bestaat uit het toevoeren van het videoeindstuf-fingsignaal VIDENDST aan de audiostuureenheid 14 via ingang 5h, zoals weergegeven in figuur 3. In deze uitvoeringsvorm is de audiostuureenheid 14 zodanig ingericht, dat, na onderbreking van een actief bevriezingsop-10 drachtsignaal FR, pas een audiostuursignaal ASC naar de audioschakelaar 7 wordt gestuurd voor het omschakelen van de uitgang daarvan van ingang D naar ingang E, nadat de audiostuureenheid 14 het videoeindstuffingsig-naal VIDENDST en daarna het audioeindstuffingsignaal AUDENDST heeft ontvangen. In een dergelijke uitvoeringsvorm is het videogedeelte, zoals 15 getoond in figuur 2, dus de "master" van het gehele bevriezingsproces. Indien de audioinformatie is onderverdeeld volgens de standaard G.711, zal in deze laatste uitvoeringsvorm een maximale vertraging van 7 bits/64 kbit per seconde = 1 milliseconde ontstaan. Een dergelijke vertraging van het audiosignaal AUD ten opzichte van het videosignaal 20 VID is voor een gebruiker niet waarneembaar. Bij opeenvolgende bevrie-zingsopdrachtsignalen (dat wil zeggen indien een gebruiker diverse keren achter elkaar een beeld laat bevriezen) worden deze geïntroduceerde vertragingen weliswaar bij elkaar opgeteld, maar een vertraging tussen het audiosignaal AUD en het videosignaal VID wordt pas hinderlijk, 25 indien deze meer dan ongeveer 200 milliseconden bedraagt. In de praktijk zal een dergelijke grens slechts onder zeer uitzonderlijke omstandigheden worden bereikt.
Hoewel figuren 1, 2 en 3 zijn weergegeven in de vorm van bloksche-ma's, die met eenvoudige elektronische componenten kunnen worden gerea-30 liseerd, spreekt het vanzelf dat de uitvinding niet is beperkt tot een hardware-implementatie, en dat ook een volledige software-implementatie, of een gedeeltelijke hardware- en gedeeltelijke software-implementatie binnen het kader van de uitvinding ligt.
Figuur 4 toont een alternatieve inrichting voor de inrichting 35 volgens figuur 2. De inrichting volgens figuur 4 is gebaseerd op BCH stuffing, zoals hierboven is aangegeven. Dezelfde verwijzingscijfers en -tekens in figuur 4 verwijzen naar dezelfde elementen als in figuur 2. Het verschil met de in figuur 2 getoonde inrichting is, dat de video- 1000094 15 stromen niet zoals in figuur 2 als "kale" informatie in het geheugen 1 zijn opgeslagen, maar inclusief een foutcorrectiecode. Dit geschiedt met behulp van BCH code, waarvan de framebits - 1 bit per frame van bijvoorbeeld 512 bits - willekeurig kunnen worden gekozen, omdat zij on-line 5 worden gegenereerd. Bij beeldtelefoons is het toepassen van een BCH foutcorrectie bijvoorbeeld verplicht (standaard H.320 of H.261). De framebits van de BCH foutcode kunnen op voordelige wijze worden gebruikt voor het detecteren van een geschikt moment voor het onderbreken van de videostroom.
10 Detectie van een geschikt moment voor het onderbreken van een videostroom wordt in de inrichting volgens figuur 4 uitgevoerd met behulp van een bitteller 15, die een signaal STARTVIDREAD van het geheugen 1 ontvangt. Een signaal READPULS geeft elke leesslag van de videoin-formatie uit het geheugen 1 aan. De bitteller 15 hoogt bij elke leesslag 15 zijn inhoud met één op en functioneert bijvoorbeeld modulo 512. De bitteller 15 heeft twee uitgangen ZERO en ONE. De ONE uitgang is verbonden met een ingang van een BCH frameteller 16. De ZERO uitgang is verbonden met zowel de videostuureenheid 11, als een bestuurbare schakelaar 17. Het ZERO signaal is actief als de teller 15 op nul staat, terwijl 20 het ONE signaal actief is als de teller 15 op één staat.
De bestuurbare schakelaar 17 ontvangt een uitgangssignaal FRAMEBIT van de BCH frameteller op een eerste ingang en het uitgangssignaal VO van de bestuurbare schakelaar 4 op een tweede ingang. Zelf verschaft de bestuurbare schakelaar 17 een uitgangssignaal FRAMEDVID.
25 Iedere keer dat begonnen wordt met het uitlezen van een videostroom uit het geheugen 1, dat wordt aangegeven door STARTVIDREAD, wordt de teller 15 teruggesteld op nul. Dit geldt ook voor de BCH frameteller 16. Indien geen bevriezingsopdrachtsignaal FR aanwezig is, komt het videosignaal VID via schakelaar 4 althans nagenoeg onvertraagd aan bij de 30 schakelaar 17. Als het eerste bit van een BCH frame wordt ontvangen, wordt ZERO actief en schakelt de schakelaar 17 onder invloed daarvan zijn uitgang door naar de ingang waarop het uitgangssignaal FRAMEBIT van de framebitteller 16 wordt ontvangen. Het signaal FRAMEBIT doorloopt een vast patroon, bijvoorbeeld de sequentie 0 0 0 0 1 1 0 1 1, en springt 35 naar de volgende waarde in dit patroon na ieder BCH frame, dus iedere keer dat ONE actief is. Dit kan geschieden met behulp van een eenvoudige state-machine. Zolang ZERO niet actief is, verbindt de schakelaar 17 zijn uitgang door met de ingang waarop het signaal VO van de schakelaar 1 0 0 0 Sö 4 16 4 wordt ontvangen. Het resultaat is, dat de uitgang van de schakelaar 17 het BCH gecorrigeerde, met correcte framebits aangevulde videosignaal FRAMEDVID verschaft.
Als het bevriezingsopdrachtsignaal FR actief wordt, schakelt de 5 schakelaar 4 in de inrichting volgens figuur 4 op dezelfde wijze naar het videostuffingsignaal VIDSTUFF als in de inrichting volgens figuur 2, waarbij het signaal ZERO dezelfde functie heeft als het -ignaal VIDHIT in de inrichting volgens figuur 2. Nadat een bevriezingsopdrachtsignaal FR is ontvangen en nadat dit weer is verdwenen, schakelt de schakelaar 10 4 terug naar ingang A waarop het videsignaal VID wordt ontvangen. In de uitvoeringsvorm volgens figuur 4 ontbreekt de ingang B bij de schakelaar 4.
Omdat in de uitvoeringsvorm volgens figuur 4 normaal gesproken alle informatie in blokken van 512 bits (een veelvoud van 8) is opgeslagen, 15 is het zeer eenvoudig om een software-implementatie te realiseren, die de gegevens byte-gewijs leest en na veelvouden van 64 bytes een blok van 64 stuff-bytes tussenvoegd. Uiteraard wordt in een dergelijke implementatie de eerste bit van het eerste stuff-byte dat wordt verstuurd, op soortgelijke wijze aangepast als via het signaal FRAMEBIT in de hardwa-20 re-uitvoeringsvorm volgens figuur 4 wordt gedaan.
Ook is als alternatief voor de inrichting volgens figuur 4 een hardware-inrichting mogelijk, die byte-gewijs, dus 8 bits breed, is georganiseerd. Ook andere varianten zijn denkbaar.
1 c r ·

Claims (15)

1. Inrichting voor het bevriezen van een audiovisuele gegevensstroom, omvattend een videobevriezingsbesturing (2) voorzien van tenmin-5 ste een eerste videoingang (2a) voor het ontvangen van een bevriezings-opdrachtsignaal (FR) en tenminste een eerste videouitgang (2b) voor het verschaffen van een videostuursignaal (VSC) met het kenmerk, dat de videobevriezingsbesturing (2) tevens is voorzien van een tweede videouitgang (2f) voor het verschaffen van een videostopsignaal (VS) voor het 10 stoppen van het uitlezen van een videosignaal (VID) uit een geheugen (1) op een vooraf bepaald moment, nadat het bevriezingsopdrachtsignaal (FR) is ontvangen en dat de inrichting voorts omvat: middelen (3) voor het genereren van een videostuffingsignaal (VID-STUFF) en 15. bestuurbare videoschakelmiddelen (4) voorzien van tenminste een eerste videoschakelaaringang (C) voor het ontvangen van het video-stuff ingsignaal (VIDSTUFF), een tweede videoschakelaaringang (A) voor het ontvangen van het uit het geheugen (1) uitgelezen videosignaal (VID), een videostuuringang voor het ontvangen van het 20 genoemde videostuursignaal (VSC) en een videoschakelaaruitgang voor het verschaffen van een videouitgangssignaal (VO), welke videoschakelmiddelen zijn ingericht om de videoschakelaaruitgang te verbinden met de eerste (C) of tweede (A) videoschakelaaringang in afhankelijkheid van het videostuursignaal (VSC). 25
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij het videosignaal (VID) als een seriële bitstroom is samengesteld en de videobevriezingsbesturing (2) tevens is voorzien van: een tweede videoingang (2g) voor het ontvangen van het als seriële 30 bitstroom samengestelde videosignaal (VID), een videodetector (8) verbonden met de tweede videoingang (2g) voor het detecteren van een vooraf bepaald videobitpatroon in het videosignaal (VID) en het verschaffen van een videodetectoruitgangssignaal (VIDHIT), nadat genoemd videopatroon is gedetecteerd, en 35 - een videostuureenheid (11) ingericht voor het ontvangen van het bevriezingsopdrachtsignaal (FR) en het videodetectoruitgangssignaal (VIDHIT) en het verschaffen van het videostuursignaal (VSC) in afhankelijkheid van het bevriezingsopdrachtsignaal (FR) en het 1000694 videodetectoruitgangssignaal (VIDHIT).
3. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij de videobevriezingsbe-sturing (2) tevens is voorzien van een eerste vertrager (10) voorzien 5 van een vertrageringang voor het ontvangen van het detectoruitgangssig-naal (VIDHIT) en van een vertrageruitgang voor het verschaffen van een vertraagd detectoruitgangssignaal (VIDHIT) aan de videostuureenheid (11).
4. Inrichting volgens conclusie 2 of 3, waarbij de videobevrie- zingsbesturing (2) tevens is voorzien van een tweede vertrager (10) die is verbonden met de tweede videoingang (2g) voor het ontvangen van het videosignaal (VID) en is ingericht voor het verschaffen van een vertraagd videosignaal, en de videoschakelmiddelen (4) zijn voorzien van 15 een derde videoschakelaaringang (B) voor het ontvangen van het vertraagde videosignaal en zijn ingericht om de videoschakelaaruitgang te verbinden met de eerste (C), tweede (A) of derde (B) videoschakelaaringang in afhankelijkheid van het videostuursignaal (VSC).
5. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, voorts omvattend een foutcorrectiegenerator (12), die is verbonden met de videoschakelaaruitgang en is ingericht voor het toevoegen van een fout-correctiecode aan het videouitgangssignaal (VO) van de videoschakelmiddelen (4) . 25
6. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de middelen (3) voor het genereren van een videostuffingsignaal (VIDSTUFF) via een bidirectionele videogegevensverbinding zijn verbonden met de videobevriezingsbesturing (2) voor het ontvangen van een videostartstuf- 30 fingsignaal (VIDSTST) op het moment, dat het videostuffingsignaal dient te worden gegenereerd, en voor het verzenden van een videoeindstuffingsignaal (VIDENDST) op het moment, dat het videostuffingsignaal kan worden onderbroken.
7. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, verder omvattend audiobevriezingsmiddelen (5, 6, 7) voor het genereren van een audiostopsignaal (AS) in synchronisatie met het videostopsignaal (VS). r ~ r
8. Inrichting volgens conclusie 7, waarbij de audiobevriezingsmid-delen omvatten: een audiobevriezingsbesturing (5) voorzien van een eerste audio-ingang (5a) voor het ontvangen van het bevriezingsopdrachtsignaal 5 (FR), tenminste een eerste audiouitgang (5b) voor het verschaffen van een audiostuursignaal (ASC), een tweede audiouitgang (5f) voor het verschaffen van een audiostopsignaal (AS) voor het stoppen van het uitlezen van een audiosignaal (AUD) uit het geheugen (1) op een vooraf bepaald moment, nadat het bevriezingsopdrachtsignaal (FR) is 10 ontvangen; middelen (6) voor het genereren van een audiostuffingsignaal (AUD-STUFF); bestuurbare audioschakelmiddelen (7) voorzien van tenminste een eerste audioschakelaaringang (D) voor het ontvangen van het audio-15 stuffingsignaal (AUDSTUFF), een tweede audioschakelaaringang (E) voor het ontvangen van het uit het geheugen (1) uitgelezen audiosignaal (AUD), een audiostuuringang voor het ontvangen van het genoemde audiostuursignaal (ASC) en een audioschakelaaruitgang voor het verschaffen van een audiouitgangssignaal (AO), welke audioscha-20 kelmiddelen zijn ingericht om de audioschakelaaruitgang te verbin den met de eerste (D) of tweede (E) audioschakelaaringang in afhankelijkheid van het audiostuursignaal (ASC).
9. Inrichting volgens conclusie 8, waarbij het audiosignaal (AUD) 25 als een seriële bitstroom is samengesteld en de audiobevriezingsbesturing (5) tevens is voorzien van: een tweede audioingang (5g) voor het ontvangen van het als seriële bitstroom samengestelde audiosignaal (AUD), een audiodetector (13) verbonden met de tweede audioingang (5g) voor het detecteren van 30 een vooraf bepaald audiobitpatroon in het audiosignaal (AUD) en het verschaffen van een audiodetectoruitgangssignaal (AUDHIT), nadat genoemd audiobitpatroon is gedetecteerd, en een audiostuureenheid (14) ingericht voor het ontvangen het bevriezingsopdrachtsignaal (FR) en het audiodetectoruitgangssignaal (AUD-35 HIT) en het verschaffen van het audiostuursignaal (ASC) in afhanke lijkheid van het bevriezingsopdrachtsignaal (FR) en het audiodetectoruitgangssignaal (AUDHIT). 1000594
10. Inrichting volgens conclusie 9, waarbij de audiodetector een 7-bits-teller (13) is.
11. Inrichting volgens een van de conclusies 8 tot en met 10, waar-5 bij de middelen (6) voor het genereren van een audiostuffingsignaal (AUDSTUFF) via een bidirectionele audiogegevensverbinding is verbonden met de audiobevriezingsbesturing (5) voor het ontvangen van een audio-star tstuffingsignaal (AUDSTST) op het moment, dat het audiostuffingsig-naal dient te worden gegenereerd, en voor het verzenden van een audio-10 eindstuffingsignaal (audendST) op het moment, dat het audiostuffingsignaal niet meer hoeft te worden gegenereerd.
12. Inrichting volgens een van de conclusies 8 tot en met 11 met het kenmerk, dat de audiobevriezingsbesturing (5) verder is voorzien van 15 een derde audioingang (5h) voor het ontvangen van een synchronisatiesig-naal (VIDENDSTUFF) gegenereerd door de middelen (3) voor het genereren van een videostuffingsignaal ter synchronisatie van het genereren van het videostopsignaal (VS) en het audiostopsignaal (AS).
13. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij het videosignaal (VID) als een seriële bitstroom met BCH foutcorrectiecode in het geheugen 1 is opgeslagen en de videobevriezingsbesturing (2) tevens is voorzien van: een bitteller (15) verbonden met het geheugen (1) voor het verschaffen van een detectiesignaal (ZERO) als een nieuw BCH frame 25 wordt uitgelezen, en een videostuureenheid (11) ingericht voor het ontvangen van het bevriezingsopdrachtsignaal (FR) en het detectiesignaal (ZERO), het verschaffen van het videostuursignaal (VSC) in afhankelijkheid van het bevriezingsopdrachtsignaal (FR) en het detectiesignaal (ZERO). 30
14. Werkwijze voor het bevriezen van een audiovisuele gegevensstroom, omvattend de volgende stappen: a. het genereren van een bevriezingsopdrachtsignaal (FR); b. het detecteren van een vooraf bepaald videobitpatroon in een uit 35 een geheugen (1) uitgelezen videosignaal (VID); c. het verschaffen van een videodetectoruitgangssignaal (VIDHIT), zodra genoemd videobitpatroon is gedetecteerd; d. het stoppen van het uitlezen van het videosignaal (VID) uit het ge- 1000394 heugen (1), zodra zowel het bevriezingsopdrachtsignaal als het videodetectoruitgangssignaal zijn gegenereerd en het vanaf dat moment genereren van een videostuffingsignaal (VIDSTUFF).
15. Werkwijze voor het bevriezen van een audiovisuele gegevens stroom volgens conclusie 14 verder gekenmerkt door de volgende stappen: e. het detecteren van een vooraf bepaald audiobitpatroon in een uit het geheugen (1) uitgelezen audiosignaal (AUD), nadat het bevriezingsopdrachtsignaal (FR) is gegenereerd (stap a); 10 f. het verschaffen van een audiodetectoruitgangssignaal (AUDHIT), zodra genoemd audiobitpatroon is gedetecteerd; g. het stoppen van het uitlezen van het audiosignaal (AUD) uit het geheugen (1), zodra zowel het bevriezingsopdrachtsignaal als het audiodetectoruitgangssignaal zijn gegenereerd en het vanaf dat moment genere-15 ren van een audiostuffingsignaal (AUDSTUFF). ***** ÏO o 0 8 9 4
NL1000894A 1995-07-27 1995-07-27 Inrichting en werkwijze voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen. NL1000894C2 (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1000894A NL1000894C2 (nl) 1995-07-27 1995-07-27 Inrichting en werkwijze voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen.
ES96202131T ES2160762T3 (es) 1995-07-27 1996-07-26 Instalacion y metodo para congelar corrientes de datos audiovisuales.
DE69613637T DE69613637T2 (de) 1995-07-27 1996-07-26 Einrichtung und Verfahren zum Einfrieren audiovisueller Datenströme
AT96202131T ATE202886T1 (de) 1995-07-27 1996-07-26 Einrichtung und verfahren zum einfrieren audiovisueller datenströme
EP96202131A EP0756421B1 (en) 1995-07-27 1996-07-26 Installation and method for freezing audiovisual data streams
US08/687,991 US5818540A (en) 1995-07-27 1996-07-29 Installation and method for freezing audiovisual datastreams

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1000894 1995-07-27
NL1000894A NL1000894C2 (nl) 1995-07-27 1995-07-27 Inrichting en werkwijze voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1000894C2 true NL1000894C2 (nl) 1997-01-28

Family

ID=19761377

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1000894A NL1000894C2 (nl) 1995-07-27 1995-07-27 Inrichting en werkwijze voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen.

Country Status (6)

Country Link
US (1) US5818540A (nl)
EP (1) EP0756421B1 (nl)
AT (1) ATE202886T1 (nl)
DE (1) DE69613637T2 (nl)
ES (1) ES2160762T3 (nl)
NL (1) NL1000894C2 (nl)

Families Citing this family (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US8046800B2 (en) * 1993-03-29 2011-10-25 Microsoft Corporation Remotely controlling a video recorder
US20020048448A1 (en) * 1993-03-29 2002-04-25 Microsoft Corporation Pausing the display of a television program as a signal including the television program is received
US7107608B2 (en) * 2001-10-01 2006-09-12 Microsoft Corporation Remote task scheduling for a set top box
US7424160B1 (en) * 2003-04-28 2008-09-09 The Directv Group, Inc. Methods and apparatus for monitoring compressed bitstreams
TWI250804B (en) * 2004-02-06 2006-03-01 Admtek Inc Method and device for user to instantly sense and capture the audiovisual stream
JP4070745B2 (ja) * 2004-05-21 2008-04-02 三洋電機株式会社 放送受信携帯端末
US8564669B2 (en) * 2009-07-30 2013-10-22 General Instrument Corporation System and method of analyzing video streams for detecting black/snow or freeze
WO2011132398A1 (ja) * 2010-04-20 2011-10-27 パナソニック株式会社 入出力切替装置および入出力切替方法
US9432662B2 (en) * 2014-11-25 2016-08-30 Echostar Technologies L.L.C. Systems and methods for picture quality monitoring

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0594350A1 (en) * 1992-10-23 1994-04-27 AT&T Corp. Interactive television multicasting
US5371532A (en) * 1992-05-15 1994-12-06 Bell Communications Research, Inc. Communications architecture and method for distributing information services
EP0633694A1 (en) * 1993-07-07 1995-01-11 Digital Equipment Corporation Segmented video on-demand system

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4272787A (en) * 1978-09-07 1981-06-09 Micro Consultants Limited T.V. Picture freeze system
JP3039680B2 (ja) * 1990-11-20 2000-05-08 キヤノン株式会社 ビデオ信号処理装置
US5357276A (en) * 1992-12-01 1994-10-18 Scientific-Atlanta, Inc. Method of providing video on demand with VCR like functions
US5636315A (en) * 1993-02-26 1997-06-03 Fuji Photo Film Co., Ltd. Video printer having a key simplified in operation
US5592299A (en) * 1994-09-26 1997-01-07 Hitachi America, Ltd. Method and apparatus for reducing the amount of data required to represent a video frame

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5371532A (en) * 1992-05-15 1994-12-06 Bell Communications Research, Inc. Communications architecture and method for distributing information services
EP0594350A1 (en) * 1992-10-23 1994-04-27 AT&T Corp. Interactive television multicasting
EP0633694A1 (en) * 1993-07-07 1995-01-11 Digital Equipment Corporation Segmented video on-demand system

Also Published As

Publication number Publication date
ATE202886T1 (de) 2001-07-15
DE69613637D1 (de) 2001-08-09
EP0756421B1 (en) 2001-07-04
DE69613637T2 (de) 2002-05-08
EP0756421A1 (en) 1997-01-29
US5818540A (en) 1998-10-06
ES2160762T3 (es) 2001-11-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5600721A (en) Apparatus for scrambling a digital video signal
EP0648055B1 (en) Scrambling system, scrambling apparatus and descrambling apparatus
CA2237766C (en) Method and apparatus for multiplexing and distributing data with preformatted real-time video
US5848239A (en) Variable-speed communication and reproduction system
CA2260961C (en) Video signal compression process augmented with information signal
CN1149953A (zh) 用于解码数字视频信号的装置
NL1000894C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het bevriezen van audiovisuele gegevensstromen.
US6122123A (en) Method and apparatus for recording digital information signals in which, in order to preserve timing, each packet is checked for the presence of program clock reference signal
WO1997024872A1 (en) Method and device for performing source transitions in a video system which performs entropy encoding
EP0826289B1 (en) Data multiplexing apparatus
KR100306686B1 (ko) 리얼타임오디오패킷레이어인코더
US6385212B1 (en) Data switching apparatus for switching received data without changing coding unit
US20020015577A1 (en) Data distribution apparatus and method, and data distribution system
JP3882295B2 (ja) デジタル放送受信装置及び映像信号のミュート方法
US10812789B2 (en) Encoding/transmitting apparatus and encoding/transmitting method
WO1998040889A2 (en) Recording of a digital information signal on a record carrier
US7269839B2 (en) Data distribution apparatus and method, and data distribution system
JP3520595B2 (ja) 符号化画像・音声データの受信装置
JP3694933B2 (ja) 送信装置およびその受信装置
GB2314479A (en) Special to normal moving picture reproduction mode transition
JPH07321668A (ja) 高効率データ伝送・蓄積装置
KR19980703320A (ko) 영상 신호 송출 장치
JP2004072618A (ja) 映像再生システム
JPH10262259A (ja) 画像信号送出装置及び画像信号送出方法
KR100262856B1 (ko) 더빙 기능을 갖는 개선된 브이오디 시스템 및 그더빙 방법

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
TD Modifications of names of proprietors of patents

Owner name: KONINKLIJKE KPN N.V.

VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20100201