BE886996A - HINGED WINDOW AND CLOSURE USED THEREFOR - Google Patents

HINGED WINDOW AND CLOSURE USED THEREFOR Download PDF

Info

Publication number
BE886996A
BE886996A BE2/58941A BE2058941A BE886996A BE 886996 A BE886996 A BE 886996A BE 2/58941 A BE2/58941 A BE 2/58941A BE 2058941 A BE2058941 A BE 2058941A BE 886996 A BE886996 A BE 886996A
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
window
arm
scissor mechanism
transmission
fixed
Prior art date
Application number
BE2/58941A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Parys Remi E Van
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Parys Remi E Van filed Critical Parys Remi E Van
Priority to BE2/58941A priority Critical patent/BE886996A/en
Priority to NL8101124A priority patent/NL8101124A/en
Publication of BE886996A publication Critical patent/BE886996A/en

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05FDEVICES FOR MOVING WINGS INTO OPEN OR CLOSED POSITION; CHECKS FOR WINGS; WING FITTINGS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, CONCERNED WITH THE FUNCTIONING OF THE WING
    • E05F11/00Man-operated mechanisms for operating wings, including those which also operate the fastening
    • E05F11/02Man-operated mechanisms for operating wings, including those which also operate the fastening for wings in general, e.g. fanlights
    • E05F11/08Man-operated mechanisms for operating wings, including those which also operate the fastening for wings in general, e.g. fanlights with longitudinally-moving bars guided, e.g. by pivoted links, in or on the frame
    • E05F11/12Mechanisms by which the bar shifts the wing
    • E05F11/24Mechanisms by which the bar shifts the wing shifting the wing by pivotally-connected members (moving) in a plane parallel to the pivot axis of the wing

Landscapes

  • Blinds (AREA)

Description

       

  "Klapraam en daarbij gebruikte sluiting". 

  
De uitvinding heeft betrekking op een klapraam dat een vast raam bevat, ten minste een rond een horizontale as ten opzichte van dit vast raam scharnierende vleugel, ten minste een ingebouwd schaarmechanisme dat, aan de van de scharnieras afgekeerde zijde, tussen het vaste raam en de vleugel gemonteerd is en bij gesloten stand van de vleugel volledig in het raam verdoken is,

  
 <EMI ID=1.1> 

  
wentelbare schaararm bevat die, enerzijds, scharnierend en in dichtgewentelde s&#65533;and van het schaarmechanisme ver-

  
 <EMI ID=2.1> 

  
tegelijker tijd verschuifbaar en scharnierend met de

  
vleugel verbonden is, een en ander zo dat, na de wenteling

  
van de arm onder invloed van de verplaatsing van de overbrenging bij sluiting van de vleugel, deze arm door verdere verplaatsing van de overbrenging over een afstand

  
kan verschuiven zonder daarbij nog te kunnen wentelen en, omgekeerd, vóór de wenteling van de arm bij het openen

  
van het raam de arm eerst door de overbrenging moet verschoven worden en pas op het einde van deze verschuiving

  
door verdere verplaEtsing van de overbrenging kan wentelen

  
om de schaarbeweging uit te voeren.

  
Klapraam wordt hier in ruime zin bedoeld zodat hieronder elk raam moet verstaan worden dat een vast raam

  
en een of meer rond een horizontale as scharnierende vleugels bevat, ongeacht of deze scharnieras bovenaan of onderaan

  
de vleugel gelegen is. De wenteling van de vleugel kan zowel naar buiten als naar binnen plaatsvinden. Indien de scharnieras zich bovenaan bevindt, vindt de kanteling meestal naar buiten plaats , terwijl indien de scharnieras onderaan gelegen is, de kanteling meestal naar binnen toe plaatsvindt. In het laatstgedoelde geval spreekt men meestal van een valraam.

  
 <EMI ID=3.1> 

  
kartelas zich bovenaan de vleugel bevindt, bevat het schaarmechanisme twee armen die met een einde tegelijker tijd scharnierend en verschuifbaar aan de vleugel bevestigd zijn en wel doordat ze op het gedoelde einde een pen bezitten die verschuifbaar steekt in een gleuf die aangebracht is in een op de vleugel bevestigd geleidingsplaatje. De arm die

  
 <EMI ID=4.1> 

  
verschuifbaar aan het vaste raam vastgemaakt is, is niet rechtstreeks aan dit raam bevestigd maar steekt met een as in een passende uitsparing in een plaatje dat zelf op het vaste raam vastgemaakt is. Dit plaatje is van gedeelten voorzien waarachter, bij de verschuiving van het dichtgewentelde schaarmechanisme na het sluiten van de vleugel, op een of meer van deze armen staande uitsteeksels schuiven om aldus een vergrendeling van de vleugel aan het vaste

  
 <EMI ID=5.1> 

  
wel een vergrendeling ter plaatse van het schaarmechanisme maar dan ook uitsluitend ter plaatse van dit mechanisme.

  
Om een goede sluiting van de vleugel te bekomen,voorziet men dan ook bij deze bekende klapramen, vooral indien de vleugel relatief lang is, meerdere schaarmechanismen die door dezelfde verbinding met het bedieningsorgaan verbonden z ijnNiet alleen zijn de schaarmechanismen relatief duur maar vooral de montage ervan is tijdrovend zodat dan ook , door de noodzaak meerdere schaarmechanismen te gebruiken om een goede sluiting te bekomen, deze bekende klapramen relatief kostelijk zijn. 

  
De uitvinding heeft tot doel dit nadeel te verhelpen en een klapraam te verschaffen waarbij de wentelbare vleugel, na het dichtwentelen ervan, op een of meer plaatsen op een afstand van het schaarmechanisme, door middel van hetzelfde bedieningsorgaan dat dit schaarmechanisme bedient, kan vergrendeld worden zodat bijgevolg een goede sluiting kan bekomen worden waarbij de constructie toch vrij eenvoudig blijft en bij voorbeeld voor deze bijkomende vergrendeling geen bijkomend schaarmechanisme nodig is.

  
 <EMI ID=6.1> 

  
lat waaraan de arm, die scharnierend en verschuifbaar met

  
de vleugel verbonden is, scharnierend vastgemaakt is, terwijl deze schuiflat en het vaste raam,op hun bij eluitstand van het raam tegenover elkaar liggende zijden en op een afstand van het schaarmechanisme, van samenwerkende grendelorganen voorzien zijn die, bij de verschuiving van het schaarmechanisme na het dichtwentelen ervan, samenwerken.

  
In een bijzondere uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn de samenwerkende grendelelementen die op de schuiflat

  
en het vaste raam gemonteerd zijn,gevormd door een tap die

  
op de schuiflat staat en een grendelplaatje dat op het

  
vaste raam staat, en achter hetwelk de tap, bij de verschuiving van het schaarmechanisme na het dichtwentelen ervan, geschoven wordt.

  
In een voordelige uitvoeringsvorm van de uitvinding bevat het schaarmechanisme twee armen die scharnierend aan elkaar verbonden zijn, waarvan er evenwel slechts een door middel van de schuiflat scharnierend en terzelfder tijd verschuifbaar met de vleugel verbonden is terwijl de andere

  
 <EMI ID=7.1> 

  
gedoelde arm ophoudt. 

  
Bij deze uitvoeringsvorm kan eenzelfde schuiflat zich aan weerszijden van het schaarmechanisme uitstrekken zodat

  
 <EMI ID=8.1> 

  
mechanisme een vergrendeling kan bekomen worden.

  
In een doelmatige uitvoeringsvorm van de uitvinding is de arm van het schaarmechanisme die scharnierend, en bij dichtgewentelde stand van het schaarmechanisme, verschuifbaar met het vaste raam verbonden is, met dit vaste raam verbonden onder tussenkomst van een geleidingslat die op het vaste raam vastgemaakt is en een as die draaibaar en

  
 <EMI ID=9.1> 

  
uitsparing in deze lat gemonteerd is, welke geleidingslat ook van ten minste één relief voorzien is dat samenwerkt met een overeenstemmend relief op een arm van het schaarmechanisme zodat, bij de verschuiving van het schaarmechanisme na het dichtwentelen ervan , het relief op de arm en

  
het relief op het geleidingstuk met elkaar samenwerken en aldus ter plaatse van het schaarmechanisme een vergrendeling ontstaat.

  
In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de uitvinding is de overbrenging tussen het bedieningsorgaan en het schaarmechanisme in hoofdzaak op de buitenzijde van het vaste raam gebouwd, en dringt deze overbrenging

  
 <EMI ID=10.1> 

  
raam waar het met één van de armen van het ingebouwde schaarmechanisme verbonden is.

  
Vooral bij deze uitvoeringsvorm is de montage van

  
de sluiting, bestaande uit het schaarmechanisme, het bedieningsorgaan en de overbrenging, vrij gemakkelijk aan te brengen. De overbrenging kan ook gemakkelijc verlengd worden om meerdere schaarmechanismen, hetzij van hetzelfde raam dat meerdere vleugels bevat, hetzij nog van verschillende ramen te bedienen, zonder door opstaande stijlen of hoekverbindingen van deze ramen te moeten lopen. Enerzijds zijn wel klapramen bekend waarbij de overbrenging opgebouwd is maar dan is ook het schaarmechanisme opgebouwd, hetgeen niet esthetisch is, terwijl, anderzijds, klapramen bekend zijn waarbij het schaarmechanisme ingebouwd is maar dan ook de overbrenging ingebouwd is. Doordat bij deze laatst-

  
 <EMI ID=11.1> 

  
scharnieras gekeerde zijde van de tegenover deze as gelegen horizontale lijst van het raam,kan men deze over-

  
 <EMI ID=12.1> 

  
bij naburige vleugels zonder verticale stijlen van

  
het vaste raam te doorboren, hetgeen de montage bemoeilijkt en het vaste raam verzwakt.

  
De uitvinding heeft ook betrekking op een sluiting

  
 <EMI ID=13.1> 

  
klapraam volgens een van de vorige uitvoeringsvormen.

  
Andere bijzonderheden en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hier volgende beschrijving van een klapraam en van een daarbij gebruikte sluiting, volgens

  
 <EMI ID=14.1> 

  
gegeven en beperkt de uitvinding niet; de verwijzing scijfers betreffen de hieraan toegevoegde tekeningen.

  
Figuur 1 is een vooraanzicht met gedeeltelijke wegsnijding van een klapraam volgens de uitvinding waarbij het klapraam in gesloten stand getekend is. Figuur 2 stelt een doorsnede voor volgens de lijn II-II uit figuur 1 maar op grotere schaal getekend. <EMI ID=15.1>  figuur 1, maar op dezelfde schaal als figuur 2 getekend en met plaatselijke wegsnijdingen. Figuur 4 stelt een doorsnede voor volgens de lijn 

  
 <EMI ID=16.1> 

  
Figuur 5 stelt een doorsnede voor volgens de lijn V-V uit figuur 3, eveneens zonder de wegsnijdingen. Figuur 6 is een bovenaanzicht van het klapraam uit de vorige figuren maar in open stand en op een

  
andere schaal getekend.

  
In de verschillende figuren hebben dezelfde verwijzingscijfers betrekking op dezelfde elementen.

  
Het klapraam volgens de figuren ;bevat op de gebruikelijke manier een vast raam 1, een door scharnieren 2, onderáan rond een horizontale as, naar binnen kantelbaar, aan het vaste raam bevestigde vleugel 3, een ingebouwd schaarmechanisme 4 dat tussen de onderzijde van

  
de bovenste horizontale lijst van het vaste raam 1 en de, bij gesloten stand van het raam juist tegenover deze onderzijde gelegen bovenzijde van de bovenste horizontale

  
lijst van de vleugel 3, gemonteerd is, een bediening shefboom 5 die, aan de binnenzijde van het raam, op een opstaande stijl van het vaste raam 1 gemonteerd is en

  
een overbrenging 6 tussen deze bedieningshefboom 5 en het schaarmechanisme 4.

  
Het vaste raam 1 en de vleugel 3 zijn van aluminium profie llijsten vervaardigd. De bedieningshefboom 5 is van een op zichzelf bekende constructie en wordt hier dan ook niet in detail beschreven. Naar gelang deze hefboom naar boven of naar onder gekanteld wordt, verplaatst hij het erop aansluitende gedeelte van de overbrenging 6 op-

  
 <EMI ID=17.1> 

  
Een kenmerk van de uitvinding bestaat erin, dat, terwijl. het schaarmechanisme 4 ingebouwd is, en bij gesleten

  
 <EMI ID=18.1>   <EMI ID=19.1> 

  
schaarmechanisme 4 volledig boven op het vaste raam 1 gebouwd is.

  
De overbrenging 6 bestaat in hoofdzaak uit twee

  
latten 7 en 8 die zich respectievelijk langs een verticale stijl en een horizontale lijst van het vaste raam 1 uitstrekken en een ketting 9 die in de hoek waar deze lijst en stijl samenkomen de twee latten 7 en 8 met elkaar ve rbindt.

  
 <EMI ID=20.1> 

  
van schroeven 11 op het vaste raam 1 bevestigd is. Door deze koker 10 kan de verticale lat 7 zowel de horizontale lat 8 mee trekken als wegduwen. Deze verticale lat 7

  
 <EMI ID=21.1> 

  
verbonden zodat dus met deze bedieningshefboom 5 de lat 7 op- en neerwaarts kan verp laatst worden hetgeen dus voor gevolg heeft dat de horizontale lat 8 naar rechts, respectievelijk naar links in figuur 1, verschoven wordt. De twee latten 7 en 8 zitten verschuifbaar in U-vormige beugels 12 van kunststof die met hun bodem door middel van schroeven

  
13 aan de aan de binnenk ant van het klapraam gelegen zijde van het vaste raam 1 bevestigd zijn, juist naast de buitenste rand van de vleugel 3, wanneer deze zich in gesloten stand bevindt. De uitei nden van de benen van deze beugels 12 zijn van een verdikking voorzien zodat de latten

  
7 en 8 er niet uit kunnen. Tegen het vaste raam zijn de beugels 12 aan de buitenzijde van een uitsnijding voorzien waarin de verdikte randen van een afdekgoot 14

  
geklikt zijn. Een dergelijke afdekgoot 14 loopt tussen

  
de bedieningshefboom 5 en de bovenste hoek van het vaste raam 1 en tussen deze hoek en het schaarmechanisme 4 en

  
dekt de latten 7 en 8, de koker 10 en de beugels 12, af. 

  
Om esthetische redenen kan de afdeklat op de bovenste horizontale lijst van het vaste raam 1 over de ganse lengte van deze lijst lopen en eventueel kan ook door middel van beugels 12 een afdeklat gemonteerd zijn op

  
 <EMI ID=22.1> 

  
van het vaste raam 1.

  
Tegenover het schaarmech anisme 4, dat is dus in het midden van de bovenste horizontale lijst van het vaste raam 1, is een meeneemorgaan 15,16 op de lat 8 vastgemaakt. Dit meeneemorgaan 15,16 bevat een koker
15 die de lat 8 omringt en die door middel van twee schroeven 17 onwrikbaar op deze lat 8 bevestigd is.

  
Op deze koker sluit een blad 16 aan dat langs een spleet

  
 <EMI ID=23.1> 

  
tale lijst van het vaste raam 1 uitstrekt, in deze lijst binnendringt. Uiteraard is de spleet 18 voldoende lang

  
om de door de bedieningshefboom 5 bevolen heen- en weergaande beweging van de lat 8 ongehinderd toe te laten.

  
In het blad 16 is een, zich dwars op de lijst uitstrekkende,

  
 <EMI ID=24.1> 

  
over een afstand verschuifbaar, steekt. Bij de laatstgedoelde heen- en weergaande beweging van de lat 8 van de overbrenging 6 wordt door het meeneemorgaan 15,16 de pen 20 op het schaarmechanisme 4 meegenomen en wordt dus op deze manier dit sch aarmechanisme door de hefboom 5 bediend.

  
 <EMI ID=25.1> 

  
elkaar scharnierende armen, namelijk een korte arm 21 en een lange arm 22 en een geleidingslat 23 voor deze armen. Deze geleidingslat 23 is door middel van schroeven 24 tegen de onderzijde van de bovenste horizontale lijst van het vaste raam 1 bevestigd. Door afstandringetjes 25

  
die de schroeven 24 omringen, wordt de geleidingslat 23

  
op een afstand gehouden van het vlakke gedeelte van de onderzijde van de laatstgedoelde lijst.

  
In deze geleidingslat 23 is een in de langsrichting van de lat en dus in de langsrichting van de laatstgedoelde

  
 <EMI ID=26.1> 

  
uitgeeft op een opening die een figuur beschrijft,die bekomen wordt door een rechthoek die even breed is als de gleuf 26 en afgeronde einden bezit in de opengaande richting van de vleugel te wentelen over een hoek van 60[deg.] uitgaande van de stand waarbij de rechthoek met zijn langsrichting evenwijdig loopt aan de langsrichting van de gleuf 26.

  
 <EMI ID=27.1> 

  
21 gelegen. De pen 20 staat op één uiteinde van deze korte arm 21 en steekt los door de gleuf 26. Aangezien deze pen in de horizon tale lijst van het vaste raam 1 door de opening 19 in het meeneemorgaan 15,16 steekt, is de onderzijde van deze lijst juist tegenover de gleuf 26 van een overeenstemmende gleuf 28 voorzien. De arm 21 is met het laatstgedoelde einde onwrikbaar aan de pen 2u verbonden. Doordat deze pen 20 aan de bovenzijde van de geleidingslat
23 van een verdikking 20' voorzien is die niet door de gleuf

  
 <EMI ID=28.1> 

  
lat 23 gehouden. Met haar andere einde is de arm 21 door middel van een scharnieras 29 draaibaar bevestigd aan de eronder ge legen arm 22, tussen de einden van deze arm.

  
Op een einde van de lange arm 22 is een scharnierpen 30 onwrikbaar vastgemaakt. Deze scharnierpen bezit

  
een dwarse doorsnede die de vorm heeft van de hogergedoelde rechthoek met afgeronde einden die de opening 27 beschrijft en waarvan de langsrichting in de langsrichting van de arm 22 gericht is. 'Deze scharnierpen 30 steekt dwars door

  
de gleuf 26 of de opening 27 in de geleidingslat 23 en is aan de bovenzijde van deze lat van een verdikte kop voorzien zodat op deze manier de arm 22 verbonden is met de geleidingslat 23, ofwel verdraaibaar wanneer de scharnierpen 30 zich in de opening 27 bevindt, ofwel verschuifbaar wanneer descharnierpen 20 zich in de gleuf
26 bevindt.

  
Uit figuur 6 blijkt duidelijk dat de scharnierpen
30 over 60[deg.] kan wentelen in de opening 27 en wel tussen de stand voorgesteld in figuur 6, die overeenkomt met

  
 <EMI ID=29.1> 

  
gesteld in de andere figuren, waarbij deze scharnierpen 30 met haar langsrichting evenwijdig loopt aan de langsric hting van de gleuf 26. In deze laatste stand van de pen is de

  
arm 22 dan ook evenwijdig aan de geleidingslat 23 gericht en is de vleugel 3 volledig dichtgewenteld. Enkel bij de laatstgedoelde stand van de scharnierpen 30 en van de arm 22 kan deze pen 30,waarvan de breedte nagenoeg gelijk is aan de breedte van de gleuf 26, in deze gleuf verschuiven.

  
Het andere einde van de lange arm 22 is enigszins naar boven omgeplooid en is met een zekere speling draaibaar rond een scharnierpen 31. Deze speling is noodzakelijk aangezien bij het openkantelen van de

  
vleugel 3 de bovenste rand van de vleugel 3 een boog naar onder beschrijft en dus een weinig daalt ten opzichte van vaste raam 1 en dus van de ermee verbonden lange arm 22.

  
Om te beletten dat de arm 22 van de pen 31 loskomt, is deze pen op haar bovenste einde van een verdikking voorzien.

  
In tegenstelling tot de bekende klapramen waarbij deze pen verschuifbaar in een stuk zit dat vast is op

  
de vleugel, stat deze pen onwrikbaar op een latje 32 dat zelf d oor middel van schroeven 33 onwrikbaar vastgemaakt is op een schuiflat 34. Deze schuiflat 34 is van hetzelfde type als die welke gebruikt wordt voor het sluiten van rond verticale scharnierassen openwentelende ramen en deuren van aluminium en is op dezelfde manier ver-

  
 <EMI ID=30.1> 

  
het vaste raam 1 gevormd is. De schuiflat 34 strekt

  
zich uit over nagenoeg gans de lengte van de bovenste horizontale lijst van de vleugel 3 en is op de bovenzijde op een afstand van het latje 32 van twee roltappen

  
36 voorzien. Deze roltappen 36 kunnen, bij verschuiving van de schuiflat 34, achter een erbij horend grendelplaatje 37 geschoven worden dat vast is ten opzichte van het vaste raam. Het grendelplaatje 37 staat op een latje 38 dat door middel van twee schroeven 39 aan een tweede latje
40 verbonden is zo dat tussen de twee latjes 38 en 40 randen 41 die op de onderzijde van de bovenste horizontale lijst van het vaste raam 1 voorkomen , geklemd zijn.

  
Indien men uitgaande van de in de figuur 6 voorgestelde opengewentelde stand van de vleugel 3 deze vleugel wenst te sluiten, trekt men met behulp van de bedieningshefboom de overbrenging 6 in zulkdanige zin dat het latje 8 zich in figuur 6 naar links verplaatst. Door de pen 20 wordt hierbij de korte arm 21 meegetrokken zodat de lange arm 22 dichtwentelt. Hierbij kan de scharnierpen 30

  
van deze arm 22 niet uit de opening 27. Wanneer de

  
vleugel 3 dicht is, zijn de armen 21 en 22 evenwijdig aan elkaar en evenwijdig aan de geleidingslat 23 gericht. Hierbij bevindt de scharnierpen 30 zich nu in de stand waarbij ze uit de opening 27 in de gleuf 26 kan geschoven worden. De lengte van de gleuf 26 is zodanig dat hierbij de pen 20 zich nog niet op het einde van de gleuf bevindt, zodat bij een verdere verplaatsing van de lat 8 in de hogergedoelde zin de twee armen 21 en 22 samen in de langsrichting

  
van de geleidingslat verschoven worden waarbij dus de  scharnieras 30 en de pen 20 zich in de gleuf 26 verplaatsen tot de pen 20 het einde van de gleuf 26 bereikt.

  
Bij de laatstgenoemde wenteling van de lange arm

  
22 heeft de scharnierpen 31 een boog beschreven zodat

  
de schuiflat 34 zich een weinig naar links in figuur 6 verplaatst heeft. Het is evenwel vooral bij de verschuiving van de armen 21 en 22, na het dichtwentelen

  
van deze armen,dat de schuiflat 34 merkelijk verschoven wordt. De roltappen 36 op deze schuiflat 34 en de grendelplaatjes 37 op het vaste raam 1 zijn zo gelegen dat bij

  
deze laatstgedoelde verschuiving van de armen 21 en 22

  
 <EMI ID=31.1> 

  
Doordat de randen van de plaatjes 37 afgeschuind zijn, wordt de erbij horende roltap 36, die een grendelorgaan vormt, gedwongen zich een weinig naar de buitenkant van het klapraam te verplaatsen wanneer hij achter het grendelplaatje 37 geschoven wordt. Hierdoor wordt ter plaatse van het grendelplaatje 37 de vleugel 3 stevig tegen het vaste raam 1 aangeklemd.

  
Ook ter plaatse van het grendelmechanisme 4 wordt

  
 <EMI ID=32.1> 

  
is de lange arm 22 op zijn bovenzijde van een grendeltap
42 voorzien die samenwerkt met een gleuf 43 in de geleidingslat 23. Deze gleuf 43 bestaat uit een gedeelte dat op de binnenste rand van de geleidingslat 23 uitgeeft en schuin naar buiten van de scharnierpen 30 wegloopt en een erop aansluitend, in de langsrichting van de geleidingslat
23 lopend gedeelte. Bij het dichtwentelen van de arm 22 dringt de grendeltap 42 in het eerstgenoemde gedeelte binnen waarbij de vleugel 3 tegen het vaste raam 1 getrokken wordt, terwijl bij de verschuiving van de arm 22 na het dichtwentelen,de grendeltap 42 zich in het laatstgenoemde gedeelte van de gleuf 43 verplaatst waardoor de wenteling van de arm 22 onmogelijk gemaakt wordt. Naast de grendeltap 42 is de arm 22 op de bovenzijde ook van een verdikking 45 voorzien, terwijl de geleidingslat 23 op de onderzijde van een grendeltap 44:voorzien is.

   De  verdikking 45 en de tap 44 zijn zo gelegen dat,

  
op het einde van het dichtwentelen van de arm 22, de

  
 <EMI ID=33.1> 

  
binnen gekeerde zijde is de verdikking afgeschuind en

  
dit afgeschuinde einde komt, bij het verschuiven van de

  
arm 22 na het dichtwentelen in contact met de grendeltap

  
44 waardoor de arm 22 naar buiten geduwd wordt en dus

  
de vleugel 3 stevig tegen het vaste raam 1 aangedrukt wordt.

  
Bij het openen van de vleugel 3 gebeurt het hiervoor beschrevene in omgekeerde volgorde. Met behulp van de bedieningshefboom 5 en de overbrenging 6 rnóet men eerst

  
de armen 21 en 22 ten opzichte van de in de figuur 3 voorgestelde stand naar rechts verschuiven tot de scharnierpen 30 zich in de opening 27 in de geleidingslat 23 bevindt. Hierbij worden al de vergrendelingen ontgrendeld. De roltappen 36 worden niet langer tegengehouden door de grendelpl&#65533;jes 37, de grendeltap 42 kan vrijuit de gleuf

  
43 glijden en de verdikking 45 bevindt zich naast de grendeltap 44. Bij een verdere verplaatsing van de lat

  
8 naar rechts in de figuren 3 en 6 verplaatst de pen 20 zich in de gleuf 26 en beveelt de korte arm 21 het wentelen van de lange arm 22.

  
Met behulp van de hiervoor beschreven sluiting wordt de wentelbare vleugel 3 bij het volledig sluiten met behulp van de bedieningshefboom, niet alleen ter plaatse van het schaarmechanisme 4, zoals bij de bekende klapramen met ingebouwd schaarmechanisme, maar eveneens op een afstand daarvan vergrendeld aan en dichtgeduwd tegen het vaste raam 1. Deze bijkomende vergrendeling kan bekomen worden zonder bijkomende schaarmechanismen.

  
De hiervoor beschreven sluiting is bijgevolg relatief goedkoop en de montage ervan relatief eenvoudig.

  
Doordat het schaarmechanisme 4 ingebouwd is, is het in gesloten stand van het raam volledig onzichtbaar. Doordat daarentegen de overbrenging tussen de bedieningshefboom en het schaarmechanisme volledig opgebouwd is,

  
 <EMI ID=34.1> 

  
de overbrenging ook na het plaatsen gemakkelijk toegankelijk. Door de afdekgoten 14 kan deze overbrenging 6 op een esthetische manier afgedekt worden. De opgebouwde overbrenging biedt daarenboven het grote voordeel dat de lat 8 van de overbrenging kan verlengd worden tot naast een naburige vleugel die,hetzij in hetzelfde vaste raam, hetzij in een naburig vast raam,gemonteerd is. Dit verlengen van de lat vergt

  
geen enkele doorboring van een verticale stijl van een

  
vast raam zodat geen enkel vast raam verzwakt wordt. Dezelfde overbrenging meteen zelfde bedieningshefboom kan

  
aldus meerdere vleugels openen en sluiten waarbij uiteraard

  
 <EMI ID=35.1> 

  
behoren. 

  
De uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor beschreven uitvoeringsvorm, en binnen het raam van de octrooiaanvrage kunnen aan de beschreven uitvoeringsvorm vele veranderingen aangebracht worden, onder meer wat betreft de vorm, de samenstelling, de schikking en het aantal van de onderdelen die voor het verwezenlijken van

  
de uitvinding gebruikt worden.

  
In het bijzonder moet het raam niet noodzakelijk een onderaan scharnierende vleugel bevatten. De sluiting is evengoed toepasbaar bij een raam waarvan de vleugel bovenaan scharnierend aan het vaste raam gemaakt is. De vleugel

  
kan zowel naar buiten als naar binnen wentelen. Uiteraard moet de stand van het sch aarmechanisme ten opzichte van

  
het vaste raam en desgevallend de stand van de twee armen ten opzichte van de geleidingslat aangepast worden.

  
Een dergelijke aanpassing van de stand van het schaarmechanisme is ook noodzakelijk indiende bedieningshefboom niet links zoals hiervoor beschreven maar rechts

  
 <EMI ID=36.1> 

  
waardoor de scharnierpen op de lange arm steekt, moet zich immers steeds aan de van de hefboom afgekeerde zijde van

  
de langwerpige gleuf in deze geleidingslat bevinden. Om een en dezelfde geleidingslat steeds in dezelfde stand te kunnen gebruiken,ongeacht of de hefboom nu links of rechts gemonteerd wordt, kan uiteraard de geleidingslat volledig

  
 <EMI ID=37.1> 

  
elk einde van de langwerpige gleuf een opening voor de scharnierpen van de lange arm voorzien is.

  
Ook is het niet absoluut noodzakelijk dat het schaarmechanisme een lange en een korte arm bevat. Dit mechanisme kan ook twee even lange armen bevatten die dan beide met één einde met een schuiflat verbonden zijn. Aangezien deze einden evenwel bij de sch aarbeweging zich ten opzichte van elkaar verplaatsen, kunnen deze einden niet aan een zelfde schuiflat verbonden zijn maar moeten deze einden elk aan een afzonderlijke schuiflat vastgemaakt zijn.

  
Overigens moet het schaarmech anisme niet noodzakelijk twee armen bevatten. Het kan ook slech ts één

  
arm bevatten. Belangrijk is dat na het dichtwentelen

  
van het schaarmechanisme dit schaarmechanisme door de overbrenging nog over een kleire afstand kan verschoven worden in het vlak van het raam om dus na het dichtwentelen van de vleugel nog een vergrendeling van deze vleugel aan het vaste raam te bewerkstelligen.

  
Het meeneemorgaan waarmee de overbrenging een van de armen van het schaarmechanisme meetrekt, moet ook niet noodzakelijk gevormd zijn door een van een opening voorzien plaatje waardoor een op de arm staande pen steekt. Dit meeneemorgaan kan bij voorbeeld ook een vork zijn.

  
De vork of het van een opening voorziene plaatje moet niet noodzakdijk vast zijn op de lat van het grendelelement en samenwerken met een pen die op de arm gemonteerd is.

  
Het kan ook omgekeerd zijn.



  "Folding window and closing used".

  
The invention relates to a folding window containing a fixed window, at least one wing hinged about a horizontal axis relative to this fixed window, at least one built-in scissor mechanism which, on the side remote from the hinge axis, between the fixed window and the wing is mounted and when the wing is closed, it is completely hidden in the window,

  
 <EMI ID = 1.1>

  
rotatable scissor arm that, on the one hand, is hinged and in tightly wound s &#65533; and of the scissor mechanism

  
 <EMI ID = 2.1>

  
simultaneously sliding and hinged with the

  
wing is connected, all this so, after the turn

  
of the arm under the influence of the displacement of the transmission when closing the wing, this arm by further displacement of the transmission over a distance

  
can slide without further turning and, conversely, before the arm turns when opening

  
from the window the arm must first be moved through the transmission and only at the end of this shift

  
can rotate due to further displacement of the transmission

  
to perform the scissors movement.

  
Folding window is here meant in a broad sense so that by this every window should be understood as a fixed window

  
and includes one or more wings pivoted about a horizontal axis, regardless of whether this pivot axis is at the top or bottom

  
the wing is located. The rotation of the wing can take place both outwards and inwards. If the pivot shaft is at the top, the tilt usually takes place outwards, while if the pivot shaft is at the bottom, the tilt usually takes place inwards. In the latter case, one usually speaks of a skylight.

  
 <EMI ID = 3.1>

  
knurled shaft is located at the top of the wing, the scissor mechanism includes two arms that are hinged and slidably attached to the wing at one end at the same time by having a pin slidably inserted into a slot on the target end. wing attached guide plate. The arm that

  
 <EMI ID = 4.1>

  
is slidably attached to the fixed window, it is not attached directly to this window but is inserted with a shaft into a suitable recess in a plate which is itself attached to the fixed window. This plate is provided with portions behind which, when the close-closed scissor mechanism shifts after the wing is closed, the projections slide on one or more of these arms so as to lock the wing to the fixed

  
 <EMI ID = 5.1>

  
a lock at the location of the scissor mechanism, but also only at the location of this mechanism.

  
In order to obtain a good closure of the wing, these known folding windows, especially if the wing is relatively long, therefore provide for several scissor mechanisms that are connected to the operating element by the same connection. Not only are the scissor mechanisms relatively expensive, but especially their assembly is time-consuming, so that, due to the necessity to use multiple scissor mechanisms to obtain a good closure, these known folding windows are relatively expensive.

  
The object of the invention is to overcome this drawback and to provide a folding window in which the revolving wing, after it has been rolled up, can be locked in one or more places at a distance from the scissor mechanism, by means of the same operating member which operates this scissor mechanism, so that consequently, a good closure can be obtained, while the construction remains fairly simple and, for example, no additional scissor mechanism is required for this additional locking.

  
 <EMI ID = 6.1>

  
slat to which the arm, which is hinged and sliding with

  
the wing is connected, hinged, while this sliding bar and the fixed window, on their opposite sides at the elongation of the window and at a distance from the scissor mechanism, are provided with cooperating locking members which, when the scissor mechanism is displaced rolling it up, working together.

  
In a special embodiment of the invention, the cooperating locking elements are those on the sliding bar

  
and the fixed window are mounted, formed by a stud which

  
on the sliding bar and a locking plate on it

  
fixed window, and behind which the pin is slid when the scissor mechanism is displaced after it has been closed.

  
In an advantageous embodiment of the invention, the scissor mechanism comprises two arms which are hinged together, but only one of which is hinged by means of the sliding bar and at the same time slidably connected to the wing while the other

  
 <EMI ID = 7.1>

  
target arm stops.

  
In this embodiment, the same sliding slat can extend on either side of the scissor mechanism so that

  
 <EMI ID = 8.1>

  
mechanism a lock can be obtained.

  
In an effective embodiment of the invention, the arm of the scissor mechanism which is hinged, and when the scissor mechanism is closed, slidably connected to the fixed frame, is connected to this fixed frame via a guide slat fixed on the fixed frame and a shaft that rotates and

  
 <EMI ID = 9.1>

  
recess is mounted in this slat, which guiding slat is also provided with at least one relief which co-acts with a corresponding relief on an arm of the scissor mechanism so that, when the scissor mechanism shifts after it is closed, the relief on the arm and

  
the relief on the guide piece co-operate with each other and thus a locking occurs at the location of the scissor mechanism.

  
In a preferred embodiment of the invention, the transmission between the operating member and the scissor mechanism is built substantially on the outside of the fixed frame, and this transmission penetrates

  
 <EMI ID = 10.1>

  
window where it is connected to one of the arms of the built-in scissor mechanism.

  
Especially in this embodiment, the mounting of

  
the clasp, consisting of the scissor mechanism, the operating member and the transmission, is quite easy to install. The transmission can also be easily extended to operate multiple scissor mechanisms, either from the same multi-pane window or from different windows, without having to pass through upright posts or corner joints of these windows. On the one hand, folding windows are known in which the transmission is built up, but then also the scissor mechanism is built up, which is not aesthetic, while, on the other hand, folding windows are known in which the scissor mechanism is built in, but also the transmission is built in. Because the latter-

  
 <EMI ID = 11.1>

  
hinge axis facing side of the horizontal frame of the window opposite this axis, this can be

  
 <EMI ID = 12.1>

  
on neighboring wings without vertical uprights of

  
to pierce the fixed frame, which makes assembly difficult and weakens the fixed frame.

  
The invention also relates to a closure

  
 <EMI ID = 13.1>

  
folding window according to one of the previous embodiments.

  
Other details and advantages of the invention will become apparent from the following description of a folding window and of a closure used therewith, according to

  
 <EMI ID = 14.1>

  
given and does not limit the invention; the reference numbers relate to the accompanying drawings.

  
Figure 1 is a front view with partial cutaway of a folding window according to the invention, with the folding window being drawn in closed position. Figure 2 represents a section according to the line II-II of figure 1, but drawn on a larger scale. <EMI ID = 15.1> figure 1, but drawn on the same scale as figure 2 and with local cut-outs. Figure 4 represents a section along the line

  
 <EMI ID = 16.1>

  
Figure 5 represents a section along the line V-V of Figure 3, also without the cut-outs. Figure 6 is a top view of the folding window of the previous figures but in open position and on one

  
drawn differently.

  
In the different figures, like reference numerals refer to like elements.

  
The folding window according to the figures comprises in the usual way a fixed window 1, a wing 3, hinged in at the bottom around a horizontal axis, inwardly tilted, fixed to the fixed window, a built-in scissor mechanism 4 which is placed between the bottom of

  
the top horizontal frame of the fixed window 1 and the top side of the top horizontal, when the window is closed, just opposite this underside

  
frame of the wing 3, is mounted, an operating lever 5 which, on the inside of the window, is mounted on an upright post of the fixed window 1 and

  
a transmission 6 between this operating lever 5 and the scissor mechanism 4.

  
The fixed window 1 and the vent 3 are made of aluminum profile strips. The operating lever 5 is of a construction known per se and is therefore not described in detail here. Depending on whether this lever is tilted up or down, it moves the connecting part of the transmission 6 up-

  
 <EMI ID = 17.1>

  
A feature of the invention is that, while. the scissor mechanism 4 is built in and worn

  
 <EMI ID = 18.1> <EMI ID = 19.1>

  
scissor mechanism 4 is completely built on top of fixed window 1.

  
The transmission 6 mainly consists of two

  
slats 7 and 8 which extend respectively along a vertical post and a horizontal frame of the fixed frame 1 and a chain 9 connecting the two slats 7 and 8 in the corner where this frame and post meet.

  
 <EMI ID = 20.1>

  
of screws 11 on the fixed frame 1. This sleeve 10 allows the vertical slat 7 to both pull and push away the horizontal slat 8. This vertical bar 7

  
 <EMI ID = 21.1>

  
so that the slat 7 can be displaced up and down with this operating lever 5, so that the horizontal slat 8 is shifted to the right or left in Figure 1, respectively. The two slats 7 and 8 are slidable in U-shaped brackets 12 of plastic which are screwed to their bottom

  
13 are attached to the side of the fixed window 1 on the inner side of the folding window, just next to the outer edge of the wing 3, when it is in closed position. The ends of the legs of these braces 12 are thickened so that the slats

  
7 and 8 cannot get out. Against the fixed window, the brackets 12 are provided on the outside with a cut-out in which the thickened edges of a cover gutter 14

  
clicked. Such a cover gutter 14 intervenes

  
the operating lever 5 and the top corner of the fixed window 1 and between this corner and the scissor mechanism 4 and

  
covers the slats 7 and 8, the sleeve 10 and the brackets 12.

  
For aesthetic reasons, the cover bar on the top horizontal frame of the fixed window 1 can run the entire length of this frame and, optionally, a cover bar can also be mounted on brackets 12 on

  
 <EMI ID = 22.1>

  
from the fixed window 1.

  
Opposite the scissor mechanism 4, that is to say in the middle of the upper horizontal frame of the fixed window 1, a catch 15,16 is fixed on the slat 8. This carrier member 15,16 contains a tube
15 which surrounds the slat 8 and which is firmly attached to this slat 8 by means of two screws 17.

  
A blade 16 adjoins a slit on this tube

  
 <EMI ID = 23.1>

  
extension of the fixed frame 1 into the frame. The slit 18 is of course long enough

  
to allow the back and forth movement of the slat 8 ordered by the operating lever 5 unhindered.

  
In sheet 16 there is a transverse to the frame,

  
 <EMI ID = 24.1>

  
slidable over a distance. During the last-mentioned reciprocating movement of the slat 8 of the transmission 6, the pin 20 on the scissor mechanism 4 is carried along by the carrying member 15, 16 and thus this scissor mechanism is actuated by the lever 5.

  
 <EMI ID = 25.1>

  
hinged arms, namely a short arm 21 and a long arm 22 and a guide slat 23 for these arms. This guide slat 23 is fastened to the underside of the upper horizontal frame of the fixed frame 1 by means of screws 24. By spacers 25

  
surrounding the screws 24, the guide bar 23 becomes

  
kept at a distance from the flat part of the bottom of the latter list.

  
In this guide slat 23 there is a longitudinal direction of the slat and thus in the longitudinal direction of the latter

  
 <EMI ID = 26.1>

  
opens onto an opening describing a figure obtained by rotating a rectangle the same width as the slot 26 and having rounded ends in the opening direction of the wing by an angle of 60 [deg.] starting from the position where the rectangle with its longitudinal direction is parallel to the longitudinal direction of the slot 26.

  
 <EMI ID = 27.1>

  
21 located. The pin 20 is on one end of this short arm 21 and protrudes through the slot 26. Since this pin in the horizontal frame of the fixed window 1 projects through the opening 19 in the carrier member 15, 16, the underside of this pin is provide a corresponding slot 28 just opposite the slot 26. The arm 21 is rigidly connected to the pin 2u with the latter end. Because this pin 20 is at the top of the guide bar
23 is provided with a bead 20 'which is not through the slit

  
 <EMI ID = 28.1>

  
kept bar 23. At its other end, the arm 21 is rotatably attached to the arm 22 below it by means of a pivot shaft 29, between the ends of this arm.

  
A hinge pin 30 is firmly attached to one end of the long arm 22. This hinge pin possesses

  
a transverse section which is in the form of the above-mentioned rectangle with rounded ends describing the opening 27 and the longitudinal direction of which extends in the longitudinal direction of the arm 22. This hinge pin 30 protrudes through

  
the slot 26 or the opening 27 in the guide slat 23 and is provided with a thickened head at the top of this slat so that in this way the arm 22 is connected to the guide slat 23, or rotatable when the hinge pin 30 is located in the opening 27 or slidable when the hinge pin 20 is in the slot
26.

  
Figure 6 clearly shows that the hinge pin
30 about 60 [deg.] Can rotate in the opening 27 between the position shown in figure 6, which corresponds to

  
 <EMI ID = 29.1>

  
shown in the other figures, wherein this hinge pin 30 is longitudinally parallel to the longitudinal direction of the slot 26. In this last position of the pin the

  
arm 22 is therefore oriented parallel to the guide slat 23 and the wing 3 is completely closed. Only in the last-mentioned position of the hinge pin 30 and of the arm 22 can this pin 30, the width of which is substantially equal to the width of the slot 26, slide into this slot.

  
The other end of the long arm 22 is folded slightly upwards and is rotatable with a certain clearance around a hinge pin 31. This clearance is necessary since the opening of the

  
wing 3 the upper edge of wing 3 describes an arc downwards and thus descends slightly with respect to fixed window 1 and thus of the associated long arm 22.

  
In order to prevent the arm 22 from detaching from the pin 31, this pin is provided with a thickening on its top end.

  
In contrast to the well-known folding windows where this pin is slidable in a piece that is fixed on

  
on the wing, this pin is firmly attached to a slat 32, which itself is firmly fixed by means of screws 33 on a sliding lath 34. This sliding lath 34 is of the same type as that used for closing round vertical hinge shafts opening windows and doors. made of aluminum and is similarly

  
 <EMI ID = 30.1>

  
the fixed frame 1 is formed. The sliding bar 34 extends

  
extends over almost the entire length of the top horizontal strip of the wing 3 and is on the top at a distance from the slat 32 of two rollers

  
36 provided. These sliding studs 36 can be slid behind a corresponding locking plate 37, which is fixed relative to the fixed window, when the sliding slat 34 is displaced. The locking plate 37 is on a slat 38 which is attached to a second slat by means of two screws 39
40 is connected in such a way that edges 41, which appear on the underside of the upper horizontal frame of the fixed window 1, are clamped between the two slats 38 and 40.

  
If, on the basis of the open position of the wing 3 shown in Figure 6, it is desired to close this wing, the transmission 6 is pulled with the aid of the operating lever in such a way that the slat 8 moves to the left in Figure 6. The short arm 21 is thereby pulled along by the pin 20, so that the long arm 22 pivots shut. The hinge pin 30 can herein be used

  
of this arm 22 from the opening 27. When the

  
wing 3 is closed, the arms 21 and 22 are oriented parallel to each other and parallel to the guide slat 23. The hinge pin 30 is now in the position in which it can be slid out of the opening 27 into the slot 26. The length of the slot 26 is such that the pin 20 is not yet at the end of the slot, so that when the slat 8 is moved further in the higher sense, the two arms 21 and 22 together in the longitudinal direction

  
shifted from the guide bar, thus the pivot shaft 30 and the pin 20 move into the slot 26 until the pin 20 reaches the end of the slot 26.

  
At the latter long arm rotation

  
22, the hinge pin 31 has an arc such that

  
the sliding slat 34 has moved a little to the left in figure 6. However, it is mainly with the shifting of the arms 21 and 22, after the closing

  
of these arms, that the sliding slat 34 is shifted markedly. The rollers 36 on this sliding bar 34 and the locking plates 37 on the fixed frame 1 are located such that at

  
this last-mentioned shift of arms 21 and 22

  
 <EMI ID = 31.1>

  
Because the edges of the plates 37 are chamfered, the associated roller tap 36, which forms a locking member, is forced to move slightly to the outside of the folding window when it is slid behind the locking plate 37. The wing 3 is hereby firmly clamped against the fixed window 1 at the location of the locking plate 37.

  
Also at the location of the locking mechanism 4

  
 <EMI ID = 32.1>

  
the long arm 22 is on its top side of a locking pin
42 provided which cooperates with a slot 43 in the guide slat 23. This slot 43 consists of a part which extends on the inner edge of the guide slat 23 and extends obliquely outwards from the hinge pin 30 and a connecting piece in the longitudinal direction of the guide slat
23 ongoing section. When the arm 22 is closed, the locking pin 42 penetrates into the former part, whereby the wing 3 is pulled against the fixed frame 1, while when the arm 22 is displaced after closing, the locking pin 42 extends into the latter part of the slot 43 is displaced making rotation of arm 22 impossible. In addition to the locking pin 42, the arm 22 is also provided with a thickening 45 on the top, while the guide slat 23 is provided with a locking pin 44 on the underside.

   The bead 45 and the stud 44 are located such that,

  
at the end of the closing of the arm 22, the

  
 <EMI ID = 33.1>

  
on the inside, the bulge is chamfered and

  
this chamfered end comes when the

  
arm 22 after rolling in contact with the locking pin

  
44 whereby the arm 22 is pushed outwards and thus

  
the wing 3 is pressed firmly against the fixed window 1.

  
When opening the wing 3, the above described is done in reverse order. With the aid of the operating lever 5 and the transmission 6, one first has to be done

  
the arms 21 and 22 shift to the right relative to the position shown in figure 3 until the hinge pin 30 is located in the opening 27 in the guide slat 23. All the locks are hereby unlocked. The roll taps 36 are no longer held by the locking lugs 37, the locking tap 42 can freely engage the slot

  
43 and the thickening 45 is located next to the locking pin 44. When the slat is moved further

  
8 to the right in Figures 3 and 6, the pin 20 moves into the slot 26 and commands the short arm 21 to rotate the long arm 22.

  
With the aid of the above-described closure, the revolving wing 3 is completely closed by means of the operating lever, not only at the location of the scissor mechanism 4, as in the known folding windows with built-in scissor mechanism, but also at a distance therefrom locked and pushed shut against the fixed window 1. This additional lock can be obtained without additional scissor mechanisms.

  
The closure described above is therefore relatively inexpensive and its mounting relatively simple.

  
Because the scissor mechanism 4 is built-in, it is completely invisible when the window is closed. Because, on the other hand, the transmission between the operating lever and the scissor mechanism is completely built up,

  
 <EMI ID = 34.1>

  
the transmission is easily accessible even after installation. This transmission 6 can be covered in an aesthetic way by the cover channels 14. Moreover, the built-up transmission offers the great advantage that the slat 8 of the transmission can be extended next to an adjacent wing which is mounted either in the same fixed window or in an adjacent fixed window. This requires extending the bar

  
no piercing of a vertical post of one

  
fixed window so that no fixed window is weakened. The same transmission with the same operating lever is possible

  
thus opening and closing several wings, of course

  
 <EMI ID = 35.1>

  
belong.

  
The invention is by no means limited to the above-described embodiment, and within the scope of the patent application many changes can be made to the described embodiment, including as regards the shape, the composition, the arrangement and the number of the parts which are to be realized. from

  
the invention.

  
In particular, the window need not necessarily include a hinged wing at the bottom. The closure is equally applicable to a window whose wing is hinged at the top of the fixed window. The wing

  
can roll outwards as well as inwards. Obviously, the position of the linkage mechanism must be relative to

  
the fixed frame and, if necessary, the position of the two arms relative to the guide bar.

  
Such an adjustment of the position of the scissor mechanism is also necessary if the operating lever is not on the left as described above but on the right

  
 <EMI ID = 36.1>

  
as a result of which the hinge pin protrudes on the long arm, it must always be on the side of the lever facing away from the lever

  
the elongated slot in this guide bar. To be able to use one and the same guide bar in the same position, regardless of whether the lever is mounted on the left or right, the guide bar can of course be

  
 <EMI ID = 37.1>

  
Each end of the elongated slot is provided with an opening for the hinge pin of the long arm.

  
Nor is it imperative that the scissor mechanism include a long and a short arm. This mechanism can also contain two arms of the same length, which are then both connected with a sliding bar with one end. However, since these ends move relative to each other during the scissors movement, these ends cannot be connected to the same sliding slat, but these ends must each be fastened to a separate sliding slat.

  
Incidentally, the scissor mechanism should not necessarily include two arms. It can also only be one

  
poor. It is important that after the roll is closed

  
of the scissor mechanism, this scissor mechanism can still be moved a small distance in the plane of the window by the transmission, so that after closing the wing, the wing is still locked to the fixed window.

  
The carrier member with which the transmission pulls one of the arms of the scissor mechanism does not necessarily have to be formed by an aperture plate through which a pin standing on the arm protrudes. This carrier member can for instance also be a fork.

  
The fork or apertured plate should not necessarily be fixed to the batten of the locking element and cooperate with a pin mounted on the arm.

  
It can also be the other way around.


    

Claims (10)

CONCLUSIESCONCLUSIONS 1. Klapraam dat een vast raam bevat, ten minste een rond een horizontale as ten opzichte van dit vast raam sch arnierende vleugel, ten minste een ingebouwd schaarmechanisme dat, aan de van de scharnieras afgekeerde zijde, tussen het vaste raam en de vleugel gemonteerd is en bij gesloten stand van de vleugel volledig in het raam verdoken is, een op het vaste raam gemonteerd bedieningsorgaan voor het bedienen van het schaarmechanisme en een overbrenging tussen dit bedieningsorgaan en het schaarmechanisme, welk schaarmechanisme zelf ten minste een door de overbrenging wentelbare schaararm bevat die, enerzijds, scharnierend en in dichtgewentelde stand van het schaarmechanisme verschuifbaar met het vaste raam verbonden is en, anderzijds, tegelijker tijd verschuifbaar en scharnierend met de vleugel verbonden is, een en ander zo dat, 1. Folding window containing a fixed window, at least one wing hinged about a horizontal axis relative to this fixed window, at least one built-in scissor mechanism, mounted on the side remote from the hinge axis, between the fixed window and the wing and when the wing is closed, completely concealed in the window, an operating member mounted on the fixed window for operating the scissor mechanism and a transmission between this operating member and the scissor mechanism, the scissor mechanism itself comprising at least one scissor arm rotatable through the transmission, which on the one hand, hingedly and in the closed position of the scissor mechanism, which is slidably connected to the fixed frame and, on the other hand, is slidably and hingedly connected to the wing at the same time, such that, na de wenteling van de arm onder invloed van de verplaatsing van de overbrenging bij sluiting van de <EMI ID=38.1>  after the rotation of the arm under the influence of the displacement of the transmission when closing the <EMI ID = 38.1> de arm bij het openen van het raam de arm eerst door de overbrenging moet verschoven worden en pas op het einde the arm when opening the window the arm must first be moved through the transmission and only at the end van deze verschuiving door verdere verplaatsing van de overbrenging kan wen telen om de schaarbeweging uit te voeren, of this shift by further displacement of the transmission, it can turn to perform the scissor movement, <EMI ID=39.1>  <EMI ID = 39.1> waaraan de arm, die scharnierend en verschuifbaar met de vleugel verbonden is, scharnierend vastgemaakt is, terwijl deze schuiflat en het vaste raam, op hun bij sluitstand to which the arm, which is hinged and slidably connected to the wing, is hingedly fastened, while this sliding bar and the fixed window, in their closed position van het raam tegenover elkaar liggende zijden en op een afstand van het schaarmechanisme, van samenwerkende grendel-organen voorzien zijn die, bij de verschuiving van het schaarmechanisme na het dichtwentelen ervan, samenwerken. opposite sides of the window and at a distance from the scissor mechanism are provided with co-operating locking members which cooperate when the scissor mechanism is displaced after it has been closed. 2. Klapraam volgens vorige conclusie, met het k enmerk dat de samenwerkende grendelelementen die op de schuiflat en he t vaste raam gemonteerd zijn, gevormd zijn d oor een tap die op de schuiflat staat en een grendelplaatje d at op het vaste raam staat, en achter hetwelk de tap,bij Folding window according to the preceding claim, characterized in that the cooperating locking elements mounted on the sliding lath and the fixed window are formed by a stud which is on the sliding lath and which has a locking plate on the fixed window, and behind which the tap, at de verschuiving van het schaarmechanisme na het dichtwentelen ervan, geschoven wordt. shifting of the scissor mechanism after it is closed. 3..Klapraam volgens een van de vorige conclusies, Folding window according to one of the preceding claims, met het kenmerk dat het schaarmechanisme twee armen bevat d ie scharnierend aan elkaar verbonden zijn, waarvan er evenwel slechts een door middel van de schuiflat scharnierend en terzelfder tijd verschuifbaar met de vleugel verbonden characterized in that the scissor mechanism comprises two arms which are hingedly connected to each other, but only one of which is hingedly connected by means of the sliding bar and at the same time slidably connected to the wing i s terwijl de andere arm ter plaatse van de scharnierende verbinding met de eerstgedoelde arm ophoudt. i s while the other arm stops at the hinged connection with the first arm. 4. Klapraam volgens een van de vorige conclusies, Folding window according to one of the preceding claims, met het kenmerk dat de arm van het schaarmechanisme die scharnierend, en bij dichtgewentelde stand van het schaar- characterized in that the arm of the scissor mechanism which is hinged, and when the scissors are closed <EMI ID=40.1>  <EMI ID = 40.1> met dit vaste raam verbonden is onder tussenkomst van een geleidingslat die op het vaste raam vastgemaakt is en een as die draaibaar en bij dichtgewentelde stand van de arm verschuifbaar in een uitsparing in deze lat gemonteerd is, welke geleidingslat ook van ten minste één relief voorzien is dat samenwerkt met een overeenstemmend relief op een arm connected to this fixed frame by means of a guide bar which is fixed to the fixed window and a shaft which is rotatably mounted and slidable in the position of the arm in a recess in this bar, which guide bar is also provided with at least one relief which interacts with a corresponding relief on one arm <EMI ID=41.1>  <EMI ID = 41.1> de arm en het relief op het geleidingstuk met elkaar samenwerken en aldus ter plaatse van het schaarmechanisme een vergrendeling ontstaat. the arm and the relief on the guide piece cooperate with each other and thus a locking occurs at the location of the scissor mechanism. 5. Klapraam volgens een van de vorige conclusies, met he t kenmerk dat de overbrenging tussen het bedieningsorgaan en het schaarmechanisme in hoofdzaak op de buitenzijde van het vaste raam gebouwd is, en deze overbrenging Folding window according to one of the preceding claims, characterized in that the transmission between the operating member and the scissor mechanism is built essentially on the outside of the fixed window, and this transmission enkel ter plaatse van het schaarmechanisme in het vaste raam dringt waar het met één van de armen van het ingebouwde schaarmechanisme verbonden is. only penetrates the fixed frame at the position of the scissors mechanism, where it is connected to one of the arms of the built-in scissors mechanism. 6. Klapraam volgens vorige conclusie, met het kenmerk dat de overbrenging tussen het bedieningsorgaan Folding window according to the preceding claim, characterized in that the transmission is between the operating member en het schaarmechanisme een meeneemorg aan bevat dat op and the scissor mechanism includes a take-away member on it het op het vaste raam gebouwde gedeelté van de overbrenging aansluit,en door een uitsparing in het vaste raam binnendringt, en een pen bevat die op een arm van het schaarmechanisme staat en in een uitsparing in het meeneemorgaan steekt. connects the portion of the transmission built on the fixed window and penetrates through a recess in the fixed window, and includes a pin that rests on an arm of the scissor mechanism and protrudes into a recess in the driver. 7. Klapraam volgens een van de conclusies 5 en 6, met het kenmerk dat de overbrenging, ten miste tussen het bedieningsorgaan en de plaats waar ze in het vaste raam dringt, afgedekt is door een profiellijst. Folding window according to one of claims 5 and 6, characterized in that the transmission, at least between the operating element and the place where it penetrates the fixed window, is covered by a profile strip. 8. Klapraam zoals hiervoor beschreven of in de hieraan toegevoegde tekeningen voorgesteld. 8. Folding window as described above or presented in the accompanying drawings. 9. Sluiting gebruikt bij het klapraam volgens een van de vorige conclusies. Closure used in the folding window according to one of the preceding claims. 10. Sluiting zoals hiervoor beschreven of in de hieraan toegevoegde tekeningen voorgesteld. 10. Closure as described above or presented in the accompanying drawings.
BE2/58941A 1981-01-08 1981-01-08 HINGED WINDOW AND CLOSURE USED THEREFOR BE886996A (en)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2/58941A BE886996A (en) 1981-01-08 1981-01-08 HINGED WINDOW AND CLOSURE USED THEREFOR
NL8101124A NL8101124A (en) 1981-01-08 1981-03-09 Window with hinging shutter - has scissors arm hinging on sliding strip engaging with locking device on frame

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE886996 1981-01-08
BE2/58941A BE886996A (en) 1981-01-08 1981-01-08 HINGED WINDOW AND CLOSURE USED THEREFOR

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE886996A true BE886996A (en) 1981-05-04

Family

ID=25659462

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2/58941A BE886996A (en) 1981-01-08 1981-01-08 HINGED WINDOW AND CLOSURE USED THEREFOR

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE886996A (en)

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CA2039308C (en) Rollable window screen guide locking assembly
US4364201A (en) Full-opening window linkage assembly
PL209071B1 (en) Door assembly
US2422704A (en) Closure device for building apertures
DE3442364C1 (en) Rebate-concealed fitting for tilt-and-pivot casement windows or doors
BE886996A (en) HINGED WINDOW AND CLOSURE USED THEREFOR
CN106948694B (en) Hidden hinge for casement and turnover window and window with hidden hinge
GB2125867A (en) Tilting window
GB2225378A (en) Improvements in friction stay hinges
US1373584A (en) Shutter-frame
AU635462B2 (en) Window lock
NL8101124A (en) Window with hinging shutter - has scissors arm hinging on sliding strip engaging with locking device on frame
NO178043B (en) Fittings for blades in windows or the like, which are tiltable or rotatable 180
EP0531626B1 (en) Fitting, in particular for tiltable and from one plane to a second parallel plane movable wings
NL8103115A (en) Hinge for a fixed opening or tilting panel compared to a fixed opening.
EP0872616B1 (en) Double winged door with complete anti-panic features
US2765503A (en) Awning window structure
DE3050971C3 (en) Fitting for the sliding sash of windows, doors or the like.
US20210396057A1 (en) Foldback door and system
RU2337221C2 (en) Drive with actuating bar
US4589464A (en) Insect barrier means for sliding door constructions
EP0980952A2 (en) Door- or window-frame with side-hung or swing-down pane
AU645982B2 (en) Improvements to screen assemblies
EP2740865B1 (en) Locking strip fitting and locking strip arrangement and correspondingly equipped window or similar
US2651392A (en) Weather strip for metal casement windows

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Owner name: VAN PARYS REMI E.

Effective date: 19980131