BE848264A

BE848264A - DEVICE FOR CONNECTING THE KNOBS OF CONCRETE STEEL,

Info

Publication number: BE848264A
Application number: BE172290A
Authority: BE
Priority date: 1977-12-05
Filing date: 1976-11-12
Publication date: 1977-03-01

Description

       

  "INRICHTING VOOR HET VERBINDEN VAN DE KNOOPPUNTEN

VAN BETONSTAAL". 

  
Aanvrager: Stakub, Stahl - Kunststoff - Beton AC, Zug, Zwitseriana

  
Korte aanduiding: Inrichting voor het verbinden van de knooppunten van

  
betonstaal.

  
De uitvinding heeft betrekking op ben inrichting voor het verbinden van de knooppunten respectievelijk kruisingspunten van betonstaafstaal of staalbetonmatten. Bij het vervaardigen van staalbeton wordt als wapening betonstaal toegepast. Betonstaal wordt hetzij in de vorm van staafmateriaal of in de vorm van staalmatten toegepast.

  
Het betonstaafstaal en de betonstaalmatten worden volgens tekening afgeknipt en eventueel gebogen. Ter plaatse van de toepassing bij voorbeeld op de bouwplaats worden de kruisingspunten van de stalen met draad verknoopt.

  
Bij betonstaalmatten worden de kruisingspunten door puntlassen aan elkaar verbonden. Deze betonstaalmatten worden in afzonderlijke bedrijven, gewoonlijk op enige afstand van de plaats van toepassing,bij voorbeeld

  
de bouwplaats,vervaardigd en dan getrsnsporteerd naar de plaats van toepassing.

  
 <EMI ID=1.1> 

  
De uitvinding voorziet in een inrichting voor het verbinden van de knooppunten bij betonstaafstaal of betonstaalmatten en wel. ter vervanging

  
 <EMI ID=2.1> 

  
respectievelijk van het puntlassen van de kruisingspunten bij betonstaalmatten.

  
 <EMI ID=3.1> 

  
uit twee helften (11,12), die de gekruiste staven omvatten en vast met elkaar verbinden. Bij voorkeur bestaan de twee helften uit twee schaalvormige organen. 

  
De schaalvormige organen zijn bij voorkeur uit kunststof vervaardigd en kunnen bij voorkeur in elkaar rusten. Verder kunnen de schaalvormige -

  
 <EMI ID=4.1> 

  
afstandshoudorgaan kunnen functioneren.

  
Uitvoeringsvoorbeelden van de inrichting volgens de uitvinding zijn bij wijze van voorbeeld in de tekeningen schematisch weergegeven:
Figuur 1: een doorsnede van een inrichting volgens de uitvinding; Figuur 2a, 2b: een aanzicht van opzetbare afstandhoudorganen; <EMI ID=5.1>  2a en 2b; Figuur 3a: een stuk tneetlint met langwerpige gaten; Figuur 4: een bovenaanzicht van de inrichting volgens figuur 1; <EMI ID=6.1>  een uiteengetrokken weergave; Figuur 6: een aanzicht van de bovenste helft van onderen af; Figuur 7: een aanzicht van de onderste helft van boven af; Figuur 8: een aanzicht in doorsnede langs lijn VIII-VIII in figuur 6 en Figuur 9: een aanzicht in doorsnede langs lijn IX-IX in figuur 7.

  
Volgens figuur 1 bestaat de inrichting volgens de uitvinding uit een bovenste schaal 1 en een onderste schaal 2 die de gekruiste staven 3,4 omvatten. Daartoe zijn de randen van de bovenste respectievelijk onderste schaal voorzien van een uitsparing..zoals in figuur 1 met een stippellijn is aangegeven.

  
 <EMI ID=7.1> 

  
lijk 6 volgens de figure 2a, 2b en 3 met verschillende lengte worden gezet

  
of gestoken. Deze passen met haakvormige gedeelten 7 door openingen 8 in

  
de schalen 1,2 en steunen op de schalen 1,2 met een steunvlak 9. De afstandhoudorganen 5 en 6 worden slechts bij behoefte toegepast en worden vervaardigd en uitgekozen in overeenstemming met de gewenste lengte a of b.

  
De inrichting volgens de uitvinding kan als massaproduct economisch worden vervaardigd in overeenstemming met alle vereisten die worden gesteld in verband met de toepassing. Voor de toepassing bij betonstaafstaal heeft

  
de inrichting volgens de uitvinding het voordeel dat het samenbinden met draad op de kruisingspunten van de staven komt te vervallen. Afgezien daarvan kan men met de inrichting volgens de uitvinding een veel grotere sterkte van de kruisingsplaatsen verkrijgen dan zelfs met zeer hoogwaardige draad mogelijk is.

  
 <EMI ID=8.1> 

  
vinding variabele verbindingsmogelijkheden bij alle betonstaafstaaldiameters.

  
Verder ontstaat bij toepassing van de inrichting volgens de uitvinding

  
de mogelijkheid de kruisingspunten niet alleen op de bouwplaat? maar ook op

  
een afstand daarvan vast met elkaar te verbinden. Daarom kunnen met de inrichting volgens de uitvinding ook betonstaalmatten worden voorgefabriceerd. Dit geldt

  
 <EMI ID=9.1>  

  
die dan later op de plaats van toepassing tot een eenheid worden samengesteld.

  
Met betrekking tot de arbeidskosten verkrijgt men door de toepassing van de inrichting volgens de uitvinding ook voordelen in het bijzonder met betrekking tot personeelsinzet bij het leggen van staalwapening en ook

  
omdat men gelijkmatig kan doorwerken tijdens de gehele periode van de bouw zodat daardoor een betere continuiteit van de personeelsinzet wordt verkregen.

  
 <EMI ID=10.1> 

  
om een inrichting 10 die in wezen uit twee stevig met elkaar verbindbare helften 11 en 12 bestaat. Ieder van deze helften 11 en 12 bezit een ringvormig orgaan 13 respectievelijk 14 dat van de ene rand 15 respectievelijk

  
16 uitgaande uitsparingen 17-20 respectievelijk 21-24 bezit.

  
De uitsparingen 17-24 verlopen vanaf de randen 15 en 16 verschillend ver in de ringvormige organen 13 respectievelijk 14. De beide tegenover elkaar liggende uitsparingen 17 en 18 respectievelijk 21 en 22 nemen bijna de totale breedte van de ringvormige organen 13 respectievelijk 14 in terwijl de even-

  
 <EMI ID=11.1> 

  
slechts half cirkelvormig vanaf de randen 15 respectievelijk 16 af in de ringvormige organen 13 en 14 doorlopen waarbij het middelpunt van de cirkel-

  
 <EMI ID=12.1> 

  
vormige orgaan 13 respectievelijk 14 ongeveer op de in de figuren 3 en 9 aangegeven plaatsen 25 respectievelijk 26 ligt.

  
De radius van de ongeveer halfcirkelvormige uitsparingen 19, 20 en-
23,24 is aangepast aan de diameter respectievelijk de dikte van de op te nemen staven 27 respectievelijk 28. Uit de dikte van deze staven volgt dan verder ook de afstand X van de halfcirkelvormige uitsparingen 19, 20 en 23,24 van het bij voorkeur eveneens halfcirkelvormige inwendige uiteinde 29-3?

  
van de lange uitsparingen 17,18 en 21,22.

  
In principe is het voldoende wanneer de twee helften 11 en 12 van

  
de inrichting 10 volgens de uitvinding ringvormig zijn. Bij het in de figuren 4-9 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld zijn ze schaalvormig op grond van de de ringvormige organen 13 en 14 aan de ene kant bedekkende kappen 33 respectievelijk 34. Deze kappen 33 en 34 zijn iets konisch van vorm en bezitten

  
 <EMI ID=13.1> 

  
inwendige van de met elkaar verbonden schaalvormige helften 11 en 12 kan konen. 

  
In hun midden bezitten de kappen 33 en 34 bovendien als extra ieder

  
nog een bij voorkeur konisch gevormd uitsteeksel 37 respectievelijk 38 met

  
een naar binnen gerichte cylindrische uitsparing 39 respectievelijk 40.

  
De uitsteeksels 37 en 38 zijn van belang bij de toepassing als afstandhoudorgaan.

  
De ringvormige organen 13 en 14 bezitten tussen de uitsparingen 17-24 voor het verbinden van de twee h elften 11 en 12 dienende uitsteeksels. Bij deze

  
 <EMI ID=14.1> 

  
vier rijen 43-46 respectievelijk 47-50 evenwijdig aan de as van het ringvormig orgaan 13 en 14 zijn aangebracht. De tanden 41 bevinden zich daarbij aan de

  
 <EMI ID=15.1> 

  
het ringvormige orgaan 14 zijn aangebracht en praktisch over de gehele axiale lengte of breedte daarvan verlopen. De diameter van het ringvormige  orgaan 14 is groter dan van het ringvormige orgaan 13 daar het eerste orgaan het tweede in zich op kan nemen respectievelijk daarop of over geschoven kan worden.

  
De rijen tanden 43-46 steken boven de rand 15 van het ringvormige orgaan 13 uit zoals uit figuur 8 blijkt en kunnen daardoor inpassen in ringvormig orgaan 14 en een verbinding met de tanden 42 van ringvormig orgaan
14 vormen zonder dat de randen 15 en 16 noodzakelijkerwijs tegen elkaar aan komen te liggen. De hoogte Y van het boven de rand 15 uitstekende gedeelte
51 van de tandenrij 43-46 volgt uit de diameter van de uitsparingen 19 en 20 respectievelijk 23 en 24 respectievelijk de dikte van de met inrichting volgens de uitvinding met elkaar te verbinden betonstaalstaven 27 en 28.

  
De uitstekende gedeelten 51 van de rijen tanden 43-46 maken het mogelijk staven 27 en 28 met verschillende diameter aan elkaar te bevestigen. Daartoe moet alleen als eis worden gesteld dat de gedeelten 51 ver genoeg

  
 <EMI ID=16.1> 

  
schaal kunnen grijpen om ook een staaf met een grotere diameter te kunnen vasthouden,

  
Wanneer men naar de figuren 6 en 7 kijkt kan men zi&#65533;n dat de ringvormige organen 13 en 14 op verschillende plaatsen een verschillende wanddikte bezitten. Direct naast de uitsparingen 17-24 is de wanddikte 52 respectievelijk 53 gering zodat de randgebieden naast de uitsparingen in zekere mate elastisch zijn en iets kunnen buigen. Daardoor.kunnen ook staven 27 respec-

  
 <EMI ID=17.1>  

  
tievelijk 28 worden ingelegd waarvan de diameter iets groter is dan de breedte van de uitsparingen.

  
Ter plaatse van de rijen tanden 43-50 is de wanddikte 54 respectievelijk 55 van de ringvormige organen 13 en 14 het grootst aangezien daar de grootste

  
 <EMI ID=18.1> 

  
en 42 vereiste materiaal ter beschikking moet staan.

  
Ter vergroting van de sterkte en stijfheid van de beide helften 11 en 12 zijn elkaar kruisende ribben 56-63 in de kapvormende gedeelten en inwendig evenwijdig aan de as van de ringvormige organen 13 en 14 aangebracht. De afstand tussen de ribben 60 en 61 respectievelijk 61 en 63 wordt daarbij zo gekozen

  
dat de gedeelten 51 van de rijen tanden 43-46 daartussen kunnen komen. De ribben 56-59 in de kleinere schaalvormige helft 12 liggen direct achter de rijen tanden 43-46 terwijl de ribben 60-63 van de andere helft 11 naast de rijen tanden 47-50 zijn aangebracht.

  
Aan de helften of schalen van de verbindingselementen zijn naar buiten uitstekend,ten slotte nokken of uitsteeksels 64 met een enigszins langwerpige

  
 <EMI ID=19.1> 

  
aangebracht. Met dit meetlint 66 kunnen de afstanden tussen de schalen bij het aanbrengen van de staven en matten gemakkelijk worden bepaald en bovendien

  
 <EMI ID=20.1> 

  
andere schaalhelften een zekere houvast op. De afstanden van de langwerpige

  
gaten 67 in het bandlint 66 komen overeen met de gebruikelijk afstanden van

  
de te verbinden staven respectievelijk een geheeltallig veelvoud daarvan. - 

  
Een voordeel van het verbindingelement volgens de uitvinding bestaat

  
ook daaruit dat de helften 11 of 12 bij betonstaalmatten waarvan de kruisingspunten door middel van puntlassen met elkaar verbonden zijn, alleen als afstandshoudorgaan kan worden toegepast.

  
De uitvinding is niet beperkt tot het in de figuren weergegeven voorbeeld van een uitvoeringsvorm. Men kan ook veranderingen aanbrengen zonder

  
dat daardoor van de uitvindingsgedachte wordt afgeweken. De kern van de uitvinding respectievelijk een essentieel kenmerk van de uitvinding bestaat

  
daaruit dat rijen tanden boven de rand van een schaal uitsteken en dusdanig

  
met rijen tanden van de andere schaal kunnen worden vastgehaakt dat staven

  
met verschillende diameter zonder verdere hulpmiddelen of gereedschappen stevig aan elkaar bevestigd kunnen worden. De verschillende wanddiktes op de verschillende

  
 <EMI ID=21.1>  

  
plaatsen van de ringvormige organen 13 en 14 verbeteren dan dit gebruiksdoel.

  
De schaalvormige helften zijn in de weergegeven uitvoeringsvorm in dwarsdoorsnede cirkelvormig. Ze kunnen echter ook zonder meer vierhoekig

  
of meerhoeking zijn. Het zelfde geldt voor de openingen 35 en 36 die bij voorkeur vierhoekig zijn en evenwijdig aan de ribben respectievelijk de elkaar kruisende staven verlopen. De grootte van de openingen 35 en 36 wordt door de korrelgrootte van het beton bepaald en is in verband met de stevigheid van het verbindingselement bij een vierhoekige vorm gunstiger dan bij een cikelvormige doorsnede.

  
 <EMI ID=22.1> 

  
haakvormige gedeelten 7 bezitten hetgeen afhangt van het gebruiksdoel. Wanneer twee tweeschalige verbindingselementen met behulp van een afstandhouder 5 aan elkaar bevestigd worden dan zijn de haakvormige gedeelten aan beide uiteinden aangebracht. Deze haakvormige gedeelten 7 grijpen over de uitsteeksels 37 en 38 van de schaalvormige helften 11 en 12 heen tot het vrije uiteinde van de uitsteeksels 37 en 38 tegen het steunvlak 9 van het

  
 <EMI ID=23.1> 

  
baar zodat zij in de openingen 8 tegen de uitsteeksels 37 en 38 ingezet kunnen worden.

  
 <EMI ID=24.1> 

  
snede cirkelvormig zoals 'uit figuur 3 blijkt maar vanzelfsprekend is de uitvinding niet beperkt tot een dergelijke uitvoeringsvorm.

  
In de kap 34 van de schaalvormige helft 11 met grotere diameter kunnen

  
in plaats van de openingen 36 respectievelijk behalve deze openingen: 

  
openingen 70 zijn aangebracht die direct naast de rijen tanden 47-59 liggen

  
en met de rijen tanden 43-46 van de andere schaalvormige helft 12 in een lijn liggen. De openingen 70 dienen ertoe om de doorgang van de vrije uiteinden

  
van de rijen tanden 43-46 door de kap 34 mogelijk te maken wanneer de beide helften 11 en 12 buitengewoon sterk moeten worden samengeschoven.

  
Naast de rijen tanden 43-46 zijn aan de as evenwijdig verlopende gleu-

  
 <EMI ID=25.1> 

  
aan de as evenwijdig verlopende tongen 72 als drager voor de tandenrijen
43-46. Deze tongen zijn iets veerkrachtig-elastisch aangezien ze door de gleuven 71 uit de samenhang van het ringvormige orgaan zijn losgemaakt. 

  
 <EMI ID=26.1> 

  
waarvan de sterkte door de gleuven 71 op dezelfde wijze verzwakt is als de sterkte van de tongen 72, kunnen door verstevigingsribben 74 weer een grotere sterkte verkrijgen zoals weergegeven in figuur 6.

- CONCLUSIES -

  




  "DEVICE FOR CONNECTING THE NODES

OF CONCRETE STEEL ".

  
Applicant: Stakub, Stahl - Kunststoff - Beton AC, Zug, Zwitseriana

  
Short designation: Device for connecting the nodes of

  
reinforcing steel.

  
The invention relates to a device for connecting the nodes or intersection points of reinforcing bar steel or composite mats. Reinforcing steel is used as reinforcement in the manufacture of composite concrete. Reinforcing steel is used either in the form of bar material or in the form of steel mesh.

  
The reinforcing bar steel and the reinforcing steel mats are cut according to the drawing and bent if necessary. At the location of the application, for example on the construction site, the intersection points of the samples are linked with wire.

  
In the case of reinforced steel mesh, the intersection points are connected by spot welding. These reinforcing steel meshes are used in separate plants, usually some distance from the place of use, for example

  
the construction site, manufactured and then transported to the place of use.

  
 <EMI ID = 1.1>

  
The invention provides a device for connecting the nodes in rebar or rebar meshes. as replacement

  
 <EMI ID = 2.1>

  
respectively of the spot welding of the intersection points with reinforced steel mesh.

  
 <EMI ID = 3.1>

  
of two halves (11,12), which encompass the crossed bars and firmly connect them together. Preferably, the two halves consist of two shell-shaped members.

  
The shell-shaped members are preferably made of plastic and can preferably rest in one another. Furthermore, the shell-shaped -

  
 <EMI ID = 4.1>

  
spacer to function.

  
Embodiments of the device according to the invention are shown schematically by way of example in the drawings:
Figure 1: a cross-section of a device according to the invention; Figures 2a, 2b: a view of attachable spacer members; <EMI ID = 5.1> 2a and 2b; Figure 3a: a piece of magnetic tape with elongated holes; Figure 4: a top view of the device according to figure 1; <EMI ID = 6.1> an exploded view; Figure 6: a view of the top half from below; Figure 7: a view of the bottom half from above; Figure 8: a cross-sectional view along line VIII-VIII in Figure 6 and Figure 9: a cross-sectional view along line IX-IX in Figure 7.

  
According to figure 1, the device according to the invention consists of an upper shell 1 and a lower shell 2 comprising the crossed bars 3,4. To this end, the edges of the upper and lower shell respectively are provided with a recess as indicated by a dotted line in FIG.

  
 <EMI ID = 7.1>

  
6 according to figures 2a, 2b and 3 can be set with different lengths

  
or stabbed. These fit through openings 8 with hook-shaped portions 7

  
the shells 1,2 and rest on the shells 1,2 with a support surface 9. The spacers 5 and 6 are used only as needed and are manufactured and selected in accordance with the desired length a or b.

  
The device according to the invention can be manufactured economically as a mass product in accordance with all the requirements set in connection with the application. For the application with rebar steel

  
the device according to the invention has the advantage that binding with wire at the points of intersection of the bars is dispensed with. Apart from this, it is possible to obtain a much greater strength of the crossing points with the device according to the invention than is possible even with very high quality wire.

  
 <EMI ID = 8.1>

  
Invention Variable connection options for all rebar diameters.

  
Furthermore, when the device according to the invention is used

  
the possibility the intersection points not only on the build plate? but also on

  
a distance between them. Therefore, reinforcing steel meshes can also be prefabricated with the device according to the invention. This is valid

  
 <EMI ID = 9.1>

  
which are then later assembled into a unit at the place of application.

  
With regard to labor costs, the use of the device according to the invention also provides advantages, in particular with regard to the deployment of personnel in the laying of steel reinforcement and also

  
because people can work evenly during the entire construction period so that a better continuity of staff deployment is obtained.

  
 <EMI ID = 10.1>

  
about a device 10 essentially consisting of two halves 11 and 12 that can be firmly connected to each other. Each of these halves 11 and 12 has an annular member 13 and 14, respectively, that of the one edge 15, respectively

  
16 outgoing recesses 17-20 and 21-24 respectively.

  
The recesses 17-24 extend differently from the edges 15 and 16 into the annular members 13 and 14, respectively. The two opposite recesses 17 and 18 and 21 and 22 respectively occupy almost the entire width of the annular members 13 and 14, respectively, while the for a bit-

  
 <EMI ID = 11.1>

  
continue only semi-circularly from the edges 15 and 16 respectively into the annular members 13 and 14, with the center of the circular

  
 <EMI ID = 12.1>

  
shaped member 13 and 14, respectively, lies approximately at the locations 25 and 26 respectively indicated in FIGS.

  
The radius of the approximately semicircular recesses 19, 20 and
23,24 is adapted to the diameter or thickness of the bars 27 and 28 to be received, respectively. The thickness of these bars further also shows the distance X of the semicircular recesses 19, 20 and 23,24 of the preferably likewise semicircular inner end 29-3?

  
of the long recesses 17,18 and 21,22.

  
In principle it is sufficient if the two halves 11 and 12 of

  
the device 10 according to the invention are annular. In the exemplary embodiment shown in Figs. 4-9, they are shell-shaped because of the caps 33 and 34, respectively, which cover the annular members 13 and 14 on one side. These caps 33 and 34 are slightly conical in shape and have

  
 <EMI ID = 13.1>

  
interior of the interconnected shell-shaped halves 11 and 12.

  
In their midst, the caps 33 and 34 additionally have each additionally

  
another preferably conically shaped projection 37 and 38, respectively

  
an inwardly directed cylindrical recess 39 and 40, respectively.

  
The protrusions 37 and 38 are important for use as a spacer.

  
The annular members 13 and 14 have protrusions serving between the recesses 17-24 for connecting the two halves 11 and 12. Hereby

  
 <EMI ID = 14.1>

  
four rows 43-46 and 47-50, respectively, parallel to the axis of the annular member 13 and 14 are arranged. The teeth 41 are located on the

  
 <EMI ID = 15.1>

  
the annular member 14 is disposed and extends substantially the entire axial length or width thereof. The diameter of the annular member 14 is greater than that of the annular member 13 since the first member can receive the second member, respectively, can be slid on or over.

  
The rows of teeth 43-46 project above the edge 15 of the annular member 13 as shown in Figure 8 and can thereby fit into the annular member 14 and engage the teeth 42 of the annular member.
14 without the edges 15 and 16 necessarily abutting each other. The height Y of the portion protruding above the edge
51 of the row of teeth 43-46 follows from the diameter of the recesses 19 and 20, 23 and 24, respectively, the thickness of the reinforcing steel bars 27 and 28 to be joined together with the device according to the invention.

  
The protruding portions 51 of the rows of teeth 43-46 enable bars 27 and 28 of different diameters to be fastened together. To this end, the only requirement must be that the sections 51 are far enough away

  
 <EMI ID = 16.1>

  
being able to grab a bowl to hold a rod with a larger diameter,

  
Looking at Figures 6 and 7, it can be seen that the annular members 13 and 14 have different wall thicknesses at different locations. Immediately next to the recesses 17-24 the wall thickness 52 and 53, respectively, is small, so that the edge regions next to the recesses are elastic to a certain extent and can bend slightly. As a result, bars 27 respec-

  
 <EMI ID = 17.1>

  
28, the diameter of which is slightly larger than the width of the recesses.

  
At the location of the rows of teeth 43-50, the wall thickness 54 and 55, respectively, of the annular members 13 and 14 is greatest since the largest

  
 <EMI ID = 18.1>

  
and 42 required material must be available.

  
To increase the strength and rigidity of the two halves 11 and 12, intersecting ribs 56-63 are provided in the cap-forming portions and internally parallel to the axis of the annular members 13 and 14. The distance between the ribs 60 and 61 and 61 and 63, respectively, is selected in this way

  
that the portions 51 of the rows of teeth 43-46 can come between them. The ribs 56-59 in the smaller shell-shaped half 12 are immediately behind the rows of teeth 43-46 while the ribs 60-63 of the other half 11 are disposed adjacent to the rows of teeth 47-50.

  
On the halves or shells of the connecting elements project outwards, finally lugs or projections 64 with a slightly elongated

  
 <EMI ID = 19.1>

  
applied. With this tape measure 66, the distances between the shells when applying the bars and mats can be easily determined and moreover

  
 <EMI ID = 20.1>

  
other shell halves a certain grip on. The distances of the elongated

  
holes 67 in the tape ribbon 66 correspond to the usual distances from

  
the bars to be connected or an integer multiple thereof. -

  
There is an advantage of the connecting element according to the invention

  
This also follows from the fact that the halves 11 or 12 can only be used as a spacer in the case of reinforcing steel meshes whose intersections are connected by means of spot welding.

  
The invention is not limited to the example of an embodiment shown in the figures. One can also make changes without it

  
that this deviates from the inventive idea. The core of the invention or an essential feature of the invention consists

  
from there that rows of teeth protrude above the rim of a shell and so on

  
with rows of teeth from the other shell can be hooked that rods

  
of different diameters can be securely attached to each other without additional aids or tools. The different wall thicknesses on the different

  
 <EMI ID = 21.1>

  
Placing the annular members 13 and 14 then improves this purpose of use.

  
The shell halves are circular in cross section in the illustrated embodiment. However, they can also be quadrangular

  
or polygonal. The same applies to the openings 35 and 36, which are preferably quadrangular and run parallel to the ribs and the crossing bars, respectively. The size of the openings 35 and 36 is determined by the grain size of the concrete and, in view of the strength of the connecting element, is more favorable with a quadrangular shape than with a circular cross-section.

  
 <EMI ID = 22.1>

  
hook-shaped portions 7 have what depends on the purpose of use. When two double-shell connecting elements are attached to each other by means of a spacer 5, the hook-shaped portions are arranged at both ends. These hook-shaped portions 7 engage over the protrusions 37 and 38 of the shell-shaped halves 11 and 12 up to the free end of the protrusions 37 and 38 against the support surface 9 of the

  
 <EMI ID = 23.1>

  
so that they can be inserted into the openings 8 against the protrusions 37 and 38.

  
 <EMI ID = 24.1>

  
circular cut as appears from figure 3, but of course the invention is not limited to such an embodiment.

  
In the hood 34 of the shell-shaped half 11 of a larger diameter

  
instead of the openings 36 respectively except for these openings:

  
openings 70 are provided immediately adjacent the rows of teeth 47-59

  
and are aligned with the rows of teeth 43-46 of the other shell-shaped half 12. The openings 70 serve to allow passage of the free ends

  
of the rows of teeth 43-46 through the cap 34 when the two halves 11 and 12 are to be pushed together extremely strongly.

  
In addition to the rows of teeth 43-46 parallel to the shaft are slots.

  
 <EMI ID = 25.1>

  
Tongues 72 extending parallel to the shaft as support for the rows of teeth
43-46. These tongues are somewhat resiliently elastic since they are released from the cohesion of the annular member by the slots 71.

  
 <EMI ID = 26.1>

  
the strength of which is weakened by the slots 71 in the same way as the strength of the tongues 72, strengthening ribs 74 can again obtain a greater strength as shown in figure 6.

- CONCLUSIONS -

Claims

- CONCLUSIONS -

1. Device for connecting the nodes or intersections of reinforcing bars or composite meshes, characterized in that,

that it consists of two halves (11,12) which encompass the crossed bars and connect them firmly.

Device according to claim 1, characterized in that the halves (11,12) are shell-shaped.

Device as claimed in claims 1-2, characterized in that the halves are made of plastic.

A device according to claims 1-3, characterized in that the backbone <EMI ID = 27.1>

5. Apparatus according to claims 1-4, characterized in that each half (11,12) has a cylindrical annular member (13,14) with recesses (17-24) extending from one edge (15,16).

Device according to claim 5, characterized in that in each case two opposite recesses have the same depth.

Device according to claims 5-6, characterized in that the annular members (13, 14) have protrusions arranged between the recesses (17-24) for connecting or interlocking one another.

8. Device as claimed in claims 5-7, characterized in that the wall thickness

of the annular members (13, 14) larger at the location of the protrusions

Apparatus according to claims 5-8, characterized in that the protrusions

are in the form of teeth (41, 42) arranged in the form of rows (43-50).

A device according to claims 5-9, characterized in that the teeth

(41,42) on the one annular member (14) and on the one shell, respectively

on the inner circumference and on the other annular member (13) and on the other shell respectively on the outer circumference.

11. Device as claimed in claims 5-10, characterized in that the rows of teeth (43-46) project in the axial direction above the annular member (13).

12. Device according to claims 5-11, characterized in that two of the opposite recesses (17, 18) and (21, 22) are deeper

21.22 respectively). Device according to claims 5-12, characterized in that two of the opposite recesses (19, 20) and (23, 24) are less deep or shorter than the width of these two recesses. (19.20 and 23.24 respectively).

Device according to claims 1-13, characterized in that the annular member (13, 14) has a cap (33, 34) on its side remote from the recesses (17-24).

A device according to claim 14, characterized in that openings (35, 36) are provided in the hood (33, 34).

Device according to claims 14-15, characterized in that the cap (33, 34) is conical in shape and is provided with a further projection in the middle. (37.38)

Device according to claims 1-16, characterized in that it is provided with reinforcing ribs (56-63).

Device according to claims 1-17, characterized in that an additional spacer (5, 6) of different length can be arranged thereon.

A device according to claims 17-18, characterized in that protrusions or protrusions with an elongated circumference project outwards on the outside.

the scales are fitted.

Device according to claim 19, characterized in that it is an additional