<Desc/Clms Page number 1>
EMI1.1
/-\'.
-i, "Veoeterde grijperweefgetouwen"
EMI1.2
- '...... --aSs . UITVINDINGSOCTROOI.
1
<Desc/Clms Page number 2>
EMI2.1
"Verbeterde lansgeleiding voor grijperweefgetouwen" ' o --\..-'.vaarDeze uitvinding heeft betrekking op een verbeterde lansgeleiding voor grijperweefgetouwen, met andere woorden een verbeterde geleiding voor de soepele banden of lansen die op hun vrije uiteinden de grijpers dragen met de bedoeli deze laatsten ieder te verplaatsen, van één uiteinde van het weefgetouw naar het midden, ten einde de inslagdraad van één uiteinde van het getouw over te brengen naar het andere uiteinde.-
EMI2.2
"' Men weet dat de geleiding van de voornoemde'lansen in het algemeen geschiedt door, hetzij aan ene zijde, hetzij aan de belde zijden, van de lansbaan geleidingselen.
entjes te voorzien, bijvoorbeeld in de vorm van haakjes die de lans en/of éen of meer geleidingsvlakjes op de eigenlijke grijper, enerzijds, zijdelings en, anderzijds, aan de bovenzijde geleiden één en ander zodanig dat de twee lans, en van zulke machine, minstens in het midden van de machine, nauwkeurig geleid zijn, zowel horizontaal als vertikaal, ten opzichte van elkaar ten einde de draadovezdracht perfekt te laten geschieden, Het grootste nadeel van zulke bekende geleidingen is echter de relatief aanzienlijke slijtage, zowel de slijtage van de lansen en eventueel de op de grijper voorziene geleidings- vlakJes, enerziJds, als de slijtage van de voornoemde gclei- dingspennen, anderzijds.
<Desc/Clms Page number 3>
Deze uitvinding heeft dan ook betrekking op een verbeterde lansgeleiding voor grijperweefgetouwen, meer speciaal een lansgeleiding waarbij. de slijtage, zowel van de eigenlijke lansen en eventueel de grijpergeleidingsvlakjes als van de voornoemde geleidingspennen tot het minimum wordt beperkt.
Tot dit doel bestaat de verbeterde lansgeleiding volgens de uitvinding die van het-type is waarbij. de lans 7. ich verplaatst boven de lade en boven de onderste kettingdraden van de gaap en geleid wordt, hetzij tussen het riet en op geschikte onderlinge afstanden geplaatste geleidingspennen of haakjes, hetzij tussen twee rijen op onderling gelijke afstanden ge- plaa te geleidingspennen of haakjes die. op de lade - ziJn bevestigd, er hoofdzakelijk in dat de voornoemde geleidingspennen zodanig aangebracht zijn dat, in het vertikale vlak en/ of in het horizontale vlak de afstand tussen de geleidungspennen en de lans, naar de plaats'waar de draadoverdracht tussen de grijpers plaatst grijpt, progressief verkleint.
Met het inzicht de kenmerken van de huidige uitvinding beter aan te tonen is hierna, :'als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin :
EMI3.1
. figuur 1 een schematische vertikale doorsnede weergeeft doorheen de gaap van een grijperweefgetouw-waarop de verbeteringen volgens de uitvinding zijn aangebracht, meer speciaal volgens lijn 1-1 in figuur 2 ;
EMI3.2
figuur 2 een schematisch'zicht weergeeft volgens lijn Il-il in figuur'l figuur een zicht weergeeft, gelijkaardig dit van figuur 1, doch ter plaatse. van lijn IJl-lIl in figuur 2 ; figuur 4 een zicht is gelijkaardig aan dit van figuur 2, doch voor een itvoeringsvariante ;
figuur 5 in bovenaanzicht een uitvoeringsvariante weergeeft van de uitvinding.
<Desc/Clms Page number 4>
In de figuren 1 tot 3 is cp schematische wijze een lans 1 weergegeven waarop een grijper 2 is bevestigd en waarbij deze lans 1 zich verplaatst naast het riet 3 en boven de onderste kettingdraden 4 van de gevormde gaap, één en ander zodanig dat zich onder de lans 1 de eigenlijke lade 5 bevindt waarop geleidingspennen 6, bijvoorbeeld in de vorm van haakjes, cp geschikte wijze zijn bevestigd.
Volgens de huidige uitvinding vertonen de voornoemde geleidingspennen of-haakjes, gezien over de volledige lengte van de lansgeleiding een verschillende hoogte waarbij deze hoogte, voor het lansgeleidingsgedeelte 7, meer speciaal het lansgeleidingsgedeelte waar de lans een hoge snelheid heeft, in de getekende uitvoering, voor alle haakjes dezelfde is en dit zodanig dat tussen de bovenwand van de lans en de onderrand van het eigenlijk haakje 8 een relatief grote afstand A blijft bestaan terwijl, voor de zone 9, met andere woorden de zone die gelegen is nabij het midden van de weefmachine en die gekenmerkt wordt dooraat de lans 1 er een lagere snelheid heeft,
de hoogte'van deze geleidingspennen of haakjes zodanig is dat de afstand A tussen de onderrand van een hadsze 8 en de bovenwand van de lans 1 progressief verkleint naar het midden van het weefsel toe'om, bij voorbeeld te verkrijgen dat voor de meest nabi) de overgavezone gelegen geleiding- pen of geleidingshaakje, van iedere lans l, de voornoemde afstand A nagenoeg nul is, één en. ander zodanig dat de doorlopende aanraking van de lans met de haakjes zoveel mogelijk wordt beperkt, wat de slijtage zo gering mogelijk houdt terwijl naar het einde van de beweging, met andere woorden wanneer de inslagdraad van de ene grijper aan de andere grijper moet overgedragen. worden, de lansen 1 in de juiste stand worden gebracht, respektievelijk gehouden, ten opzichte van elkaar.
In de uitvoering volgens figuur 4 zal men, enerzijds, de voor- noemde opstelling van de geleidingspennen of haakjes 6 toepassen doch bovendien het vrij uiteinde van iedere lans naar dit
EMI4.1
f
<Desc/Clms Page number 5>
EMI5.1
een or reger. ord < iBe é een Alhoewel oeriger. . e v de'-escl--reve--i slecb-, s aar. zulkc-peiir-e" "es beicie de lans en . 'Ltino'--'.'-R'--'.''-, v-Torse R . '" ".'/ Y ..
.
Eveneens'runnen '.'". . .'c-er . dan de lengte van de zone 9, bijvoorbee-,. e e, t tc'C SZ eHa- > e PeT Z > tJ=cgeleiding, een hoogte vertonen die progressief verkleint tot nagenoeg nul.
Tevens'kan volgens de. uitvinding de verbeterde lansgeleiding,. met behoud van dezelfde voordelen, gevormd worden door de afstand A van de geleidingspeinen 6 tot de lans 1, in het horizontale vlak, over de ganse lansgeleiding of over een gedeelte ervan, progressief te laten afnemen tot op de plaats waar de draadoverdracht plaats grijpt.
Ook is het vanzelfsprekend mogelijk iedere mogelijke kombinatie te vormen van zulke progressieve lansgeleiding zowel in het horizontale'als in het vertikale vlak en dit al dan niet, voor het ene of het andere, over de volledige lengte van de lansgeleiding.
Het is dus duidelijk dat men op deze wijze een gekontroleerde lansvlucht verkrijgt met. een zeer nauwkeurige geleiding in de nabijheid van het midden van het weefsel, zodat de overgang, van de inslagdraad zeer nauwkeurig geschiedt en waarbij de slijtage van de lans en van de geleidingshaakjes minimaal is doordat de speling van de lans in de haakjes relatief groot is op de plaatsen waar de lans een grote snelheid bezit.
De huidige uitvinding is niet beperkt tot de als voorbeeld
<Desc/Clms Page number 6>
beschreven en in de bijgaande tekeningen weergegeven uitvoe- ,. ringen, doch zulke lansgeleiding kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader der uitvinding te treden.
<Desc / Clms Page number 1>
EMI1.1
/ - \ '.
-i, "Sweetened rapier looms"
EMI1.2
- '...... - asS. INVENTION PATENT.
1
<Desc / Clms Page number 2>
EMI2.1
This invention relates to improved lance guidance for rapier looms, in other words improved guidance for the flexible bands or lances that carry the grippers on their free ends with the purpose of the invention. the latter each move, from one end of the loom to the center, in order to transfer the weft thread from one end of the loom to the other end.
EMI2.2
It is known that the guidance of the aforementioned lances is generally carried out by guide parts on either side or on the ringed sides of the lance track.
provide grafts, for example in the form of hooks guiding the lance and / or one or more guide surfaces on the actual gripper, on the one hand, on the side, and on the other, at the top, such that the two lance, and such machine, at least in the middle of the machine, are guided accurately, both horizontally and vertically, relative to each other in order for the wire transmission to take place perfectly. However, the biggest disadvantage of such known guides is the relatively considerable wear, both the wear of the lances and optionally the guide surfaces provided on the gripper, on the one hand, such as the wear of the aforementioned sealing pins, on the other.
<Desc / Clms Page number 3>
This invention therefore relates to an improved lance guide for rapier looms, more particularly a lance guide in which. the wear, both of the actual lances and possibly the gripper guide surfaces and of the aforementioned guide pins, is minimized.
For this purpose, the improved lance guide according to the invention is of the type wherein. the lance 7 .ich moves above the drawer and above the lower warp threads of the shed and is guided either between the reed and spaced guide pins or hooks, or between two rows of equally spaced guide pins or hooks That. mounted on the drawer, mainly in that the aforementioned guide pins are arranged such that, in the vertical plane and / or in the horizontal plane, the distance between the guide pins and the lance, to the place where the wire transfer between the grippers grabs, progressively shrinks.
With the insight to better demonstrate the features of the present invention, hereinafter, as an example without any limitation, a preferred embodiment is described with reference to the accompanying drawings, in which:
EMI3.1
. figure 1 shows a schematic vertical section through the shed of a rapier loom on which the improvements according to the invention have been applied, more particularly according to line 1-1 in figure 2;
EMI3.2
figure 2 shows a schematic view according to line II-il in figure 1 figure shows a view, similar to that of figure 1, but on the spot. of line IJl-III in figure 2; Figure 4 is a view similar to that of Figure 2, but for an embodiment variant;
figure 5 shows a top view of an embodiment of the invention.
<Desc / Clms Page number 4>
Figures 1 to 3 schematically show a lance 1 on which a gripper 2 is mounted and wherein this lance 1 moves next to the reed 3 and above the lower warp threads 4 of the formed shed, all this such that under the lance 1 is the actual drawer 5 on which guide pins 6, for example in the form of brackets, are suitably mounted.
According to the present invention, the above-mentioned guide pins or brackets, viewed over the entire length of the lance guide, have a different height, this height, for the lance guide portion 7, more specifically the lance guide portion where the lance has a high speed, for the illustrated embodiment, for all brackets are the same and such that between the top wall of the lance and the bottom edge of the actual hook 8 a relatively large distance A remains, while, for the zone 9, in other words the zone located near the center of the weaving machine and characterized by the lance 1 having a slower speed there,
the height of these guide pins or hooks is such that the distance A between the bottom edge of a had 8 and the top wall of the lance 1 progressively decreases towards the center of the fabric, for example to obtain that for the most close the guide pin or guide hook located in the transfer zone, of each lance 1, the aforementioned distance A is substantially zero, one and. other such that the continuous contact of the lance with the hooks is limited as much as possible, which minimizes wear while moving towards the end of the movement, in other words when the weft thread has to be transferred from one hook to the other hook. the lances 1 are brought into the correct position or kept relative to each other.
In the embodiment according to figure 4, on the one hand, the aforementioned arrangement of the guide pins or hooks 6 will be used, but moreover the free end of each lance towards this
EMI4.1
f
<Desc / Clms Page number 5>
EMI5.1
an or reger. ord <iBe é a Although more ancient. . e v de'-escl - reve - i slecb-, saar. zokc-peiir-e "" es beicie de lans and. 'Ltino' --'.'- R '--'.''-, v-Torse R. "" "." / Y ..
.
Also 'run'. ""... "C-er. Then the length of the zone 9, for example, ee, t tc'C SZ eHa-> e PeT Z> tJ = c conduction, exhibit a height that progressively shrinks to almost zero.
Also, according to the. invention improved lance guidance. while retaining the same advantages, are formed by progressively decreasing the distance A of the guide pins 6 from the lance 1, in the horizontal plane, over the entire lance guide or over a part thereof, to the place where the wire transfer takes place.
It is of course also possible to form any possible combination of such progressive lance guide both in the horizontal and in the vertical plane, and this whether or not, for one or the other, over the entire length of the lance guide.
It is therefore clear that in this way a controlled lance flight is obtained with. a very precise guidance in the vicinity of the center of the fabric, so that the transition of the weft thread takes place very precisely and wherein the wear of the lance and of the guide hooks is minimal because the play of the lance in the hooks is relatively large the places where the lance has a great speed.
The present invention is not limited to the exemplary one
<Desc / Clms Page number 6>
described and shown in the accompanying drawings. rings, but such a lance guide can be realized in various shapes and sizes without departing from the scope of the invention.